Db AmsterdamsGbB week.
Bufori tvw m Mfipto krm
Zaterd»g 17 April.
I 1SU1JLLETOJL
De Fabriekirook
Bociale verzekerxng.
Baam tuu fast Eugated
na
HOOFDSTUK VL
Het was een pronkerig, schitterend feest-
maal en tevens zeer luidruchtig, want aan
fact eind van de lange eetkamer faevond zicfa,
tusschen eenige planten verscholen, een or-
kest. Na een aanvankelijke stijfheid waren de
gasten wel genoodzaakt hun stemmen zoo
veel mogelijk te verfaeffen. Het geheele gezel-
scfaap van vijftig personen zat aan een groo
te, langwerpige tafel, voor de gelegenheid
door tinunerlui in elkaar gezet; docfa Haar de
tijdelijkfaeid van faaar bestaan zicfa door niets
verried, scfaeen zij een permanent continent
van damast en kant met kusten van kristal en.
zilver, oploopend tot zicfa uitspreidende
boschjcs van orchideeen, lelies en witte rozen
kiaarblijkelijk een bewoond vasteland,
want er waren drie wondermooie, schifcteren-
de gebouwen, een in faet midden en een aan
elk eind, witte wonderen door een bekwaam
vakman in beeldfaouwwefken van ijs gewrocht.
I let waren miniatuurmodelien en stelden de
Sheridan Building, de Sheridan Apartments
en de Pump Works voor. Bijna al de gasten
faerkendcn ze zonder vooraf ingelicfat te zijn
en beweerden dat zjj de gelijkenis uitstekeud
vonden.
Aan faet boveneind van de tafel zait't hoofd
van faet geslacht met de keur van zijn familie
en van zijn gasten om zich heen; daarop
kwamen aan bride zijden de buren van faet
„oude" huis, en dan, in rang afdalende, de
vazallen en volgelingen opzichtera, kas-
*iers, hoof den van departemeatea en soortge-
Aan't benedien-eind troonde de vrouw van
faet hoofd als een vergoeding voor de min
der gewichtige gasten. Hier zat ook, tusschen
de onderhoorigen, Bibbs Sheridan, een ge-
dwee gast, die zich er over verwonderde faoe
iemand naar hem kon kijken en eten.
Er werd echter veel en voortdurend gege-
ten, want faet waren gezonde mensdhen, dia
begrepen dat eea diner iris was dat in het
lichaam moest gevoerd worden door middel
van een opening in faet gezicht, door de na-
tuur voor dat faepaalde doel verzonrvm. En
faovendien, niemand keek naar Bibbs.
Hij vond faet heel aangenaam aan zicfazelf
te worden overgellaten; zijn stem was niet
kracfatig genoeg om zicfa zonder inspanning
in faet rumoer verstaanfaaar te maken en er
werd te vlug om hem heen gepraat en te af-
gebroken, dan dat hij op zijn temerige wijze
faet bij kon faoudea. Hij voelde zich daaron\
opgelucht. toen zijn buren, elk op zijn beurt,
na een beleefd informeeren naar ziin gezond-
faeld zicfa omdraaiden om levendiger ant-
woorden in andere riditing te zoeken. Want
faet praten ging met faet eten onopfaoudelijk
door. Het klouk boven het gedreun van faet
orkest, het geramimel en gerinkel van zilVer
en porselein en glaswerk uit; faet was een
ontzettend gegons van stemmen.
(,Ja, sir! Begonnen zonder een dollar!
,,dele stroken op den overrok".... Ik zeg „Wil-
kie" jou afdeeling moct zich van't jaar uit-
fareiden zeg ik".... Vijftien percent gemaakt
in een en dertig wekenten van ae groot
ste mannen in ae grootste „Mijn vrouw
zegt, dat zij mijn broek zal moeten uitleggen
als mijn eetlust ,.Zeg faeb je dat beeld
van een Turk in de hall gezlen? Een van de
mooiste dingen, die ik ooit.....'" „Oeefi dollar,
geen nikkelen munt, geen roode cent krijg je
van mij, zeg ik en zoo marcheerde fail op en...
ja; de baby is nu het vierde kind dat zij heb
ben veloratWel, zij zjjn in de hoogte
en werden wefgesteldJa, sir! Oeen dollar
op zijn naam en kijk eeast watWacht
maar, de bevolking van deze stad zal faet mil
lioen bereikt hebben eer dat zij tot staan komt
Wel, als u me grooter zaak kunt aanwij-
zen
En in de tusschenpoozen van dit geroeze-
moes faoorde Bibbs voortdurend faet zware ge-
luid van ziin vadera stem en eens ving faij den
zin op: „Ja, mijn jonge dame, dat is juist
wat het voor mij heef t gedaan en dat ook voor
mijn jongens zal doen zij moeten maken,
dat er twee grassprieten groeien waar vroe
ger 66n groeide!" Het was zijn gewoon, bluf-
Ferig gezegde, een oude bekende voor B
dat nu joviaal ten gehoore gebracfat werd t<
sticfating van Mary Vertrees.
