DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Soli Deo Gloria gaat jubileeren.
Buitenland
PELS' ADVOCAAT
Een Revolutlegolf in Z. Amerika.
Mo. 204
ZATERDAG 30 AUGUSTUS I930
132e Jaargang.
De harmonie in de Harmonie was wel eens een beetje verstoord.
Hef korps is nu de kinderziekten gelukkig te boven gekomen.
Dagelijksoh overzicht.
Weinig- merken evenaren.
KOORSTRAAT 49-51.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3
maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN
Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, post
giro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
Dezer dagen is de heer A. Scheer, secre
taris-penningmeester van de Chr. Muziek
vereeniging' Soli Deo Gloria hier ter stede,
op ons bureau gekomen met de mededeeling,
dat zijn vereeniging Maandag a.s. haar
tweede lustrum herdenkt en met het verzoek
daarover het een en ander te willen schrijven.
Een muziekvereeniging heeft altijd een
streepje voor, omdat het een soort philantro-
phische organisatie is, waarvan de leden zich
moeite en tijd getroosten om anderen te laten
genieten. En waar bovendien Soli Deo Gloria
altijd klaar staat om gratis haar" medewer
king te verleenen, wanneer op haar ten bate
van een of ander goed doel een beroep wordt
gedaan, is het ons een genoegen ook haar be
langen eens naar voren te kunnen brengen en
wij hebben beloofd hier een en ander van
haar weliswaar korte maar toch veel bewo
gen levensgeschiedenis te zullen publiceeren.
Op Hemelvaartsdag 1919 werd op het
landgoed Groenendaal een landdag gehou
den aoor de Afd. Amsterdam van aen Chr.
Nationalen werkmansbond, welke gebeurte
nis werd opgeluisterd door de Muziekvereeni
ging Soli Deo Gloria uit Amsterdam.
Enkele stadgenooten waren daarbij tegen
woordig en zij werden zoo bekoord door de
melodieuse klanken, dat zij plotseling vastbe
sloten tegen elkaar zeiden: zoo'n muziek
korps moeten we in Alkmaar ook hebben.
Dat was gemakkelijk gezed, maar aan de
uitvoering van dat plan zat heel wat meer
vast. Om een muziekkorps te vormen, moeten
er allereerst menschen zijn, die een beetje ge
voel voor muziek hebben en die menschen
meeten niet alleen in het bezit van een kost
baar instrument komen, maar ook een leider
hebben, die tijd en geduld heeft om het ge
luid, dat uit al die instrumenten zal komen
in den beginne althans dragelijk te doen zijn
Verder moet er een repetitielokaal komen en
allereerst is er natuurlijk dringend behoefte
aan de noodige financiën, omdat kunst zon
der geld helaas onbestaanbaar is.
Er werd een oproep gericht voornamelijk
tot de leden van de pas opgerichte afdeeling
van den Werkmansbond en van de Jonge-
lingsvereeniging Zacheüs. Een tiental blaas-
lustigen meldde zich aan en al confereerende
kwam men tot de aangename ontdekking, dat
er op den zolder van net gebouw Waakt en
Bidt nog een partijtje instrumenten moest
liggen, waarmee de jongelingen van Zacheüs
in vroeger jaren wel eens getracht hadden
muziek te maken.
Er kwamen een veertiental instrumenten te
voorschijn en toen ook eenige welwillende
stadgenooten instrumenten in bruikleen ga
ven, vond men den heer W. J. Vrijhoef, des
tijds solo-baritonist bij het Stedelijk Muziek
korps, bereid om de ondankbare taak op zich
te nemen dit stelletje onervaren blazers zoo
te oefenen, dat de klanken uit al die verschil
lende instrumenten ten slotte nog eens een
welluidend geheel zouden vormen.
Het bestuur van Waakt en Bidt stond voor
een zacht prijsje de benedenzaal als repeti
tielokaal af en daarna werd op 1 September
1920 de vereeniging Soli Deo Gloria opge
richt, welker bestuur gevormd werd door de
heeren J. Kuijper, voorzitter; H. van Raal-
ten, vice-voorzitter; J. Bres, secretaris-pen
ningmeester; H. Kuiper, Bibiothecans en F.
Geerling, algemeen adjunct.
