mkninsthii ConraDt.
Pluimveeteelt
Rechtszaken
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK
TE ALKMAAR.
AANRIJDING TE BERGEN OP
19 AUGUSTUS.
Tooneel.
Onze Koloniën.
Luchtvaart
Iföarkiberichien
No. 78 1930
r.andard twee en dertigste Jaargang.
Woensdag 2 April
Vragen, deze rubriek betreffende,
kunnen door onze abonné's worden ge
zonden aan Dr. te Hennepe, Diergaarde
singel 96a te Rotterdam. Postzegel van
6 cent voor antwoord insluiten en blad
vermelden.
Eenige vragen. Papegaaienziekte
en vervolg Broeden.
Nu de broedtijd nadert en ik vorige
week al over het broeden begon te schrij-
daarop betrekking hebben en waarvan
ven, kreeg ik een massa brieven die
verschillende vragen wel interessant
zijn om ook eens voor onze lezers te
bespreken. Ik wil hiermede dan van
daag eerst beginnen.
Laat ik er voor de zooveelste maal
nog eens nadrukkelijk op wijden, dat de
vragen zoo kort en zoo zakelijk mogelijk
mogelijk moeten zijn, ik heb geen tijd
voor het lezen van lange brieven en dat
men nooit geen doode dieren naar mijn
adres moet zenden, maar naai de Rijks-
scruminrichting te Rotterdam. Het is
mij alleen dan mogelijk den berg van
binnenkomende vragen te doorworste
len, indien mijn lezers door zakelijkheid
en duidelijke vermelding van naam,
adres en blad, hun volle medewei king
geven.
Een lezer vraagt of men broedeieren
g :bruiken kan van Barnevelder- hennen
die met Leghorn hennen en Barnevelder
ane- samen op het erf loopen. Zouden
de nakomelingen van de Barnevelders
nu ook rasecht zijn? Dit is een vraag
die op een oud idee berust, dat n.1. de
raszuiverheid van de Barnevelders be-
invloed zou worden doordat de haan
ook met de Witte Leghorns paart. Daar
tegen is echter niet het minste bezwaar.
Een lezer uit Eindhoven vraagt mij
naar raszuivere Mechelsche Koekoek
hanen. Hiervoor verwijs ik, evenals on
langs, naar den heer Schilt, secretaris
der Algemeerie Nederlandsche Pluim-
veefokkersvereeniging, A. N. P. V. te
Groenekam bij Utrecht. Mej. M. te Nun-
speet klaagt dat haar kippen haar
eigen tieren opeten. „Ik heb altijd de
schalen van de eieren aan de kippen
gegeven", zegt ze er bij. Dat is meestal
het beste middel om de kippen het eie-
reneten te leeren. Als men schalen
voert met het idee de kippen kalk te
voeren, dan moeten deze schalen zoo
fijn gestampt worden, dat de kippen
niet '.neer merken dat het eierschalen
zijn. Veel wijzer is het aan de dieren
nooit zulke schalen te geven en alleen
gemalen schelpen als grit. Als ze een
maal den smaak te pakken hebben is
hün dit bijna niet meer af te leeren. Men
vult om ze te foppen wel eens eieren
met mosterd, maar veel helnt dit niet.
Het beste is iegnesten te nemen, die
speciaal gemaakt worden voor eierpik-
sters. Dit zijn als het ware dubbele nes
ten. De bovenste heeft een ronde opening
waardoor het ei naar beneden rolt in
het daaronder gelegen eigenlijke nest.
De kip kan er dan niet meer bij. Is het
een enkel exemplaar dat deze kwade
gewoonte heeft ruim deze dan op, het
kwaad werkt aanstekelijk.
Verder kreeg ik verschillende vragen
over de Papegaaienziekte. Ik heb deze
ziekte onlangs uitvoerig besproken. In
middels blijkt ai dat de jongste gevallen
ycel van de on Verbad die vroeger
omtrent de oorzaak heerschte, weggeno
men hebben en verder blijkt dat het be
smettingsgevaar veel grooter is dan
men vroeger dacht. Ook in ons land zijn
thans al sterfgevallen voorgekomen en
juist omdat gebleken is, dat er nog te
veel onzekerheid bestaat omtrent den
tijd dat papegaaien de smetstof bij zich
kunnen dragen, is het een wijs besluit
der regeering om den invoer van pane-
gaaien geheel te verbieden. Dit geldt
niet aileen voor papegaaien, doch ook
voor parkieten en andere papegaai
achtige vogels. Men doet het allerwijste
in den tegenwoordigen tijd geen pape
gaaien of parkieten te koopen en als
men dergelijke dieren heeft en ze wor
den ziek. raadpleeg dan direct den die
renarts en ontsmet direct op de vroeger
door mij beschreven wijze. Leg onder in
de kooi een rooster en daaronder met
1 chinosol gedrenkt zand of turf-
tnolm. De mest kan dan niet verstuiven
en wordt ontsmet.
