ilkiHisdt Coiirsnt. ZIJN LAATSTE ÏENSCK. FEUILLETON. ti^rd twee en dertigste laargang. Dinedaff 21 Januari Radio-hoekje De teelt van bloembollen, speciaal van tulpen. jfo. 17 1930 Woensdag 22 Januari. Hilversum, 1875 M. 10.10.15 Morgen wijding- 12.01—2.— Concert door het A. V. R. O.-kwartet. 2.3.Radio Kinderkoor zang. 3.4.Naaicursus. 4.—4.30 De voornaamste studiemuziek voor piano, uitge voerd door Egbert Veen. Toelichting door Louis Schmidt 5.5.30 Lezing door Dr. Max de Vries over: De huidige crisis. 5.30— 6 30 Concert door het A. V. R. O.-Kwartet '6 30 Koersen. 6.457.15 Italiaansch: begin ners. 7.157.45 Italiaansch: gevorderden 7.45 Gramofoonmuziek. 8.01—9.Concert door het Omroeporkest. 9.-9.45 A. V. R. O. Nutslezingen over Indië. De groote cultures III. Spreker: Prol. Dr. L. Ph. Le Cosquino de Bussy. 9.45 Voortzetting concert. 10. Persberichten. 11.Gramofoonmuziek. 12.— Sluiting. Huizen, 298 M. (Na 6 uur 1071 M.) (Uitsluitend N. C. R. V.) 8.15—9.30 Mor genconcert. 10.3011.Ziekendienst. 11. 11.30 Gramofoonmuziek. 11.30—12.30 Har moniumbespeling. 12.30—2.Concert. Fluit, viool, piano en orgel. 2.-2.45 Con cert. Sopraan, alt, fluit en piano. 2.453.15 Lezen van Chr. Lectuur. 3.154.15 Vervolg concert. 4.15—5.Gramofoonmuziek. 5. 6.Kinderuurtje. 6.7.Cursussen Tech niek. 7.8 Cursus Zangverbetering. 8. p 30 Mededeelingen van den Voorzitter. 8.30 Spreker en concert Dameskoortje en Instru mentaal Trio. 10.10.30 Lezing over: Het zelfbouwen van een één-lamps toestel. Na af loop van het concertPersberichten. Daventry, 1554.4 M. 10.35 Morgenwij ding. 11.05 Lezing. 11.20 Gramofoonmuziek 12 20 Concert. D. Davies, sopraan. E. A. Rogers, bariton. 12.50 Gramofoonmuziek 1 202.20 Orkestconcert. 2.50 Uitz. voor scholen. 3.20 Lezing. 3.45 Concert. M. Hil- liard, alt. Trio. 5.05 Concert op cinema-orgel door R- New. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lezing. 6.35 Nieuwsberichten. 7.— Piano-recital door J. Ching. 7.207.40 Lezing. 7.45 Lezing. 8.05 Recital door Sir George Henschel. 8 20 Concert. Moiseivitch, piano. L. Kennedy, cello. Symphonie Orkest 9.20 Nieuwsberich ten. 9.35 Voortzetting concert. 10.20 Nieuws berichten. 10.25 Lezing. 10.40 Dansmuziek. 11.2012.20 Dansmuziek. Parijs „Radio-Paris', 1725 M. 12.50 2.20 Gramofoonmuziek. 4.05 Concert. 6.55 Gramofoonmuziek. 7.25 Gramofoonmuziek. 8.20 Orkéstconcert m. m v. solisten. Langenberg, 473 M. 6.20—7.20 Gramo foonmuziek. 9.3510.35 Gramofoonmuziek 11.30 Gramofoonmuziek 12 251.50 Or kestconcert en sopraan. 4.505.50 Dansmu ziek. 7.20—7.50 Orkestconcert. 7.50 Vroolijk programma. Daarna tot 11.20 Dansmuziek. Kalundborg, 1153 M. 11.20—1.20 Orkest concert. 2.50—4.50 Orkestconcert en decla matie. 7.357.55 Piano-recital door F. Jen- sen. 7.558.55 Declamatie en zang. 9.10 10.20 Orkestconcert. Brussel, 508-5 M. 5.20 Trio-concert. 6.50 Gramofoonmuziek. 8.35 Concert. Strijkkwar tet en cembale. 9.50 Dansmuziek. Zeesen, 1635 M. 6.15—11.05 Lezingen en berichten. 11.20—12.15 Gramofoonmuziek. J 2.153.50 Lezingen en berichten. 3.50 50 Concert uit Hamburg. 4.507.50 Lezin gen. 7.50 „Herzabend" uit Langenberg. 