Staaistlii Courant FEUILLETON. X. Hindird drie en dertigste Jaargang. Donderdag S Jan»'**1'» Radio-hoekje DE V. L. R. A. RADIOSTATIONS IN HEDJAZ. KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. Nieuwjaarsrede. 1931. H». 6 Vrijdag 9 Januari. Hilversum, 1875 M. (8.-10 van 11—12.— V.A.RA, IfcioV1°-'".- V'P.RO. e„ n4—1 8Gramofoon- A.V.R.O. van 12.j. v Ijkten. 10.—IJv^Xim.IIH>.30 Ziekenuur- 12.Tijdsein orkest.' 2 052.30 Schooluitzending. 2 30- De minister van waterstaat heeft aan de V. L. R. A. op haar verzoek, zendvergun ning verleend, teneinde den liberalen omroep in de gelegenheid te stellen, een gedeelte van het congres van den Bond van jonge liberalen uit te zenden. o"""Gramofoonplaten. 3.4. Concert w A V R.O -KVintet 4.— Orgelspel foh rong 4.45 Concert. Mevr. Jo $5 zang Joh. Jong, piano. 5.15 Concert V R A-Orkest. Mevr. Toet, zang. Joh. llong, piano. 6.15 Accordeonmuziek door Jo Kokers. 6.45 Concert door het V.A.R.A.- Orkest 7.05 Actueele mededeelingen door tiet N V V. 7.20 W. H. Vliegen: Oorsprong, geschiedenis en hedendaagschen stand der socialistische beweging. 7.45 Politieber 8. Tijdsein. 8.01 Ds F. W. J. v. d. Kujoorai Sacramenten. 8.30 Concert. Ferd. Helman, viool. H. v. Wezel,cello. Henr. Bosmans piano. 9.Dr. J. A. de Koning: Walther Rathenau. 9.30 Vervolg concert 10.- Pers berichten. 10.03 Vaz Dias. 0. 5 Willem Piiper: Psyychologie en muziek. 10.4o Ver volg concert. 11.— Gramofoonplaten. 12.— Sluiting. Huizen, 298 M. (Algemeen programma, te verzorgen door de N.C.RV.) 8.8.15 Schriftlezing. 8.15—9.30 Gramofoonplaten. 10.3011.Ziekendienst. 11.12.30 Gra mofoonplaten. 12.30—2.— Concert. H. Her- mann, viool. A. v. d. Satr, alt-viool. H. v. d. Horst Jr., cello. Mevr. R. A. v. d. Horst Bleekrode, piano. 2—3.15 Gramofoonplaten. 3.15—4.15 Concert. J. Vink, hobo d amors en hobo. P. v. d. Hurk, fluit. L. Weiner, viola di gamba en J. Monissen, piano. 5. 5.30 Cursus Handenarbeid. 5 306.30 Or gelconcert door Jac. Bonset. Met medewer king van L. C. Keereweer, cello. 7.—7.30 Cursus Engelsch voor beginners. 7.308. A. J. Herwig: „De Humus-vorming in den grond". 8.—10.45 Concert. Chr. Radio orkest onder leiding van G. Stam. Dr G. P Marang: „Wij gaan op naar Jeruzalem" Ca. 10.Vaz Dias. 10.4511.30 Gramo foonplaten. Daventry, 1554.4 M. 10.35 Morgenwij ding. 11.05—11.20 Lezing. 12.20 Concert. M. Wilson, viool. H. Bronkhurst, piano. 12.50 Orgelspel door L. H. Warner, T. Pur- Vis, tenor. 1.50—2.50 Gramofoonplaten. 4.20 Orkestconcert. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Le zing. 6.35 Nieuwsberichten. 7.Pianospel door F. Dawson. 7.45 Lezing. 8.05 Vaude ville. 9.20 Berichten. 9.35 "Berichten. 9.40 Le zing. 9.55 Concert. M. Hinnenberg—Lefe- bre, sopraan. Orkest. 10.50 Concert. Instr Kwintet. 11.20—12.20 Dansmuziek. Parijs „Radio-Paris", 1725 M. 8.05 Gra mofoonpl. 12.50 Gramofoonpl. 4.05 Gramo foonplaten. 4.50 Causerie met medewerking van solisten. 6.50 Gramofoonplaten. 9.05 Concert. Orkest en solisten. Langenberg, 473 M. 6.207.20 Gramo foonplaten. 10.10.15 Gramofoonplaten 10.20—12.10 Gramofoonpl. 12.25—1.50 Or kestconcert. 4.205.20 Concert. Schrammel- trio en zang. 7.05 Concert. 8.05 Kamermu ziek. DaarnaBerichten en tot 11.20 Dans muziek. Kalundborg, 1153 M. 11.20—1.20 Orkest concert. 2.20—4.20 Orkestconcert en voor dracht. 4.204.50 Kinderuurtje. 7.208.35 Concert. Orkest en solisten Toespraken 8 50 9.05 Liederen. 9.0511.20 Uitzending van een klankfilm. Liederen-voor dracht. Or kestconcert. Daarna: Dansmuziek. Brussel, 508.5 M. 5.20 Concert. Omroep- trio. 6.Vervolg concert. 6.50 Gramofoon platen. 8.35 Operaselectie. Hierna Berichten. 8 35 (Golflengte 338.2 M.) Concert door de SAROV. Zeesen, 1635 M. 5.4011.20 Berichten, lessen en voordrachten. 11.20—12.15 Gra mofoonplaten. 12.151.20 Berichten. 