Alkmnlie Courant. Radio-hoekje FEUILLETON. De betalende logé> Dames dx Kinder Weeding Eerst kijken bit Roeken Jeugdlectuur Kmiird twee en dertigste Jaargang. lfacantiegenoegens en Reisbrieven. Hoeden. No. 140 1930 Oinsdag t7 Juni Woensdag 18 Juni. Hilversum, 298 Ai. (Na 6 uur 1071 Ai.) 10.-10.15 Morgenwijding. 12.—2.— Con cert. A. V. R. O.-Kwintet. 2—2.30 Radio- iKinderkoorzang onder leiding van Jacob Hamel. 2.303.Liedjes en verhaaltjes door Bep KroesVoogd en A. D. Hilde- jbrand. 3.4.Gramofoonplaten. 4.4.30 Ipjano-studies door Egb. Veen. Toelichting door Louis Schmidt. 5.5.30 Gramofoonpl. 5-306.Aansl. van het Tuschinski-Theater ite Amsterdam. Het Theater Orkest. 6. (Tijdsein. Daarna: Vervolg concert. 6.30 jKoersen. 6.407.Gramofoonpl. 7.7.30 ïlenry Drabbe: „We varen met een Neder- landSch vrachtschip den Waterweg uit". 7.30 8.Optreden van het Wladimir Piqué (Trio. 8.01 Opera-concert. Nini Roussel, colo- ratuurzangeres. Gaston Bastin, bariton. (Louis Dister, tenor. -Milorade Yovanowitch, basse-chantant). Het versterkt Omroeporkest. 9.15—9.45 Pianorecital door Suzie Minden. 9.4510.30 Vervolg Opera-concert. 10.30 Persberichten. Gramofoonplaten. 12.Slui ting. Huizen, 1875 AI. (Uisluitend N. C. R. V.) 8.159.30 Concert. 10.3011.Zjeken- dienst. 11.11.30 Gramofoonpl. 11.30 j!2.30 M. F. Jurjaanz, harmonium). 12. 112-15 Politieber. 12.30—2.Concert. Zang, (viool, cello en piano. 2.2.45 Concert. IMevr. H. ScheffelaarKlots, le viool. W. Boeken, 2e viool. F. Leidner, alt-viool. C. de (Wilde, cello. 2.453.15 Lezen van Chi. (Lectuur. 3.15—4.15 Vervolg concert. 4.15 5.Gramofoonpl. 5.6.Kinderuurtje. 6.-6.30 Gramofoonpl. 6.307.Declama tie door E. M. F. Prins. 7.-9.Zangcon cours uit Zwolle. Gemengde- en Mannen koren. 9.Politieber. 9.10.Carillon bespeling door J. Vincent op het Kon. Paleis te Amsterdam. 10.—10.10 Persber. 10.10— 11.Gramofoonpl. 11Pnce,n(r¥' 1554.4 Ai. 10.35 Morgenwijding. 11.05 Lezing. 12.20 Gramofoonpl. 1.20 Or kestconcert. 2.20 Concert. M. Ingham, so praan. J. Buckley, bariton. 2.50 Uitz. voor i Concert. H. Isaacs, piano. Gril le'' Strijkkwartet. 5.05 Orgelspel door R. New. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lezing. 6.35 Nieuwsberichten. 6.50 Lezing. 7.— Het Bro- sa Strijkkwartet. 7.20—7.40 Lezing. 7.45 Le zing. 8.05 Dansmuziek. 8.50 „La Traviata", eerste bedrijf. Opera van G. Verdi. 9 20 Nieuwsberichten. 9.45 Lezing. 10.15 Concert Dameskoor en orkest. 11.Dansmuziek. 11.3512.20 Dansmuziek. Pari/s „Radio-Paris", 1725 Ai. 12.50—2 20 Gramofoonpl. 4.05 Orkestconcert en soli 8.20 „Louise". Opera van G. Charpentier Koor, orkest en solisten. 1020 Concert Piano met orkest. Langenberg, 473 Ai. 7.25—7.50 Gramo foonplaten. 7.508.50 Orkestconcert. 10.35 —11.35 Gramofoonpl. 12.30 Gramofoonpl 1.252.50 Concert. Orkest en bas. 5 50— 6.50 Gramofoonpl. 8.20—10.20 Concert. Or kest en viool Daarna tot 12.20: Orkestcon eert. Kalundborg, 1153 Ai. 12.20—2.20 Orkest concert. 3.50—5.50 Orkestconcert. 8.20— 10.05 ca. Orkestconcert. 10.5511.30 So naten-concert. Viool, cello en piano. 11.30 12.50 Dansmuziek. Brussel, 508.5 Ai. 5.20 Trio-concert. 6.50 Gramofoonpl. 7.20 Gramofoonpl. 8.35 Gra mofoonpl. 8.50 Gala-avond ter herdenking van den slag bij Waterloo. Concert en toe spraken. Zeesen, 1635 Ai. 6.107.20 Lezingen. 7.207.50 Gramofoonpl. 10.5012.20 Be richten. 12.201.15 Gramofoonpl. 1.15 2.20 Berichten. 2.203.20 Gramofoonpl. 3.204.20 bezingen. 4.205.50 Concert. 5.50—8.20 Lezingen. 8.20 „Knoblauch". Blijspel van Robert Walter. 