9.50 Concert. Orkest en sopraan. DE SPAANSCHE OMROEP ONDER DEN HAMER. Volgens de Spaansche wet zal de radio- omroep in dat land worden verpacht aan een omroepmaatschappii. Inschrijvingen werden hiervoor verzameld in de maand Juli van het afgeloopen jaar. Daar echter geen enkele maatschappij een voldoend bedrag wilde be talen, werd de omroep niet „gegund". In Februari van dit jaar zal de omroep nu op nieuw onder den hamer komen. Geen antwoord op de brandende kwestie „Wat moet ik teelen". In het Noord-Hollandsche koffiehuis te Schagen behandelde Maandag in aarg dering van de Vereeniging van oud-leerlin gen der Rijkslandbouw Winterschool te Schagen, de heer Ir. K. Volkersz te Lisse, het onderwerp „De teelt van bloembollen, spe ciaal van tulpen". De lezing werd verduide lijkt door lichtbeelden. De vergadering was druk bezocht en werd geleid door den heer K. Koster uit Midwoud, die uit de opkomst constateerde, dat de tul- („Ueber den Tod hinaus"). Roman van Anny von Panhuys. Uit het Duitsch door W. H. C. Bollaard. 18) Juist bracht Maurer in een ijskoeler de champagne binnen, waarna de professor de glazen inschonk. „Prosit, Walter!" klonk 'ttoen door elkaar, terwijl men hem toedronk. Kort daarop stond men van tafel op en begaf zich naar de kamer, die naast de eet kamer lag, en waar liqueur en sigaretten ge reed stonden. Else plaatste zich naast Walter. „Dat ver schrikkelijke tegenover elkaar zitten is nu ge daan, Walter; zoo is 't toch veel genoeglij ker". De witte japon, dien ze vandaag droeg, stond haar prachtig en Walter keek met een gelukkigen glimlach naar het bekoorlijke schepseltje, dat naast hem zat. „Nu is, geloof ik, 't goede oogenblik aan gebroken", begon de professor, „om nader het een en ander omtrent jullie engagement •f te spreken." „Voor de kennisgevingen en de verzending er van, zorg ik", stelde mevrouw Berner voor, „daar de publiek-making Zaterdag, te- pen in het teeken van de belangstelling staat van de landbouwers en bracht dank aan de ijrma Leeuwen uit Sassenheim, die uit waar dering voor den spreker, voor een tulpen- versiering had gezorgd. De inleider wees er op dat de tulpen het brandpunt van belangstelling zijn gewor den. Wij willen allen graag in korten tijd „binnen zijn en hopen dit met de tulpen te bereiken. Door de ervaring geleid, moet spr. dade lijk zeggen geen antwoord op de brandende kwestie „Wat moet ik teelen" niet te kunnen beantwoorden. Dit moet door de menschen in het vak bepaald worden en zelfs voor men schen, die jaren meeloopen is dit moeilijk. Ook hier geldt de wet van vraag en aan- bod. In den laatsten tijd wordt die wet echter vertroebeld, voordat de afzet naar het bui tenland ook beperkt wordt, om andere rede nen. De levensstandaard stijgt en daardoor wordt de afname grooter. De mogelijkheid om uit te breiden is echter in ons land zoo groot, dat men niet meer kan zeggen, dat de bollenstreek is gebonden. De vraag naar het buitenland is toegenomen, maar de vraag naar plantgoed voor het binnenland is groo ter en oorzaak, dat de prijzen zoo hoog zijn. Een tulpenstatistiek bestaat er niet. Van het oppervlak weten wij iets, maar wij weten niet hoeveel er van de soorten is geplant en dit maakt het buitengewoon riskant. De ge bruikswaarde van een variëteit en de voor raad er van staan met elkander in verband. Zelfs een tulp met de grootste handels waarde hebben periodes medegemaakt van totale waardeloosheid. Het moeilijke is de keuze te bepalen, de gebruikswaarde is een goed begin, doch het is een kwestie van mode, dat vaak het pu bliek een variëteit die in alle opzichten vol doet, niet meer wil. Er zitten haken en oogen die zelfs een vakman niet kan door zien. Ook de wijze hoe het artikel wordt ver kocht speelt een rol. De handelaar wil winst behalen. Hande laren, die niet beschikken over voorraad door kweeken zijn aangewezen op aankoop. Hij moet verkoopen