1.20 —2.20 Gramofoonplaten. 2.20—3.50 Voor drachten. 3.504.50 Orkestconcert. 4.50 6.55 Voordrachten. 6.55 Vocaal concert. Richard Strauss. Solisten, koor en orkest o. 1 v. Rich. Strauss. 7.40 Dansmuziek. 8 30 Radio-opera: „Hans Kuckuek" in 2 acten van Karl. Bleyle. 3.50 Mandoline-orkest concert. De koning van Hedjaz en N'ejd heeft met de Marconi-Company een contract gesloten voor het totstandkomen van een telegrafische communicatie voor Arabië. Vijftien draad- looze stations zullen in de belangrijkste cen tra van het koninkrijk gebouwd worden en vier Marconi-apparaten, op lorries gemon teerd, zullen geleverd worden als beweeg bare telegraafstations, die koning Ibna Saoed in staat zuilen stellen, voortdurend in contact te zijn met zijn beide hoofdsteden Mekka en Riyadh, wanneer hij woestijnreizen maakt. Een Engelsch ingenieur zal controle uit oefenen op den bouw van de stations. Koning Ibn Saoed heeft vier van zijn onderdanen naar de Marconischool gezonden om in structie te ontvangen. Jfapifew Watpvkr* - Jgchtnaar, Rus /an d. \r, Onze kolonel Wagner, welke reeds een!ge dagen ziek w*s aan eene soort van loop, en zich gedurende de actie in zijne reiskoets had bevonden werd nu, daar wij van alle kanten om singeld waren, genoodzaakt zijn riituic te verlaten. Ik zag hem door eenige sap- peurs in een deken binnen het quarré dragen. Ook is hij naderhand aan de ge volgen dezer ziekte overleden. Zijn rij tuig werd ogenblikkelijk door onze eige ne traii.eurs geplunderd. Nog moet ik eene bijzonderheid vermelden, welke ge durende het gevecht voorviel. Daar het niet raadzaam was, in den donkeren nacht te paard te blijven zitten, waren alle generaals en opper-officieren afge stegen, en marcheerden te voet aan het hoofd hunner kolonnes. De knegt van onzen overste Caron hield deszelfs paard bij de hand, toen een kanonskogel over hetzelve heenvloog en het eene oor digt aan do kop wegnam, even als of het met een scheermes afgesneden was, terwijl het paard overigens geen letsel had. De knegt echter stierf weinige dagen daar- Ledenvergadering ten Stad- huize op Woensdag 7 Jan. Devoorzitter, de heer S. w! A r n t z, opende de vergadering met een welkom tot de aanwezigen en deelde mede, dat bericht van verhindering was ingekomen van de heeren Ringers, Valkering en Kluitman. Wegens ziekte waren afwezig de heeren König, Grun- wald en Wagenaar. De toestand van eerstge noemde was thans vrij goed. Devoorzitter hield hierna de Mijne Heeren! Een teekening, die onlangs in één on zer weekbladen stond, toonde ons een man, die moeizaam een zvvaren last de maand December op zijn schouders torste, om dien als laatste loodje naai den stapel te dragen, waarheen hij blijk baar met groote krachtsinspanning de vorige elf maanden had gesjouwd. Dit beeld teekent kernachtig het afge- loopen jaar! In de nieuwjaarsrede van 1930 uitte ik reeds de vrees, dat de beurskrach, die in het najaar van 1929 plaats vond, zou terug slaan op het be- diijfsleven van ons land, waarin zich toen een kentering aankondigde. Wie had echter durven vermoeden, dat een wereldcrisis zou volgen, die nu reeds on geveer een jaar duurt'? Dat er een tijdvak zou aanbreken, waarin, zooals wij heb ben kunnen lezen en velen, ook in ons land, helaas aan den lijve hebben ge voeld, het maatschappelijk leven ont wricht is, millioenen werkloos zijn, tal- loozen geruïneerd, velen gefailleerd; waarin als 'tware een golf van ellende, wanhoop, wantrouwen en moedeloosheid over de menschheid geslagen is. Even talrijk als uiteenloopend zijn de gissingen en de theorieën omtrent het ontstaan der crisis, doch de oorzaak ligt in het duister, hetgeen geen wonder is, wanneer men bedenkt, zooals de heer Henny terecht in het Handelsblad schreef, hoe gecompliceerd de vraag stukken zijn, die met crisis en conjunc