Thans gaan we door over het broeden
Wanneer beginnen we daarmede? Dat
hangt van het ras af dat we fokken.
Zware rassen worden wat later legrijp
dan lichte rassen en als we dus in het
najaar sieren willen hebben dan moeten
we zorgen, dat kuikens van zware ras
sen vanaf half Maart tot April geboren
worden op zijn laatst, terwijl lichtere
rassen, die op den leeftijd van vijf of
zes maand al aan den leg kunnen gaan,
i i April of Mei geboren worden. De
groote toer is dus in dezen tijd aan
broodsche hennen te komen en daar zit
vaak het natuurlijk bro den leelijk mee
va t.
liet broedsch zijn is een natuurlijk
instinct, dat door het kunstmatig fokken
op veel eieren meer en meer verdwijnt
In de natuur Volgt het broedsch worden
op het leggen van een aantal eieren,
bijv can een twaalftal Bij gefokte die
ren ziet men soms pas broedschheid na
groote series eieren van 90 100 of ze
worden heelemaal niet meer broedsch.
Zware rassen hebben meer neiging tot
broedschheid dan lichte, doch in dezen
zachten winter wordt er zelfs bij de
Leghorns al over veel broedschheid ge
klaagd. De natuurlijke broedschheid
begint over het algemeen in ons k'imaat
pas in het voorjaar. Het voordeel van 1
zwaardere rassen is, dat ze vaker
broedsch worden, dat ze meer veeren
kunnen bebroeden. Ze zijn dus betere
hebben, rustiger zitten en meer eieren
broedsters, maar dergelijke voordeelen
zijn natuurlijk van twijfelachtigen aard,
daar men meer aan goede legsters heeft.
Hoe kunnen we nu zien of hennen
broedsch zijn? Meestal blijft de broed-
sche hen langer op het nest zitten na
gelegd te hebben. Daar de meeste kip
pen na 3 uur 's middags gelegd hebben,
hebben we bij kippen die daarna nog
zitten de meeste kans. Soms zitten de
hennen nog 's avonds op de nesten en
kunnen we dan op andere verschijnselen
gaan letten, die men bij de eene hen
duidelijker, bij de andere minder duide
lijk aantreft.
Neemt men zoo'n hen van het nest af
zet de veeren op, pikt zelfs. Zet men haar
dan vertoont zij teekenen van boosheid,
neer dan spreidt zij de vleugels min of
meer en maakt een eigenaardig kloe
kend geluid, waaraan zij den naam te
danken heeft van kloek. Soms is de kam
donker tot paarsrood. De veeren aan de
borst laten gemakkelijk los en vaak
vindt men 5 6 dagen voor de eigenlijke
broedschheid optreedt, al veeren in het
nest. Dit loslaten der borstveeren is
misschien een overblijfsel uit het wilde
tijdperk der hennen, toen zij hun-nesten
og met veeren bekleeden. De huid aan
de borst, die kaal wordt, ziet rood en
voelt warmer aan dan gewoonlijk. Op
deze plaatsen heerscht verhoogde
bloedsaandrang in de huid.
Dr. TE HENNEPE.
Meervouofcge strafkamer.
Zitting van Dinsdag 1 April.
IN GEVAAR BRENGEN VAN DE
VERKEERSVEILIGHEID.
(Vervolg).
De heer Nic. Kuis, veehouder te Limmen,
een der inzittenden in den wagen van Nuijens
verklaarde dat deze niet hard reed en eens
klaps een auto van een erf kwam, onverlicht,
welk licht later werd ontstoken. De heer
Nuijens remde sterk, daar anders een aanrij
ding onvermijdelijk zou zijn geweest.
Eindelijk werd nog gehoord de heer Cor-
nelis Roozendaal 'n 17-jarig landbouwer te
Wadwaaij, verklarende dat de heer K. kalm
het erf van Stam af reed met ontstoken lam
pen, doch getuige had niet gphoord dat hij
signaal gaf.
