Studiereis naar het Rijnland. avonturen van een verkeersagent je. RecMsgaken Binnenland Rijn, Moezel en Eifel in telegram formaat. Düsseldorf. Keulen. 0.06 0.2a Aan den heer N. A. Doffer, gemeente- bode alhier, is op zijn verzoek door den Com missaris der Koningin met ingang van 1 Juli j.1. eervol ontslag verleend als buitengewoon veldwachter dezer gemeente. OTERLEEK. De schoolstrijd. Zooals men zich zal herinneren, zijn er reeds heel wat woorden gewisseld in den Raad <lezer gemeente over het bouwen van een twee- of drieklasse-school. De meerderheid sprak zich uit vóór een tweeklasse-school, na hevige bestrijding door de minderheid. Deze minder heid, bestaande uit de leden Baltus, Heringa en Witteveen, heeft zich tot Ged. Staten ge wend met een verzoeksenrift het besluit van de meerderheid niet goed te keuren, dan na ingesteld onderzoek. Tevens verzoeken zij daarin hunne zienswijze voor Ged. Staten uit een te mogen zetten. Van Ged. Stalen is thans bericht ingeko men, dat zij hunne beslissing hebben ver daagd, zoodat het laatste woord in deze kwes tie nog niet gesproken is. GROOTEBROEK. Bij beschikking van den Minister van De fensie is aan den dienstplichtige J. Kok, uit deze gemeente, voor goed vrijstelling van den militairen dienstplicht verleend. CASTRICüM. Aanvaarding Legaat. Bij Kon. Besluit van 13 Juni jl. no. 64 is toestemming verleend aan het parochiaal kerkbestuur van den H. Pancratius alhier en aan het bestuur van het parochiaal armbe stuur tot het aanvaarden van de legaten ver maakt aan deze instellingen door wijlen den heer Jb. Liefting alhier. UITGEEST. Mond- en klauwzeer. In deze gemeente doen zich 2 gevallen van mond- en klauwzeer voor en wel onder het vee van de veehouders Cornelisse en van Weelderen. Het vee loopt in het land gelegen in den polder De Zien. Kunst na Arbeid. Op het driedaagsch nationaal zangcon- tours te Gouda gehouden, ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de Gemengde Zangvereeniging „Gouda" heeft de zaugver- eeniging „Kunst na Arbeid" alhier in de tweede afdeeling met 322 punten een eerste iprijs behaald. Het verplichte zangnummer was „Molentje" van.Keereweer en als vrije nummer werd gezongen „Salve Regina" van Oberhoffer. SCHOORL. Het zomerfeest van de V.V.V. alhier be looft dit jaar schitterend te worden en alle vorige te overtreffen. De grootste attractie, die de commissie 't meeste werk geeft, is wel het nummer, waarmee Zondag 27 Juli het feest geopend wordt. Dan heeft n.1. de op voering plaats van het sprookje of de legen de, zoo men wil, van „de Rattenvanger van 'Hameln". Zooals men weet, is deze legende uit de middeleeuwen ontstaan door de groote rattenplaag, die 't stadje Hameln teisterde De schout en schepenen vergaderen en be spreken uit den treure deze plaag. Daar komt uit de saamgekomen menigte de Rat tenvanger naar voren, die belooft voor 100 goudstukken 't stadje van de plaag te bevrij den. Hij wordt daartoe na veel loven en bieden gemachtigd en terwijl'hij zijn fluit bespeelt, zien we uit de huizen de ratten (hier door een 50-tal kinderen in rattencostuum voorgesteld) verschijnen en den fluitspeler volgen op zijn schreden. Hij verdwijnt met hen in een grot en komt om zijn belooning. De menschheid bleek echter in den goeden ouden tijd al even weinig betrouwbaar als in onze verlichte eeuw, de vroede vaderen wei geren de belooning uit te keeren. Daar neemt de Rattenvanger opnieuw zijn fluit en lokt nu de kinderen naar buiten, dit 't zelfde lot van de ratten moeten ondergaan. Nu echter loopen de moeders te hoop en maken 't den Schout en zijn schepenen zoo