KinderVerkoudheid
Indië in ons midden
LANDBOUW 8n VEETEELT.
Bechtsagaken
Pluimveeteelt
X/ICKS
DT3 VYO VI I ltl V tKEX YIH k TFIISA <-1\ T Jl
NED. VER. VAN"~KAASHANDELAREN
Invoering van een zwarte lijst"
wVapoRub
de hoogste dienaar van den staat, wat zijn
bewoning betreft, waarschijnlijk slechter af
s, althans minder tevreden kan zijn, dan een
nederig schrijver aan een der departementen
Het rustige Bantam met een rumoerig
verleden.
Het is volkomen begrijpelijk, dat onlangs
de gouverneur-generaal een uitstapje naar
Bantam heeft ondernomen. Wie met Indië
van doen heeft, zich rekenschap geeft van
den zoo uiteenloopenden aard van streken
en bevolking, van de verschillende behoef
ten der landen, van het verleden en zijn uit
werking op het heden, kortom, wie de ont
wikkeling van een gewest op Java wil ken
nen en zich afvraagt hoe en waardoor ze
kere toestanden ontstonden, zal ongetwijfeld
zijn aandacht voor Bantam behouden en het
land met eigen oogen wenschen te zien.
Voor Nederlanders liggen de historische
plekken op Java aan de noordkust en als
historisch land is Bantam waarlijk het ge
ringste niet. Men moet er niet heentrekken
om er een wijde uitspanning te zien van lan
delijke weeldfe, ook niet om een bonte men
geling van volksleven te genieten of zich te
verlustigen in de schakeering van een berg
land, doch wie van de sombere hardheid van
het oude „Banten" vernam en verlangt te
zien hoe het aan de vroegere onrust ont
groeide, vindt er veel opmerkelijks. Men mo
ge achten, dat het Nederlandsch bestuur
lange jaren heeft noodig gehad om er de
verandering te brengen, maar eveneens is in
rekening te brengen, dat de medewerking
van hen, die waren geroepen tot leiding van
hun volk, lang heeft ontbroken en daarna
schoorvoetend was.
Het is nu eenmaal niet weg te cijferen,
dat de voormalige vorsten de leer toepasten:
het volk is er voor den vorst. De gevolgen
daarvan werden door den handel der O.I.
Compagnie niet verergerd en niet verzacht;
eerst wanneer de vorsten en hun talrijke ver
wanten buiten alle bemoeienis zijn gebracht,
komt er plaats voor onbaatzuchtigheid in
het bestuur. Dan is het verboden de bevol
king te knijpen en als er blijk komt van kne
velarij, moet er een vervolging worden in
gesteld. Maar hoe ook de bezetting der be
stuursposten moge zijn, hoe nauwlettend de
ambtenaren, toch zal er stille geweldenarij
zijn, wanneer de hoofden er voor zijn te vin
den.
Dat is in Indië overal zoo geweest en zoo
is het nog: wanneer de hoofden, kleine en
groote, voordeelen aanvaarden uit onbe
schreven opbrengsten van het volk, is er
uitzuigerij. En hoe meer het vvestersch be
stuur wordt gedund, des te ruimer wordt de
kans voor ongewettigde practijken.
In Banten is de willekeur en de knevela
rij waarlijk niet gering geweest; ook zonder
Multatuli's aanklacht kon met het weten.
De ontevredenheid, door den druk der ver
schuldigde en niet verschuldigde opbreng
sten ontstaan, behoefde slechts den motor der
opruiing, cm zich in daden van wanhoop en
wraak te uiten: de Tjilegonsche opstand en
moorden van 1888 werden de laatste en
bekende uitbarsting.
Nadien is er véél gedaan om de welvaart
van noord-Banten mogelijk te maken. Alle
kracht werd gegeven aan verbetering van
den rijstbouw. De maatregelen en proeven
hebben tijd genomen en men is geëindigd
met de uitvoering van zeer uitvoerige wer
ken tot bevloeiing. Dat laatste heeft zijn be
slag gekregen in de jongste jaren en het
overzien daarvan is alleen al een bezoek aan
Banten waard. Afgewacht moet nu, of ook
werkelijk het hoogste nut uit die werken
wordt getrokken; het woord en de daad
daartoe zijn aan de bevolking en aan de lei
ders, de hoofden.