tuur samen hangen, zooals productie, consumptie, werkloosheid, agrarische- en sociale vraagstukken, loon- en crediet, politieke quaesties, tariefmu ren, dumping, herstelvraagstuk, goud- schaarschte etc. etc. De laatste boodschap van president Hoover aan het Congres heeft ons ook weinig licht of houvast kunnen geven, terwijl de resultaten van de tweede eco nomische conferentie te Genève ons evenmin hoopvol kunnen stemmen. Wij gelooven indeidaad, dat de zoo dringend noodige samenwerking op economisch gebied van de verschillende Rijken thans uiterst moeilijk te bereiken is. Het pro- tectonisme blijft in het buitenland veld winnen en gij weet wat het buitenland in het afgeloopen jaar zooal deed, waar uit ik slechts een enkele greep doe wan neer ik U noem: Duitschland: verhooging invoerrecht op gerst, rogge, erwten en boter, bemoei lijking bloembollenhandel door z.g. sa nitaire maatregelen; Frankrijk: verdubbelt zijn invoerrecht op boter tot 200 francs per 100 Ko., ver hoogt zijn invoerrecht op varkens, var- kensvlecsch, kaas, aardappelen, aardap pelmeel, rogge, haver en reuzel, ver- na, hetzij door koude, hetzij aan de ge volgen van den schrik, of van den schok van den kogel, die zoodigt bij hem heen was gegaan. Zoodra de dag aanbrak, liet zich het „hurrah!" der vijanden van alle kanten hooren. Kozakken en barschkieren re den als dolzinnigen rond; alsof zij ons toonen wilden dat zij overwinnaars wa ren. Daar wij wisten krijgsgevangen te zijn, hadden wij onze wapenen wegge smeten en stonden nu weerloos daar, in bange afwachting, wat er van ons wor den zoude. Van tijd tot tijd kwamen vij andelijke officieren te paard bij ons, die zeer Fransch en Hoogduitsch spraken Zij waren meestal zeer vriendelijk en troosteden ons daarmede, dat dit het lot des oorlogs was; ons radende om maar goeden moed te hoaden. Dan alle deze fraaije woorden hielpen ons weinig: men liet ons maar al te ras gevoelen dat wij gevangen, en aan de willekeur des vijands overgelaten waren. Ik geraakte onder eenige baldadige Russen, die mij visiteerden, mij mijne horologene en geldbeurs afnamen, en, na mij besch-'mt te hebben, mij verlieten. Ik moest dit alles maar geduldig verdragen, want tegenweer te bieden, was geene zaak, daa. ik een Luitenant-kolonel van het 44ste regement zag dood steken, omdat bij zich te weer stelde. Mijn arm paard werd mij ook ontnomen; ik was oogge tuige, dat een Rus hetzelve besteeg, en het in triomf met zich voerde. Het duur de niet lang, of eene andere troep om ringde mij en nam mij mijne epauletten biedt den invoer van Nederlandsch *ok- vee; Zwitserland: verhoogt zijn invoerrecht op boter van 70 tot 120 francs. Met deze feiten voor oogen, die slechts een deel vormen van de beschermende maatregelen, die de, vreemde Rijken heb ben genomen, verwondert het ons niet. dat er in ons land, ook van de zijde dezer Kamer, de vraag gericht werd tot de Re geering, of voortzetting van de huidige handelspolitiek onder deze omstandig heden wel gewettigd is, of dat bescher ming van levensvatbare bedrijven in ons land dient te geschieden. Daar dit vraagstuk van veel belang is, meen ik goed te doen hier volledig weer te geven, hetgeen daarover in het laatste maandschrift van het centraal bureau voor de statistiek staat geschreven. Wij lezen daar, dat de Regeering in haar antwoord op de algemeene beschou wingen over de Rijksbegrooting 1931 haar standpunt ten aanzien van eenige in het Voorloopig Verslag geuite wen- schen met betrekking tot de handels politiek als volgt uiteen zette: De Regeering meent uit dit Verslag te moeten opmaken, dat algemeen voortzet ting van de huidige politiek wordt ge- wenscht, zij het dat verscheidene leden ter coriectie of aanvulling van het be staande stelsel een onderhandelingsta rief en maatregelen tegen