Ultmaarsche taurait.
VehkadsL& Q/i&otè.
Amerikaansche notities.
DE VERLOREN INJECTIENAALD.
Radio-hoekje
Rechtszaken
Hiriiri twse en dertigste Jaargang.
Woensdag 17 September
FEUILLETON.
Ho. 219 1930.
Donderdag 18 September.
Hilversum, 1875 M. (A.V R.0.-uitzending).
ê.01—9.45 Gramofoonpl. 10.—10.15 Mor
genwijding. 10.3012.Concert. Arnhem-
sche Orkestvereen. 12.152.Concert.
A. V. R. O.-Kwintet. Mary Sablairolles,
zang. 2.2.30 Gramofoonpl. 3.3.30 Gra
mofoonpl. 3.30—4.— Voor de dames. 4.
5.— Ziekenuurtje. 5.5.30 Gramofoonplaten.
5.306.45 Concert. Orkest van Cinema
Royal. 6.45—7.15 Sportpraatje door H. Hol
lander. 7.157.45 Radio Volks Universiteit.
8.— Tijdsein. Praatje door Mevr. Ketelaar-
van Goch over „Zonnestraal"-dag. 8.10—
9.10 Concert. Mandoline-Orkest „Sempre
Avanti". Georgina YdoSpringer, viool.
9.1010.Concert. Omreporkest. 10.
Persber. Vervolg concert. 11.— Gramofoon
platen. 12.Sluiting.
Huizen, 298 M. (Na 6 uur 1071 M.)
8.—9.15 K.R.O. Gramotoonpl. 10.—10.30 N.
C. R. V. Zang door Dameskoortje. 10.30—
11.N.C.R.V. Ziekendienst. 11.30—12.
K.R.O. Godsdienstig halfuurtje. 12.1.30
•K.R.O. Concert door het K.R.O.-Trio. 1.30
2.— K.R.O. Gramofoonplaten. 2.-245 N. C
R. V. Gramofoonpl. 2.453.45 Cursus
Fraaie Handwerken. 4.5.N.C.R.V. Zie
kenuurtje. 5.6.30 N.C.R.V. Concert. Mevr.
MulderBelser, alt-mezzo. Witttpen, fluit.
M. van 't Woud, cello. G. Hengeveld, piano
6.306.40 Koersen. 6.45—7— N.C.R.V.
Knipcursus. 7.7.30 N.C.R.V. Joost Sluis:
„Algemeene wenken voor de verzorging van
ons pluimvee, in verband met den komenden
winter". 7.30—8.N.C.R.V. Cursus Ma-
leisch. 8.10.15 N.C.R.V. Herdenkingsavond
ter gelegenheid van het 40-arig bestaan der
Geref. Jongelingsvereen. „Prexdiker 12 la"
vanuit de Parklaankerk te Groningen. Spre
kers: Ds. P. Ch. v. d. Vliet en J. Bos. Muzik.
medew. Mej. Hoekstra, sopraan. Marinissen,
tenor. L. Huizenga, orgel. 10.15—10.25
Persberichten. 10.2511.— Gramofoonpla
ten.
Daventry, 1554.4 M. 10.35 Morgenwijding.
11.0511.20 Lezing. 12.20 Concert. F.
Townson, sopraan. V. Hughes, viool. R
Zweetland, piano. 1.20 Orgelspel door R
Foort. 2.20—2.50 Gramofoonpl. 3.20 Kerk
dienst. 4.05 Concert. S. York Bowen, so
praan. 4.35 Orkestconcert. 5.35 Kinderuurtje.
6.20 Lezing. 6.35 Nieuwsber. 6.55 Marktber.
7.Pianospel door F. Davies. 7.20—7.40
Lezing. 7.45 Lezing. 8.05 Concert. Koor en
solisten. 9.20 Concert. Sextet. S. Nelis, so
praan. 10.05 Berichten. 10.20 Lezing. 10.35
Berichten. 10.4512.20 Dansmuziek. 12.20
—12.25 Televisie.