Dat noordelijk deel van Banten is verre
van mooi, doch in het westen, bewesten Tji-
legon biedt het heuvelland eenige afwisse
ling en men kan er dreven treffen van een
verrassende liefelijkheid. Toch zal op me
nig bezoeker de historische plek, een paar
kilometers benoorden Serang, wel den
sterksten indruk teweeg brengen. Nabij de
baai van Banten ligt het oude fort Speel-
wijk, de nederzetting uit de dagen der Kom-
panie, die er bovenal peper verzamelde en
verscheepte. Ten deele laat zich het oude le
ven der ondernemende Hollander lezen uit
het bouwwerk, dat den koopman en den
soldaat herbergde met alle voorraden en dat
in zijn naaste omgeving een laatste rust
plaats heeft geboden aan wie er het leven
moesten laten. Want een gezonde plek is het
allerminst en die moet men nergens op de
noordkust van het gezegend Java zoeken.
De toerist heeft geen gelegenheid het merk
waardig verschil op te merken, dat er in het
voormalig gewest Banten (tegenwoordig is
het een afdeeling van het gouvernement
.West-Java) bestaat tusschen de noordelijke
en zuidelijke helft. De natuur der streken
ie anders, maar ook de bevolking. Wanneer
in het noorden een aanzienlijk deel der be
volking van Javaansche herkomst is, in het
zuiden daarentegen is zij Soedaneesch. In de
inrichting der dessa's en den bouw van wo
ningen komt het duidelijk uit, in de eigen
schappen van het volk niet minder. Vooral
de arbeidzaamheid van het noorden steekt
scherp af tegen een bepaalde uitstalling van
de gemakzucht in het zuiden. Men werkt
hier wel voor zijn broodje, tenzij een huis
genoot of verwant het doet, maar de trek
tot geldverdienen ontbreekt in het zuiden en
bestaat in het noorden. Daar wordt ge
spaard voor een Mekka-gang, in het zuiden
niet.
Akkerbouw gelijk dien rond Serang, Pan-
deglang en Menes zoekt men in het zuiden
tevergeefs, maar er behoort dadelijk aan te
worden toegevoegd, dat de gronden in het
zuiden over het geheel minder gunstig zijn.
Volgt men een der drie wegen, die van
Rangkas Bitoeng naar het zuiden leiden,
dan merkt men op hoe geleidelijk het heuvel
achtig terrein toeneemt in hoogte en in ar
moe van grond, hoe de woonbuurten ge
ringer worden in omvang en uiterlijk. Nog
steeds is de bevolking er geneigd tot roof
bouw; om de gebruikte velden bekommert
zij zich later wel eens. Zoo kan men het zien
in het door Multatuli bekend geworden Le-
bak
Eigenaardig, dat juist daar de erfpachten
zijn gwwwtfd en verkregen door onderne
mers van landbouwnijverheid. Veel vroeger
zijn in Banten, in midden en zuid vooral,
verscheidene gewassen voor den uitvoer be
proefd en na de teleurstelling opgegeven.
Vooral met koffie werden tal van tuinen
voorzien. Tegenwoordig vindt men er slechts
rubber. Een kwart eeuw geleden werden erf
pachten door rubberplanters gekozen bezui
den Rangkas Bitoeng en nabij Menes. Des
tijds vergewiste men zich bij de keuze van
terreinen weinig of niet van de degelijkheid
der gronden en dat verzuim laat zich nu
voor sommige landen in zijn gevolgen ge
voelen.
Doorgaans ondervinden de ondernemingen
in Bantam nog een andere moeilijkheid; het
vinden en behouden van genoeg werkvolk.
Want juist in het gebied der ondernemin
gen is de bevolking noch talrijk, noch belust
op arbeid bij ondernemers. De menschen
van noord-Banten gaan wel uit werken in
dienst van anderen, maar zij geven de voor
keur aan Lampoeng aan de overzijde van
Straat Soenda, waar zij jaarlijks bij duizen
den in de pepertuinen van Lampoengers een
goede verdienste vinden, waarna zij met een
aardigen spaarduit terugkeeren juist op het
tijdstip waarop de rijstbouw in eigen land
hun handen vraagt. Het volk van zuid-
Banten kent dien ijver in het geheel niet en
vertoont zich zelden op een onderneming,
althans niet als losse arbeiders in de tui
nen. Gewoonlijk heeft men er een aantal
menschen, afkomstig uit de omgeving van
het particuliere land Djasinga, aat gelegen
is tusschen Buitenzorg en zuid-oost-Banten.
