DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Bergen's Gemeentsljestu jr en de weg door het bosch.
W. M. H. FELS en ZOON
ffO. 81
132e Jaargang.
De weg, die Bergen's natuurschoon bedreigt, is op voorstel van
B, en W, op het Wegenplan gekomen.
Maar het College wil daarover liever niet spreken.
Het Gemeentebestuur past zich niet aan bij de wenschen der
bevolking.
Dagelijkse!? overzicht*
R00DE BOURGOGNE:
GOURA
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalvs Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3
maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN
Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groot*
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. POSTER ZOON, Voordam C 9, post
giro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
ZATERDAG 5 APRIL 1930
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
Er is door de uitvoerige in onze courant
opgenomen verslagen van de te Bergen ge
houden protestvergadering en van den op 27
Maart gehouden raadszitting voldoende ge
bleken, dat de groote meerderheid van Ber
gen's bevolking zich ten sterkste verzet tegen
het voornemen om een weg voor autoverkeer
door een zoo kostbaar natuurmonument als
het Bergerbosch te laten loopen.
Wij nemen aan, dat onze lezers het be
houd van dit bosch in ongeschonden toestand
als een zeer voorname factor voor de attrac
tie van deze plaats als vacantieoord beschou
wen en dat men het algemeen toegejuicht
heeft, dat de Raad zich bereid verklaar
de een belangrijk financieel offer te bren
gen om dit brok natuurschoon door de ge
meente te laten aankoopen, waardoor het ge
vaar werd weggenomen, dat deze grond in
handen van bouwspeculanten zou vallen en
verkaveld en verkocht zou worden.
Toen de voorgenomen aankoop van dit
bosch als natuurmonument kort geleden be
kend werd, heeft men terecht het beleid van
het gemeentebestuur zeer geprezen.
Immers Bergen zou thans nog een onbe-
teekenend dorp zijn, als het juist door zijn
natuurschoon, door de zeldzame combinatie
van bosch en duin, met de zee in de onmid
dellijke nabijheid, niet een lustoord was, dat
door weinigen ontdekt en gepropageerd wel
dra door velen bezocht en gewaardeerd is ge
worden.
Bergen's beteekenis ligt uitsluitend in het
vreemdelingenverkeer, in de omstandigheid.
m het een vacantieoord is geworden, dat
jaarlijks zooveel gasten herbergt, dat men er
tal van café's en hotels kan bouwen en dat
daarnaast de bevolking door het verhuren
van kamers en woningen in de zomermaan
den een belangrijke bron van inkomen kan
vinden.
0
Juist voor plaatsen als Bergen is he*
spreekwoord van de kip met de gouden eieren
in hooge mate van toepassing.
Immers, wordt Bergen van zijn natuur
schoon beroofd, dan heeft het geen attractie
meer, dan vermindert het bezoekt en verliest
het met zijn beteekenis als vacantieoord tege
lijkertijd de voordeelen van het vreemdelin
genverkeer.
Daarnaast staat het gemeentebestuur na
tuurlijk voor een heel moeilijk vraagstuk,
want naarmate de roem van Bergen verder is
doorgedrongen, komen er steeds meer men
schen, die er niet alleen hun vacantie willen
doorbrengen, maar die in zoo'n mooie streek
zich ook wel blijvend willen vestigen door er
een landhuis of een villa te laten bouwen.
Dergelijke bouwwerken mogen uit archi
tectonisch oogpunt nog zoo mooi zijn, zij
trekken toch niet de groote menigte tot zich
en zij verstoren meer het natuurschoon dari
dat zij daartoe bijdragen.
Wie uit een groote stad komt en na een jaar
van ingespannen werken rust en ontspan
ning wensctyt, heeft geen behoefte aan mooie
villa's en lief gelegen landhuizen. Wat hij
zoekt, is het ongerepte bosch, het uitgestrekte
eenzame duingebied, waar vogels en planten
nog van een ongestoord terreinbezit getui
gen, waar hij genieten kan van bosch en
duin, zooals onze lieve Heer het geschapen
heeft en waar zoo weinig mogelijk van het
ingrijpen van den mensch moet blijken.
