DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Uit den Alkmaarschen Raad.
Uit het Parlement
lo. 51
Z4TGRD46 1 TIAAHT 1930
132e Jaargang.
Voortaan zal zoo weinig mogelijk werk in eigen beheer
worden uitgevoerd-
Of dit een verstandig besluit is zal nog moeten blijken.
Mevrouw!
Jjnat ons nu reeds Uw (Gor
dijnen en Mlleeden behandelen.
V ontvangt nu alles spoedig
terug.
Dagelijksch overzicht*
lp zijn rede legde Sanchen Guerra ar al]er«
COURANT,
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3
maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nnmmers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groota
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. POSTER A ZOON, Voordam C 9, post
giro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
Jaren lang hebben we de klacht gehoord,
dat het bedrijf der Gemeentewerken te duur
was.
Wat door dit bedrijf verricht werd was
uiterst solide, maar het had één groot ge
brek: het was veel duurder dan wanneer
particulieren het gedaan hadden.
Zoo groot was dit verschil, dat directeu
ren van andere bedrijven er niet toe konden
besluiten verschillende onderhoudswerken
door den gemeentelijken dienst te laten uit
voeren, zij stelden daarvoor eigen personeel
aan of zij hielden een aanbesteding en het
gevolg van dat alles was, dat het bedrijf
van Gemeentewerken zich niet heeft kun
nen ontplooien.
Natuurlijk was er hier en daar nog wel
eens een gunstige uitzondering, maar in
hoofdzaak bleef Gemeentewerken toch aan
gewezen op het normale onderhoudswerk der
gemeente, het onderhouden van scholen, het
maken van straten, het repareeren van brug
gen, het leggen en schoonhouden van riolen
en al die geregeld terugkeerende karweitjes,
die nu eenmaal vanzelfsprekend door den
dienst van Publieke werken moeten uitge
voerd worden.
Maar met dit al werd het werk er niet
goedkooper op en daar de oorzaak daarvan
niet alleen kon schuilen in de solide materia
len en de hooge loonen van werklieden en
ambtenaren, werd in den Raad sinds geru.-
men tijd op een onderzoek aangedrongen.
Op 20 Juli 1929 hebben B. en W. toen een
commissie benoemd, bestaande uit de heeren
Margadant, Schierbeek en Faber om te
trachten eenig licht in deze duistere kwestie
te verspreiden en deze commissie gaf een in
teressant overzicht van de geschiedenis der
tot standkoming van het bedrijf in zijn te-
genwoordigen vorm en gaf vervolgens aan
wat men zou moeten doen om dit bedrijf tot
een administratieven dienst te reorganisee-
ren, hoewel zij er bij voegde, dat een zoo
radicale verandering als omzetting van het
thans bestaande bedrijf in een dienst op on
overkomelijke bezwaren zou stuiten.
Wilde men al het werk aanbesteden, zoo
als dan noodzakelijk zou zijn, dan zou men
volkomen aan het particuliere bedrijf zijn
overgeleverd en, dank zij de machtige bon
den op allerlei gebied, zou er op den duur
van concurrentie bij de inschrijvingen zoo
goed als geen sprake zijn.
Men zou dan ook de 24 vaste werklieden
moeten bestaan, zoodat Gemeentewerken
den zooveel moeten betalen, dat vooreerst
van een bezuiniging geen sprake zou zijn,
zelfs al zou men eenige van deze werklieden
in andere bedrijven kunnen overnemen.
De heer Margadant heeft in dat rapport
opgemerkt, dat het bedrijf zich nooit vol
doende heeft kunnen ontwikkelen, omdat be
langrijke werken voor verschillende bedrij
ven door anderen worden uitgevoerd. Er zou
z.i. een voldoende vrijheid van werkregeling
moeten bestaan, zoodat Gemeentewerken
even goedkoop kon werken als particulieren
om den kostenomslag over de posten der ge-
meentebegrooting een veel gunstiger beeld
te doen vertoonen.
De heeren Schierbeek en Faber meenden
evenwel, dat andere bedrijven er geen idee
in zouden hebben een deel te dragen van
de kosten van Gemeentewerken, dat te hoo
ge onkosten heeft en dat men op deze wijze
de kosten wel ten deele van de gemeentereke
ning naar de bedrijfsrekeningen zou ver
plaatsen, maar voor de gemeente toch geen
bezuiniging zou verkrijgen.
