lHiiiütlt Coiiinl
Gemeenteraad van Alkmaar.
timdird twee en dertigste Jaargang.
lloiiderriap \ovember.
Onze Staatsmachine.
Luchtvaart
>-o. 26?
1930
Verhooging van Accijns op
Gedistilleerd.
Ingediend werd een wetsontwerp tot
verhooging van den accijns op gedistil
leerd, een ontwerp, dat daarom wel be
vreemding wekken moet, omdat eerst in
Maart i929 de gedistilleerd-accijns ver
laagd werd van 300 op 180 per H.L.
De nu voorgestelde verhooging zal gaan
tot 200 pe H.L. In deze accijnsheffing
kan men niet van vastheid spreken. In
1921 werd de toenmalige accijns ver
hoogd van 150 tot 300 per H.L. ge
distilleerd vaa 50 percent sterkte. Dat
was men een heele sprong in de hoogte.
Het gevolg kon niet uitblijven: clande
stiene aanmaak en ander bedrog tierde
welig Men kreeg deze merkwaardige
tegenstelling: de hoeveelheid veraccijns-
de alcohol daalde sn het verbruik van
gedistilleerd nam toe. Daaruit en uit
andere feiten bleek duidelijk, dat de
verhooging van 150 op 300 het nuttig
effect ten eenen male had overschreden.
Een commissie werd ingesteld, die de
vraag had te beantwoorden of verlaging
van dezen rccijns ontraden moest wor
den. Men kwam zoo tot het voorstel, dat
een verlaging met 40 percent voldoende
zou wezen om den clandestienen aan
:jnaak te fnuiken, terwijl de schatkist
daarvan meer baten zou hebben. Van
daar de verlagingswet van 7 Februari
1929.
Iu, zoo kort daarna, komt de minister
weder met een verhoogingsvoorstel.
jWaarom? Omdat deze verlaging niet
alleen een einde gemaakt heeft aan de
fraude, maar ook aan de schatkist een
offer heeft gekost. Immers de oude op
brengst heeft zich niet gehandhaafd. Hat
tegendeel had men verwacht en wel op
grond van het feit, dat voor de groote
verhooging van 1921 de opbrengst van
dezen accijns nog meer opbracht dan na
de verhooging met liefst honderd per
cent.'Dat dit niet geschied is bij de ver
laging van 1929 schrijft de minister toe
aan een overigens door hem toegejuicht
verschijnsel, n.l. het in tien jaar tijds
aanmerkelijk minder geworden gebruik
van sterken drank, hetgeen op zichzelf
ook wijst op een sterk verminderd mis
bruik.
Wèl heeft de verdwijning van de frau
de ook de opbrengst van den accijns
krachtig beïnvloed. Was dit niet het ge
val geweest, dan had immers de verla
ging van den accijns van 300 op 180
de opbrengst moeten doen dalen van
45 millioen op 27 millioen. Instede
ïdgarvan werd het 37 millioen gulden.
IDat beteekent dus een mindere op
bcengst van acht millioen gulden. De
tijd is er niet naar, dat de schatkist een
dergelijke aderlating kan verdragen.
Evenals in 1921 versterking van 's lands
middelen noodig was en daarvoor het
ir.Tddel der accijnsverhooging werd ge
bezigd, zoo moet ook in 1930 gezocht
wprden naar versterking der inkomsten
en wordt weer dit middel van verhoo
gi ïg van gedistilleerd-accijns aange
grepen. Men zou haast gaan gelooven,
;dat het Tweede Kamerlid uit 1920 gelijk
had, die in stoute beeldspraak dezen ac
cijns noemde „de reddende engel, waar
op de Nederlandsche Schatkist drijft
'Jnmiddels wil de minister niet ue gan-
sche acht millioen gulden achterstand
inhaion. Wilde hij dat, dan moest een
verhooging gevraagd zijn tot 220. Al is
dit bedrag n ■g een hee: stuk beneden
het oude tarief, zoo moet toch met het
oog op de kans, dat aan de tot stand ge
komen saneering afbreuk wordt ge
daan, van een verhooging tot 220 wor
den afgezien en die op 200 worden ge
steld.