Als getuige a decharge dus in het van ap
pellant werd gehoord, de veehouder Gorn.
Stam, welke heer mededeelde dat verdachte
licht op had. Het was niet mogelijk dat met
een oud model ford direct na het inschakelen
een grootere snelheid dan 4 of 5 kilometer
kan worden ontwikkeld. Getuige kende ver
dachte als een gced chauffeur. Den wagen
dien hij reed was het eigendom van getuige
In zijn requisitor deed de officier uitko
men, dat hij na kennisneming der stukken niet
overtuigd was en hij hoopte na de behande
ling in hooger beroep meer bewijzen te heb
ben gevonden. Uit de geringe boete 15 door
den kantonrechter opgelegd, bleek wel dat de
kantonrechter deze ernstige zaak ook niet
heel sterk heeft gevonden. Na reconstructie
van het voorgevallene kwam de officier ech
ter tot de conclusie dat verdachte niet vol
doende schuld trof om tot de opgelegde straf
veroordeeld te worden, zoodat hij bevestiging
van het vonnis requireerde.
Verdediger mr. Smal bleek de meening
toegedaan, dat de heer Nuijens te snel reed
op dien smallen en gevaarlijken weg en niet
voldoende had uitgezien om tijdig zijn maat
regelen te nemen, toen hij een auto van een
zijweg zag komen. Hieruit trok verdediger de
conclusie, dat niet aan verdachte doch aan
den heer Nuijens de grootste mate van schuld
moest worden toebedeeld. Reden waarom
pleiter verzocht vernietiging van het vonnis
en vrijspraak van zijn cliënt.
De zitting werd heden ingeleid door de
voortzetting van de hooger beroep-zaak te
gen den heer Gerbrand O., reiziger in dienst
van een zeepfirma te Enkhuizen, die veroor
deeld was door den kantonrechter te Alk
maar, ter zake aanrijding van den heer J.
Hollenberg, werkman te Bergen, die rechts
van den weg een rijwiel bereed, met gevolg
dat de heer H. een wonderlijke salto mortale
roaakte, geen lichamelijk letsel, doch aan
zijn rijwiel ernstige schade bekwam. Veroor
deelde kwam in hooger beroep aangezien hij
zich geen schu'd bewust achtte De zaak
werd reeds op 11 Maart behandeld, terwijl
mr Schenkeveld optrad als verdediger, doch
onbepaald verdaagd ten einde nog eenige
getuigen te hooren
Eenige der opgeroepen getuigen bleken
heden nietaanwezig te zijn, waarvan acte
werd gevraagd en verleend.
Het getuigenverhoor leverde absoluut
geen nieuws cp.
De officier achtte het wel eenigermate een
moeilijk geval, doch het kwam hein onwaar
schijnlijk voor, dat iemand met een dergelijk
beschilderd voertuig onbevoegd een plezier-
ritje zou hebben gemaakt. Spreker was dus
wel overtuigd, dat verdachte achter het
stuur had gezeten.
Daar echter het wettig bewijs niet was te
leveren requireerde de officier vrijspraak.
De rechtbank blijkbaar nog niet tot een be
paalde conclusie gekomen, begaf z;ch daar
op in raadkamer om over de aan te nemen
houding in dc nader te beslissen. Beslo
ten werd om den afwezigen getuige Gomes
niet te hooren.
Mr. Schenkeveld sloot zich aan bij de con
clusie van den officier, doch bestreed dat het
overtuigend bewijs wel te leveren zou zijn.
Bij eventueele veroordeeling verzocht pleiter
een billijken straf.
Hierop sluiting der behandeling. Uit
spraak a s. week.
HOOGER BEROEP OVERTREDING
OPENBARE DRONKENSCHAP.
De 55-jarige zwervende sigarenmaker J
W. v. A. thans vertoevende te Hoorn in de
Riikswerkinrichtirur. werd door den kanton
rechter te Alkmaar veroordeeld tot opzen
ding voor den tijd van 1 jaar terzake open
bare dronkenschap bij 11e herhaling, ge
pleegd op 17 Juli te Alkmaar.
Veroordeelde wenschte heden een voorw.
straf. De officier kon zich met dezen wensch
niet vereenigen en requireerde bevestiging
van het gewezen vonnis. Uitspraak a.s.
week.