Het is trekkend volk, dat zeer ongeregeld
werkt en om de kleinste redenen zijn matten
oprolt in den waren zin van het woord om
elders hetzelfde te doen.
Er zijn in Banten tal van eigenaardige
toestanden, waarmee de bestuurder van
doen krijgt en waarover hij de regeering
mededeeling verstrekt. Geen wonder dat een
landvoogd zich gedrongen voelt dat Banten
eigener oogen te zien; zij het ook voor een
klein gedeelte. Want, hoewel het gewest niet
groot is, het vereischt toch voor eefi derge
lijke waarneming meer tijd dan een gouver
neur-generaal voor zijn uitstapjes op Java
pleegt te nemen. Het reizen is er zelfs in Onze
dagen niet gemakkelijk. De bestaande wegen
zijn goed, maar de drie wegen in het zuidelijk
deel gaan volstrekt niet tot de kust. De zuid
kust van Banten is heel bijzonder; het weste
lijk schiereiland Djoenkoelon is alleen over
zee te bereiken, een ligging die de banteng
beveiligt, het geweldig rund dat daar in
kudden voorkomt en overgens op Java be
trekkelijk zeldzaam is. Er is al sprake van
geweest, dat Djoengkoelon tot natuurmonu
ment zou worden verklaard.
Over en uit Banten wordt gemeenlijk wei
nig vernomen en voor het genoegen onder
nemen de menschen in Indië doorgaans geen
rtis aar dit westelijk deel van Java. Er zijn
geen bergen met gezondheidsoorden en
hotels; trekken door Banten vergt inspan
ning en soberheid. Wie bereid is er een stu
die van te maken, vindt er intusschen ruime
verscheidenheid van stof en van sfeer.
DENGAN HORMAT.
KENNEMERLAND.
De aanvoer van diverse soorten groenten
was wederom van beteekenis; de kool domi
neerde en dan volgden de groenten die in
kisten worden aangevoerd. Daarnaast was
er aanvoer in alle variaties, waaronder nog
van kleine partijtjes snij- en spercieboonen,
gedeeltelijk uit de natuur,' doch ook schitte
rend mooie kasboonen.
Bloemkool werd in groote kwantums aan
gevoerd, althans groot genoeg om de prij
zen van 2e en 3e kwaliteit te drukken.
Mooie bloemkool gold 13.50 tot 20, 2e
soort 7.50 tot 13 en 3e soort 2.50 tot
4 per 100 stuks. Roode kool was in bedui
dende partijen aanwezig, bijna alles van el
ders. Ook nu weer was er goede vraag naar
mooie kleine kool, terwijl afwijkende kwali
teit weinig opbracht; le soort gold 4.50
tot 6.50, 3e en 2e soort 1 tot 2.50 per
100 stuks. Savoye en groene kool was weder
om gezocht, vooral de laatste, een mooi pro
duct van eigen bodem. We noteerden voor
savoye kool 3.50 tot 5 en groene kool
4.50 tot 8.50 per 100 stuks.
Spruitkool werd in mooie partijen aange
voerd en was evenals de vorige week, hoog
in prijs, vooral le soort. De prijzen waren
voor le soort 14.50 tot 22, 2e soort
6.50 tot 11 per 100 K.G.
De aanvoer van andijvie was weder ruim
en over het geheel was de kwaliteit mooi.
Desondanks was de handel lui, met prijzen
van 1.50 tot ƒ.2.75 per 100 stuks; extra
kwaliteit iets hooger.
De aanvoer van sla was klein en ook de
kwaliteit begint bedenkelijk te verminderen.
0.50 tot 1,50 per 100 stuks).
Spinazie werd in mooie partijen aange
voerd en was duur, de noteering was 1.20
tot 1.60 per bak.
Peen werd in mooie partijtjes aangevoerd
met vluggen handel en opgaande prijzen.
