DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De Wielingen-kwestie. lo. m DR mmmret Batsat dR 3 Blades. Honderd twee en twinfigste Jaargang. A Abonnementsprljs blj vooruitbetaling per 3 maanden f 2.—, fr. per post f 2.50. Bewljsn. 5 ct. Advertentiepr. 25 ct. p. regel, grootere letters naar plaatarnlmte. Brleven franco N.Y. Boek- en Handelsdr. v.h. Herms. Coster Zoon, Voordam C9, Tel. Admlnlstr. No. 3. Bedactie No. 83. Buitenlandsch Ovcrzicht Buitenland Z A T E R 1) A G Dlrecteuri Q. H. KRAK. HoofdredaoteurTj. N. ADEMA. 5 J U N I Een ffoode buur is bcter dlan een verre wi«id, zctf een oud-Hollandsch spreek- woora. En daaruit blijkt wel van hoe groot belang, ni'et allcen voor peraonen, niaar ook voor staten, een gocde nabuurschap is. x Wij, Nederlanders, hebben weinig verre vrienden, wij hebben zelfs weinig vrienden in de nabijheld en wij hebben een Bclgischcn buurman, met wiena bijzondere eigenaardig- hcdeu wij nog altijd niet vcrtrouwd geraakt zijn. In de oorlogsjaren heeft Nederland zonder vrienden en zonder vijanden tusschen de groote atrijdende groepen der verbondenen gestaan. v Nu is de oorlog voorblj. Een onvrlcndelij- ke bcjegening van de zijae van overwmnaars en overwonnenen ondervinden wij niet, niaar met vriendschapabetulgingen, met dankbare erkenning voor het goede in onze houding worden wij evenmin overladen. Nederland blijft zich mln of mcer het stief- kind in het Europeesche huiahouden gevoe- len. Voomamelijk met Belgie, onzen Zuidelijkcn buurman; is de verhoudlng nimrner bijzonder hartelijk geweest. De geschledenis van de negcntiende eeuw it tevens de lijdensgeschiedenis van de Hob lanrisch-Belgische betrekkingen. Wij behoeven niet meer aan de jaren der vereeniging van Belgie en Holland te herin- neren. In Holland zoowei als in Belgie was men maar al te blij, dat de huwelijkaband weer verbroken werd en eindelijk in 1839, door de onderteekening van het tractaat van London, een regeling werd getroffen, waarbij de scheiding tusschen beide landen definitief werd. Sindsdlcn is Belgie onze buurman geweest, een buurman, die zoo nu en dan eens zijn hoofd over de scheidingshaag tusschen beiae :rvcn stak, met wien wij wel eens een gezei- .ig of minder gezellig buurpraatje maakten, maar aan wien wij nimrner onze voile sympa- thie hebben gegeven. Tocn lewam de wereldoorlog. de Duitsche inval in Belgie, de opnamc van tienduizenden vlnchtelingen in ons vaderland. En daarna de vrede, de terugtocht der Belgen, die, als dank voor het gastvrijc ont- haal, een souvenir wcnschten in den vorm van een stukje grond in het Zuiden van Llm- burg, of in Zeeuwsch-Vlaandercn, zoo moge- lijk nog met een hoekje van Walchexea of Zuid-Bevclandi. V66r wij verder gaan, dient er op gewezen te worden, dat deze annexionistiscne eischen niet van het gelicele Belgische volk afkomstig mogen heeten, dat wij; met name onder de Vlamingen, veto gocde vrienden hebben, die de Belgische actie tegenover Nedierland ten scherpste hebben afgekeurd. Maar het comitd de politique nationale en zijn geestverwanten heeft zijn verwoede anti- Nederlandsche campagne voortgezet en de Belgische regcering, met name minister Hij- mans, heeft nimrner blijk gegeven deze cam pagne, a is een ongewenscme, met kracht te willen tegengaan. Belgie heeft uit den mond der groote mo- gen dheden zijn vonnis vemomen. Het mag zijn belangen met Nederland door herziening van de tractaten van 1839 regelen, maar het behoeft niet op eenige uitbreiding van grondgebied ten koste van dien buur- ataat te hopen. Dat heeft de groote annexioniistische schreeuwers den mond gesnoerd, maar dat zij