Het cijfer van 200 is niet willekeurig
gekozen. In de jaren, die aan de verla
ging van 1929 vooraf gingen, werd door
deskundige personen steeds het cijfer
van 200 genoemd als geheel voldoen
de om de fraude te overwinnen. Zeker
heidshalve is toen verder gegaan en een
accijns van 180 aanvaard. Om aan de
bestaande wijdvertakte fraude den kop
in te drukken is dit waarschijnlijk ook
wel nuttig geweest. Nu dit doel is be
reikt, is er geen bezwaar om van de ver
minderde opbrengst van acht millioen
gulden weer vier millioen gulden in te
halen.
Teneinde vervalsching van gedistil
leerd met houtgeest te voorkomen, is het
zeker nooaig de belasting op dit artikel
in dezelfde mate met den gedistilleerd-
accijns te verhoogen. Practische gevol
gen heeft deze varhooging overigens
niet, aangezien houtgeest alleen voor in-
d.ustrieele doeleinden pleegt te worden
gebruikt waarvoor vrijdom van belas
ting wordt verleend. Ook het invoer
recht van uit en met alcohol bereide stof
fen behoort, evenals vro ger geschiedde,
in evenredigheid te worden verhoogd.
Wanneer deze accijnsverhooging zal
zijn .ngegaan, zal geen navordering ge
schieden van de voorraden bij particu
lieren, winkeliers en tappers, welke min
der bedragen dan 100 liters.
Een der eerste vereischten is, dat in de
statuten moet vastgesteld zijn, dat het ionds
uitsluitend werkzaam is in het belang der
volksgezondheid en dat winstbejag uitgeslo
ten is. Verder moeten nauwkeurig worden
vastgesteld het verzekeringsgebiea van het
ronds; de rechten en de verplichtineen van
de verzekerden, van de geneeskundigen en
verder personeel; het maximum-aantal ver
zekerden per huisarts; de samenstelling en
de oevoegdheid van de algemeene vergade
ring van het fonds en van het bestuur en van
alles wat verder met het besturen van de fi
nanciën van het fonds in verband staat. Wat
de geneeskundige verzorging betreft, deze
moet worden verleend zoolang de ziekte
duurt, onverschillig wat de oorzaak van de
ziekte is, mits het lidmaatschap van het
fonds niet verloren wordt. Dat is de algemee
ne eisch. Bij algemeenen maatregel van be
stuur zullen nog eischen vastgesteld worden
betreffende het minimum-aantal verzekerden;
de eischen, waaraan de geneeskundige ver
zorging moet voldoen, welke eischen weer
kunnen verschillen naar de verschillende
deelen des lands en naar de verschillende
groepen verzekerden. Geneeskundige verzor
ging behoeft niet verleend te worden bij ziek
te gedurende de eerste 14 dagen of bevalling
binnen zes maanden na aanvang der verze
kering, uitgezonderd bij overkomst uit een
ander ziekenfonds wegens verhuizing, over
gang naar een andere onderneming als an
derszins. Voor de toelating als lid van een
ziekenfonds wordt voorgesteld de leeftijd van
16 jaar. Verder wordt bij algemeenen maat
regel van bestuur een maximum-welstands-
grens voor verschillende gevallen vastge
steld. Verder moeten ook de echtgenooten en
de minderjarige kinderen van fondsleden tot
het fonds worden toegelaten als regel; ter
wijl van de toelating zijn uitgesloten zij, die
vroeger tot een fonds toegelaten waren en
hun verplichtingen daartegenover niet zijn
nagekomen, terwijl als het ziektefonds te
vens 'n ondernemingsfonds is alleen de bij
die onderneming werkzatnen en hun directe
betrekkingen behoeven toegelaten te worden.
Voor de toepassing van royement moeten in
de statuten vaste regels worden vastgesteld.
Tot zooverre de vereischten tot toetreding als
lid van een ziekenfonds.
