Speciaal voor Heeren- en Kinderkleeding gemaakt en op maat. Finna H. S. CLOECK, Rleedermakers, Laat hoek Boterstraat. Van Hollandsch Noorderkwartier de grootste en meest moderne inrichting, 3e Sectie. De sectie wenscht acherpere contr61e bij de belastingheffing. met name vuor handelaren en losse arbeiders. leden een vragen ogte der plaatsefijke be- slaal veel tiid zou moeten verloopen, alvorens de nklijke goedkeuring zou verkregen zijn. 3e Sectie Meerdere overzicht van de hooj lastingen in andere plaatsen van ongeveer ge- lijke grootte als Alkmaar. 4e Sectie. De sectie zou bij een volgende tx-grooting willen beschikken over gegevens, waarin de belastingdruk in andere, vooma- melijk omliggende gemeenten tot uiting kwam 3e Sectie. Meerdere leden wenschen ver- hooging van aftrek voor noodzakelijk levens onderhoud, en wel: voor gehuwden 900 en voor ongehuwden 650; een lid wenscht voor ongehuwden het bedrag op \f 750 ge- steld te zien. Meerdere leden wenschen een hoogeren af trek voor kinderen. a Aftrek levensonderhoud. De toestand, waarin de financi6n dezer gemeente verkeeren, leidt er toe, dat van B. en W. geen voorstellen zijn te verwachten tot verhooging van den aftrek voor noodzakelijk levensonderhoud, en van den kinderaftrek. Wordt het bedrag voor noodzakelijk levens onderhoud verhoogd tot 900, dan zal dit veroorzaken het afvallen van ruim 1600 thans belastingplichtigen en een teruggang van het belastbaar inkomen over alle aange- slagenen met ruim 1.500.000. Voor de ge- volgen van een dergelijken maatregel, die voorziening zou vorderen in een belastingbe- drag van circa 110000, hetwelk over de resteerende aangeslagenen zou zijn te verdee- len, durven B. en W. de verantwoordelijkheid niet aanvaarden Er mag overigens op wor- den gewezen, dat eene wijziging van de hef- fingsverordening in verbana met de opma- king van het kohier, niet meer van toepassing zal kunnen zijn op het jaar 1920, omdat er ;e loete Konin b. Beschrijving. De opmerkmg der sectifn inzake de uitrei- king van beschrijvingsbiljetten heeft er B. en W toe geleid den gemeentecontroleur op- dracht te verstrekken, aan deze zaak zijn voile aandacht te wijden, opdat voorkomen worde dat bij de beschrijving personen, als inwo- nmde zoons enz.. van wie ook maar eenigs- zins valt te vermoeden, dat zij belastingplich- tig zijn, voor de uitreiking van een beschrij- vingsbiljet worden overgeslagen, In't bii- zonder is hem er ook op gewezen de contr6Ie on losse arbeiders zooveel mogelijk te ver- scberpen. c. Aanslag. B. en W zijn bereid het voorstel te doen het aantal te bren loopenae van Juni Het denkbeeld om het belastingjaar te ver- anderen en te doen loopen van 1 Mei tot ul timo April zullen zij in overweging nemen. d. Heffing. In beginsel bestaat bij B. en W tegen fa stening van een ophaaldienst geen bezwaar. Zij zullen onderzoeken op welke wijze daar- aan de meest practische uitvoering is te geven, zonder in te groote kosten te vervallen. e. Kohier. Nu de Raad in 1919 besloten heeft "het drukken van het kohier niet meer te doen ge- schieden, bestaat er voor B. en W. geen aan- leiding voorstellen te doen om daarop thans reeds terug te kotnen. Zij achten het nut van een gedrukt kohier overigens niet evenredig aan de daaraan verbonden kosten. Om die reden kunnen zij niet instemmen met de op- vatting der leden. die het kohier in druk voor het publiek verkrijgabr wenschen te stellen. 1 f. Belastingoverzicht. B. en W. zijn van meening, dat in t alge- meen voor deze gemeente te weinig statisti- sche gegevens worden verzameld Het ligt in hunne bedoeling daarin verbetering te bren- gen Daaronder kan begrepen worden een overzicht van de belastingheffing en den be lastingdruk in andere gemeentene. g Gemeentelijke spaarbank. Tot de instelling van een gemeentelijke spaarbank zullen B en W. geene voorstellen doen. Voor belegging van spaargelden be- 1 staat bij de verschillende hier gevestigde bankinstellingen en bij den dienst der poste- rijen zoo voldoende gelegenheid, dat het on- noodig wordt geoordeeld daamaast aan een gemeentelijke instelling het leven te schenken. IX. M e 1 k c e n t r a 1 e. le Sectie Een lid vraagt of B en W. zich reeds een voorloopige meening hebben ge- vormd over het sociaal-democratisch voorstel tot het oprichten eener gemeentelijke melkcen- trale. 