ilkiHisdt Coiirsnt.
ZIJN LAATSTE ÏENSCK.
FEUILLETON.
ti^rd twee en dertigste laargang.
Dinedaff 21 Januari
Radio-hoekje
De teelt van bloembollen,
speciaal van tulpen.
jfo. 17 1930
Woensdag 22 Januari.
Hilversum, 1875 M. 10.10.15 Morgen
wijding- 12.01—2.— Concert door het A. V.
R. O.-kwartet. 2.3.Radio Kinderkoor
zang. 3.4.Naaicursus. 4.—4.30 De
voornaamste studiemuziek voor piano, uitge
voerd door Egbert Veen. Toelichting door
Louis Schmidt 5.5.30 Lezing door Dr.
Max de Vries over: De huidige crisis. 5.30—
6 30 Concert door het A. V. R. O.-Kwartet
'6 30 Koersen. 6.457.15 Italiaansch: begin
ners. 7.157.45 Italiaansch: gevorderden
7.45 Gramofoonmuziek. 8.01—9.Concert
door het Omroeporkest. 9.-9.45 A. V. R. O.
Nutslezingen over Indië. De groote cultures
III. Spreker: Prol. Dr. L. Ph. Le Cosquino
de Bussy. 9.45 Voortzetting concert. 10.
Persberichten. 11.Gramofoonmuziek.
12.— Sluiting.
Huizen, 298 M. (Na 6 uur 1071 M.)
(Uitsluitend N. C. R. V.) 8.15—9.30 Mor
genconcert. 10.3011.Ziekendienst. 11.
11.30 Gramofoonmuziek. 11.30—12.30 Har
moniumbespeling. 12.30—2.Concert.
Fluit, viool, piano en orgel. 2.-2.45 Con
cert. Sopraan, alt, fluit en piano. 2.453.15
Lezen van Chr. Lectuur. 3.154.15 Vervolg
concert. 4.15—5.Gramofoonmuziek. 5.
6.Kinderuurtje. 6.7.Cursussen Tech
niek. 7.8 Cursus Zangverbetering. 8.
p 30 Mededeelingen van den Voorzitter. 8.30
Spreker en concert Dameskoortje en Instru
mentaal Trio. 10.10.30 Lezing over: Het
zelfbouwen van een één-lamps toestel. Na af
loop van het concertPersberichten.
Daventry, 1554.4 M. 10.35 Morgenwij
ding. 11.05 Lezing. 11.20 Gramofoonmuziek
12 20 Concert. D. Davies, sopraan. E. A.
Rogers, bariton. 12.50 Gramofoonmuziek
1 202.20 Orkestconcert. 2.50 Uitz. voor
scholen. 3.20 Lezing. 3.45 Concert. M. Hil-
liard, alt. Trio. 5.05 Concert op cinema-orgel
door R- New. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lezing.
6.35 Nieuwsberichten. 7.— Piano-recital door
J. Ching. 7.207.40 Lezing. 7.45 Lezing.
8.05 Recital door Sir George Henschel. 8 20
Concert. Moiseivitch, piano. L. Kennedy,
cello. Symphonie Orkest 9.20 Nieuwsberich
ten. 9.35 Voortzetting concert. 10.20 Nieuws
berichten. 10.25 Lezing. 10.40 Dansmuziek.
11.2012.20 Dansmuziek.
Parijs „Radio-Paris', 1725 M. 12.50
2.20 Gramofoonmuziek. 4.05 Concert. 6.55
Gramofoonmuziek. 7.25 Gramofoonmuziek.
8.20 Orkéstconcert m. m v. solisten.
Langenberg, 473 M. 6.20—7.20 Gramo
foonmuziek. 9.3510.35 Gramofoonmuziek
11.30 Gramofoonmuziek 12 251.50 Or
kestconcert en sopraan. 4.505.50 Dansmu
ziek. 7.20—7.50 Orkestconcert. 7.50 Vroolijk
programma. Daarna tot 11.20 Dansmuziek.