Parijs Radio-Paris1725 M. 12.50—2.20
Gramofoonplaten. 4.05 Concert. 8.20 Too-
neeluitzending. 9.50 Concert. Zangeres, cel
list en strijkkwartet.
Langenberg, 473 M. 7.257.50 Gramo
foonplaten. 7.508.50 Orkestconcert. 10.35
—12.15 Gramofoonplaten. 12.30 Gramofoon
platen. 1.252.50 Orkestconcert. 5.506 50
Orkestconcert. 8.209.15 Concert. Orkest en
cello. 9.20 Bach-concert. Daarna tot 12 20:
Dansmuziek.
Kalundborg, 1153 M. 12.20—2.20 Orkest
concert. 3.20—5.20 Concert. Orkest, lezing en
zang. 8 20—10— „Fanevagt". Hoorspel van
Otto Rung. 10.20—11.20 Orkestconcert.
H.2012.50 Dansmuziek.
Brussel, 508.5 M. 5.20 Trio-concert. 6.50
Gramofoonplaten. 8.35 „Moulins qui chan-
tent". Operette van A. van Oost.
Zeesen, 1635 M. 6.05—7.20 Lezingen. 7.20
—7.50 Gramofoonplaten. 10.2012.20 Le
zingen. 12.20—1.15 Gramofoonplaten. 1.15
—2.20 Lezingfn. 2.20—2.50 Gramofoonpla
ten. 2.204.50 Lezingen. 4.50—5.50 Con
cert. 5.50—8.50 Lezingen. 8.50 Orkestcon
cert m. m. v. soliste. 9.20 „Heimkehr". Hoor
spel van E. Moes en O. Rombach. Daarna:
berichten en tot 12.50 Dansmuziek.
INSCHRIJVING VAN LEERLINGEN
VOOR DE GEMEENTELIJKE
AVONDSCHOOL VOOR NIJVERHEIDS
ONDERWIJS MET VOORTGEZETTE
KLASSEN TE ALKMAAR.
De inschrijving van leerlingen zal plaats
hebben van Maandag 15 tot en met Zater
dag 20 September, des voorm. van 9—12,
nam. van 24 en 's avonds van 6149 uur
in het gebouw der Ambachtsschool.
De leerlingen moeten minstens 12 jaar oud
Van ALICE CAMPBELL.
Geautoriseerde vertaling uit het Engelsch
door J. E. DE B. K.
8)
„Hoe gaat het u, zuster Rowe? Is dit
heühuis waar u werkzaam bent?"
Verbaasd, dat iemand haar naam wist,
keek Esther om. Toen, ziende wie achter
haar stond, glimlachte zij.
„O, miss Paul. Daar had ik niets geen
idee op."
Miss Paul was de eenige uit haar ho
tel, met wie ze wel eens wat langer ge
praat had. Ze was groot en hoekig, al
tijd in het zwart, met een breedgerande,
ouderwet^che hoed, wiebelend op haar
hoog opgemaakt wit baar.
„Ja, dit is het huis van den dokter
antwoordde Esther, „ik ben juist klaar
voor vandaag."
„Zullen we dan samen opwandelen,
vroeg de andere, terwijl zij hare groote
stappen iets kleiner maakte. Niettegen
staande haar oud uitzien en vreemd
voorkomen, zooiets van een oude Du-
mouriez teekening, was de dame een
onvermoeide wandelaarster, die dage
lijks mijlen aflegde, gewapend met para-
pluie, doos waterverf en vouwstoeltje.
Esther was haar dikwijls tegengekomen,
hollende met haar bagage, mantel en
sluier ten speelbal voor den wind
zijn en voldoende lager onderwijs hebben ge-
noten. Leerlingen die een dagschool bezoe
ken worden niet toegelaten.
Laatste rapportcijfers moeten voor nieuwe
leerlingen worden medegebracht.
JESSQ** met einddiPloma Ambachts
school kunnen tot de 5e klasse worden toe
gelaten. Leerlingen met einddiploma Gem.