2e Sectie. Een lid doet dezelfde vraag over de gemeentelijke melkcentrale. Een ander lid ondersteunt deze vraag. 3e Sectie Een lid doet dezelfde vraag als bovenvermeld 4e Sectie. Een lid zou gaame in het werk- program doen opnemen het stichten eener ge meentelijke melkcentrale. Het ingekomen verzoek om over te gaan tot oprichting van een gemeentelijke melkcentrale Is bij B ea W in overveging; aan het oo- derwerp wordt met voortvarendheid gewerkt. Maar juist daarom doet de vraag naar hunne voorloopige meening eenigszins vreemd1 aan. Verlangt men dat zij een aergeliike zaak met een vooropgezette meening bekijken? Immers neenmaar dan is het verstandiger om prae- advies af te warhten waarin zij hunne op een 0 deugdelijk onderzoek steunende meening zul- ging der betreffende ontvangstpost len neerleggen. De Wet op het L. O. laat in artikel 50 toe de heffing van een schoogeld als tegemoetko- XV. Evenredig schoolg e 1 d. 4e Sectie. Deelt de sectie de meening van B en W., dat de schoolgeldheffing bij het la ger onderwijs naar evenredigheid van het in komen der verzorgers moet worden geregeld, dan verwondert het een enkel lid toen dat dit voomemen geen aanleiding geeft tot verhoo- Z. Cursussen voor volwas- senen. le Sectie. Een lid vraagt wat het praead- vies van B en W zal zijn inzake het 12 Nov. 1919 door deciaal-democraten ingediende voorstel tot het in het. leven roepen van ge- j meentelijke onderwijscursussen voor volwas- senen. ming in de kosten, welke voor rekening der gemeente blijven van ieder schoolgaand kind, met uitzondering van onvermogenden, terwijl minvermogenden slechts aan een deel der heffing worden onderworpen. Bij de invoering van een evenredig school- geld, waarbij de heffing zich regelt naar de Het zou zelfs gewenscht zijn wanneer de Raad aan andere gemeenteraden verzocht adhaesie met dat adres te betuigen (Applaus). De heer T. Peeters vroeg of het niet mo gelijk was te voorkomen, dat de gemeente ook de R-K. Muloschool te betalen Icrijgt De heer Prins vemam gaarne hoever het wcttelijk mogelijk was, dat de particuliere school doorging, aangezien het wetsontwerp nog geen wet was. De heer Groenewoud constateerde, dat in vriendschap openhartig datgene naar voren was gebracht, wat men wederzijds naar voren had willen brengen. Spr. oordeelde het treffend, dat men van de zijde van de Schoolvereeniging had nagela- ten haar standpunt te verdedigen. Als o-'WftV For UH cIaH AnMA* inkomens van de ouders of verzorgers der daartoe geen kans heeft gezien, dan zegt dit, zake hrfvooiS? to? 5fcXZLZ lecrlin^en wordt met dit beginsel af dadelijk dat haar school daarmecfe reeds valt. zake het voorstel tot het in het leven roepen rekening gehouden Tocli meene men niet, In, antwoord aan den heer Prins zeide spr, van gemeentelijke onderwijscursussen als bo venvermeld. Een ander lid ondersteunt deze vraag 3e Sectie Een lid stelt dezelfde vraag als bovenvermeld. le Sectie. Een lid vraag tof B en W bij den hoogen prijs van het gas geen progres- sieve priizen voor gas en electriciteit noodza kelijk achten. 2e Sectie Een lid stelt dezelfde vraag als bovenvermeld. Een ander lid ondersteunt deze vraag. 