Kalundborg, 1153 M. 11.20—1.20 Orkest
concert. 2.50—4.50 Orkestconcert en decla
matie. 7.357.55 Piano-recital door F. Jen-
sen. 7.558.55 Declamatie en zang. 9.10
10.20 Orkestconcert.
Brussel, 508-5 M. 5.20 Trio-concert. 6.50
Gramofoonmuziek. 8.35 Concert. Strijkkwar
tet en cembale. 9.50 Dansmuziek.
Zeesen, 1635 M. 6.15—11.05 Lezingen en
berichten. 11.20—12.15 Gramofoonmuziek.
J 2.153.50 Lezingen en berichten. 3.50
50 Concert uit Hamburg. 4.507.50 Lezin
gen. 7.50 „Herzabend" uit Langenberg. 9.50
Concert. Orkest en sopraan.
DE SPAANSCHE OMROEP ONDER
DEN HAMER.
Volgens de Spaansche wet zal de radio-
omroep in dat land worden verpacht aan een
omroepmaatschappii. Inschrijvingen werden
hiervoor verzameld in de maand Juli van het
afgeloopen jaar. Daar echter geen enkele
maatschappij een voldoend bedrag wilde be
talen, werd de omroep niet „gegund". In
Februari van dit jaar zal de omroep nu op
nieuw onder den hamer komen.
Geen antwoord op de brandende
kwestie „Wat moet ik teelen".
In het Noord-Hollandsche koffiehuis te
Schagen behandelde Maandag in aarg
dering van de Vereeniging van oud-leerlin
gen der Rijkslandbouw Winterschool te
Schagen, de heer Ir. K. Volkersz te Lisse, het
onderwerp „De teelt van bloembollen, spe
ciaal van tulpen". De lezing werd verduide
lijkt door lichtbeelden.
De vergadering was druk bezocht en werd
geleid door den heer K. Koster uit Midwoud,
die uit de opkomst constateerde, dat de tul-
(„Ueber den Tod hinaus").
Roman van Anny von Panhuys.
Uit het Duitsch door W. H. C. Bollaard.
18)
Juist bracht Maurer in een ijskoeler de
champagne binnen, waarna de professor de
glazen inschonk.
„Prosit, Walter!" klonk 'ttoen door elkaar,
terwijl men hem toedronk.
Kort daarop stond men van tafel op en
begaf zich naar de kamer, die naast de eet
kamer lag, en waar liqueur en sigaretten ge
reed stonden.
Else plaatste zich naast Walter. „Dat ver
schrikkelijke tegenover elkaar zitten is nu ge
daan, Walter; zoo is 't toch veel genoeglij
ker".
De witte japon, dien ze vandaag droeg,
stond haar prachtig en Walter keek met een
gelukkigen glimlach naar het bekoorlijke
schepseltje, dat naast hem zat.
„Nu is, geloof ik, 't goede oogenblik aan
gebroken", begon de professor, „om nader
het een en ander omtrent jullie engagement
•f te spreken."
„Voor de kennisgevingen en de verzending
er van, zorg ik", stelde mevrouw Berner
voor, „daar de publiek-making Zaterdag, te-
pen in het teeken van de belangstelling staat
van de landbouwers en bracht dank aan de
ijrma Leeuwen uit Sassenheim, die uit waar
dering voor den spreker, voor een tulpen-
versiering had gezorgd.
De inleider wees er op dat de tulpen het
brandpunt van belangstelling zijn gewor
den. Wij willen allen graag in korten tijd
„binnen zijn en hopen dit met de tulpen te
bereiken.
Door de ervaring geleid, moet spr. dade
lijk zeggen geen antwoord op de brandende
kwestie „Wat moet ik teelen" niet te kunnen
beantwoorden. Dit moet door de menschen
in het vak bepaald worden en zelfs voor men
schen, die jaren meeloopen is dit moeilijk.
Ook hier geldt de wet van vraag en aan-
bod.
In den laatsten tijd wordt die wet echter
vertroebeld, voordat de afzet naar het bui
tenland ook beperkt wordt, om andere rede
nen.
De levensstandaard stijgt en daardoor
wordt de afname grooter. De mogelijkheid
om uit te breiden is echter in ons land zoo
groot, dat men niet meer kan zeggen, dat de
bollenstreek is gebonden. De vraag naar het
buitenland is toegenomen, maar de vraag
naar plantgoed voor het binnenland is groo
ter en oorzaak, dat de prijzen zoo hoog zijn.