Twee dagen later waren in de zaal van
Waakt en Bidt 12 mannen bijeen, die van
muziek niet het minste verstand hadden, be
nevens een dirigent, die zijn best deed, die
mannen duidelijk te maken, hoe de ver
schillende instrumenten eigenlijk genoemd
werden, hoe men ze moest.vasthouden en hoe
men er op moest blazen om er geluid uit te
kunnen krijgen.
De dirigent, die waarschijnlijk een man
met sterke zenuwen is geweest, hield vol en
ïTKn blies études en waagde zich later aan
samenspel, met het resultaat, dat weldra kon
worden medegedeeld, dat men de Recruten-
marsch zoo kon spelen, dat geen enkele dona
teur daardoor afgeschrikt zou worden nog
langer financieele hulp te verleenen.
De dirigent schijnt zijn kunstzinnige vol
gelingen met het vuur van enthousiasme be
zield te hebben, er werd geblazen tot de lon
gen er pijn van deden en getrommeld tot de
tamboer zijn stokken niet meer kon vasthou
den en dat heilig vuur van bezieling en
enthousiasme werd in de pauzes getemperd
door den inhoud van groote koppen choco
lademelk die de conciërge tegen een civiel
prijsje beschikbaar stelde.
Er was in dit zonnig verleden natuurlijk
ook een schaduwzijde op te merken en dat
was het gebrek aan de noodige gelden. Ter
nauwernood kon men de muziek betalen en
bet aanschaffen van een naar onontbeerlijke
instrumenten bracht de jonge Christelijke
Vereeniging op den rand van het faillisse
ment.
De dirigent was als werkend lid van het
Stedelijk Muziekkorps niet altijd zeker van
zijn tijd en herhaalde malen bleek, dat de
repetitiezaal, doordat er vergaderingen in
gehouden moesten worden, niet voor dé wer
kende leden van Soli Deo Gloria beschikbaar
was.
Ondanks al die hinderpalen ging de ver
eeniging wat haar musicale prestaties be
treft sterk vooruit en vijf maanden na de op
richting, op 18 Februari 1921, lieten de muzi
kanten zich hooren op een feestavond' van
den Werkmansbond, waar men den zang van
eenige koralen begeleidde.
Op 19 October 1921 toen de eerste jaar
vergadering werd gehouden, bleken er van
de 12 oprichters nog maar 7 over, maar
doordat nieuwe leden zich aanmeldden, kon
de sterkte van het korps van 12 op 17 man
gebracht worden. Er hadden zich al eenige
„kunstlievende leden opgegeven en er was
zoowaar een klein batig saldo.
In het tweede jaar ging het klankgehalte
bijzonder goed vooruit, maar een uitnoodi-
ging om mee te werken op de kinderfeesten
op Juliana-dag moest worden afgewezen,
omdat de leden nog niet voldoende geoefend
waren in het loopende blazen.
Een oud Hollandsch spreekwoord zegt,
dat men geen twee dingen tegelijkertijd kan
doen, maar loopen en blazen is een eisch, die
aan elke muziekvereeniging gesteld mag
worden en men besloot daarom marschoefe-
ningen op den publieken weg te houden met
het resultaat, dat nog hetzelfde jaar medege
werkt kon worden aan eenige landdagen en
feesten, waarbij het korps zich spelende naar
het terrein moest begeven.
In Juni 1922 zag de heer Vrijhoef zich tot
zijn spijt genoodzaakt als leider te bedanken
en werd hij door den heer E. W. van der Wai
vervangen. Het korps was met aspirant-leden
tot 22 man gegroeid en ook dit jaar bracht
weer een klein voordeelig saldo. Men kon nu
al een zeer gevarieerd programma uitvoeren,
men was toegetreden tot den Bond van Chris
telijke Harmonie- en Fanfarevereenigingen
en op 13 April 1923 werd het eerste dona
teursconcert gegeven, dat volgens de over
levering tot een goed geslaagden avond ge
leid heeft.