3e Sectie Een lid stelt dezelfde vraag als bovenbedneld. De sectie verklaart zich voor een progres- sieve gasprijsregeling le Sectie Achten B en W. het niet wen- sche'ijk het kohier van den Hoofdeliiken Om- slag weer in druk te doen verschiinen? vraagt een der leden 7oo ja. vervolgt hii hoe denken B. en W. er dan over om deze af- dmkken ook a Hem een beschikbaar te stellen fprren redeliiken priis? Deze vraag wnrdt in de sectie gesteund 3e Sectie Fen lid stelt dezelfde vraag als bovengenoemd F>e overige sect'eleden wenschen wfel het kohier in druk te doen verschiinen. maar al- IWn voor uitreikinu aan de raads'eden 2e Sectie. cen lid vraagt hoe B en W. denken over'het oprichten eener gemeentelijke snaarbank. Hetzelfde geldt voor de hierbedoelde cur sussen. XI. Geneeskundige dienst. 2e Sectie Door een lid wordt de wensche- j lijkheid bepleit, dat op bepaalde urcn van den da^ een dokter aan het Stadsziekenhuis aanwezig zal zijn voor geneeskundige hulp bij e'venrueele ongelukken. 2e Sectie Een lid vindt de voorbereiding van het Grondbedrijf wel wat traag, waaraan een ander lid toevoegt dat binnenkort meer geprecieerde plannen den Raad zullen. berei- ken. 3e Sectie Een lid vindt de toezeggingen van B. en W in hur. werkprogram te vaag. Reeds v66r de door de afdeelingen gemaak- te opmerkingen, omtrent het nemen van maat- regelen, dat bij het voorkomen van ongeval- len steeds een geneeskundige beschikbaar zij, te hunner kennis kwamen, hadden B.en W het onderzoek naar de mogelijkheid eener dusdanige regeling aangevangen Het is hun niet mogelijk in den stand, waarin het onder- i zoek op dit oogenblik verkeert. reeds een be st issing te nemen. Maar er wordt naar ge- 1 streefd eene doelterffende regeling te verkrij- gen. XII. Burgerweeshuis. 3e Sectie Meerdere leden vragen wanneer van B. en W. voorstellen voor een nieuw Burgerweeshuis zijn te wachten. Wanneer vorstellen zijn te verwachten om- j trent de stichting van een nieuw Burger- j weeshuis, kunnen B. en W. nog niet zeggen. Mar aan de door de gemeente op zich geno- men coniractueele verplichtingen zal. voor zoover van hen afhangt, worden voldaan. XIII Reglement van orde. 3e Sectie Meerdere leden vragen van B. en W voorstellen tot herziening van het re- I glement van orde ter beperking der raadsde- batten. 3e Sectie. Meerdere leden wenschen dat B. en W. met voorstellen zullen komen tot ver hooging der belasting op openbare vermake- lijkheden. XIV. Gemeenteverslag. 4e Sectie. Ofschoon de sectie de door B. en W. aangevoerde motieven tot verontschul- diiging der late verschijning van de begroo- ting afdoende acht. is zij van meening er toch op te moeten wijzen, dat zulks voor het ver- volg niet meer behoort voor te komen. Te- vens werd opgemerkt, dat voor bestudeering der begrooting het jaarverslag van den laatst afgesloten dienst (1918) onmisbaar is, en werd de vraag gesteld, wat de reden is, dat dit verslag nog niet in druk is verschenen. De meerderheid der sectie juicht het door B en aangehaalde artikel schrijft uitdrukkelijk voor dat het schoolgeld voor geen kind meer be- dragen mag dan hetgeen voor het onderwijs van dat kind kan geacht worden voor reke ning der gemeente te blijven. De wet verbiedt hier dus een hooger schoolgeld als maximum te bedingen, dan ge- middeld per school en per leerling als onge- dekte kosten voor rekening der gemeente blijft. Sinds het Rijk de salarissen van het onderwijzend personeel grootendeels voor zijne rekening heeft genomen, zijn de kosten van het L O. welke ten laste der gemeente blijven, waarbij de uitgaven welke de ge meente zich voortaan voor het bijzonder on derwijs heeft te getroosten buiten aanmer- king te blijven, verminderd zoodat te ver wachten valt dat het maximum-schoolgeld niet zoo hoog, als sommigen wellicht zou- den wenschen, is op te voeren. Door de mees- te leerlingen zal evenwel door de evenredig heid het schoolgeld lager zijn. B en W. kun nen zich omtrent een en ander nog geen juist beeld vormen Maar voorzichtigheid gebood in elk geval niet tot eene verhooging der ra- ming over te gaan, omdat het zeer aan twijfel j onderhevig is of inderdaad bij invoering van evenredig schoolgeld wel een