voor 't product er is en loopt dus 't risico wel eens duurder te moeten in- koopen dan hij verkocht. De normale omstan digheid is dan ook deze dat elke export-han delaar tevens groot kweeker is. Van de buitenlandsche handel kan gezegd wordên, dat die den laatsten tijd een slech ten tijd heeft medegemaakt. Dit geldt niet voor den handelaar-zelf- kweeker, die natuurlijk eerst eigen artikel verkocht en dus profiteerde van de prijsstij- p ig en in de tweede plaats geniet hij het voordeel dat hij zijn kweekerij kan aanpas sen aan de wenschen van zijn cliënten. On danks de hooge prijzen in de laatste jaren besteed is toch de omzet toegenomen. Dit kan verklaard worden uit de factor, dat het bloemenverbruik, ook in ons land is toegeno men. Ook een factor is de intensiever be werking van de afzetmarkt. Het gansche vak is afhankelijk van de harde werkers in het buitenland, die steeds er op uit moeten zijn de afzetmarkt te ver- grooten. Door de verbetering van de ver keersmiddel :n kan sneller gewerkt worden en is de verkoop vergroot geworden. De prijzen zijn echter aan de top door de uitbreiding aan de productie in Nederland en de afzet in het buitenland kan daar geen rekening mee houden. Er zal dus een groote val wat betreft de prijzen moeten volgen, omdat ook door de prijs de afzetmogelijk heid wordt beheerscht. Men belegge niet zijn gansche kapi taal in de bollen. Spr. meende dan ook een zekere waar schuwing te moeten geven, om niet het gan sche kapitaal in de bollen vast te leggen. Waag een kans, doch houdt er rekening mede, dat de bollenteelt iets anders is dan het produceeren van landbouwproducten. De bollen zijn te beschouwen als effecten. Toen in de oorlogsjaren de verbouw van de bellen niet mogelijk was. moesten velen hun duren bollen opruimen. Die over reserve be schikte kon zijn kapitaal behouden. De ander moest het echter opdoeken. Werk dus alleen met het geld, dat men kan missen. Komende tot de teelt van tulpen, wees spr. er op, dat de tijdsduur niet toeliet diep op het onderwerp in te gaan. Elke klei ne wijziging in de verzorging van elke plant wreekt zich. Niet de bloembollenstreek, maar zij die niet op de hoogte zijn zullen bij een inzinking het eerst de dupe worden. Momenteel is de handel gebaseerd op de bolgrootte, doch straks wanneer de handel te kust en te keur voor niet te hoogen prijs bollen kan krijgen, zal meer gelet worden op wat er uit de Nol komt en die zal de liandei allereerst koopen in eigen streek. Op den duur zal de rieele handel de voor keur geven aan die partijen bollen, waarvan gelijk met het jubileum plaats vindt, behoe ven de kennisgevingen eerst Zondag te voren worden verzonden". „Zeker, Magda", knikte haar man, „zulke dingen regel jij 'tbest, tijd is er genoeg." „Nog een volle week", riep Else uit, „van daag precies over acht dagen. Lieve hemel, wat een tijd nog! Ik verheug er me ontzag lijk op, tegelijk met vader feestnummer te zijn", jubelde zij. Een zacht vermanend „Else" van haar moeder had de bedoeling haar er aan te her inneren, dat men zich niet zoo temperament vol mocht verheugen. Zernikow was van plan den volgenden avond weer te vertrekken, om dan niet vóór den voormiddag van den grooten dag terug te keeren. Ook hierover sprak men en daar er voor het oogenblik niets meer te bespreken was, stond de jonge ingenieur op om heen te gaan, ook omdat t tamelijk laat geworden was. Morgen, den ganschen Zondag, zou men nog bij elkaar zijn, zoodat er nog tijd genoeg was om iets