Men vond een repetitielokaal op het
Oudorperdijkje, waarvan men altijd zeker
kon zijn en waarvan men zelfs tweemaal per
week gebruik kon maken. De meubileering
van dat lokaal schijnt wel iets te wenschen
overgelaten te hebben Een stoel was er een
zeldzaam luxieus voorwerp, waarvan slechts
door enkelen der „kleinkoper-artisten" ge
bruik gemaakt werd. De rest zat op zelf ver
vaardigde banken of stijfselkisten, maar de
weg naar kunst en roem gaat niet altijd over
rozen, de ijverige directeur wist den moed1 er
in te houden en op 13 September 1923 gaf het
't korps ter gelegenheid van 't 25-jarig regee-
ringsjubileum, een openbare koraaluitvoering
op de Steenenbrug. Het publiek, dat voor het
■eerst met deze vereeniging kennis maakte,
reageerde uiterst vriendelijk op dé voortge
brachte geluiden en den volgenden dag werk
te Soli Deo Gloria al mede aan den histori-
schen allegorischen optocht, waarbij muzi
kanten en kapelmeester in middeleeuwsche
pakjes waren gestoken.
Op 8 October 1923, bij den 350sten gedenk
dag van Al'kmaar's ontzet, heeft de vereeni
ging medegewerkt aan een vaandel-groet
voor H.M. de Koningin.
Bij gebrek aan een vaandel werd er maar
een geïmproviseerd, waarmede men den ge-
heelen dag al blazende door de stad is ge
trokken. Men werkte in verloop van tijd al
leen mede aan tal van bijeenkomsten waar
voor Soli Deo Gloria zich uitteraard interes
seerde, maar steld zich dat jaar ook beschik
baar voor het gratis medewerken ten bate
van liefdadige doeleinden, door welk sympa
thiek werk heel wat goeds tot stand is kun
nen komen.
Vermeld wordt, dat het vijfde vereenigings-
jaar lief en leed bracht. Ondanks het devies
Soli Deo Gloria schijnt het dat sommigen
zoo nu en dan meer eer voor hun werk ver
langden dan hun eigenlijk toekwam. De har
monie in deze Harmonie dreigde wel eens
verstoord te worden en nadat men door een
bazar in November 1924 niet minder dan
1302.90 voor nieuwe instrumenten bij el
kaar gebracht had, was er oneenigheid over
den aankoop met het gevolg, dat de repetities
stop gezet werden daar de dirigent en een
gedeelte der leden de bijltjes of beter gezegd
de blaasinstrumenten er bjj neerlegden.
Het was Ds. Verwaal, die weer het goede
voorbeeld gaf door „verzamelen" te blazen
en hoewel hij nimmer een repetitie als wer
kend lid had meegemaakt, deed hij dit zoo
krachtig, dat de verdeelde partijen onder led-
ding van den heer Otto weer bij elkaar kwa
men en de repetities ditmaal in het voor
malig Rijksopvoedingsgesticht opnieuw
een aanvang namen.
Met de nieuwe instrumenten werd een uit
voering in de Harmonie gegeven, bij welke
gelegenheid door een damescomité een echt
vaandel werd aangeboden.
Lauweren waren er nog niet verzameld,
maar op 1 Juni 1925 toog de vereeniging
naar Enkhuizen, waar op een concours van
den Bond van Chr. Harmonie- en Fanfare
vereenigingen in Noord-Holland een eerste
prijs behaald werd, terwijl aan den grijzen
leider, den heer Otto een tweede directeurs-
prijs werd1 toegekend.
Lauweren schijnen erg aantrekkelijk te zijn,
want het ledental groeide nu spoedig tot 30
personen en het le lustrum werd herdacht op
een gewone ledenvergadering in de oude
tuchtschool. De heer Ötto nam wegens hoo-
gen leeftijd als leider ontslag. Hij werd ver
vangen door den heer Van der Wal. Er kwam
ook verandering in het repetitielokaal, dat ten
slotte gevestigd werd in een der lokalen van
de gemeenteschool aan de Oude Gracht.
Wij zullen ons hier niet verder verdiepen
in het aantal concerten, dat met stijgend
succes werd gegeven en de lauwerkransen,
die van nu af vrij gemakkelijk uit verschil
lende wedstrijden naar huis gebracht konden
worden. De eerste moeilijke jaren waren
voorbij, althans wat oefening en prestatie
betreft.
Maar het zonnetje van voorspoed blijft niet
altijd schijnen. Er komen ook in de muziek
wereld zoo nu en dan donkere wolken op
zetten, die soms tot een cycloontje kunnen
groeien, dat niet alleen den dirigent, maar
ook een groot aantal werkende leden met
zich meeneemt.
