IhiKlt Coirait. ZIJN LAATSTE WC». LANDSSPEL „ALKMAAR 1930". Radio-hoekje r Rechtszaken Honderd twee en dertigste Jaargang. Vrijdag 10 Januari De plannen van de Alkmaarsche Oranjevereeniging. In Alkmaar het eerste Nederlandsche Landsspel? HOUII.I.KTON. Mo. 8 1929. I Zaterdag 11 Januari. Hilversum, 298 M. (Na 6 uur n.m. 1071 m 10.—10.15 Morgenwijding. 12.01—2. Concert door het A. V. R. O.-Kwartet. 2.— 2.30 Filmpraatje door Max Tak. 2.304. Aansluiting van het Tuschinski-Theater te Amsterdam. 4.4.30 „Onze Auto". Een achttal lessen door J. J. A. de Ridder. 4.30— 5._ Sportpraatje door H. Hollander. 5. 5 30 Gezondheidshalfuurtje door Dr. C. Thomassen, arts. 5.30—6.Gramofoonmu- ziek. 6.01—8.Concert door het Omroep orkest m. m. v. het Solo-Kwartet „Apollo". 8.V. A. R. A. Operette-uitzending. Na afloop: V. A. R. A.-Varia. In de pauze en na afloop: Optreden van humorist, afgewisseld met gramofoonmuziek. Huizen, 1875 M. (Uitsluitend K. R. O.) 11.30—12.— Godsdienstig halfuurtje. 12.15 1.15 Concert door het K. R. O.-Trio. 1.15 2.Gramofoonmuziek. 2.3.15 Kinder uurtje. 4.4.30 Cursus Esperanto. 4.30— 5.Cursus Engelsch. 5.-6.Gramofoon muziek. 6.01—6.15 Lezing over: „Duitsch- land in Vogelvlucht". 6.156.40 Gramo foonmuziek. 6.40—7.— Journalistiek Week overzicht. 7.7.15 Gramofoonmuziek. 7.15 —7.45 Lezing over: „Het Archiefwezen in Nederland en 't werk van den archivaris" 8.01—8.30 Optreden van een humorist. 8.30 9.30 Orkestconcert en humorist. 9.309.45 Nieuwsberichten. 9.4510.15 Optreden van humorist. 10.15—11.— Voortzetting concert. 11.12.— Gramofoonmuziek. Daventry, 1554-4 M. 10 35 Morgenwijding 110511.20 Lezing. 1.20—2.20 Orkest concert. 3.304.30 Verslag van een voetbal wedstrijd. 4.35 Piano recital door R. Renison. 5.05 Orgelconcert door R. New (cinema orgel). 5.35 Kinderuurtje. 6.35 Nieuwsbe richten. 7.Sportberichten. 7.05 Zang door S. Austin, bariton. 7.20 Lezing. 7.40 Lezing. 7.50 Concert. R. Colere, sopraan. W. Wat- cyns, bariton. Militair Orkest. 9.20 Nieuws berichten. 9.40 Lezing. 9.55 Concert. Orkest. L. Keyes, sopraan. F. Webster, bariton 11.20—12.20 Dansmuziek. Parijs „Radio-Paris"1725 M. 12.50 2.20 Gramofoonmuziek. 4.05 Kinderuurtje. 4.35 Dansmuziek. 5.20 Concert. Orkest en vocale solisten. 7.25 Gramofoonmuziek. 8.35 Pianoles. 9.05 Concert. Vocale solisten. 9 50 Gramofoonmuziek. Langenberg, 473 M. 6.207.20 Gramo foonmuziek. 9.3510.45 Gramofoonmuziek. 11.30 Gramofoonmuziek. 12.251.50 Or kestconcert. 4.505.50 Concert door strijk kwartet 7.20 Zitting van de Grosse Kölner Karnevals-Gesellschaft. 10.2011.20 Dans muziek. Intermezzo Verslag van de Zesdaag- sche te Dortmund. 11.2012.20 Dansmu ziek. (Gramofoonplaten). Kalundbcrg, 1153 M. 11.201.20 Orkest concert. 1.50—2.20 Gramofoonmuziek. 2.20 —2.50 Kinderuurtje. 2.504.50 Orkestcon- cert en declamatie. 7.208.30 Voordracht en zang. 8.30—9.05 Concert. 9.20—10.20 Or kestconcert. 10.20—11.35 Dansmuziek. Brussel, 508.5 M. 5.20 Gramofoonmuziek 6.50 Gramofoonmuziek. 8.35 Concert. Zeesen, 1635 M. 6.15—9.50 Lezingen en berichten. 11.2012.10 Muzièkuitzending /oor scholen. 12.1012.50 Berichten. 1.20 1.50 Gramofconmuziek. 1.503.50 Lezin gen. 3.504.50 Concert uit Hamburg. 4.50 —7.20 Lezingen. 