Ook aan het ziekenfonds worden verplich
tingen opgelegd. Het heeft er in de eerste
plaats voor te zorgen, dat een voldoend aan
tal geneeskundigen, vroedvrouwen, apothe
kers en c.q. tandartsen aan het fonds ver
bonden zijn. Ieder te goeder naam en faam
bekend staand geneeskundige enz. heeft het
recht zich aan het fonds te verbinden. Dit
houdt in, dat, wanneer deze op grond van
een bepaald feit niet of niet langer wensche-
lijk geacht wordt die verbintenis niet tot
stand komt of verbroken wordt. Ieder verze
kerde moet ten name van één huisarts en één
apotheker staan ingeschreven. Vrije keuze
moet daarbij den verzekerden worden toege
staan, terwijl eens per jaar gelegenheid gege
ven moet worden die keuze te herzien. Voor
't inroepen van hulp van specialisten kunnen
nadere regelen worden vastgesteld. Voor de
berekening van 't aantal personen, dat ten
name van één en denzelfden huisarts staat
ingeschreven, tellen ook de kinderen beneden
16 jaar mede. Is deze huisarts ook nog bij
een ander fonds aangesloten, dan worden
ook de verzekerden van dat fonds meegere
kend ter bepaling van het gezamenlijke aan
tal, dat een door de Kroon vast te stellen
maximum niet mag overschrijden. Het hono
rarium van het personeel mag niet dalen
beneden een in de statuten vastgelegd mini
mum. De huisarts ontvangt bovendien ver
goeding voor buitengewone verloskundige
hulp, terwijl verder de geneeskundigen ver
goeding mogen vragen voor noodzakelijk ge
dane uitgaven volgens vast te stellen grond
slagen. Voor iedere bevalling wordt den ge
neeskundige of de vroedvrouw een vast be
drag toegekend. Op de geneeskundigen,
apothekers, vroedvrouwen, tandartsen en ver-
plegenden wordt toezicht uitgeoefend door
een commissie van toezicht, die ieder fonds,
hetzij alleen, hetzij met andere fondsen, in
stelt. Deze commissie onderzoekt ingebrach
te klachten over de geneeskundigen enz. en
doet daarin uitspraak, alsmede in geschillen
tusschen een verzekerde en een geneeskundi
ge enzoovoarts. Ten slotte geeft het wets
ontwerp nog eenige voorschriften omtrent
het beheer en de instelling eener centrale
commissie voor Ziekenfondswezen.
DE INDIË-POSTVLUCHTEN.
Tweede retourvliegtuig te Bagdad.
Aneta Vaz Dias meldt: Bij de KLM. is
bericht binnengekomen, dat het tweede re
tourvliegtuig. de P.H.-A.E.O. gisteren om 6
uur 2 min. is vertrokken van Djask en te
10.25 te Bushir is aangekomen. Vertrek uit
Bushir te 10.35, aankomst te Bagdad 16
uur.
DE VLUCHT VAN DEN HEER
VAN TYEN.
Het Persbureau Vaz Dias meldt uit Bag
dad d.d. 5 November:
De heer Van Tyen, die met zijn Pander-
vliegtuig een zakenreis naar Ned.-Indië
maakt, is Woensdagmiddag te 14.30 uur te
Bagdad aangekomen. Hij was des ochtends
te 7.40 uur uit Aleppo vertrokken.
Regeling der Ziekenfondsen.
voor de zesde maal is een nader gewij
zigd ontwerp van wet regelende de zieken
fondsen verschenen. We wijden daaraan in
dit artikel onze aandacht. De bedoeling de
zer wet is: regelen te stellen omtrent de
eis,C| en' waaraan een goed ziekenfonds moet
voldoen om door de Kroon te worden erkend
a s uitsluitend werkzaam in het belang der
volksgezondheid. Van het meeste belang zijn
natuurlijk de vereischten, welke voor de toe-
lating gesteld worden. De formaliteiten,
waaraan moet worden voldaan, zijn van
minder belang en laten we dus zwemmen.
