DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Soli Deo Gloria gaat jubileeren. Buitenland PELS' ADVOCAAT Een Revolutlegolf in Z. Amerika. Mo. 204 ZATERDAG 30 AUGUSTUS I930 132e Jaargang. De harmonie in de Harmonie was wel eens een beetje verstoord. Hef korps is nu de kinderziekten gelukkig te boven gekomen. Dagelijksoh overzicht. Weinig- merken evenaren. KOORSTRAAT 49-51. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.— franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, post giro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. Dezer dagen is de heer A. Scheer, secre taris-penningmeester van de Chr. Muziek vereeniging' Soli Deo Gloria hier ter stede, op ons bureau gekomen met de mededeeling, dat zijn vereeniging Maandag a.s. haar tweede lustrum herdenkt en met het verzoek daarover het een en ander te willen schrijven. Een muziekvereeniging heeft altijd een streepje voor, omdat het een soort philantro- phische organisatie is, waarvan de leden zich moeite en tijd getroosten om anderen te laten genieten. En waar bovendien Soli Deo Gloria altijd klaar staat om gratis haar" medewer king te verleenen, wanneer op haar ten bate van een of ander goed doel een beroep wordt gedaan, is het ons een genoegen ook haar be langen eens naar voren te kunnen brengen en wij hebben beloofd hier een en ander van haar weliswaar korte maar toch veel bewo gen levensgeschiedenis te zullen publiceeren. Op Hemelvaartsdag 1919 werd op het landgoed Groenendaal een landdag gehou den aoor de Afd. Amsterdam van aen Chr. Nationalen werkmansbond, welke gebeurte nis werd opgeluisterd door de Muziekvereeni ging Soli Deo Gloria uit Amsterdam. Enkele stadgenooten waren daarbij tegen woordig en zij werden zoo bekoord door de melodieuse klanken, dat zij plotseling vastbe sloten tegen elkaar zeiden: zoo'n muziek korps moeten we in Alkmaar ook hebben. Dat was gemakkelijk gezed, maar aan de uitvoering van dat plan zat heel wat meer vast. Om een muziekkorps te vormen, moeten er allereerst menschen zijn, die een beetje ge voel voor muziek hebben en die menschen meeten niet alleen in het bezit van een kost baar instrument komen, maar ook een leider hebben, die tijd en geduld heeft om het ge luid, dat uit al die instrumenten zal komen in den beginne althans dragelijk te doen zijn Verder moet er een repetitielokaal komen en allereerst is er natuurlijk dringend behoefte aan de noodige financiën, omdat kunst zon der geld helaas onbestaanbaar is. Er werd een oproep gericht voornamelijk tot de leden van de pas opgerichte afdeeling van den Werkmansbond en van de Jonge- lingsvereeniging Zacheüs. Een tiental blaas- lustigen meldde zich aan en al confereerende kwam men tot de aangename ontdekking, dat er op den zolder van net gebouw Waakt en Bidt nog een partijtje instrumenten moest liggen, waarmee de jongelingen van Zacheüs in vroeger jaren wel eens getracht hadden muziek te maken. Er kwamen een veertiental instrumenten te voorschijn en toen ook eenige welwillende stadgenooten instrumenten in bruikleen ga ven, vond men den heer W. J. Vrijhoef, des tijds solo-baritonist bij het Stedelijk Muziek korps, bereid om de ondankbare taak op zich te nemen dit stelletje onervaren blazers zoo te oefenen, dat de klanken uit al die verschil lende instrumenten ten slotte nog eens een welluidend geheel zouden vormen. Het bestuur van Waakt en Bidt stond voor een zacht prijsje de benedenzaal als repeti tielokaal af en daarna werd op 1 September 1920 de vereeniging Soli Deo Gloria opge richt, welker bestuur gevormd werd door de heeren J. Kuijper, voorzitter; H. van Raal- ten, vice-voorzitter; J. Bres, secretaris-pen