EN Uit het Parlement Buitenland Staatsgreep in Spanje. 132e Jaargang. Oagelijksch overzicht. Een mislukte poging van twee generaals. In Madrid heerscht rust. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.-, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. POSTER ZOON, Voordam C 9, post giro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. DOIDKKUAG 8 VEI 1930 Hoofdredacteur; Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. Den Haag, 7 Mei 1930. De Tweede Kamer is heden begonnen met iferwerping van de conclusie der commissie voor de verzoekschriften om den minister van Arbeid in overweging te geven den heer H. Hulsbosch, die zich bij de Kamer hat beklaagd dat hem wegens een formeele fout geen schadevergoeding krachtens de Onge vallenwet was toegekend, alsnog een iiitkee- ring toe te kennen. Met 58 tegen 25 stemmen .werd dit voorstel afgewezen. De voorzitter deelde hierna mede, dat de heer L. de Visser (Comm.) de regeering wil de interpelleer-en over de geloofsvervolging in Rusland in verband met het antwoord dat hij van haar had ontvangen op de door hem gestelde vragen over de houding van de regeering in dezen. Morgen zal daarover be slist worden. Na goedkeuring zonder discussie van nog enkele conclusies kwam het ontwerp tot wij ziging van de Gemeentewet aan de orde. De zaak zal wel eenige dagen in beslag nemen. Maar de algemeene beraadslagingen waren in zeer korten tijd afgehandeld. Zij werden geopend door Dr. Vos (Lib.), die het noodig achtte nu reeds enkele hoofdpunten dezer herziening te bespreken en te beoor- deelen, zoodat de voorzitter ten slotte de humoristische interruptie deed hooren, dat de spreker ook wat over moest laten voor de behandeling der artikelen. De heer Van den 'Bergh (S.D.A.P.) was daarna zoo verstandig zich te bepalen tot een paar opmerkingen over het partieele karakter dezer herziening terwijl dezelfde minister in 1923 een volle dige herziening had ingediend, die door zijn opvolger, Mr. Kan, was vervangen door een partieele. Minister Ruys de Beerenbrouck ant woordde hierop, dat hij die partieele herzie ning had overgenomen omdat hij ervaren had, dat de Kamer een volledige herziening niet wenschte zijn voorstel daartoe hao niet eens een afdeelingsverslag opgeleverd en dat hij nu volstaan had met enkele wijzi gingen aan te brengen in het voorstel van zijn voorganger. Op de opmerkingen van Dr. Vos hoopte hij bij de behandeling van de artikelen terug te kunnen komen. En hiermede waren de algemeene beraadslagingen ten einde. De eerste wijzigingen gingen na enkele opmerkingen glad onder den hamer des voorzitters door. Maar de wijziging van art. 23 heeft daarop den ganschen namiddag in beslag genomen. Dat artikel geeft een opsomming van de gevallen, waarin het lidmaatschap van een gemeenteraad onver- eenigbaar is met het bekleeden van eenige betrekkingen. In de door de regeering voorgedragen lezing luidde het: „Het lidmaatschap van den Raad is onver- eenigbaar met de betrekking van: a. hoofd van een departement van alge meen bestuur; b. commissaris der Koningin in de pro vincie; c. lid der Gedeputeerde Staten; d. griffier der Staten; e. hoofdcommissaris en commissaris van politie; f. ambtenaar, van wege het gemeente bestuur aangesteld, of daaraan onderge schikt, behoudens de bevoegdheid van den Burgemeester, die Secretaris der gemeente is, om tevens lid van den Raad te zijn; g. ambtenaar, met het ontvangen of uit geven der gelden van de gemeente belast, of aan eenige aan het gemeentebestuur onder geschikte administratie rekenplichtig; h. krijgsman in werkelijken dienst. De bepaling der zinsnede f is niet van toe passing op de ambtenaren van den burger lijken stand, noch op artsen en vroedvrou wen, die met de armenpractijk belast zijn. De echtgenoot van den in dit artikel van het lidmaatschap uitgeslotene kan evenmin lid van den Raad zijn. In gemeenten, waar