Een tulpenstatistiek bestaat er niet. Van
het oppervlak weten wij iets, maar wij weten
niet hoeveel er van de soorten is geplant en
dit maakt het buitengewoon riskant. De ge
bruikswaarde van een variëteit en de voor
raad er van staan met elkander in verband.
Zelfs een tulp met de grootste handels
waarde hebben periodes medegemaakt van
totale waardeloosheid.
Het moeilijke is de keuze te bepalen, de
gebruikswaarde is een goed begin, doch het
is een kwestie van mode, dat vaak het pu
bliek een variëteit die in alle opzichten vol
doet, niet meer wil. Er zitten haken en
oogen die zelfs een vakman niet kan door
zien.
Ook de wijze hoe het artikel wordt ver
kocht speelt een rol.
De handelaar wil winst behalen. Hande
laren, die niet beschikken over voorraad door
kweeken zijn aangewezen op aankoop. Hij
moet verkoopen voor 't product er is en loopt
dus 't risico wel eens duurder te moeten in-
koopen dan hij verkocht. De normale omstan
digheid is dan ook deze dat elke export-han
delaar tevens groot kweeker is.
Van de buitenlandsche handel kan gezegd
wordên, dat die den laatsten tijd een slech
ten tijd heeft medegemaakt.
Dit geldt niet voor den handelaar-zelf-
kweeker, die natuurlijk eerst eigen artikel
verkocht en dus profiteerde van de prijsstij-
p ig en in de tweede plaats geniet hij het
voordeel dat hij zijn kweekerij kan aanpas
sen aan de wenschen van zijn cliënten. On
danks de hooge prijzen in de laatste jaren
besteed is toch de omzet toegenomen. Dit
kan verklaard worden uit de factor, dat het
bloemenverbruik, ook in ons land is toegeno
men. Ook een factor is de intensiever be
werking van de afzetmarkt.
Het gansche vak is afhankelijk van de
harde werkers in het buitenland, die steeds
er op uit moeten zijn de afzetmarkt te ver-
grooten. Door de verbetering van de ver
keersmiddel :n kan sneller gewerkt worden
en is de verkoop vergroot geworden.
De prijzen zijn echter aan de top door de
uitbreiding aan de productie in Nederland
en de afzet in het buitenland kan daar geen
rekening mee houden. Er zal dus een groote
val wat betreft de prijzen moeten volgen,
omdat ook door de prijs de afzetmogelijk
heid wordt beheerscht.
Men belegge niet zijn gansche kapi
taal in de bollen.
Spr. meende dan ook een zekere waar
schuwing te moeten geven, om niet het gan
sche kapitaal in de bollen vast te leggen.
Waag een kans, doch houdt er rekening
mede, dat de bollenteelt iets anders is dan
het produceeren van landbouwproducten.
De bollen zijn te beschouwen als effecten.
Toen in de oorlogsjaren de verbouw van de
bellen niet mogelijk was. moesten velen hun
duren bollen opruimen. Die over reserve be
schikte kon zijn kapitaal behouden. De ander
moest het echter opdoeken.
Werk dus alleen met het geld, dat men kan
missen. Komende tot de teelt van tulpen,
wees spr. er op, dat de tijdsduur niet toeliet
diep op het onderwerp in te gaan. Elke klei
ne wijziging in de verzorging van elke plant
wreekt zich. Niet de bloembollenstreek, maar
zij die niet op de hoogte zijn zullen bij een
inzinking het eerst de dupe worden.
Momenteel is de handel gebaseerd op de
bolgrootte, doch straks wanneer de handel
te kust en te keur voor niet te hoogen prijs
bollen kan krijgen, zal meer gelet worden op
wat er uit de Nol komt en die zal de liandei
allereerst koopen in eigen streek.
Op den duur zal de rieele handel de voor
keur geven aan die partijen bollen, waarvan
gelijk met het jubileum plaats vindt, behoe
ven de kennisgevingen eerst Zondag te voren
worden verzonden".
„Zeker, Magda", knikte haar man, „zulke
dingen regel jij 'tbest, tijd is er genoeg."