Bergen kan dit alles bieden, maar Bergen
is een dorp, dat snel groeit en dat met hei
oog po de gemeentefinanciên heel graag
goed gesitueerde landgenopten tot zijn inwo
ners wil maken en het toejuicht als zijn hui
zental met steeds meer buitenverblijven kan
worden uitgebreid.
0
Wie geld genoeg heeft om in Bergen een
villa te laten bouwen kiest de plaats daarvan
zoo mogelijk in het gebied van het natuur
schoon en daardoor heeft Bergen in de laat
ste jaren aan bouwgrond al heel wat moeten
offeren, dat voor de beteekenis van de plaats
als vacantieoord eigenlijk onaangetast had
moeten blijven.
Niemand zal het gemeentebestuur kwalijk
nemen, dat het bij deze tegenstrijdige belan
gen wel eens te veel naar de zijde van de
directe winst heeft gekeken en wij behooren ge
lukkig niet tot de overdrijvende propagandis
ten voor het behoud van natuurschoon, die er
zich druk over zullen maken als hier en daar
een mooie boom, een laantje of een klein
bosehje aan de eischen der bouwers of aan
het verkeer ten offer moeten vallen.
Wanneer het voor Schoorl een levensbe
hoefte is, dat het een rijweg dwars door de
duinen naar zee krijgt, dan zullen wij, die
van Schoorl's nooden en behoeften niet den
minsten last ondervinden, toch niet vanuit de
verte decreteeren, dat die weg er niet komen
mag, omdat wij liever overal in den lande
het duingebied liefst ongerept willen laten
En wanneer een deel van het Bergerbosch
noodgedwongen aan de eischen van het ver
keer moest worden opgeofferd, dan zouden
wij dat van harte betreuren, maar het stand
punt innemen, dat niemand gerechtigd is het
een groeiende gemeente onmogelijk te maken
zich naar gebleken behoefte uit te breiden en
zich aan te passen aan de eischen, die door
het moderne verkeer nu eenmaal gesteld wor
den.
Evenwel, hier in Bergen is .van dat alles
geen sprake en geeft net gemeentebestuur
van een zoo eigenaardige opvatting blijk, dat
wij niet kunnen nalaten daarop hier even de
aandacht te vestigen.
Het Comité van Actie tot het behoud van
het ongeschonden Bergerbosch heeft zich
terecht op het standpunt gesteld, dat het zich
alleen tot taak gesteld heeft het dreigende ge
vaar van den. boschweg af te weren, maar de
courant welker critiek veel omvattender kan
zijn, wil daarnaast een woord van verwon
dering en protest laten hooren over de
houding van een gemeentebestuur, dat een
voor Bergen nadeelig beleid getoond heeft
en dat daarnaast door een allesbehalve
loyaal optreden de verantwoording voor
eigen daden niet blijkt te durven aanvaarden.
Na het belangrijke en sympathieke besluit
het Bergerbosch, waarvan men de waarde
als natuurmonument en de groote beteekenis
voor dit vacantieoord in het juiste licht ge
steld heeft, door de gemeente te doen aankoo
pen om er zich daardoor het ongestoord be
zit van te kunnen verzekeren, heeft het ge
meentebestuur plotseling een geheel afwij
kend standpunt ingenomen.
Over welke personen dit gemeentebestuur
zich in Bergen eigenlijk uitstrekt, is niet heel
duidelijk want, zooals de burgemeester in de
laatste raadsvergaderng verkondigde, omvat
dit nu eens B. en W. en dan weer het college
met den Raad tesamen..
Vast staat wel, dat er bij de „geheime" be
sprekingen over den aankoop van het Ber-
gerbosoh door den burgemeester iets gezegd
is over de mogelijkheid, dat daardoor later
een weg zou worden aangelegd, evenwel in
zulke vage termen en met zoo weinig aandui
ding van den tijd van aanleg van dien weg, het
karakter en de bestemming daarvan, dat niet
een der raadsleden daaruit heeft kunnen op
maken welk gevaar hier het kostbare Ber
gerbosch, in de naaste toekomst bedreigde
Op dat oogenblik wisten B. en W., en in
allen gevalle de burgemeester, evenwel, dat
er een ernstig gevaar dreigde, van welks be
teekenis de raadsleden eerst op de eenige
dagen later gehouden protestvergadering
der burgerij een duidelijk inzicht zouden
krijgen.
