(HiuiSulu Ciinnil ZIJ» LAATSTE WENSEN. Problemen van volkswelvaart, Hazard twee en dertigste Jaargang. Dinsdag 14 Januari Radio-hoekje PK1TILLKT0N. Ito. 11 1929' Woensdag 15 Januari, fjilversum, 1071 Af. an 12.6.n.m. ooft Af.) 10—10.15 Morgenwijding. 12.01 Concert door het A. V. R. O.-Kwartet 7"__2.Carillonbespeling te Zwolle ter gele genheid van de opening der nieuwe IJselbrug, Katerveer. 2.-3.Gramofoonmuziek. 3. 4__ Naaicursus. 4.4.30 De voornaamste studiemuziek voor piano, uitgevoerd door Eg- Ijert Veen. Toeichting door Louis Schmidt. 5 30_5.45 Lezing door Leon Slier over: Aansluitingskosten en abonnementsprijs voor abonné's op radio-centrales. 5.6.30 Conc.rt door het A. V. R. O.-Kwartet. 6.30 Vaz Dias: Koersen. 6.457.15 Italiaansch voor winners. 7.15—7.45 Italiaansch voor ge vorderden. 7.45 Gramofoonmuziek. 8.01 Q.— Engelsche avond. Het Versterkte Om roeporkest. 0.019.20 Optreden van het En semble Goossens. 9.20 Concert door het Om roeporkest. 9.45 Tweede optreden van het En semble Goossens. 10.05 Persberichten. 10.15 Voortzetting concert. 11.— Aansluiting van het Carlton Hotel. Ensemble Lismonde. 12. 12.— Sluiting. Huizen, 1875 Af. (Uitsluitend N. C. R. V 8 15—9.30 Morgenconcert. 10.3011. Ziekendienst. 11.11.30 Gramofoonmuziek. 1130—12.30 Harmoniumbespeling. 12.30 2.Concert. Ait-mezzo, bas en piano. 2.— 2.45 Concert door Instrumentaal Trio. 2.45 3.15 Lezen van Chr. Lectuur. 3.154.15 Voortzetting concert. 4.155.Gramofoon muziek. 5.-6.— Kinderuurtje. 6.-7.— Cur sussen Techniek. 7.8.— Uurtje voor de Rijpere Jeugd. 8.8.30 Bestuursmededelin gen door den voorzitter. 8.30 Spreker en con cert. Orkest en bas-bariton. Na afloop pers berichten. Daventry, 1554.4 Af. 10.35 Morgenwij ding. 11.05 Lezing. 11.20 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert. M. Phillips, alt. C. Millar, tenor. 12.50 Gramofoonmuziek. 1.20—2.20 Orkestconcert. 3.20 Dansmuziek. 4.05 Con cert. J. Coxon, sopraan. Strijkkwartet. 5.05 Concert op cinema-orgel door R. New. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Berichten. 6.35 Nieuws berichten. 7.Concert. M Hayword, viool O'Connor Morris, piano. 7.20—7.40 Dia loog. 7.45 Voordracht door G. Fields, A. Pitt en T. Fields. 8.05 „The Wrecker". Spel van de zee door L. Stevenson en L Osbourne. 9.20 Nieuwsberichten. 9.40 Lezing. 9.55 Concert. N. Allin, bas. A. Satr.mons, viool. Symphonie Orkest. 11.2012.15 Dansmu ziek. Pari/s ,Jladio-Paris"1725 Af. 12.50—2.20 Gramofoonmuziek. 4.05 Orkestconcert en soli. 6.55 Gramofoonmuziek. 7.40 Gramo foonmuziek. 8.20 Orkestconcert. Opera-frag menten. Langenberg, 473 Af. 6.20—7.20 Gramo foonmuziek. 9.3510.30 Gramofoonmuziek. 11.30 Gramofoonmuziek. 12.251.50 Trio concert. 4.505.50 Concert door Blaas- Ensemble. 7.20—8.— Koorconcert. 8.05 En gelsche avond. Orkest en pianiste. 10.50 12.20 Her-uitz. van Londen. Dansmuziek en tijdsein van Big Ben Kalundborg, 1153 Af. 2.504.50 Orkest concert en declamatie. 7.35—8.05 Orkestcon cert. 8.05—9.05 Concert door Mannenkoor 9.2010.30 Engelsche avond. Trio en zang. Brussel, 508-5 Af. 5.20 Trio-concert 6.50 Gramofoonmuziek. 8.35 Engelsche avond Concert. Zeesen, 1635 Af. 6.1510.05 Lezingen en berichten. 11.20—12.15 Gramofoonmuziek. 12.15—12.50 Berichten. 1.20—1.50 Gramo foonmuziek. 2.053.50 Lezingen. 3.50— 4.50 Concert uit Hamburg. 4.507.50 Lezin gen. 7.50 Concert. Orkest, vocale solisten en spreker. Daarna: Berichten en lezing. Ver volgens tot 11.50 Dansmuziek. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene ken nis, dat in het Gemeenteblad van Alkmaar Nr. 1149 is opgenomen het besluit van den Raad dier gemeente van 19 December 1929, waarbij is vastgesteld eene verordening, rege lende: a. de pensionneering van en de toekenning aan afgetreden wethouders van de ge meente Alkmaar; b. de pensionneering van hunne weduwen en weezen. Deze verordening is heden afgekondigd en ligt gedurende drie maanden ter gemeente secretarie ter lezing, waar zij tevens, tegen betaling der kosten, in afdruk verkrijgbaar is Alkmaar, 13 Januari 1930. Burgemeester en Wethouders voornoemd, WENDELAAR, Burgemeester. A. KOEL MA, Secretaris. („Ueber den Tod hinaus"). Roman van Anny von Panhuys. Uit het Duitsch door W. H. C- Boilaard. 12) De professor streek met de hand over zijn voorhoofd, alsof hij daar iets wilde wegja gen, want het was hem als hoorde hij weer de woorden, die de hertog over de familie-ijdel- heid had gezegd, die zelfde voorden, welke hem hadden gekrenkt, omdat hij vond, dat die de liefde van vrouw en dochter in twijfel trokken. „Na zijn dood zullen die twee lieve wezens 2'jn portret wel uit het museum terugvragen daarvan was hij zeker en juist daarom wilcD hij iets doen, dat hem een noodzakelijkheid toescheen, iets, dat hem de macht verleende B°g na zijn dood den levenden hertog toe te roepen„U dwaaldet, hoogheid, toen u dacht. dat de ijdelheid van het gezin grooter was dan haar liefde!" Wie weet hoe spoedig het laatste uur *ou slaan. Het was dus zaak gauw aan den •rbeid te gaan en te verrichten wat verricht moest worden. Maar nu nog niet; het was te vroeg in den avond en hü had dus geen «til het «Noordhollandsch Koffiehuis" te Schagen behandelde Ir. C. Nobel uit Haa" n ei? ve,rgad€ring van de Vereeniging van Oud-leerlingen der Rijkslandbouwschool VoSSGSJS "Problemen van De voorzitter, de heer K. Koster uit Mid- woud m de ochtendvergadering als zoodanig gekozen, riep de clementie der leden in en mw? woord van dank aan den heer die a,s ««re-lid, en oud-directeur der school reeds voor de derde maal zich bereid had verklaard een lezing te houden en steeds had getoond met oorspronkelijke onderwer pen en op origineele wijze voor den dag te komen. Ir. C. Nobel verzekerde ook ditmaal gaar ne de uitnoodiging te hebben ontvangen, die 21. het gevolg was van het feit, dat hij over *ht onderwerp een boekje had geschreven. Hij is door studie en nadenken tot de con clusie gekomen, dat in de onderlinge verhou dingen der inkomens door wttten of regee ringsmaatregelen weinig verandering is te brengen, omdat de verdeeling van hetgeen de menschen door spaarzaamheid en arbeid produceeren door economische wetten wordt teheerscht. Ook meent hij, dat in de laatste vijftig jaren bij de regeling der belastingen en oij het maken van sociale wetten te weinig re kening is gehouden met de eischen, die rt» geestelijke welvaart van het volft stelt, dat men er angstvallig voor behoort te waken, geen wetten te maken, die gemakkelijk kun nen worden ontdoken of tot ontduiking uit lokken, omdat zij strijden met het normale rechtvaardigheidsgevoel en dat ook bij wet ten. dri simulatie en parasiteeren op de ge meenschapskas in de hand werken het stre ven der menschen naar eerlijkheid en be trouwbaarheid vermindert. Orde, onderling vertrouwen, rechtvaardig heid en mededoogen voor de zwakken zijn de grondslagen van een hoogere volkswelvaart. Wat in dit opzicht door eeuwenlange cultuur is bereikt, kan in vrij korten tijd worden ver nietigd. Uit de neiging der menschen eerst aan zich zelf te denken en daarna aan mede doogen voor anderen heeft zich een recht vaardigheidsgevoel ontwikkeld, dat de ar beid en de spaarzaamheid beloond wil zien naar hunne waarde voor de gemeenschap, hoewel ook het mededoogen voor den zwak kere of minder bekwame sterker is gewor den. Alles wat dienen kan voor levensonder houd en