hoogere op- brengst zal worden verkregen. (Wordt vervolgd.) PROVINCIAAL NIEUWS. DE SCHOOLKWESTIE TE BERGEN. (Vervolg). De heer Klomp was van meening, dat de spreker het liberalisme voor het volksonder- wijs te veel had gehuldigd. Het onderwijs van het volkskind was nog zeer primitief. De klas- sen zijn nog zoo bevolkt, dat de onderwiizer meer politie-agent dan opvoeder is. Wan neer spreker erkent, dat de onderwijzers in hun salarieering worden mishandeld, dan erkent hij ook in dat opzicht de schuld van de aet ingen in de hoogste 3 klassen der school daalt beneden 18, dan gaat gedurende 3 jaar de aanspraak op ver- goed'ing verloren, mits dit aantal niet daalt beneden 12. De school telt nu 43 leerlingen, doch het is de groote vraag of, als de ge meentelijke school geopend wordt, die school ip die klassen de 18 leerlingen zal behouden en hierin ligt ook een krachtige waarschu- wing aan het adres van het bijzondere school- bestuur. Komende tot de woorden van den burge- meester, bctreurde spr. het, dat hij in een op- zich niet juist was begrepen. Van eenig ver- wiit was bij hem geen sprake. In den heer Hoksbergen had spr een van zijn politieke partijgangers ontmoet, die van hun voorkeur voor het openbaar onderwijs wenschen blijk te geven. Hij verschilde allecn met spreker van inzicht over de mogelijkheid van het bestaan van de ooenbare school naast die van het particulier initiatief Aan de pogingen tot overleg van de zijde hooger kunnen zien. Spr. meende daarom het liberalisme niet ten onrechte te hebben gehuldigd al wil hij er- kennen, dat het betere het volmaakte nog moet worden bereikt. Of de districtsschoolopziener terecht of ten onrechte zijn medewerking had geweigerd kon spr. niet beoordeelen. Spr. oordeelde het echter zijn plicht. dat deze zich aan de wet hield. In de wet staat uitdrukke lijk geschreven, dat de districtsschoolopziener gekend moet worden bij het opmaken van de voordracht. De districtsschoolopziener is staande tegenover de wet niemand dan de re- geering verantwoording verschuldigd en hij zal zijn goede redenen wel gehad hebben om de betrokken leerkracht van de voordracht verwijderd te houden. Spr. meent zich als par ticulier daarbij te moeten neerleggen. Voor zoover de wet niet deugt moet men trachten haar veranderd te krijgen. Ook spr. oordeelde het gewenscht, dat men alsnog tot eenheid trachtte te komen. Hij geloofde, dat het schoolbestuur nog wel bereid gevonden kon worden haar werk te bekronen door het geen zij deed te beeindigen bij de opening van le gemeentelijke Muloschool. Men kan dit ook ongedaan maken, door als ouders de kinderen voor de bijzondere niet te leveren en wanneer men het dorpsbelang bo- liberalen, die in de tijden toen zij oi tig warene. daarvoor ook niets deden De liefde van de overheid voor het volks- - onderwijs was volgens spr. niet zoo groot. Kl°mP zich als een voorstander van de open- Steeds poogde men voor een koopje van het ^are had doen kennen. Hij had echter van de voorstanders van openbaar onderwijs dicnt een einde te komen, al mag het geduld niet gauw uitgeput zijn, want als er eenmaal twee scholen zijn, dan zal de particuliere niet spoedig weg zijn, omdat men er zich dan met de nagels aan vast zal klemmen. Van de anderen kant moet men echter toonen dat men er overheen kan komen het schooltje voort te zetten. Spr. Weet, dat de particuliere op het oogenblik geen standenschool ^is, misschien is men nu zelfs niet te hoog in het stellen der eischen van toelating en gaat men daarmede voort, dan zal het peil van het onderwijs dalen. Tegen de R. K. school zal men niets kun nen doen hoezeer spr. het ook betreurt, dat in 1920 de R. K. hun kinderen niet meer wil len doen opvoeden op de openbare school. E>e katholieke geestelijkheid en ouders begeeren R.