DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Prof. Dr. J. G. HEERING Een Alkmaarsche cursus voor oplei' ding van winkelpersoneel. Volksuniversiteit. Uit het Parlement spreekt Maandag 20 Oct. in de Harmonie. ffo. 246 ZATERDAG IS OCTOBEH 1»36 132e Jaargang. Een goed geschoolde winkeljuffrouw zal den klanten geen knollen voor citroenen verkoopen. De moderne winkelier is een wetenschappelijk onderlegd man, die een veelomvattende opleiding heeft genoten. DONDERDAG 23 OCTOBER begint de inleidings-cursus door F. J. VORSTEN BURG, Gelegenheid tot vragen stellen. „KERK EN VREDE". ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door bet geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER QEWONE ADVERTENTIEN: Per regel 0.25, bij groots eontracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. riOSTER de ZOON, Voordam C 0, post giro 37000. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. Bekend is de anecdote van den manufac- rier, die toevallig hoorde, dat zijn bediende een dame niet antwoorden kon op de vraag waarom de zijde op het oogenblik zoo duur was. „Antwoorden", zei hij, toen de klant ver dwenen was, „moet je altijd en als je niet precies weet waarom of de zijde zoo duur is dan zeg je bijvoorbeeld maar, dat de zijde wormen zeldzaam zijn geworden". Dat zou die snuggere bediende niet meer vergeten en toen dienzelfden middag een an dere dame informeerde waarom een el lint zoo kostbaar was kreeg zij, tot groote ont steltenis van den luisterenden patroon, te hooren, dat de lintwormen op het oogenblik buitengewoon moeilijk te krijgen waren. Wij weten niet of dit werkelijk gebeurd is, dan wel of er maar een grapje van gemaakt is, maar vast staat wel, dat de jonge man, die hier achter de toonbank stond geen leer ling geweest is van de opleidingsschool voor winkelpersoneel waarover we zoo dadelijk nog heel wat bijzonderheden zullen vertel len. Toevallig, zoo vertelde ons een onzer le zers, stond ik gisteren in een winkel waar een klant naar den prijs van wijnglazen in formeerde. Hij kreeg de keus uit exemplaren van 1 en van 1.50 per stuk, maar de blijkbaar niet-deskundige juffrouw had beide prijzen verwisseld, zoodat het kristallen glas voor den laagsten prijs werd aangeboden. Op een vraag van den kooper waarom het kostbaarste glas het goedkoopst was. moest het jeugdige verkoopstertje het ant woord schuldig blijven. Zij had er niet het minste verstand van en de patroon moest ten slotte gehaald worden om het misverstand uit den weg te ruimen. En wie schetst de verbazing van den Alk maarder die kort geleden telefonisch een rok-hemd bestelde en eenhemdrok thuis gestuurd kreeg. Jonge meisjes, die meestal dadelijk van de schoolbanken in den een of anderen win kel neergepoot worden en die dan aan nieuwsgierige klanten moeten uitleggen waarom deze beter het een dan het ander kunnen koopen, waarin het prijsverschil zit en van welke plaatsen en fabrieken het ge vraagde afkomstig is, kan men niet altijd kwalijk nemen, dat zij wel eens eerlijk moe ten bekennen, dat zij er eigenlijk met veel van afweten. De klant begrijpt dat dan zelf wel en wanneer de verkoopster 'een beetje vriende lijk en behulpzaam is gaat hij maar op eigen oordeel af en bestaat er alle kans, dat de zaak hem of haar ten slotte als klant zal kunnen behouden. Maar hoeveel personeel is er niet, of is er niet geweest, dat bij gebrek aan beter maar aangenomen werd en in geen enkel opzicht voor het vak geschikt bleek. Hoeveel winkeljuffrouwen iijn er, vooral in manufacturenwinkels, niet geweest, wier booze gezichten zoo duidelijk haar gedach ten verrieden wanneer er eens meer hoedjes of couponnetjes te voorschijn gehaald moes ten