Avondschool voor N. O. kunnen toegelaten
worden tot de voortgezette klassen
De school duurt 5 jaar. De voortgezette
klassen duren 2 jaar.
r)r!^etiSCh??lKeld' £ere2eld naar financieele
draagkracht der ouders en grootte van het
gezin, is zeer laag gesteld.
verstreHmiddelen WOIxkn door de school
De cursus vangt aan Donderdag 2 October,
s avonds 6 1/4 uur.
Inlichtingen bij den directeur
A. FLEDDERUS.
inschrijven''"^" moe*en z'c^ °Pn'euw laten
WOLKENKRABBERS.
Iemand, die een jaar of vijf niet in
New-York is geweest en dezer dagen zou
terugkeeren in het hartje van de stad
rondom Times Square, moet het aller
eerst opvallen hoe daar een aantal wol
kenkrabbers van groote hoogte verrezen
zijn als vroeger alleen maar in het be
roemde financieele district van Wall
Street werden aangetroffen. Foto's van
uit een vliegmachine genomen, toonen
dan ook heel eigenaardig aan, dat er
twee bepaalde plekken in New-York zijn,
waar men met een zekere voorliefde tus-
schen de wolken troont. Hoewel de
duurte van den grond er mede te maken
heeft, is niet met zekerheid te zeggen of
dit de oorzaak dan wel het gevolg is.
Immers, de prijs stijgt naar mate er
vraag bestaat en om de een of andere re
den is de vraag om kantoorruimte in de
buurt van Times Square, Grand Central
Station en Pennsylvania Station op on
verwachte manier zoo groot geworden,
dat de wolkenkrabbers letterlijk ziender-
oogen de lucht in schieten. Dit laatste is
geen overdreven bewering; het aanbren
gen en lassen der stalen balken gebeurt
zoo gauw, dat iemand, die er een heelen
dag aan zou kunnen wijden, inderdaad
een verdieping zou zien verrijzen. In de
buurt van zulke in aanbouw zijnde hui
zen kan men ook altijd van die nieuws
gierigen aantreffen, die aandacht naar
boven staan te staren en er gebeuren ook
soms van die rare dingen, die zelfs een
Yankee verbazen. Een paar dagen gele
den kwam ik door de 42ste Straat, waar
op den hoek van Fifth Avenue een nieu
we kolossus aan het verrijzen is. Onge
veer 30 verdiepingen staan er al, het
geen beteekent, dat het gelijkvloers al
bewoonbaar is inderdaad zag ik er
een geopend kantoor halverwege zijn
de metselaars en cementwerkers bezig
en daarboven zwaaien reusachtige kra
nen de stalen balken op hun plaats, die
daar gelascht worden. Die balken wor
den door de kraan van een vrachtauto
op straat al die tientallen verdiepingen
naar boven geheschen en zoo af en toe
gaan er paar man op zitten om zich zoo
naar boven te laten hijschen. Juist toen
f ik passeerde, ging aan de leege ketting,
vanonder voorzien van een reusachtige
stalen bal met een monsterhaak er aan,
een man in zijn eentje naar boven. In
den haak staande, zich met een hand
vasthoudend aan de ketting, ging dit
heer heel rustig tien, vijftien, dertig ver
diepingen naar boven met niets dan de
lucht om zich heen en voor dat schouw
spel stond de heele 42ste Straat toch
even stil en staarde met open mond.
Lindbergh in de wolken.
In die paar jaren tijds zijn er rond het
Grand Central zulke imposante gevaar
ten verschenen als de Chrysler, Chanin,
Lincoln, French, Lefcourt en Salmon
gebouwen, waarvan de Chrysler nu met
77 verdiepingen het hoogste gebouw ter
wpreld is. In den loop der tijden is
New-York net als andere groote steden
in allerlei wijken of straten van een
eigen cachet verdeeld. In de eene straat
zitten bijvoorbeeld veel juweliers, in de
andere bontwerkers, dit kwartier wordt
speciaal door Italianen bewoond en het
andere door Spanjaarden. Zoo is het
Wall Street district aan het bankwezen
gewijd, dat in de buurt van het Pennsyl
vania Station aan de kleederindustrie,
maar dat bij het Times Square heeft
nog geen eigen karakter. Het is een alle
gaartje van reisbureaux en vertegen
woordigers van buitenlandsche firma's,
particuliere kantoren en agentschappen.
