Alkmnlie Courant.
Radio-hoekje
FEUILLETON.
De betalende logé>
Dames dx
Kinder
Weeding
Eerst
kijken
bit
Roeken
Jeugdlectuur
Kmiird twee en dertigste Jaargang.
lfacantiegenoegens en
Reisbrieven.
Hoeden.
No. 140
1930
Oinsdag t7 Juni
Woensdag 18 Juni.
Hilversum, 298 Ai. (Na 6 uur 1071 Ai.)
10.-10.15 Morgenwijding. 12.—2.— Con
cert. A. V. R. O.-Kwintet. 2—2.30 Radio-
iKinderkoorzang onder leiding van Jacob
Hamel. 2.303.Liedjes en verhaaltjes
door Bep KroesVoogd en A. D. Hilde-
jbrand. 3.4.Gramofoonplaten. 4.4.30
Ipjano-studies door Egb. Veen. Toelichting
door Louis Schmidt. 5.5.30 Gramofoonpl.
5-306.Aansl. van het Tuschinski-Theater
ite Amsterdam. Het Theater Orkest. 6.
(Tijdsein. Daarna: Vervolg concert. 6.30
jKoersen. 6.407.Gramofoonpl. 7.7.30
ïlenry Drabbe: „We varen met een Neder-
landSch vrachtschip den Waterweg uit". 7.30
8.Optreden van het Wladimir Piqué
(Trio. 8.01 Opera-concert. Nini Roussel, colo-
ratuurzangeres. Gaston Bastin, bariton.
(Louis Dister, tenor. -Milorade Yovanowitch,
basse-chantant). Het versterkt Omroeporkest.
9.15—9.45 Pianorecital door Suzie Minden.
9.4510.30 Vervolg Opera-concert. 10.30
Persberichten. Gramofoonplaten. 12.Slui
ting.
Huizen, 1875 AI. (Uisluitend N. C. R. V.)
8.159.30 Concert. 10.3011.Zjeken-
dienst. 11.11.30 Gramofoonpl. 11.30
j!2.30 M. F. Jurjaanz, harmonium). 12.
112-15 Politieber. 12.30—2.Concert. Zang,
(viool, cello en piano. 2.2.45 Concert.
IMevr. H. ScheffelaarKlots, le viool. W.
Boeken, 2e viool. F. Leidner, alt-viool. C. de
(Wilde, cello. 2.453.15 Lezen van Chi.
(Lectuur. 3.15—4.15 Vervolg concert. 4.15
5.Gramofoonpl. 5.6.Kinderuurtje.
6.-6.30 Gramofoonpl. 6.307.Declama
tie door E. M. F. Prins. 7.-9.Zangcon
cours uit Zwolle. Gemengde- en Mannen
koren. 9.Politieber. 9.10.Carillon
bespeling door J. Vincent op het Kon. Paleis
te Amsterdam. 10.—10.10 Persber. 10.10—
11.Gramofoonpl.
11Pnce,n(r¥' 1554.4 Ai. 10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing. 12.20 Gramofoonpl. 1.20 Or
kestconcert. 2.20 Concert. M. Ingham, so
praan. J. Buckley, bariton. 2.50 Uitz. voor
i Concert. H. Isaacs, piano. Gril
le'' Strijkkwartet. 5.05 Orgelspel door R.
New. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lezing. 6.35
Nieuwsberichten. 6.50 Lezing. 7.— Het Bro-
sa Strijkkwartet. 7.20—7.40 Lezing. 7.45 Le
zing. 8.05 Dansmuziek. 8.50 „La Traviata",
eerste bedrijf. Opera van G. Verdi. 9 20
Nieuwsberichten. 9.45 Lezing. 10.15 Concert
Dameskoor en orkest. 11.Dansmuziek.
11.3512.20 Dansmuziek.
Pari/s „Radio-Paris", 1725 Ai. 12.50—2 20
Gramofoonpl. 4.05 Orkestconcert en soli
8.20 „Louise". Opera van G. Charpentier
Koor, orkest en solisten. 1020 Concert Piano
met orkest.
Langenberg, 473 Ai. 7.25—7.50 Gramo
foonplaten. 7.508.50 Orkestconcert. 10.35
—11.35 Gramofoonpl. 12.30 Gramofoonpl
1.252.50 Concert. Orkest en bas. 5 50—
6.50 Gramofoonpl. 8.20—10.20 Concert. Or
kest en viool Daarna tot 12.20: Orkestcon
eert.