worden dan zij verwacht hadden, dat de klant óf maar iets kocht waarin zij eigen lijk geen zin had, óf de herinnering aan een zoo vervelend onderhoud bleef bewaren, dat zij in beide gevallen nooit meer in die zaak terug is gekomen. De verkoopsters hebben het directe con tact met het publiek en daarom is het voor alle winkelzaken van het grootste belang, dat deze meisjes vriendelijk en hulpvaardig zijn en tevens, dat zij blijk geven door en door vertrouwd te zijn met alle bijzonder heden van de artikelen welke zij verkoopen. Verkoopkracht is een gave en er zullen altijd winkelbedienden zijn die meer verkoo pen dan anderen, maar ook zij, die deze gave niet bezitten kunnen toch een zoodanige opleiding krijgen, dat zij de klanten tevreden kunnen stellen en tegelijkertijd de zaak waarin zij werken zooveel mogelijk kunnen bevoordeelen. Er zijn bedienden, die een dame, die om een dozijn zakdoeken komt, niet laten ver trekken voordat zij er nog twaalf lakens en sloopen bij gekocht heeft Er is natuurlijk kans, dat die dame nog eens terug komt, maar er is ook kans, dat zoowel zij als haar vriendinnen jQOftit jQcÈT ovej dejj wihkèl- drempel zullen stappen en in dat geval heeft de al te ijverige bediende voor zijn patroon meer bedorven dan gewonnen. Wat dus zeggen wil, dat ook een verkoop ster of verkooper een beetje menschenkennis moet opdoen en aan het onderhoud met den klant al dadelijk moet kunnen bemerken of deze van het aanprijzen van goederen waar om niet nadrukkelijk gevraagd werd, al dan niet gediend is. Als wij dat alles eens goed bekijken, komen we onwillekeurig tot de conclusie dat het baantje van winkelbediende buitengewoon moeilijk en verantwoordelijk is en dan vra gen we ons onwillekeurig af of er uit han delskringen nooit eens een poging gedaan is om deze categorie zakenmenschen een vakopleiding te geven. Dat blijkt inderdaad wel het geval te zijn want er is, nog niet zoo lang geleden, in Alkmaar, door bemiddeling van de Kamer van Koophandel een lezing gehouden door den heer J. Traast uit Amsterdam, die de noodzakelijkheid van een goede opleiding uiteen gezet heeft en krachtig heeft aange spoord ook in Alkmaar en omgeving tot op richting van een cursus over te gaan. Dat heeft men in Alkmaar niet vergeten. De onderwijscommissie der Kamer heeft het initiatief gencèien en een en ander bespro ken met de middenstandsvereenigingeij, waarna de Vereeniging voor den Handeldrij- venden en Industrieelen Middenstand hier ter stede een cursus voorbereid heeft waar voor zich dezer dagen niet minder dan een tachtigtal candidaten heeft opgegeven. Ook in Schagen heeft men inmiddels iets dergelijks op touw gezet, zoodat daar dezer dagen een cursus met ongeveer twintig leer lingen is begonnen. Wat zal nu hier ter stede op een derge- lijken cursus hoofdzakelijk behandeld moeten worden? De man, die daarop het beste antwoord kan geven is de heer Traast uit Amsterdam, die daar ter stede directeur is van de afdee- ling Handelsschool tot opleiding van ver koopsters, gevestigd in de Marnixstraat, een school, die al van betrekkelijk ouden datum is, maar onder zijn leiding, sinds enkele jaren de modelschool is geworden waarin winkelpersoneel een volledige opleiding kan krijgen. Jarenlang is deze school de eenige in ons land geweest, maar er is er ook een in Den Haag geopend en daarnaast worden thans in de grootere plaatsen cursussen opgericht, waarin natuurlijk niet zulk volledig onder richt wordt gegeven, maar waarin men dan toch de bron der verkoopsterswijsheid op de voornaamste plaatsen zal kunnen aanboren. Met den secretaris en een belangstellend lid der Kamer van Koophandel voor Hol lands Noorderkwartier, hebben wij, met