9.20 Proefuitz. van een radio-telegr. verbinding met San Francisco. 9.50 Liederen door Margarete Roll, sopraan. 10.20 „Orpheus" 193031. Hoorspel van R. Seittz en P. Dessau. Daarna Orkestconcert. De Passiespelen 1930. (Slot.) Na de pauze. Nadat om kwart voor twaalf het eerste ge deelte van de spelen was beëindigd, werd een Eauze van twee uur gehouden. De duizenden ezoekers verlieten in een oogwenk het theater door de vele deuren. Tijdens de middaguren, op straat, voor- tijdens en na het diner is het spel en de spelers het eenige onderwerp van de gesprekken. Engelschen en Amerikanen raken niet uitgeput met het stereotiepe very nice en eenparig is dan ook het verlangen om het volgende gedeelte van het drama te aanschouwen. Tegen half twee klinkt weer een schot over de bergen en door de dalen en de duizenden bezoekers, waarvan velen gewapend zijn met camera's, waarmee allerhande straattafreel- ijes worden vereeuwigd, spoeden zich dan ook weer naar hun plaatsen. Precies twee uur vangt het tweede gedeelte aan. De handeling van dit tweede gedeelte gaat van de gevan genneming van Christus in de hof van Olij ven tot de veroordeeling door Pilatus. De achtste voorstelling toont Jezus voor Annas met als stilbeeld: De profeet, die den koning de waarheid zegt, waarvoor hij een oorvijg krijgt en de handeling: Jezus voor het paleis van Annas, waar hij in het aangezicht wordt geslagen en de wegvoering van den Christus door de bende. IX Christus wordt door den hoogen raad veroordeeld. Judas komt berouwvol in de vergadering. Stille beelden: De onschuldige Naboth wordt door valsche getuigenissen ter dood veroordeeld en Job ondergaat geduldig alle beschimpingevan zijn vrouw en zijn vrienden Handeling: Solospel van Judas, die zich schuldig gevoelt aan den dood van zijn •meester. De synagoge. Ondervraging van Jezus door Kaiphas. De komst van Judas in de synagoge tijdens het verhoor. De verloo chening van Petrus. Solospel van Petrus. De kerker, De bespotting. X. De vertwijfeling van Judas. Stilbeeld: De broedermoordenaar Kaïn d\vaalt met een kwellend geweten over de aarde. Handeling: Solospel van Judas en den zelfmoord. IX. Christus voor Pilatus. Christus te mid den der woedende menigte met de hooge pries ters Kaiphas, Annas e.a. voor het huis van Pi'atus, Pilatus op het terras van zijn wo- Naar het Engelsch van K. CAMERON WARD. <1) Het was, of het idéé alleen, van menschen, die helpen konden, Mary weer kracht en hoop schonk. Gezamenlijk lichtten zij een hek uit de scharnieren en gebruikten dit als baar Zoo werd Thursten Warwick ten tweeden male op Ladywood binnengedragen; en eerst, nadat hij te bed lag en twee mannen te paard in verschillende richtingen naar een dokter waren gestuurd, begaven Mary de krachten en viel zij flauw in de armen Hanna. van Dienzelfden avond nog had het gerucht zich in het dorpje Meiten verspreid van het ongeluk, dat den logé op de pastorie over komen was. Het zou nog de vraag zijn ge weest, of het 't huis van den dominee zeiven zou bereikt hebben, als Jane niet toevallig dien avond bij haar moeder was geweest. Ze kwam eerst vrij laat terug en in de eetkamer barstte zij in snikken uit en deed een heel verward verhaal van het ongeluk, dat mr. Warwick overkomen was. De dominee on dervroeg haar streng, maar hij werd er niet Vëel wijzer door. Sommigen zeiden, dat Warwick zelfmoord bad gepleegd; anderen meenden, dat zijn kreupel been zeker uitgegleden was en dat hij zoo te water zou zijn gevallen en ver dronken was. Ook warop er, dié „qr meer