te bespreken, in geval dat noodig was. Berner zou zijn toekomstigen schoonzoon naar het hotel brengen en van deze gelegen heid gebruik maken hem in 't vertrouwen te nemen. Hij had niemand anders met wien hij kon spreken over hetgeen hij da® en naclu als een zware last, die hem dreigde dood te drukken, droeg. De spookgestalte van den ouden Thomas liep op klaarlichten dag nagst hem en zat als een booze geest op ?.ijn de ervaring ben heeft geleerd, dat de bol zal brengen, wat de kooper er van verwacht. De vraag is een goede tulpenplanl plant met mooie bloem en geschikt, beid voor een vroege trekkerii. De behandelingswijze richt zich op de vroegheid en de volmaaktheid Dezelfde hulpmiddelen die leiden tot ver betering van het product, zoo dat men het in December kan krijgen, leiden er toe. dat men dit product later teelende een beter product krijgt. Het is mogelijk zonder bijzondere hulp middelen een product te krijgen, dat begeert wordt, doch een factor van beteekenis is ook, dat men van een bepaald product een hoeveelheid kan leveren en daarom zijn voor nieuwe streken de eerste tijden het moei lijkst. De handel moet langzaam groeien. De handel moet zich vaak plotseling dek ken en doet dit dus het eerst daar, waar hij het begeerde koopen kan en de moeite om de randgewesten af te loopen. wordt dan ook alleen gedaan, als de handel niet krijgen kan in massa, wat hij hebben moet. De groote waarde van de nabehandeling van de bol in de schuur, stelde spr. mede in het licht. Ook wees bij er op, dat het maar niet zoo gaat om buiten de handel zelf in het buiten land een handel te scheppen. De ervaring heeft geleerd, dat de onkosten dan vaak te groot zijn en dit komt ook. om dat een nieuwe verkooper meestal h»»t eerst contact krijgt met de minder soliede af nemers Een handel moet langzaam groeien. Hierna vertoonde spr. lantaarnplaatjes, waarbij hij de bewerking van de grond allereerst belichtte. Ook de verschillende werktuigen bij het be werken van den grcmd voor den bloembollen teelt in gebruik, werden door hem toegelicht. De breedte van een bed is ongeveer 1 M. en die van het pad 40 c.M. Dit berust op ervaring en is vooral met het oog op het rooien de meest geschikte gebleken. Tegenwoordig werkt men met het planten niet zoo serieus als vroeger, maar vooral voor een grond, die goed licht ten aanzien van de waterstand is. hindert dit niet. Zware kleigrond bij slecht regenweer, geeft de grootste gevaren en levert ook de groot ste moeilijkheid bij het rooien. Het zwaartepunt bij de behan deling van de bellen ligt echter niet in de cultuur, maar in de nabehandeling van den bol in den schuur. Spr. wees er op, dat de plantdiepte ver band houdt met de waterstand van het land. Het ietwat dieper planten is misschien met het oog op de vorst te prefereeren, doch op sommige gronden kan men niet diep planten. Het aantal bollen per regel hangt samen met de grootte van de bollen Ook met de afstand tusschen de regels is dit het geval. Een groote regelafstand is met minder deskundig personeel, op bepaalde gronden, in verband met de bestrijding van het on kruid te verkiezen. Wanneer de bollen geplant zijn, wordt vaak nog kunstmest nagestrooid. Men maakt daarbij vaak gebruik van een kunstmest- strooimachine, een uitvinding van een plaat selijke smid, welke machine juist voldoende mest inhoud voor 2 bedden. Met zwaardere machines strooien verdient geen aanbeveling, omdat de grond rul moet blijven. Komende tot het afdekken van de tulpen wees