Dank zij de actie der gemeenten uit de
duinstreek was het wegenplan van 1927 het
vorig jaar zoo gewijzigd, dat de weg vanaf
Castricum langs den duinvoet tot Schoorl
zou worden doorgetrokken, wat zeker een
uitbreiding is waarover ieder in deze streek
zich verheugd kan verklaren.
Maar B. en W. wasten ook, dat die weg
vanaf „De Franschman" tot aan de andere
zijde van het dorp, waar hij zich bij Schoorl's
gebied zou aansluiten, een verbindingsweg
zou moeten hebben en het was hun bekend,
dat de hoofdingenieur-directeur van den
Prov. Waterstaat zich die verbinding ge
dacht had, loopende cm de kom van het
dorp heen naar de zuivelfabriek op den Ber-
gerweg en vandaar weer Oostwaarts naar
de Zuidlaan, waar de weg op Schoorl's ge
bied zou komen. En dit was een oplossing,
die door zeer velen toegejuichd werd omdat
daardoor het verkeer in het dorp zou worden
ontlast en de bezoekers, die van Alkmaar
naar Schoorl willen rijden bij de zuivelfa
briek rechtsaf kunnen slaan en het toch
reeds drukke verkeer in Bergen daardoor
niet behoeven te vergrooten.
0
Evenwel is spoedig gebleken, dat de Pro
vincie deze gunstige oplossing had laten va
ren omdat vanuit Bergen zelf een andere op
lossing aan de hand was gedaan, name:n]
de beruchte, thans veel besproken weg
■"IE5Ï&
koming van den weg nog in hef verschiet
ligt, vast staat, dat men hem op de kaart
heeft uitgestippeld, men mag zeggen, dat
het in de bedoeling lag hem zooveel mogelijk
door duingebied te laten loopen, men wist
daarbij dat het bosch niet gespaard zou kun
nen worden, men mag betoogen, dat het ver
keer den kortsten weg vraagt, men kon vol
komen begrijpen, dat het omleggen van den
weg volgens het project langs de zuivelfa
briek en zeker langs de Eeuwigelaan en de
Komlaan, voor automobilisten geen omweg
van eenige beteekenis zou veroorzaken.
Men wist dat alles en als B. en W., zon
der den Raad daarin naar behooren te ken
nen, de Provincie de oplossing van een weg
door het bosch aan de hand doen en zelfs
voorstanders van een zoodanigen weg blij
ven wanneer Ged. Staten zelf bezorgd voor
het natuurschoon om nadere inlichtingen en
garanties verzoeken} dan mag men zich ze
ker afvragen of B. en W. het belang der ge
meente hiermede niet ernstig geschaad heb
ben.
Het maakt een zeer eigenaardigen indruk,
'dat B. en W. niet royaal voor hun daden
zijn uitgekomen, dat bij de protest-actie de
burgemeester zich niet dadelijk voor de da
den van het college verantwoordelijk gesteld
heeft, dat hij zich vóór de daar genomen
motie verklaarde en weinige dagen later den
Raad toch adviseerde daarvan geen notitie
te nemen.
Het doet nog vreemder aan den burge
meester te hooren verkondigen, dat de notu
len van de Staten wel onjuist zullen zijn,
terwijl toch ook uit andere stukken blijkt,
dat het college van B. en W. heel goed weet,
dat er van een vergissing of van een elkaar
verkeerd begrijpen geen sprake geweest is.
Mag men zich terecht de vraag stellen
waarom het college op bijna slinksche wijze
gepoogd heeft de schuld van zich af te schui
ven, nog verwondelijker is zijn houding bij
de daarop volgende gebeurtenissen.
Iedereen kan een vergissing begaan en het
college van B. en W. zou door niemand in
zijn waarde miskend zijn wanneer het na af
loop der protestvergadering ruiterlijk ver
klaard haa, dat het de Provincie een ver
keerd advies had gegeven en gaarne bereid
was den hoofdingenieur te adviseeren den
boschweg weer van het wegenplan te laten
verdwijnen.
Juist het tegenovergestelde is evenwel ge
beurd en dat maakt dat de houding van het
college in een veel ongunstiger daglicht is
gekomen.