ning. Pilatus zendt de menigte naar Herodes. XII. Christus voor Herodes. Stilbeeld: De gevangen Samson moet de Philistijnen die nen. Handeling: Herodes behandelt Christus met spot en hoon en zendt hem weer naar Pilatus terug. Pilatus verschijnt weer met zijn gevolg op het terras van zijn woning. De geeseling. XIII. Jezus wordt tot den kruisdood ver oordeeld. Stille beelden: Joseph wordt als de vader des lands voorgesteld en het offeren van één der twee bokken voor de zonden der menschheid. Handeling: Pilatus toont aan de menigte den gegeeselden en met een doornen kroon gekroonden Jezus. Het volk eisoht de vrijlating van Barabas en den dood van Christus. De standvastigheid van Pilatus wordt met dreigementen ontvangen. Nog maals bepleit hij de onschuld van den Chris tus en spreekt daarna Barabas vrij en veroor deelt Christus ter dood. Hierna vangt het laatste en meest indruk wekkende gedeelte van het spel aan. Het der de deel omvat de handeling na de veroordee ling door Pilatus tot de glorierijke hemel vaart van den Heer. XIV. De kruisweg. Stille beelden. Izak tot het offeren van zijn zoon besloten bestijgt het gebergte en Mozes plaatst een slang op zijn staf. Handeling: Christus, gebukt onder hei kruis op weg naar Golgotha en ontmoet zijn bedroefde moeder. Simon van Cyrene wordt gedwongen het kruis te dragen. Vrouwen uit Jeruzalem bev enen Jezus. XV. Jezus op GoJgotha. Een melodrama tische proloog waarna de volgende handeling zich afspeeld. Jezus wordt aan het kruis ge nageld opgeheven. De bespotting. Jezus laat ste woorden. De afname van het kruis. De bewaking van het graf. Begrafenis van het lichaam van Jezus. XVI. De opstanding. Grafgezang. Hande ling: De wachters bij het graf. Magdalena en de vrouwen bij het graf. Daarna de slotvoorstelling, het tableau: De triomph en de verheerlijking van Christus. Tijdens het heele spel, van tweemaal vier uur aan één stuk, waarbij men absoluut den tijd vergeet, komt men zoo onder de bekoring van het spel, dat men hier geen spel, maar werkelijkheid ziet gebeuren. .Zoo bijvoorbeeld de massa-scene van den feestelijken intocht van Jezus in Jeruzalem en zijn optreden in den tempel, worden zoo gespeeld, dat men zegt: Zoo is het geweest. Van de hoofdperso nen gaat een dusdanige suggestieve kracht uit dat men geen Alois Lang op het tooneel ziet maar den grooten Nazareener, de heer en meester. Een prachtiger tyne had men be zwaarlijk voor den Christusr unnen vinden. Alois Lang is en blijft gei__rende het ge heel spel de prominente figuur. Hij blijft de hoofdpersoon waarom het geheele drama zich afspeeld. Koninklijk, overheerecbend beminnelijk en onderdanig is zijn optreden en zonder een woord te spreken blijft de aan dacht van het publiek steeds op hem geves tigd. Met groote waardeering schrijft en spreekt men over den vroegeren Christusrol- vertolker Anton Lang, die drie malen deze rol speelde, maar zonder iets aan zijn presta tie af te doen, schijnt mij toch, dat men in Alois Lang die imposantte en krachtige fi guur voor deze rol heeft gevonden. Met deze hoofdpersoon moet in één adem Guido Mayr genoemd worden, die op onovertref bare wijze de rol van Judas vervult. Even majesteitelijk en hoogverheven als Alois Lang den Christus voorstelt, even expressiet toont Guido Mayr 'ons de judas, die men gaat haten. Zijn solospel op het groote too neel is zoodanig, dat men de prachtige ruim te om hem heen totaal vergeet en alleen den mensch ziet met zijn lage en verraderlijke plannen of daarna de wanhopige