het oog op de Alkmaarsche plannen, dezer da gen aan die school een bezoek gebracht, waarbij de directeur zoo vriendelijk geweest is ons tijdens de lesuren volkomen van theo rie en practijk van zijn school op de hoogte te stellen. De school wordt bezocht door 370 leer lingen, allen meisjes die van de Lagere school zijn gekomen en voorbestemd zijn als verkoopster in een van de tallooze grootere of kleinere magazijnen op te treden. Zij vol gen hier een driejarigen cursus, die tot het middelbaar onderwijs wordt gerekend en zij krijgen na hun eindexamen een Rijksdiploma. In den regel krijgen deze meisjes dan on middellijk een betrekking, die met het oog op haar prestaties goed bezoldigd wordt en er zijn zelfs reeds zaken, die bij sollicitatie voornamelijk op de candidaten van deze school gesteld blijken. In het eerste leerjaar wordt daar voorna melijk aandacht aan het schrift geschonken. De meisjes wordt een goed loopend schrift geleerd en de bedoeling is, dat zij respect voor een goed handschrift leeren krijgen. Tegelijkertijd leeren zij het rondschrift, dat voor het maken van etalagekaartjes te pas kan komen en met laat de meisjes zelf allerlei aardige ontwerpjes bèdenken, die zoowel door schrift als teekening het doel treffendst bij verschillende soorten artike len geplaatst kunnen worden. Dan komt het factuurschrift aiet het eigen aardige Gothiscliri scherp toeioopepde karak ter, waarbij ook weer eigen ontwerpen ge- eischt worden en waarvan de heer Traast ons een groote verscheidenheid van aller aardigste werkstukjes kon toonen. Het schrij ven met de zoogenaamde ridispen en het voor winkels zeer geschikte koordschrift zal ook in de Alkmaarsche zaken weldra onont beerlijk blijken Dat alles vormt een deel van het etaleer- onderwijs, dat schrijven, teekenen, handwer ken en etaleer en omvat. De afdeeling warenkennis heeft een kast vol verrassingen. Daar haalt de onderwijzer bijvoorbeeld twee kousen uit, waarvan de eene wat dikker en wolliger dan de andere is en het aan staand verkoopstertje krijgt beide kousen in handen en moet dan vertellen welke de duur ste is en waarom dat het geval is. Zij krijgt er daarna een tweetal, dat schijnbaar van dezelfde dikte en het zelfde fabrikaat is en moet opnieuw vertellen waarin het prijsver schil zit. Datzelfde gebeurt met handschoe nen en daarna komen de schoenen aan de beurt, leert het verkoopstertje het verschil tusschen handgenaAid, persgenaaid enz. en hoort zij tevens de verklaring waarom het eene zooveel duurder of goedkooper is dan het andere. Haar wordt het begrip van klei ne voetafwijkingen bijgebracht, maar zij gaat op dit terrein niet zoo ver, dat zij in het ge bied van den dokter of den schoenmaker te recht komt. Het blijft niet bij kleeren of schoenen, want er zijn tallooze houtblokjes, die men van elkander moet leeren onderscheiden, zoodat het verkoopstertje, dat straks in een meubel- winkel terecht komt, den klant precies zal kunnen vertellen of hij een tafel van al dan niet opgelegd vuren- of eikenhout voor zijn geld heeft gekregen. Het verschil tusschen wol en katoen, tus schen de eene deken en de andere, alsmede het ontstaan en de bewerking van de grond stoffen worden onderwezen en wanneer het meisje deze lessen met vrucht gevolgd heeft, zal zij niet alleen haar toekomstige klanten geen knollen voor citroenen verkoopen, maar is zij een soort orakel geworden, dat menige patroon zoo nu en dan, als de klanten wat al te nieuwsgierig worden, nog wel eens te hulp zal moeten roepen. Hier onderhoudt men een geregeld contact met de Amsterdamsche zaken en van alle kanten komt het materiaal waarmede men de warenkennis der leerlingen kan verrijken. Bij de