Men kwam tot de conclusie dat het bedrijf
in zijn tegenwoordigen vorm moest blijven
bestaan, maar het korps vaste werklieden,
die een vol jaar niet noodig zijn, moest wor
den verminderd.
Men zou door het niet vervullen van vaca
tures tien werklieden kunnen uitsparen en
't stelsel van aanbesteding van onderhouds
werken op uitgebreider schaal kunnen toe
passen. De wetenschap, dat de gemeente ten
slotte niet geheel aan het particuliere bedrijt
is gebonden zou een prikkel kunnen zijn om
billijke bedragen in rekening te brengen.
De heer Margadant bleek ten slotte -
z^aar te hebben tegen een uitkeering van
f 5000 wegens algemeene be^,ur®kosnfJ}
aan de gemeente, een bedrag, dat hij
weer, zooals b.v. de gasfabriek, op zijn klan
ten kon verhalen en later de gemeente .och
weer in rekening zou moeten brengen. t
gemeente en niet het bedrijf zou voortaan
belast moeten worden met..JmkoPlps^°l!"
voor den inkoop van diensttijd, welke ij
vroegeren dienst en dus eigenlijk bij te g -
®eente is doorgebracht en het bedrit
geen rente meer moeten betalen voor het
voorschot dat dient om de werken der ge
meente te kunnen uitvoeren.
Nadat dit rapport was verschenen is op
verzoek van de Commissie van Bijstand
voor openbare werken een enquête ingesteld
naar de financieele resultaten van de be
drijven van Gemeentewerken in andere
plaatsen en als gevolg daarvan deden B. tn
W. de Commissie een nieuw voorstel toeko
men waarna de Commissie in haar advies
concludeerde, dat de enquête bewezen had,
dat het Alkmaarsche bedrijf geen slecht fi
guur maakte, dat aan meerdere voorlichting
geen behoefte bestond en er geen reden meer
was voor het instellen van een speciale com
missie van onderzoek. De Commissie zou het
bedrijf niet willen splitsen, maar tot een ver
laging der uitgaven willen komen door het
werk zooveel mogelijk aan te besteden, het
vaste personeel zooveel mogelijk in te krim
pen en zoo weinig mogelijk los personeel
aan te nemen. De andere bedrijven zouden,
naar de Commissie meende, meer dan tot
dusver van de technische voorlichting van
het bedrijf van Gemeentewerken gebruik
kunnen maken.
B. en W. vereenigden zich met deze con
clusie en zouden zich dus van voorstellen
tot reorganisatie van het bedrijf willen ont
houden.
Dat is in het kort de voorgeschiedenis, die
heel wat tijd in beslag genomen heeft en het
scheen wel of de reorganisatieplannen van
dit bedrijf voor goed in den grafkelder der
doodgeboren plannen waren bijgezet, tot op
de vorige raadsagenda dit punt aan de orde
gesteld werd. Het is daarna nog, eens uitge
steld en is op, de laatste raadszitting einde
lijk in bespreking gekomen.
Het was opvallend hoe weinig raadsleden
van de gelegenheid gebruik hebben gemaakt
hierover hun opinie te verkondigen. De alge
meene verzuchting was, dat het een moeilijk
vraagstuk was en de algemeene indruk, dat
de meeste leden wel van oordeel waren, dat
er in de tegenwoordige regeling een fout
schuilde, maar dat zij niet in staat waren
de maatregelen tot verbetering aan te geven
en het daarom maar verstandiger vonden
alles zooveel mogelijk onveranderd te laten.
Van Sociaal Democratische zijde is door
de heeren Bakker en Bonsema betoogd, dat
.iet bedrijf topzwaar was omdat tegenover
24 werklieden niet minder dan 12 ambtena
ren stonden. Het was geen kunst door min
der werk mindere kosten maken, maar het
was de vraag maatregelen te nemen om de
algemeene onkosten minder hoog te doen
zijn. Besteedt men meer uit dan krijgt Ge
meente Werken nog minder te doen, de alge
meene onkosten worden dan over nog min
der werk verdeeld en dus hooger, het bedrij*
wordt nog duurder en de prikkel tot aanbe
steding nog grooter, totdat het bedrijf ten
slotte vrijwel overbodig wordt. De heer Bak
ker bestreed de opmerking, dat werk in eigen
beheer noodzakelijk duurder zou moeten
zijn en noemde verschillende gevallen waar
in aanbesteding toch onmogelijk zou zijn,
waarna de heer Bonsema opmerkte, dat men
de bezuiniging blijkbaar alleen onder de
werklieden zocht en vergeten had ook eens
het oordeel van deze geroutineerde werkers
te vragen. Beide heeren achtten een raads-
commmissie noodig, die het vraagstuk, zoo
mogelijk op het kantoor van Gemeentewer
ken, opnieuw zou kunnen bestudeeren.