Als een voorbeeld, hoezeer de bewoning
van zulk een gebouw afhankelijk is of
liever beïnvloed kan worden door een
onverwachtsche gebeurtenis, noem ik
het geval van Colonel Lindbergh. Deze
heeft in een der hoogste wolkenkrabbers
zijn kantoor eji wel tusschen de wolken,
hetgeen heelemaal in stijl met den be
roemden aviateur is. Zijn naam is niet
beneden in de vestibule op het groote
bord van adressen in het gebouw te vin
den en maar weinigen weten welk een
illusteren medebewoner zij bezitten. De
liftbedienden hebben de order, om zoo
dra Lindbergh een lift binnen stapt,
naar boven te suizen zonder stoppen,
dit alles om de lastige opdringerigheid
van het publiek te ontkomen. Toch lekte
het nieuws uit en in minder dan geen
tijd hadden allerlei maatschappijen, die
met luchtvaart, motoren, olie, benzine
en wat meer te doen hebben, hun hoofd
kwartier in dat zelfde gebouw opge
slagen.
Bouwwoede.
Het eene gebouw is nauwelijks vol
tooid of ergens verderop worden een
reeks ouderwetsche huizen afgebroken
achter een schutting, waarop de aan
kondiging van een nieuwen reus te le
zen staat. Een nuchter redeneerend
mensch vraagt zich twee dingen af:
waar komen al die toekomstige bewo
ners vandaan en rendeert een dergelijk
gebouw, dat 20 millioen dollar kost,
evenveel als een fatsoenlijk passagier
schip of een pantserkruiser? In de eerste
plaats heerscht in Amerika, niettegen
staande de tijdelijke malaise, nog altijd
de politiek van uitbreiding en vergroo
ting in zaken; geen toekomstplannen,
maar daadwerkelijk optreden. Het leven
in een stad als Groot New-York met bij
na elf millioen inwoners kan zich con-
centreeren in een vierkantje van tien
minuten loopen en op die wijze is het
aantal filialen, dat banken en winkels
er op na houden door de heele stad legio.
Zoodra een groote wolkenkrabber staat,
huurt een der rijke banken met wereld
naam de heele straatverdieping en een
paar daarboven; groote zaken, die bij
een vorige gelegenheid de kans lieten
voorbijgaan in die buurt te komen, grij
pen nu de gelegenheid aan. Anderen, die
hun hoofdkantoor bijvoorbeeld de laat
ste kwarteeuw in de benedenstad bij
Wall Street hadden en door de verande
ring der tijden eigenlijk al hun zaken
doen in de midden- of bovenstad, ver
huizen met pak en zak voorgoed. On
langs verhuisde er een bank van de be
neden- naar de bovenstad; ruim 6000
ladingen hadden de verhuisauto's over
te brengen, behalve de geldswaardige
papieren en specie, die apart per pant
serauto's werden vervoerd. Alles,
schrijfbureaux, indexkasten en wat er
verder tot een moderne bank behoort,
was met verschillende gekleurde etiket
ten voorzien, zoodat het weer precies
neergezet kon worden volgens een van
te voren opgemaakt plan. De overbren
ging had binnen de 12 uur plaats, niets
ging verkeerd, maar de rekening was
ook niet mis. Er zijn vele verhuismaat-
schappijen, die in dat soort werk specia-
liseeren. En aangezien de verhuispartij
dus geen bezwaar is, doen agenten en
vertegenwoordigers der nieuwste wol
kenkrabbers al hun best de menschen
uit de oudere gebouwen weg te lokken.
Hoogste verdiepingenmanie.