spr. er op, dat het dekken om tweeërlei redenen gewenscht is. Op zandgrond ge schiedt het afdekken in hoofdzaak om de ver stuiving van het zand tegen te gaan, zoodat men daar het dek vrij lang laat liggen. De laatste winter heeft echter ook geleerd, dat de tulp toch nog wel kan bevriezen en men dus door Het afdekken ook de vorst- schade belangrijk kan verminderen De vorstschade is daar het grootst geweest, waar het dek ontbrak en tevens daar waar het tulpengewas geen goede bewerking had ondergaan Ook op kleigronden heeft het afdekken zijn nut. De laatste jaren heeft men gemeend, dat het daar niet noodig is, doch spr. gelooft dat men daar wel van terug gekomen is. Ter voorkoming van vorst kan men op kleigronden dekken en men doet het best, daar met stroo of turfmolm te dekken, om de grond rul te houden. Spr. geeft de voorkeur aan het afdekken met stroo. Door het rul houden van de grond bereikt men, dat men kan zaaien als het moet. Het kunnen rooien op tijd is voor de tulpenteelt een beslissende factor. Nooit mag men hetzelfde dek het volgend jaar gebruiken. Ook mag men dezelfde grond hei volgend jaar niet meer als tulpengrond gebruiken, anders krijgt men vuurschade. borst als hij laat ging slapen. En zijn ze nuwen worstelden met het spook van den waanzin, die de armen naar hem uitstrekte hij moest en zou met iemand over dat alles spreken. Aanvankelijk zeiden de beide hee- ren weinig tot elkaar, ieder was te veel met zijn eigen gedachten bezig. De hemel was geheel donker en slechts een paar sterretjes, die men niet eens duidelijk zag, flikkerden als lantaarntjes, die reeds door het geringste zuchtje gedoofd zouden worden. Eindelijk vatte de professor moed, hoewel hij nog niet goed wist hoe te beginnen. Nu eens dacht hij dat het eigenlijk al te laat was, dan weer vreesde hij niet zoo spoedig weer de gelegenheid te hebben met Walter al leen te zijn. Hij moest en zou den last van zijn gemoed afwentelen. Hij begon wat. langzamer te loopen, om tijd te winnen voor hetgeen hij te zeggen had. Zachtjes en een beetje schuchter begon hij: „Beste Walter, ik zou je zoo graag eens iets vertellen", hij bleef steken „over iets wat mij verontrust, met je praten." Verbaasd luisterde de jonge man toe, en zich los makend van de gedachte aan Else, die hem bezig hield, zei hij: „Wat kan er zijn, dat u verontrust en waarover u met mij wilt spreken? Als het betreft wat Else mee ten huwelijk krijgt oi zoo iets, dan behoeven wij daarover werkelijk niet te debatteeren, want ik verdien genoeg om een vrouw be- Wie tulpen teelt op een landbouwbedrijf, verkeert in de gunstige omstandigheid, dat men voldoende grond bezit en doet dan ook verstandig elk jaar akkers te nemen, die ver van elkander liggen. Voor alles meet men ook zor gen, dat de afwatering zcowel van den ondergrond als den boven grond punctueel functionneerd. Hierna werd gelegenheid gegeven tot het steilen van vragen, waarvan door den oud- leeraar Visser, thans te Utrecht, gebruik werd gemaakt om de uitvoercijfers te bespreken en een schatting door den heer Krelagê gepubli ceerd, naar voren te brengen en de vraag te stellen of een daling van de priis geen ver meerdering van consumptie tengevolge zal hebben. De inleider wees er op, dat de officiëele statistiek niet geheel in orde is en gaf dit nader aan. De heer Krelage was een groot vakman, doch er bestaat geen vakman die kan aange ven het fceteelefe oppervlak met tulpen. Voor de narsis en de hyasint is dit wel in orde, doch voor