De heer Vogelaar had sinds de beroemde
commissie, die zijn naam onsterfelijk heeft
gemaakt, blijkbaar een afschrik van raads
commissies gekregen. Hij kwam er rond
voor uit, dat hij in de studie van een derge
lijke commissie op het kantoor van een be
drijf geen heil zag, maar meende met den
heer Klaver dat een scheiding moest worden
gemaakt tusschen de kosten der tot uitvoe
ring gekcmen werken en die van de vele
plannen, teekeningen en rapporten, die voor
commissieleden en B. en W. gemaakt worden
en daarna voor goed in de prullenmand ver
dwijnen. Op de begrooting is voor dergelijke
werken al een bedrag van 5000 uitgetrok
ken, maar dat de algemeene onkosten van
het bedrijf zoo hoog zijn wijst er wel op,
dat deze post beduidend wordt overschre
den. Juist dit in zeker opzicht nuttelooze
werk is het, dat het bedrijf van Gemeente
werken kostbaar maakt.
De wethouder van de bedrijven, Mr. Lees
berg, gaf dit toe, maar achtte het een nood
zakelijk kwaad. Juist daardoor was z.i. het
bedrijf niet.met een particuliere onderneming
te vereeliiken en zou hiervan alleen bii het
uitvoeren van onderhoudswerken sprake
kunnen zijn. Gezien de cijfers in andere ge
meenten vielen hem de kosten van het Alk
maarsche bedrijf niet tegen. De aard van
het bedrijf maakte een betrekkelijk groot
aantal ambtenaren noodzakelijk. Uitbrei
ding door het zoeken van meer werk
achtte hij uit den booze en split
sing der uitgaven voor uitgevoerde en met-
uitgevoerde werken eveneens daar dit ten
slotte wel een andere verdeeling der kosten
doch geen besparing zou brengen.
Met de stemmen der Soc. Dera. tegen,
heeft de Raad daarna besloten het bedrijf
niet te reorganiseeren en zooveel mogelijk
tot aanbesteding van het werk over te gaan
Of het bedrijf hiermede geholpen wordt,
is een groote vraag en wij vreezen, dat de
voorspelling van den heer Bakker bewaar
heid zal worden.
Van inkrimping van personeel zal voor
eerst geen sprake zijn, de loonen blijven het
bedrijf drukken evenzeer als de groote som
men die voor architectonisch werk op aan
vrage van commissies of van B. en W. wor
den uitgegeven. Daarnaast zal door aanbe
steding op ruimer schaal het werk vermin
deren en zullen dus de extra kosten van dit
bedrijf op een kleiner aantal werken druk
ken waardoor de kostprijs daarvan nog hoo
ger zal worden dan nu reeds het geval is.
O.i. ligt de oplossing van dit vraagstuk
niet in inkrimping maar in uitbreiding der
werkzaamheden en zal in een groeiende stad
eerder naar ontplooiing dan naar inkrim
ping van een dergelijk bedrijf gestreefd moe
ten worden.
Wij willen aannemen, dat op het aanta1
ambtenaren voor toezicht en architectoniche
werkzaamheden niet bezuinigd kan worden,
maar inkrimping van het aantal werklieden
lijkt ons nog minder wenschelijk.
Wij zijn geen voorstanders van gemeente-
winkels waardoor de gemeente met eigen in
gezetenen concurreert, maar wij hebben nu
eenmaal een bedrijf van Gemeentewerken,
een tamelijk duur bedrijf zelfs, en dat moet
voor uitvoering van allerlei werken de voor
keur verdienen zelfs al zouden particulieren
aat werk goedkooper kunnen verrichten.
Het door den heer Bakker aangehaalde
voorbeeld van de gasfabriek is volkomen
juist. De gemeente heeft een eigen gasfabriek
en zou er niet over denken het gas daar
naast van een goedkoopere particuliere fa
briek te betrekken, wanneer een zoodanige
inrichting hier ter stede gevestigd zou zijn.