Dikwijls voert mijn weg naar een
maatschappij, die de heele 41ste verdie
ping van een der nieuwste gebouwen
beslaat en nimmer ontgaat me een zeker
prikkelbaar gevoel, wanneer ik in de
vestibule van het gebouw aangeland bij
mijzelf zeg: en nou nog dat heele eind
naar boven! Ongetwijfeld komt de psy
chologische factor bij den weerzin van
het publiek om zoo hoog te zitten. Ik zei
zooeven, dat de bovenste verdieping al
tijd grif afnemers vindt; dat vindt zijn
oorzaak in een zeker snobisme. In een
der grootsten heeft een club haar hoofd
kwartier tusschen de sterren opgeslagen
en beziet de wereld door de ramen van
de 58ste verdieping. In een andere zit
een rijkaard heelemaal bovenaan, die
volgens betrouwbare geruchten zijn in
térieur gestoffeerd heeft met tapijten tot
een waarde van een kwart millioen dol
lar. Laat ik ten slotte de z.g, „penthou-
ses" niet vergeten te vermelden, keurige
villa's of landhuisjes met tuin en al bo
venop de platte daken der groote appar
tementenpaleizen en die een jaarhuur
kosten, waarvoor menigeen zijn leven
lang moet werken. Al moge daar, zooals
beweerd wordt, de lucht zuiverder zijn
en de atmosfeer rustiger dan 30 verdie
pingen lager, het uitzicht is toch overal
hetzelfde naar alle vier de windstreken,
d. w. z. een woestijn van steen en staal.
VOOR DEN POLITIERECHTER.
ALKMAAR
Zitting van Woensdag 15 September.
TEN UITVOER LEGGING
VOORW. STRAF.
De eerste zaak van de nieuwe rol werd vol
gens wettelijk voorschrift behandeld met ge
sloten deuren. Het betrof den heer G. B.
schipper uit Winkel, die zich als reclassant
gedurende zijn proeftijd opnieuw aan eenig
strafbaar feit had schuldig gemaakt. De po
litierechter deed van zijn genomen beslissing
geen mededeeling
ONTVREEMDING VAN WASCH-
GOEDEREN.
Voortgezet werd de zaak contra de 25-ja-
rige Maria O. te Schoorl, die zich te Alk
maar op de waschinrichting van den heer S.
Krom had schuldig gemaakt aan wederrech
telijke toe-eigening van waschgoederen, welk
meisje door mr. A. Prins Jr. als raadsman
en verdediger werd bijgestaan. De heer Wig
gers, ambtenaar der reclasseering werd als
getuige gehoord. Deze verklaarde dat het
meisje geen ongunstige reputatie had. Zij is
wat vrij in haar opvattingen en daarom stuit
het haar tegen de borst, om onder toezicht te
staan, wat de heer Wiggers zich kon inden
ken. De verdediger schaarde zich aan de zij
de van den heer Wiggers. De officier wensch-
te echter geen lieve koekjes te bakken en
requireerae 3 maanden gev. met 2 jaar proef
tijd en op te leggen bijz. voorwaarden, waar
onder ook behoort onder toezichtstell;ing.
Mr. Prins bracht 1 ulde aan den politierechter
voor diens welwillende behandeling met be
trekking tot verdachte. Voorts noemde verde
diger de gevorderde straf 3 maanden wel wat
hoog en concludeerde ten dien aanzien
vermindering, doch refereerde zich overigens
aan het requisitoir. De politierechter direct
vonnis wijzend veroordeelde Marie O. ver
volgens tot 2 maanden gev. met 2 jaar proef
tijd en nader te noemen bijzondere voor
waarden. De hee: Wiggers werd belast met
het toezicht. Ten slotte gaf mr. Ledeboer de
reclassant nog een zakelijke vermaning mede
op haar verderen levensweg.
MISHANDELING.
De niet aanwezige heer Jan Cornelis B.
had volgens door aen officier uitgebrachte
dagvaarding op 29 Juli op 'n openbaren weg
tusschen de Waal en Oudeschild op Texel den
getuige C. Bruin eenige vuistslagen toege
bracht. Verdachte kwam op een rijwiel aan
gereden en viel zonder eenige voorafgaande
toelichting den landbouwer Bruin aan. Ver
moedelijk was hij gepiqueerd wegens een
plaats gehad hebbende kwestie over een land
bouwmachine. Verdachte had een brief ge
schreven aan den officier, waarin hij beweer
de dat Bruin hem op unfaire wijze had uitge
daagd. Dit werd thans door Bruin ontkend
Eisch 30 boete of 30 dagen^ Vonnis 25
boete of 25 dagen.