veraangenaming van het leven moet door arbeid worden voortgebracht, daarom kan hiervan het maximum slechts worden bereikt, als alle menschen arbeid verrichten Maar om alle hulpmiddelen al het kapitaal te verkrijgen, die bij de productie onontbeer lijk zijn, moet er worden gespaard en daar om bestaat de meening, dat men de kapitaal vorming kan bevorderen door spaarzaam heid. Dit is evenwel onjuist, want de kapi taalvorming behoort tot de taak der onder nemers en deze bepalen de hoeveelheid kapl taal onafhankelijk van de spaarzaamheid. Bij eiken stand der techniek is een be paalde hoeveelheid kapitaal noodig om alle voorhanden arbeidskracht productief te ma ken. Als er tekort is, wordt een deel van den arbeid minder productief, is er teveel dan is een deel van het kapitaal minder productief. Men kan de hoeveelheid kapitaal uitdrukken door de stichtingskosten en als men deze vergelijkt met hetgeen aan loonen en salaris sen wordt uitgegeven, zal men tot een be paalde verhouding komen, die onafhankelijk is van de hoogte der loonen. Dit komt, door dat de stichtingskosten bijna geheel tot be looning van arbeid zijn terug te brengen en voor de rest daaraan evenredig zijn. In ons land hebben de ondernemers te zorgen, dat de hoeveelheid kapitaal elk jaar ongeveer met 1.5 toeneemt, omdat de b? volking zooveel toeneemt. Als zij dit niet doen, blijven er menschen zonder werk. Als ieder ondernemer kon worden, zou dit van zelf in orde komen en zou men het nieuwe kapitaal stichten in de takken van bedrijf, d'e de meeste winst maken. Dit zou geschieden onafhankelijk van de spaarzaamheid of ge notzucht der menschen, alleen zou de rente stand of de gemiddelde winst van het kapt- taal bij minder spaarzaamheid hooger zijn Als bij een rentestand de verhouding tus schen het inkomen van den arbeider en der, kapitaalbezitter is als 1500 tot 500, zal die verhouding bij een rentestand van 5.5 worden als 1500 tot 550, daar in beide ge vallen de stichtingskosten van het kapitaal 10.000 per arbeider bedragen. De kapitaalvorming wordt sterk beien: merd, doordat lang niet ieder geld te leen kan krijgen om ondernemer te worden en ock de kleine ondernemer in vele gevallen met tegen den groot-ondernemer kan concurrce- ren. De menschen zijn daardoor steeds meer afhankelijk geworden van de groot-onderne mers en dit heeft voedsel gegeven aan wan zekerheid niet gestoord te zullen worden. Van. nacht zou hij het doen: dan sliep in de villa iedereen en dan zou hij op soepele zolen weer naar het salon gaan en bij het licht van het lampje, waarvan het flauwe schijnsel niet door de reet van de deur drong zijn plan vol voeren. Niemand zou hem dan storen. Hij stond van zijn stoel op en na zijn blik nog eens over het schilderij te hebben laten gaan, draaide hij het licht uit en ging tastend door de donkere kamer. Bij het avondeten was hij heel opgewekt en vroolijk. Hij zag er als verjongd uit en plaag de Else met haar engagement, waarbij zijn vrouw meermalen gelegenheid had in 't mid den te brengen, dat het woord „engagement" nog voorbarig door hem werd gebruikt. Toen zei hij: „Ja, Magda, je bent Walier iets schuldig, want die proeftijd tot Kerstmis bevalt mij heelemaal niet; het zou mij aange namer zijn, indien het engagement dadelijk publiek werd. want gedurende zoo'n proeftijd zijn de jongelui noch vleesch, noch visch". Mevrouw Berner antwoordde slechts met een schouderophalen. Dat er echter geen directe tegenspraak kwam, gaf hem den moed te vervolgen: ..Naar mijn oordeel ware het 't best, Else en Wal ter dien tijd te schenken. Laat dat engagement in 's hemelsnaam gauw j publiek worden, laat hen gauw trouwen en een eigen