Aan het einde van het zesde levensjaar was
er met de trouw gebleven blaaskunstenaars
nog geen half orkest te bezetten, men hoorde
klanken, die in een Vereeniging als deze niet
thuis hoorden en op de repetitie avonden
werd er meer gepraat dan geblazen. Men be
sloot opnieuw aan te pakken, donateurs
gaven van hun voortdurende belangstelling
blijk, de heer ter Hall, voormalig dirigent
van de kapel der Kon. Ned. Marine te Den
Helder, verklaarde zich bereid' het leiderschap
te aanvaarden en op 24 September 1927 kon
den de repetities weer een aanvang nemen.
Het ledental groeide, men durfde weer voor
den dag te kon en en op den Molen van Piet
werd met Kerstmis het eerste concert van
Kerstliederen gegeven, dat thans een vast
nummer op het programma is geworden.
Men gaf medewerking waar die gevraagd
werd, men behaalde nieuwe lauweren en de
heer P. Schipper, die blijk had gegeven zich
bijzonder voor het gezelschap te interessee
ren, werd op 2 September 1927 tot eerevoor
zitter benoemd.
In September werd de tweede bazaar ge
houden en uit het financieele resultaat daar
van konden uniformpetten voor de leden, be
nevens eenige blaasinstrumenten gekocht
worden.
Men repeteerde nu in de Nieuwe Doelen en
alles ging van een leien dakje, totdat de heer
ter Hall tot dirigent van de Haagsche Tram
harmonie werd benoemd. Er volgde een
periode van inzinking, er werd een leider
aangesteld, wiens benoeming al spoedig een
vergissing bleek, maar na een leiderloos tijd
perk werd de heer Leo Koning uit Hoorn be
reid gevonden den dirigeerstok over de ont
moedigde leden te zwaaien en die stok bleek
weldra een tooverstok te zijn, want zoowel
de werklust als het ledental groeiden weer
tot normale afmetingen en Soli Deo Gloria
concerteert thans met onverflauwde ambitie.
Door een krachtige actie is dit jaar het
aantal donateurs tot 300 opgevoerd en kon
voor een bedrag van 200 aan instrumenten
gekocht worden.
In September werkt het korps mee aan het
Koninginnefeest door een koraaluitvoering
en een marsch door de stad en in November
zal een jubileumuitvoering voor de donateurs
worden gegeven.
Donateurs zijn natuurlijk te allen tijde
welkom en er is behoefte aan geld voor een
tweetal saxophoons, die niet voor Jazzmuziek
zullen dienen, maar uitsluitend ter verster
king van het orkest, dat zooals bekend is
zeer solide programma's uitvoert.
Soli Deo Gloria kan op haar tweede lus
trum op een zeer bewogen jeugd terugzien,
maar menschen die in hun prille jeugd ge
vaarlijke ziekten goed te boven komen, blij
ken op lateren leeftijd dikwijls onvatbaar te
zijn en een toonbeeld van kracht en gezond
heid te worden.
Dus gaat Soli Deo Gloria vol vertouwen
op de toekomst een derde lustrum tegemoet
in de hoop, dat zij zich voortdurend in hst
enthousiasme harer leden en in de sympathie
van de bevolking onzer stad mag blijven ver-
heugeiA/
DE FINANCIEELE HERVORMING
IN DUITSCHLAND.
De plannen van de rijksregeering.
De meeste leden der rijksregeering van
Duitschland zijn den boer op. Zij moe
ten op vergaderingen spreken, om stem
men te veroveren voor zich of de partij,
die zij vertegenwoordigen. Dat duurt
natuurlijk tot aan den laatsten dag voor
de verkiezingen.
Alleen minister Dietrich blijft thuis.
Hij heeft het druk met de financieele
hervormingen van zijn land. Minister
Dietrich, de beheerder van de rijks
financiën, die een uiterst zware taak
heeft overgenomen, n.1. de saneering van
den financiëelen chaos, weert zich in het
bizonder, om de massa te overtuigen,
dat de ernstige wil voorzit om orde te
scheppen en de mogelijkheid daartoe
aanwezig is. Wordt de kiezersmassa
hiervan oovertuigd, dan betéekent dat 'n
groot voordeel voor de regeeringspar-
ri'en.