VERDUISTERING VAN EEN
GELEENDE JAS.
De heer Cornelis Jacob de Groot te Alk
maar die van den getuige A. W, Ros aldaar
een jas had geleend en dit kleedingstuk zich
wederrechtelijk had toegeëigend, was niet
aanwezig om van deze verduistering nader
toelichting te geven. Ook de vriendelijke jas-
leener bleek niet aanwezig te zijn, zoodat acte
werd genomen van de niet-verschijning.
Een dame bij wie gezegde heeren in pension
waren, legde als eenige beschikbare getuige
verklaringen af. Deze getuige had vernomen
dat Ros de jas niet geleend, doch verkocht
had. Vrijspraak werd alsnu gevorderd en ver
leend wegens bewijsgebrek.
EEN MAN IN DE SLOOT GEDUWD.
De heeren Gerrit L., caféhouder te Zijdi
wind en de landbouwer Joh. Kr. uit Haren
karspel stonden gezamenlijk terecht ter zake
het tamelijk ernstige feit, dat zij in den nacht
van 25 Mei te H H.-waard te zamen en in
vereeniging, althans ieder voor zich, den ge-
tuige Arie Pancras te Harencarspel, die hen
voorbij fietste, onverwachts aangegrepen en
met geweld in een langs dien weg 'gelegen
sloot geduwd had f en.
Verdachten werden verdedigd door mr,
Buiskool van Schagen.
De heer L., eerste verdachte, ontkende deze
tenlastelegging. Hij werd door getuige Pan
cras en diens broeder aangevallen en mishan
deld, zoodat hij op den wegbleef liggen. Eerst
later kwam verdachte Jan Kr. in gezelschap
van zekeren heer Cornelis Zut aanwandelen
en toen namen de heeren Pancras de vlucht.
Ook verdachte Kr. ontkende zich aan bedoel
de mishandeling te hebben schuldig gemaakt.
Hij had evenwel niet gezien of de heeren Pan
cras zijn medeverdachte hadden mishandeld.
Op verzoek van verdediger werden als ge
tuigen a décharge gehoord de rijksveldwach
ter Bruines en de heer Cornelis Zut voor
noemd.
Een tweetal broeders van den mishandelde
verklaarden de mishandeling door verdachten
te hebben waargenomen. Een dezer getuigen
kon niet pertinent mededeelen, dat verdachte
K. medeplichtige was.
Rijksveldwachter Bruines van Winkel
deelde mede, dat de verhouding tusschen de
heeren Pancras en verdachte G. nu juist niet
schitterend genoemd mag worden. Deze ge
tuige dacht meer welwillend over verdachte
L. dan over de heeren Pancras. De heer Cor
nelis Zut uit Harenkarspel, die gelijk met ver
dachte Kr. aan kwam rijden, had eenige per
sonen zien wegvluchten, wie het waren kon
hij niet zeggen.
Hij had verdachte Kr. niemand zien aan
grijpen. Deze verklaringen werden door de
getuigen a charge gekwalificeerd als leugens.
De officier requireerda vrijspraak wegens
bewijsgebrek, aan welk requisitoir verdedi
ger na een korte uiteenzetting van de feiten,
zich volkomen aansloot. Het kennelijk doel
van de heeren Pancras was, verdachte L. een
hak te zetten.
Uitspraak voorts conform eisch, dus vrij
spraak.
OPZETTELIJKE BRANDSTICHTING.
Den heer Cornelis C., niet verschenen, was
tenlaste gelegd het feit, dat hij in den nacht
van 9 op 10 Juli een hooihoop, toebehooren-
de aan den landbouwer Jacob Pronk, in den
brand had geotoken, zoodat bedoeld hooi op
die wijze werd vernield. De schade bedroeg
5 en deze is vergoed.