de tulp is het iriets dan schatting en noodig is dus een goede statistiek, waarvan men de waarde echter ook niet moet over schatten. Men kan daardoor alleen bereiken dat men weet hoeveel H A. met tulpen beteeld is, doch des Pudels Kur. is, dat men weet hoeveel er van de verschillende variëteiten bestaan en daarvoor zal de handel niet te vinden zijn, omdat men dan de muziek van den handel uitschakelt. Beide getallen geven dan ook geen houvast In de loop van de jaren heeft de tulpenteelt zich verbazend uitgebreid en dit niet alleen in de nieuwe cultuurstreken. Voorts oordeelde spr. ook, dat de daling van de prijs de verkoop wel bevorderd, doch die uitbreiding kan de vermeerdering niet verwerken, omdat juist bij een daling de afzet in het binnenland sterk zal verminderen, aangezien de nieuwelingen dan al spoedig de teelt opgeven. De groote winst roet de bollen is al binnen gehaald door de insiders. Het proces van de val voltrekt zich bovendien langzaam en komt niet direct. De meening van den heer Visser, dat de bollenstreken 't nadeel van de val sterter zul len gevoelen, dan de randstreken, deelde spr. niet, omdat men in de bollenstreken een val het eerst aan voelt en het bij de bollen ook aankomt op de kwalitei* Voorts zal een val zich het eerst in variëteiten doen gelden, doch een dergelijke val sleept de bollen over de geheele linie mee. Na de pauze vertoonde spr. een reeks lantaarnplaatjes, waardoor men een kijk krijgt op de werk zaamheden bij de bloembollenteelt. Spr. waarschuwde er tegen, om, na het wegnemen van het riet, wanneer de plant al boven de grond is nog kunstmeststoffen te strooien. Men moet kunstmeststoffen die vatbaar zijn voor de oplossing in water, in den herfst wanneer de bollen geplant zijn strooien en dagelijksche controle om zieke planten te ver wijderen is noodig. Voor wie voor 100 zeker wil zijn dat hij koopt wat hij verlangt, is het zaak te koopen op de veilingen te velde, welke veilingen ech ter hun bezwaren hebben. Het soort kan n en echter bloeiende te velde het best beoordeelen. De ervaring heeft geleerd, dat de vuur- ziekte zich het snelst ontwikkeld op afsterven de gedeelten en daarom moeten de bloemen worden afgesneden voor dat de bloem gaat sterven. Ook het wieden van het tulpenbed is een factor van beteekenis en moet zoo spoedig mo gelijk geschieden omdat het uittrekken van vuil, beschadiging van de tulpenwortels ten gevolge kan hebben. Het rooitijdstip wordt bepaald door de overgang van de kleur naar het bruine van de bol. Als de bol aan den voorkant behoorlijk- bruin is moet de tulp er uit om te voorkomen, dat de bol gaat rotten. Vooral de tulpen die leeg iq de huid zijn, moeten op tijd worden gerooid, de waarcte van de bol toch wordt be paald door de kleur van de huid en de ge steldheid van de huid. Alle resten van de tulpen moeten verbrand worden om te voorkomen dat de vuurziekte in de grond komt. Geschoold personeel kan niet genoeg op waarde worden gesteld, omdat in deze branche dit van groote waarde is en vooral daar waar men begint is dit personeel onmis baar. Mocht men de bollen tengevolge van on geschoold personeel te vroeg zijn ge rooid, dan kan men ze bruinen door ze eer. tijdje te kuilen. Verschillende kweekers hebben het wit- rooien ingevoerd, om daarna in schuren, bij stoken de bollen te bruinen, waardoor de huid buitengewoon gaaf blijft en in innerlij ke waarde hooger wordt. Het pellen van de bollen werd eveneens met lichtbeelden verduidelijkt, waarna kie- hoorlijk