lastig, dat ze besluiten 't vei diende loon uit te betalen. Ziehier in korte trekken den inhoud der legende, die zich zeer goed leem om in de open lucht vertoond te worden. De commis sie ontving hiertoe de belangeloos.' medewer king van de tooneelvereeniging „Nieuw Le ven", wat zeer op prijs wordt gesteld. We zullen in vogelvlucht het pro gramma de revue laten passeeren. Zondag middag dus eerst de Rattenvanger van Ha meln daarna kinder spelen, concert fanfare korps „de Vriendschap" en tot slot gemas kerd bal. Maandagmiddag de Rijvereeniging „West-Friesland", die met een 20-tal paarden haar zeer interessante demonstraties^ zal ge ven, daarna volksspelen, bal-champêtre en om 8 uur d e attractie n.1. concert van Schoori's Gemengd Koor en Bergen's Man nenkoor, beide onder leiding van den heer .'Jonker. We behoeven over deze beide koren niet veel te zeggen, de zang is altijd subliem en klinkt op een mooien zomeravond in een omgeving, als alleen Schoorl kan bieden, bui tengewoon mooi. Een afgeschut platvorm zal er voor zorgdragen, dat 't gezongene goed wordt weergegeven. Tot slot 't altijd mooie vuurwerk, wat 't met de duinen als achter grond schitterend doet. Vermelden we nog, dat de buurtvereeniging voor een fantasti sche verlichting zal zorgen, dat er op 't ter rein diverse kermisvermakelijkheden zijn, waaronder de welhaast uitgestorven „gewo ne" draaimolen, dan hebben we niet te veel gezegd, toen we in den aanvang beweerden, 'dat 't feest dat van vorige jaren zal over treffen. Nu nog goed weer en Schoorl kan weer duizenden menschen cup haar terreinen ont vangen. DOOD DOOR SCHULD. Fietsrijder doodgereden. Voor de rechtbank te Arnhem heeft giste ren terechtgestaan M. R., Duitscher, terzake van het veroorzaken van dood door schuld Verdachte was 23 Mei met zijn auto het dorp Ede binnengereden en had bij het uitwijken voor een bakkerswagen te ver uitgehaald en een wielrijder aangereden, die zoodanig werd gewond, dat de dood onmiddellijk intrad. Eisch: 1000 boete subs. 2 maanden hech tenis. Het was een opgewekt gezelschap, dat zich Dinsdag 1 Juli uit verschillende richtingen verzamelde en in Arnhem den Duitschen trein nam met bestemming naar Duisburg. Hier kwamen in het perfecte hotel Duisbur- ger Hof een twintigtal Nederlandsche pers- menschen bijeen om van deze stad me.- de groote binnenhaven Ruhrort een studiereis langs den Rijn te maken op uitnoodiging van den Rheinischen Verkehrsverband te Godes- berg. Het is mogelijk, dat men wat ongeloovig opkijkt zooals sommigen glimlachten, aan wie wij ons reisplan vertelden en zooals ook eenigen van ons gezelschap meer de reis dan de studie in het vooruitzicht zagen. Laten wij dadelijk erkennen, dat het toeristisch gedeel te niet te kort gekomen is en dat wij soms ver gaten te stucieeren.- Maar op de eene plaats meer en elders minder, is het informatorische deel zoo geweest, dat tijdens de hitte van .ieze Juliweek meermalen de wensch werd uitgesproken, dat men kon blijven op de plaatsen was, waar men ook zonder deze oor- voegen, dat dit gewoonlijk juist op zulke plaasetn was, waar men ook zonder deze oor zaak wel gaarne zijn anker had willen uit werpen. Duisburg. In het hotel Duisburger Hof begroette ons de heer dr. H. A. Lux, onder wiens leiding de tocht gemaakt werd, en tevens maakten wij er kennis met onze gastheeren, het bestuur van de Deusch-Niederlandische Gesellschaft en van het Pressamt der stad Duisburg- Hamborn, dr. Ernst Böninger en den heer van Ravestein, bijgestaan door leden dei- pers. Het bleek dat reeds sedert enkele jaren plannen bestonden voor zulk een reis, welke