De timmerman Joh. Nieuwboer uit Wer-
vershoof en de vrachtrijder Simon Paay,
eveneens aldaar woonachtig, hadden van de
kermis te Medemblik komende, gezien, dat
eenige personen het aan den berm van den
Oosterdijk liggend hooi baldadig in den
brand hadden gestoken. Hieronder bevond
zich verdachte, die ook in kermisstemming
verkeerde.
Eisch 20 boete of 20 dagen hechtenis.
Uitspraak 15 boete of 15 dagen hechte
nis.
EENVOUDIGE BELEEDIGING.
De heer Harm B., de 36-jarige directeut
der coöperatieve vereeniging De Tijdgeest te
Winkel, stond terecht omdat hij op 3 Juni den
winkelbediende Jacob Melker had beleedigd
door hem in een vergadering opzettelijk be-
leedigend toe te voegen de woorden: Ge-
meene schoelje en dief. De beleedigde werd
verdacht in zijn betrekking als winkelbedien
de niet behoorlijk te hebben gehandeld. De
beleedigde verlangde schadeloosstelling, wat
echter buiten de strafzaak stond. Verdachte
erkende hetgeen hem was ten laste gelegd,
wat de politierechter echter niet de manier
vond om dergelijke zaken dusdanig te be
handelen. De directeur lichtte daarop de
kwestie nader toe. Getuige Melker had een
ander tot een strafbaar feit aangezet, wat
verdachte een onbehoorlijke daad achtte.
„Kent u deze wijk", vroeg Esther, toen
het haar opviel dat haar metgezelling
met veel belangstelling de Rolls Royce,
die juist van positie veranderd was, be
schouwde.
„Ik geloof, dat ik die auto ken", zeide
miss Paul. „Zeker ik ken het gezicht
van den chauffeur. Kan 't zijn, ja nu
weet ik 't". Met voldaan gezicht wandel
de ze weer door. „Die auto is van een
landgenoot, daar heeft hij een villa, in
dat gedeelte dat ze la Californië noe
men."
Esther's toon was vol belangstelling,
nu zou ze wat hooren.
„Hij is een mr. Clifford neen hij is
nu sir Carles Clifford, in den oorlog
werd hij voor het een of ander in den
adelstand verheven. Hij heeft groote
fabrieken in Lancashire weet u. Mis
schien hebt u wel eens gehoord van de
fabriek Seabrook en Clifford? Katoen-
fabrieken ziet u."
Esther had er nooit van gehoord.
„Neen natuurlijk niet, ik vergat dat u
Engeland niet kent. 't Is een heel groote
firma, verscheidene fabrieken. Zij ma
ken het seaclif goed. Sir Cahrles zat ja
ren in het parlement van de conservatie
ven. Hij heeft een buiten dicht bij mij
tusschen Chester en Arlington. Ik heb
hem dikwijls gezien."
„Bij den dokter is nu een Lady Clif
ford. Wat is zij een schoondochter? Ze
is nog heel jong".
„Is zij een Fransche?"
Ja".
',0, dat is zijn vrouw. Zijn tweede
vrouw natuurlijk. Zes jaren geleden
trouwde hij voor de tweede maal met de
een of andere Fransche, die hij ergens in
deze streken ontmoet had. Daar is heel
veel om dat huwelijk te doen geweest,
de heele buurt was verbaasd. Voor zijn
familie was het een heele schok."
„Dus hij heeft familie?"
„Alleen een zoon, in den oorlog ver
loor hij den anderen zoon. En dan heeft
hij een zuster, ongetrouwd, van mijn ja
ren. Ik heb haar wel eens ontmoet op
liefdadighêidsbazars."
„Kent u Lady Clifford."
„Goede hemel, neen! Hier in Cannes
heb ik haar dikwijls gezien. Ik geloof
dat zij tooneelspeelster is geweest."
Men kon niet twijfelen aan de opvat
ting die miss Paul had over het tooneel.