Het was een groote avond voor Sheridan
de ware krona op zijn werk. Hij zat daar,
wetende dat faij floor eigen inspanning heer
en meester was; en zijn groot, glad, rood ge
zicht werd steeds stralender van welwillend-
heid en van de eenvoudigste, gelukkigste.
meest jongensachtige ijdelfaedd. Hij was faet
toonbeeld van gezondheid, van opgewektheid
en maclht op een feestdag. Hij had derti^ tan-
den, geen enkele gekocht en liet als hij lachte,
de meeste daarvan zien; zijn grijsachtig haar
was dik en wanordelijk als van een boerenar-
beider; zijn borstkas was ruim en groot acfa-
ter den breeden voorgevel van ges levers wit
linnen, waarop diamantjes schitterden, die
clrie groote paarlen omvatten zijn handen
waren grof en forsch en hij gebmkte ze vrii-
moedig in sterk schilderende gebaren; en, of
schoon hij een onderkin had, een dik middel
en dikke polsen, had hij niet het voorkomen
van scherpzinnigheid en activiieit verlomi.
Hij domineerob dn 'afel, lauceerde jolige
vragen en grapg-si naar iedereen. Zijn mee-
pi rig was, als d< menschen pleizier nadden,
dhn moeste.: - luidruchtig wezen; en hoe
meer hij zeti bijdroeg tot het iumoer, de« te
meer plrner hid faij. Hij vond natuurlijk de
pgrauOTilgkh'B3ge onder de wetofge m groote
Ziekenvereorgirtg.
Reeds in een van de vroegere ttukken,
waarin befaandeld werd de geceeskundige be-
faandeling in de eociale verzekering, werd de
aandaclit er op gevestigd, dat alsuog noodza-
kelijk was een regeling der geneesikundige be-
faandeling in faaar geheel. Voorzoover toch
die befaandeling thans in de Ongevallenwet
en de lnvaliditeitswet is opgenomen, strekt
deze, hoewel ze natuurlijk ten bate van den
betrokkeae komt, om de lasten van het onge-
vailen-, respectievelijk faet invaliditeiitsfonds
te heperken.
Van een algmeene voorriendng in de behoef-
te aan goeue geneeskundige faehandeling is
derhalve allerminst sprake.
Van een algemeene voorziening in de be-
hoefte aan goede geneeskundige behaudeling
is derhalve allenmnst sprake.
Wanneer we over een dergelijke algemee
ne voorziening spreken, is de eerste vraag, die
zicfa daarbij voordoet, of ingrijpen van den
wetgever in dit geval noodzakehjk is.
Overbodig zou deze zijn, wanneer door het
pariiculier mitiafaef reeds zoozeer in de be-
hoefte aan geneeskundige befaandeling was
voorzien, dat de Regeering zicfa van verdere
maatregelen kon onthouden. Deze toestand is
echter op verre na nog niet bereikt Wel is
faet ziekenfondswezen in ons land tamelijk
ontwikkeld en faet is niet te ontkennen, dat de
ze fondsen veel goeds faehben tot stand ge
bracfat, maar aan de befaandeling, welke de
ze fondsen verleenen, ontbreeict nog veel. Niet
dat de bestuurders van zulk een fonda niet
zouden overtuigd zijn van de wenschelijkfaeid
eener volledige befaandeling, maar de groote
vraag van hen is, waar ha geld daarvoor
ootsie aanmoediging faij zijn gasten. Edith-
ad ontdekt, dat faij een zeer vaag begrip had
van faet ouderscheid tusschen een muziekcorps
en een orkest an toen hem dat duidelijk was
gemaakt, was faij voor een rauziekcorps ge-
weest, totdat Edith met tranen had gedreigd;
maar de grootte van faet orkest, dat ze hadden
gefauurd, had hem getroost en faij had geen
berouw van de zaak.