Onlangs heeft de minister verklaard,
zoo weet het Hbld. mee te deelen, dat de
voordurende nood van de rijkskas, waar
door elke bewegingsvrijheid werd be
lemmerd, in zooverre is opgeheven, dat
ook de a.s. Januari-termijn geen bepaal
de moeilijkheden zal brengen.
Daardoor is de mogelijkheid gescha
pen, dat de rijksdag nu eindelijk, zonder
al te veel op den dag van morgen te
behoeven te letten, een financieel her
vormingsplan kan verwerken, dat een
groote lijn volgt en niet bedoeld is om
tijdelijk gaten te stoppen.
De regeering ir thans tot overeenstem
ming gekomen over enkelo groote richt
lijnen voor zulk een grootscheepsche
financieele hervorming, welke dan in
den herfst verwezenlijkt zou moeten
worden, naar het heet.
Details worden natuurlijk niet gege
ven, teneinde den Rijksdag volle vrij
heid te laten. Voorloopig is de bedoeling
slechts den kiezers de zekerheid te
geven, dat de rijksregeering diligent is
en dat er aan de zoo vaak aangekondig
de groote hervorming „gewerkt" wordt.
Besloten is o.a. de bezuiniging op de
begreoting van '31 vc-jrt te zetten en wel
zonder langdurig over en weer gepraat
met de ressorts.
De „Voss. Z.", die de mededeelingen
van de regeering bespreekt, juicht deze
krachtdadigheid toe en hoopt, dat deze
heilzame en noodzakelijke methode ook
gevolgd zal worden ten opzichte van
landen en gemeenten. Over de geheele
linie toch ook bij de sociale verzeke
ring is versobering voorwaarde voor
het gelukken der saneering. Hetgeen
geen sociale reactie is, maar sociale
realiteit.
Verder ligt het in de bedoeling een
program voor woningbouw voor onbe-
middelden voor eenige jaren op te stel
len met bevordering van emigratie naar
het platteland.
Als bepaalde doeleinden worden daar
nevens vereenvoudiging van het belas
tingstelsel, in de eerste plaats voor den
landbouw, en vaststelling van een ver
antwoordelijkheid voor het beheer der
uitgaven in landen en gemeenten in
vooruitzicht gesteld.
Ten slotte zal, zoo hoopt de regeering,
wanneer het geheel der aangevangen en
ontworpen maatregelen tot uitwerking
komt, een daling van de „Realsteuern"
en den te hoogen rentevoet mogelijk
worden. Reeds in '31 zou men willen be
ginnen met de verlaging van de pro
ductie drukkende directe belastingen.
Langs deze lijnen van geleidelijkheid
stelt zich dus de regeering-Brüning voor
de saneering te regelen, indien de kie
zers haar maar aan het bewind laten.
der oppositiepartijen is geen enkele
partij voornemens gewelddadige midde
len te bezigen.
De maatregelen der regeering.
De „Ass. Press" meldt voorts nog vol
gens een N. T. A. bericht, dat er in
Buenos Aires groote onrust heerscht. De
in de stad saamgetrokken troepen zijn
versterkt met drie torpedobooten en
verscheiden torpedobootjagers, die de
haven var. Buenos Aires zijn binnenge-
lcopon. De openbare gebouwen worden
nog steeds streng bewaakt.
GEEN IS BETER DAN:
vanaf f 1.85 per fl.
Tel. 207. ALKMAAR.
DE ONRUST IN ARGENTINIË.
De staatsarbeiders eischen da
44-urige arbeidsweek.
Een vergadering van staatsarbeiders te Beu-
nos Aires verliep in volmaakte orde. De arbei
ders eischten bepaalde verbeteringen in hun po
sitie, o.a. een werkweek van 44 uur.
Verdere verscherping van den
toestand.
De binnenlandsche politieke toestand heeft
zich in Argentinië verder verscherpt.
De bewaking van de openbare gebouwen in
de hoofdstad is opnieuw versterkt, daar men
vreest dat de opgehitste arbeiders er een aan
val op zullen doen.
Aan de staking van het telefoonpersoneel
hebben 6000 personen deelgenomen, In weer
wil van deze staking heeft men echter het tele
foonverkeer op de gewone wijze in stand kun
nen houden.
AUTO IN EEN GROEP KINDEREN.