Kalundborg, 1153 Ai. 12.20—2.20 Orkest
concert. 3.50—5.50 Orkestconcert. 8.20—
10.05 ca. Orkestconcert. 10.5511.30 So
naten-concert. Viool, cello en piano. 11.30
12.50 Dansmuziek.
Brussel, 508.5 Ai. 5.20 Trio-concert. 6.50
Gramofoonpl. 7.20 Gramofoonpl. 8.35 Gra
mofoonpl. 8.50 Gala-avond ter herdenking
van den slag bij Waterloo. Concert en toe
spraken.
Zeesen, 1635 Ai. 6.107.20 Lezingen.
7.207.50 Gramofoonpl. 10.5012.20 Be
richten. 12.201.15 Gramofoonpl. 1.15
2.20 Berichten. 2.203.20 Gramofoonpl.
3.204.20 bezingen. 4.205.50 Concert.
5.50—8.20 Lezingen. 8.20 „Knoblauch".
Blijspel van Robert Walter. 9.20 Proefuitz.
van een radio-telegr. verbinding met San
Francisco. 9.50 Liederen door Margarete
Roll, sopraan. 10.20 „Orpheus" 193031.
Hoorspel van R. Seittz en P. Dessau. Daarna
Orkestconcert.
De Passiespelen 1930.
(Slot.)
Na de pauze.
Nadat om kwart voor twaalf het eerste ge
deelte van de spelen was beëindigd, werd een
Eauze van twee uur gehouden. De duizenden
ezoekers verlieten in een oogwenk het theater
door de vele deuren. Tijdens de middaguren,
op straat, voor- tijdens en na het diner is het
spel en de spelers het eenige onderwerp van
de gesprekken. Engelschen en Amerikanen
raken niet uitgeput met het stereotiepe very
nice en eenparig is dan ook het verlangen
om het volgende gedeelte van het drama te
aanschouwen.
Tegen half twee klinkt weer een schot over
de bergen en door de dalen en de duizenden
bezoekers, waarvan velen gewapend zijn met
camera's, waarmee allerhande straattafreel-
ijes worden vereeuwigd, spoeden zich dan
ook weer naar hun plaatsen. Precies twee uur
vangt het tweede gedeelte aan. De handeling
van dit tweede gedeelte gaat van de gevan
genneming van Christus in de hof van Olij
ven tot de veroordeeling door Pilatus. De
achtste voorstelling toont Jezus voor Annas
met als stilbeeld: De profeet, die den koning
de waarheid zegt, waarvoor hij een oorvijg
krijgt en de handeling: Jezus voor het paleis
van Annas, waar hij in het aangezicht wordt
geslagen en de wegvoering van den Christus
door de bende.
IX Christus wordt door den hoogen raad
veroordeeld. Judas komt berouwvol in de
vergadering. Stille beelden: De onschuldige
Naboth wordt door valsche getuigenissen ter
dood veroordeeld en Job ondergaat geduldig
alle beschimpingevan zijn vrouw en zijn
vrienden Handeling: Solospel van Judas, die
zich schuldig gevoelt aan den dood van zijn
•meester. De synagoge. Ondervraging van
Jezus door Kaiphas. De komst van Judas in
de synagoge tijdens het verhoor. De verloo
chening van Petrus. Solospel van Petrus. De
kerker, De bespotting.
X. De vertwijfeling van Judas. Stilbeeld:
De broedermoordenaar Kaïn d\vaalt met een
kwellend geweten over de aarde. Handeling:
Solospel van Judas en den zelfmoord.
IX. Christus voor Pilatus. Christus te mid
den der woedende menigte met de hooge pries
ters Kaiphas, Annas e.a. voor het huis van
Pi'atus, Pilatus op het terras van zijn wo-
Naar het Engelsch
van
K. CAMERON WARD.
<1)
Het was, of het idéé alleen, van menschen,
die helpen konden, Mary weer kracht en
hoop schonk. Gezamenlijk lichtten zij een hek
uit de scharnieren en gebruikten dit als baar
Zoo werd Thursten Warwick ten tweeden
male op Ladywood binnengedragen; en
eerst, nadat hij te bed lag en twee mannen te
paard in verschillende richtingen naar een
dokter waren gestuurd, begaven Mary de
krachten en viel zij flauw in de armen
Hanna.
van
Dienzelfden avond nog had het gerucht
zich in het dorpje Meiten verspreid van het
ongeluk, dat den logé op de pastorie over
komen was. Het zou nog de vraag zijn ge
weest, of het 't huis van den dominee zeiven
zou bereikt hebben, als Jane niet toevallig
dien avond bij haar moeder was geweest. Ze
kwam eerst vrij laat terug en in de eetkamer
barstte zij in snikken uit en deed een heel
verward verhaal van het ongeluk, dat mr.