WAT MOET ER MET DF R 100
GEBEUREN?
Er zal geen beslissing genomen worden
over het gebruik, dat van de R 100 zal wor
den gemaakt, voordat het rapport van de
commissie van onderzoek naar den onder
gang van de R 101 zal zijn uitgebracht en
onderzocht is op de daaruit voortvloeien
de conclusies ten opzichte van de toekomst
van de luchtscheepspolitiek, deelde gister de
Britsche onder-min. voor Luchtvaart Monta-
gue in 't Lagerhui^ mede. De kosten van het
houden in vloegcondities van den R 100 in
clusief de salarissen van 't personeel bedra
gen ongeveer a' 600. Men laat de R 100 op
het oogenblik leegloopen en een nauwgezet
te inspectie wordt gehouden.
DE INCIDENTEN BIJ DE AANKOMST
VAN DE DO. X.
Zooals gemeld hebben gistermiddag bij de
aankomst van de Do. X op bet water eenige
incidenten Dlaats gehad. De motorbooten wa
ren kort na de aankomst zoo dicht bij de vlieg-
boot genaderd, dat gevaar voor aanvaring ont
stond.
De commandant van de Do. X heeft nader
medegedeeld dat hij niet zoozeer verontwaar
digd was, over het feit dat motorbooten in de
nabijheid kwamen, doch over het optreden van
een persfotograaf, die juist onder een der
vleugels waarin zich de voedingsreservoirs voor
de motoren bevinden, met kunstlicht werkte.
De commandant vreesde dat hierdoor gevaar
▼oor de Do. X zou kunnen ontstaan.
Ook de andere officieren van de Do. X wa
ren hierover zeer verontwaardigd en eischten
het onmiddellijk verwijderen van den persfo
tograaf.
De raad vergaderde heden ten 1 ure vol
tallig. De tribune was ditmaal met belang
stellenden bezet.
Na opening stelde de voorzitter aan de
orde het onderzoek van de geloofsbrieven van
den heer Venneker en benoemde tot leden van
de commissie belast met het onderzoek de
heeren Bakker, Woldendorp en Hoijting.
Voor dit onderzoek werd de vergadering een
oogenblik geschorst.
Na heropening adviseerde de heer Bakker
tot toelating, waartoe werd besloten.
De beer Venneker werd hierop door den
secretaris binnengeleid, waarna hij in han
den van den voorzitter de door de wet ver-
eischte eeden aflegde.
De voorzitter feliciteerde den benoemde na
mens den geheelen raad en sprak den wensch
uit, dat de heer Venneker spoedig den indruk
zou krijgen, dat 't hier veel kameraadschap-
pelijker toegaat dan men uit de persversla-
fen zou kunnen vermoeden en verklaarde den
eer Venneker als bestuurslid van „Goed
Wonen" te hebben leeren waardeeren.
De heer Venneker dankte en nam hier
op plaats naast den heer Hoijting.
Benoeming Wethouder.
Devoorzitter stelde aan de orde de
wethoudersverkiezirg. Hij sprak vooraf een
woord over mr. Leesberg, die om redenen bui
ten het gemeentebestuur ontslag had geno
men. Deze redenen latende voor wat ze zijn,
herinnerde spr. aan de verdienste van mr.
Leesberg, die 12 jaren wethouder was ge
weest, en groote verdienste voor de gemeente
heeft gehad.
Spr. zal hem als scherpzinnig jurist zeer
missen en bracht hem voor wat hij voor de ge
meente deed hartelijk dank. (Applaus.)
De heer B o n s e m a deelde mede, dat z.i.
de benoeming niet kon passeeren zonder een
woord van zijn fractie. Hij had geen bewon
dering voor de R.K. fractie voor 3)4 van de
6 democratisch. Toch komt deze fractie niet
met een R.K. democraat. Wij hadden het wel
gehoopt en constateeren met leedwezen, dat
deze fractie met den meest starren reaction-
nair komt. Spr. begrijpt, dat de heer Govers
zich er over verheugt, dat er een agrariër in
het college komt. Spr. neemt het de R K.
fractie kwalijk, die de inzet van 1927 ook
thans heeft doorgevoerd Bij wijze van
scherp protest zal zijn fractie blanco stem
men.