leerling, nadat hij heeft ingezien, dat hij zijn heer en meester aan beulen heeft overgeleverd. Men voelt het aan en leeft het mee. Dat men deze man om zijn rol zou haten is een verzinsel. Integendeel, we zagen hem zich temidden van een 15 tal Amerikanen in druk gesprek naar het theater begeven. Men acht hem zeer hoog om zijn prachtige creatie. Met deze twee, ver boven de andere mede spelenden uitstekende figuren geven Mei- chior Breitsamter als Pilatus Hans Lang als Johannes, Johanna Preisinger als Ma ria Magdalena, Hugo Rutz als Kaiphas, Hans Mayr als Herodes, Annie Rutz als Maria en Peter Rendl als Petrus prachtig spel te aanschouwen. Zwaar en groot is de rol van Hugo Rutz als Kaiphas en men voelt ook in hem den hatenden Kaiphas, ter wijl Melchior Breitsamter met zijn prachtige kop de geboren Pilatus is. Prachtig spel geven Pilatus en Kaiphas te zien in hun twistgesprek over de schuldigheid van Jezus Veel is er geschreven over de Mariarolver- tolkster Annie Rutz, maar hoewel zij zeer aangrijpend spel vertoont, treedt zij niet zoo op den voorgrond, daar de passie zich hoofd zakelijk afspeeld zonder de aanwezigheid van de Moeder des Heeren. Als zij echter in het derde geeelte op het proscenium ver schijnt en angstig naar haar zoon vraagt, dan treft die smartelijke uitdrukking en haar roep de geheele zaal en vooral het moment waarop zij haar zoon onder de last van het kruis ziet verschijnen is zoo aangrijpend, dat een siddering door de zaal gaat. Zeer velen raken dermate onder den indruk, dat een groot gedeelte van het daarop volgend spe voor hen verloren gaat. Later, wanneer in het derde gedeelte Christus aan- het kruis ge nageld wordt opgeheven en hij temidden van de moordenaars op Golgotha wordt ten toon gesteld, komen bijna allen onder den indruk en vooral vrouwen worden zoo diep getrof fen bij het zien van de vernedering en hel lijden van den grooten Nazareener, dat aan de overvloedige tranen den vrijen loop wordt gelaten. Vooral ook bij de bekende woorden: „Het is volbracht!" „Vader, in' uwe handen beveel ik mijn geest!" weet Alois Lang zoo te suggereeren, dat men zich op Golgotha waant. In de nog volgende tafreelen komt de groote technische volmaaktheid van het too neel aan den dag. De afwenteling van den steen. Het verschijnen van de engel en het prachtige slottableau, de triomph en verheer lijking van den Christus, vereischten ook een Amsterdam, Nieuwendijk 225/229. Utrecht, Oude Gracht 151. achter zoohten", want de veldwachter uit de plaats had getelegrafeerd om een collega uit Elverston, eer hij zich naar Ladywood had begeven. Eveneens werd er van gespro ken, dat Miss Mary Warwick gevonden had en dat zij hem naar haar huis had laten brengen, terwijl er twee doktoren bijgeroepen werden, iets wat vrijwel overbodig werd ge acht, daar men hem algemeen dood1 waande. Allen op de pastorie waren evenzeer ont daan; de tweelingen snikten luide. Juliet was ook geheel van streek en ieder was zoozeer vervuld van het droeve nieuws, dat niemand er feitelijk acht op sloeg, hoe stil Clover was en wat een angstige blik er in haar oogen te lezen stond, toen zij zich naar haar slaap kamer begaf en zich daar opsloot. Ze durfde niet naar bed ga.n, maar bleef bij het maanlicht in de vensterbank zitten. Ze hoorde de anderen naar boven gaan en ook later haar vader de huisdeur binnen komen, maar zij durfde hem niets vragen. Zoo bleef zij daar maar ziten en hoorde de klok het eene uur na het andere slaan, terwijl haar schuldig geweten haar niet