Zelfs al zou het gemeentelijk gas iets duur
der zijn dan zou de gemeente tusschen de
keuze van iets duurder gas of een verlies op
haar eigen fabriek ongetwijfeld het eerste en
daardoor van twee kwaden het beste kiezen.
Het is te begrijpen, dat verschillende be
drijven er tegen opzien haar onderhoudskos
ten te verhoogen door het dure bedrijf van
Gemeentewerken arbeid te laten verrichten,
maar het is toch altijd beter dat dit bedrijf
deze werken tegen een even hoogen prijs uit
voert als particulieren dit kunnen doen dan
dat het eenvoudig wordt uitgeschakeld
Zelfs al zou het bedrijf uitsluitend voor
de gemeente natuurlijk zoo nu en dan on
der den marktprijs werken, dan zou dit toch
nog beter zijn dan het in dienst houden van
overbodige werkkrachten.
Kan men Gemeentewerken niet grooter
vrijheid van werkregeling geven zoodat het
voor verschillende werken geen hooger be
drag in rekening behoeft te brengen dan par
ticulieren? Elke gulden die aan loon binnen
komt verkleint het tekort van het bedrijf en
voorkomt dat dit ten koste der belastingbeta
Iers noodlijdend zal worden.
Het verwnodert ons ten slotte, dat men bij
het zoeken naar verlaging van de algemeene
onkosten blijkbaar geen rekening heeft ge
houden met de o. i. volkomen begrijpelijke
wenschen van den heer Margadant inzake
de inkoopsommen voor den diensttijd en
de rentebetaling der voorschotten.
In Alkmaar gaat men nu de richting uit
van het zooveel mogelijk aanbesteden en het
zoo weinig mogelijk uitvoeren in eigen be
heer.
In Amsterdam gaat men juist in een te
genovergestelde richting. Op 19 Augustus
van het vorige jaar is er een nota van B. en
W. van Amsterdam verschenen waarin deze
er met voldoening op wijzen, dat bedrijfsdi
recteuren, vooral in tijden dat het gewone
bedrijfswerk tot inkrimping van personeel
zou moeten leiden, tal van werken in eigen
beheer laten verrichten. Van 1> Juli 1926 tot
1 Juli 1928 werd daar ter plaatse voor on
derhoudswerk in eigen beheer een bedrag
van niet minder dan 1.127.000 uitgegeven
Het blijkt dus, zeggen B. en W. van Am
sterdam. dat behoudens een enkele uitzonde
ring, alle onderhoudswerken in eigen beheer
worden uitgevoerd en zij voegen er met vol
doening de verklaring aan toe, dat zij voor-
remens zijn op den ingeslagen weg te blij
ven voortgaan.
Met dergelijke voorbeelden voor oogen ge-
looven wij, dat men in Alkmaar een allesbc
halve vers tan die besluit heeft genomen.
De reorganisatie van het bedrijf van Ge
meentewerken was ditmaal de hoofdschotel
van het overigens vrij sobere menue en een
schotel met een zoo voedzaamen en degelij-
ken inhoud, dat de eetlust bij de andere ge
rechten vrijwel geheel verdwenen bleek.
Er werd slechts hier en daar nog een kor
te opmerking gemaakt en tot onze voldoe
ning hoorden wij, dat het verzoek om zwem
lessen op de lagere scholen in te voeren niet
om principieele redenen maar uitsluitend om
het niet aanwezig zijn van een behoorlijke
zweminrichting werd afgewezen. Komt deze
dus binnenkort tot stand, dan is er alle kans,
dat de jeugd leert zwemmen en dat lijkt ons
in een zoo waterrijke gemeente als de onze
van vrij wat meer beteekenis dan de onlangs
voorgestelde cursussen in Esperanto, die ge
lukkig thans bij tweede stemming definitief
wtrden afgewezen.
Wij hebben verleden week reeds op de be
teekenis van de overdekking van onze Graan
markt gewezen. Thans heeft de raad het be
sluit daartoe genomen en wij gelooven te
kunnen voorspellen, dat deze overdekking de
markt zelf in alle opzichten ten goede zal
komen.
Jarenlang is dit vraagstuk bestudeerd
door de marktcommissie, het marktbestuur
en B. en W., er zijn dienstreizen voor ge
maakt en rapporten over opgesteld en de
traditioneele weg is gevolgd om er daarna
ook het advies van de Kamer van Koophan
del over te vragen.