MINDER AANGENAME BEJEGENING
De 39-jarige te Castricum woonachtige
tuinder Joh. B., had zich heden te verant
woorden, wegens bedreiging met eenig mis
drijf tegen het leven gericht, tegen den 40-
jarigen blokwachter Fiie Tienstra, welke
blokwachter hij had bedreigd met een ge
opend knipmes en onder maken van een ste
kende beweging in de richting van Tienstra,
deze vloekend toe te voegen: Al ben je ook
honderd maal beëedigd, ik steek je hard-
stikken dood. De heer B. was zoo veront
waardigd en opgewonden omdat de overweg
wachter een spelend zevenjarig zoontje van
B., dat zich op de rails bevond, terwijl de
sneltrein in aantocht was, verplicht was
nogal hardhandig te verwijderen.
De verdachte daarentegen beweerde dat
Tienstra een zoontje van verdachte in het
stof van den dijk had gedruk, waarop ver
dachte aanmerking maakte. De overweg
wachter zou toen een stok hebben gegrepen
om hem daarmede te bedreigen, waarop hij
ter zelfverdediging zijn mes ter hand nam.
De heer Tienstra erkende een eind stok te
hebben gegrepen, omdat hij bang was voor
Jan B. Hij had toen gezegd: verwijder je of
ik sla je op je kop. Neen, protesteerde ver
dachte. Hij zei ik sla je de hersens in.
De 62-jarige, nolens volens beroeplooze
heer Ger. v. d. Zaag uit Amsterdam was op
2 Juli toevallig getuige van het conflict en
zag B. een mes trekken en hoorde de bedrei
ging „Tienstra had een stuk hout in de hand
vóór B. het mes trok. Getuige vond dat ver
dachte zich gevaarlijk aanstelde.
De officier gaf uitleg waarom met de zaak
zoo getraineerd was. Dat zat hierin, dat hel
parket in het gebeurde geen bereiging zag en
toen is op aandringen van den aangever de
zaak op last van den president van het ge
rechtshof alsnog vervolgd. De officier bleef
evenwel bij zijn meening, dat hier niet van
eenige bedreiging kon worden gesproken,
zooals de officier meer uitvoerig uiteenzette.
De officier achtte dat het beroep van ver
dachte op wettige zelfverdediging, toen
Tienstra reet zijn stok dreigde, niet geheel
mocht worden buitengesloten en requireerde
ontslag van alle rechtsvervolging
HET VEROORZAKEN VAN GEVAAR
OP EEN SPOORWEG.
De 47-jarige heer Theodorus J. geboren te
Oefelt en thans stationschef te Bovenkarsp
verscheen als verdachte voor de strafkamer
op grond van het hem ten laste gelegde feit,
dat hij op 18 Januari de door hem bediende
wissel 6, na dit wissel op onveilig te hebben
gesteld dit wissel weer in zijn veiligheids
stand terug trok o phet oogenblik dat een
voortrijdende trein nog niet geheel het wissel
was gepasseerd, door welke roekelooze han
deling gevaar ontstond voor een ontsporing
De heer M. v. d. Hoek opzichter bij de
Nederl. spoorwegen werd in deze zaak ge
hoord als getuige. Door den verdachte werd
het feit erkend. Eén wagen is ontspoord
De heer J. was te haastig geweest, omdat hij
een reeds wachtend tramtrein spoedig wilde
doen binnenkomen. Hij werd diciplinair ge
straft met 2 dagen inhouding van trakte
ment. Te voren werd hij nog nimmer op eeni
ge wijze gestraft.
De officier hield rekening met een en ander
en dorderde 75 boete of 30 dagen hech
tenis.
Verdachte noemde dit zwaar voor een ove
rigens onbesproken ambtenaar.
MISDRITF ARTIKEL 249 WETBOEK
VAN STRAFRECHT.
Ten slotte stond nog met gesloten deuren
terecht de 47-jarige loopknecht Itze de Vr. te
Den Helder aan wien telaste was gelegd een
zedemisdrijf betreffende artikel 249 Wetb.
van strafrecht. Gevorderd werd een voorw
straf. Aangezien deze strafzaak de laatste
was van de rol, had hierna sluiting der zit
ting plaats.
DIENSTWEIGERING.