7.20 Concert. Orkest, bari ton, instrumentale solisten en spreker. Daar- la berichten en tot 11.50: Dansmuziek. DE VERLOREN ZOON IN HET WARENHUIS. In een warenhuis in een Zuid-Engelsche «tad werd een Philips luidspreker-installatie in gebruik genomen om muziek en aankondi gingen in het geheele gebouw hoorbaar te maken. Op zekeren dag gebeurde het, dat een jon getje in de drukte van het warenhuis zijn moeder kwijtraakte. Voorloopig werd de ver loren zoon „geparkeerd" in het kantoor van den chef. Het toeval wilde, dat de microfoon, die zich daar bevond, juist aangesloten was op de luidsprekers, zoodat het erbarmelijke gehuil van den kleine door het geheele ge bouw werd gehoord. Oogenblikkelijk herken de de moeder het rhythme en de melodie van haars zoons klaaglied en weldra was het jongetje, dat waarschijnlijk wel een van de jongste artisten is, die ooit voor de microfoon zijn opgetreden, bij zijn moeder terugge bracht. Men maakt thans steeds gebruik van de geluidsversterker-installatie, wanneer kinde ren hun moeder in het warenhuis zijn kwijt geraakt. Of ook de „call signs" van de babies ter indentificatie worden uitgezonden is ons onbekend. („Ueber den Tod hinaus"). Roman van Anny von Panhuys. Uit het Duitsch door W. H. C. Bollaard. 9) „Maar waarom? Is de Spreebank je niet secuur genoeg meer?" In Pohl's oogen kwam er iets, dat naar ergernis zweemde. „Heelemaal geen kwestie van". Berner leg de zijn vriend geruststellend de hand op diens arm. „Integendeel, ik heb een volmaakt vertrouwen in de soliditeit van je bank, maar ik heb het geld noodig." Hierdoor gerustgesteld, kregen Pohl s trekken weer een vriendelijke uitdrukking. „Dan zal aan je wensch zonder veel omslag spoedig voldaan kunnen worden; de kas is goed voorzien en reeds morgen staat van je tegoed zooveel als je wilt tot je beschikking „Dank je wel voor je tegemoetkoming. „Natuurlijk moet je 't geld persoonlijk van de bank afhalen, voor de ontvangst een kwi tantie teekenen en de overige formaliteiten verrichten", zei Pohl, „ik zal te voren alles in orde brengen, zoodat. morgen laten we zee- De bedoelingen van de beide eerste artike len over Nördlingen, het spel en de omgeving waarin het speelt, is natuurlij geweest U eeo klein denkbeeld te geven van wat een Lands spel is, en te profceeren aan te toonen hoe mooi en hoe indrukwekkend een dergelijk ge beuren kan zijn. Het ligt natuurlijk evenzeer voor de hand, dat we nu eens op de proppen komen met het geen er in de Oranjevereeniging van onze Victorie-stad aan voorloopige plannen uitge broed zijn. In de allereerste plaats dan was er voor het bestuur de vraag: „Waar moeten we het spel gaan houden?'' In de stad waren na rijp be raad twee plekken, die er voor in de termen vielen: het Waagplein en het hoekje van de Groote Kerk bij het Ritsevoort. Veel is er over gesproken, maar tot een resultaat kwam het niet, het geeft te veel moeilijkheden deze open bare pleinen af te sluiten en er konden geen toeschouwers genoeg geborgen worden. Dit vooral was een zeer belangrijk punt, van j de bezoekers toch moeten de dubbeltjes komen en dat het opvoeren van een landsspel zonder dubbeltjes vrijwel onmogelijk is, zal een ieder begrijpen, die de vorige verhalen gelezen heeft. De Oranjevereeniging is dus aangewe zen op het Sportpark, waar dan een groot décor de illusie van werkelijkheid zal moeten geven en wat zonder twijfel zal kunnen slagen ook. Mr. J. Belonje, de kenner van Alkmaars historie bij uitnemendheid, heeft al enkele be langrijke adviezen gegeven, en een daarvan was wel zijn raad om een entourage te kie zen uit de 18e eeuw, het bezoek van een of andere autoriteit b.v. Zulks met het oog op de veel fraaiere costuums uit dien tijd Tijdens het bezoek van die Hoogmogende heeren wordt