niet van plan waren zich zoo gemakjcelijk gc- onnen te geven, is thans wel uit den loop der te Parijs gevoerde onderhandelingen be treffende de tractaatswijzigingen. gebleken. Wij k.omen nu tot de door minister van Karnebeek in onze Tweede Kamcr afgelegde verklaring. Daaruit blijkt, dat de onderhandelingen met Belgig zoover waren gevorderd, dat orn- trent den inhoud, zoowei van het verdrag tusschen Belgie en Nederland tot herzienlng van het verdrag van 1839, als van het verdrag met de nogendheden tot opheffing van de ga- rantie-yerdragen van datzelfdie jaar, overeen- atemmtng was verkregen Voomamelijk in het eerstgttioemde verdrag werden aan Belgie belangnjke conccssies gedaan, zonder dat Nscierland daartegenover voordeelen van be- toc'-cnis bedongen heeft. De tekst van het collectieve tractaat werd v; ngesteld en dh commissie van veertien had nog slechts aan de betrokken regeeringen ha a rapport uit te brengen, zoodat* men op een %poedige onderteekening der tractaten re- kende. a kwam de Wielingen-kwestie op "het tapht, dc vraag of de Wielingen aan Belgie of Nederland zouden behooren, over welke vraag j-ern eenstemmigheid bereikt werd. Men bqijverde zich toen, uit het economisch tractaat alles te weren wat op de vraag van de souverelniteit van de Wielingen zou kun- nrn prejudicecren en toen bleek„dat men in- zake tie Wielingen niet tot overeensitemming zou koinen. toen Belgiii clke oplossing van het vraagstuk, waarbij deze Schel^mond haar niet geheel werd toegewezen, weigerde cn het vraagstuk evenmm aan arbitrage mnsdvts ts ocdswarpso, van beide zijden de kwestie te laten zooalas ze was Zij zou dus onopgelost blijven en zoo wei de Belgische als de Nederlandsche delega te zou in de commissie van veertien een ver klaring met toelichting afleggen, waarin van de vmchillende opvaftingen werd blijk ge geven. Dit is geschied en men wachtte nu nog slechts op de onderteekening van het tractaat, daar de commissie van veertien bepaald had, dat van de verklaringen inzake de Wielingen- kwestie zou melding gemaakt worden in het door die commissie aan de betrokken regee ringen uit te brengen rapport In de bijeenkomst van 21 Mei J.I., toen die Nederlandsche delegatie het slot der besprfr kingen verwachtte, werd door de Belgische delegatie plotseling medegedeeld, dat de Bel- giscne regcering de onderhandelingen bctref- nmde de herziiening van de tractaten van 1839 niet wilde voortzetten zoolang de Nederland sche regeering niet zou toegestemd hebben in een oplossing van de Wielmgen-kwestie, die de reaiten van Belgie verzekert. De Nederlandsche delegatie heeft daarover haar groote verwondering te kennen gegeven, omdflt dit in strijd met alle afspraken was en er van schorsing der onderhandelingen moeilijk sprake kon zijn. waar deze in werke- lijkheid reeds geeindigd waren. Minister van Karnebeek heeft er in de Tweede Kamer nog eens den nadruk op ge- legd, dat, wat de kwestie der Wielingen be- trat, voor Nederland, afgescheiden van zijn rechten, daarbij belangen betrokken zijn, die niet onderschat mogen worden. Nederland blijft bereid tot een redelijke oplossing mede te werken, maar het zal niet met terzijdestel- llng van het standpunt, dat van oudsher werd ingenomen en1 met wijziging van eeuwenlang tK^taande toestanden, een regeling aanvaar- <len; die slechts met de Belgisdie hr>mgen re- kening houdi Te minder waar iafclit geding Belgie aanvankelijk de heenschappij over de geheele Schelde wenschte en bij de regeling van rechten dus, met het oog op de toekomst, voorzichtigheid geboden is. Nederland, zoo heeft de minister nog laten uitkomen, heeft de