kort te voren ook Zweedsche collega's ge maakt hebben. De heer Böninger begroette de gasten, sprak over de vele betrekkingen tusschen ons land en Duitschland wier binnenscheepvaart- verkeer is druk geconcentreerd in Duisburg en vermeldde o.m. dat er 16.000 Nederlan ders in deze Duitsche stad wonen en werken Zij hebben er 40 vereenigingen. De toestand is niet gunstig op het oogenblik; van elke zeven inwoners geniet er een ondersteuning. Dezelfde klacht hoorden wij ook verder op gedurende de reis. Namens het reisgezel schap dankte de heer F. Th. Holsboer, voorz. der Oostelijke Pers, voor de hartelijke begroe ting en sprak den wensch uit, dat de econo mische toestanden weldra tot herstel zouden leiden. Op het Abendessen volgde een gezel lig samenzijn op het binnenplein van het hotel, en den volgenden morgen om 9 uur nam het gezelschap plaats in den 100 P.S. Büssingwagen voor 29 personen, die door dr. Lux later als „Streitwagen" werd betiteld en die de 'Nederlandsche journalisten langs den Rijn en de Moezel heeft gevoerd, door dalen en over hoogten. Na een rit door de stad, waarbij gelegen heid werd geboden, dt oudste gebouwen te bezichtigen, den Burgplatz met Rathaus en Salvatorkerk, waarvan de geschiedenis reeds spreekt in het jaar 700, waar Karei de Groote resideerde en de eerste rijksdag werd gehouden, werden de geweldige havenwerken bezichtigd, waar de enorme voorraden ertsen worden opgeslagen. Dat zij in groote massa hier liggen, is een blijk van de slechte tijden evenals het groote aantal opgelegde schepen. Met een boot van de haven-autoriteiten werden de voornaamste havens bezichtigd, de bruggen, welke electrisch worden bediend en na een lunch, aangeboden door de Duis burger Ruhrorter Hafen A.G. in het restau rant S'iierbord, Marientorschleuse, werd het groote stadion bezichtigd. Het ligt in het bosch, dat om de stad zich uitstrekt over grooten afstand en is een voorbeeld van mo derne zorg voor sport in een stad van arbeid. Door de goede zorgen onzer geleiders kreger. wij een duidelijk beeld van het leven en den arbeid in deze groote stad. Nog denzelfden middag bereikten wij Düs seldorf, waar het gezelschap op het raadhuis ontvangen werd door den Oberbürgemeister dr. dr. h. c. Lehr, waarna de stad werd be zichtigd, het geboortehuis van Heinrich Heine werd opgemerkt, en in het bijzonder bet Wirtschaftsmuseum de aandacht trok. Het is ondergebracht in de zalen der „Gesolei", de tentoonstelling, die ook veel Nederlanders heeft getrokken. Dit museum toont vooral in overzichtelijken en leerzameu vorm velerlei wetenswaardigs op het gebied van landbouw en economie. Na het diner, door de stad aangeboden in hotel Burg, werd de „Malkasten" bezocht, de prachtige inrichting der schilders, die er het huis van den dichter Jacobi bezitten, waar Goethe zijn „Hermann und Dorothea" ont wierp. Bijzonder aangenaam werden wij er onderhouden door het bestuur onder leiding van den heer Murdfield, die met de luit voor opging door den mooien tuin en ons den kel der toonde, waar tal van kostelijke wijnen gekelderd liggen. Genotvolle uren brachten wij er door. Wii hadden onze intrek genomen in het Bahnhofhotel aan den Wilhelmplatz, welks directeur herr Werner Jr. ons geleidde. Het is er modern en uitstekend. Vroeg was het Donderdag weer dag voor de reis naar Keulen, de oude stad met den en dom, en het moderne stadion, prachtige het groot et grootste van Europa, dat 60.000 plaat sen biedt en gebouwd werd in den tijd der inflatie door werkloozen. Bezichtigd werd de tentoonstelling „Stadt und Land'', die een beeld geeft van de wisselwerking