-K. onderwijs en het ligt niet op sprekers weg hen dit te onthouden. Sprekers standpunt is daar tegenover anders dan tegenover het neutrale bijzondere onderwijs, omdat dit het zelfde is als het openbaar onderwijs. Spr. verheugde zich er over, dat de heer W opgezet werkprogram toe en zou het op ae uitvoering dezer plannen •iis stellen. dat inderdaad voorga aan die van mogelijk dere in te dienen voorstellen an- i onderwijs af te komen en stelde men het on derwijs op het peil dat noodig was om de j werklieden te krijgen die het tijdperk ver- eischte. Voor het kind was het beste niet goed ge- noeg en spr meende daarom, dat de ouders en de arbeidersbeweging meer belangstelling voor het onderwijs moesten toonen en duide- lijk maken, dat men het met minder dan het beste niet deed. Spr. gaf de voorkeur aan de openbare scho len, omdat hij een school voor alle kinderen j ook het ideaal vond. Hij had meer vertrou- wen in de openbare school, omdat de onder- j wijzers er door hun organisaties en door hun opvoedersplicht meer van gemaakt hadden, dan de overheid met het instituut had be- oogd. i Dat de politieke partijen met het onderwijs I voor het kiesrecht gescharreld hadden, laakte spreker. Met den heer Hoksbergen meende spr., dat men moest trachten alsnog tot elkander te komen Een woord van afkeuring tegen den districits-schoolopziener, die zijn medewer king voor het compromis tusschen de ge meente en het schoolbestuur geweigerd had, •was zeker op zijn plaats, aangezien anders reeds de overeenkomst er geweest was. De districts-schoolopziener weigerde ech ter mede te werken, dat het hoofd van de bij zondere school op de voordracht van hoofd voor de gemeentelijke kwam, maar hij vergat, dat de benoeming aan den Raad bleef, die een ander had kunnen benoemen. Spr meende voorts, dat de vergadering den Raad moest verzoeken, om, in aanslui- ting met het adres van den Raad van Am sterdam, aan de Tweede Kamer een adres te zenden om de Onderwijswet die deze maand in de Tweede Kamer in behandeling komt zoo- danig te wijzigen, dat hetgeen in Bergen voor- komt, niet kan geschieden. Dit kan het beste door het aantal leerlingen, noodig maar gedeeltelijk gelijk, toen hij beweerde, dat het liberalisme niet genoeg gedaan had voor het onderwijs en de onderwijzers. Spr. stak het liberalisme een veer op den hoed omdat dit in vergelijking met den toe- stand voor 1798 het L. O. zoo'n stuk vooruit had gebracht, want daarbij vergeleken is het de tegenstelling van licht en duisternis. Toen voldeed het onderwijs aan geen enkele eisch. j Toen was er de meest schandelijke verwaar- loozing van het schoolwezen. Na 1798 werd er in elke gemeente een school gezet, die aan behoorlijke eischen voldeed. Het organisatie- vermogen van de talenten uit- verschillende partijen was daar voor noodig. Honderden millioenen werden er voor ge- offerd. Het liberalisme verrichtte daarvoor reuzen arbeid en het is niet juist om van het L. O. te zeggen, dat het aan geen behoorlijke eischen voldoet. Wij beseffen thans echter veel meer dan onze vaderen, dat het verbeterd kan worden. Wij die weten dat het betere nog bereikt moet worden kunnen alle waardeering toonen voor het tot stand gebracht en alle hulde brengen aan mannen als Goeman Borgesius voor hetgeen deze op onderwijsgebied deed. Hij heeft opgetomt tegen de conservatieven en de sociaa-democraten aan den anderen kant. 15 jaar streed hij in de Kamer voor een leerplichtwet en nauwelijks minister toonde hij aan, dat men dan 60000 kinderen nog geen onderwijs ontvingen. Zijn wet kon er slechts met groote moeite doorgesleept wor den, langs den weg van het practiscn bereik- bare. Het betere moet langs de lijnen van ge- leidelijkheid bereikt worden. In het wetsont werp staan ook bepalingen voor een betere wetenschappelijke opleiding van de onder wijzers. Eerst een Mulo-diploma, daama 3 jaar we tenschappelijke vorming en daarna 2 jaar practische voorbereiding. De regeering is be- voor de r zig aan de Nederlandsche