dumping heb ben aanbevolen. Omtrent het onderhandelingstarief wenscht de Regeering zich van het uit spreken van een eindoordeel te onthou den, zoolang bij haar de aan eenige organisaties en commissies gevraagde adviezen over het rapport der commis- sie-Bodenhausen niet zijn ingekomen. Intusschen merkt de Regeering op, dat er aan een onderhandelingstarief geen behoefte bestaat voor de sluitjng van de handelsverdragen, zuiver gebaseerd op meestbegunstiging. Daarbij komt, dat de onderhandelingstarieven er toe mede werken om de vraagstukken van han delspolitiek zoo gecompliceerd te ma ken. dat de oplossing daarvan door be moeiingen van den Volkenbond wordt belemmerd. Ook kan moeilijk worden aangetoond, dat eenig land met een onderhandelingstarief over de geheele linie haar positie heeft weten te verbe teren. Verlichting van een eenigszins algemeene malaise of crisis is daarvan niet te verwachten, evenmin als van maatregelen van retorsie. De taak van de Regeering moet zich dus er toe be perken, om zoo mogelijk in concrete ge vallen door andere landen aan ons eco nomisch leven in den weg gelegde be zwaren weg te nemen zondende verkre gen resultaten in de waagschaal te stel len en dus, ook zonder de meestbegunsti ging in gevaar te brengen, d.w.z. zonder discriminatie toe te passen dan wel toe te laten. Op eenigszins ruime schaal is dit denkbeeld niet voor uitvoering vat baar, omdat ons tarief te laag is om reducties van eenige beteekenis er op te kunnen toepassen en omdat men met verhooging van het tarief, teneinde ver lagingen mogelijk te maken, den weg zou opgaan, die tot zoo gecompliceerde verhoudingen en tot zooveel handelsbe lemmeringen heeft geleid. Wat de dumping betreft merkt de Regeering op, dat het uiterst moeilijk is om precies aan te geven, wanneer deze wordt toegepast. Over afdoende gegevens ter beantwoording van de vraag of van Rusland uit pogingen worden aange wend, om door invoer tegen lage prijzen de werkloosheid te vermeerderen en daardoor de revolutie te bevorderen, be schikt de Regeering niet. Niet minder gevaar dan in dumping is gelegen in anti-dumpingmaatregelen van andere landen, waarvan Nederland ten onrechte herhaaldelijk het slachtoffer is. Van het verloop der zaak en van het resultaat der bestudeering daarvan hangt het af of de Regeering bijzondere maatregelen zal hebben te overwegen. U begrijpt, Mijne Heeren, dat de ver slagen over den bedrijfstoestand in ons district dit jaar niet rooskleurig zullen zijn. Het is een groot geluk, dat het meeren- deel der bedrijven, waaronder ik vooral ook het bankw ezen noem, in ons land gezond en krachtig was, toen de gewel dige stoot moest worden opgevangen. Voor enkelen bleek de strijd om het be staan echter te zwaar, doch niet onopge merkt mag blijven, dat in een aantal branches de depressie in veel mindere mat.. werd gevoeld dan in andere. Met den landbouw, waarop het zakenleven in o:.s district veelal is aangew ezen, is het wel zeer treurig gesteld. Wanneer men leest, dat de graanprijzen sedert het jaar 1804 niet zoo laag ziin geweest als thans, dan stemt dit ons toch wel tot zeer ernstig nadenken. Thans zal ik overgaa de bedrijfsgro nen in ons gewest afzonderliik te behan delen. Grove tuinbouwproducten. Begin 1930 waren er groote voorraden winterkool, uien en wortelen opgeslagen. Helaas moeten wij hieraan direct toe voegen, dat de goede verwachtingen de bodem is ingeslagen. De oorzaak daar van is velerlei, doch wel hoofdzakelijk is het treurige resultaat daaraan te wijten, dat in de winter-campagne van begin 1930 de vraag veel te gering geweest is. Dat die vraag is uitgebleven, houdt weer verband met het feit, dat geen vorst van beteekenis ingetreden is en juist vorst is noodig, wil er naar de producten in kwestie een levendige vraag ontstaan, om