„Nog een volle week", riep Else uit, „van
daag precies over acht dagen. Lieve hemel,
wat een tijd nog! Ik verheug er me ontzag
lijk op, tegelijk met vader feestnummer te
zijn", jubelde zij.
Een zacht vermanend „Else" van haar
moeder had de bedoeling haar er aan te her
inneren, dat men zich niet zoo temperament
vol mocht verheugen.
Zernikow was van plan den volgenden
avond weer te vertrekken, om dan niet vóór
den voormiddag van den grooten dag terug
te keeren. Ook hierover sprak men en daar er
voor het oogenblik niets meer te bespreken
was, stond de jonge ingenieur op om heen te
gaan, ook omdat t tamelijk laat geworden
was. Morgen, den ganschen Zondag, zou
men nog bij elkaar zijn, zoodat er nog tijd
genoeg was om iets te bespreken, in geval
dat noodig was.
Berner zou zijn toekomstigen schoonzoon
naar het hotel brengen en van deze gelegen
heid gebruik maken hem in 't vertrouwen te
nemen. Hij had niemand anders met wien
hij kon spreken over hetgeen hij da® en naclu
als een zware last, die hem dreigde dood te
drukken, droeg. De spookgestalte van den
ouden Thomas liep op klaarlichten dag
nagst hem en zat als een booze geest op ?.ijn
de ervaring ben heeft geleerd, dat de bol zal
brengen, wat de kooper er van verwacht.
De vraag is een goede tulpenplanl
plant met mooie bloem en geschikt,
beid voor een vroege trekkerii.
De behandelingswijze richt zich op de
vroegheid en de volmaaktheid
Dezelfde hulpmiddelen die leiden tot ver
betering van het product, zoo dat men het in
December kan krijgen, leiden er toe. dat men
dit product later teelende een beter product
krijgt.
Het is mogelijk zonder bijzondere hulp
middelen een product te krijgen, dat begeert
wordt, doch een factor van beteekenis is
ook, dat men van een bepaald product een
hoeveelheid kan leveren en daarom zijn voor
nieuwe streken de eerste tijden het moei
lijkst.
De handel moet langzaam groeien.
De handel moet zich vaak plotseling dek
ken en doet dit dus het eerst daar, waar hij
het begeerde koopen kan en de moeite om de
randgewesten af te loopen. wordt dan ook
alleen gedaan, als de handel niet krijgen
kan in massa, wat hij hebben moet.
De groote waarde van de nabehandeling
van de bol in de schuur, stelde spr. mede in
het licht.
Ook wees bij er op, dat het maar niet zoo
gaat om buiten de handel zelf in het buiten
land een handel te scheppen.
De ervaring heeft geleerd, dat de onkosten
dan vaak te groot zijn en dit komt ook. om
dat een nieuwe verkooper meestal h»»t eerst
contact krijgt met de minder soliede af
nemers
Een handel moet langzaam groeien.
Hierna vertoonde spr. lantaarnplaatjes,
waarbij hij de bewerking van de grond
allereerst belichtte.
Ook de verschillende werktuigen bij het be
werken van den grcmd voor den bloembollen
teelt in gebruik, werden door hem toegelicht.
De breedte van een bed is ongeveer 1 M.
en die van het pad 40 c.M.
Dit berust op ervaring en is vooral met
het oog op het rooien de meest geschikte
gebleken.
Tegenwoordig werkt men met het planten
niet zoo serieus als vroeger, maar vooral
voor een grond, die goed licht ten aanzien
van de waterstand is. hindert dit niet.
Zware kleigrond bij slecht regenweer, geeft
de grootste gevaren en levert ook de groot
ste moeilijkheid bij het rooien.
Het zwaartepunt bij de behan
deling van de bellen ligt echter
niet in de cultuur, maar in de
nabehandeling van den bol in den
schuur.
Spr. wees er op, dat de plantdiepte ver
band houdt met de waterstand van het land.
Het ietwat dieper planten is misschien
met het oog op de vorst te prefereeren, doch
op sommige gronden kan men niet diep
planten.
Het aantal bollen per regel hangt samen
met de grootte van de bollen Ook met de
afstand tusschen de regels is dit het geval.
Een groote regelafstand is met minder
deskundig personeel, op bepaalde gronden,
in verband met de bestrijding van het on
kruid te verkiezen.