ningmeester; H. Kuiper, Bibiothecans en F. Geerling, algemeen adjunct. Twee dagen later waren in de zaal van Waakt en Bidt 12 mannen bijeen, die van muziek niet het minste verstand hadden, be nevens een dirigent, die zijn best deed, die mannen duidelijk te maken, hoe de ver schillende instrumenten eigenlijk genoemd werden, hoe men ze moest.vasthouden en hoe men er op moest blazen om er geluid uit te kunnen krijgen. De dirigent, die waarschijnlijk een man met sterke zenuwen is geweest, hield vol en ïTKn blies études en waagde zich later aan samenspel, met het resultaat, dat weldra kon worden medegedeeld, dat men de Recruten- marsch zoo kon spelen, dat geen enkele dona teur daardoor afgeschrikt zou worden nog langer financieele hulp te verleenen. De dirigent schijnt zijn kunstzinnige vol gelingen met het vuur van enthousiasme be zield te hebben, er werd geblazen tot de lon gen er pijn van deden en getrommeld tot de tamboer zijn stokken niet meer kon vasthou den en dat heilig vuur van bezieling en enthousiasme werd in de pauzes getemperd door den inhoud van groote koppen choco lademelk die de conciërge tegen een civiel prijsje beschikbaar stelde. Er was in dit zonnig verleden natuurlijk ook een schaduwzijde op te merken en dat was het gebrek aan de noodige gelden. Ter nauwernood kon men de muziek betalen en bet aanschaffen van een naar onontbeerlijke instrumenten bracht de jonge Christelijke Vereeniging op den rand van het faillisse ment. De dirigent was als werkend lid van het Stedelijk Muziekkorps niet altijd zeker van zijn tijd en herhaalde malen bleek, dat de repetitiezaal, doordat er vergaderingen in gehouden moesten worden, niet voor dé wer kende leden van Soli Deo Gloria beschikbaar was. Ondanks al die hinderpalen ging de ver eeniging wat haar musicale prestaties be treft sterk vooruit en vijf maanden na de op richting, op 18 Februari 1921, lieten de muzi kanten zich hooren op een feestavond' van den Werkmansbond, waar men den zang van eenige koralen begeleidde. Op 19 October 1921 toen de eerste jaar vergadering werd gehouden, bleken er van de 12 oprichters nog maar 7 over, maar doordat nieuwe leden zich aanmeldden, kon de sterkte van het korps van 12 op 17 man gebracht worden. Er hadden zich al eenige „kunstlievende leden opgegeven en er was zoowaar een klein batig saldo. In het tweede jaar ging het klankgehalte bijzonder goed vooruit, maar een uitnoodi- ging om mee te werken op de kinderfeesten op Juliana-dag moest worden afgewezen, omdat de leden nog niet voldoende geoefend waren in het loopende blazen. Een oud Hollandsch spreekwoord zegt, dat men geen twee dingen tegelijkertijd kan doen, maar loopen en blazen is een eisch, die aan elke muziekvereeniging gesteld mag worden en men besloot daarom marschoefe- ningen op den publieken weg te houden met het resultaat, dat nog hetzelfde jaar medege werkt kon worden aan eenige landdagen en feesten, waarbij het korps zich spelende naar het terrein moest begeven. In Juni 1922 zag de heer Vrijhoef zich tot zijn spijt genoodzaakt als leider te bedanken en werd hij door den heer E. W. van der Wai vervangen. Het korps was met aspirant-leden tot 22 man gegroeid en ook dit jaar bracht weer een klein voordeelig saldo. Men kon nu al een zeer gevarieerd programma uitvoeren, men was toegetreden tot den Bond van Chris telijke Harmonie- en Fanfarevereenigingen en op 13 April 1923 werd het eerste dona teursconcert gegeven, dat volgens de over levering tot een goed geslaagden avond ge leid heeft. Men vond een repetitielokaal op het Oudorperdijkje, waarvan men altijd zeker kon zijn en waarvan men zelfs tweemaal per week gebruik kon maken. De meubileering van dat lokaal