daarmede een vlotten afzet der pro ducten te verzekeren. De tuinders, zoo wel als de handel, hebben dan ook in die wintercampagne zeker geen zijde er bij gesponnen, veeleer kunnen beide van een slechte wintercampagne spreken. Overgaande tot een ander hoofd-pro- duct uit ons distdict, noemen wij de vrcege aardappelen. Weliswaar hebben deze geen hoogen prijs weten te behalen, doch de handel daarin is niet bepaald ongunstig ge weest. Als ongunstige factor in de aardappelcampagne van het verloopen jaar trad de aardappelziekte op, die dooi de vele regendagen van den zomer in sterke mate is voorgekomen en voor de ongerooide voorraden funeste gevolgen had. De vroege zomerkooi mocht zich slechts enkele dagen in het begin van het seizoen, toen de voorraden nog iet al te groot waren, in-een eenigs zins goeuen prijs verhsueen. doch al heel spoedig was het daamede gedaan, naar gelang die voorraden toenamen. Weldra waren de prijzen daarvan zóó laag, dat het niet meer loonde de vroege kool te oogsten De kosten van het oogsten en van het vervoer naar de veilingen kon den niet meer door de opbrengst worden gïdekt. Slechts de herfstw ittekool kon voor 1e fabrieken een eenigszins beteren prijs maken. Op dit oogenblik valt nog niets om trent de bedrijfsuitkomstcn van de in- maakfabrieken te zeggen, daar verschil lende factoren in de naa-te toekomst daarop nog van invloed kunnen zijn. De oogst van de zomer-blcemkool is vrijwel geheel misluk* en die van de late-bloemkool voor een groot gedeelte. De prijs voor de kas-producten, meer speciaal de tomaten, is voor de warme kassen vrij goed ge weest en heel goed voor de koude kassen. De voorraden winterkool en uien, thans beschikbaar voor de winter campagne begin 1931, zijn ongeveer een derde minder in hoeveelheid dan die van de overeenkomstige periode in 1930. Tengevolge van de vele regens gaven talrijke velden een slachten oogst, van daar de geringere voorraden. Te betreu ren is het, dat op dit oogenblik de vraag naar de winterartikelen nog veel te wenschen overlaat. Al weer moet het de vorst zijn, dii hierin een gunstige ver andering kan brengen. Voor cle tuinders en den handel uit deze streken is het te hopen, dat de komende maanden het mogelijk zullen maken een vlotten afzet tot bevredigende prijzen te verkrijgen. De handel in de producten langs de Duinstreek, Castricum, Limmen en Hei- loo is bijzonder sleepend gew eest. De aardbeien vonden nog eenigermate af zet, doch de boonen en do erwten waren vrijwel onverkoopbaar. De zwarte bes sen zijn niet eens geplukt, slechts de duinaardappelen gingen nog met eenige graagte van de hand. De handel in schorseneeren bleef ver beneden peil en ook de sjalotten waren zoo goed als on verkoopbaar. Résumeerende valt over den handel dezer verschillende produc en ringkraag af, en scheurde mij mijnen geheele rok open; ook hierin was ik ee duldig, en maar blijde toe, dat ik met eenige stompen en stooten van deeze in spectie afkwam. Nog eene verneedering moest ik ondergaan, die mij diep smar- te. Een Russisch grenadier kwam, met een geladen geweer in de hand bij mij bleef voor mij staan en rukte mij, nadat hij zijn gew eer op den grond had neder- ten in 1930 al weinig verheugends mede te deelen. De toestand van den landbouw. De finantieele gevolgen van de we reldcrisis kw amen in 1930 ook in ons land steeds duidelijker tot uiting. Bij de zuivel door een belangrijke da ling in de prijzen. De daling trof de bo ter in belangrijker mate dan de kaas, tengevolge van hoogere invoerrechten in de landen, waar tot heden het groote kwantum werd verkocht en tevens door de grootere productie van andere zui- velbereidende landen. Toch mag van 1930 voor het veehou- dersbedrijf melkerij niet van een noodtoestand .worden gesproken Wel werd door het mond- en