dan het Landsspel opgevoerd. Dit spel zou dan vanzelfsprekend een episode moeten zijn uit den tijd van Alkmaars beleg, als het eenigszins kan den bangsten dag: 18 Sep tember. Na het spel worden de bezoekers met veel ceremonie de stad uitgeleid. Deze voorloopige plannen verwierven al- gemeene instemming en zijn nader uitgewerkt tot het volgende korte schema: Gegeven zal worden een nabootsing van het bezoek aan de stad Alkmaar van Stadhou der Prins Willem IV. Dit bezoek heeft inder daad plaats gehad in het jaar 1748, toen hij op een doortocht was naar Friesland, via Enkhuizen. De hoofdzaken van de volgende korte be schrijving is in groote lijnen historisch juist, voor enkele bijzonderheden zijn geraadpleegd de overgeleverde verhalen over de bezoeken aan onze stad van Gouvernante Prinses Anna met hare kinderen en van Prins Willem V, resp. 14 Juni 1754, 17 Mei 1768 en 15 April 1784. De Stadhouderlijke stoet bestaat uit ,5 koet sen. Zij nadert de stad langs den straatweg vanuit Zuidelijke richting. Bij den schei-paal van de stad op den Breeden weg naar Heiloo wordt de cortège opgewacht door een esca- dron cavallerie, dat te Alkmaar in garnizoen ligt, onder bevel van haar eersten officier Deze ruiters zullen zich achter den stoet aansluitend, terwijl een 20-tal zich aan het hoofd van den stoet plaatst. Onderwijl gaan de Ordinaris Gedeputeer den, de vier Burgemeesters en de Secretaris per koets de Kennemerpoort uit, den Stadhou der tegemoet. Als rij hem ontmoet hebben, rijden zij met den stoet terug naar de stad Van de Kennemerpoort naar het Stadhuis staan de vier burgercompagnieën opgesteld, in volgorde: het Oranje, het Blauwe, het Witte en het Groene vendel. Bij de binnen komst in de stad van den Stadhouder, worden saluutschoten gelost, de klokken van Waag en Groote Kerk beieren. Wanneer Willem IV bij den hoek Lange- straat—Groote Kerk gekom.n is, blazen twee Stadstrompetters en Waldhoornisten van het bordes van het Stadhuis af het Wilhelmus, dat zij voortzetten, totdat de Prins gearriveerd is. De boden van de stad, in costuum, met de sierlijke „bussen" op de borst, stellen zich „en haie" bij den Stadhuistoegang op. Voor het Stadhuis staan de stadsstillewachts als eerewacht. Hierna volgt een begroeting tusschen den Prins en de leden d:r Stadsregeering. de burgemeesters, de hoofdofficier van Alk maar, de Raden in de Vroedschap, het colle ge van Schepenen onder den President-sche pen, de secretarissen en de Thesauriers. Ook de dames van hiergenoemde autoriteiten zijn voor het grootste deel aanwezig. Na de be groeting worden ververschingen aangebo den. In dit stadium van de vertooning worden even de historische gronden verlaten en wor den ruiterspelen uitgevoerd door de stedelij ke dragonder-escadrons van het garnizoen gen, van tien uur af, alles voor je klaar ligt. Hoeveel wil je hebben?" voegde hij er kort en zakelijk aan toe. „Ik heb in totaal driehonderdduizend mark op de Spreebank en daarvan zou ik honderdvijftigduizend mark willen hebben, kwam snel over Berner's lippen. „Is 't ook onbescheiden om te vragen waar voor je zoo'n groot bedrag zoo plotseling noodig hebt?" De bankdirecteur bewoog het been, dat hij over het andere had geslagen, op en neer en zijn oogen keken geïnteresseerd naar het smalle gezicht van den man, die te genover hem zat. „Och, Pohl" haperend kwamen de woorden er uit „liever praat ik daar niet over; je zoudt me misschien niet eens begrij pen" hij talmde met voortgaan. „Ja, als je