We noteerden voor le soort 13 tot 20 en
2e soort 7.50 tot 12 per 100 bos.
Boonen waren er slechts in kleine partij
tjes aangevoerd en wat nog maar eenigszins
gaan kon, werd duur betaald. Natuurboonen
golden 5.50 tot 19.50, kasboonen 35
tot 60, snijboonen 40 tot 65 per 100
K.G.
De aanvoer van tomaten begon af te zak
ken en ook de kwaliteit. Evenals de vorige
week was goede kwaliteit duur. We noteer
den voor A 20 tot j 30, B 20 tot 30 en
C 12 tot 22 per 100 pond; 2e kwaliteit
gold eenvoudig minder.
Aardappelen werden in geen groote kwan
tums aangevoerd. Wederom was er goede
vraag naar prima kwaliteit en matige han
del in onbekende kwaliteit, de. prijzen va
rieerden van 4.50 tot 8 per 100 K.G.
Vruchten en druiven waren van mooie
kwaliteit.
Vruchten werden voor fancy-prijzen ver
handeld; druiven golden eventueel als de
vorige week. De noteeringen waren: tafel
peren 22 tot 53, tafelappelen 20 tot
46, keukenappelen 16 tot 23, keuken
peren 14 tot 24 en druiven 46 tot 64
alles per 100 K.G.
De overige aanvoer wps van zoo weinig
beteekenis, dat we een omschrijving achter
wege latefi.
STEUN AAN TUINDERS.
Verlichting schade hagelslag 22
Juni.
De gemeenteraad van Velsen heeft met 5
stemmen tegen aangenomen het voorstel van
de meerderheid van B. en W. om bij te dra
gen in het fonds tot steun van de door ha
gelslag op 22 Juni getroffen tuinders.
Te Bodegraven is een vergadering gehou
den van de Ned. Ver. van Kaashandelaren.
De secretaris, mr. C. Jonker te Gouda, deel
de mede, dat de pogingen van het bestuur
om de invoerrechten in Cuba op Hollandsche
kaas verlaagd te krijgen ,geen resultaat heb
ben opgeleverd.
In principe besloot men tot het voeren van
een uitgebreide reclame-campagne om het
gebruik van kaas over de geheele wereld t?
bevorderen. Wanneer ook producenten, het
rijkscontrolestation en wellicht Prov. Staten
daartoe hun medewerking wiflen verkenen,
zullen deze plannen nader worden uitge
werkt.
Aangenomen werd een voorstel, om een
zwarte lijst aan te leggen van kaasboeren,
die niet bereid blijken een behoorlijke scha
devergoeding te geven voor die kaas, welke
na den inkoop door onzichtbare gebreken in
waarde is achteruit gegaan.
De vergadering meende, dat de nieuwe wij
ze van kaasmaken de kwaliteit niet ten goede
komt. De oude methode werd algemeen bete"
geacht.
In verband met den export van kaas naar
Duitschland deelde de secretaris mede, dat
na het volgend jaar, wanneer het handels
verdrag met Duitschland afloopt, zeer waar
schijnlijk slechts 25 a 30 000 ton kaas uit
Nederland in Duitschland zal mogen wor
den ingevoerd. Men achtte het wenschelijk,
dat hieromtrent thans reeds vragen in de
Tweede Kamer worden gesteld.
Aan het eind der vergadering deelde de
heer J. A. Schilt mede, wegens gezondheids
redenen als voorzitter te moeten bedanken
De heer Schilt is een van de oprichters der
vereeniging en heeft 23 jaar zitting in het
bestuur gehad.
DOOR DEN HOOFDONDERWIJZER
MISHANDELD.
P. J. B., hoofdonderwijzer, wonende te
Helden, stond voor het Bossche Gerechtshof
terecht ter zake dat hij op 15 April te Helden
opzettelijk den leerling A. G. Peeters heeft
mishandeld.
De jongen kon de woorden Adriatische Zee
niet spellen en werd toen door den meester
met een liniaal in den hals geslagen. De jon
gen was met de striemen in den hals
schreiend thuis gekomen. De leerling was
ook van de school verwijderd en met hem de
jongens, die voor de rechtbank te Roermond
tegen verdachte hadden getuigd.