Hij gaf voortdurend met zijn voeten de
maat bij de muziek aan of sloeg met zijn vuist
op de tafel en af en toe met lepel en mes op
zijn bord of tegen een glas, zonder dat hij
met deze 'bijwerkzaamheden afbreuk deed
aan de hoofdbezigheden van eten en schreeu-
wen.
„Zeg ze dat ze „Nancy Lee" moeten spe-
len" sichreeuwde hij over de tafel heen zijn
vrouw toe, terwijl ae muzikanten midden m
faet lied van den Toreador waren. „Vraag
dien vent of zij Nancy Leo" niet kextnen!
En toen de dirigent verontschuldigend met
zijn hoofd scfaudde in antwoord op een ge-
faoorzaam gegil van mrs. Sheridan en de To
reador met kracht werd voortgezet begon
Sheridan half vergeten fragmenten* van
..Nanq- Lee" c brullen.
„0, there she stands and waves her hands
while I'm awayJ
,^-1 sailor's wife a sailor's star should bel
Yo hx oh, oht
„On, Nancy, Nancy, Nancy Leel Oh Na-
honey Leel
lei daar. oudie" schreeuwde hij. „Vraag
Gloaming" willen spelen./n
tee
Is zij dat met xenneu. hoe staat het
dan met Larboard Watch Ahoy? Dat is goe
de muziek. Van die soort muziek faoud ik.
Kom, begint u, mrs. Callin, breng ze daar in
uw hock aan het zngenWat s er, jullie daar I
Vooruit maar!
„What joy he feels as ta turn dum tee
dee dum steals. La-a-rboard watch, ahoy/"
vastdBBn mart kansn. De aastititelfl iBoaraisl
van de fondsleden laat niet toe zulk een con-
tributie van hen te vragen, dat die bijdragea
voldoende zouden zijn om daaruit ook de kos
ten van bijzonder geneeskundige befaandeling,
van verpleging in ziekeninrichtingen zouden
bestreden kunnen worden. Toch zal niemand
faestrijden dat ook de minder welgestelden
evengoed aanespraak kunnen doen gelden
de aan wending van alle middelen, welke
medische wetenscfaap thans biedt, om bun faer-
stel te bevorderen. Vanwaar komt echter faet
geld, dat, zelfa al worden de contribution op-
gevoerd, noodig zal zijn, om de faehandeling
volledig te doen zijn.
Waar faet hier een algemeen belang geldt,
waar door een goede riekenverzorging de
volkskracht kan worden verhoogd, bestaat er
geen enkel bezwaar tegen, dat de Staat faet
ontbrekende zou aanvullen. Dan is echter
aoodig een wettelijke regeling.
Om faet maken van zulk eene regeling zit-
ten echter heel wat moeilijkfaeden vast; ver
schillende vraagstukken behooren daarbij on
der de oogen te worden gezien,
E6n van die vraagstiiicken is in het leven
geroepen door minister Talma, die een ont-
werp, Ziektewet indiende. waarin de verzeke
ring bqjerkt was tot uitkeering van zieken-
geld. Vroegere wetsontwerpen, ingediend
door de ministers Kuijper en Vergens hadden
de ziekenverzorging en de uitkeering van zie-
kengeld samengekoppeld. Over die scheiding
door minister Talma is heel wat te doen ge-
weest, doch door bet aannemen van zijn weia-
ontwerp is de strijd in de Volksvertegenwoor-
diging toen te zijnen gunste faeslist. Ook van
deze Regeering is naar mijn mining niet te
verwachten, dat op faet aangeuomen beginsel
zal worden teruggekomen.
De tweede vraag, die de aandacht verdient,
is deze, of voor de uitvoering der wettelijke
regeling gehruik zal worden gemaakt van de
bestaande organen-ziekenfondsen, zij faet dan
ook in eenigszins gewijzigden vornr dan wel
of daarvoor nieuwe organen in faet leven zul-
len worden geroepen. Bij dit laatste kan meer
de vraag worden opgewoxpen, of dat zulke
overheidsorganien, dan wel organen samen-
gesteld uit belangfaebbenden, terwijl de staat
slechts steunend en regelend zal optreden.
Niet van minder belang voor een goede zie
kenverzorging is de medewerlring van de art-
sen. Een prabhtige wettelijke regeling geeft
niets, wanneer deze laaisten niet met hefde
faun taak daarbij vervullen. Waar een strijd
tusschen fondsbestuur en arts veel a in faet
nadeel van de fondsleden zal zijn, moeten de
middelen worden gezocht, wafc die strijd
wordt voorkomen, terwijl getrachi moet wor
den aan gerechtvaardigde grieven tegemoet
te komen Eveneens behoort er op te worden
gelet, dat een uithreiding van de ziekenver
zorging tot een grooter kring van personen,
dan tot nu toe door de ziekemondsen worden
omvat, de particuliere practijk van verschil
lende arisen sterk zal venninderen. Een wet
telijke regeling zal dus ook met hun finanfi-
eeele belangen moeten rekening houden.