Spr. wenschte de R.K. democraten meer
ruggegraat voor de arbeidersbelangen toe.
De heer Vogelaar verwonderde zich er
over, dat de soc. dem. betogen, dat het ver
wondering wekt, dat de heer Klaver wordt
gesteld. Steeds betoogden zij., dat de raad of
het college niet had te beoordeelen wie zij
naar voren brachten. Wij hebben dit recht
ook voor de R.K. erkend, zij hebben dit te be
oordeelen, evenals de overzijde. Wij zien hier
niets anders dan het innemen van een
zetel toegewezen aan de R.K. fractie en oor
deelden daarom bespreking met de overzijde
niet noodig.
De heer W ol dendorp betoogde, dat
in de terminologie de R. K. komen met een
beroepsconservatief.
Spr. vond het eigenaardig, dat de Soc.-Dem.
nu men de dem. bij de R.K. aanwezig weet,
terwijl zij als het in hun kraam te pas komt,
de R. K. steeds voor reactionnairen uit
maken.
Voor de zittingsperiode wil de R.K. fractie
het college laten voortregeeren, als vóór het
aftreden van mr. Leesberg.
De heer S i e t s m a zou overleg op prijs
hebben gesteld en protesteerde ook tegen de
candidatuur-Klaver, al erkende hij dat de
R. K. het recht hebben den man aan te wijzen.
De heer Westerhof noemde den heer
Klaver een amateur-reactionnair en een be
roepsagrariër. Hij sluit zich aan bij het be-
toog-Bonsema en herinnert hetgeen de
bladen schreven. De Alkmaarsche Courant
heeft gefantaseerd, maar spr. hoorde met
verwondering, dat de heer Vogelaar spreekt
van het elftal, alsof het een eeuwige instel
ling is. Spr. neemt aan, dat het hoogstens 4
jaar zal duren. Hij verwijt de R.K. fractie en
het elftal, dat ze hun eed, de belangen van
de gemeente te dienen, niet ten volle na
komen. Men heeft zich niet aan het woord
van den voc.zitter gehouden, dat het stads
belang het best gediend wordt door alle
stroomingen in het college tot uiting te laten
komen.
Het politieke gehuil, dat rood Alk
maar aan den financieelen afgrond bracht, is
niet juist gebleken. Het elftal heeft het geld
anders uitgegeven, ingaande tegen het be
lang van de kleineren.
Het lijkt hem onhoudbaar, om 8 van de
19 de uitgeslotenen te doen zijn.
Zij allen regeeren de stad en spr. teekent
protest tegen de manier van optreden,
die in strijd is met de wet.
De voorzitter Dat mag u niet zeggen
Dat is een ernstige beschuldiging.
De heer Westerhof: Ik bedoel m.i. en
meen niet, dat iemand dat bewust doet. Men
is vestrikt in verkeerde begrippen. Den strijd
bedoelt spr. niet persoonlijk. Hier zijn echter
persoonlijke publieke stroomingen gekomen,
in strijd met het R.K. belang. Spr. zeide
eens tot Thomson, ik geef U nooit meer een
hand, maar bedoelde dit als politieke tegen
stander.
Spr. erkent het recht van de R.K. zelf den
candidaat aan te wijzen. Onze critiek gaat
er echter tegen, dat het democratisch ele
ment in de R.K. fractie het heeft bevorderd,
dat de meest reactionnaire man van hen de
wethouder wordt. Uit de woorden van den
lieer Woldendorp leidt spr. af, dat ook Mr.
Leesberg een reactionnair was.
De heer Woldendorp: De heer Wes-
terhof zal toch niet veronderstellen, dat ik
mr. Leesberg voor een Democraat hield.
De heer Westerhof moest dit juist hebben
en oordeelt, dat daarom juist het de plicht
van het dem. deel van de R.K. fractie was
geweest met een ander te komen.