schijnt wel iets te wenschen overgelaten te hebben Een stoel was er een zeldzaam luxieus voorwerp, waarvan slechts door enkelen der „kleinkoper-artisten" ge bruik gemaakt werd. De rest zat op zelf ver vaardigde banken of stijfselkisten, maar de weg naar kunst en roem gaat niet altijd over rozen, de ijverige directeur wist den moed1 er in te houden en op 13 September 1923 gaf het 't korps ter gelegenheid van 't 25-jarig regee- ringsjubileum, een openbare koraaluitvoering op de Steenenbrug. Het publiek, dat voor het ■eerst met deze vereeniging kennis maakte, reageerde uiterst vriendelijk op dé voortge brachte geluiden en den volgenden dag werk te Soli Deo Gloria al mede aan den histori- schen allegorischen optocht, waarbij muzi kanten en kapelmeester in middeleeuwsche pakjes waren gestoken. Op 8 October 1923, bij den 350sten gedenk dag van Al'kmaar's ontzet, heeft de vereeni ging medegewerkt aan een vaandel-groet voor H.M. de Koningin. Bij gebrek aan een vaandel werd er maar een geïmproviseerd, waarmede men den ge- heelen dag al blazende door de stad is ge trokken. Men werkte in verloop van tijd al leen mede aan tal van bijeenkomsten waar voor Soli Deo Gloria zich uitteraard interes seerde, maar steld zich dat jaar ook beschik baar voor het gratis medewerken ten bate van liefdadige doeleinden, door welk sympa thiek werk heel wat goeds tot stand is kun nen komen. Vermeld wordt, dat het vijfde vereenigings- jaar lief en leed bracht. Ondanks het devies Soli Deo Gloria schijnt het dat sommigen zoo nu en dan meer eer voor hun werk ver langden dan hun eigenlijk toekwam. De har monie in deze Harmonie dreigde wel eens verstoord te worden en nadat men door een bazar in November 1924 niet minder dan 1302.90 voor nieuwe instrumenten bij el kaar gebracht had, was er oneenigheid over den aankoop met het gevolg, dat de repetities stop gezet werden daar de dirigent en een gedeelte der leden de bijltjes of beter gezegd de blaasinstrumenten er bjj neerlegden. Het was Ds. Verwaal, die weer het goede voorbeeld gaf door „verzamelen" te blazen en hoewel hij nimmer een repetitie als wer kend lid had meegemaakt, deed hij dit zoo krachtig, dat de verdeelde partijen onder led- ding van den heer Otto weer bij elkaar kwa men en de repetities ditmaal in het voor malig Rijksopvoedingsgesticht opnieuw een aanvang namen. Met de nieuwe instrumenten werd een uit voering in de Harmonie gegeven, bij welke gelegenheid door een damescomité een echt vaandel werd aangeboden. Lauweren waren er nog niet verzameld, maar op 1 Juni 1925 toog de vereeniging naar Enkhuizen, waar op een concours van den Bond van Chr. Harmonie- en Fanfare vereenigingen in Noord-Holland een eerste prijs behaald werd, terwijl aan den grijzen leider, den heer Otto een tweede directeurs- prijs werd1 toegekend. Lauweren schijnen erg aantrekkelijk te zijn, want het ledental groeide nu spoedig tot 30 personen en het le lustrum werd herdacht op een gewone ledenvergadering in de oude tuchtschool. De heer Ötto nam wegens hoo- gen leeftijd als leider ontslag. Hij werd ver vangen door den heer Van der Wal. Er kwam ook verandering in het repetitielokaal, dat ten slotte gevestigd werd in een der lokalen van de gemeenteschool aan de Oude Gracht. Wij zullen ons hier niet verder verdiepen in het aantal concerten, dat met stijgend succes werd gegeven en de lauwerkransen, die van nu af vrij gemakkelijk uit verschil lende wedstrijden naar huis gebracht konden worden. De eerste moeilijke jaren waren voorbij, althans wat oefening en prestatie betreft. Maar het zonnetje van voorspoed blijft niet altijd schijnen. Er komen ook in de muziek wereld zoo nu en dan donkere