de invordering van eenige plaatselijke belasting geschiedt door Rijksambtenaren, is op dezen het onder let ter g bepaalde niet van toepassing. Met ambtenaar in dit artikel worden ge lijkgesteld de bezoldigde bestuurders van, of Personen in dienst van vereenigingen, die be oogen de geldelijke belangen van het perso neel in dienst der gemeente bij het gemeente bestuur voor te staan. Onder krijgsman in werkelijken dienst worden voor de toepassing van deze wet met verstaan zij, die het zij krachtens wette- h]ke verplichting, hetzij krachtens vrijwillige verbintenis, gehouden zijn tot het met tus- schenpoozen vervullen van werkelijken dienst". Van alle kanten is tegen verschillende ahneas van dit artikel geprotesteerd en ach tereenvolgens werden vijf amendementen er °P verdedigd. ,j de eerste plaats lichtte de heer Boon i j 1 een amendement toe om de krijgs lieden in werkelijken dienst niet uit den «aad te bannen. vJii* ffing vroeger nog, toen men het beter üud £<*n militairen van verschillenden rang naast of tegenover elkaar te stellen, nu was daar geen reden meer voor. Maar van an dere zijde en ook door den minister werd hiertegenover opgemerkt, dat men de poli tiek uit het leger moest houden, dat verschil in militairen rang toch ook nog moeilijk heden kon opleveren en dat een militair ge makkelijk uit den Raad kan worden wegge werkt door overplaatsing, waaraan hij altijc bloot staat. Bij stemming is dit amendement verworpen met 57 tegen 20 stemmen. Tegen de uitsluiting van den of de echt genoot van een uitgeslotene protesteerde de heer Van den Bergh (S.D.A.P.), maar in het bijzonder van Katholieke zijde werd' zijn protest beantwoord met de opmerking, dat man en vrouw één zijn en het daarom ver standig is ook de wederhelft buiten den Raad te houden. Het voorstel tot schrapping werd met 46 tegen 32 st. verworpen. Een amendement van den lieer De Wilde (A.R.) om, nu onderwijzers bij het openbaar onderwijs zijn uitgesloten omdat zij ambte naren zijn, ook het personeel bij het bij zonder onderwijs onbenoembaar te verkla ren werd zonder stemming als volkomen ra tioneel aanvaard. De heer Lingbeek had met enkele andere leden van verschillende richting voorgestelc: om geestelijken en bedienaren van den godsdienst niet benoembaar te verklaren Zijn hekel tegen de katholieke geestelijkheid bleek hem daartoe gedreven te hebben. De minister bestreed het voorstel echter door te verwijzen naar de Grondwet en de Prov. Wet, waaruit juist dergelijke bepalingen zijn- geschrapt. Hij vond het volkomen logisch de uitbanning nu ook uit de Gemeentewet te doen verdwijnen. De Kamer verklaarde met 56 tegen 22 stemmen het daarmee eens te zijn. Het hardst is er gestreden tegen de be paling, dat uit den Raad zullen geweerd wor den personen in dienst van ambtenaarsver- eenigingen, de zoogenaamde „vrijgestelden" De heer Van den Bergh had schrapping van die bepaling voorgesteld en zijn partijgenoot Vliegen heeft dit met vuur verdedigd. Hij werd door velen gevolgd, zoowel door ver tegenwoordigers van burgerlijke partijen als door den communist L. de Visser, die weer bijzonder heftig te keer ging tegen de uit sluitingsbepaling. Met name wees men er op, dat de bepaling zoo gemakkelijk kon wor den ontdoken, ook omdat zij zoo slecht was geredigeerd en dat een vrijgestelde waarlijk nog niet als een voor de gemeenschap ge vaarlijk mensch was te beschouwen. Vele vrijgestelden vindt men trouwens niet in de Raden, ten hoogste een achttal. Minister Ruys wees er op, dat de commissie-Oppen- heim in haar rapport hetzelfde had1 voorge steld en dat hij het denkbeeld ook reeds in zijn voorstel van 1923 had opgenomen. Maar de Kamer wilde er niet van weten en na ampele discussie is het voorstel-Van den Bergh tot schrapping aangenomen met 48 tegen 30 stemmen. Na nog enkele artikelen van het wijzi- gingsontwerp zonder discussie te hebben aangenomen