Hij teekent den heer Vogelaar als een
socialist en betoogt, dat het het recht van
de zijnen was den heer Klaver niet te nemen.
De heer Klaver vertolkt niet de meening
van den raad en zelfs niet die van zijn frac
tie.
Dat men met hem komt is de vloek van
de booze daad. Spr. protesteert tegen dezen
gang van zaken. Er waren mogelijkheden
geweest het onrecht ongedaan te maken. Po
litiek is ons dit wel, doch wij zijn ook men-
schen die het stadsbelang willen dienen.
De heer Klaver oordeelde, dat poltiek
weer blijkt, dat veel mogelijk is. Men eischt
van den heer Klaver, dat hij zijn beleedi-
gingen terug neemt. Spr. heeft hier het zelf
de recht als de heer Westerhof en eisch te
rugneming van de bewering dat zijn be
noeming in strijd zou zijn met het stadsbe
lang.
De heer Westerhof zegt, dat dit de
meening is van zijn fracti£
De heer Klaver heeft daar niets tegen,
waarop het incident wordt gesloten.
De heer Govers verklaart, dat de can
didatuur-Klaver zijn volle instemming heeft.
Hij wijst erop, dat de heer Westerhof niet
moet verwijten, dat het elftal het Sportpark
bracht. De zijnen waren daarvan de groote
voorstanders.
Spr. wijst er op, dat de voorbereidende
scholen door het elftal werden gebracht.
De heer Westerhof zeide dat de
Lindeschool al voorbereid was vóór het elf
tal en de voorbereidende scholen worden be
taald en bovendien dient men daarmede ook
het christelijk onderwijs. Persoonlijk vindt
spr. de tribune te duur.
De heer B o n s e m a oordeelde, dat Vo-
felaar tegen windmolens had gevochten,
pr. had over Vogelaar in zijn fractie niet
gesproken en alleen de r.-k. dem. verweten,
dat men het college nog met de reactie ver
slechterd. Spr. becritiseerde de uitlating van
den heer Woldendorp, dat zij geen trek had
den, omdat ze toch niets konden bereiken. Dit
noemt hij plichtsonttrekking.
Hierop werd tot stemming over gegaan.
De heer H. Klaver werd met 11 stemmen
en 8 stemmen blanco gekozen.
De voorzitter wenschte den heer Klaver
geluk en uitte den wensch dat hij in de nog
korte periode tot eigen voldoening in het be
lang van de stad mocht werkzaam zijn.
De notulen werden hierop goedgekeurd.
Devoorzitter zeide, dat de aanbie
dingsbrief voor de begrooting door het colle
ge reeds was vastgesteld. Spr. hoopt het on
derzoek te kunnen doen plaats hebben in de
week van 17 tot 23 November.
De raad maakt daartegen bezwaar, waar
op daarvoor de week van 23 tot 30 Novem
ber wordt gesteld.
Ingekomen zijn:
a. Een brief dd. 24 September 1930,
nr. 23 van Gedeputeerde Staten dezer
provincie, ten geleide van een afschrift
van een uittreksel uit het Kon. Besluit
van 28 Augustus 1930 nr. 80, houdende
goedkeuring van het raadsbesluit van
24 Juli 1930 tot vaststelling eener veror
dening tot vervanging van belastingbe
dragen, voorkomende in de wet op de
personeele belasting 1896, door andere
belastingbedragen (veéhooging bedragen
motorrijtuigen).
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Een brief dd. 24 September 1930,
nr. 24 van hetzelfde College, ten geleide
van een afschrift van uittreksels uit het
Kon. Besluit van 28 Aug. 1930 nr. 80, hou
dende goedkeuring van de raadsbeslui
ten van 24 Juli 1930, tot vaststelling van
verordeningen:
le. betreffende de classificatie der ge
meente voor de heffing der gemeen
tefondsbelasting;
2e. tot heffing van opcenten op de hoofd
som der gemeentefondsbelasting;
3e. betreffende de classificatie der ge
meente voor de heffing der perso
neele belasting;
4e. tot heffing van opcenten op de hoofd
som der vermogensbelasting.