Verdachte ontkende de mishandeling e,
ook het feit, dat hij de leerlingen had heen
gezonden. Ze hadden allen het vaccinatiebe
wijs gevraagd en dus bleven ze uit eigen be
weging thuis.
De stiefmoeder van den jongen Peeters,
als getuige gehoord, verklaarde, dat haar
stiefzoontje zeer dikwijls door verdachte mis
handeld werd, terwijl de jongen toch niet zoo
ondeugend was, maar alleen wat moeilijk
spreken kon, zóó kon hij ook het woord Slo
wakije niet uitspreken.
Tot de jongens-getuigen had verdachte ge
zegd: Je moet maar een andere school zoe
ken.
Eenige knapen werden als getuigen ge
hoord en verklaarden voor verschillende fou
ten van den hoofdonderwijzer klappen te heb
ben gekregen.
De president vermaande verdachte in geen
geval de leerlingen met een liniaal te slaan
Na getuigenverhoor verklaarde de advo
caat-generaal tot de overtuiging te zijn geko
men dat verdachte werkelijk den leerling
heeft mishandeld.
De eisch luidde vernietiging van het von
nis der rechtbank te Roermond, die verdachte
had vrijgesproken, en veroordeeling tot 25
boete subs. 25 dagen hechtenis.
KINDERTOESLAG BIJ DE N. S.
Deel van het loon.
De Centrale Raad van Beroep heeft bij uit
spraak van 20 October 1930 in hoogste res
sort uitgemaakt, dat de kindertoeslag, welke
aan de ambtenaren bij de Nederlandsche
Spoorwegen wordt verleend, voor de toepas
sing der Ongevallenwet als deel van het loon
moet worden beschouwd.
Deze uitspraak werd gegeven naar aanlei
ding van een aantal beroepen, door de Cen
trale Werkgevers Risicobank ingesteld tegen
onderscheiden beslissingen van het bestuur
oer Rijksverzekeringsbank, waarbij het dag
loon ter berekening van de ongevallenrente
was vastgesteld met inbegrip van den geno
ten kindertoeslag. Volgens de Risicobank
kan kindertoeslag niet als loon worden be
schouwd, omdat hij niet is een uitkeering,
welke de werkman als vergoeding voor zijn
arbeid ontvangt.
De Centrale Raad van Beroep heeft zich
geheel met de opvatting van. het bestuur der
R. V. B. vereenigd, en wel bepaaldelijk op de
zen grond, dat de kindertoeslag geregeld is
in het Reglement Dienstvoorwaarden, bevat
tende de voorwaarden van de dienstbetrek
king tusschen deze werkgeefster en haar
werklieden, welke voorwaarden dientengevol
ge deel uitmaken van de arbeidsovereenkom
sten tusschen die partijen. Hieruit volgt, dat
de kindertoeslag, door een getroffene geno
ten, uitkeering was, waartoe de werkgeefster
tegenover hem verplicht was als contra-pres
tatie voor den arbeid, waartoe hij zich had
verbonden, of met andere woorden, een deel
van het hem toekomende loon.
Vragen, deze rubriek betreffende, kun
nen door onze abonné's worden gezon
den aan Dr. te Hennepe, Diergaardesin
gel 96a te Rotterdam. Postzegel voor
antwoord insluiten en blad vermelden.
De Verlamming der Tonge Hennen.
De schrik vai» Praktijk en Wetenschap.
Deze titel klinkt erg naar maar ik kan
er nu eenmaal niets aan doen, we hebben
hier te maken met een ziekte die alle
pluimveehouders ter wereld met angst
vervult en waar de wetenschap zich
erg ongemakkelijk onder voelt, daar zij
feitelijk er geen raad mee weet. Ziekten
als Pullorum, Diphtherie, Tuberculose,
enz. zijn heel erg, doch met de kennis
die wij daaromtrent hebben kunnen wij
deze ziekten met succes bestrijden.
Tegenover de verlamming staan we
echter als tegenover een groot raadsel,
we kunnen er over praten (en dat zullen
we ook doen) maar we veten niet hoe ze
ontstaat en hoe ze te genezen zou zijn.
Eerst maar weer de nraktljk aan het
woord.