We kunnen ons heel goed begrijpen, dat
de heer Bakker er zich niet mee kon vereeni
gen, dat dit lichaam ten slotte de eer van het
werk krijgt. B en W. hebben zeer beschei
den opgemerkt dat zij zich zelf die eer niet
wilden toekennen. Wij apprecieeren deze on
gewoon bescheiden houding van het college
volkomen, maar het meeste werk hiervoor is
niet door het dagelijksch bestuur onzer ge
meente verricht en zij hadden in hun beschei
denheid niet zoover mogen gaan ook de wer
kelijk verdienstelijken een appreciatie voor
hun arbeid te onthouden.
De heer Sietsma heeft geïnformeerd of
het nieuw te bouwen gymnastieklokaal nie*
tevens als schoolbioscoop kan gebruikt wor
den. Wij geven volkomen toe, dat de thans
gebruikte schoolbioscoop, al was het alleen
maar uit het oogpunt van brandgevaar, zoo
spoedig mogelijk moet verdwijnen Maar een
Gymnastieklokaal moet weer aan heel ande
re eischen voldoen en wanneer voor elke
bioscoopvoorstelling twee werklieden van
Gemeentewerken een geheelen dag noodig
hebben voor het vastzetten en weer opbergen
van banken, vreezen wij, dat dit bedrijf nog
heel wat duurder zal worden dan thans reeds
geconstateerd wordt, nog daargelaten dat
het maken van 64 gaten in den vloer van een
gymnastieklokaal ons voor deze sport zelf
allesbehalve wenschelijk voorkomt.
De heer J. W. Boersen verzocht ander
maal om dit jaar, evenals vroeger, aan den
Omval een kermis te doen houden. Hij wees
cr op, dat hij door het verbod daarvan ern
stig gedupeerd is, dat hij meent tegenover
anderen onbillijk behandeld en in zijn be
drijf benadeeld te zijn en dat hij door ernsti
ge ziekte en andere omstandigheden, die
groote uitgaven vorderden, zoo gedupeerd is,
dat hij de inkomsten van deze tweeaaagsche
kermis niet langer kan missen.
Elk vogeltje zingt zooals het gebekt is en
de heer Boersen weet wel wat hij zeggen wil,
maar kan niet den juisten vorm vinden om
zich uit te drukken.
Wij hebben ons er aan geëergerd, dat, te
gen de gewoonte in, voorlezing van het
schrijven van den heer Boersen verzocht
werd, niet omdat alle raadsleden den in
houd van dat schrijven niet reeds kenden,
maar alleen om den Raad eens te laten
lachen over de stijl-, taal- en schrijffouten
van dezen eenvoudigen adressant.
Wij zijn er van overtuigd, dat er ook
raadsleden zijn uit wier brieven allesbehalve
de edelachtbaarheid van de schrijvers blijkt
en men mag er zich over verbazen, dat de
Raad er plezier in heeft zich over de adres
sen van eenvoudige ingezetenen te vermaken
Het is onbegrijpelijk, dat althans de leden
der Soc. Dem. fractie daar niet tegen zijn op
gekomen. Wij hadden verwacht dat men van
deze zijde meer naar de strekking dan naar
den inhoud van het adres zou hebben geke
ken en den beer Boersen door het opnieuw
instellen van den ouden Omval-kermis gele
genheid zou hebben gegeven zijn bedrijf weer
i endabel te maken.
Stootnerij en Ververij
van S. Mi MlOJg.
Den Haag, 28 Februari 1930.
In de vergadering der Eerste Kamer van
heden is de eerste termijn van de algemeene
beraadslagingen over de Rijksbegrooting af
gehandeld. Alle sprekers, die wat op hun
nart hadden, hebben het woord gehad, en
Dinsdag zal de Regeering, in de eerste plaats
de minister-president, de heer Ruys de Bee-
renbrouck, antwoorden.
Er is eigenlijk slechts één punt, dat iets
meer vraagt dan een enkel woord. Dat was
het betoog van den heer Henri Polak (S. D
A. P.), dat er onvermijdelijk een andere poli
tieke schakeecing is te wachten, dat links en
rechts niet meer de markante aanduidingen
zijn van eenig partijverschil, maar dat over
korter of later tijd het politieke kamp zal ge
splitst zijn in een democratische partij en een
conservatieve partij, waarbij hij natuurlijk de
sociaal-democraten tot de democraten en de
liberalen tot de conservatieven rekent.