te onderhouden en bezit bovendien een klein vermogen; dat heb ik u immers in dertijd in Nauheim reeds uiteengezet, toen ik mijn omstandigheden uitlegde' Berner liet hem uitspreken: „Het gaat niet om geld, noch om Else", en diep adem halend vervolgde hij: „Waarover ik graag met je wilde spreken, betreft mij persoonlijk, mij. Bij het schijnsel van een straatlantaarn, die zij passeerden, zag de ingenieur hoe bui tengewoon ernstig het gezicht van den pro fessor stond en bedroefd tevens. „En waar om ik juist met jou daarover wilde spre ken Berner's stem werd dringender, „wel, omdat ik in Gods wijde wereld niemand ken, met wien ik daarover praten kan. Vrouw en dochter mag ik niet beangstigen en al die andere menschen die zouden me uit lachen en bespotten". „Spreek dan, vader, ik wil graag en aan dachtig naar u luisteren", was het ant woord. Het was de eerste maal, dat Walter den professor „vader" noemde, heel rustig en of het vanzelfsprekend was gleed het woord hem van de lippen, en als iets vanzelfspre kends en weldadigs tevens ving Berner's oor het op. „Wat ik je ook moge medcdeeleu, Walter, lach niet en trek mijn woorden niet in tw ij fel", achtte de professor noodig aan zijn ver haal te doen voorafgaan. Toen vertelde hij ken van bollenschuren werden gegeven, als- roede van het sorteeren met behulp van zeefmaten. Het resultaat van het gewas wordt in de bewaarplaatsen beslist en rie/e moeten zijn luchtige, zonnige, tochtlooze. De bollen moeten voortdurend gecontroleerd worden. Spr toonde met lichtbeelden aan hoe de bewaarplaatsen voortdurend zijn ver beterd. De moderne bewaarplaatsen zijn voorzien van electrische ventelatoren, centrale ver warming en hebben kleinere ramen gekre gen om de verkregen warmte te behouden en de temperatuur van buiten uit te sluiten en van binnen te beheerechen. Het product reageert dan alleen op de handelingen van den kweeker. maar deze moet dan ook weten, hoe hij de zaak beheerscht Hoe meer partijen worden verstuurd of overgestort, hoe slechter het voor de partij kan zijn. Scheuring van bollen moet men voorko men. Een bepaalde temperatuur heeft invloed op de moederplant, wat betreft de blad- en steelvorming en tevens op de vorming van d® zich in de bol ontwikkelende dochterbol. Prof. Blauw de grondlegger van de tulpencultuur. Wij moeten dus weten of wij het zwaarte punt willen leggen op de ontwikkeling van de moederplant of die van het kind. Spr. noemde het de groote verdienste van prof. Blauw, dat hij de gansche ontwikkeling van den tulpenbol heeft voorgelegd. Hij kan worden genoemd den grondlegger van de tulpencultuur. Wij moeten weten wat de tulpenplaat doet wanneer wij de groei en bewaaromstan digheden wijzigen. Bij het koopen moet men de bollen die kaal zijn gelijk met elkander planten, om een gelijkmatige groei te krij gen. Prof. Blauw heeft de bollen in 11 ver schillende temperaturen gedurende een gan schen bewaartijd bewaard en daarbij heeft hij den invloed van de temperatuur op de groei aangetoond. Bollen van een zelfde partij bewaard, ge durende 4 weken bij eenzelfde temperatuur werden getoond en gaf een reusachtig ver schil. Op dit terrein ligt nog een ruim arbeids veld, want niet alle variteiten gedragen zich gelijk. Naarmate de temperatuur hooger wordt is de bloemvorming regelmatiger. 