Warwick overkomen was. De dominee on
dervroeg haar streng, maar hij werd er niet
Vëel wijzer door.
Sommigen zeiden, dat Warwick zelfmoord
bad gepleegd; anderen meenden, dat zijn
kreupel been zeker uitgegleden was en dat
hij zoo te water zou zijn gevallen en ver
dronken was. Ook warop er, dié „qr meer
ning. Pilatus zendt de menigte naar Herodes.
XII. Christus voor Herodes. Stilbeeld: De
gevangen Samson moet de Philistijnen die
nen. Handeling: Herodes behandelt Christus
met spot en hoon en zendt hem weer naar
Pilatus terug. Pilatus verschijnt weer met
zijn gevolg op het terras van zijn woning. De
geeseling.
XIII. Jezus wordt tot den kruisdood ver
oordeeld. Stille beelden: Joseph wordt als de
vader des lands voorgesteld en het offeren
van één der twee bokken voor de zonden der
menschheid. Handeling: Pilatus toont aan de
menigte den gegeeselden en met een doornen
kroon gekroonden Jezus. Het volk eisoht de
vrijlating van Barabas en den dood van
Christus. De standvastigheid van Pilatus
wordt met dreigementen ontvangen. Nog
maals bepleit hij de onschuld van den Chris
tus en spreekt daarna Barabas vrij en veroor
deelt Christus ter dood.
Hierna vangt het laatste en meest indruk
wekkende gedeelte van het spel aan. Het der
de deel omvat de handeling na de veroordee
ling door Pilatus tot de glorierijke hemel
vaart van den Heer.
XIV. De kruisweg. Stille beelden. Izak tot
het offeren van zijn zoon besloten bestijgt het
gebergte en Mozes plaatst een slang op zijn
staf. Handeling: Christus, gebukt onder hei
kruis op weg naar Golgotha en ontmoet zijn
bedroefde moeder. Simon van Cyrene wordt
gedwongen het kruis te dragen. Vrouwen
uit Jeruzalem bev enen Jezus.
XV. Jezus op GoJgotha. Een melodrama
tische proloog waarna de volgende handeling
zich afspeeld. Jezus wordt aan het kruis ge
nageld opgeheven. De bespotting. Jezus laat
ste woorden. De afname van het kruis. De
bewaking van het graf. Begrafenis van het
lichaam van Jezus.
XVI. De opstanding. Grafgezang. Hande
ling: De wachters bij het graf. Magdalena en
de vrouwen bij het graf.
Daarna de slotvoorstelling, het tableau:
De triomph en de verheerlijking van Christus.
Tijdens het heele spel, van tweemaal vier
uur aan één stuk, waarbij men absoluut den
tijd vergeet, komt men zoo onder de bekoring
van het spel, dat men hier geen spel, maar
werkelijkheid ziet gebeuren. .Zoo bijvoorbeeld
de massa-scene van den feestelijken intocht
van Jezus in Jeruzalem en zijn optreden in
den tempel, worden zoo gespeeld, dat men
zegt: Zoo is het geweest. Van de hoofdperso
nen gaat een dusdanige suggestieve kracht
uit dat men geen Alois Lang op het tooneel
ziet maar den grooten Nazareener, de heer
en meester. Een prachtiger tyne had men be
zwaarlijk voor den Christusr unnen vinden.