Als voren.
c. Een brief d.d. 1 October 1930, nr.
21 van hetzelfde College, houdende me-
dedeeling dat blijkens een door hen van
den Minister van Staat, Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw dd.
25 Sept. jl. ontvangen bericht bij Kabi
netschrijven van 18 September 1930 nr.
34, de Koninklijke goedkeuring is ver
leend aan de Verordening tot wijziging
der verordening op de veemarkten, vast
gesteld bij Raadsbesluit van 10 April
1930.
Als voren.
d. Een brief dd. 1 October 1930, nr. 39
van hetzelfde College, ten geleide van
een afschrift van een uittreksel uit het
Kon. Besluit van 13 September 1930 nr.
54, houdende goedkeuring van het raads
besluit van 24 Juli 1930 tot vaststelling
eener verordening tot wijziging der ver
ordening op het heffen van markt-,
staan- en waaggelden.
Als voren.
e. Een brief dd. 8 October 1930, nr.
130 van hetzelfde College, ten geleide van
het door hem goedgekeurd raadsbesluit
van 25 September 1930 tot ruiling van
grond aan den Friescheweg met het
Rijk.
Als voren.
f. Twee brieven dd. 22 October 1930,
nr. 84 van hetzelfde College, ten geleide
van door hen goedgekeurde raadsbeslui
ten van 25 September j.1. nrs. 14 en 15,
tot verkoop van bouwterrein aan de Pa
lingstraat en de Fontein Verschuirstraat.
Als voren.
g. Een brief dd. 14 October 1930, nr.
13541, afd. V. H. M. O. van den Minister
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap
pen, daarbij het raadsbesluit van 25 Sep
tember 1930 nr. 5 tot benoeming van J
J. van den Berg tot tijdelijk leeraar aan
het Gymnasium, goedkeurende.
Als voren.
„rh t Een brief dd. 22 October 1930 van
APPel> daarbij mededeelende
zijne benoeming tot lid der Scbattings-
commissie voor de Inkomstenbelasting
aan te nemen.
Als voren.
i. Een brief dd. 20 October 1930 van
Mr. A. J. M. Leesberg, daarbij ontslag
nemende als lid van den Raad.
Als voren.
j. Een adres dd. 14 September 1930
van het Bestuur van de IJsclub aan den
Omval, verzoekende gedurende den win
ter 19301931 een subsidie uit de ge
meentekas te mogen ontvangen.
Besloten het gevraagde subsidie te ver-
leenen onder de gebruikelijke voor
waarden.
k. Een brief dd. 3 October 1930, nr.
22.06.2 van het Bestuur der Vereen! St.
Joseph voor de R. K. Jongensscholen,
daarbij verzoekende, op grond van art.
72 der L. O. wet 1920, medewerking der
gemeente voor de aanschaffing van
schoolbanken ten behoeve van de St,
Aloysiusschool.
In handen van Burgemeester en Wet
houders gesteld om bericht en raad.
1. le. Een besluit dd. 21 October 1930
van den Voorzitter van het Centraal
stembureau, waarbij de heer C. Venne
ker benoemd verklaard wordt tot lid van
den raad, en
2e. Een brief dd. 27 October 1930 van
den Voorzitter van het Hoofdstembu
reau, daarbij mededeelende van den
heer C. Venneker de mededeeling te
hebben ontvangen, dat deze zijn benoe
ming tot lid van den raad aanneemt.
Aangenomen voor kennisgevin
m. Een brief, ingekomen 23 October
1930 van J. W. Boersen alhier, verzoe
kende toekenning van schadevergoeding
wegens het niet-houden van een kermis
aan den OmvaL
Als voren.
n. Een adres, ingekomen 25 October
1930 van het Bestuur van den Kring
Alkmaar van den Bond van Geitenfok-
vereenigingen in Noordholland, verzoe
kende over 1931 om een subsidie uit de
gemeentekas.