1. Deventer. Ik zend een drietal jonge
hennen op, die aan verlamming lijden.
Dat is wel een spijtig iets. We hebben ze
van eigen hennen in de centrale uitge
broed. Eerst ging alles goed, doch op een
leeftijd van twee maanden kwamen er
achterblijvers, niettegenstaande ruimte
en het voer voldoende waren. Na selec
tie gehouden te hebben hielden wij een
prachtige toom van 190 stuks over. Voor
14 dagen is nu de verlamming begon
nen. Eiken dag zijn er een paar nieuwe.
De eerste verschijnselen zijn: gebrekkig
loopen, in de pooten knikken, vervolgens
geheele verlamming, vermagering en
sterven. Ze hebben een mooie grasren
voor uitloop. Het betreft Barnevelders
en de Witte Leghorns die hetzelfde voer
krijgen zijn erg mooi en zonder een
zweem van verlamming. Verleden jaar
hadden we een paar hennen die het ge
had hebben, maar dit jaar is het onrust
barend.
2. Ouder-Amstel. De jonge hen die ik
u stuur was lam. Zij was voor dien in
goede conditie en zelfs al aan den leg.
Voor haar waren er in drie toom al ver
scheidene onder dezelfde verschijnselen
dood gegaan en telkens waren het de
besten. Deze toom Noord-Hollr„ndsche
blauwen is ongeveer zeven maand oud.
Ook oider de Rhode Islands zit de ziek
te. Ze zijn allen uit een gezonde toom
hennen en er zijn er ook al verscheidene
van dood.
3. Enschede. Op deze boerderij zijn er
8 van de 50 kippen lijdende aan verlam
ming, maar deze ziekte komt hier in de
buurt op meerdere boerderijen voor.
4. Vrouwenpolder. De kuikens krijgen
lamme pooten, dat kan toch niet aan de
oude kippen liggen?
5. Dinteloord. De jonge kippen zijn
eerst langzaam en droomerig, daarna be
ginnen ze te gapen en krijgen zwakte in
de pooten. Al deze verschijnselen nemen
geleidelijk toe totdat de dieren niet meer
staan kunnen en het gapen voortdurend
geschiedt. Dit stadium duurt niet lang,
want dan teren de dieren weg en kun
nen zich niet meer behelpen met eten en
drinken. De ziekte is begonnen op den
leeftijd van 2H a 3 maanden, onder de
kuikens heeft geen ziekte geheerscht en
zijn zeer voorspoedig opgegroeid.
6. Deventer. De kuikens zijn nooit ziek
geweest en nu worden ze lam. Er liggen
er al wel zeven. Ze liggen zoo wel drie
weken voor ze sterven en eten en drin
ken dan nog wel zoo'n beetje en liggen
veel te gapen. Eerst treedt de verlam
ming op in de teenen, ze loopen dan nog
wel zoo'n beetje, doch gaan telkens op
de hakken zitten. Maar na een dag of
drie treedt meer verlamming op zoodat
ze de teenen na een dag of vijf, zes, hee-
lemaal niet meer gebruiken kunnen.
7. Haarlem. De ziekte zit onder de
Barnevelders en de Witte Leghorns
hebben er geen last van, De Barneveel-
der kuikens zijn echter zeer voorspoedig
opgegroeid en onder de Witte Leghorn
wordt het best uitwendig behandeld. Wrijf
tegen bedtijd eenvoudig keel en bor»
met Vicks VapoRub in. De meeste verkn„j
heden zullen in (éa nachi
genezen en de teere maan-
jes worden niet in de vl
gebracht.
kuikens heerschte
ziekte.
een poos
gleden
8. Voort. De ziekte doet zich altijd
dezelfde manier voor, eerst een dag
wat in het hok staan, geheel lusteloos pi!
dan krijgen ze het in de pooten en hi!
ginnen zij te gapen.
9. Geldrop. De dieren gapen zeer veel
de ziekte begon op den leeftijd van drie
maanden.