herziening der verdragen van 1839 niet gezocht en het heeft die ook niet noodig, omdat het door die herziening geen voordeel ondervindt. Nederland heeft zich bij de onderhandelin gen volkomen correct georagen en kan met gerustheid het oordeel der geschiedenis tege- moet gaan en den verderen loop van zaken afwacnten. Laten wij nu den twistappel zelf eens wat nader bekijken en daarbij even nagaan wat. onze regeering daarbij ter motiveering barer houding aanvoert. Wanneer wij de kaart van. Zeeland voor ons nemen, zien wij, dat de Westerachelde drie vaargeulen naar zee heeft, het Oostgat, de Deurloo en de mee9t zuidelijke, de Wielint- gen, die tevens de beste is. Deze vaargeul loopt voorbij Zeebrugge tot Blankenbergne en blijft, zooals minister Hij- mans in de Belgische Kamer toelichtte, bin- nen een lijn op zes mijlen afstand van de Belgische kust getrokken. Belgie's zeedomein strekt zich tot aan het Fransche uit over een- breedte van minstens drie mijlen en dus over heel het gedeelte van de Wielingen, dat binuen deze strook valt. Volgens minister Hijmans bezit Belgifi de souvereiniteit .over dit gebied. De Nederlandsche regeering is, zooals mi nister Van Karnebeek reeds deed uitkomen, het daar niet mee eens. Nederland heeft van oudsher, aldus onze minister van buitenlandsche zaken, de souve reiniteit over de vaargeul tot aan voile zee bezeten, maar na 1830 is bij herhaling daar over kwestie met de Belgisdie regeering gere- zen, zonder dat men tot eene oplossing kwam. En daar beide landen belang bij een goede vaargeul hadden, is o. a. in 1866, toen een nieuw stelsel van verlichting op de Wester- schelde is ingevoerd en eveneens in 1881 aan Belgie het plaatsen van lichtschepen veroor- loold, waarbij evenwd uitdrukkelijk bepaald werd, dat elke kwestie van souvereiniteit van weerszijden werd voorbehouden. In Augustus 1914, bij het uitbreken van den wereldoorlog, verzocht de Belgische re geering den toegang tot de Belgische kust ter plaatse niet door het leggen van mijnen voor de vloot der Geallieerdai ontoegankelijk te maken en in verband met de twistvraag over het betrokken gebied besloot Nederland de feitelijke handhaving der neutraliteit niet over dit watergebied uit te strekken, zoodat dit door de verschillendc oorlogvoerenden als ooriogsgebied gebruikt is. Met ait gevoTg natuurlijk, dat reeds in Oc tober 1918 de Belgische regeering zich tot de Nederlandsche wendde met een nota, waarin zij uitdrukking gaf aan hare meening, dat op grond van hetgeen gedurende den oorlog had plaats gevonden, de Nederlandsche regeering blijkbaar het besproken gSdeelte der wielin gen als Belgisch watergcliied beschouwde. Daar een herziening aer tractaten van 1839. aanstaande was, onthield de Nederlandsche regeering zich van antwoordi, wat te betreu- ren is, daar dit de Belgen dringender in hun aanspraken moet gemaakt hebben. Het spreekt van zelf, dat een deel der Belgi sche pers heftig tegen Nederland te keer gaat, dat de bat t^/ydA tmer hooger heffen. dat sprookjes als de hulpverleening door Nederland aan Duitschland ten koste van Belgie weer opgeld doea. Het zou vergeetsche inoeite zijn deze schreeuwers van het ongerijmde van hun be- weringen te overtuigen, om de eenvoudige reden, dat zij niet overtuigd wenschcn te worden, En het zou evenmin in de lijn van het tot dusver door onze regeering gevolgde optre- dea liggen, deze schreeuwers met eenzelide scheldpartij te beantwoorden. Die schreeuwpolitiek is slechts op uiterlijk effect- en op een indruk maken bij die groote massa berekend. Wij dienen de onderhavige kwestie rustlg en onbevancen onder de oogen