Alois Lang is en blijft gei__rende het ge
heel spel de prominente figuur. Hij blijft de
hoofdpersoon waarom het geheele drama
zich afspeeld. Koninklijk, overheerecbend
beminnelijk en onderdanig is zijn optreden
en zonder een woord te spreken blijft de aan
dacht van het publiek steeds op hem geves
tigd. Met groote waardeering schrijft en
spreekt men over den vroegeren Christusrol-
vertolker Anton Lang, die drie malen deze
rol speelde, maar zonder iets aan zijn presta
tie af te doen, schijnt mij toch, dat men in
Alois Lang die imposantte en krachtige fi
guur voor deze rol heeft gevonden. Met
deze hoofdpersoon moet in één adem Guido
Mayr genoemd worden, die op onovertref
bare wijze de rol van Judas vervult. Even
majesteitelijk en hoogverheven als Alois
Lang den Christus voorstelt, even expressiet
toont Guido Mayr 'ons de judas, die men
gaat haten. Zijn solospel op het groote too
neel is zoodanig, dat men de prachtige ruim
te om hem heen totaal vergeet en alleen den
mensch ziet met zijn lage en verraderlijke
plannen of daarna de wanhopige leerling,
nadat hij heeft ingezien, dat hij zijn heer en
meester aan beulen heeft overgeleverd. Men
voelt het aan en leeft het mee.
Dat men deze man om zijn rol zou haten
is een verzinsel. Integendeel, we zagen hem
zich temidden van een 15 tal Amerikanen in
druk gesprek naar het theater begeven. Men
acht hem zeer hoog om zijn prachtige creatie.
Met deze twee, ver boven de andere mede
spelenden uitstekende figuren geven Mei-
chior Breitsamter als Pilatus Hans Lang
als Johannes, Johanna Preisinger als Ma
ria Magdalena, Hugo Rutz als Kaiphas,
Hans Mayr als Herodes, Annie Rutz als
Maria en Peter Rendl als Petrus prachtig
spel te aanschouwen. Zwaar en groot is de
rol van Hugo Rutz als Kaiphas en men
voelt ook in hem den hatenden Kaiphas, ter
wijl Melchior Breitsamter met zijn prachtige
kop de geboren Pilatus is. Prachtig spel
geven Pilatus en Kaiphas te zien in hun
twistgesprek over de schuldigheid van Jezus
Veel is er geschreven over de Mariarolver-
tolkster Annie Rutz, maar hoewel zij zeer
aangrijpend spel vertoont, treedt zij niet zoo
op den voorgrond, daar de passie zich hoofd
zakelijk afspeeld zonder de aanwezigheid
van de Moeder des Heeren. Als zij echter in
het derde geeelte op het proscenium ver
schijnt en angstig naar haar zoon vraagt,
dan treft die smartelijke uitdrukking en haar
roep de geheele zaal en vooral het moment
waarop zij haar zoon onder de last van het
kruis ziet verschijnen is zoo aangrijpend, dat
een siddering door de zaal gaat. Zeer velen
raken dermate onder den indruk, dat een
groot gedeelte van het daarop volgend spe
voor hen verloren gaat. Later, wanneer in
het derde gedeelte Christus aan- het kruis ge
nageld wordt opgeheven en hij temidden van
de moordenaars op Golgotha wordt ten toon
gesteld, komen bijna allen onder den indruk
en vooral vrouwen worden zoo diep getrof
fen bij het zien van de vernedering en hel
lijden van den grooten Nazareener, dat aan
de overvloedige tranen den vrijen loop wordt
gelaten. Vooral ook bij de bekende woorden:
„Het is volbracht!"
„Vader, in' uwe handen beveel ik mijn
geest!"
weet Alois Lang zoo te suggereeren, dat men
zich op Golgotha waant.
In de nog volgende tafreelen komt de
groote technische volmaaktheid van het too
neel aan den dag. De afwenteling van den
steen. Het verschijnen van de engel en het
prachtige slottableau, de triomph en verheer
lijking van den Christus, vereischten ook een
Amsterdam,
Nieuwendijk 225/229.
Utrecht,
Oude Gracht 151.
achter zoohten", want de veldwachter uit de
plaats had getelegrafeerd om een collega
uit Elverston, eer hij zich naar Ladywood
had begeven. Eveneens werd er van gespro
ken, dat Miss Mary Warwick gevonden had
en dat zij hem naar haar huis had laten
brengen, terwijl er twee doktoren bijgeroepen
werden, iets wat vrijwel overbodig werd ge
acht, daar men hem algemeen dood1 waande.