nestje bouwen, als zii daarin hun geluk zien". trouwen en loonacties. Door de verhoogde loonen zijn ook de stichtingskosten in dezeli- de mate verhoogd, zoodat, daar m de laatste vijftig jaar de rentestand eveneens hooger :s geworden, de kapitaalbezitter een nog groo ter deel van de productie ontvangt dan voorheen. Dat desniettegenstaande de arbei ders thans meer stoffelijke welvaart genieten dan voorheen, is uitsluitend te danken aan het feit, dat de machines in onze fabrieken en vervoermiddelen de productie per arbeider sterk hebben vergroot. Daar bij de distribu tie van de producten naar de woningen de menschelijke arbeid niet meer doet dan voor heen, worden hierdoor de kosten zeer ver hoogd en moet op dien arbeid zooveel moge lijk worden bespaard Wanneer de ondernemers altijd het kapi taal stichten in de takken van bedrijf waar de meeste winst wordt gemaakt, is de waar de van de kapitaalvorming voor het verbruik het grootst. Dat hieraan niet voldaan wordt of in het algemeen niet genoeg kapitaal wordt gevormd, blijkt uit de groote werkloosheid, die in de laatste jaren voortdurend bestaat. Dit is voor een deel toe te schrijven aan het steeds hooger worden van de looneischen, maar ook aan het feit, dat de ""dernemer er weinig of geen voordeel van heeft, de arbei ders tot den laatsten man in dienst te ne men. Als hij ertoe verplicht werd, zou hij daarvan geen nadeel hebben, maar zoolang hij vrij is, is het voordeel, dat hij ervan ver wacht geen voldoende prikkel Door het geven van gemeenschapssteun en door werkloosheidsverzekering wordt de werkloosheid bevorderd, daarom is voor het vraagstuk maar één oplossing, de werk loosheid te voorkomen door de arbeiders in de gelegenheid te stellen zich voor vast te verbinden tegen een loon, dat door georgani seerd overleg wordt vastgesteld. Wie zich niet verbindt is los arbeider en weet, dat hij tijdelijk geen werk zal kunnen hebben, zoo dat hij daarvoor zal moeten sparen. Mocht door de losse arbeiders te weinig worden gespaard, dan zal men hen ertoe kunnen verplichten en die spaarpenningen voor hen bewaren. Dit is beter dan verzeke ring, omdat de betrokkene, als het geld zijn eigendom blijft, zal trachten zoo weinig mo gelijk werkloos te worden. Voor den vasten arbeider is geen verzekering noodig, als in tijden van ziekte voor hem gezorgd wordt. De onderneme:: zullen moeten worden verplicht een vast arbeider in dienst te hou den, tot ander passend werk voor hem is gevonden en als dit meer risico mocht mee brengen, zal het bedrijf ziCh daarbij even goed aanpassen als bij alle andere risico's Het groote voordeel is, dat de ondernemers er belang bij hebben steeds voldoende kapi taal te stichten. Groote standv astigheid van de loonen en salarissen is noodig voor de rust in de be drijven en voor de arbeiders geen nadeel, want de winst van het kapitaal regelt zich toch altijd naar de hoogte der loonen. De ervaring der laatste vijftig jaren is daarvoor een sprekend bewijs. De zaak wordt minder eenvoudig door de conjunctuurschommelin gen, doch de ondernemer zal om aan zijne verplichting te kunnen voldoen in gunstige tijden een deel van de winst kunnen reser veeren voor de ongunstige perioden en het zal hem weerhouden van overmatige kapi taalvorming en een onmatig aannemen van arbeiders. Door den handel met het buiten land wordt de toestand nog minder eenvou dig. De buitenlandsche prijzen passen zich evenwel bij onzen loonstandaard aan door dépréciatie of apprécatie van ons ruilmiddel en om dit te voorkomen zal men de loonen alle moeten verlagen of verhoogen. Als in alle landen de politiek van standvastige loonen en salarissen wordt gevolgd, blijft de