te zien. En dan (can niet ontkena worden, dat, zooals de zaken nu staan. de Belgische aan spraken sterker dan de Nederlandsche schij- nen. Het moet indcrdaad op andcre staten cen vreemden indruk maken, dat Nederland aanspraak op cen gebied maakt, dat onbe- twistbaar tot de Belgische territoriale watercn schijnt te behooren. Het komt ons voor, dat een beroep op historische rechten door Ne derland daartegenover niet veel indruk maakt en het zou zeker wenschelijk zijn, dat de Ne derlandsche regeering de grouden waarop het Nederlandsche standpunt berust, eens uit- voerig uiteen zette. De regeering, die over, alle gegevens beschikt, zal zeker wel in staat zijn haar standpunt inzake de Wielin- gen-kweatie duidelijker te motiveeren Maar zelfs al was dit niet zoo, dan blijft nog het feit, dat de Nederlandsche delegatie op elke wijze tegemoetkoming aan de Belgi sche eischen en een voor beiae partijen aan- nemelijke regeling voorgesteld heeft, welke afgestuit is op de houding der Belgen, die al les of niets wenschten. Het is begrijpelijk, dat, voomamelijk daar niet Nederland( maar wel BelgiS een overwe- gend belang bij het slagen der onderhandelin gen had, de Nederlandsche regeering voor een volkomen toegeven aan de Belgische ei schen niet te vinden is geweest. Nu res ten nog twee groote vragen en' wel allereerst wat Belgie er toe gebracht heeft plotseling alle reeds verkregen voordeelen door zijn onverzoenlijk standpunt inzake de Wi el ing m-kwestie te niet te docn. Waarom alles of niets gevraagd, als men vooruit wist niets to zullen krijgen, daar Ne derland, dat bij de herziening aer tractaten de kleinste belanghebbende is, eenvoudig in Jvet afbreken der onderhandelingen zou boms- ten. Of hoopt men wellicht van Belgische zijde op steun van Frankrijk. Heeft men te Bnissel misschien de verzekering ontvangen, dat Frankrijk de Belgische aanspraken zal steu- nen en hoopt men met dezen bondgenoot mis schien nog op wat beters als het betwiste ge- ,bied van ae Wielingen? Het Fransche blad de „IntransigeanE' houdt zich reeds bezig met de gevareu voor BelgiS aan een Duitsche invasie door Lim- burg verbonden, maar het is toch niet te ver- wachten, dat de Fransche regeering thans openlijk een Belgische annexionistische poli tick zal steunen. Nederland heeft wel geen geheimc overeen- komst inzake de Schelde met Engeland ge troffen zooals reeds van Belgisdie zijde beweerd is maar desondanks kan Frankrijk wel van tevoren nagaan dat het te velde trek- ken voor. Belgische annexionistische eischen, bij zijn vroegere |trijdmakkers allesbehalve gunstig ontvangen zal worden. Maar wat kan dan de Belgische regeering tot dit plotselinge optreden bewogen heb ben? Dat is het earste raadsel, dat wellicht spoedig opgelost zal worden en het aftre- cien' van minister Renkin wijst er op mis- tschien wel zijn verklaring in een politieke ma noeuvre van minister Hijmans en zijn kabinet vindt. Het tweede raadsel is wat er nu verder van de herziening van de tractaten van 1839 te- recht zal komen. En hierop zal de Belgische regeering wel het antwoord moeten- geven. Zij heeft bij die herziening een overwegend belang en waar Nederland deze niet gezocht en ook niet noodig heeft, zal het ten Slotte Belgie wel zijn, dat om vergeving voor zijn kwajongensachtig optreden zal moeten vra- gm- Gisteren is dan te Versailles dc vrede met Hongarije geteekend. De hcele plechtigheid duurde slechts tien minurcn, en toen was de officieele vrede, waarlegen in Hongarije zoo veel verzet is, een volaongen feit. Dit is nu weer een vredesverdrag, waarvan moeilijk ge- zegd kan worden, dat het een