Allen op de pastorie waren evenzeer ont
daan; de tweelingen snikten luide. Juliet was
ook geheel van streek en ieder was zoozeer
vervuld van het droeve nieuws, dat niemand
er feitelijk acht op sloeg, hoe stil Clover was
en wat een angstige blik er in haar oogen te
lezen stond, toen zij zich naar haar slaap
kamer begaf en zich daar opsloot.
Ze durfde niet naar bed ga.n, maar bleef
bij het maanlicht in de vensterbank zitten.
Ze hoorde de anderen naar boven gaan en
ook later haar vader de huisdeur binnen
komen, maar zij durfde hem niets vragen.
Zoo bleef zij daar maar ziten en hoorde de
klok het eene uur na het andere slaan, terwijl
haar schuldig geweten haar niet met rust
liet.
Haar hoefde eigenlijk niet verteld te-wor
den, hoe het drama zich toegedragen had:
zij wist me- een zekerheid, of ze er bij ge
weest was, dat Daft Davy Thurston gedood
had, in de hoop, haar welgevallig te zijn. En
zelfs al was het nu zoo erg niet afgeloopen,
en zou Warwick dus niét dood zijn, dan
maakte dit nog weinig verschil: Daft Davy
zou natuurlijk gevat worden en op zijn im
beciele wijze zou hij haar er ook bij noemen.
Dit zc-u dan het einde wezen van haar plan
nen-smeden, om er twee tot den ondergang
te brengen.
Terwijl zij dus njet ae bagden onder de
kin in de vensterbank zat, had zij heelemaai
uit het oog verloren, dat ze van buitenaf dui
delijk gezien kon worden en dus schrikte zij
geweldig, teen er 'n kiezelsteentje tegen de
ruit werd gegooid. Voorzichtig deed zij de
verandadeur open en keek uit. Daar beneden
stond Daft Davy; zijn oogen leken wel
zwarte, fonkelende diamanten in zijn linnen-
wit gelaat. Hij wilde gaan spreken, maav
met een gebaar legde zij hem het zwijgen op.
Zij ging eohter door de verandadeur naar
beneden; geruischloos en met haar
hand op zijn arm leidde zij hem op zij van
het huis, waar enkel de vensters van War-
wicks kamers op uitkwamen.
,Nu waarom ben je hier gekomen?
Wat heb je mij eigenlijk te vertellen?" fluis
terde zij.
„Ik hèb 't gedaan, Miss Clo!" zei hij, de
beenige handen wringend. „Ik heb hem ver
dronken. Hij kan u geen leed meer doen!"
„Hoe kom je er bij, dat hij dood zou zijn?"
„Ik heb hem gezien. Miss Mary heeft wel
haar best gedaan voor hemmaar ik zag
zijn gezicht, toen ze hem op de baar ver
voerden; hij was lijkwit."
„Gek, die je bent!" siste Clo. „Ze zullen je
nog hangen voor je misdaad! Dat was mijn
bedoeling niet; dat begreep je toch wel? Ik
zei het maar in drift! En wat zal er nu van
mij worden?"
„Zouden ze u dan ook willen hangen?"
„Natuurlijk. Als jij vertelt, dat ik je ge
zegd hebt, om hem te dooden, dan zullen ze
mij ook hangen!"
„Maar ik zal het hun niet vertellen. Ik zal
den mond stijf dichthouden."
„Ze zullen 't er wel uit weten te halen; dat
verzeker ik je! Ze zullen je net zoo lang vra
gen eg plfigen, tot ze er achter zijn, Q, wat
zeer bijzondere decoratie. Maar technisch
volmaakt en een prachtige decoratie stellen
Lang in staat zich in het slottableau hoog
verheven boven de aarde en zwevend in de
wolken nog eenmaal en dan als de verrezen
en verheerlijkte Christus, aan de toeschou
wers te doen zien. Daar ziet men hem in zijn
vaMe heerlijkheid als de Heer en Meester, die
zijn leven gaf voor de zondige menschheid
Zoo hebben wij het mysterie van Oberam
mergau gezien en meegeleefd. En hoewel
velen begrijpelijkerwijze een zekere angstval
ligheid zullen toonen om het lijden en sterven
van Jezus te gaan zien, moet toch gezegd
worden, dat van dat spel zooveel uitgaat, dat
al wat minderwaardig in 's menschen geest
leeft, wordt onderdrukt en de Uebermensch,
zooals de Duitscher het uitdrukt, naar boven
komt. Wanneer men dat spel eenmaal gezien
heeft, staat het vast, dat alleen door een
eeuwenoude traditie, dit peil en dit menschen-
materiaal voor zulk een spel alleen daar is
verkregen. Het particuliere leven van alle
medespelenden wordt zoo nauw in verband
gebracht met de door hen te vervullen rol, dat
de spelers en speelsters ter wille van hun
verkiezing zichzelf behoeden voor daden,
welke in strijd zouden zijn met de zuiverste
begrippen van mentaliteit en moraliteit. De
reeds eeuwen heerschende zelfveredeling heeft
in Oberammergau typen doen ontstaan, welke
voor de vervulling van die rollen in het pas
siespel allernoodzakelijkst zijn.