Ten einde omtrent verschillende punten be-
treffende ziekenverzorging van nadere voor-
licfating te dienen, is bet vorige
Staatscommissie benoemd. Deze
heeft onlangs faaar versla
bij is gevoegd een wetson twerp met
van Toelicht
In de „TdegraaT werd reeds de verwacb-
ting uitgespro' 0^, dat faet wetsontwerp zon
der belangrijke wijzigingen door den minister
zal worden ingediend, daar een der Hoofd-
waar-
amfatenaren van faet Departeinent van Arbeid
lid van deze Commissie was.
In verband met die mogelijkheid is faet wel
gewenscht, dat de regeling, zooals Staats
commissie zicfa die beet voorgesteld, nader
bekend wordt.
De commissie heeft
steld- dat van
sprake behoort te
zooals we boven reals zeiden, tweeSrlei
ling mogelijk, n.1. handfaaving van de
staande fondsen, of met oprichting van nieu
we organen, waarin de medezegginschap uit
sluitend is opgedragen aan de oelanghebbea-
den.
De commissie heeft gemeend op den be-
sraanden toestand te moeten voortbouwen, om
dat faet ziekenfonds een instelling is, die be
wezen heeft voor de ziekenverzorging bruik-
baar te zijn. Wel kent het onderwerp, dat
door de Commissie is samengesteld, ook over-
heidsfondsen, welke moeten worden opgericht
door de gemeentebesturen. doch deze zullen
uitzondenng behooren te blijven, en alleen
Geen opwindende dranken brachten faet
hunne toe deze opbruisingen, de tafel der
Sheridans had nooit wijn gedragen en meer
uit schroom, dan wel uit overtuiging was die
er nu ook niet op te vinden. Minerale wate-
ren werden echter overvloedig uit flesschen,
in servetten gewikkeld, geschonken en bleken
de- gasten ten voile te voldoen. En geen wijn
zou den gastheer in een betere luim hebben
kunnen brengen en vroolijker hebben kunnen
stemmen. Zelfs Bibbs was geen iielemmering
in faet geluk van dien avond, want, zooals
mrs. Sheridan had gezegd, hij fada „plannen
met Bibbs" plannen die enkele dingen
weer zouden terecht brengen, die verkeerd
waren gegaan.
Aldus sloeg hij op de tafe len galmde de
oude liederen ut en als hij die niet meer, be
gon hij weer faet zijn vriendelijke plagerijen
of keerde zich naar Mary Vertrees, die rechts
van hem, in zijn buurt om de ronde bocht der
tafel zat en vertelde haar zijn ievensloop
Mannen, minder nai'ef dan hij, hadden haai
die sdhatting betaald, want zij was een meis-
je dat iederen man, met wien zij in aan raking
kwam, er onbewust toe bracbt haar zijn Ie
vensloop mee te deelen enkel het zien van
faaar was daartoe voldoende.
Het diner scheen als't ware om Mary Ver
trees en den vroolijken gastheer te draaien,
zooals in een tooneelstuk alles draait om den
held en de heldin daarvan; zij waren de grij-
ze koning en de van sterern schitterende prin-
ses van dit schouwspel. Zij maakten elkaar
het hof en ieder maakte faun het faof. Aan het
beneden eind, dicht bij de Pump Works van
suiker, waar Bibbs zat, werden ftoorbaar gis-
singen gemaakt en bewondering geuit. .,'k
Ben benieuwd wie de dame is die zoo met den
ouden man weet op te schieten „Het moet
een rijke erfgename zijn." „Erfgename? Be
ware me, ik zou er dan nog toe kunnen ko
men een rijk huwelijk te doen."
(Wcrdt vorvolgr)
msclt Cot
XVL
Da DiamanislUperQ«MaatachappQ
18451920. Da Heemschut«conferen»
tie. De oude kerk in varval. Arthur
Nikisch gastdirigent in het Concert,
gebouw. Dr. van Hamel Rooa 70
jaar.
Donderdag 1.1. vierdc de Dlamantslijperij.