denkt, dat ik, de oude, ervaren geldman, niet zou begrijpen, waarom je zoo in eens een kapitaal, dat een goede rente af werpt, uit de Spreebank wilt halen, dan ben je zeker van plan met het geld een dwaasheid te doen", zei Pohl laconiek en reageerende op een gedachte, die zich aan hem opdrong: „Ga vooral niet op de eene of andere manier speculeeren, Alex Berner schudde het hoofd. „Wees maar niet bang; het geld zal ik ten bate van mijn gezin aanwenden", zei hii met een gezicht. Alkmaar. Hierna worden dansen uitgevoerd, de in dien tijd gebruikelijke volksdansen en ook een menuet en een gavotte, bij voorkeur met begeleiding van oude muziek. Als de laatste toonen van de muziek weg gestorven zijn en de dansers het plankier verlaten hebben, zal dadelijk daarop een aanvang gemaakt worden met het eigenlijke landsspel, dat, zooals gezegd een voorstel ling zal zijn van den bangsten dag van Alk maars beleg. Voor het hierboven omschreven bezoek van Stadhouder Prins Willem IV en ook voor het landsspel, dat vanzelfsprekend alles op het Sportpark moet spelen, is het noodzake lijk dat daar groote decors van een stuk Lan- gestraat met Stadhuisbordes gereproduceerd worden. Dit is ook de bedoeling. Verder wordt een Groote Kerk opgetrokken, gezien vanaf het Ritsevoort. Dus het hoekje met de mooie sacristie en het plantsoentje. Het verloop van het beleg wordt aan de samengestroomde menigte voor de Kerk me degedeeld. Kanongebulder in de verte ver raadt de hevigheid van den slag voor Alk maars poorten, dat al erger en erger wordt, totdat „de storm der Spaansche krijgers drie maal wordt afgeslagen, en de Genius der Vrijheid stand houdt". Het volk zinkt neer voor de Kerk, muziek en koor geven wijding aan dit geheel. Bij het vertrek van den Stadhouder wordt een algemeene hulde aan het Oranjehuis ge bracht. Men begrijpt dat dit slechts een zeer op pervlakkig schema van het spel kan zijn. De gesprekken, de handelingen en de intriges, die in het stuk zullen voorkomen, zijn nog niet te vermelden. Wel kunnen we mededeelen dat de beken de schrijver A. den Hertog zich bereid ver klaard heeft het litteraire deel op zich te ne men, daarbij geassisteerd door mr. J. Belonje voor de historische kanten van het geval. De heer den Hertog heeft al verschillende tooneelstukken en jongensboeken geschreven, maar rijn grootste succes behaalde hij het vorig jaar te Den Haag, door het stuk te schrijven dat opgevoerd werd ter gelegen heid van het eeuwfeest van de garderegimen ten de Grenadiers en Jagers: „Twaalf uur heit de klok". Dit mag doen verwachten dat er ook voor het landsspel „Alkmaar 1930" iets goeds gemaakt zal wordien. Zooals men ziet zijn de plannen voor het feest dat zich den lOen September 1930 op ons vergroot, gemoderniseerd Sportpark za! afspelen, werkelijk grootsch, en het is voor het comité van de Oranjevereeniging onder lei ding van haar enthousiasten voorzitter, Mr. H. A. J. M. Kusters aan het hoofd, te wen- schen dat deze Alkmaarsche feestdag niet al leen voor onze Victoriestad, maar voor geheel Nederland tot een groot gebeuren wordt. En dat kan, de Nationale Landsspelraad staat geheel achter het Oranjecomité en heeft alle mogelijke medewerking toegezegd. Met ver schillende artisten rijn reeds onderhandelin gen gaande over décorschilderingen, bespre kingen worden gevoerd over requisieten, kort om: er zit al heel wat gang in. Uit de Oranje vereeniging zijn een aantal comité'^ gevormd, die elk voor zich al nuttig werk doen