Veel en uitvoerig wordt er over het spel en
de spelers gesproken en typeerend is het, dat
de bezoekers van de spelen 's avonds na dé
voorstelling, die te 6 uur is afgeloopen, geen
neiging vertoonen om na het avondeten eens
gezellig uit te gaan. Men sluit zich op. Men
schrijft. Men praat met anderen of men me
diteert en men vergeet de vacantie, waarin
toch uitgaan en pleziermaken de hoofdfac
toren plegen te zijn.
We troffen liet in zooverre niet, dat later
op den avond een hevige donderbui met stort
regens de enkele wandelaars nog naar binnen
joeg, maar bij informatie bleek wel, dat de
bezoekers van de spelen na de voorstelling
rustiger en meer inzichzelf gekeerd zijn dan
de avond te voren. Zoo werkt het spel van
deze spelers op de bezoekende menschheid
Nochthans was één der Amerikanen niet dus
danig met goede voornemens bezielt, dat hij
niet kon nalaten met groot gebaar de bedie
nende dochter van onzen gastheer een waar
deloos Roemeensch geldstuk in de hand te
stoppen voor de vele diensten aan hem be
wezen. Maar we hopen, dat de stelregel op
gaat, een uitzondering.
Oberammergau, 19 Mei 1930.
F. F. en W. V.
Nieuw geïllustreerd kookboek, van Lina
Aiorgenstern. Voor Nederland bewerkt door
H. Ai. S. J. de Holl, ex-diredrice der Huis
houdschool te Den Haag. Uitgave Gebr.
Kluitman te Alkmaar.
Wij herinneren ons nog de geschiedenis
van een dief, die terecht stond omdat hij een
kip had gestolen. Hij verdedigde zich door
te vertellen, dat hij volgens het recept van
een kookboek kippensoep had willen maken.
„Neem een kip" stond daarin. Er stond dus
niet „koop een kip", maar „neem een kip" en
toen had hij er dus maar een genomen.
Neem dit en neem dat, zoo was het begin
van alle recepten uit de kookboeken onzer
moeders en grootmoeders, maar ook daarin
blijkt verandering te zijn gekomen want in
het standaardwerk op culinair gebied, dat op
het oogenblik voor ons ligt is er van „ne
men" geen sprake meer, maar wordt alleen
verteld wat men voor het bereiden van aller
lei spijzen noodig heeft en hoeveel van eik-
der onderdeelen daarbij gebruikt moet wor
den.
Er bestaat in Parijs 'n Société d' Acclimata
tion, een club van lekkerbekken, die zich ten
doel heeft gesteld jaarlijks een diner te ge
ven waarbij de meest gewaagde kookproeven
worden genomen.
Het zijn als het ware futuristen op culi
nair gebied en zij willen de samenstelling
der menu's in andere banen leiden door den
smaak en de gewoonten te veranderen. Zij
nemen daarom eetproeven waarbij schotels
van geheel nieuwe samenstelling ter tafel
gebracht worden, zij hebben kameelbult ge
geten, ppthons, muilezels, leeuwenwelpen en
"zich bij hun laatste diner aan kangeroe-
staartsoep gewaagd.
Volgens het nieuwste futuristische kook
boek moet kangeroestaart niet geschild wor
den maar twee uur met de huid gestoofd en
dan moeten er allerlei kruiden, Spaanschc
peper en madeirawijn aan toegevoegd wor
den. Een Fransch journalist, die van de soep
zal ik beginnen!"
Met den innig-droeven blik van een hond,
die geschopt wordt, sloop Davy weg.