Immers nu is gebleken, dat B. en W. het
maken van dien boschweg niet geadviseerd
hebben zonder aan de gevolgen te denken,
en dat zij dit advies handhaven ook nu
hun duidelijk moet zijn wat deze schending
van het bosch beteekent en hoe scherp vrij
wel de gansche bevolking daartegen heeft
stelling genomen.
Wij kunnen ons begrijpen, dat de burge
meester, zelfs al was hij persoonlijk van een
ander inzicht, op een protestvergadering waar
hij in zijn opvattingen vrijwel alleen tegen
over de burgerij zou staan, den indruk wekt
alsof hij met de daar aangenomen motie ac-
coord gaat.
Maar daarmede verplicht hij zich ook om
vanaf dat oogenblik alles in het werk te stel
len om aan den inhoud van die motie gevolg
te geven en men mag er zich terecht over
verbazen, dat het college weinige dagen later
den Raad eenvoudig adviseert die motie
naast zich neer te leggen, tenzij dit een ad
vies was van de beide wethouders, wat even
wel uit de besprekingen in den Raad niet is
gebleken.
Integendeel heeft ook de burgemeester
daar nog moeite gedaan de Raadsleden er
van te overtuigen, dat de weg door het
bosch niet zoo gevaarlijk was als hij er wel
uitzag en heeft hij zelfs getracht een com
missie te benoemen, die de grootte van dit
gevaar met hem ter plaatse zou kunnen on
derzoeken."
Raadsleden ook wethouders zijn de
gekozen vertegenwoordigers van de burgerij
en als zoodanig dienen zij rekening te hou
den met de wenschen van-hun kiezers.
Na de druk bezochte protestvergadering
van de burgerij van Bergen, waar met
slechts twee stemmen tegen geconstateerd
werd, dat het maken van den weg voor Ber
gen funeste gevolgen kan hebben, had
de Raad unaniem het besluit moeten nemen
de Provincie te verzoeken den boschweg zoo
spoedig mogelijk van het wegenplan te laten
VeFDa7Snan,e B. en W. hiertoe niet be-
reid bleken, dat zij, kennende de wenschen
der bevolking, desondanks de besluiten wil
len nemen, die daar rechtstreeks tegen in
gaan, wijst op een ongewenschten en niet
gehee'l onbedenkeüjken toestand.
Maar voor Bergen, dat als vacantieoord
staat of valt met het behoud van zijn natuur
schoon, is het nog veel bedenkelijker, dat de
noodzakelijkheid dit kostbaar bezit zoo mo
gelijk ongeschonden te bewaren, ondanks de
waarschuwende stem der belanghebbende
bevolking, niet tot het college is doorgedron
gen.
DE LONDENSCHE VLOOT-
CONFERENTIE.
Een botsing tusschen Engeland en
Frankrijk contra Italië.
De Amerikanen bespreken passage-
In een onzer laatste overzichten over de
vlootconferentie hebben we het gehad over de
Fransch-Engelsche besprekingen, welke de
laatste dagen gehouden werden. En we
maakten toen de opmerking, dat men door
ee novereenlcomst aan te gaan, Italië tegen
zich in het harnas zou jagen.
Welnu, we hebben ons niet vergist: het is
Donderdag tot een hevige botsing gekomen
tussdhen MacDonald, Henderson en Grandi.
De correspondent van de N.R.C. geeft er
het volgende relaas van:
Grandi heeft, volgens de Italiaansche
voorstelling van zaken, gedreigd de confe
rentie te zullen verlaten. Hij liet zich niet
welgevallen, zeide hij. op die manier te wor
den behandeld. MacDonald moet toen nog
hebben voorgesteld dat Grandi aan de
Fransch-Engelsche bespreking zou deelne
men. Dit echter heeft Grandi beslist gewei
gerd. Hij liet er zich achteraf niet meer bij
halen, zoo zeide hij. Bovendien verklaarde
hij, dat men niet het recht had te Londen
zonder eenige andere leden van den raad
over artikel 16 van het Handvest van den
Volkenbond te beraadslagen. Zoo hoog is het
geschil geloopen, dat Grandi met een her
zien door Italië van het verdrag van Locar-
no moet hebben gedreigd. Intusschen heeft
Grandi een juridisch raadgever uit Rome
laten overkomen.