Groote plannen voor reclame en propaganda zijn in wording, het is de bedoeling te trachten de Amerikanen en Engelschen, die in de komen de dagen bezig zijn „to do Holland in 8 days", een dag langer te houden en ze, in- plaats van naar Volendam of Marken, naar ons Alkmaarsche sportpark te krijgen, en zoo is er nog veel meer, waarover binnenkort in deze courant wel het (ten en ander medege deeld zal worden. Maar wil dit landsspelfeest slagen, dan moet het ook een spontaan feest van geheel Alkmaar worden, dan moeten de verschil lende, zoo langzamerhand in onze stad ge vormde, buurtcommissies hun beste beentje voorzetten, dan moet op den dag van 10 Sep tember 1930 Alkmaar één groote bloemen hulde zijn, ter eere van den geboortedag van onze Koningin, wier verjaardag door het Landsspel gevierd zal worden, zij het dan niet op den 31 Augustus. Wij hopen, dat we met drie drie artikelen van j.1. Maandag, Woensdag en van heden, de noodige interesse voor het „Landsspel Alkmaar 1930" hebben opgewekt. Kr. alsof een heimelijke lach daarachter school. „Met verdere vragen zal ik 't je niet lastig maken", zei Pohl, zijn vriend een sigaar aan biedend, die deze aannam en opstak. „Dus 't blijft afgesproken: morgen van tien uur af ligt het gewenschte geld ter afhaling voor je klaar. Maar laten we nu over wat anders praten. Hoe gaat 't met je vrouw en je doch ter?" Pohl leunde wat dieper in zijn stoel. „Dank je, allebei best", antwoordde Berner en keek naar een paar rookwolkjes, die in mooie kronkels omhoog gingen om spoedig zich in niets op te lossen. Heinrich Pohl en Alex Berner waren jeugdvrienden, zij kenden elkaar uit hun jon genstijd en hadden samen op de schoolban ken gezeten. Wel waren later hun levenswe gen ver uit elkaar geloopen, maar heelemaal uit 't oog verloren nadden die twee, die als jongens onafscheidelijk waren geweest, elkaar nooit. Heinrich Pohl was ongetrouwd gebleven en leidde een behaaglük jouggezel- lenleven; al dweepte hij ook met mooie vrou wen, nooit had hij er ernstig aan gedacht zich door een huwelijk te binden. Wel was er een vrouw geweest, die voor zijn gemoedsrust heel gevaarlijk had kunnen worden en om wier wille hij het gewicht der huwelijkskete nen wel had willen torschen, maar die vrouw leerde hij eerst kennen, toen zij reeds de bruid MEERVOUDIGE STRAFKAMER (Zitting van Dinsdag 7 Januari DIEFSTAL EN VALbCHHEID IN GESCHRIFTE. In deze ritting werd ook voortgezet de strafzaak tegen den bakkersknecht L. J. A uit de Zijpe, thans gedetineerd en verdacht van diefstal in dienstberekking en valsch- heid in geschifte, welke zaak was aangehou den in het belang van een nader reclassee- rmgsonderzoek. Op grond van afwezigheid van mr. Judell, nam mr. Buiskool op de zit ting aanwezig, gaarne diens plaats in. Het betrof natuurlijk alleen maar een formaliteit. Gehoord werd alsnog de heer Wjggers, reclasseeringsambtenaar, die het nadere on derzoek heeft ingesteld. Deze adviseerde aan de hand van psychiatrische gegevens een voorw. straf. De reclassant zou dan ge plaatst kunnen worden voorloopig te Rotter dam of elders in een philantropische inrich ting in afwachting dat hij op de groote- oi binnenvaart zal kunnen worden geplaatst Inmiddels wil het genootschap te Alkmaar zich met het toezicht belasten. Het onderzoek wordt daarop gesloten en de uitspraak bepaald op Dinsdag 21 Janu ari. ONJUISTE AANGIFTE VOOR HET HANDELSREGISTER. Terecht stond heden de 47-jarige heer Pieter van T. ondernemer van de Tivoli