Zij ging ook weer naar boven. Toen ze op
haar eigen kamer kwam, merkte zij, dat de
auto-sjaal, die ze omgeslagen had, haar van
de schouders gegleden was. Ze moest dan
maar vroeg op den ochtend er naar gaan
kijken. Misschien kon ze het ding wel zien
uit het venster van de slaapkamer van War
wick. Ze zou dan meteen eens even gaan
kijken, of Davy al weg was.
Op de teenen sloop ze naar de kamer van
Warwick keek uit, maar in den helderen
maneschijn was niets te zien; zoomin van
Davy als van de auto-sjaal.
Het was nacht en overal heerschte doodsche
stilte op Ladywood. Meer dan vier-en-twin-
tig uren waren er verloopen, sinds Thurston
Warwick naar boven gedragen was, naar
een van de ruime slaapkamers; en nog altijd
lag hij daar bewusteloos. De dokter, die bij
hem gebleven was, was ook wat rust gaan
nemen, nadat hij de pleegzuster eerst strenge
orders had gegeven ,om hem vooral onmid
dellijk te roepen, zoodra de minste verande
ring intrad. Vandaar dat zij steeds strak den
blik gericht hield op het doodsbleeke gelaat
van den patiënt, dat wegens de wonde aan
iet voorhoofd verbonden was.
Zoodra zuster Stewart eenige beweging
vernam in het vertrek, wendde zij het hoofd
om. Mary was geruischloos binnengetreden
en stond nu naar den patiënt te kijken, met
zulk een innigdroeven blik, dat zelfs de
strenge zuster er zich door bewogen voelde
en haar zachtjes de hand streelde.
Buiten hetgeen zij ambtshalve van het ge
val jfiowt wetgp, was er hg^r ^eer weinig
geproefd heeft zegt heel bescheiden, dat zij
een eigenaardigen smaak heeft, maar kan
niet nalaten te verklappen, dat de in die soep
drijvende stukjes kangeroestaart -.eenigszins
naar rubber smaken.
Het is te hopen, dat vereenigingen als
deze geen navolging vinden want het lijkt
ons niet alleen buitengewoon lastig om eiken
dag onderdeelen van de meest verschillende
diersoorten te krijgen, maar tevens een groot
gevaar voor onze dierentuinen, dié door der
gelijke proefnemingen moeite zouden krijgen
met het aanvullen hunner collecties.
Evenwel kan niet ontkend worden, dat er
ook in ons land gastronomen zijn wier ge
dachten van den morgen tot den avond naar
iekker eten en drinken uitgaan en zij zullen
verstandig doen voor hun kok of keukenmeid
zoo spoedig mogelijk het standaardwerk te
bestellen, dat thans ij Gebr. Kluitman in
een zeer aantrekkelijk kleedje is verschenen
Het bevat niet alleen de reeepten voor
allerlei koude en warme gerechten en hu»
bereidingswijze, het geeft ook voor alA
maanden van het jaar passende menu's zflfc
wel eenvoudige als meer samengestelde en
het vertelt daarbij aan de hand van allerlei
plaatjes, waaronder vele gekleurde afbeeldin
gen, hoe een en ander klaar gemaakt moet
worden, welke de waarde der verschillende
voedingstoffen is en hoe het gerecht versierd
en opgediend moet worden. Dit bijna 650
bladzijden dikke boek is als het ware een en-
cyclopaedie. Het vertelt niet alleen wat assen
haas, roastbeaf enz. eigenlijk is, maar het
geeft er gekleurde afbeeldingen van en
daarnaast teekeningen van een koe, een kalt
enz. met aanwijzing op welke plaatsen de ver
schillende vleeschsoorten bij het levende dier
2ijn te vinden. Natuurlijk zijn er ook afbeel
dingen van groenten, van eetbare vogels en
van diverse soorten visschen. Er zijn speciale
hoofdstukken over kookkunst, vaktermen,
voedingsmiddelen enz. en door al die samen
vattende beschrijvingen welke aan de recep
ten voorafgaan, konden deze kort en zakelijk
worden gehouden, waardoor de verbruiksters
zich allicht nog zullen wagen aan variatie»
cp den aangegeven grondslag.
De bewerkster heeft veel van het oorspron
kelijke boek, voor zooverre nieuwere inzich
ten zich hadden baan gebroken, laten weg
vallen of naar de hedendaagsche practijk
veranderd en verbeterd en de goede grond
slag van het Duitsche standaardwerk is uit
gebreid met wat de Fransche keuken kan bie
den en wat meer pasklaar voor de Neder-
landsche behoeften is gemaakt.