Bij vonnis van den krijgsraad voor de
landmacht, is de dienstplichtige C. J. V., uit
de gemeente Nibbixwoud wegens dienstwei
gering veroordeeld tot eene gevangenisstraf
van 10 maanden, met ontslag uit den militai
ren dienst zonder ontzetting van de bevoegd
heid om hij de gewapende macht te dienen,
en niet aftrek der preventieve hechtenis.
schaft, tot ieder twee maanden gevangenis
straf met aftrek van de preventieve hechte
nis.
VADEP FN 7O0N VEROORDEELD
WEGENS MEINEED.
De Utrechtsche rechtbank heeft gistermor
gen uitspraak gedaan in de zaak tegen een
69-jarigen homopaath uit Den Haag, tegen
wien wegens meineed een boete van 5000
was geëischt. De rechtbank veroordeelde hem
tot 1000 boete, waarbii rekening werd ge
houden met verdachte's hooien leeftijd en
gezondheidstoestand. Zijn zoon, tegen wien
zes maanden gevangenisstraf voorwaarde
lijk was geëischt, eveneens wegens meineed,
werd veroordeeld tot vier maanden voorwaar
delijk met een proeftiid van drie jaar.
BRANDSTICHTING.
Vcor de Utrechtsche rechtbank is tegen
een 31 -jarigen veehouder te Mijdrecht we
gens brandstichting in zijn boerderij, waar
door een schuur met vee afbrandde, één jaar
gevangenisstraf geëischt. De brandstichter,
die bekend had, wilde graag in het bezit ko
men van een moderne boerderij.
Tegen een 32-jarigen arbeider, die hem
daarbij geholpen had doch die ontkende,
werd een gevangenisstraf van 8 maanden
met aftrek der voorloopige hechtenis ge-
eischt.
NACHTLOGIES GENOTEN EN
GELD EN GOEDEREN GESTOLEN.
De Haagsche rechtbank heeft veroordeeld
een 21-jarigen rangeerder en een 17-jarigen
koopman, beiden afkomstig uit Neuss
(Duitschland), thans gedetineerd in het Huis
van Bewaring te 's-Gravenhage, wegens
diefstal van eenig geld en verschillend ve
deren uit het clubhuis van de pad\ te
Leiden, waarin hun nachtverblijf was ver-
ROTTERDAMSCHE INBREKERS
VOOR DE RECHTBANK.
Tegen ieder vijf jaar geëischt.
De rechtbank te Rotterdam heeft gisteren
de zaak behandeld tegen drie bekende inbre
kers, die in den nacht van 15 op 16 Novem
ber van het vorig jaar hebben ingebroken in
de fabriek van A. Th. Hensen aan de Oost-
Maaslaan te Rotterdam. De inbrekers zijn
op het dak van de fabriek geklommen en
hebben daar een tralievenster verbroken,
waarna zij er zijn binnen gegaan. In het
kantoor hebben zij geprobeerd een brand
kast te forceeren, maar dit is niet gelukt.
Toen zij onverrichter zake terugkwamen,
stond een agent op post bij het gebouw en
daarop is het drietal in de fabriek terugge
gaan ten einde een anderen uitweg te zoe
ken. Toen het hen evenwel niet gelukte, heb
ben zij zich in een van de werkplaatsen ver
stopt, waar zij door de politie, die in het
gebouw doordrongen, zijn aangehouden.
Voor de rechtbank bekenden de verdachten
gezamenlijk de inbraak te hebben gepleegd.
Na het hooren van eenige getuigen requi
reerde de vertegenwoordiger van het O.M.
mr. J. A. de Visser tegen ieder van de be
klaagden een gevangenisstraf voor den tijd
van vijf jaar.
De verdedigers van de verdachten, mr. E.
C. Haubrich, H. L. van Zanten en J. W. His-
pink, bepleitten clementie.
Uitspraak 15 April a.s.
BEGELEIDER OF PASSAGIER?
Op 1 Juli 1928 werd de bestuurder van
een vrachtauto geverbaliseerd wegens over
treding van de wet op de openbare midde
len. Hij reed met zijn vrachtauto, van Den
Haag komende en op weg naar Alkmaar, op
den Rijksstraatweg bij Heemskerk. In den
auto bevonden zich, behalve de bestuurder,
een viertal personen met hun motorfietsen,
op weg naar de races te Alkmaar. Tegen den
bestuurder G. H. uit Haarlem werd proces
verbaal opgemaakt wegens het vervoeren van
personen in een auto niet bestemd voor per
sonenvervoer.