met rust liet. Haar hoefde eigenlijk niet verteld te-wor den, hoe het drama zich toegedragen had: zij wist me- een zekerheid, of ze er bij ge weest was, dat Daft Davy Thurston gedood had, in de hoop, haar welgevallig te zijn. En zelfs al was het nu zoo erg niet afgeloopen, en zou Warwick dus niét dood zijn, dan maakte dit nog weinig verschil: Daft Davy zou natuurlijk gevat worden en op zijn im beciele wijze zou hij haar er ook bij noemen. Dit zc-u dan het einde wezen van haar plan nen-smeden, om er twee tot den ondergang te brengen. Terwijl zij dus njet ae bagden onder de kin in de vensterbank zat, had zij heelemaai uit het oog verloren, dat ze van buitenaf dui delijk gezien kon worden en dus schrikte zij geweldig, teen er 'n kiezelsteentje tegen de ruit werd gegooid. Voorzichtig deed zij de verandadeur open en keek uit. Daar beneden stond Daft Davy; zijn oogen leken wel zwarte, fonkelende diamanten in zijn linnen- wit gelaat. Hij wilde gaan spreken, maav met een gebaar legde zij hem het zwijgen op. Zij ging eohter door de verandadeur naar beneden; geruischloos en met haar hand op zijn arm leidde zij hem op zij van het huis, waar enkel de vensters van War- wicks kamers op uitkwamen. ,Nu waarom ben je hier gekomen? Wat heb je mij eigenlijk te vertellen?" fluis terde zij. „Ik hèb 't gedaan, Miss Clo!" zei hij, de beenige handen wringend. „Ik heb hem ver dronken. Hij kan u geen leed meer doen!" „Hoe kom je er bij, dat hij dood zou zijn?" „Ik heb hem gezien. Miss Mary heeft wel haar best gedaan voor hemmaar ik zag zijn gezicht, toen ze hem op de baar ver voerden; hij was lijkwit." „Gek, die je bent!" siste Clo. „Ze zullen je nog hangen voor je misdaad! Dat was mijn bedoeling niet; dat begreep je toch wel? Ik zei het maar in drift! En wat zal er nu van mij worden?" „Zouden ze u dan ook willen hangen?" „Natuurlijk. Als jij vertelt, dat ik je ge zegd hebt, om hem te dooden, dan zullen ze mij ook hangen!" „Maar ik zal het hun niet vertellen. Ik zal den mond stijf dichthouden." „Ze zullen 't er wel uit weten te halen; dat verzeker ik je! Ze zullen je net zoo lang vra gen eg plfigen, tot ze er achter zijn, Q, wat zeer bijzondere decoratie. Maar technisch volmaakt en een prachtige decoratie stellen Lang in staat zich in het slottableau hoog verheven boven de aarde en zwevend in de wolken nog eenmaal en dan als de verrezen en verheerlijkte Christus, aan de toeschou wers te doen zien. Daar ziet men hem in zijn vaMe heerlijkheid als de Heer en Meester, die zijn leven gaf voor de zondige menschheid Zoo hebben wij het mysterie van Oberam mergau gezien en meegeleefd. En hoewel velen begrijpelijkerwijze een zekere angstval ligheid zullen toonen om het lijden en sterven van Jezus te gaan zien, moet toch gezegd worden, dat van dat spel zooveel uitgaat, dat al wat minderwaardig in 's menschen geest leeft, wordt onderdrukt en de Uebermensch, zooals de Duitscher het uitdrukt, naar boven komt. Wanneer men dat spel eenmaal gezien heeft, staat het vast, dat alleen door een eeuwenoude traditie, dit peil en dit menschen- materiaal voor zulk een spel alleen daar is verkregen. Het particuliere leven van alle medespelenden wordt zoo nauw in verband gebracht met de door hen te vervullen rol, dat de spelers en speelsters ter wille van hun verkiezing zichzelf behoeden voor daden, welke in strijd zouden zijn met de zuiverste begrippen van mentaliteit en moraliteit. De reeds eeuwen heerschende zelfveredeling heeft in Oberammergau typen doen ontstaan, welke voor de