Wanneer de bollen geplant zijn, wordt
vaak nog kunstmest nagestrooid. Men maakt
daarbij vaak gebruik van een kunstmest-
strooimachine, een uitvinding van een plaat
selijke smid, welke machine juist voldoende
mest inhoud voor 2 bedden.
Met zwaardere machines strooien verdient
geen aanbeveling, omdat de grond rul moet
blijven.
Komende tot het afdekken van de tulpen
wees spr. er op, dat het dekken om tweeërlei
redenen gewenscht is. Op zandgrond ge
schiedt het afdekken in hoofdzaak om de ver
stuiving van het zand tegen te gaan, zoodat
men daar het dek vrij lang laat liggen.
De laatste winter heeft echter ook geleerd,
dat de tulp toch nog wel kan bevriezen en
men dus door Het afdekken ook de vorst-
schade belangrijk kan verminderen De
vorstschade is daar het grootst geweest,
waar het dek ontbrak en tevens daar waar
het tulpengewas geen goede bewerking had
ondergaan
Ook op kleigronden heeft het afdekken zijn
nut. De laatste jaren heeft men gemeend, dat
het daar niet noodig is, doch spr. gelooft
dat men daar wel van terug gekomen is.
Ter voorkoming van vorst kan men op
kleigronden dekken en men doet het best,
daar met stroo of turfmolm te dekken, om de
grond rul te houden. Spr. geeft de voorkeur
aan het afdekken met stroo.
Door het rul houden van de grond bereikt
men, dat men kan zaaien als het moet.
Het kunnen rooien op tijd is voor de
tulpenteelt een beslissende factor.
Nooit mag men hetzelfde dek het volgend
jaar gebruiken.
Ook mag men dezelfde grond hei volgend
jaar niet meer als tulpengrond gebruiken,
anders krijgt men vuurschade.
borst als hij laat ging slapen. En zijn ze
nuwen worstelden met het spook van den
waanzin, die de armen naar hem uitstrekte
hij moest en zou met iemand over dat alles
spreken. Aanvankelijk zeiden de beide hee-
ren weinig tot elkaar, ieder was te veel met
zijn eigen gedachten bezig.
De hemel was geheel donker en slechts een
paar sterretjes, die men niet eens duidelijk
zag, flikkerden als lantaarntjes, die reeds
door het geringste zuchtje gedoofd zouden
worden.
Eindelijk vatte de professor moed, hoewel
hij nog niet goed wist hoe te beginnen. Nu
eens dacht hij dat het eigenlijk al te laat was,
dan weer vreesde hij niet zoo spoedig weer de
gelegenheid te hebben met Walter al
leen te zijn. Hij moest en zou den last van
zijn gemoed afwentelen.
Hij begon wat. langzamer te loopen, om
tijd te winnen voor hetgeen hij te zeggen had.
Zachtjes en een beetje schuchter begon hij:
„Beste Walter, ik zou je zoo graag eens iets
vertellen", hij bleef steken „over iets
wat mij verontrust, met je praten."
Verbaasd luisterde de jonge man toe, en
zich los makend van de gedachte aan Else,
die hem bezig hield, zei hij: „Wat kan er
zijn, dat u verontrust en waarover u met mij
wilt spreken? Als het betreft wat Else mee
ten huwelijk krijgt oi zoo iets, dan behoeven
wij daarover werkelijk niet te debatteeren,
want ik verdien genoeg om een vrouw be-
Wie tulpen teelt op een landbouwbedrijf,
verkeert in de gunstige omstandigheid, dat
men voldoende grond bezit en doet dan ook
verstandig elk jaar akkers te nemen, die ver
van elkander liggen.
Voor alles meet men ook zor
gen, dat de afwatering zcowel van
den ondergrond als den boven
grond punctueel functionneerd.
Hierna werd gelegenheid gegeven tot het
steilen van vragen, waarvan door den oud-
leeraar Visser, thans te Utrecht, gebruik werd
gemaakt om de uitvoercijfers te bespreken en
een schatting door den heer Krelagê gepubli
ceerd, naar voren te brengen en de vraag te
stellen of een daling van de priis geen ver
meerdering van consumptie tengevolge zal
hebben.