De kantonrechter te Haarlem had verd.
vrijgesproken, het O. M. ging in hooger be
roep en de rechtbank sprak verd. eveneens
vrij, op diens verweer, dat de personen
slechts meegingen ter bescherming van de
motorfietsen, zoodat van een openbaar mid
del van vervoer in den zin der wet niet kon
worden gesproken.
Bovendien zouden de personen gezeten
zijn geweest op de zadels van hun motorfiet
sen, zoodat zitplaatsen aanwezig waren.
De officier van justitie van de Haarlem
sche rechtbank vroeg cassatie aan, en de
Hooge Raad verwees op 4 Maart 1929 de
zaak naar het Amsterdamsche gerechtshof.
Als getuige werd gehoord de rijksveld
wachter Leegwater. Get. ontkende' dat de
personen op de zadels van de motorfietsen
zaten, z.i. was bescherming van de motoren
in een gesloten vrachtauto, zooals dat hier
het geval was, volkomen overbodig. In den
vrachtauto hadden zich geen banken bevon
den.
Vervolgens werd een verklaring voorgele
zen van een der inzittenden, zooals hij deze
als getuige had afgelegd voor den kanton
rechter en de rechtbank.
Deze getuige had verklaard, dat hij zich
uitsluitend in den vrachtauto had bevonden
als geleider van zijn motorfiets. Het kwam
n.1. voor dat kwaadwillige concurrenten aan
de racemotoren knoeiden. Het was volgens
getuige gewoonte, dat de motorfietsen onder
weg werden beschermd.
De procureur-generaal, mr. Harinxma thoe
Slooten, requisitoir nemend, achtte motorrij
tuigen met andere bestemming dan voor per
sonenvervoer ook vallend onder art. 15 der
wet op de openbare middelen van vervoer
Spr. requireerde tenslotte tot schuldig ver
klaring van verd., vernietiging van het von
nis van de Haarlemsche rechtbank en een
veroordeeling tot 25 boete subs. 5 dagen
hechtenis.
Het gerechtshof zal 15 April uitspraak-
doen.
TOT EEN HOOGE GELDBOETE
VEROORDEELD.
De vierde Kamer van de Amsterdam
sche rechtbank deed heden uitspraak in
de zaak tegen den 41-jarigen Utrecht-
schen koopman, die zich te verantwoor
den had wegens het aan zijn schuld te
letsel bekomt dat tijdelijke verhindering
wijten hebben dat een ander zoodanig
in de beroepsbezigheden ontstaat.
In den avond van 31 Aug. j.1. wilde
'verd. in de Ferdinand Bolstraat met zijn
auto tusschen een palingkraam en tram
doorrijden. Verd. botste tegen hei kar
retje aan en de palingkoopman werd
tegen den grond geslingerd, waardoor
hij zoodanig werd gewond, dat hij gedu
rende geruimen tijd niet kon werken.
De rechtbank veroordeelde verd tot
een geldboete van 250 subs. 30 dagen
hechtenis.
KV. „HET NEDERLANDSCH
TOONEEL".
Het koninklijk subsidie
Naar het Hbl. verneemt, heeft de K V
„Het Nederlandsch Tooneel" den particulie
ren secretaris der Koningin, baron F. M. L.
van Geen, het volgende schrijven ontvangen:
H. M. de Koningin heeft mij opgedragen
ter kennis te brengen van commissarissen der
Koninklijke Vereeniging „Het Nederlandsch
Tooneel", dat H. M. met voldoening heeft
kennis genomen van het schrijven van com
missarissen van 20 Maart j.1. H. M. is
gaarne bereid de toekenning der vroegere
subsidie wederom in overweging te nemen,
zoodra vaststaat dat aan de Koninklijke Ver
eeniging het vaste bespelersschap van den
Stadsschouwburg te Amsterdam is gegund
en zoodra de werkzaamheden wederom, on-
der goede leiding, kunnen worden hervat".
ZEEROOVERS.
De Gouvts. stoomer „Tjantik" hield bij
Pceloe Salama, een eiland gelegen voor de
kust van Asahan, twee Chineesche tong
kangs aan, welker bemanning verdacht wen1,
van zeerooverij. De beide vaartuigen werden
opgebracht naar Tandjong Balei, waar zij
onder toezicht werden gesteld van de politie
Er bleken aan boord van de vaartuigen geen
behoorlijke papieren aanwezig te zijn. Het
binnenlandsch bestuur heeft zich naar aan
leiding hiervan in verbinding gesteld met de
autoriteiten te Singapore.