„Al hun tijd brengen ze hier door",
vervolgde de oude juffrouw, „of dat nu
is voor de gezondheid van sir Charles of
omdat zijn vrouw het verkiest, kan ik
niet met zekerheid zeggen. Ik vermoed
dat het in Cheshire niat vroolijk genoeg
voor haar was, er was niet genoeg aflei
ding. Ik weet hoe het gaat met die jon
ge vrouwtjes, die oude mannen trouwen,
ze hebben geen lust om thuis te blijven
bij haar naaiwerk.
Zij zeide dit op een manier alsof haar
teer, maagdelijk gemoed haar niet ver
oorloven kon meer te zeggen. Esther
dacht aan den jongen Engelschman in
het restaurant en zweeg.
Hun wandeling voerde hen door het
oude, schilderachtige gedeelte van de
stad, een stadsgedeelte waar Esther veel
van hield, want zij vond in die onregel
matig gebouwde, steile en kronkelende
straten een bekoring, die geheel ontbrak
aan de nieuwe, haar bekende steden.
„Hier", dacht ze, „kan men zich alle mo
gelijke gebeuren voorstellen, intrigues,
romantische voorvallen, misdaden zelfs.
Hier was al het materiaal voor avon
tuur. Dit was er het oord voor. In de
nieuwere, schoonere straten, de weelde
rige Promenade de la Croisette, de aan
verscheidenheid zoo rijke Route de
Grasse of in dat verblijf der plutocraten,
la Californië, kon men zich zoo iets niet
voorstellen.
„Bekoorlijk, is het niet?" merkte haar
metgezellin op als echo van haar ge
dachten. „Ik houd zooveel van dit ge
deelte. Als het weer warmer wordt, zal
ik mijn schetsboek eens meenemen om
een paar kleine teekeningetjes te maken.
Daar heb je nu dit hoekje, is het niet
verrukkelijk?"
Zij drentelden zoo'n beetje rond door
een drukke straat, waar markt werd ge
houden en zij bezagen handkarren vol
bloemen, goedkoope kant, kousen, bont,
bladen vol oude munten, porcelein, ko
per en brons, zij keken in verdacht uit
ziende steegjes, geheel onder den in
vloed van het exotische. Vrouwen zon
der hoed, met mooi geborsteld haar,
drongen langs haar heen, kinderen met
zwarte schortjes voor speelden luidruch
tig in de goten, werklui met zwart voor
schoot en losse roode dassen boemelden
rond, dikwijls met een geklos van zwart
verniste klompen. In een open deur was
een donkere, rooverachtige man bezig
een half zieken hond te voeren en spoor
de het dier tot eten aan: „Eet dan toch
Hélène", en Esther had er pret in, dat
het dier Hélène heette, f
Het was donker nu, in de straten flik
kerden de lichten; ze verlieten de markt,
kwamen in een winkelstraat, die Esther
dikwijls door was gegaan en ze stonden
stil voor een antiquar, wiens vensters
een uitstelling vertoonden van majolica,
zilver verguld en Limoges émail, tegen
een achtergrond van Vlaamsche tapij
ten.
„Dit is een van mijn meest geliefde
winkels", zeide miss Paul. „U kent haar
ook? Maar ik koop er natuurlijk nooit.
Veel te duur voor mijn beurs. Cannes is
net als Chester als het op antiquiteiten
aankomt, veel te veel touristen."
Terwijl ze sprak daverde een auto met
halsbrekende spoed de straat op en hield
stil voor het huis er naast, een ietwat
schunning uitziende juwelierswinkel
Uit de taxi stapte een vrouw, jong en
elegenat Ze betaalde den rit en keek
toen om, zeker naar den naam boven de
winkeldeur.
,,'t Is no. 24 mevrouw", zeide de chauf
feur, als om haar te helpen.
„Ja goed," antwoordde zij, nog aarze
lend.
Op het hooren van die stem had Es
ther zich omgedraaid en zag nog juist
hoe de dame haar zilvervos nauwer ora
den hals haalde en, haar marokijnen
taschje tegen zich aanhoudend, der
winkel binnenstapte. De taxi, met een
zwakke „cling" van de meter, stoof den
heuvel weer af. Esther tikte haar gezel
lin op den arm.
Wordt vervolgd,