Besloten te behandelen bij de ge-
meentebegrooting voor 1931.
c. Een adres dd. 27 October 1930 van
de besturen van den Alkm. Bestuur-
dersbond, den R. K. Volksbond en het
Plaatselijk Arbeiders-Secretariaat, in
zake de werkverschaffing.
Besloten te behandelen bij punt 24 van
de agenda.
p. Een adres dd. 27 October 1930 van
de besturen van den Alkm. Bestuurders-
bond, den R. K. Volksbond en het Plaat
selijk Arbeiders-Secretariaat, verzoeken-
steur. aan werkloozen een Instituut voor
de ten behoeve van de uitkeeringen van
Maatschappelijk Hulpbetoon in te stel
len.
De heer Westerhof wijst op een re
dactiefout in het adres. Hetgeen gevraagd
wordt, wordt gevraagd maar niet alleen voor
de werkloozen. Spr. verzocht spoed.
De voorzitter zegde dit toe.
In handen van Burgemeester en Wet
houders gesteld om bericht en raad.
q. Adressen dd. 29 en 30 Oct. 1930 van
het Bestuur der afd. Alkmaar van het
Ned. Onderwijzers Genootschap en van
het Hoofdbestuur der Vereeniging voor
M. U. L. O., verzoekende het voorstel tot
uitbreiding van het aantal leervakken
aan de U. L. school, opgenomen in bijla
ge nr. 105, aan te nemen.
Besloten te behandelen bij punt 12 van
de agenda.
r. Een adres dd. 1 November 1930 van
de Oudercommissie der Gemeenteschool
nr. 4, verzoekende te besluiten het oude
schoolgebouw dezer gemeenteschool te
vervangen door een nieuw gebouw.
In handen van B. en W. om bericht en
raad.
s. Een brief dd. 30 October 1930, nr.
1231 van Burgemeester en Wethouders
van Bergen, daarbij dank zeggende voor
de medewerking verleend in verband
met de totstandkomging van het nieuwe
slachthuis aldaar.
Voor k. g. aangenomen,
t. Een brief dd. 3 November 1930 van
K. Boot, daarbij eervol ontslag verzoe
kende als onderwijzer aan de Gemeente
school nr. 2.
Eervol verleend.
u. Een brief dd. 3 November 1930 van
het Bestuur der Arbeiders-Woning-
bouwvereeniging „Rochdale", daarbij
verzoekende den naam Molenkade te
herdoopen in „Mr. P. J. Troelstrakade".
In handen van b. en W.
v. Een adres dd. 4 November 1930 van
het Bestuur van de afd. Alkmaar van
het Nederl. Onderwijzers Genootschap,
verzoekende voor het vak lichamelijke
oefening aan de openbare lagere scholen
vakleeraren aan te stellen.
In handen van B. en W. om bericht en
raad.
w. Een brief dd. 4 November 1930 van
het Bestuur van de Nederlandsche Unie
van Chauffeurs en overig automobielper-
soneel, omtrent de loon- en arbeidsvoor
waarden van het personeel van den
stadsautobusdienst
Bij het betreffende punt.
x. Een brief dd. 3 November 1930 van
het Bestuur van de Stichting „Alk-
maarsch Borgstellingsfonds", daarbij een
subsidie uit de gemeentekas verzoe
kende.
Bij de begrooting.
ij. Een brief dd. 4 November 1930 van
J. van Berkum e.a. inzake de loonen bij
de werkverschaffing.
Te behandelen bij 24.
z. Een brief dd. 4 November 1930 van
bewoners van den Heilooërdijk, daarbij
verzoekende aan dezen weg eénige lan
taarns te willen plaatsen.
In handen van B. en W. ter afdoening,
aa. Een brief dd. 4 November 1930
van den Secretaris van d6n Armenraad,
ten geleide van het verslag vr.n dat col
lege over 1929.
Voor k. g. aangenomen.
Besloten werd de heer Venneker in de
commissies te benoemen die de heer Klaver
verlaat.
De heer Venneker werd als lid in de 3eaf-
deeligg geplaatst •-