INDISCH LEGERTOESTEL OVER
DEN KOP GESLAGEN.
Zondagmorgen is op het vliegveld Darmo
bij Soerabaja een legervliegtuig over den
kop geslagen, waarbij het toestel zich mei
den neus in den grond boordde. De schroef
werd beschadigd. Persoonlijke ongelukken
hebben zich niet voorgedaan.
Nader wordt aan het Hbld. gemeld, dat
het ongeluk gebeurde bij het opstijgen,
waarbij het toestel tijdens het taxiën met een
wiel in een oude springkuil van het-vroegere
sportterrein raakte, zoodat het landingstoe
stel zwaar werd beschadigd. Vermoedelijk
zal het toestel worden gedemonteerd en per
trein naar Bandoeng worden gezonden. De
schroef van het toestel is versplinterd.
BROEK OP LANGENDIJK, 2 April
1930. Peen 1.30—1.40; Roode Kool le s
4.80ƒ8.60; Roode Kool 2e s. 4.10—
6.70; Gele Kool le s. 4.70—9.10; Witte
Kool 1.40-/ 2.20; Uien 1.50—1.70;
Grove Uien 1.40—1.60; alles per 100
KG.
Aanvoer: 2250 K.G. Peen; 46000 K.G.
Roode Kool; 62000 K.G. Gele Kool; 54000
K.G. Witte Kool; 6000 K.G. Uien.
NOORDSCHARWOUDE, 1 April 1930.
Uien 1.602; Drielingen 0.60
0.80; Grove 1.40—1.60; Peen 1.10
1.70; Roode Kool 4.30—8.90; Gele
Kool 6.90—8.80; Deensche Witte Kool
0.602.20, alles per 100 K G
Aanvoer: 3400 K.G. Uien; 2000 K.G.
Peen; 207000 K.G. Roode Kool; 24400 K.G.
Gele Kool; 207400 K.G. Deensche Witte
Kool.
WARMENHUIZEN, 1 April 1930. Roo-
de Kool les./ 5.208; Roode Kool 2e s.
4.405.90; Gele Kool le s. 6.20; Gele
Kool 2e s. 3.90; Witte Kool le s. 1
1.80; Witte Kool 2e s. 0 60—0.90; Uien
1.70; Grove Uien 1.80.
Aanvoer: 58225 K.G. Roode Kool; 1950
K.G. Gele Kool; 51375 K.G. Witte Kool;
975 K.G. Uien.
BOVENKARS.PEL, 1 April 1930. „De
Tuinbouw". Heden besteedde men voor: Roo
de Kool 5—8 10; Witte Kool 0.90-
1.50; Gele Kool 5.50—7.50; Uien
0.25
COOP CENTRALE EIERVEILING.
PURMEREND. 1 April 1930. (Weekber.)
Afdeeling eieren. 202417 stuks Eendeneieren
4.204.40; 182516 stuks Kippeneieren,
waarvan de prijzen als volgt: 70—80 5.70
7; 65—66 5.30—5.70; 63—64
5.205.50; 60—62 4.80—5.30; 58—
59 4.70—5; 56—57 4.50-/ 4.70; 53-
55 4.20—4.50; 50—52 4—4.30.
AMSTERDAMSCHE VEEMARKT.
AMSTERDAM, 2 April 1930. Op de he
den gehouden veemarkt waren aanvoer en
prijzen als volgt: le kw. 1110; 2e kw.
0.86—0 98; 3e kw. 0.68—0.84; 169
Nuchtere kalverer 815; 370 Varkens,
vleeschvarkens 0.890.90; zware var
kens 0.870.89; vette varkens 0.84
0.86.
ZWAAG, 31 Maart 1930. Veiling Ban-
gert en Omstreken. Winter jan 7 70
7.90; Aardbeien per stuk 11 cent; Roode
Kool ƒ11.80; Spruitkool 9 60—13;
Witlof 11—15; Spinazie 2—6; Sla
3.907 40: Rabarber 10—14; Ra-
dijs 2—4.40.
Bezoekster„Heeft Je man verstand van paarden T"
Vrouw „Enof Den dag voor den wedstrijd weet OU welk
paard vast en zezer z&i winnen en den volgenden dag weet
hy altyd, waarom het dat niet deed", (Passing Show).