Eén doode.
Een auto reed op een groep schoolkinderen
uit Essen, die te Soest (Westfalen) onder lei
ding van twee leeraressen op een wandeltocht
waren, in. Twee kinderen werden door da
auto gegrepen; van een hunner werd een been
vrijwel geheel afgescheurd, terwijl de andere
knaap hevige kwetsuren aan borst en hoofd op
liep.
Een der slachtoffers is reeds overleden.
OPSTAND IN BRAZILIAANSCHEN
STAAT?
Zuid-Amerika maakt thans wel een
tijd van voldongen of dreigende omwen
telingen door. Na Bolivia, PerU en Ar
gentinië schijnt nu Brazilië aan de beurt
te zijn. Uit Montevideo in Uruguay wordt
n.1. volgens Reuter gemeld, dat blijkens
berichten uit Rivera. op de grens van
Uruguay en Brazilië gevreesd wordt
voor een revolutie in den Braziliaan-
schen staat Rio Grande do Sul.
Alle bondstroepen zijn in de kazernes
geconsigneerd. Leider der opstandelin
gen zou zijn Juan Francisco de Souza.
DE GESPANNEN TOESTAND IN
ARGENTINIË.
Groote onrust in de provincie.
De Ass. Press meldt volgens een N. T.
A.-bericht uit Buenos Aires, dat in de
provincie groote onrust heerscht. De
door de regeering getroffen maatregelen
worden veelal niet als zoo dringend
noodzakelijk beschouwd en van vele
zijden gaan stemmen op dat zij alleen
maar geschikt zijn om onrust te wekken
in het binnenland en beduchtheid in het
buitenland.
Een blijkbaar officieuze tegen
spraak.
Een blijkbaar geïnspireerd B. T. A.-be-
richt uit Buenos Aires meldt, dat de ge
ruchten welke verspreid zijn over vrees
voor een militairen of politieken op
stand ongegrond zijn. Er heerschen orde
en vrijheid, zoo heet het verder, maar
extremistische elementen worden be
waakt. ögSSSkl Öfi beitlae campagn»
EEN MUZELMANSCH HOOFD
VEROORDEELD.
Maanden geleden hebben wij, aldus de N. R.
C., de inhechtenisneming gemeld van het Mu-
zelmansche hoofd Pir, die in de buurt van Ka-
rachi in een huis woonde dat, met hooge muren
omringd, het aanzien van een vesting had. De
wandaad waarvoor hij ten slotte in hechtenis
genomen werd, wat dat hij een jongen van zijn
vrijheid beroofd had en dien als slaaf voor zich
iiet werken.
Reeds eenmaal was de knaap ontvlucht, maar
Pir liet hem terughalen. Zijn macht in den om
trek was groot en velen vereerden hem als een
heilige. Toen de moeder van den jongen zich
ervan wilde gaan vergewissen, of haar jongen
door Pir gevangen gehouden werd, kon zij niet
eens de poort van de vesting bereiken, Zij
werd door een sluipmoordenaar overvallen.
Later vond men haar lijk in het veld.
Ten slotte wist de jongen echter over zijn
vrijheidsberooving heimelijk bericht aan een
Engelsch magistraat te zenden. Deze liet een
onderzoek instellen, de jongen werd ontdekt en
herkreeg zijn vrijheid.
Toen was het met Pir's euveldaden (hij moet
er jaren lang heel wat begaan hebben) gedaan.
Het geding te Karachi tegen hem is nu ge
ëindigd met zijn veroordeeling tot tien jaar ge
vangenisstraf en een boete van tweeduizen ro-
pijen, wegens overtreding van de wapenwet en
vrijheidsberooving.
Den moord op de vrouw heeft men hem nief
kunnen bewijzen en daarvan is hij vrijgespro
ken.
In het geheel waren hem 27 strafbare feiten
ten laste gelegd.
Bij de huiszoekingen die de politie in de vet*
ting van Pir heeft gehouden, had zij een groote
opslagplaats van wapens en schietvoorraad ont-
dekt.
De jonge slaaf zat in een kooi, waarin hij al
vier jaar opgesloten was geweest. Tevens wer
den eenige vrouwen van Pir s harem, die daar
tegen haar wil in waren opgenomen eo niet we|
i'
j +6 k uur