is de Kamer tot morgen uiteen gegaan. DE TAALSTRIJD IN BELGIE. Het stond er gister zoo simpel, het bericht over de veroordeeling van den jeugdigen Vlaming, die een hem als militair in het Fransch gegeven bevel niet had willen op volgen en deswege tot drie maanden werd veroordeeld. En toch beteekent dit bericht zoo heel veel voor den taalstrijd in België. Men had deze veroordeeling niet verwacht na de zooveel mildere houding der regee ring tegenover Vlaanderen, waarbij de hoo- geschool te Gent werd vervlaamscht. Daar mee meende men immers, dat het einde van dezen strijd was gekomen met een overwin ning van Vlaanderen voor zijn recht. De wet op de twee-talige bevelvoering in het le ger, die in 1931 in haar geheel zou worden ingevoerd, sterkte de onverdroten propagan disten in hunne meening. Geen wonder dus, dat de veroordeeling van den milicien De Leeuw, die een principi- eele houding aannam en deed alsof hij het Fransch niet verstond, een storm van veront waardiging opwekte, te meer omdat de zwaarst mogelijke straf dezen jongeman is opgelegd, niettegenstaande de auditeur-mili tair bij den krijgsraad slechts één maand had geëischt. Er is in de Belgische Kamer dan ook reeds geïnterpelleerd. De afgevaardigde van de Frontpartij, Vos, vroeg de onmiddellijke vrijlating van den martelaar en hij werd daarbij gesteund door oud-minister Huys- nians. Ook de leider der katholieke partij, minis ter van de Vyvere, hoewel den minister van landsverdediging steunende, keurde de hou ding van De Leeuw niet af. Over de inge diende moties eenerzijds door de Vlaamsche nationalisten en andere zijde door de regee- ringspartijen zal heden Donderdag gestemd worden. Natuurlijk heeft de minister zich geschaard aan de zijde van den krijsraad te Luik. De onwillige soldaat behoorde bij de lichting 1929 cn pas voor .de militie-klasse van 1930 eeldt de bepaling, dat zii in 't Nederlandsch zal worden opgeleid. Formeel zal de minister dus wel gel-ijk hebben, als hij zegt, dat de zaak aan den rechter moet worden overgela ten, maar het lijkt den buitenstaander toch wel een al te angstvallig vasthouden aan de letter der wet. Instemming kan dan ook vin den de interruptie in de Kamer op de woor den van den minister: „Er moet in het leger tucht heerschen". Met hun: „Er moet ook recht heerschen" hebben de socialisten en na tionalisten veler meening weergegeven. De Belgische Standard heeft in felle be woordingen het Luiksche vonnis becritiseerd en den nadruk gelegd op den geest van „Das Militar", die tegenover de Vlamingen nog absoluut niet schijnt veranderd te zijn. In regeeringskringen schijnt men intus- sche ook al onrustig te zijn geworden. Men vergeet er niet, dat daags vóór het Paaschreces de regeering in de Kamer een nederlaag leed toen zij zich tegen het onmid dellijk aan de orde komen, na het reces, van de interpellatie-Vos over de kwestie De Leeuw verzette en vreest nu wel eenigszins, dat de stemming over de ingediende moties, tegen haar zou kunnen uitvallen. Ook om den weerklank, welken een zaak als deze in dit Belgisch jubeljaar in het buitenland heeft, maakt men zich bezorgd. Het hedenmorgen ontvangen bericht over de vrijlating van den veroordeelden De Leeuw wijst erop, dat de regeering niet ten volle verzekerd is, dat het vonnis in den krijgsraad voldoet aan den eisch van recht naar den geest der wet. Nu de jongeman gis teravond uit de gevangenis is ontslagen, zal de stemming over de motie ongetwijfeld mil der zijn. Voor de Vlamingen, die in den groolen oorlog getoond hebben, hun land trouw te willen dienen, is het ongetwijfeld te hopen, dat eindelijk hun strijd voor hun taal en volksaard met een erkenning door de regee ring wordt bekroond. In de vroege ochtenduren werd hedenmor gen bekend dat de generaals Martinez Ani- do te Madrid en Barrero te Barcelona in den loop van dezen nacht voornemens waren, de regeering