Deze uitbarsting kon, zooals gezegd, moei
lijk uitblijven bij den loop dien de zaken
op het oogenblik nemen. Een nieuwe compli
catie van den toestand is er het gevolg van
Intussdhen is gisteren weer de atmosfeer der
conferentie uiterst onprettig geworden. De
Franschen vertellen reeds dat de onderhan
delingen over de politieke kwestie mislukt
zijn. Dit echter kan nog niet waar zijn, daar
gisteren nog een bespreking tusschen
Briand, MacDonald en Henderson géhou
den werd. In ieder geval verkeeren wij weer
in een zeer critiek stadium. De Engelsche
regeering heeft zich bij haar besprekingen
teruggehouden door de vrees die de openbare
meening in Engeland voor iedere nieuwe
verplichting heeft. Men krijgt den indruk dat
Henderson en MacDonald weer iets verder
zijn gegaan dan de politieke mogelijkheden
toelieten en opnieuw, evenals de vorige week.
geremd worden. Het bekend worden van het
feit, dat de Franschen tot nog toe zich niet
tot een tegenprestatie willen verbinden in
ruil voor het politiek verdrag, heeft de stem
mig in het Engelsche kamp nog ongunstiger
gemaakt.
Zoo eindigt ook deze week weer temidden
van groote moeilijkheden. Er is echter dit
verschil tegenover het vorige weekeind dat
men de conferentie op het oogenblik onmoge
lijk dood kan noemen, omdat zij juist op de
felste wijze leeft. Niemand kan echter nog
overzien wat er uit deze crisis te voorschijn
zal komen.
Verder is het vooral in dit opzicht anders
gesteld dan de vorige week, dat men nu de
mogelijkheid van een verdrag tusschen de
drie zeemogendheden haast veilig binnen
zijn bereik heeft. Er bestaat geen twijfel meer
dat men daartoe desnoods zijn toevlucht zal
nemen. Intusschen is het risico der confe
rentie zeer veel grooter geworden. Na het
pact Kellogg is het Handvest van den Vol
kenbond en blijkbaar ook het verdrag van
Locarno in gevaar tusschen het raderwerk
ervan te komen.
Intusschen komt het bericht uit Londen,
dat de Amerikaansche delegatie passage
heeft besproken voor den 22en April a.s.
Tegen dezen datum zal, indien een vijf-mo
gendheden-overeenkomst niet tot stand is ge
komen, men overgaan tot het sluiten van
een 3-mogendheden-verdrag, terwijl de on
derhandelingen inzake een viif-mogena-
heden-pact dan zullen worden verdaagd.
Brüning stuurt en welken koers toon
aangevende leden van de regeering wil
len inslaan.
Buitenland
TREVIRANUS EN DR. SCHMID.
De „Vorwarts" maakt zich ongerust
over het aan den nieuwen minister
voor de bezette gebieden Treviranus toe
geschreven voornemen, om den indertijd
met eenigen nadruk met verlof gezon
den onderminister dr. Schnrid in zijn
functie te herstellen.
Dr. Schmid is inderdaad van het too-
neel verdreven, omdat hij, als lid van de
D. Volkspartij, niettegenstaande zijn
ambt van onderminister, gestemd had
tegen een motie van vertrouw en in de
regeering-Müller.
Wanneer de Stahlhelmman Trevira
nus, schrijft het soc. orgaan, den Stahl
helmman Schmid thans in zijn oude
functie wil herstellen, beteekent dit
niets anders dan dat de minister de re
bellie van een hoogen ambtenaar tegen
zijn eigen regeering als gerechtvaardigd
erkent en zich feitelijk met hem solidair
verklaart. Ook dat toont aan, meent het
blad, in welke richting de regeering-
DE MIJNRAMP TE ELOUGES.
De oorzaak: vnurvatten vaA
mijngas.
De mijngasontploffing in de Bergen-
sche mijn te Elouges, westelijk van
Bergen, geschiedde op het oogenblik dat
er een lont werd gelegd om een gedeelte
der mijn in de lucht te laten springen.