De inleider wees er op, dat de officiëele
statistiek niet geheel in orde is en gaf dit
nader aan.
De heer Krelage was een groot vakman,
doch er bestaat geen vakman die kan aange
ven het fceteelefe oppervlak met tulpen. Voor
de narsis en de hyasint is dit wel in orde,
doch voor de tulp is het iriets dan schatting
en noodig is dus een goede statistiek, waarvan
men de waarde echter ook niet moet over
schatten. Men kan daardoor alleen bereiken
dat men weet hoeveel H A. met tulpen beteeld
is, doch des Pudels Kur. is, dat men weet
hoeveel er van de verschillende variëteiten
bestaan en daarvoor zal de handel niet te
vinden zijn, omdat men dan de muziek van
den handel uitschakelt.
Beide getallen geven dan ook geen houvast
In de loop van de jaren heeft de tulpenteelt
zich verbazend uitgebreid en dit niet alleen in
de nieuwe cultuurstreken.
Voorts oordeelde spr. ook, dat de daling
van de prijs de verkoop wel bevorderd, doch
die uitbreiding kan de vermeerdering niet
verwerken, omdat juist bij een daling de afzet
in het binnenland sterk zal verminderen,
aangezien de nieuwelingen dan al spoedig de
teelt opgeven.
De groote winst roet de bollen is al binnen
gehaald door de insiders. Het proces van
de val voltrekt zich bovendien langzaam en
komt niet direct.
De meening van den heer Visser, dat de
bollenstreken 't nadeel van de val sterter zul
len gevoelen, dan de randstreken, deelde spr.
niet, omdat men in de bollenstreken een val
het eerst aan voelt en het bij de bollen ook
aankomt op de kwalitei* Voorts zal een val
zich het eerst in variëteiten doen gelden,
doch een dergelijke val sleept de bollen over
de geheele linie mee.
Na de pauze
vertoonde spr. een reeks lantaarnplaatjes,
waardoor men een kijk krijgt op de werk
zaamheden bij de bloembollenteelt. Spr.
waarschuwde er tegen, om, na het wegnemen
van het riet, wanneer de plant al boven de
grond is nog kunstmeststoffen te strooien.
Men moet kunstmeststoffen die vatbaar zijn
voor de oplossing in water, in den herfst
wanneer de bollen geplant zijn strooien en
dagelijksche controle om zieke planten te ver
wijderen is noodig.
Voor wie voor 100 zeker wil zijn dat hij
koopt wat hij verlangt, is het zaak te koopen
op de veilingen te velde, welke veilingen ech
ter hun bezwaren hebben.
Het soort kan n en echter bloeiende te velde
het best beoordeelen.
De ervaring heeft geleerd, dat de vuur-
ziekte zich het snelst ontwikkeld op afsterven
de gedeelten en daarom moeten de bloemen
worden afgesneden voor dat de bloem gaat
sterven.
Ook het wieden van het tulpenbed is een
factor van beteekenis en moet zoo spoedig mo
gelijk geschieden omdat het uittrekken van
vuil, beschadiging van de tulpenwortels ten
gevolge kan hebben.
Het rooitijdstip wordt bepaald door de
overgang van de kleur naar het bruine van de
bol.
Als de bol aan den voorkant behoorlijk-
bruin is moet de tulp er uit om te voorkomen,
dat de bol gaat rotten. Vooral de tulpen die
leeg iq de huid zijn, moeten op tijd worden
gerooid, de waarcte van de bol toch wordt be
paald door de kleur van de huid en de ge
steldheid van de huid.
Alle resten van de tulpen moeten verbrand
worden om te voorkomen dat de vuurziekte in
de grond komt.
Geschoold personeel kan niet genoeg op
waarde worden gesteld, omdat in deze
branche dit van groote waarde is en vooral
daar waar men begint is dit personeel onmis
baar.
Mocht men de bollen tengevolge van on
geschoold personeel te vroeg zijn ge
rooid, dan kan men ze bruinen door ze eer.
tijdje te kuilen.
Verschillende kweekers hebben het wit-
rooien ingevoerd, om daarna in schuren, bij
stoken de bollen te bruinen, waardoor de
huid buitengewoon gaaf blijft en in innerlij
ke waarde hooger wordt.