Berenguer met de hulp van de mi litairen in beide genoemde steden, voorname lijk de huzarenregimenten, ten val te bren gen. Zij konden hun plannen echter niet ten uitvoer brengen, aangezien het grootste deel van beide garnizoenen weigerde er aan deel te nemen. Toen de regeering van het gevaar, waarin zij zich bevond, op de hoogte werd gesteld, liet zij onmiddellijk de beide gene raals in hun woning arresteeren, waar zij voorloopig onder bewaking mochten blijven. Bijzonderheden over de voorbereiding van de staatsgreep zijn nog niet bekend, doch het staat vrijwel vast dat de studentenonlus ten van de laatste dagen, waarbij ook een huzaren-officier levensgevaarlijk werd ge wond, de onmiddellijke aanleiding er toe zijn geweest. Zoodra de autoriteiten het geval verna men, kwamen in de woning van den voorma- ligen minister Villanueva de professoren Ma- ranon en Sanchez Roman, de voormalige minister Sanchez Guerra en Malquiades Al- varez, de generaals Riquelme en Aguilera en de leiders der republikeinen Lerroux en Do mingo bijeen om de situatie te bespreken. Zij besloten in geval de staatsgreep zou luk ken tot het uiterste tegenstand te bieden, wat in dit geval straatgevechten zou hebben be- teekend. In verband hiermede wordt van welingelichte zijde vernomen, dat de koning voornemens zou zijn, zoo spoedig mogelijk een liberale regeering te vormen, met als mi nister-president den voormalige minister Santiago Alba, die tijdens de dictatuur in verbanning te Parijs was en met graaf Ra- manones als parlementsvoorzitter. Te Madrid heerscht op het oogenblik vol komen rust. Uit Salamanca wordt gemeld dat de stu denten aan de universiteit aldaar den terug gekeerden professor Unamuno op enthou siaste wijze hebben ontvangen, waarbij een gedenksteen voor Primo de Rivera en voor den minister van onderwijs onder Primo s bewind werden vernield. DE ACTIE VAN GANDHI. De onlusten te Delhi. Met betrekking tot de gebeurtenissen van Dinsdag te Delhi hebben de autoriteiten te Simla een officieele verklaring uitgegeven. Een afdeeling politie, aldus wordt medege deeld, die per vrachtauto vervoerd werd, ge raakte tusschen 'n troep opstandelingen en werd met 'n hagelbui steenen bekogeld. Een beambte werd door de menigte door de stra ten achtervolgd. Troepen en pantserwagens werden daarna gerequireerd om de orde te lerstellen. De bij deze ongeregeldheden ge leden verliezen worden in totaal op 300 ge raamd. De incidenten begonnen, toen de arbeiders poogden voor de regeerjngsgebou wen posten neer te zetten. De plaatsvervan gende chef van het politiecorps werd even eens aangevallen, doch hij werd spoedig door de politieversterkingen ontzet. Later werd een aanval ondernomen op een drietal wagens vol politiebeambten. Een der wagens werd door het gepuepel omsingeld. De pogin gen om de in ingesloten politiedienaren te be vrijden, mislukten, waarop een versterkings- afdeeling een salvo op de menigte opende. De politie had 6 gewonden. Het aantal dooden aan inlandsche zijde is niet bekend. Aanval op politiepost. De menigte heeft een poging gedaan twee gearresteerde vrijwilligers, die in het politie posthuis te Ranaghat waren opgesloten, te bevrijden. De ijzeren deuren werden ver nield, verschillende agenten en douanebe ambten werden gewond. Er zijn 25 personen gearresteerd. Een rede van Patel. In een rede voor honderdduizend personen verklaarde Patel, de afgetreden voorzitter van de Wetgevende Vergadering, dat de so ciale boycot van ambtenaren een zeer doel treffend wapen was, evenals het niet-betalen van grondbelasting. Hij zeide verder, dat men de regeering op alle fronten moest be kampen. Dezen keer moest men zijn vrijheid verwerven. Aan een N.T.A.