Bovendien is-uitvoerig aangegeven in wel
ke maanden van het jaar verschillende niet
inheemsche levensmiddelen aan de markt
worden gebracht. Een apart hoofdstuk is
aan verschillende wijnsoorten, hun afkomst
en bewaring gewijd en uitvoerig wordt ge
schreven bij welke gerechten en op welke
wijze ze geserveerd moeten worden.
Wie zich dit kookboek aanschaft wordt
volkomen ingewijd in alle geheimen van de
keuken. Hij vindt er de recepten voor de een
voudigste gerechten en uitvoerige gegevens
voor de meest uitgebreide menu's. Niet al
leen voor koks en keukenmeiden in hotels en
restaurants zal dit boek een vademecum blij
ken, ook de eenvoudige huisvrouw zal er zoo
veel wetenswaardigs in vinden dat zij den
gullen en daarbij niet onverstandigen
echtgenoot die het haar cadeau doet,
daarvoor altijd dankbaar zal blijven.
Een oud-Hollandsch spreekwoord zegt, dat
de weg naar het hart van den man door de
maag gaat. Aan de vrouwen, die van de
liefde van haar mannen verzekerd willen
blijven, kunnen we dit standaardwerk in alle
opzichten aanbevelen.
Tj.
Bjj Gebr. Kluitman te Alkmaar zijn weer
eenige aardige jongensboeken verschenen.
Uit Pinkie's jonge dagen, door R. Feen
stra, vertelt van een prettig dorp, waar de
jongens en meisjes op school heel gezellig
met meester Witteveen omgaan. Rijk is de
sterkste en beste van alle jongens, maar hij
is de zoon van een armen schilleboer en Fe
lix van Schonegevel, een nieuwe jongen, die
uit Indië op het kasteel bij zijn grootmoeder
komt kan niet goed hebben, dat Rijk Dem-
mer zooveel sterker en flinker is dan hij. Op
een gemeene manier laat hij Rijk er dan ook
inloopen, maar hij krijgt spoedig berouw van
zijn daad en vanaf dat oogenblik zijn de
jongens gezworen kameraden, die allerlei
avonturen beleven en op een kamjjeerpartij
in het bosch er o.a. toe medewerken, dat een
paar beruchte stroojjers gearresteerd kunnen
worden. Pinkie, die zooveel van konijnen
houdt, is aller vriend en is dan ook een
trouwe makker bij allerlei guitenstreken.
van bekend, want Hanna, die haar bediende,
had ook geen woord méér gesproken, da:i
strikt noodig was. Ze begreep wel, dat de
patiënt geen bewoner van het huis was en de
dokter had haar verteld, dat hij het leven
dankte aan den moed van Miss Armstrong;
maar, toen zij in het lijdend gelaat opkeek,
voelde ze bij intuïtie, dat er meer achter dit
eenvoudige feit school.
Fluisterend vroeg Mary:
„Mag ik hier bij u blijven? Ik kan toch
niet rusten en ik zal heel stil zitten. Toe, zend
u mii niet weg!"
„U hoorde in bed te zijn. Want u heeft een
ergen schok gehad en later zult u ook voor
het verplegen noodig zijn."
„Denkt u dan,dat er eenige hoop is,
at hij weer beter wordt?"
„Zeker, En na dat ik weg ben, zullen uw
diensten verlangd worden."
„Maar zoodra hij weer bijkomt, zal hij' mij
liever niet willen zien. Daarom zou ik zoo
graag nü blijven, nu hij mij nog niet kent."
„Hebt u dan met hem gekibbeld?"
„Dat niet bepaald, maar er was een mis
verstand tusschen ons, en hij ging heen;
ik had hem gezegd, dat hij gaan moest".
De zuster stond haar plaats aan het bed
aan Mary af, schoof zelf een anderen stoel
naderbij en zoo deelden zij samen de lange
nachtwake. Tweemaal kwam de dokter kijken
en hij toonde in het minst geen verwonde
ring, toen hij Mary daar zag. Zij liet ook
niet de hand1 van den patiënt los, die zij
steeds in de hare gevat had, want zij gaf er
niet om, wat er van haar gedacht of gezegd
werd. "f'-r- -o»
i iWordt vervolgd).