bevolking een rij oprichting van een school, hooger te stellen. I opvoeders te schenken die meer kunnen en ven het groepsbelang stelt, dan doet men dit. Spr. hoopte tenslotte, dat de herrie nog dit goede bracht, dat er in Bergen een afdeeling kwam van volksonderwijs. Misschien was er van de herrie nooit iets gekomen wanneer er in het dorp een afdeeling had bestaan. Het lidmaatschap kostte slechts 50 cts. per jaar. Spr. eindigde met "een warm pleidooi voor het oprichten van zoo'n afdeeling en verzocht de aanwezigen als lid op de lijsten te tee- kenen. (Applaus). De heer Hoksbergen wilde er nog op wij zen dat de ouders wanneer zij willen dat er naast de gemeentelijke geen particuliere Mu loschool komt, haast moeten maken hun kin deren van de bijzondere school weg te nemen. Met 25 kinderen kunnen zij al op kosten van de gemeente een school bouwen- en er zijn er al 43. Wanneer de vereeniging begint te bou wen. voor de wet is aangenomen, dat is de ge meente verplicht te betalen. Spr. deed een be- roep op de aanwezige bestuursleden Smit en Lek hun kinderen van de particuliere school af te nemen en hun zedelijk overwicht aan te wenden voor de opheffing. (Applaus). De heer Smit zeide met de heer Lek als belangstellenden aanwezig te zijn. Het be- stuur van de Berger Schoolvereeniging had voor de vergadering geen uitnoodiging ont- vangen. Wij waren, aldus spr, van meening dat net onderwijs aan de Muloschool beter was dan op de lagere school en hebben meer- malen blijk gegeven van toenadering en ik ge- loof, dat wij daartoe nog wel bereid zijn. De toestand is echter hoe langer hoe moeielijker geworden. Na het afspringen van het compro- mie hebben wij vaste leerkrachten benoemd. Wij moesten doorgaan. Het middel de school 't bloed uit te zuigen zal echter niet gaan. Er zijn altijd ouders die niet naar de openbare school en wel naar een bijzondere willen. Men krijgt dan al een soort van standenschool, al is dat niet de bedoeling. Wij zijn er allemaal wel voor om tot overeenstemming te komen. Ik spreek persoonlijk, maar ben er voor teza- men te komen, desnoods met etn paar leden van Bergen's Belang. er bijwant ik zou niets liever zien, dan dat de zaak tot een oplossing werd gebracht. (Applaus). De voorzitter zeide dat het bestuur van Ber- fen's Belang voor de vergadering niemand ad uitgenoodigd, omdat het veronderstelde, dat een ieder wel uit belangstelling zou komen en zoo zijn ook de burgemeester en de raads- leden aanwezig. De toezegging van den heer Smit verheugde ons en wij zullen trachten weer voeling te krijgen met het schoolbe stuur. Voor het door den heer Klomp gewilde adres gevoelen wij ook veel en het bestuur zal met hem overleg plegen over de redadie. Thans rest mij een warm woord van hulde te brangen aan den heer Groenewoud die op eminente wijze het stadpunt van de ouders in 1920 heeft uiteen gezet. Wij willen niet hopen, dat zich in de toekomst weer onderwijskwesties in de gemeente voordoen, maar als dit het ge val mocht zijn, dan zullen wij alles doen om te trachten de heer Groenewoud weer naar Ber gen te krijgen. Spr. dankte de aanwezigen voor het aandachtig gehoor en wekte verder op de lijsten voor het lidmaatschap van volks onderwijs te teekenen. Velen gaven hieraan gevolg, waarna de vergadering werd ge- sloten. Na afloop werd onder leiding van den flfeer Groenewoud een afd. van Volksonderwijs opgericht. UIT BROEK OP IJA^GENDTJK. GediUTendo de maand Februari werden1 alhier over de veiling behandeld': 945.770 K.G. roo- <ie kool, 2.247.550 K.G. srele kool1, 403.250 K.G. Deensche Witte kool, 196.470 K.G. wot- telen, 249.330 K.G. uien. Per spoor zijn naar 't buitenland verzonden 833 wagons en 10.000 K.G. In't binnenland 70 waofone behailve een 70-tai nvoterwaehten 4 20,000 K.G. HET WITTE HUIS. Engelsche Stoffen voor maatkleeding.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1920 | | pagina 6