En nu knoopte hij daaraan het betoog vast,
dat dan ook de Katholieke partij zal uiteen
vallen in een democratische en een conserva
tieve richting en dat de Katholieke democra
ten dan kunnen samengaan met de sociaal
democraten. Eenige oogenblikken later ver
kreeg een der nieuwe Katholieke leden der
Kamer, de heer Serrarens, het woord en deze
heeft in een doorwerkt betoog den heer Po
lak trachten te overtuigen, dat dit fantasie
was, dat zijn beroep op buitenlandsche toe
standen niet opging en dat de Nederlandsche
sociaal-democraten te veel anti-godsdienstig
waren, dan dat de Katholieken ooit met hen
zouden kunnen samengaan. Wij vermoeden,
dat over een paar dagen bij de replieken de
heer Polak op de zaak nog wel zal terug ko
men en de heer Serrarens hem dan ook niet
het antwoord schuldig zal blijven. Voor wie
wat voor politiek gevoelt een belangwekkend
intermezzo tusschen soms lang niet altijd be
langrijke debatten.
Vermelding vraagt nog een opmerking van
den heer Fock, die beloofde bij de behande
ling van de Indische begrooting zoo noodig
op zijn beleid als Gouverneur-Generaal terug
te zullen komen, doch nu volstand met te ver
klaren, dat hij in beste samenwerking met mi
nister De Graaf had bestuurd. Maar thans
wilde hij slechts opkomen tegen de dankbe
tuiging aan den afgetreden gouverneur van
Cura^ao gegeven bij de inwilliging van zijn
vermoedelijk wel gedwongen ontslagaanvra
ge. Als die dankbetuiging niets meer is dan
een zinledige formule, dan verliest ze alle
waarde voor hen, die na een eervolle loop
baan haar hebben mogen ontvangen.
Op de andere heden nog besproken punten
komen we wel terug, wanneer de regeering
aan het woord is geweest.
Na een dozijn kleine ontwerpen zonder be
spreking te hebben goedgekeurd, heeft de
Tweede Kamer de behandeling der Indische
Begrooting voortgezet en wij hebben de hee
ren Gerhard (S. D. A. P.), Van Zadelhoff
(S. D. A. P.), Feber (R.K.) en anderen ver
schillende onderwijsbelangen hooren beplei
ten, terwijl de heer Lingbeek (H. G. S.)
klaagde over het voortrekken van de Room-
sche missie boven de hervormde zending. Be
langrijk was het debat allerminst en we mee-
nen te kunnen volstaan met aan het ant
woord des ministers het een en ander te ont-
leenen. Hij beloofde zijn medewerking te zul
len verleenen aan ruimer aanpassing van het
inlandsch onderwijs aan de eischen der prac-
tijk. Dat de onderwijzers-salarissen te laag
zouden zijn, gelijk de heer Van Zadelhoff
had betoogd, ontkende de minister. Het pro
test van enkele sprekers tegen de circulaire,
waarin den onderwijzers op het hart wordt
gedrukt zich niet te buiten te gaan aan pro
paganda op school, de zoogenaamde „muil-
korfcirculaire", begreep de minister niet. Zij
was noodig geworden door de feiten in ver
band met de groote verantwoordelijkheid, die
op den onderwijzer rust.
Door verschillende sprekers was er op aan
gedrongen als voertaal op de lagere school
te gebruiken de taal, welke door de leerlinge
als hun moedertaal wordt beschouwd. De mi
nister heeft dan daar weinig sympathie voor.
Verwezenlijking er van zou vele moeil 'khe-
den opleveren en men verlieze niet uit het oog
dat de meeste leerlingen juist naar de school
gaan ter wille van het Hollandsch.
De klacht van den heer Lingbeek inzake de
zending zal de minister aan den Gouverneur-
Generaal doorzenden en hem om nadere in
lichtingen verzoeken. Na re- en dupliek is
hierop het hoofdstuk goedgekeurd, waarna
de Kamer tot Dinsdag uiteenging.
DE POLITIEKE TOESTAND IN SPANJE.
Sanchez Guerra houdt een redevoering.
Zijn afkeer van den koning.
De impopulariteit van Alfonso XIII.
De voormalige conservatieve minister-presi
dent Sanchez Guerra heeft Donderdag zijn
met spanning verwachte redevoering voor een
overvol huis gehouden. In de zaal waren alle
politieke personen aanwezig.