Het pellen van de bollen werd eveneens
met lichtbeelden verduidelijkt, waarna kie-
hoorlijk te onderhouden en bezit bovendien
een klein vermogen; dat heb ik u immers in
dertijd in Nauheim reeds uiteengezet, toen
ik mijn omstandigheden uitlegde'
Berner liet hem uitspreken: „Het gaat
niet om geld, noch om Else", en diep adem
halend vervolgde hij: „Waarover ik graag
met je wilde spreken, betreft mij persoonlijk,
mij.
Bij het schijnsel van een straatlantaarn,
die zij passeerden, zag de ingenieur hoe bui
tengewoon ernstig het gezicht van den pro
fessor stond en bedroefd tevens. „En waar
om ik juist met jou daarover wilde spre
ken Berner's stem werd dringender,
„wel, omdat ik in Gods wijde wereld niemand
ken, met wien ik daarover praten kan.
Vrouw en dochter mag ik niet beangstigen en
al die andere menschen die zouden me uit
lachen en bespotten".
„Spreek dan, vader, ik wil graag en aan
dachtig naar u luisteren", was het ant
woord.
Het was de eerste maal, dat Walter den
professor „vader" noemde, heel rustig en of
het vanzelfsprekend was gleed het woord
hem van de lippen, en als iets vanzelfspre
kends en weldadigs tevens ving Berner's oor
het op.
„Wat ik je ook moge medcdeeleu, Walter,
lach niet en trek mijn woorden niet in tw ij
fel", achtte de professor noodig aan zijn ver
haal te doen voorafgaan. Toen vertelde hij
ken van bollenschuren werden gegeven, als-
roede van het sorteeren met behulp van
zeefmaten. Het resultaat van het gewas
wordt in de bewaarplaatsen beslist en rie/e
moeten zijn luchtige, zonnige, tochtlooze. De
bollen moeten voortdurend gecontroleerd
worden. Spr toonde met lichtbeelden aan
hoe de bewaarplaatsen voortdurend zijn ver
beterd.
De moderne bewaarplaatsen zijn voorzien
van electrische ventelatoren, centrale ver
warming en hebben kleinere ramen gekre
gen om de verkregen warmte te behouden en
de temperatuur van buiten uit te sluiten en
van binnen te beheerechen. Het product
reageert dan alleen op de handelingen van
den kweeker. maar deze moet dan ook weten,
hoe hij de zaak beheerscht
Hoe meer partijen worden verstuurd of
overgestort, hoe slechter het voor de partij
kan zijn.
Scheuring van bollen moet men voorko
men.
Een bepaalde temperatuur heeft invloed
op de moederplant, wat betreft de blad- en
steelvorming en tevens op de vorming van d®
zich in de bol ontwikkelende dochterbol.
Prof. Blauw de grondlegger van
de tulpencultuur.
Wij moeten dus weten of wij het zwaarte
punt willen leggen op de ontwikkeling van
de moederplant of die van het kind. Spr.
noemde het de groote verdienste van prof.
Blauw, dat hij de gansche ontwikkeling van
den tulpenbol heeft voorgelegd. Hij kan
worden genoemd den grondlegger van de
tulpencultuur.
Wij moeten weten wat de tulpenplaat
doet wanneer wij de groei en bewaaromstan
digheden wijzigen. Bij het koopen moet men
de bollen die kaal zijn gelijk met elkander
planten, om een gelijkmatige groei te krij
gen.
Prof. Blauw heeft de bollen in 11 ver
schillende temperaturen gedurende een gan
schen bewaartijd bewaard en daarbij heeft
hij den invloed van de temperatuur op de
groei aangetoond.
Bollen van een zelfde partij bewaard, ge
durende 4 weken bij eenzelfde temperatuur
werden getoond en gaf een reusachtig ver
schil.
Op dit terrein ligt nog een ruim arbeids
veld, want niet alle variteiten gedragen zich
gelijk.