tus; :hen beide. Zij is ondergebracht in het Staaten- haus. Op de Rheinterrassen werd het Mit- tagessen genoten, gedeeltelijk onder een hevig onweer met overvloedigen regen, die de goede stemming niet konden bederven. Des namiddags ging het naar het Ahrdal, waarbij allereerst het Bad Neuenahr de aan dacht trok. Neuenahr. Rondgeleid door den Kurdirector, bezich tigden de gasten de schitterende parkterrei nen, het schoone Kurhaus en de bronnen, dronken er thee en zetten de reis voort naar Adenau, waar de toegang is tot den befaam- den Nürburgring. Daarover in den volgen den brief. M- H. W. VEREENIGING NED. FABRIKAAT. Heden hield aan boord van de salonboot „Alkmaar" van de Maatschappij Alkmaar Packet de Vereeniging Nederlandsch Fabri kaat haar jaarvergadering. De voorzitter, ir. J. van Dusseldorp, ging in zijn openingsrede na den invloed welken het plan-Young kan hebben op de Nederlandsche voortbrenging. Immers het einddoel van het streven onzer vereeniging is de bevordering der Nederland sche welvaart. Zij tracht dit te bereiken door het verleenen van de voorkeur aan de gelijk waardige binnenlandsche voortbrengselen, en de vraag doet zich dus voor of door de vaststelling van het plan-Young het streven onzer vereeniging minder noodlg is gewor den, dan wel, of de nuttigheid, respectievelijk de noodzakelijkheid van dit streven nog meer op den voorgrond zal treden. Sedert in Maart 1915 onze vereeniging werd opgericht, zijn twee resultaten verkre gen, die vermoedelijk niet zonder onderlin- gen samenhang zijn; le. meer waardeering van de binnenland sche voortbrenging, en 2e. toeneming van de Nederlandsche industrie. De grootere waardeering blijkt uit den drang, die thans ook van overheidszijde wordt uitgeoefend om bij gelijken prijs Nederlandsch fabrikaat aan te schaffen en in elk geval de 'Nederlandsche industrie bij het vragen van aanbiedingen niet voorbij te gaan Het tweede resultaat, de toeneming der Nederlandsche industrie, blijkt uit de sta tistiek. Immers volgens de laatste tellingen waren op 31 December 1909 782.382 en op 31 December 1920 1.028.155 personen in de industrie werkzaam: een vermeerdering van 245.773 of 31 terwijl de bevolkingsver meerdering 17 bedroeg. Gemis aan waardeering voor de Neder landsche voortbrenging is vermoedelijk een der oorzaken geweest van de achterlijkheid in omvang, waarin onze industrie tot om streeks het eind der negentiende eeuw ver keerde. Algemeen gold toen de meening, dat Nederland geen industrieel land was en dat het dit ook niet kon zijn, omdat het grond stoffen en steenkolen miste. Bovendien achtte men het een voordeel goederen in te voeren, omdat, naar men meende, die goederen met onze producten moesten worden betaald, zoodat men dus door goederen in te voeren vraag zou krijgen voor zijn producten. Uitvoerig ging spr. op de ongerijmdheid van dit dogma, dat tot voor korten tijd vrij algemeen gehuldigd werd, in. Men heeft Duitschland een oorlogsschuld opgelegd, zegt spr., van meer dan honderd milliard Mark. In de eerste 37 jaar moet het jaarlijks gemiddels 2 milliard opbregen, de volgende jaren 1.6 milliard en de laatste drie jaar, eindigende in 1987, iets minder dan 1 milliard. Verschillende leeningen, die Duitschland in den laatsten tijd gesloten heeft en sluit, komen aan die afbetaling thans tijdelijk ten goede, maar vorderen later weer zooveel te meer rente en aflossing. Ten slotte zal Duitschland die schuld moeten af lossen met de opbrengsten van export van goederen en van prestatie van diensten. Duitschland krijgt door die schuld geen vraag naar zijn producten; het moet