Maatschappij hier ter stede haar 75<jarig be.
staan. Het is een jubileum van meer dan par.
ticuliere beteekenis, omdat deze Maatschappij
eene belangrjjke rol heeft gespeeld in de ge>
schiedenis der Amsterdamsche diamantnijver.
heid. Een en ander vindt men uitvoerig uiteen.
gezet in een gedenkboek van de hand van een
der beambten, den heer M. Barents.
Zooals algemeen bekend is, wordt de dia.
mant in vreemde werelddeelen gevonden en te
Amsterdam en enkele andere industrieele cen.
tra bewerkt Ook in vroeger tijden was dat het
geval, aanvankelljk uitsluitend als huis.in.
dustrie. Ongeveer honderd jaar geleden begon
deze huisindustrie te verdwijnen, om plaats te
maken voor een vrjj primitief fabriekswezen,
waarbij paarden als beweegkracht werden ge»
bruikt. De meeste juweliers waren eigenaars
van zulke fabriekjes, doch beleefden van dit
bezit, om financieele redenen, weinig genoe.
gen. En om deze geldeljjke bezwaren te onder.
vangen, besloten de Amsterdamsche labrikan.
ten eene groote stoomdiamantslijperjj op te
richten, waarvoor zjj gezamenljjk het kapitaal
bijeenbrachten, hopende op deze wijze een
voordeeliger exploitatie te bereiken dan op
hunne kleine fabriekjes mogclijk was. Deze
Maatschappij tot Exploitatie van diamantslfj.
perjjen „Diamantslijperij«Maatschappu" ge.
naamd, kocht tevens de overige in Amsterdam
bestaande fabriekjes, zoodat zij, op twee uit.
zonderingen na, in het bezit kwam van alle
fabrieksruimte in de stad. Zij verhuurde hare
molcns tegen een vast tarief aan de werklieden
harcr aandeelhoudes. Zoo ontstond de eigen*
aardige toestand, waarbij de fabrikanten bp.
hielden fabriekseigenaren te zjjn, terwijl hunne
werklieden per dag werkgelegenheid huurden
bjj de diamantslijperij. Deze toestand bleef, in
groote trekken, tot op den huidigen dag be.
stendigd.
In den tfjd voor 1873 bezat de „Maatschap.
pij" een zeer vcrstrekkecden invloed op alles,
wat onder het diamantvak ressorteerde. Op
hare aandeelhouders.vergaderingen verschenen
zoo ongeveer alien, die eene leidende positie
in diamantstad bekleedden. Het Bestuur, uit de
„upperten" van dezen kring bestaande, troon.
de hoog daarboven in autoritaire glorie en
deelde de lakens uit in de geheele Industrie.
Aandeelhouders en werklieden waren door
strenge bepalingen aan de ..Maatschappij" ge.
bonden. Er viel niets voor of het ressorteerde
onder en kwam terecht bij het Bestuur. Als
vraagbaak en arbiter in hoogste instantie
speelde de Diamantslijperij.Maatschappij haar
rol bij aangelegenheid van allerlei aard: vakbe.
langen en vakconflicten, tentoonstellingen in
binnen. en buitenland, leerlingkwesties, werk.
loozen.ondersteuning, invalieden. en weezen.
zorging.
Na 1873, toen de industrie aan den invloed
der ..Maatschappij" begon te ontgroeien, werd
deze langzaam maar zeker teruggedrongen tot
haar tegenwoordige plaats, d. L die eener ge.
wone molenverhuurinrichting, zooals er vele
andere zijn.
Een bekende figuur in de oude ..Maatschap.
pij" was J. J. Posno, consul Posno, zooals zijne
tjjdgenooten hem noemden, omdat hij consul
van Turkfje was een der bckendste Amster.
damsche juweliers uit het midden der vorlge
eeuw, den man die o.a. het intitiatief heeft ge<
nomen tot het oprichten eener geregclde
stoomvaartverbinding tusschen Antwerpen en
Brazilie, waar in die dagen bijna alle diamant
gedolven werd.
Het boekje is keurig verzorgd. O.a. vindt
men er in de reproductie van eene oude staal*
gravure, voorstellend het interieur van eene
diamantslijperij in de 18e eeuw; het is eene
bladzjjde uit Het Menscheljjk Bedryf, en de
dichter moraliseert er aldus bij:
„De menscH wil gssEren slerl^K eQ2>
„Door diamantsteen of robfjn,
..Opdat zijn rfjkdom zij gepreezenl
,,'tWas beter dat hij 't recht bezon,
„Om eens te blinken als de zon,
„Dat zal een and're schoonheid weezen."