vervulling van die rollen in het pas siespel allernoodzakelijkst zijn. Veel en uitvoerig wordt er over het spel en de spelers gesproken en typeerend is het, dat de bezoekers van de spelen 's avonds na dé voorstelling, die te 6 uur is afgeloopen, geen neiging vertoonen om na het avondeten eens gezellig uit te gaan. Men sluit zich op. Men schrijft. Men praat met anderen of men me diteert en men vergeet de vacantie, waarin toch uitgaan en pleziermaken de hoofdfac toren plegen te zijn. We troffen liet in zooverre niet, dat later op den avond een hevige donderbui met stort regens de enkele wandelaars nog naar binnen joeg, maar bij informatie bleek wel, dat de bezoekers van de spelen na de voorstelling rustiger en meer inzichzelf gekeerd zijn dan de avond te voren. Zoo werkt het spel van deze spelers op de bezoekende menschheid Nochthans was één der Amerikanen niet dus danig met goede voornemens bezielt, dat hij niet kon nalaten met groot gebaar de bedie nende dochter van onzen gastheer een waar deloos Roemeensch geldstuk in de hand te stoppen voor de vele diensten aan hem be wezen. Maar we hopen, dat de stelregel op gaat, een uitzondering. Oberammergau, 19 Mei 1930. F. F. en W. V. Nieuw geïllustreerd kookboek, van Lina Aiorgenstern. Voor Nederland bewerkt door H. Ai. S. J. de Holl, ex-diredrice der Huis houdschool te Den Haag. Uitgave Gebr. Kluitman te Alkmaar. Wij herinneren ons nog de geschiedenis van een dief, die terecht stond omdat hij een kip had gestolen. Hij verdedigde zich door te vertellen, dat hij volgens het recept van een kookboek kippensoep had willen maken. „Neem een kip" stond daarin. Er stond dus niet „koop een kip", maar „neem een kip" en toen had hij er dus maar een genomen. Neem dit en neem dat, zoo was het begin van alle recepten uit de kookboeken onzer moeders en grootmoeders, maar ook daarin blijkt verandering te zijn gekomen want in het standaardwerk op culinair gebied, dat op het oogenblik voor ons ligt is er van „ne men" geen sprake meer, maar wordt alleen verteld wat men voor het bereiden van aller lei spijzen noodig heeft en hoeveel van eik- der onderdeelen daarbij gebruikt moet wor den. Er bestaat in Parijs 'n Société d' Acclimata tion, een club van lekkerbekken, die zich ten doel heeft gesteld jaarlijks een diner te ge ven waarbij de meest gewaagde kookproeven worden genomen. Het zijn als het ware futuristen op culi nair gebied en zij willen de samenstelling der menu's in andere banen leiden door den smaak en de gewoonten te veranderen. Zij nemen daarom eetproeven waarbij schotels van geheel nieuwe samenstelling ter tafel gebracht worden, zij hebben kameelbult ge geten, ppthons, muilezels, leeuwenwelpen en "zich bij hun laatste diner aan kangeroe- staartsoep gewaagd. Volgens het nieuwste futuristische kook boek moet kangeroestaart niet geschild wor den maar twee uur met de huid gestoofd en dan moeten er allerlei kruiden, Spaanschc peper en madeirawijn aan toegevoegd wor den. Een Fransch journalist, die van de soep zal ik beginnen!" Met den innig-droeven blik van een hond, die geschopt wordt, sloop Davy weg. Zij ging ook weer naar boven. Toen ze op haar eigen kamer kwam, merkte zij, dat de auto-sjaal, die ze omgeslagen had, haar van de schouders gegleden was. Ze moest dan maar vroeg op den ochtend er naar gaan kijken. Misschien kon ze het ding wel zien uit het venster van de slaapkamer van War wick. Ze zou dan meteen eens even gaan kijken, of Davy al weg was. Op de teenen sloop ze naar de kamer van Warwick