wolken op zetten, die soms tot een cycloontje kunnen groeien, dat niet alleen den dirigent, maar ook een groot aantal werkende leden met zich meeneemt. Aan het einde van het zesde levensjaar was er met de trouw gebleven blaaskunstenaars nog geen half orkest te bezetten, men hoorde klanken, die in een Vereeniging als deze niet thuis hoorden en op de repetitie avonden werd er meer gepraat dan geblazen. Men be sloot opnieuw aan te pakken, donateurs gaven van hun voortdurende belangstelling blijk, de heer ter Hall, voormalig dirigent van de kapel der Kon. Ned. Marine te Den Helder, verklaarde zich bereid' het leiderschap te aanvaarden en op 24 September 1927 kon den de repetities weer een aanvang nemen. Het ledental groeide, men durfde weer voor den dag te kon en en op den Molen van Piet werd met Kerstmis het eerste concert van Kerstliederen gegeven, dat thans een vast nummer op het programma is geworden. Men gaf medewerking waar die gevraagd werd, men behaalde nieuwe lauweren en de heer P. Schipper, die blijk had gegeven zich bijzonder voor het gezelschap te interessee ren, werd op 2 September 1927 tot eerevoor zitter benoemd. In September werd de tweede bazaar ge houden en uit het financieele resultaat daar van konden uniformpetten voor de leden, be nevens eenige blaasinstrumenten gekocht worden. Men repeteerde nu in de Nieuwe Doelen en alles ging van een leien dakje, totdat de heer ter Hall tot dirigent van de Haagsche Tram harmonie werd benoemd. Er volgde een periode van inzinking, er werd een leider aangesteld, wiens benoeming al spoedig een vergissing bleek, maar na een leiderloos tijd perk werd de heer Leo Koning uit Hoorn be reid gevonden den dirigeerstok over de ont moedigde leden te zwaaien en die stok bleek weldra een tooverstok te zijn, want zoowel de werklust als het ledental groeiden weer tot normale afmetingen en Soli Deo Gloria concerteert thans met onverflauwde ambitie. Door een krachtige actie is dit jaar het aantal donateurs tot 300 opgevoerd en kon voor een bedrag van 200 aan instrumenten gekocht worden. In September werkt het korps mee aan het Koninginnefeest door een koraaluitvoering en een marsch door de stad en in November zal een jubileumuitvoering voor de donateurs worden gegeven. Donateurs zijn natuurlijk te allen tijde welkom en er is behoefte aan geld voor een tweetal saxophoons, die niet voor Jazzmuziek zullen dienen, maar uitsluitend ter verster king van het orkest, dat zooals bekend is zeer solide programma's uitvoert. Soli Deo Gloria kan op haar tweede lus trum op een zeer bewogen jeugd terugzien, maar menschen die in hun prille jeugd ge vaarlijke ziekten goed te boven komen, blij ken op lateren leeftijd dikwijls onvatbaar te zijn en een toonbeeld van kracht en gezond heid te worden. Dus gaat Soli Deo Gloria vol vertouwen op de toekomst een derde lustrum tegemoet in de hoop, dat zij zich voortdurend in hst enthousiasme harer leden en in de sympathie van de bevolking onzer stad mag blijven ver- heugeiA/ DE FINANCIEELE HERVORMING IN DUITSCHLAND. De plannen van de rijksregeering. De meeste leden der rijksregeering van Duitschland zijn den boer op. Zij moe ten op vergaderingen spreken, om stem men te veroveren voor zich of de partij, die zij vertegenwoordigen. Dat duurt natuurlijk tot aan den laatsten dag voor de verkiezingen. Alleen minister Dietrich blijft thuis. Hij heeft het druk met de financieele hervormingen van zijn land. Minister Dietrich, de beheerder van de rijks financiën, die een uiterst zware taak heeft overgenomen, n.1. de saneering van den financiëelen chaos, weert zich in het bizonder, om de massa te overtuigen, dat de ernstige wil voorzit om