Ook bevat het boekje bjjzonderheden over
den zoogenaamden Kaapschen tijd (1870
1876), die wonderlfake pcriode, waarvan zoo.
veel buitensporigs virhaald wordt; waarin
men alleen maar noodig had, in den gouden
regen te gaan staan, om in een minimum van
tijd achatrijk te worden. De ruwproductie van
de pas ontdekte Zuid.Afrikaansche mjjnen was
overweldigend groot en stelde alles, wat op
dit gebied tot uog toe was vertoond in de
schaduw. Er waren gccn handcn genocg, om
al het ruw te slijpen. En zoo bodea de pa.
troons tegen elkaader op, wanneer het gold
zich de hulp van een werkman te verzekeren.
In dezen tijd werkten te Amsterdam ongeveer
1200 werklieden; de in het jaar 1872 uitbetaal*
de loonen worden door het Bestuur der Mast*
schappij op zeven 4 acht millioen gulden ge.
schat. Het gemiddelde weekloon zou dan cir«
ca 130 hebben bedragen, of ruim elf maal
zoo veel als tien jaar later. Natuurlijk werd
er door de werklieden veel geld stukgegooid.
Maar dit was toch niet zoo erg als men het
pleegt voor te stellen. Velen bespaarden in be.
trekkelijk korten tijd een bedrjjiskapitaaltje,
en menige groote juweliersfirma van thans is
dan ook in die jaren ontstaan en opgekomen.
Vrijdag en Zaterdag 1.1. is te Amsterdam de
derde Heemschut>conferentie gehouden. Men
weet natuurlijk wat die Bond wil. Kortweg: het
behoud van de schoonheid in Nederland. Niet
altijd hebben de pogingen die daartoe worden
gedaan de gehoopte uitkomst, maar toch kon
de secretaris, de Amsterdamsche architect A,
Weissman, er op wijzcn, dat Heemschut me.
nige zege behaaid heeft in den strijd tegen da
ontsiering van ons vaderiand. Heemschut is
popuiair geworden; steeds meer roept men
zijn hulp in, vaak niet tevergeefs.
Tweeledig is het doel van Heemschut In de
eerste plaats wordt gezorgd dat de bestaande
schoonheid niet verdwijnt, doch in de tweede
plaats dat ook het heden schoonheid schept,
opdat de toekomst zich over dat nedea niet te
beklagen zal hebben.
In den regel heeft men alleen oog voor het
eerste deel der taak van Heemschut Daardoor
wordt het streven van den Bond met dat van
oudheidkundige vereenigingen verward, en
gaat Heemschut door voor een „conservatief"
lichaam, ofschoon het dit inderdaad niet is.
En ook bepaalt Heemschut zich niet aiieen
tot gebouwen, een felle strijd heeft de Bond
bijv. gevoerd tegen het uit baatzucht vellen
van boomen, wat gedurende den ooriog groote
afmetingen dreigde aan te nemen. De Bond
lokte de „noodboschwet" uit die het leggen
van „kapverbod" mogelijk maakte. Zoo is
heel wat schoonheid gered.
In den strijd tegen de reclame heeft Heem.
schut eveneens veld gewonnen. Noord»Hol»
land,Zuici.Holland, Zee land en Limburg heb.
ben thans verordeningen tegen de reclame, ook
eenige gemeenten. Maar de groqtste gemeen.
ten des lands laten de ontsierende reclame nog
steeds voortwoekeren.
En ten slotte tracht Heemschut in de bouw.
verordeningen zoogenaamde welstandsbepa.
lingen te doen opnemen, om te verkrijgen dat
er in steden en. dorpen beter gebouwd wordt
Ziehier cog eens een overzicht vac den ze.
genrijken arbeid van Heemschut gelijk die
door den secretaris geschetst is .Wat niet in
zijn verslag vermeld is, dat is dat de ziel en de
beweegkracht van Heemschut hijzelf n.L de
heer Weissman is. Men had aan gcen beter
man de leiding in handen kunnen geven. Want
hij gevoelt weliswaar veel voor historic, gelijk
hij ook bewezen heeft door het standaardwerk
„Noordhollandsche oudheden" dat hij met nu
wijlen zijn collega van Arkel heeft saamge.
steld, maar daarnaast is hij architect dus een
die zich niet bepaalt tot het snuffelen in oude,
stoffige foiianten, maar die ook nieuwe schoon.
heid wil brengen. Vveissman is gedurende eeni.
ge jaren de stadsarchitect van Amsterdam ge.
weest Zijn meest«bekende bouwwerk is ons
Stedelijk Museum.