waarborg zal zijn voor een eeuwigen vrede. Daarvoor is de wrok in Hongarije te groot over de gebiedien, die het heeft moeten aistaan. De grenzen van het land zijn nu als volgi: De in het Noorden wonende Slowaken ko men aan den Tsjecho- Sle vskischen staat. De RoemeniSrs, welke in at. Ooeten en Zuid- Oosten wonen (Zevenburgen) zullen deel uit- maken van Roemenie. De Serviers in het Zui den worden opgenomen in Joego-SlaviS, ter- wijl de Duitsdie bevolking in het Westen by Oostenrijk komt. In bet Westen loopt thans de grens westelijk van de Raab. De grens met Joego-Siavii word* gevonnd door de Mur «n da Drive, tot ongeveer 60 K.M. noordelijk van de plaats, waar de Drave in den Donau stroomt. Verder gaat deze grens zuidelijk langs Mo- hacz, Baja en Szegedin, waar ze zich veree- nigt met de Roemeensche grens even ten Zuir den van Mako, om vandaar in N.-Oostelijke richting tusschen Debreczen en Groszwar- dein door te gaan. waarbij de eerste plaats aan Hongarije, de tweede aan Roemenie wordt getrokken Tsjecho-Slowakije is van Roemenie en Hon garije gescheiden door het Theiss-dal, van- jwaar de grens loopt naar het Douau-dal, on geveer 30 K.M. vanaf Boedapest. Vanaf Gran tot aan Pozsony is de Donau de grens tus schen Hongarije en Tsjecho-Slowaijke Het zijn heele stukken van zijn grondgebied, dat Hongarije heeft moeten missen, en dat het met een bloedend hart den opgelegdea vrede teekende, bewijzen wel de woorden van den president van de Nat. Vergadering bij de ope ning van de zittiog van Dondcrdag. Onder algemeenen bijval zei hij o. m.Het vredes verdrag brengt niet den beloofdcn eeuwigen vrede, maar zal veeleer tweedracht tusschen de volken zaaien en nieuwe oorlogen ten ge- volge hebben Alle ongercchtigheaen, hetzij door personen of door naties begaan, wreken /lch. wij vcrtrouwen op de goddelijke voor- zienigheid, op de taaiheid onzer natie en op onze edgen kracht. Door aaahoudenden arbeid zullen wij wetcn te bereiken, dat met het woord „Raakt den Hongaar niet aan" reke- ning moet worden gehouden. Den afgeschei den gebieden roepen wij toe: Na een duizend- jarig bijeenzijn moeten wij scheiden, maar niet voor eeuv/ig! Al onze gedachten zullen er dag en nacht op gericht zijn, dat wij ons in de vroegere grootte en met den ouden roem met u hereenigen. Als teeken van rouw werd de zitting daar- op gesloten. De kwesties, die te Spa zullen worden be- .handeld, houden thans de regeeringen van de betrokken landen voortdurend bezig. Het gaat nu over de yerdeeling van den buit, waarover de heeren het nog steals niet eens zijn. Waarschijnlijk zullen de regeeringshoof- den van Italie, Belgie, Engeland en Frank rijk den 18en dezer nog eens bijeenkomen om de houding te bespreken, die zij den 2len Ju- ni zullen aannemen. Maar vooraf zal de Italiaansdhe onderstaatssecretaris van buitenlandsche za ken nog naar Londen gaan (misschien heden reeds) om de Britsche regeering in te lichten over de zienswijze der Italiaansche regeering omtrent die kwesties, die te Spa behandela zullen worden. In ItaliS is men er niet over tevredendat daar nog niets is ontvangen van hetgeen door Duitschland reeds is afgestaan (kolonifen en handelsvloot). Duitschland wil pogen gedaan te krijgen, dat de waarde van' ten en ander wordt afgetrokken van zijne re- kening, en als dit wordt ingewilligd, wenscht Italie eene herziening van de verdeeling der Afrikaansche kolonien, alsmede den voorrang bij de geldelijke schadelooestelling van Duitschland, als vergoeding van de door Frankrijk en Engeland te verkrijgea economi- sche voordeelen en koloniale bezitsvermeerde- ring Zelfs wanneer de Duitsche aanspraken zouden worden afgewezen, meent Italie recht te hebben op den voonoaligen Duitschen ko- lonialen rijkdom. Lloyd George heeft in het Lagerhuis ont- kend, dat er tusschen Engeland en Frankrijk een verkoeling zou zijn ontstaan in verband met de onderhandelingen met Krassin. 