Bioscoop te Helder, aan wien was ten laste gelegd een onjuiste opgave voor het han delsregister van de Kamer van Koophandel te Alkmaar ingezonden Op dit formulier stond opgegeven dat de door de vennootschap benoemde mede-directeur S. Krijnen als zoo danig was uitgetreden, terwijl gemelde heer Krijnen niet was uitgetreden, ontslagen of als zoodanig persoonlijk had bedacht, welke onjuiste opgave in striid moet worden ge acht met de wet op het Handelsregister. Verdachte, ten wiens behoeve opponeerde als raadsman en verdediger mr. Buiskool van Schagen. onderging een tamelijk lang ver hoor met de trekking tot de motieven die hem tot het doen van deze onjuiste aangifte- hadden geleid. Hierop werd gehoord de 70-jarige heer Simon Krijnen architect te Den Helder die verklaarde, voor zoover verstaanbaar, dat hij zich na een conflict met zekeren heer Kuiper, directeur van de „Witte Bioscoop" en zijn financiëele belang gedwongen had gevoeld als mede-directeur te fungeeren. Hij heeft als toen ook in elkaar gezet een vennootschap, omdat de zaak niet best liep, men had met moeilijkheden te kampen en er moest geld bij Verdachte had getuige 1500 salaris toege zegd, vermoedelijk omdat hij in een echt scheidingsprocedure was gewikkeld en daar om met het oog op de eventueele uitkeering minder persoonlijke inkomsten behoefde op te geven. Getuige had echter die f 1500 nim mer aangeraakt. Hij heeft later van de Bank van Wisselink te Alkmaar mededeeling ge kregen, dat hij niet meer werd erkend als di recteur, waarvan getuige paf stond. Ook verklaarde getuige nog dat verdachte f 3000 salaris zou genieten, doch later heeft verdachte, met het oog vermoedelijk op de echtscheidingsgeschiedenis, voorgesteld dat ieder, getuige en hij. zoo genieten een salaris van f 1500. Verdachte zeide daarop dat het zóó niet was gegaan. Getuige Krijnen had hem meer ter zijde ge staan als "vriend. Verdachte was eenig eige naar van het gebouw. De heer Krijnen merkte daarentegen op, dat hij wel degelijk geld in de zaak had gestoken, doch zich niet aansprakelijk wilde stellen voor de hypotheken. Nimmer had getuige te kennen gegeven, als directeur te willen bedanken. Verdachte voerde daarentegen aan, dat hij als vriend en vertrouwensman den heer Krijnen niet had willen verzoeken, dit De dan ken schriftelijk te doen. Voorts ontkende verdachte, dat de heer Krijnen eenige bestuursfuncties had verricht. Door mr. Buiskool werden eenige vragen, de financieele omstandigheden betreffende, tot getuige Krijnen gericht. Getuige Krijnen beweerde nog dat zijn geld in de onderneming zat, hoewel het was kon hij niet met juistheid zeggen. Aanvanke lijk was het bedrag 5000. De heer Burdorf, ambtenaar van de Kamer van Koophandel en fabrieken, aanvankelijk op grond van een misverstand niet aanwezig, arriveerde, na te zijn opgebeld, en werd on middellijk gehoord om zijn verklaring af te leggen en kon daarop direct weer vertrekken. Daarop werd gehoord de heer Fieter Dort mund, bioscoop-portier van Tivolie, die ver klaarde alléén de heer Twisk als directeur te hebben beschouwd Hij had de heer Krijnen nimmer directeursfuncties zien verrichten. Deze was bij hem alleen als architect bekend. Als de heer v. Twisk niet aanwezig was, gaf mevrouw van Twisk het personee orders De heer Simon v. d Wijk, zwager van ver dachte. bureaulist en kassier der onderneming „Tivoli", had nooit gehoord dat Krijnen was van een anderen man en wel van zijn vriend Alex Berner. De toenmalige