Dezer dagen is te Amsterdam in grooten ge.
tale verspreid eene circulaire, waarin de aan.
dacht wordt gevestigd op den toestand waar.
in een gedeelte van wellicht het oudste hoofd.
gebouw onzer stad zich bevindt
Het gaat om de Oude kerk, de eerste Paro.
chie.kerk van Amsterdam, gesticht in het be.
gin der 14e eeuw, welk gebouw steeds eene ge.
wichtige rol in de geschiedenis der stad heeft
lijke.
vervuld. Dbst zijn oasw nxiTvaderga ter Belli
gegaan; daar werden de handvestec van Am.
sterdam in de nog bestaande ijzeren kapel be.
waard; daar liggen onze helden o.a. Heems.
kerk, van der Hulst en Wirtz begraven; daar
prfjken de wapens der Burgemeesteren op een
der vecsters, vanaf 1578.
Een blik op de N. W. zijde van dit monu.
ment doet echter zien, dat geheele restauratie
daarvan zeer noodig is. Eenige jaren geleden
toch verzakten de muren vac de uiterste
i Noord. en Westgevels, hetgeen vernieuwing
yac de paal.fundeering diar coodzakelfak
maakte. Om het heiwerk te kunnen verrichten,
moesten de omliggende huisjes worden afge.
broken, en werd een zwaar offer van de kerke.
lijke kas gevraagd.
Toen genoemd fundeeringswerk gereed was,
moesten in den oorlogstfjd, die kale, zwaar.be.
schadigde muren voorloopig zoo blijven staan
en konden de huisjes niet herbouwd worden.
Want de kerkclijke kas kon niet meer missen.
En scdert Is het geheel met een houten
schutting omgeven, die het onoogelijk aanzien
verergert
Er heeft zich nu eene commissie gevormd
om gelden bfjeen te brengen voor de restaurs,
tie. Het plan tot de restauratie van het Noord.
Westelijk gedeelte, opgemaakt door dec heer
C. B. Posthumus Meyjes, architect der kerkge.
bouwen, omdat den kerkgevel in het N.W. met
den asngrenzenden zijmuur van de eerste ks.
pel; voorts de Westelfakste drie gevels in het
Noorden, het traptorectje dat gestaan heeft
nsast het Noordefajk Kerkportaal (de z.g. Non.
nenpoort), dat voerde naar eene gaacderij in
de derde kapel, en welks fundeering vrfj gaaf is
voor den dag gekomen.
De kosten van deze restauratie worden be.
groot op 100.000, maar zoodra er 30.000 is
ingekomen, kan er met de restauratie worden
aangevangen en de schutting voor een groot
deel verdwijnen.
Het is te hopen dat de rijke Amsterdammers
eens diep in hun beurs tasten. En vooral: dat
het debat over de wijze van restauratie dat nu
in de pers geopend is tusschen den heer Pos.
thumus Meyjes en een zfjner college's, den ar.
chitect Jan de Meijere, secretaris van de
3choonheidscommissie over de wijze van her.
stel (ccn vraagstuk waarover de „gelcerden"
het nooit eens worden) aan de restauratie zeb
ve geen hinderpalen in den weg legtl
Merkwaardige triomfen heeft in het begin
van deze week de beroemde Duitsche dirigent
Arthur Nikisch hier ter stede, in het concert,
gebouw behaaid. Z66 uitbundig is hij toege.
juicht dat verschillende critic!, met alien eer>
bied van de groote gaven van Nikisch als or.
kestleider, verklaard hebben dat zij hier voor
een psychologisch raadsel staan. Een dien ik
sprak noemde dit een typisch voorbecld van
massa.suggestie. Z66 opvallend was de publie.
ke geestdrift, dat men er een soort vac tegen.
steliing voor Willem Mengelberg, onze eigen
Meester.Dirigent in begon te gevoelen, en
zelfs iemand als Evert Cornells, de vroegere
tweede dirigent van het Concertgebouw, de
man van de opposite tegen Mengelberg, tegen
het Mengelberg.r6gime, zich genoopt heeft ge.
voeld in de Teiegraaf, het blad van de opposi.
tie tegen Mengelberg, cen lans te breken voor
dienzelfden Mengelberg, dien hjj minstens zoo
groot vindt als Nikisch. Zoo ziet men: het
bloed kruipt waar het niet gaan kan!