orde te scheppen en de mogelijkheid daartoe aanwezig is. Wordt de kiezersmassa hiervan oovertuigd, dan betéekent dat 'n groot voordeel voor de regeeringspar- ri'en. Onlangs heeft de minister verklaard, zoo weet het Hbld. mee te deelen, dat de voordurende nood van de rijkskas, waar door elke bewegingsvrijheid werd be lemmerd, in zooverre is opgeheven, dat ook de a.s. Januari-termijn geen bepaal de moeilijkheden zal brengen. Daardoor is de mogelijkheid gescha pen, dat de rijksdag nu eindelijk, zonder al te veel op den dag van morgen te behoeven te letten, een financieel her vormingsplan kan verwerken, dat een groote lijn volgt en niet bedoeld is om tijdelijk gaten te stoppen. De regeering ir thans tot overeenstem ming gekomen over enkelo groote richt lijnen voor zulk een grootscheepsche financieele hervorming, welke dan in den herfst verwezenlijkt zou moeten worden, naar het heet. Details worden natuurlijk niet gege ven, teneinde den Rijksdag volle vrij heid te laten. Voorloopig is de bedoeling slechts den kiezers de zekerheid te geven, dat de rijksregeering diligent is en dat er aan de zoo vaak aangekondig de groote hervorming „gewerkt" wordt. Besloten is o.a. de bezuiniging op de begreoting van '31 vc-jrt te zetten en wel zonder langdurig over en weer gepraat met de ressorts. De „Voss. Z.", die de mededeelingen van de regeering bespreekt, juicht deze krachtdadigheid toe en hoopt, dat deze heilzame en noodzakelijke methode ook gevolgd zal worden ten opzichte van landen en gemeenten. Over de geheele linie toch ook bij de sociale verzeke ring is versobering voorwaarde voor het gelukken der saneering. Hetgeen geen sociale reactie is, maar sociale realiteit. Verder ligt het in de bedoeling een program voor woningbouw voor onbe- middelden voor eenige jaren op te stel len met bevordering van emigratie naar het platteland. Als bepaalde doeleinden worden daar nevens vereenvoudiging van het belas tingstelsel, in de eerste plaats voor den landbouw, en vaststelling van een ver antwoordelijkheid voor het beheer der uitgaven in landen en gemeenten in vooruitzicht gesteld. Ten slotte zal, zoo hoopt de regeering, wanneer het geheel der aangevangen en ontworpen maatregelen tot uitwerking komt, een daling van de „Realsteuern" en den te hoogen rentevoet mogelijk worden. Reeds in '31 zou men willen be ginnen met de verlaging van de pro ductie drukkende directe belastingen. Langs deze lijnen van geleidelijkheid stelt zich dus de regeering-Brüning voor de saneering te regelen, indien de kie zers haar maar aan het bewind laten. der oppositiepartijen is geen enkele partij voornemens gewelddadige midde len te bezigen. De maatregelen der regeering. De „Ass. Press" meldt voorts nog vol gens een N. T. A. bericht, dat er in Buenos Aires groote onrust heerscht. De in de stad saamgetrokken troepen zijn versterkt met drie torpedobooten en verscheiden torpedobootjagers, die de haven var. Buenos Aires zijn binnenge- lcopon. De openbare gebouwen worden nog steeds streng bewaakt. GEEN IS BETER DAN: vanaf f 1.85 per fl. Tel. 207. ALKMAAR. DE ONRUST IN ARGENTINIË. De staatsarbeiders eischen da 44-urige arbeidsweek. Een vergadering van staatsarbeiders te Beu- nos Aires verliep in volmaakte orde. De arbei ders eischten bepaalde verbeteringen in hun po sitie, o.a. een werkweek van 44 uur. Verdere verscherping van den toestand. De binnenlandsche politieke toestand heeft zich in Argentinië verder verscherpt. De bewaking van de openbare gebouwen in de hoofdstad is opnieuw versterkt, daar men vreest dat de opgehitste arbeiders er een aan val op zullen doen. Aan de staking van het telefoonpersoneel hebben 6000 personen deelgenomen, In