leerares in etaleeren troffen we het eerste leerjaar in diepe aandacht voor het groote schoolbord waarop verschillende etalagelampen geteekend waren en aangege ven werd hoe zij in de practijk voldeden en waarom de eene soort weer beter was dan de andere. Hier werd de les even onderbroken voor de vertooning van een film waarvan de school er een groot aantal bezit en waar mee de directeur ons op het tragische maar voor den mensch nuttige leven van de zijde worm vergast heeft. In dit lokaal staat een groote kast vol bus sen, flesschen, doosjes, kleedjes, glazen enz. en na elk uur theorie komt er een uur practijk en krijgen de meisjes een zeer bescheiden in ventaris van b.v. een kruideniers- of een glas winkel, alsmede een glazen kastje waarin zij de haar gegeven voorwerpen dan op meest smaakvolle wijze moeten etaleeren. Waarom ziet een bouquet er zoo geheel an ders uit als de eene vrouw de bloemen ge schikt heeft dan als de andere het gedaan heeft? Waarom kan de een een lapje goed dade lijk zoo neerleggen, dat men er met genoegen naar kijkt en kan de andere hetzelfde probee- ren zonder dat er ooit eenige aantrekkings kracht van uitgaat? Dat is een gave en wie die gave heeft, be hoort op een school als deze tot de uitblinken de leerlingen, maar ten slotte kunnen alle meisjes door goed onderwijs op dit gebied heel wat meer bereiken dan zij, die recht streeks van de schoolbanken achter de toon bank geplaatst worden. Om het geleerde aan de practijk te toetsen worden zoo nu en dan groote demonstratie- bedrijven bezocht een tocht naar de Phi- lips-demonstratiezaal stond juist weer op het programma en een stad als Amsterdam biedt voor het bezichtingen van deze bedrij ven overvloedig gelegenheid. In het Gymnastieklokaal deden leerlingen van het derde cursusjaar succesvolle pogin gen om over ïen hoog gespannen touw te springen, wat natuurlijk niet de bedoeling heeft dat de aanstaande verkoopstertjes vcortaan vlug over de toonbanken zullen wippen, maar waarbij de gedachte voorzit, dat de meisjes niet alleen goed moeten pra ter, maar zich ook los en bevallig moeten leeren bewegen. De teekenafdeeling is hier een zeer belang rijke. Hier komt het zoeken van lijn- en kleurcombinaties tot ontwikkeling. Men laat de leerlingen zelf combineeren en langzamer hand komen er alleraèldigste teekemngen voorschijn. Lampekapjes en eenvoudige bruiksvoorwerpen worden door de meij zelf ontworpen en gekleurd en zoo wordt grondslag gelegd voor het scheppen van «en harmonisch geheel in de etalagekasten. In een ander lokaal wordt aan voordracht, stemvorming en handelsaardrijkskunde aan dacht gewijd en daarnaast wordt uit het hoofd gerekend, waarbij een toevallige bezoe ker onwillekeurig verbluft staat over de ver kregen resultaten. Hoe dikwijls gebeurt het niet, dat de klant beter kan rekenen dan de winkeljuffrouw, maar de aanstaande Amster damsche verkoopstertjes weten binnen de mi nuut uit het hoofd te zeggen hoeveel 2 1 '8 maal 15.74 of 32/3 maal 7.83 is en zij kunnen deelen, optellen en aftrekken, dat het een lust is er even naar te luisteren. Wat doet over het algemeen een winkeljuf frouw als er plotseling een dame binnenkomt, die in het Fransch, het Duitsch of het En- gelsch naar prijs en kwaliteit van verschil lende artikelen vraagt? In den regel zal zij den patroon roepen, die in vele gevallen ook al spoedig tot de ontdekking komt, dat zijn moedertaal toch maar de mooiste taal is. Maar een meisje van de Amsterdamsche school zal zich haar lessen herinneren, de klant hoffelijk begroeten en van de meeste artikelen zoowel de kwaliteiten als de prijzen en nog allerlei bijzonderheden in de moderne talen vertellen, wat voornamelijk in