wisselkoers van zelf standvastig en kan het goud beter uit het geldwezen verdwijnen. •De grond ontleent aan zijne ligging ten opzichte van de bevolkingscentra en zijne meerdere of mindere geschiktheid voor be paalde culturen een bijzonder karakter, zoo dat ook de pachtwaarde der gronden be- heerscht wordt door een andere economische wet. De prijzen der landbouwproducten en grondstoffen regelen zich steeds zoo, dat op de minst geschikte of minst gunstig gelegen grond die in gebruik moet worden genomen, zooveel wordt verdiend, dat men niet besluit naar een anderen tak van bedrijf over te gaan, want dan zou er te weinig van de grondstof of het voedingsmiddel worden voortgebracht. Wat de beter gelegen of ge schiktere grond meer voortbrengt, vormt de pachtwaarde. Als de arbeidsinkomens stij gen, moet de waarde van de opbrengst van den minst gunstig gelegen of minst geschik- ten grond evenveel in waarde stijgen, dus ook de prijzen der grondstoffen en voedings middelen en daardoor stijgt de pachtwaarde der gronden in dezelfde mate. Dientenge volge stijgt ook de pachtwaarde der gronden in dezelfde mate als de loonen en salarissen stijgen. De economische wetten, die de winst van het kapitaalbezit afhankelijk maken van de Else had met glinsterende oogen de woor den van haar vader gevolgd en omklemde toen met warmte zijn rechterhand en zei innig: „Wat bent u toch een schat van een vadertje' „Geluk!" Op spottenden toon herhaalde de moeder het laatste woord van haar man, „wat weten jonge menschen van hun geluk? Wat zij daarvoor houden blijkt later meestal het tegendeel van geluk te zijn''. „Och wat, Magda", antwoordde hij, ,,'k geloof dat juist de jeugd dat warme, groote gevoel van geluk kent en dat, wat zij als ge luk beschouwt, op dat oogenblik ook werkelijk geluk is, omdat zij het er voor houdt En om in 't bijzonder over Else te spreken, ben ik overtuigd, dat het onberispelijke karakter van Walter reeds een zekeren waarborg voor haar blijvend geluk biedt. Hij heeft een vaste, goede betrekking, stamt uit een fatsoenlijke familie, is degelijk onderlegd, beschaafd en bovendien een stevige, knappe kerel, die onze dochter waarachtig lief heeft wat wil je nog meer, Magda?" In zijn stem klonk een warme on dertoon „Wees goed, schenk hem dien proef tijd en laten wij het engagement publiek ma ken". „Hebt jullie dat samen zoo afgesproken om me te overrompelen?" kwam 't geërgerd over de lippen van de mooie, blonde vrouw, terwijl zij een wantrouwenden blik over Else liet glijden, daarbij denkende aan het onder houd, dat zij gisterenochtend met haar had spaarzaamheid en de pachtwaarde der gron den van de geschilftheid en ligging, bestaan slechts zoolang het sparen voor de kapitaal vorming wordt vrijgelaten en de gronden par ticulier eigendom zijn of verhuurd worden aan particulieren. Zij verliezen hunne wer king als de gemeenschap in de kapitaalvor ming voorziet door belastingheffing en de gronden zelf exploiteert door middel van ambtenaren, de particuliere ondernemingen dus geheel verdwijnen. De derde mogelijke bron van inkomen is de vrije arbeid. Ook hier heerscht een econo mische wet. die oorzaak is, dat de arbeids inkomens niet aan elkander gelijk zijn. De on gelijkheden worden voornamelijk veroor zaakt door verschil in intellect, terwijl zij door het menscheüjk rechtvaardigheidsge voel worden gedoogd. Daardoor kan aan die ongelijkheid niet worden ontkomen en ont staat tusscnen de arbeidsinkomens natuur lijke verhoudingen, die bepaald worden door het intellect, dat voor het verrichten van den arbefd vereischt wordt en niet door de uit komsten van den arbeid. Indien men zou trachten de inkomens meer