17 Gra den Celsius leidde tot de snelste bloemvor ming, maar ook tot abnormale bloemvor ming. Wie bollen wil bewaren en die bollen wil bestemmen voor de vroegste trekkerij, di» beware die bollen gedurende 3 a 4 weker» bij 20 graden Celsius, dan verkeeren de bol len in een bijzonder ontwikkelingsstadium, dat de bloem nog niet gereed is, dat de bui tenste krans klaar is en de binnenste krans gevormd wordt. Daarna legt men de bollen in een tempe ratuur van 9 graden en daarna in kassen van 20 graden. Dan blijkt de bloem vroeger dan ooit en kan men met Kerstmis de vol- maakste bloem krijgen. Bij het onderzoek bleek verder, dat wan neer de bol voor de cultuur moet dienen tfe bewaring anders moet zijn. De Blauwsche methode werd reeds in het Westland op groote schaal toegepast, die ex tra kosten spelen niet meer een rol. Het feit of het gewas zekerheid geeft voor het doel zal den doorslag geven. Spr. toonde de bollenteelt in glascultuur, met grondverwarming enz. met een totaat kosten per H. A. van 70.000, waaruit wet bleek van welk een groote beteekenis de bol- lencultuur in ons land is. Het schitterend werk van Blauw was voor spr. nog de eenige houvast en zal meewer ken om het vak te vervolmaken ten behoeve van den aftrek in het buitenland. Voor de verscheping van het product naar het zuidelijk halfrond moet de groeiperiode een half jaar stopgezet worden en met de Blauwinethode is dit mogeli'k. Hierbij moeten handel en kweekers samen werken, want dan wordt de cultuurmogelijk heid zeer vergroot. Wie voor de cultuur werkt geve zijn bol len 7 weken 20 graden Celsius en 4 weken 17 graden, dan krijgt men een krachtigen groei van de hoofdbol. Houdt men c' betrouwbare richtsnoer -n het oog, dan 1 i men al heel wat bereiken. Het tijdig verwijderen van zieke planten, ter voorkoming van de vuurziekte werd door spr. met nadruk bepleit Naast de vuurziekte besprak spreker nog verschillende andere ziekten, waarbij hij de verschijnselen met plaatjes toelichtte. Ook de bestrijdiug van de ziekten wer t door hem besproken. Na de lezing werden door spr. nog ver schillende vragen beantwoord,waarna de voorzitter Ir. Volkersz onder instemming der vergadering hartelijk dank bracht voor zijn lezing. hem de sage van den ouden baron Thomas, vertelde wat von Weiden op het bal van Dinsdag gezegd had, wat hij in den nacht met eigen oogen zag, dat hij later getracht had die verschijning met een hallucinatie te verklaren, maar dat een toevallige ontmoe ting met von Weiden hem het geloot' daarin helaas weer had benomen, omdat deze hem zei, dat ook anderen den ouden Thomas dien zelfden nacht hadden gezien. „Natuurlijk liet ik tegenover von Weiden niet doorschemeren, dat ik de spookverschij ning zelf ook zag, maar nergens vind ik nn vrede meer; de gestalte van den ouden Tho mas is steeds om mij heen, altijd meen ik hem te zien, zie ik hoe hij mij wenkt, en toch zeg ik tot mijzelf, dat het niet mogelijk is, dat die oude man uit zijn graf is verrezen, om mij op mijn dood voor te bereiden. Een normaal stel hersens moet aan mijn verstand twijfelen t'n toch bezweer ik, dat ik den ouden Thomas heb gezien, zoo duidelijk als ik jou nu zie Zernikow had den professor met geen en kel woord in de rede gevallen, maar 't was hem of er een ijzige wind om hem woei. at hij zooeven vernomen had, verschrikte herr tot het diepste van zijn ziel en snel overwoog hij, hoe zich tegenover den krankzinnige ta gedragen. Met krankzinnigen diende men voorzichtig te zijn, dat had hij ergens gelezen of gehoord want dat die arme man gees tesziek was, daaraan was niet te twijfelen. (Wordt vervolgd.) i v A

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 5