de groo tere steden en onontbeerlijke eisch begint te worden. Voor den hier ter stede op te richten cur sus hebben zich dezer dagen, zooals gemeld, een tachtigtal candidaten opgegeven, die in drie groepen van ongeveer 27 leerlingen ge splitst worden. Groep A volgt de lessen in le warenken nis der textielbranche waarvoor als leerares mej. C. S. Meijer te Amsterdam is aangewe zen, 2e den cursus in lakschrift en etaleeren, waarin de heer H. Schuijt, leeraar M. O. tee kenen, benevens een nog aan te stellen vak man-etaleur zullen les geven en 3e den- cur sus in verkoopkunde en omgangsvormen, waarvoor de heer J. Traast, de directeur der Amsterdamsche vakschool, al leeraar zal op treden, die evenwel door een tijdelijke onge steldheid niet dadelijk kan komen en in wiens plaats de heer H. de Raat zich belangeloos bereid verklaard heeft den cursus in te leiden. Groep B volgt de lessen in warenkennis, speciaal de levensmiddelenbranche, waarin onderwijs zal worden gegeven door dr. D. Mol, Directeur van den Keuringsdienst voor waren te dezer stede met medewerking van den keurmeester, den heer J. G. de Joode. Daarnaast volgt deze groep de cursussen lakschrift en etaleeren, benevens verkoop kunde en omgansvormen, terwijl groep C denzelfden cursus met uitzondering van de warenkennis volgt. Alle lessen worden om de 14 dagen gege ven in de lokalen van de Handelsschool, welke de gemeente daarvoor belangeloos be schikbaar gesteld heeft en de cursus zal Dinsdag 21 October a.s. des avonds te 8 uur in een dezer lokalen officieel worden ge opend. In Schagen is reeds een dergelijke cursus begonnen onder leiding van mej. L. Piet, Directrice van de daar gevestigde Huishoud school en in Den Helder is een cursus in voorbereiding. Dat alles is het werk van de Kamer van Koophandel voor Hollands Noorderkwartier, in samenwerking met de middenstandsorga; nisaties, en wij kunnen niet anders dan met voldoening constateeren, dat hier iets word; opgezet, waarvan wij het groote nut, om niet te spreken van de noodzakelijkheid, niet na der in het licht behoeven te stellen. Wij hebebn meermalen op de groeiende be- teekenis van Alkmaar als winkelstad gewezen en men behoeft slechts te constateeren, dat in onze voornaamste straten het aantal particu liere woningen steeds kleiner en het aantal winkelpanden steeds grooter wordt en dat zoowel de omvang als het uiterlijk en de be- teekenis dier winkels en magazijnen zoo ge heel anders dan vroeger zijn geworden om te begrijpen, dat hier een bron van stadswel- vaart ligt, voor welker goede functionneering men rekening zal moeten houden met alle eischen, die een veeleischend publiek in dezen tijd zal' kunnen stellen. Dat verscheidene zaken een groot deel van haar personeel de thans georganiseerde cur sussen laten volgen en daarvoor zelf het les geld betalen, bewijst wel hoe hoog door direct belanghebbenden de waarde van een derge lijke opleiding geschat wordt en hoezeer men beseft, dat in dezen tijd van scherpe concur rentie het verkoopen niet meer als een voor ieder begrijpelijke kunst, maar als een weten schap beschouwd wordt, waarin men zich voor den strijd om het bestaan tot in alk on derdeden zal moeten bekwamen. Dat zich reeds dadelijk een zoo groot aan tal leerlingen voor den Alkmaarschen cursus heeft opgegeven, is voor de organisaties, die het initiatief namen het beste "bewijs dat de beteekenis van deze lessen en alles wat daar toe voorbereid en tot stand gebracht is, in breeden kring begrepen en gewaardeerd zijn geworden. Cursusgeld f 1.50, f 2.25 of f 3.