tot elkander te doen naderen dan de natuurlijke verhouding aangeeft, zou men corruptie in het leven roepen en dus schade doen aan de geestelijke volkswelvaart. Daarom is het verkeerd de menschen tegen deze ongelijkheden in opstand te brengen, beter zelf een voorbeeld van matiging te geven. Daar de onderlinge verhoudingen de koop kracht der inkomens bepalen, moet men voor zoo ver aan de vastheid der inkomens niet kan worden vastgehouden, alle loonen en sa larissen steeds in dezelfde verhouding wijzi gen. Wanneer te groot of te klein aanbod van een bepaalde soort van arbeidskrachten parti- eele wijziging noodzakelijk maakt, moet deze wijziging alleen gelden voor de nieuw aan komende werkkrachten en niet voor degenen, die reeds in dienst zijn, daar dit tegenover andere groepen van arbeiders onbillijk zou zijn. Deze economische wet vervalt niet wan neer de gemeenschap als ondernemer op treedt, want de menschelijke eigenschappen veranderen daardoor niet. De arbeidsinko mens der particuliere ondernemers zullen zich naar die der vaste arbeiders regelen, omdat velen vrij zijn het een of het ander te worden. Een andere natuurlijke ongelijkheid bij gelijksoortigen arbeid wordt veroorzaakt door het feit, dat in landbouwgezinnen meer kinderen geboren worden dan in den land bouw werk kunnen vinden en dat voor de verhuizing naar andere bedrijven een loon- verschil noodig is om de menschen daartoe te brengen. Daardoor zijn ook in de eene landbouwstreek de loonen hooger dan in de andere en het eenige middel ertegen is, de menschen tot verhuizing op te wekken. Wanneer het georganiseerd overleg er steeds naar streeft de ongelijkheden tot het onvermijdelijke terug te brengen, heeft het geen zin door de belastingregeling tegen deze ongelijkheden te ageeren. Progressie in de in komstenbelasting heeft dan geen zin, omdat zij de verhouding tusschen de inkomens wij zigt en dus weer door de economische wet wordt teniet gedaan. Dit geldt eveneens voor extra belasting van de kapitaalswinst, maar niet voor extra belasting der pachtwaarde, omdat deze niet afhangt van de menschelijke eigenschappen. Wanneer men op de aangegeven wijze de ondernemers verplicht de productie tot den hoogst mogelijken trap op te voeren, zal men de productie nog kunnen bevorderen door de ondernemers een uitstekende oplei ding te geven en alleen aan de bekwaamsten de gelegenheid te geven als ondernemer op te treden. Een stap in die richting zou het zijn de inkomstenbelasting niet te heffen van het werkelijk bedrijfsinkomen, maar volgens normen, die voor elke soort van onderneming zijn vastgesteld. De onbekwaamheid wordt dan niet meer beloond door vermindering van belasting en de belasting vormt één van de risico's der onderneming. Het Rijk zou zijn leger van ambtenaren dan belangrijk kunnen inkrimpen, wat een groote oezuini- ging zou geven en de betrokkenen zouden van veel narighei; worden verlost, terwijl d geestelijke volkswelvaart erbij zou winnen, doordat de tegenwoordige regeling een nei ging tot onoprechtheid opwekt. Nog op een ander gebied wordt door ge brekkige wetgeving nadeel toegebracht aan de geestelijke volkswelvaart en wel op net ge bied van het verzekeringswezen. Er bestaan sterke aanwijzingen, dat vooral daar brand ontstaat, waar te hoog verzekerd is. Publici teit van gesloten verzekeringen en strafbaar stellen van kennelijk te hoog verzekeren zou hier verbetering kunnen brengen, daar ook de publieke opinie er zich meer mee zou be moeien. Zich te verzekeren tegen den dood van een ander meest worden verboden, omdat daardoor misdaad wordt bevorderd. Bij de sociale wetgeving is verzekering schering en inslag, met het