10. Beers. Ik had 's avonds bij het voe
ren der jonge hennen niets gezien
toen ik het hok wilde sluiten lag er een'
op de mestplank en ik heb het beestje in
een mand met hooi gezet. Nu zijn er veel
meer, ze kunnen niet loopen, vallen on
zij, steken de pooten strak uit van ziCh
af alsof ze krampen hebben en geven nu
en dan een schreeuw. Ze schijnen gewei
dig veel pijn te hebben als men ze aan
raakt of opneemt. In het begin eten en
dringen ze nog een weinig doch dat ver
mindert al gauw en de laatste dagen
eten ze heelemaal niets meer. Het duur»
een kleine veerti endagen. Ik heb nog
nooit ziekte onder de kuikens gehad gn
ook niet onder de groote kippen.
11. Hengelo. De dieren worden vrij
snel aangepakt en kunnen van den eer
sten dag aan niet loo <en, maar wat eten
betreft zijn ze kern gezond. Soms doen
ze een misstap, vallen op den rug en zijn
niet ir. staat weer op te staan. Ik heb er
nu vier, een is er genezen. Ze zijn verba-
zend snel en weelderig opgegroeid. In
den regel duurt de ziekte wel drie weken
voor ze zijn gestorven. Volgens mijn
meening komt de ziekte meer voor onder
hanen dan onder kippen en dan nog wel
bij de beste dieren en altijd op denzelf-
den leeftijd.
12. Spijkenisse. De dieren kunnen ten
slotte alleen nog iets kruipen en worden
dan gedood door mij. Het verloop is on
geveer vier weken. Hoogst zelden her
stelt er een maar die wordt toch niet
meer normaal. De eetlust blijft geduren
de het geheele ziekteverloop goed. De
ziekte komt al vijf jaar voor en houdt
vanzelf weer op. Die ziekte begon toen
de dieren 4 K maand oud waren en van
te voren zijn ze nooit ziek geweest.
Ziedaar een dozijn brievenuittrekseU
uit een klein bergje dat ik kreeg en die
allen hetzelfde treurige verhaal vermel
den. Vele brieven lijken op elkaar om
dat ik allen die mij raadplegen de vol
gende vragen stel:
1. Hoe is het verloop der ziekte?
2. Zijn de dieren waarvan U de kui
kens broedde van Uw eigen kippen of
heeft U de broedeieren of kuikens ge
kocht?
3. Welk voeder heeft U verstrekt?
4. Waarmede is de ziekte begonnen,
op welken leeftijd der kuikens?
5. Heeft er onder de kuikens ook ziek
te geheerscht?
.Hoe depluimveehouders de ziekte
zien blijkt uit deze ervaringen der dage-
lijksche praktijk en hoe de ziekte vrij
wel overal hetzelfde beeld vertoont,
waarvan de hoofdverschijnselen zijn:
verlamming en gapen.
Heel eigenaardig is dat in het buiten
land er bijna steeds bij vermeld wordt:
verkleuring der oogen, grijs worden der
oogen en blind worden. Dit zag ik in ons
land nergens. Volgende keer zullep we
de verschijnselen meer systematisch be
spreken, doch ik moet nu nog even
waarschuwen voor iets wat men niét
doen moet. Men zal opmerken dat ik bij
de vragen ook naar het voer vraag, om
dat vrijwel ieder daar de schuld aan
geeft en natuurlijk direct bij een andere
handelaar voer gaat koopen. Of er ver
band met het voer bestaat zou pas na
langdurig onderzoek kunnen blijken,
als n.1. na een diepgaand onderzoek
van alle beschuldigde voersoorten een
bepaalde grondstof s'reds voorkomt-
Maar nu een leerzaam, afschrikwekkend
voorbeeld dat me deze week overkdam-
Ik zal n.aar ge enplaats noemen, hoewe
het eigenlijk wel treurig is. 1
Een koppel jonge hennen van 200, mw
succes groot gebracht, werd direct n
voerverandering ziek. De oude hennen
kwamen van het voer direct op hal*
productie. Nu werd bij een drogist in a»
buurt, volgens zeer vele boeren alnw
iemand die het weten kan en het oo
238. Bij de vliegmachine gekomen, werden de mamd*jj'
weer van de paarden genomen en de sterren zorgvuldig 1
gepakt. En wel met dun asbestpapier, zooals wij onze boter
hammen met vetvrij papier inpakken. Het spreekt dat geen
puntje van een ster mocht worden beschadigd.