baronesse Stormberg, „de mooie Magda", had, toen hij haar voor 'teerst ontmoette, zijn koele hart in laaien brand gezet dat was op den dag waarop zij met Alex Berner in 't huwelijk trad. Dik wijls had hij de mooie vrouw sindsdien niet gezien, maar wanneer dit na een langere tijdruimte eens gebeurde, kwam de anders zoo nuchter aangelegde man, die zich zelf een rekenmachine noemde, weer geheel onder haar betoovering. Maar niemand wist iets daarvan, niemand. Of had misschien me vrouw Berner zelf een heimelijk vermoeden van de gevoelens, die Heinrich Pohl haar toedroeg. Zij glimlachte altijd zoo eigenaar dig, wanneer ze toevallig hem eens ont moette. „Het doet me genoegen, dat de dames 'tgoed maken", zei Pohl, „binnenkort moet ik voor zaken in Schneiditz zijn en dan zal ik zoo vrij wezen mij persoonlijk van hun wel zijn te komen overtuigen misschien al Za terdag over een week. „O, juist op mijn jubileumsdag", riep de professor, „dat treft prachtig." „Je jubileumsdag? herhaalde Pohl zon de? te begrijpen. „Wat is dat? Weet je dan niet, dat ik mün als mede-directeur werd aangemerkt. Wel kwam hij zonder betaling de zaal tijdens de voorstellingen binnen. Voorts werd nog gehoord de filmopera teur Hart, 6 jaar in dienst van Tivoli. Hem is niet bekend, dat de heer Krijnen mede-direc teur was. Wel kwam hij dikwerf in de zaal en een enkele maal in de cabine. De operateur is tevens electro-monteur en deed in opdracht van getuige Krijnen wel eens karweitjes, waarvoor getuige hem be taalde. Daarop verkreeg de officier het woord, die in en uitvoerig requisitoir zich schaarde aan de zijde van getuige Krijnen, die volgens spreker wel degelijk ten tijde van de door verdachte gedane opgave voor het Handels register de functie van directeur bekleedde, af gescheiden of hij veel of weinig als zoodanig verrichtte. De verschijning van den heer Krijnen in de cabine wees er op, dat hij méér was dan een gewone bezoeker. De inschrijving in het Handelsregister achtte" de officier dus onjuist en de opzette lijke aangifte primair ten laste gelegd, be wezen achtende, requireerde de officier f 100 boete subs. 100 dagen hechtenis. Mr. Buiskool deed in zijn pleidooi uitko men, dat de heer Krijnen voorheen was een toegenegen huisvriend, doch dat later de liefde verkeerde in haat en aan deze verander de houding het is toe te schrijven, dat ver dachte hier terecht moest staan. Pleiter trachtte voorts aan te toonen, dat de heer Krijnen wel in naam, doch nimmer in werkelijkheid, directeur van de bioscoop is geweest. Evenmin was de heer v. Twisk administra tief en de heer Krijnen technisch directeur. Nooit heeft de heer Krijnen gebruik ge maakt van de rechten, die hem dan toch als directeur volgens de statuten toekwamen Het door den heer Krijnen gedane exploit aan den bankier geeft voldoende reden aan te nemen dat hij als directeur had bedankt Pleiter noodigde den heer Krijnen uit, zijn belastingbiljetten eens te toonen. Resumeerende achtte pleiter zoomin het primair als subsidiair ten laste gelegde be wezen en concluderde verdediger dus tot vrijspraak, subsidiair een lichte geldboete, mocht het college het met de opvatting van pleiter niet eens zijn. Nog eenig debat tusschen openbaar minis terie en verdediger bleef als gewoonlijk niet uit. Uitspraak a.s. week. OVERTREDING DER SCHEPENWET IN HOOGER BEROEP. De 30-jarige Urker schipper Klaas Jelle K., in nationaal costuum present, is door den kantonrechter veroordeeld omdat hij in Sep tember het