weer wil van deze staking heeft men echter het tele foonverkeer op de gewone wijze in stand kun nen houden. AUTO IN EEN GROEP KINDEREN. Eén doode. Een auto reed op een groep schoolkinderen uit Essen, die te Soest (Westfalen) onder lei ding van twee leeraressen op een wandeltocht waren, in. Twee kinderen werden door da auto gegrepen; van een hunner werd een been vrijwel geheel afgescheurd, terwijl de andere knaap hevige kwetsuren aan borst en hoofd op liep. Een der slachtoffers is reeds overleden. OPSTAND IN BRAZILIAANSCHEN STAAT? Zuid-Amerika maakt thans wel een tijd van voldongen of dreigende omwen telingen door. Na Bolivia, PerU en Ar gentinië schijnt nu Brazilië aan de beurt te zijn. Uit Montevideo in Uruguay wordt n.1. volgens Reuter gemeld, dat blijkens berichten uit Rivera. op de grens van Uruguay en Brazilië gevreesd wordt voor een revolutie in den Braziliaan- schen staat Rio Grande do Sul. Alle bondstroepen zijn in de kazernes geconsigneerd. Leider der opstandelin gen zou zijn Juan Francisco de Souza. DE GESPANNEN TOESTAND IN ARGENTINIË. Groote onrust in de provincie. De Ass. Press meldt volgens een N. T. A.-bericht uit Buenos Aires, dat in de provincie groote onrust heerscht. De door de regeering getroffen maatregelen worden veelal niet als zoo dringend noodzakelijk beschouwd en van vele zijden gaan stemmen op dat zij alleen maar geschikt zijn om onrust te wekken in het binnenland en beduchtheid in het buitenland. Een blijkbaar officieuze tegen spraak. Een blijkbaar geïnspireerd B. T. A.-be- richt uit Buenos Aires meldt, dat de ge ruchten welke verspreid zijn over vrees voor een militairen of politieken op stand ongegrond zijn. Er heerschen orde en vrijheid, zoo heet het verder, maar extremistische elementen worden be waakt. ögSSSkl Öfi beitlae campagn» EEN MUZELMANSCH HOOFD VEROORDEELD. Maanden geleden hebben wij, aldus de N. R. C., de inhechtenisneming gemeld van het Mu- zelmansche hoofd Pir, die in de buurt van Ka- rachi in een huis woonde dat, met hooge muren omringd, het aanzien van een vesting had. De wandaad waarvoor hij ten slotte in hechtenis genomen werd, wat dat hij een jongen van zijn vrijheid beroofd had en dien als slaaf voor zich iiet werken. Reeds eenmaal was de knaap ontvlucht, maar Pir liet hem terughalen. Zijn macht in den om trek was groot en velen vereerden hem als een heilige. Toen de moeder van den jongen zich ervan wilde gaan vergewissen, of haar jongen door Pir gevangen gehouden werd, kon zij niet eens de poort van de vesting bereiken, Zij werd door een sluipmoordenaar overvallen. Later vond men haar lijk in het veld. Ten slotte wist de jongen echter over zijn vrijheidsberooving heimelijk bericht aan een Engelsch magistraat te zenden. Deze liet een onderzoek instellen, de jongen werd ontdekt en herkreeg zijn vrijheid. Toen was het met Pir's euveldaden (hij moet er jaren lang heel wat begaan hebben) gedaan. Het geding te Karachi tegen hem is nu ge ëindigd met zijn veroordeeling tot tien jaar ge vangenisstraf en een boete van tweeduizen ro- pijen, wegens overtreding van de wapenwet en vrijheidsberooving. Den moord op de vrouw heeft men hem nief kunnen bewijzen en daarvan is hij vrijgespro ken. In het geheel waren hem 27 strafbare feiten ten laste gelegd. Bij de huiszoekingen die de politie in de vet* ting van Pir heeft gehouden, had zij een groote opslagplaats van wapens en schietvoorraad ont- dekt. De jonge slaaf zat in een kooi, waarin hij al vier jaar opgesloten was geweest. Tevens wer den eenige vrouwen van Pir s harem, die daar tegen haar wil in waren opgenomen eo niet we| i' j +6 k uur

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 1