Het is nu al wcer 23 jaar geleden dat Ni.
kisch te Amsterdam in het Cencertgebouw is
opgetreden. Ik herinner mij hem toen als een
charmant, donker type; meer Fransch dan
Duitsch; een elegant kunstman met een artis.
tieken lok op zijn voorhoofd, en een keurigen
rok aan, die hem als 't ware geschilderd zat
Nu is hij een grijskop "geworden; iets meer
borstelig, minder gepolfjst; maar nog vol vi>
tale kracht. Daarvan hebben wfj ons thans
weder kunnen overtuigen.
Arthur Nikisch is in 1855 geboren te
Lebendy Srentbliklos in Hongarfae. Hij bezocht
het Weensche Conservatorium en begon zijn
loopbaan als violist In 1878 kwam hij als kapel.
meester aan de opera te Leipzig. Van 1889
'93 was hij in Boston diligent der Symphonie.
concerten, twee jaar later Opera.dirigent in
Pest In 1895 werd hfa opvolger van Carl Rei.
necke als dirigent der „Gewandhaus"'Concer>
ten in Leipzig. Daarbij leidt hij geregeld de
philharmonische concerten in Berijjn en Ham.
burg, en was v66r den ooriog jaarlijks gastdi.
rigent in de meeste groote muziekcentra van
de wereld. Bepaaldeiijk in Rusland, Frankrijk
en Engeland vierde hfa als concert, zoowel als
opera.dirigent de grootste triumphen.
Nikisch, zoo zegt een zijner bewonderaars,
is een der scherpst<omlijnde, karakteristieke
dirigenten na Biilow. Tegenover den genialen
analyticus Hans von Biilow sou men hem den
grooten syntheticus moeten noemen; tegen.
over den levenwekker der klassieke kunst, is
Nikisch de romenticus aan den dirigecten.les>
senaar. Zfan naam is onafscheidelijk van de
groote Wagner.triumphen, van de overwinnio
gen der symphonic! Liszt Bruckner en Tichai.
kowsky.
a
Dr. P. F. van Hamel Roos, de welbekecde re.
dacteur van het „Maandbled tegen de Verveb
schingen", heeft 10 April LL zfjn 70sten ver.
jaaidag gevierd. Reden te over voor zfjne
vrienden en hfj heeft er velenl om den
grijzen strijder tegen bedrog op het gebied der
levensmiddelen, eens in het zonnetje te setten.
O. m. is er een feestnummer van zijn eigen
blad verschenen, waarin hij zelf nu eens niet
had geschreven, maar waarin over hem ge.
schrevcn is. Dr. C. F. Schreve geeft er eene
levensschets van den jubilaria in. Daaruit blfjkt
dat Paul Franqols te Amsterdam geboren is, en
wel in het vermaarde „Huis met de seven
hoofden", waarin zijn vader C. F. Roos als
kunstauctionaris gevestigd was. Op 11 Maart
1873 promoveerde hfj te Gottingen tot doctor
In de scheikunde. Kort daarne werd hij assi.
stent van prof. Kossler aan het instituut voor
wfjn. en vruchtenbouw te Klosternenburg bij
Weenen. Zijn verblfaf aldaar heeft hem de rich,
ting aangewezec, waarin hij zich geheel zijn
verder leven zou bewegen: het onderzoek
naar de vervalsching van levens en genotmid.
delen. Nadat hij nog te Bonn en te Parijs ge.
studeeid had, en te Londen als chemisch lei.
der van de ..Stirling Chemical Works" van de
heeren Dirmir en Co was opgetreden, keerde
hij naar Amsterdam terug, en richtte hij in
Januari 1878 in zijne vaderstad een bureau
voor chemisch en microskopisch onderzoek
op, welk bureau niet alleen in de stad zijner
inwoning, maar ook daarbulten, al spoedig
groote bekendheid kreeg, niet het minst door
zijn voortdurende onderzoekingec op het ge.
bied van vervalschingen van levensmiddelen..
In 1884 richtte hij het Maandblad tegen Ver.
valschingen op en in de 36 jaargangen heeft
Van Hamel Roos door zijne onderzoekingen
ontelbare vervalschingen van levensmiddelen
aan de kaak gesteld en daardoor niet genoeg te
waardeeren diensten aan de volksgezondheid
bewezen. Het door hem ontworpen systeem
voor onderzoek van levensmiddelen en han.
delswaren ten behoeve der afnemers heeft in
verschillende landen navolging gevonden. Van
Hamel Roos is een der voornasmste pioners
geworden op zijn gebied en sedert 22 jaar ad.
viscur voor scheikundige en hygienische zaken
van het Huis van H. M. de Koningin.
Eene merkwaardige persoonlfakheid dual
WAGENAAR Jr.
4-