-bericht ontkenen wij nog dat Patel zijn toehoorders aanspoorde, voor loopig een passieve houding aan té nemen en vervolgens het program uit te voeren, dat Maandag a.s. door het comité van het natio naal congres zal worden vastgesteld. Hij verklaaide later, dat hij den boycot van Brit- sche waren en van alle buitenlandsche stof fen in het bijzonder voor belangrijker hield dan de rest van het congresprogram. Marsch naar een zoutdepót. Uit Surath wordt gemeld dat thans een marsch wordt voorbereid naar het zout depót Dharasaha, waaraan Gandhi's zoon Manibal zal deelnemen. De leiding berust bij den opvolger van Gandhi, den voormaligen rechter Adhas Tyhji die een groote menigte aanhangers uit verschillende deelen van Indië naar Dharasaha zal brengen. DE ONTWAPENINGSCOMMISSIE. Tegen 3 November bijeengeroepen. De voorzitter van de Ontwapenings commissie van den Volkenbond, de Neder- landsche gezant te Parijs jhr. Loudon heeft thans officiéél de ontwapeningscommissie te Genève op 3 November a.s. bijeengeroepen. Het secretariaat van den Volkenbond publi ceert den brief van jhr. Loudon, aan de in de ontwapeningscommissie vertegenwoordigde regeeringen. Daarin verklaart Loudon dat hij' de medeedeling van den Britsche eerste mi nister MacDonald dato 21 April over de Lon- densche vlootconferentie heeft onderzocht en kennis heeft genomen van de meeningen der in de ontwapeningscommissie vertegenwoor digde regeeringen omtrent het tijdstip voor het bevatten van de werkzaamheden der com missie. Daardoor was hij tot de meening gekomen dat een bijeenkomst der ontwape ningscommissie nog in den loop van den zo mer op groote moeilijkheden zou stuiten, waardoor het werk van" de commissie ge schaad zou kunnen worden. Uit deze overweging achtte hij het 't best rekening te houden met de meening van de meerderheid van de commissie en het tijdstip van de komende zitting der ontwapenings commissie te bepalen op 3 November a.s. DE HERSTELLEENING. De rentevoet vastgesteld. De te Parijs in conferentie bijeen zijnde vertegenwoordigers van de Bank voor Inter nationale Betalingen en van de ministeries van financiën der crediteurenstation en het Duitsch ministerie van financiën, hebben gis ter de besluiten der bankiersconferentie aan genomen. De Youngobligaties zullen een rentevoet van 5 Vi pCt. hebben. De leenings- stukken zulten in 35 jaar geamortiseerd wor den. De distributie onder de betrokken mogend heden zal op de reeds bekende wijze geschie den. Men neemt aan, dat de Bank voor Inter nationale Betalingen hare werkzaamheden op 15 Mei aanvangen. Na de afzonderlijke besprekingen van gis ter werd een plenaire zitting gehouden, die verscheidene uren geduurd heeft. De bespre kingen liepen over de kwestie van de delging van de Young-leening, welke zooals men weet 35 jaar in beslag zal nemen. DE ARBEIDERSRELLETJES IN NOORWEGEN. Met betrekking tot de arbeidersrelletjes wordt nog nader vernomen, dat meer dan 100 politiebeambten uit Oslo naar het Gud- brandsdal zijn uitgezonden. Er zijn verschei dene arbeidersleiders gearresteerd. De poli tie heeft het gebied van de onlusten geïso leerd. 'S KONINGS TWINTIGJARIGE REGEERING. Een huldiging door MacDonald. MacDonald heeft gistermorgen te Man chester den eersten steen gelegd voor een nieuwe openbare bibliotheek vlak bij het raadhuis. Aan het noenmaal, dat er op volg de, stelde de burgemeester den toost op den koning in, dien MacDonald beantwoordde. De premier zeide, dat in de twintig jaar zij ner regeering de koning dagelijks zijn be langstelling had getoond in het wel en wee van zijn volk en dat al zijn regeeringsdaden slechts werden bepaald door zijn wensch om den toestand, in welken het volk leefde, te verbeteren. HET MATSCHEK-PROCES. Foltering van gevangenert, Het hoogverraad-proces tegen Matschek c.s. is gister voortgezet. De verdachte Po- pitsch, een student, is door de instructie zoo van streek geraakt, dat hij zijn gedachten ternauwernood onder woorden kon brengen. Ook hij herriep de voor de politie afgelegde verklaringen, die hem alle afgedwongen zou den zijn. Van