Naarmate de temperatuur hooger wordt
is de bloemvorming regelmatiger. 17 Gra
den Celsius leidde tot de snelste bloemvor
ming, maar ook tot abnormale bloemvor
ming. Wie bollen wil bewaren en die bollen
wil bestemmen voor de vroegste trekkerij, di»
beware die bollen gedurende 3 a 4 weker»
bij 20 graden Celsius, dan verkeeren de bol
len in een bijzonder ontwikkelingsstadium,
dat de bloem nog niet gereed is, dat de bui
tenste krans klaar is en de binnenste krans
gevormd wordt.
Daarna legt men de bollen in een tempe
ratuur van 9 graden en daarna in kassen
van 20 graden. Dan blijkt de bloem vroeger
dan ooit en kan men met Kerstmis de vol-
maakste bloem krijgen.
Bij het onderzoek bleek verder, dat wan
neer de bol voor de cultuur moet dienen tfe
bewaring anders moet zijn.
De Blauwsche methode werd reeds in het
Westland op groote schaal toegepast, die ex
tra kosten spelen niet meer een rol. Het feit
of het gewas zekerheid geeft voor het doel
zal den doorslag geven.
Spr. toonde de bollenteelt in glascultuur,
met grondverwarming enz. met een totaat
kosten per H. A. van 70.000, waaruit wet
bleek van welk een groote beteekenis de bol-
lencultuur in ons land is.
Het schitterend werk van Blauw was voor
spr. nog de eenige houvast en zal meewer
ken om het vak te vervolmaken ten behoeve
van den aftrek in het buitenland.
Voor de verscheping van het product naar
het zuidelijk halfrond moet de groeiperiode
een half jaar stopgezet worden en met de
Blauwinethode is dit mogeli'k.
Hierbij moeten handel en kweekers samen
werken, want dan wordt de cultuurmogelijk
heid zeer vergroot.
Wie voor de cultuur werkt geve zijn bol
len 7 weken 20 graden Celsius en 4 weken
17 graden, dan krijgt men een krachtigen
groei van de hoofdbol.
Houdt men c' betrouwbare richtsnoer -n
het oog, dan 1 i men al heel wat bereiken.
Het tijdig verwijderen van zieke planten, ter
voorkoming van de vuurziekte werd door
spr. met nadruk bepleit Naast de vuurziekte
besprak spreker nog verschillende andere
ziekten, waarbij hij de verschijnselen met
plaatjes toelichtte.
Ook de bestrijdiug van de ziekten wer t
door hem besproken.
Na de lezing werden door spr. nog ver
schillende vragen beantwoord,waarna de
voorzitter Ir. Volkersz onder instemming
der vergadering hartelijk dank bracht voor
zijn lezing.
hem de sage van den ouden baron Thomas,
vertelde wat von Weiden op het bal van
Dinsdag gezegd had, wat hij in den nacht
met eigen oogen zag, dat hij later getracht
had die verschijning met een hallucinatie te
verklaren, maar dat een toevallige ontmoe
ting met von Weiden hem het geloot' daarin
helaas weer had benomen, omdat deze hem
zei, dat ook anderen den ouden Thomas dien
zelfden nacht hadden gezien.
„Natuurlijk liet ik tegenover von Weiden
niet doorschemeren, dat ik de spookverschij
ning zelf ook zag, maar nergens vind ik nn
vrede meer; de gestalte van den ouden Tho
mas is steeds om mij heen, altijd meen ik hem
te zien, zie ik hoe hij mij wenkt, en toch zeg
ik tot mijzelf, dat het niet mogelijk is, dat die
oude man uit zijn graf is verrezen, om mij op
mijn dood voor te bereiden. Een normaal stel
hersens moet aan mijn verstand twijfelen t'n
toch bezweer ik, dat ik den ouden Thomas
heb gezien, zoo duidelijk als ik jou nu zie
Zernikow had den professor met geen en
kel woord in de rede gevallen, maar 't was
hem of er een ijzige wind om hem woei. at
hij zooeven vernomen had, verschrikte herr
tot het diepste van zijn ziel en snel overwoog
hij, hoe zich tegenover den krankzinnige ta
gedragen. Met krankzinnigen diende men
voorzichtig te zijn, dat had hij ergens gelezen
of gehoord want dat die arme man gees
tesziek was, daaraan was niet te twijfelen.
(Wordt vervolgd.) i
v
A