De mécanicien wilde nazien of de lon
ten 'n goeden staat waren toen er een
vonk uitspatte, welke het mijngas vlam
deed vatten. De mecanicien heeft ver
klaard dat hij, alvorens, zijn onderzoek
in te stellen, had nagegaan of er geen
mijngas aanwezig was. Hij had echter
niets abnormaals geconstateerd.
Het reddingswerk duurde gister nog
voort. Op het oogenblik zijn er 13 lijken
geborgen. Het aantal gewonden be
draagt acht, van wie twee ernstig. Er
bevindt zich nog één man diep in de
mijn, doch men koestert weinig hoop
hem nog te kunnen redden.
„PASSE-TOUS-GRAINS", p. fl. f 1.75.
MOOI GEWAS, VOL en GEURIG.
Koning en Kroonprins ter plaatse.
Koning Albert heeft zich gistermiddag
per auto naar het gebied van de ramp
begeven.
Onmiddellijk na zijn aankomst heeft
de koning een onderhoud gehad met de
directeuren der mijn, die hem de oor
zaak van de ramp uitlegden.
De koning, die door de langs den weg
geschaarde menigte werd begroet, begaf
zich naar de gewonden, wien hij moed
insprak.
Kroonprins Leopold verscheen even
eens te Elouges, bracht een eerbiedigen
groet aan de dooden en bezocht de ge
wonden.
In verscheidene mijnen in de streek
was gister de arbeid,stop gezet ten tee-
ken van rouw.
OP DE HUWELIJKSREIS VERDWENEN.
Sedert 25 Maart wordt het echtpaar Kap-
pelt uit Berlijn-Moabit vermist. Den zestien
den Februari gingen zij in den auto van den
man op hun huwelijksreis, welke over Parijs
en Nizza naar Milaan voerde. Van daaruit
zouden zij naar huis terugkeeren. Een, schrij
ven van 25 Maart kondigt den terugkeer
voor den volgenden dag aan en was verzon
den van Schaffhausen. Sinsdien heeft men
niets meer van hen vernomen, zoodat men
vermoedt, dat hun een ongeluk is overko
men, of dat zij het slachtoffer geworden zijn
van een of andere misdaad.
AANSLAG IN EEN PARIJSCHE
RECHTSZAAL.
Een Roemeniër wil den rechtbank
president dooden.
Ancelesco, een Roemeniër, die zich onder
het publiek in de dertiende kamer der correc-
tionneele rechtbank bevond, loste gistermid
dag twee revolverschoten in de richting van
den president, die niet werd getroffen.
De aanvaller werd onmiddellijk ingere
kend.
De Roemeniër Ancelesco is een geëxal
teerd man, die reeds twintig maal wegens
misbruik van vertrouwen en schending van
het verbod van verblijf in Frankrijk werd
veroordeeld. Hij heeft geen vast domicilie.
Hij verklaarde dat hij zich op „de maat
schappij" had willen wreken en een magi
straat willen dooden.
Hij wordt beschuldigd van een poging tot
moord op een magistraat in de uitoefening
van zijn functie.
EEN WALVIS CHVAARDER
VERGAAN.
Een bemanning van zestien kop«
pen omgekomen.
Uit Santiago (Chili) wordt gemeld, dat
de walvischvaarder „Balen A" geduren
de een orkaan in de buurt van Leboe is
vergaan. Men gelooft dat de uit zestien
koppen bestaande bemanning is omge
komen. Er is wrakhout aan land ge
spoeld. Torpedojagers zijn op weg naar
de plaats der ramp.
EEN OVERVAL IN EEN TREIN.
Een vrouw zwaar gewond.
In den nacht van Woensdag op Donder
dag is in een 3de klasse wagon van den
sneltrein Parijs-Orleans door een weggeloo-
pen pupil uit het rijksopvoedingsgesticht van
Metfray (Indre-et-Loire) een moordaanslag
gepleegd op een reizigster. De 19-jarige jon
gen werd op het hulpgeroep van de vrouw
door een paar reizigers in den coupé opge
sloten. Bij aankomst bij het volgende station
bleek de vogel te zijn gevlogen. De jongen
was uit den trein gesprongen en werd zwaar
gewond op den weg gevonden. Ook zijn
slachtoffer is stervende. Het motief tot deze
daad was berooving.