't Is de vraag of bij hem met de wensch de vadter der gedachte was, want nu de Engelsche mi nister-president zelf heeft erkend, dat Krassin zoowei de codperaties als de soyjet-regeering vertegenwoordigt, is het duidelijk, dat er ook namens die regeering zal worden gesproken, en dat is juist lets waarvoor men in Frankrijk nog al bevreesd' is Als eerste voorwaarden voor het beginnen van economische onderhandelingen stelde Lloyd George het vrijlaten van Engelsche ge- vangenen door Rusland en waarborgen, aat tijdens de onderhandelingen geen aanvallen zullen worden gedaan op Britsche belangen in het Oosten en in het vaderland. Engeland schijnt dan toch wel bezorgd voor den bolsje- wistischen invloed in zijn Aziatische bezit- tingen. Krassin heeft hiertegenover gevraagd de aanwending van den invloed der geallieerden om den aanval van Polen te doen staken. Men begint dus reeds nu anders dan bepaald eco nomische kwesties ter tafel te brengne. Het zal te beiien staan of de heeren bij la tere oonferenties de economische en politieke kwesties zullen kunnen scheiden. Het depart, van buitenl. zaken heeft te Was hington geweigerd om aan de commissie uit de Kamera van Koopihandel der Vereenigde Staten paspoorten te verleenen voor de reis naar Rusland ter bestudeering van de kwes tie der kervatting van de handelsbetrekkin- fen. Het depariement verklaarde dat on- anks de onderhandelingen van Krassin met andere landen, de polities van de Amerikaan- sche regeering ten aanzicn van den bandel met Rusland nog ongewijzigd is. En toCh zulJen, volgens mededeelingen van hooge regeeringslbeambten, de Vereenigde Staten owicieus worden vertegenwoordigd bij de onderhandelingen tusscheni Krassin en de afgevaardi'gden van den Oppersten Economi- schen Raad. DE BOYOOT VAN HONGARIJE. D« conferentie van tranaportarbeidars Southampton heeft besloten tie resolutie van de Internationale federatie van vakvereenigin- gen betreffende het boycotten van Hongarije, naar de parlementaire commissie en de Triple Alliance te verwijzen; zij heeft goedgekeund elke actie te steunen. DUITSCHERS EN DENEN. Volgens een bericiht uit Flensburg aan de „K. Z is het daar in de laatste dagen her- haaldelijk tot ernstige botsingen geko- men tusschen de Deensche bezettingslroe- pen en Duitsche burgers. De commandant der Deensche troepea heeft in verschillende toespraken' zijn onder- geschikten tot gewelddaaen tegenover de Duitsche bevolking aangespoord. Bij de re geering is een verzoek ingediend aen com mandant ontniddellijk terug te roepen. Sedert de invoering van kronenvaluta in de eerste zdne is het geheele zakenleven daar tot stilstand gekomen, daar de voorbereidin- gen voor de verandering der valuta op ge heel onvoldoende wijze getroffen waren. Ten- gevolge van de hooge loonen heeft een grooi aantaT bedrijven arbeiders ontslagen. DE DUITSCHE RIJKSDAGVERKIE- ZINGEN. Voor den verkiezingsdag, den ben Junl, zijn van de zijde der veihghudspolitic omvangnj- ke maatregelen getronen om een storing in het verloop der verkiezingen te voorkomen. Ieder stembureau wordt bewaalct door een wacht, waarvan de sterkte in overeenstem- ming zal zijn met het aantal kiezers in het be treffende district. De stembussen zullen in he! bijzonder beschennd warden, dar er geruch- ten lopen van plannen om de verkiezingslij*- ten