keek uit, maar in den helderen maneschijn was niets te zien; zoomin van Davy als van de auto-sjaal. Het was nacht en overal heerschte doodsche stilte op Ladywood. Meer dan vier-en-twin- tig uren waren er verloopen, sinds Thurston Warwick naar boven gedragen was, naar een van de ruime slaapkamers; en nog altijd lag hij daar bewusteloos. De dokter, die bij hem gebleven was, was ook wat rust gaan nemen, nadat hij de pleegzuster eerst strenge orders had gegeven ,om hem vooral onmid dellijk te roepen, zoodra de minste verande ring intrad. Vandaar dat zij steeds strak den blik gericht hield op het doodsbleeke gelaat van den patiënt, dat wegens de wonde aan iet voorhoofd verbonden was. Zoodra zuster Stewart eenige beweging vernam in het vertrek, wendde zij het hoofd om. Mary was geruischloos binnengetreden en stond nu naar den patiënt te kijken, met zulk een innigdroeven blik, dat zelfs de strenge zuster er zich door bewogen voelde en haar zachtjes de hand streelde. Buiten hetgeen zij ambtshalve van het ge val jfiowt wetgp, was er hg^r ^eer weinig geproefd heeft zegt heel bescheiden, dat zij een eigenaardigen smaak heeft, maar kan niet nalaten te verklappen, dat de in die soep drijvende stukjes kangeroestaart -.eenigszins naar rubber smaken. Het is te hopen, dat vereenigingen als deze geen navolging vinden want het lijkt ons niet alleen buitengewoon lastig om eiken dag onderdeelen van de meest verschillende diersoorten te krijgen, maar tevens een groot gevaar voor onze dierentuinen, dié door der gelijke proefnemingen moeite zouden krijgen met het aanvullen hunner collecties. Evenwel kan niet ontkend worden, dat er ook in ons land gastronomen zijn wier ge dachten van den morgen tot den avond naar iekker eten en drinken uitgaan en zij zullen verstandig doen voor hun kok of keukenmeid zoo spoedig mogelijk het standaardwerk te bestellen, dat thans ij Gebr. Kluitman in een zeer aantrekkelijk kleedje is verschenen Het bevat niet alleen de reeepten voor allerlei koude en warme gerechten en hu» bereidingswijze, het geeft ook voor alA maanden van het jaar passende menu's zflfc wel eenvoudige als meer samengestelde en het vertelt daarbij aan de hand van allerlei plaatjes, waaronder vele gekleurde afbeeldin gen, hoe een en ander klaar gemaakt moet worden, welke de waarde der verschillende voedingstoffen is en hoe het gerecht versierd en opgediend moet worden. Dit bijna 650 bladzijden dikke boek is als het ware een en- cyclopaedie. Het vertelt niet alleen wat assen haas, roastbeaf enz. eigenlijk is, maar het geeft er gekleurde afbeeldingen van en daarnaast teekeningen van een koe, een kalt enz. met aanwijzing op welke plaatsen de ver schillende vleeschsoorten bij het levende dier 2ijn te vinden. Natuurlijk zijn er ook afbeel dingen van groenten, van eetbare vogels en van diverse soorten visschen. Er zijn speciale hoofdstukken over kookkunst, vaktermen, voedingsmiddelen enz. en door al die samen vattende beschrijvingen welke aan de recep ten voorafgaan, konden deze kort en zakelijk worden gehouden, waardoor de verbruiksters zich allicht nog zullen wagen aan variatie» cp den aangegeven grondslag. De bewerkster heeft veel van het oorspron kelijke boek, voor zooverre nieuwere inzich ten zich hadden baan gebroken, laten weg vallen of naar de hedendaagsche practijk veranderd en verbeterd en de goede grond slag van het Duitsche standaardwerk is uit gebreid met wat de Fransche keuken kan bie den en wat meer pasklaar voor de Neder- landsche behoeften