schip „De jonge Frederik" te Scheveningen buitengaats had gebracht ten einde daarmede en reis te maken, terwijl be doeld schip door den inspecteur der scheep vaart Becker was aangehouden, op grond dat de schipper niet in bezit was van een certifi caat van deugdelijkheid. In stede zich te on derwerpen aan deze ambtshandeling, had verdachte het schip, dat gemeerd lag in de Schebeningschen haven, los gemaakt en zee gekozen. Het bewijs van aanhouding was door hem geweigerd. De kwestie is, dat de schipper zonder na dere machtiging niet gerechtigd was zien met zijn schip zoo ver in zee te begeven, dat de kust onzichtbaar werd. Behalve de heer Becker, werd ook nog ge hoord de inspecteur van Haaf, als getuige- deskundige, die verklaarde, dat naar zijn meening verdachte een dergelijk certificaat noodig had De schipper heeft zich niet aan de bepaling willen onderwerpen, omdat hij bezwaar heeft tegen de kosten der voortdurende controle door de scheepvaartinspectie. Het schip moet gebouwd zijn volgens voorschrift. Aan boord van het schip moeten onder meer aanwezig zijn verschillend reddings* materiaal, zwemvest, lantaarn enz. De aan wezigheid daarvan zijn noodig voor het ver krijgen van bedoeld certificaat. Dus dat U die niet aanschaft, is het gevolg van een koppigheid, meende de president. Die koppigheid zit 'm in de portemonnaie, repliceerde de verdachte. De Urker visscher Jacob Nijntjes werd gehoord op verzoek van de verdediging, doch weigerde een eed af te leggen op grond van zijn streng gerefor meerde beginselen. Deze gaven hem echter geen vrijstelling, zoodat getuige ten slotte toegaf. De verdediger mr. Prins richtte tot deze getuige eenige vragen, waaruit krachtens het antwoord bleek, dat de noodzakelijkheid van het certificaat onder de visschersbevolking van Urk niet bekend was. De officier releveerde, dat verdachte als recidivist werd veroordeeld tot 5 dagen prin cipale hechtenis was van meening, dat de U. K. 185 viel onder vigeur van de scheep vaartwet en vereenigde hij zich ten slotte met de meening van den kantonrechter, requiree- rende bevestiging van het gewezen vonnis. Mr. Prins deed een aanval op de onvolle digheid der dagvaarding, omdat nu niet bleek, dat de aanhouding rechtmatig was en meende pleiter dat allen daardoor de ver- vijfentwintigjarig jubileum als directeur van het schilderijmuseum vier?" vroeg Berner met gemaakten ernst. „Eerlijk gezegd", ver volgde hij met een diepen zucht, „wilde ik, dat ik er zelf ook niets van wist, want ik hui ver bij de gedachte aan al die eerbewijzen en gelukwenschen, die me op dien dag wach ten". „In elk geval ben ik present om mijn ouden vriend mede te huldigen", sprak Pohl op warmen toon, Berner de hand reikende. „Maar als we er niet toevallig over gespro ken hadden, wed ik dat je met geen woord over je jubileum had gerept." „Waarom niet? Ik zou je toch zeker heb ben geïnviteerd om te komen." Den volgenden ochtend nam de professor bij de Spreebank honderdvijftigduizend mark in biljetten van duizend in ontvangst, welke som hem in Pohl's kantoor in tegenwoordig heid van den kassier werd uitbetaald. „Op zoo'n buitengewoon snel voldoen aan mijn verzoek had ik nauwelijks durven reke nen en had daarom thuis gezegd, dat ik eerst morgen zou terugkeeren", bekende de professor, „maar nu deze zaak is afgedaan, ga ik dadelijk na het middageten naar huis, want ik heb in Berlijn overigens niets meer te doen." I (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 5