zijn producten om met de opbrengst daarvan zijn milliarden-schuld af te doen. Ook hier ziet men weer hoe ongerijmd het is te meenen, dat goederen tegen goederen worden geruild; hier zullen meer dan honderd milliard aan goederen moeten worden uitgevoerd, zonder dat een ecquivaleerende invoer van goede ren daar tegenover staat. Pas wanneer de uitvoer het voor de afbetaling van die schuld benoodigde overschrijdt, kan Duitschland op financieel-solieden basis invoeren. Het is duidelijk, dat onder die omstandig heden er voor Duitschland alles aan ge legen is eiken niet-onmisbaren invoer, welke het aan het buitenland te betalen bedrag uit den aard der zaak zou vergrooten, zoo moge lijk te weren. Duitschland zal behalve o.a. grondstoffen die het moet invoeren, weinig kunnen koopen en zich in zijn strikt noo- dige uitgaven moeten bekrimpen. Wij mogen het dan ook Ditschland zegt spr. niet te veel kwalijk nemen dat het sommigen invoer weert, al moge men geen bewondering hebben voor de wijze waarop het, wellicht door de politiek gedron gen, dit doet. Het moet den invoer van artikelen, die het zelf concurrenzfahig kan voortbrengen, rem men om zijn valuta in stand te houden; voor al nu andere landen zijn producten belasten Nu echter Duitschland nog afnemers moet vinden voor zijn producten en de andere lan den den invoer van die producten niet op prijs stellen en ze zelfs door hooge rechten weren, zal zich een sterke Duitsche mede dinging openbaren op de wereldmarkt, voor zoover voor het artikel een vrije wereldmarkt bestaat, in Engeland voor zoover zijn finan- cieele en economische positie den vrijen in voer kan blijven toelaten, en ook in Neder land. Het is dit vraagstuk, het vraagstuk van de plaatsing van den Duitschen invoer, dat vermoedelijk tot een ernstig probleem zal uitgroeien. Onder die omstandigheden treedt de nood zakelijkheid van het streven der vereeniging wel sterk op den voorgrond, vooral nu ook de culturen in onze overzeesche bezittingen minder afwerpen. Overheid en particulieren mogen zich dus wel doordringen van de noodzakelijkheid om bij bestellingen in ons land en in onze kolo niën het Nederlandsch fabrikaat in de ge legenheid te stellen mede te dingen en daar aan bij concurreerenden prijs de voorkeur te geven. En voor onze vereeniging ligt dus nog een groot en belangrijk arbeidsveld open. Aan het verslag omtrent de verrichtingen der vereeniging over het loopende jaar, uit gebracht door den- secretaris-penningmeester, den heer H. F. R. Snoek, is het volgende ont leend: De belangstelling in de vereeniging door onderwijsautoriteiten getoond, heeft zich be stendigd. De reizende schooltentoonstelling onder vond zeer veel belangstelling. In deze ten toonstelling is bijeengebracht een verzame ling grondstoffen, halffabrikaten en afge werkte producten, afkomstig van verschil lende Nederlandsche fabrieken. Met behulp van deze verzameling wordt op zeer eenvoudige wijze een indruk gegeven van hetgeen in Nederland wordt gemaakt en hoe dit geschied. De belangstelling is zoo groot, dat deze tentoonstelling telkens twee jaar reizende zal blijven. Van Januari tot en met Juni j.1. werden 110 filmvoorstellingen georganiseerd, waar bij, gebruikmakende van het industrieele film archief der vereeniging, in totaal werd ver toond 163.185 meter film. Bovendien kan worden vermeld, dat, even als vorige jaren ook het geval was, tijdens de Bandoengsche Jaarbeurs in JuniJuli van dit jaar, geregeld dagelijks door ons toedoen films van ons industrieel filmmate riaal aldaar werden vertoond. Dat deze bevordering van de bekendheid in Nederlandsch