is gemaakt. Bovendien is-uitvoerig aangegeven in wel ke maanden van het jaar verschillende niet inheemsche levensmiddelen aan de markt worden gebracht. Een apart hoofdstuk is aan verschillende wijnsoorten, hun afkomst en bewaring gewijd en uitvoerig wordt ge schreven bij welke gerechten en op welke wijze ze geserveerd moeten worden. Wie zich dit kookboek aanschaft wordt volkomen ingewijd in alle geheimen van de keuken. Hij vindt er de recepten voor de een voudigste gerechten en uitvoerige gegevens voor de meest uitgebreide menu's. Niet al leen voor koks en keukenmeiden in hotels en restaurants zal dit boek een vademecum blij ken, ook de eenvoudige huisvrouw zal er zoo veel wetenswaardigs in vinden dat zij den gullen en daarbij niet onverstandigen echtgenoot die het haar cadeau doet, daarvoor altijd dankbaar zal blijven. Een oud-Hollandsch spreekwoord zegt, dat de weg naar het hart van den man door de maag gaat. Aan de vrouwen, die van de liefde van haar mannen verzekerd willen blijven, kunnen we dit standaardwerk in alle opzichten aanbevelen. Tj. Bjj Gebr. Kluitman te Alkmaar zijn weer eenige aardige jongensboeken verschenen. Uit Pinkie's jonge dagen, door R. Feen stra, vertelt van een prettig dorp, waar de jongens en meisjes op school heel gezellig met meester Witteveen omgaan. Rijk is de sterkste en beste van alle jongens, maar hij is de zoon van een armen schilleboer en Fe lix van Schonegevel, een nieuwe jongen, die uit Indië op het kasteel bij zijn grootmoeder komt kan niet goed hebben, dat Rijk Dem- mer zooveel sterker en flinker is dan hij. Op een gemeene manier laat hij Rijk er dan ook inloopen, maar hij krijgt spoedig berouw van zijn daad en vanaf dat oogenblik zijn de jongens gezworen kameraden, die allerlei avonturen beleven en op een kamjjeerpartij in het bosch er o.a. toe medewerken, dat een paar beruchte stroojjers gearresteerd kunnen worden. Pinkie, die zooveel van konijnen houdt, is aller vriend en is dan ook een trouwe makker bij allerlei guitenstreken. van bekend, want Hanna, die haar bediende, had ook geen woord méér gesproken, da:i strikt noodig was. Ze begreep wel, dat de patiënt geen bewoner van het huis was en de dokter had haar verteld, dat hij het leven dankte aan den moed van Miss Armstrong; maar, toen zij in het lijdend gelaat opkeek, voelde ze bij intuïtie, dat er meer achter dit eenvoudige feit school. Fluisterend vroeg Mary: „Mag ik hier bij u blijven? Ik kan toch niet rusten en ik zal heel stil zitten. Toe, zend u mii niet weg!" „U hoorde in bed te zijn. Want u heeft een ergen schok gehad en later zult u ook voor het verplegen noodig zijn." „Denkt u dan,dat er eenige hoop is, at hij weer beter wordt?" „Zeker, En na dat ik weg ben, zullen uw diensten verlangd worden." „Maar zoodra hij weer bijkomt, zal hij' mij liever niet willen zien. Daarom zou ik zoo graag nü blijven, nu hij mij nog niet kent." „Hebt u dan met hem gekibbeld?" „Dat niet bepaald, maar er was een mis verstand tusschen ons, en hij ging heen; ik had hem gezegd, dat hij gaan moest". De zuster stond haar plaats aan het bed aan Mary af, schoof zelf een anderen stoel naderbij en zoo deelden zij samen de lange nachtwake. Tweemaal kwam de dokter kijken en hij toonde in het minst geen verwonde ring, toen hij Mary daar zag. Zij liet ook niet de hand1 van den patiënt los, die zij steeds in de hare gevat had, want zij gaf er niet om, wat er van haar gedacht of gezegd werd. "f'-r- -o» i iWordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 5