te vernietigen en de bussen te ledigen. Het gemeentebestuur van Berlijn laat hef gebouw, waarin de verkiezingsuitslagen van het district Berlijn zullen worden verzameld, door een afzonderlijken post beschennen. In geza.ghebbende kringen gelooft men, dat da verkiezingsdag zonder ernstige ongeregeld- heden zal verloopen. In antwoord op een aan de candidaten vor de nieuwe Rijksdagverkiezingen en da partijleiders gezonden vragenlijst van da Duitsche pacifistische vereeniging, die da vragen bevat of Duitschland tot den volken- bond moet toetreden of naar een herziening van het vredesverdrag van Versailles slecha langs vreedzamen weg gestreefd moet war den en of in de scholen de geest van verzoc- ning tusschen de verschillende volken mod worden aangekweekt, hebben de leiders van het centrum en de democratische partij zich onvoorwaardelijk in bevestigdfenden zin uii- gesproken. Van de beide rechtsche partijen werd geen antwoord ontvangen. EEN SCHOOL VOOR NEGERS. Te Antwerpen wordt een school voor ne- gers opgericnt, namelijk voor Kongoleeschfl matrozen, die deel uitmaken van de beman- ning der Kongobooten. Een pastoor nam hei initiatief hiertoe. Daar zal men de jonge ne- gers, ten getale van 34, leeren Iezen, schrij- ven en rekenen. Later zullen zij bun onder- richt aan boord van de op Kongo varende schepen voortzetten. Ook in de kalonie zell .zullen onderwijzers met hetzelfde doel aan- gesteld worden. DE VERKOOP VAN DAGBLADEN. De rechtsche bladen in Berlijn bespreken de opzienbarende berichten omtrent den aan- koop van verschillende dagbladen door Stinner en andere grootindustrieelen en ver- klaren, dat deze aankoop een deel uitmaakt van «en groot publicistisch-politiek plan der rechtsche partijen. ten doel hebbende de ver- spreiding barer aenkbeelden onder het Duit sche volk. Volgens die bladen betreft het hier geen finandeele ondernemingen. EX-KOmNG COINiSTAiNrmN. De berichten der laatste dagen, dat (n Athena de weg wordt gebaand voor den te- rugkeer van ex-koning Kontaantijn, rijn door dezen vrijwel bevestigd. Aan een medewerkar van de „Epoca" heeft hij Terzekerd dat hij nooit afstand van den troon heeft gedaan. Hij heeft alleen Qriekenland tijdens den oor log verlaten. Hij i« vaat overtuigd dat zijn partjj bij de a lg em eene verkiezingen de over- winning zal bahalen en zinspeelde op zijn ta- rugkeer door te verklaren, datjglfa de Fran sche commissaris Jonnart indertijd heeft er kend dat de mogendheden zich niet tegen zijn terugkeer zouden verzetten als het land hen terug mocht roej>en. KORTE BERECHTHNi. De arbeiders der Engelachs gaafabria- ken hebben zich uitgesjtroken voor ataking. De moeilijkheden in het trambedriif, welke tot een gemeenachappelijke ataking van het but-, tram-, en tubcpersoneel te Londen zouden hebben geleid, zijn opgelost Er is een loonsverthooging van negen ahil- linga per week toegezegd. - Hit Fez (MaTokko) wordt gemeld, dat opetandelingen een heftigen aanval op een post hebben gedaan. Zij werden na een leven- dig gevecht teruggeworpen. De Franschen verloren een tirailleur. Zij berokkendan dan vijand ernstige verliezen. Van een aanbod van dan Opparatan Raad betreffende hat mandaat over Dantzig is in Hoorwegen nieta bekend. Turkije weigert de ouafhankelijkheii van Palestina en Armenia te erkannea an Thraciii aan Griekenland te geven. Da Fransche generaal waarschuwt par- loment en regeering voor da gevolgen van het, verlaten van den dienat door zeer vala officieren wegens da slechte bezoldiginf. Avanel, da Franacha financiaala gadal» GQDRANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1920 | | pagina 1