Oost-Indië van wat de Nederlandsche industrie beteekent van groot belang is, zal zeer zeker geen nadere toelich ting behoeven. Evenals zulks bij alle afdeelingen van werkzaamheden van het algemeen secreta riaat het geval is, kan ook ten aanzien van onze afdeeling „Industrieele Voorlichting" worden medegedeeld, dat deze werkzaam heden zich ook buitengewoon ontwikkelen. Voor afzet in Nederland zelf werden 130 maal verbindingen tusschen Nederlandsche fabrikanten en Nederlandsche afnemers tot stand gebracht, terwijl, voor wat betreft af zet in het buitenland 220 maal Nederland sche fabrikanten in verbinding werden ge bracht met afnemers in het buitenland, over de geheele wereld verspreid. Herhaaldelijk bleek, dat hetgeen op dit ge bied door onze vereeniging werd verricht van roote waarde was. Nog herhaaldelijk werd e medewerking en tusschenkomst van het bestuur onzer vereeniging ingeroepen ter zake van ongerechtvaardigde achterstelling van Nederlandsch Fabrikaat bij buiten- landsch. Het valt te betreuren, dat het nog herhaaldelijk voorkomt, dat orders in het buitenland worden geplaatst, zonder dat vooraf is nagegaan of deze bestellingen aan de Nederlandsche industrie zouden kunnen worden gegund. Van de zijde van overheids instellingen wordt hoe langer hoe meer mede werking op dit gebied ondervonden. NEDERL. R. K. BOND VAN BOUWPATROONS. Vandaag en morgen wordt te Haarlem de twaalfde jaarlijksche algemeene vergadering gehouden van den Nederl. R. K. Bond van Bouwpatroons. Gistermiddag zijn het bondsbestuur en het bestuur van de afdeeling officieel door het gemeentebestuur op het raadhuis ontvangen. De burgemeester de heer C. Maarschalk, heeft daarbij een rede gehouden. De waarnemende voorzitter, de heer H. J. L. Klein Schiphorst, heeft namens de organi satie dank gezegd voor de ontvangst en de woorden van den burgemeester. BIJZONDERE VOORZIENING VOOR DE IN 1931 TE HOUDEN ALGEMEENE VERKIEZINGEN. Ingediend is een wetsontwerp tot bijzonde re voorziening met betrekking tot de in 1931 te houden algemeene verkiezingen van de leden der gemeenteraden en van de door die raden te verkiezen wethouders. In de momorie van toelichting wordt ge zegd, dat in 1931 algemeene verkiezingen moeten worden gehouden van de leden der gemeenteraden welke met den eersten Dins- HOOG EN LAAG WATER TE BERGEN AAN ZEE Juli. A Hoog water Laag water r 10. 3.47 4.17 018 0.37 11 4.30 4.59 1.03 1.21 12 5.11 5.39 1.41 2.02 1.3 5.49 6.15 2.20 2.40 14 6.24 6.48 2-58 3.16 15 6.59 7.21 3.33 3.47 EGMOND AAN ZEE. Juli. Hoog water Laag water 10. 3.44 4.14 11 4.27 4.56 0.51 1.09 12 5.08 5.36 1.29 1.50 13 5.46 6.12 2.08 2.28 14 6.21 6.45 2.46 3.04 15 6.56 7.18 3.21 3.35 dag van September van dat jaar periodiek aftreden, terwijl de alsdan nieuw samenge stelde gemeenteraden, overeenkomstig art. 83 der Gemeentewet, een nieuwe keuze van wet. houders zullen moeten doen Zoowel ter bepaling van het aantal leden, waaruit, overeenkomstig art. 4 der Gemeente wet, de raad bestaat, als ter bepaling van het aantal in de gemeente aanwezige wethou ders, geldt als criterium het door de laatste openbare volkstelling in de gemeente aange wezen getal inwoners. De getalsterkte der thans nog zitting heb bende gemeenteraden en wethouders is dus geregeld naar de officieele uitkomsten der volkstelling voor 1920. Voor 13 Mei 1931 is echter de officieele vaststelling van de op 31 December 1930 te houden volkstelling niet bekend. In verband hiermede moet voor 1931 een bijzondere voorziening getroffen worden. Het ge- wenschte doel kan worden bereikt door een wettelijke bepaling, volgens welke