—. Inschrijving bij Leeszaal of boekhandel. Den Haag, 17 Oct. 1930. Er was gister een donderwolkje aan de lucht. De Commissie van Rapporteurs had op de regeling betreffende de tegemoetkoming aan de Zuiderzeevisschers, die door de drooglegging van de Zuiderzee in moeilijke omstandigheden zijn geraakt een amende ment voorgesteld, waarbij aan de betrokke nen een recht op tegemoetkoming werd toe gekend, wanneer hun vaartuig in waarde zou zijn verminderd. Dat was een ander stelsel dan in het regeeringsartikel werd ge huldigd, waarbij slechts dan uit de openbare kas hulp zou worden verleend wanneer een belanghebbende deze verzoekt bij de oprich ting van een nieuw bedrijf en het blijkt, dat hem dit moeilijk afgaat ten gevolge van waardevermindering. Een recht op vergoe ding of uitkeering zou de belanghebbende dus niet kunnen laten gelden. De Commissie had de uitwerking van haar denkbeeld een beetje onbeholpen geformuleerd, doch dat nam niet weg, dat er in de Kamer een stroo ming viel waar te nemen ten gunste ervan. Intusschen had de minister van waterstaat, de heer Reijmer, tamelijk hoog van den toren geblazen, verklaard, dat-hij bij aanneming van het amendement zijn verdere houding zou moeten overwegen en men sprak reeds van een ministerieele crisis omdat de .heer Heemskerk reeds had gerept van een conflict tusschen den minister en de Kamer indien het bedoelde amendement tegen 's ministers zin werd aangenomen. Hedenmiddag vonden evenwel de Kamer leden een nota van den minister op hun les senaar, waarbij deze bewindsman vrijwel bakzeil haalde. Hij aanvaardde daarbij in beginsel het stelsel van schadevergoeding wegens waar devermindering, waartegen hij zich zoo hardnekkig had verzet en voegde in zijn ont werp een bepaling in, luidende: Art. 6a Bij algemeenen maatregel van bestuur worden voorschriften vastgesteld omtrent de tege moetkoming wegens waardevermindering van eigendommen als gevolg van de afslui ting van de Zuiderzee". Wel werd de uitvoering van het thans door hem aanvaarde beginsel overgebracht naar de regeering, maar de Kamer vond de enkele aanvaarding van het beginsel door den minister blijkbaar reeds zoo mooi, dat er al dadelijk geen vuiltje meer aan de lucht was. Vooral toen de minister bij de daarop volgende bespreking categorisch verklaarde, dat hij in geval van waardevermindering zonder op andere omstandigheden acht te slaan erkende een recht op tegemoetkoming. De Commissie van Rapporteurs trok hier op haar amendement in, de heer Duys (s.d. a.p.) deed hetzelfde, waarna het nieuwe ar tikel met 91 tegen 2 stemmen (van de com munisten) werd aangenomen. Een amendement van de communisten om den leeftijd van uitkeering van geldelijken steun niet op 60, gelijk de regeering wilde, doch op reeas 55 jaar te bepalen, werd met 86 tegen 5 stemmen verworpen. Nadat ten slotte de Kamer met 64 tegen 28 stemmen had geweigerd mee te gaan met een amendement van den heer Duys (s.d. a.p.) om de terugbetalingen van credieten te doen plaats hebben op grond van een rente voet van 4 procent (in het ontwerp wordt van 5 procent gewaagd) was de behande ling van de wijzigingswet afgeloopen. De eindstemming hield de voorzitter evenwel tot Dinsdag aan. Daarna kwam aan de orde het zooge naamde Vlootontwerp, d.w.z het wetsont werp tot verhooging van hoofdstuk VIII der Rijksbegrooting voor 1930 (kosten van een kruiser en van een llottieljevaartuig, eerste termijn). Blijkbaar had minister Deckers er niet op gerekend, dat de zaak zoo vroeg aan de orde zou komen, want op dat oogenblik was hij niet in het gebouw. Toen daarover, speciaa. door den heer Ketelaar (v.d.) nog al werd gemopperd, trad de minister binnen, en werd met gejuich ontvangen. Ondanks een protest vap dep heer De Visser (gggSh-lr*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1930 | | pagina 1