gevolg, dat een leger van ambtenaren noodig is om de simu latie binnen zekere grenzen te houden. Dat simulatie door deze wetten wordt opgewekt is een groot nadeel voor de geestelijke wei- vaart, daarom zou het beter zijn, de men schen te verplichten tot het doen van bespa ringen. die het persoonlijk eigendom van den betrokkene blijven. Men kan dan voor het geven van uitkeering in de eerste plaats dit spaarfonds gebruiken en als het is uit geput. uit de gemeenschapskas een uitkee ring geven voor het noodzakelijk levensonder houd en voor verpleging bij ziekte. Men kan het vrijwillig maken van besparingen dan nog bevorderen door voor de besparingen een flinke rente te geven en deze vrijwillige besparingen te gebruiken om de gemeen- schapsuitkeering met een zeker percentage te verhoogen, zoodat de betrokkene zich doo» die besparingen bij invaliditeit of ouderdom een ruimer bestaan kan verzekeren. De werkgevers aan de sociale voorzienin gen te laten bijdragen schijnt spr. onnoodig daar die kosten toch in de loonen of de prij zen worden verdisconteerd. Hierna werd gepauzeerd. De heer Kaan. Alkmaar, trok in twijfel, om de landbouw, die voor het stellen van d# prijzen afhankelijk was van de wereldmarkt, wel de macht had om de stijging van de loonen der arbeiders in gelijke verhouding aan de landbouwers ten goede te doen komen. De heer Nobel meende, dat men de toe stand niet moest beoordeelen naar de moei lijken toestand, waarin de landbouw tijdelijk verkeerde. In het algemeen leert de eco nomische wet echter, dat dit wel het geval is. aangezien bij een slechten toestand meer deren zich van den landbouw afwonden, waardoor er een einde komt aan de over productie, die de oorzaak is van de malaise, waarin de landbouw zich bevindt. De heer v. d. Laan, Alkmaar, was van oordeel, dat er geen sprake was van over productie, zoolang groote volksgroepen nog niet het noodige kunnen bekomen en zelfs volkeren door hongersnood geteisterd worden. Z. i. lag de fout aan het verkeerde dis tributiestelsel, dat de huidige maatschappij kenmerkt en waarin naar zijn overtuiging verandering moest komen. Overigens was hij van oordeel, dat de menschelijke arbeid het alleen mogelijk maakte kapitaal in een andere vorm om te zetten. Kapitaalschappen was z. i. niet mogelijk. Kapitaal was wat moeder aarde bood en niemand was in staat iets daarvan te niet te doen Ir. Nobel antwoordde. Na de pauze beantwoordde de inleider. d< heer v. d. Laan, uitvoerig, waarbij hij in het licht stelde, dat kapitaalvorming wel degelijk mogelijk was en kapitaalvermeerdering plaats had, wanneer die geschiedde om in het meer noodige door bevolkingsaanwas te voorzien. Spr. heeft voor de pauze gezegd op de rol, die het geldwezen bij dit alles speelt, nog terug te zullen komen. In de laatste vergade ring der Vereeniging voor de Staathuishoud kunde en de Statistiek is door de praeadvi- seurs aangetoond, dat bij den gouden stan daard de waarde van het geld onder den in vloed staat van de meer of minder over vloedige goudproductie. Wanneer men in alle landen de loonen en salarissen stabili seerde. zou het volgens spr. weinig uit maken welke soort van geld men erop na hield. als maar de mogelijkheid bestond den bankbiljettenomloop naar behoefte uit te zet ten en in te krimpen en deze dus niet gebon den was een bepaald gouddekkingspercentage. Chèques en giro-overschrijvingen verminde ren wel de behoefte aan geld. maar nemen het bezwaar van de onevenredigheid der goudproductie niet weg. want ook de om vang van het giroverkeer staat in verband met de bij de banken aanwezige kasgeld Hoe vrijer de circulatiebanken worden gelaten in de uitgifte van bankbiljetten