den overste Begitsch zeide hij nimmer geld te hebben ontvangen, dat van dr. Matschek afkomstig was De volgende verdachte, de handelsemplloyé Gasperitsch, herriep eveneens zijn voor ae politie afgelegde verklaringen. Hij zeide door de politie mishandeld te zijn. Men had hem eerst opgehangen en vervollgens op er gerlijke wijze mishandeld. Nog thans heeft hij van de gevolgen te lijden. HET EEUWFEEST VAN ALGIERS. Een historische gebeurtenis. Het verblijf van den Franschen president Doumergue in Algiers is een aaneenschake ling van feesten en plechtigheden. Een van de kleurigste is de wapenschouw in Sidi-Fer- ruch gewees.t De president had zich per auto naar Boufarik begeven, op dertig K.M. af stand van Algiers gelegen, waar de eerste Franschen in 1830 het kolonisatiewerk on dernamen. Daar is thans een monument ont huld, dat de groote figuren uit die dagen symboliseert. Het is een lange muur, herin nerend aan den Mur de la Confédération te Genève, waarop de figuren zijn afgebeeld. SCHENDING VAN STANDBEELDEN. Een gedenkteeken voor Ebert verdwenen. De gemeente Berlinchen in de Neumark had na den dood van Ebert een gedenktee ken voor den eersten rijkspresident opge richt. Onverlaten hebben nu het borstbeeld van het voetstuk gelicht en het vermoedelijk in een naburig meertje, de Kopf-See ge gooid. Van de dares ontbreekt elk spoor. Een standbeeld van Luther bezoedeld. Het standbeeld van Luther te Flamburg is door communisten met roode verf bezoe deld. ZWAAR ONWEDER BOVEN BERLIJN- Slagregens veroorzaken over» stroomingen. Gistermiddag tegen halfvijf ontlastte zich boven Berlijn een buitengewoon zwaar on- weder, gepaard gaande met hevige slagre gens, die in vele deelen der stad overstroomin- gen veroorzaakten. In de binnenstad liepen tallooze kelderwoningen vol, die alle door de brandweer leeggepompt moesten worden. De bekende Tiergarten stond overal blank. Het noodweer is het hevigste geweest der laatste jaren. Niet alleen in de stad zelf, doch ook in de voorsteden heeft de inslaande blik sem aanzienlijker schade aangericht. De ha gel heeft de bloeiende boomen rondom Berlijn zwaar gehavend. In enkele straten was het verkeer gedurende een vol uur gestremd. Op sommige plaatsen stond hier het water 1 M. hoog. De brandweer had het ongelooflijk druk. In twee uur werd 200 maal gealar meerd. Tijdens het hevigst van het onweer landden op het vliegveld Tempelhof 3 vliegtuigen vlot. Twee waren afkomstig uit Londen, ééD uit Munchen. POINCARE WEER HERSTELD. Maandag heeft Poincaré na een periode van lange rust, welke de operaties, waaraan hij zich had onderworpen, hadden geëischt, zijn openbare werkzaamheid hervat. Te Bar- !e-le-Duc heeft hij de voorjaarszitting van den algemeenen raad van het Maas-departe ment, welks voorzitter hij sinds jaren is, ge opend. De leden van den raad en het publiek, dat in grooten getale naar de vergaderzaal was gestroomd, hebben staande Poincaré bij zijn verschijning langdurig toegejuicht. Maginot, de minister van oorlog, lid van den raad; de prefect van het Maas-departe ment en Honoré, voorzitter van de financi- eele commissie, hebben hartelijke woorden gesproken, waarvoor Poincaré bewogen heeft dank gezegd. OPLICHTER GEARRESTEERD. Valsche wissels in omloop gebracht. Terzake van wisselvervalsching is gearres teerd de koopman Hermann Bruhn, die zich te Lübeck onder een valschen naam gevestigd had. Om allerlei transacties te kunnen uitvoe ren, waarvoor hij niet de middelen bezat, trachtte hij onder valsche firmanamen bij ver schillende banken crediet te krijgen. Hij had reeds voor een bedrag van 200.000 Mark aan wissels in omloop gebracht, welke te Lubeck en Hamburg in beslag zijn genomen. De ge arresteerde, die op deze wijze vooral veel graanfirma's ernstig heeft benadeeld, heeft reeds een 7-tal jaren gevangenisstraf achter den rug,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 1