met eeiv biediging van de op 31 December 1930 t* houden "tienjarige openbare volkstelling als grondslag, met betrekking tot de in 1931 te houden verkiezingen de bevolking eener ge meente wordt geacht te bestaan uit het getal inwoners, aangewezen door den voorloopigen uitslag van die volkstelling, zooals die uit slag door het gemeentebestuur wordt vastge steld. HET INSTITUUT VOOR ARBEIDERS. ONTWIKKELING. Het subsidieeren van een instituut als dit is niet anders dan het steunen van een politieke partij, meenen Ged. Staten van Gelder land. Ged. Staten van Gelderland hebben hun goedkeuring onthouden aan het besluit van den raad der gemeente Arnhem van 10 Juni j.1. tot wijziging van de begrooting voor 1930, waarin o.a. een subsidie van 500 aan de afd. Arnhem van het Instituut voor Ar beidersontwikkeling werd geraamd. Ged. Staten hebben overwogen, dat dit Instituut niet beoogt de algemeene volksont wikkeling, maar de principieele vorming van partijleden, hetgeen ten duidelijkste uitkomt in een redactioneel artikel, opgenomen in het maandblad van genoemd Instituut van 15 Februari 1929, waarin wordt geconstateerd dat het Instituut is een „afzonderlijk georga niseerd lichaam voor socialistisch opvoe- dings- en ontwikkelingswerk ten dienste van partij en vakbeweging" en dat derhalve het subsidieeren van een dergelijk Instituut in wezen niet anders is dan het steunen van een politieke partij, hetgeen niet kan worden toe gelaten. DE MAASTRICHTSCHE RAADS- KELDER GEREED. Na 's-Hertogenbosch en Utrecht heeft thans ook Maastricht zijn raadskelder en stadstaveerne in het oude stadhuis of Ding- huis, een der monumentale gebouwen der stad en thans zetel der Kamer van Koop handel. Dit eerbiedwaardig gebouw uit de middel eeuwen, draagt dien naam al zeer ten on rechte, daar het nimmer een eigenlijk gezegd stadhuis, de zetel van het stadsbestuur, maar slechts die der beide Hooge Gerechten of Schepenbanken (Luiksche en Brabantsche), die daar de crimineele vierschaar spanden, geweest is. Het komt dan ook in de middel- eeuwsche stukken onder geen anderen naam dan dien van Dinghuis, gebouw der rechts gedingen, Paleis van Justitie van thans, voor, en heeft zijn tegenwoordigen naam Oud-Stadhuis eerst in de tweede helft dei 17de eeuw, na den bouw van het tegenwoor dige stadhuis, in tegenstelling daarvan ge kregen. Het Dinghuis nu, in Gothische stijl opge trokken, dagteekent uit de tweede helft det 15de eeuw; het werd in 1473, ter vervanging van een op dezelfde plaats gestaan hebbend 53. Na het verhoor van den vos, die weer naar zijn cel was gebracht, beraadslaagden de koning, Keesie en zijn twee hel pers wat er nu verder moest geschieden. De eene zei dit, de andere dat en naar iedereen luisterde de koning. „Ik wil graag hooren, wat jullie er van zegt", zeide de vorst. „Ik ben het volkomen met U eens, meneer Sire", zeide het verkeersagentje, „overleg is het halve werk". 54. De vos had verteld, dat om het huis van de heks een diepe sloot was en dat men eerst over de sloot moest om hel huis te kunnen bereiken. En daarom werd door de kabouters, die als steeds heel handig waren, een opvouwbare boot ge maakt. Het werd een boot van linnen, sterk gemaakt dooi pek, waarin het linnen werd gedoopt. Op een groote test, in het woud opgericht, kookte en dampte een ketel met pek. Een kabouter stond aan een blaasbalg te trekken om het. vuur aan te houden en grooter te maken. Het duurde nog een heele tijd voor de boot gereed was. „Want", zeide een der kabouter* „met Dassen en meten wordt de tijd versleten".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 6