des te minder kwaad kan het goud doen aan de waardevast heid der loonen en salarissen. Een land met gestabiliseerde loonen en sa larissen zal den gouden standaard niet kun nen handhaven, omdat bij schaarschte van goud teveel goud zal wegvloeien en bij ruimte van goud teveel goud zal toe stroo men Er bestaat onder de economen groot mee- ningsverschil over de vraag of men kan voor komen. dat er teveel geld in omioop komt of te weinig. Degenen, die r .en van wel, schrijven aan de circulatiet aken die macht toe, door middel van hare rentepolitiek. De anderen en dat zijn vooral directeuren van cinculatie- banken, zijn van oordeel, dat hunne rente- politiek daartegen niet veel kan uitrichten Volgens spr. kan door stabilisatie van loo nen en salarissen waardevastheid van het geld worden verzekerd, als de banken tevens con trole houden op de wijze, waarop het door haar geleende geld wordt gebruikt en daar door voorkomen, dat de menschen hun in komen kunstmatig vergrooten door het ba kenen van kapitaal. Aan het goud wordt een gewichtige rol gehad „Neen, Magda", hij maakte zijn hand vrij uit die van Else, „ik geef slechts uiting aan de gedachten, die met al dagen lang bezig hou den. Je weet, Magda", zijn stem werd ernstiger „ik ben sukkelend en men kan tenslotte nooit weten", hij draalde een oogen blik, „ik kan misschien zeer spoedig ster ven „Vader, daar moogt u niet over praten" onderbrak Else hem, zich tot een glimlach dwingend, „uw gezondheid is bovendien vee beter dan vroeger". Ook hij glimlachte. „Misschien heb je ge lijk kind, maar mag ik toch even voortgaan met hetgeen ik zoo even zei Hij wendde zich weer tot zijn vrouw. „Ik kan misschien spoe dig sterven en daarom is 't mijn liefste wensch, dat Else's engagement zoo spoedig mogelijk publiek wordt". Mevrouw Berner zweeg en wist niet goed wat te zeggen. Zou zij aan den wensch van haar man geen gevolg geven, een wensch, die om zulk een reden geuit werd? Neen, dat kon en mocht ze niet. En wai zou het haar ook hebben gebaat; die twee maanden zouden voorbijgaan en alles zou dan zijn als nu. Dus waarom zou zii zich op winden en ergeren? Zij had Else toch ook lief, al uitte die liefde zich anders dan bii haar man. Voor haar mooie dochter had zij zich een schiterender toekomst aedroomd dan die van een eenvoudige ingenieursvrouw maar wat gaf 't nu te peinzen over wat had kunnen zijn? Else verkoos nu eenmaal mevrouw Zer- nikow te worden en niet baronesse Tomwitz Het zou dus maar het verstandigste zijn zich te voegen naar den wensch van haar man. Daarom stapte zij over haar bezwaren heen en zei met een lichte, gracieuse buiging van haar kunstig gefriseerde hoofd: „Ik geef me gewonnen en zal niet langer vasthouden aan die twee maanden proeftijd. Maakt dus voor mijn part het engagement publiek". „Moeder!" Met een luiden jubelkreet sprong Else op en beide ouders moesten zich laten welgevallen herhaaldelijk door haar i? worden omhelst. Er werd nu afgesproken het publiek worden van het engagement tegelijk met het jubileum te vieren en Else beloofde dadelijk Walter ie zullen schrijven. Hij zou dan wel onmiddellijk eenige dagen vacantie vragen om naar Schnrf ditz te gaan, teneinde nadere regelingen te treffen wegens het engagement, dat wist ze zeker. Hij bezat geen familieleden, die een stem in het kapittel hadden. Later dan gewoonlijk ging men dien avond te bed Maar eerst zou Else op haar kamer aan Walter schrijven, om hem de vreugdetij ding over te brengen. Maurer zou dan mor gen heel vroeg haar brief naar het postkan toor brengen en die psr expresse laten verzen den. (Wordt vervolgd^

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 5