klauwzeer de melkgift beperkt en in veel gevallen veel nadeel geleden door deze ziekte aan het vee, doch door grooten grasgroei en veel hooiwinning werd ten aanzien van de productie veel goedgemaakt. De productie kon bovendien met voordeel worden vergroot door de lage prijzen van het krachtvoer. In het einde van het jaar daalden ook de kaasprijzen nog eens belangrijk, zoo dat de verwachting voor de toekomst somber gestemd is. Door de veel groote re concurrentie uit andere landen voor de boter dan voor de kaas, zijn de vooruitzichten voor de kaas gunstiger dan voor de boter. Gezien het beperkter afzetgebied voor onze zuivelproducten, zullen er nieuwe afzetgebieden moeten worden gezocht, waarvoor algemeene en krachtige samenwerking van produ centen en handel en zoo eenigszins mo gelijk met de Regeering noodig zal zijn. Daarbij moet ernstig gestreefd worden om prima producten te maken, want dat is noodig om de kansen op blijvenden afzet te behouden en te vcr- grooten. Over de onderdeelen van het vcehou- dersbedrijf den afzet van vee in het najaar, en cle schapenfokkerij kan gelukkig een gunstig resultaat worden geboekt, al begonnen in het laatste deel van het jaar de prijzen belangrijk te da len. De varkenshouderij bracht dooi het goedkoope krachtvoeder een matige winst. In den eigenlijken landbouw den graanbouw' is de toekomst slecht. Van een behoorlijk inkomen is daar geen sprake, de meesten hebben geen inkomen, maar verlies. De wereldpro- luctie laat hier haar invloed geweldig gelden en daardoor staan w ij voor een zeer moeilijk vraagstuk. Wel wordt ge tracht dooi- het „suikerwetje" en het meng- en maalgebod" aan den land bouw hulp te bieden, maar het is zeer de vraag of de resultaten wel zoo gunstig zijn als van landbouwerszij,le wordt verwacht en of niet zal blijken, dat aan de uitvoering zulke groote moeilijkheden en kosten zijn verbonden, dat zij practisch niet zullen beantwoor den aan het beoogde doel. Om de moeilijkheden te boven te ko men, zal er krachtig samengewerkt en veel gewijzigd moeten worden De groo te moeilijkheid is om de finantieele ver houdingen te wijzigen in overeenstem ming met de finantieele gevolgen van de crisis, die den economischen toe stand op geheel andere basis brengen. Bloembollenkweekerij en handel De afdeeling Limmen van de „Alge meene vereeniging voor Bloembollen cultuur" ziet den toestand als volgt: Het gew as van het afgeloopen jaar was bijzonder goed, dank zij de gunstige weersomstandigheden. Van alle soorten was er een goede oogst, hetgeen zijn in vloed deed gelden op de hoeveelheid leverbare bloembollen, die geraapt wer den. De prijzen waren in het begin van het jaar tamelijk hoog, dit in verband met den afloop van het seizoen 1929, toen, door een tekort aan leverbare bloem bollen, de prijzen sterk opliepen. De oorzaak hiervan was de slechte oogst ten gevolge van de strenge vorst in dat jaar. Niettegenstaande er in het buitenland veel verkocht was, namen cle expor teurs, als gevolg van den goeden oogst, een gereserveerde houding aan en be gon de beurs-handel zeer laat, wat ten gevolge had, dat de prijzen naar bene den gingen, vooral van de duurdere soorten, die tengevolge van de crisis Jn het buitenland minder gekocht werden. Toch bleek bij het einde van het han- Thans van alles beroofd zijnde, had ik geene inspectie meer te duchten; ook liet men mij vervolgens met rust. Hoe aangenaam zulk een toestand zij, weet i.iemand dan die het ondervonden heeft, en wat ik bij dit alies gevoelde, kan ik met geene woorden uitdrukken. Ook hier kon men den .geest der Fransche armée ontdekken. Want ten einde ons vaandel niet in handen des vijands zou- gezet, den doek van den hals; doch zien de, dat er niets meer bij mij te halen was, spoog hij mij in het gezigt, en schold mij uit foor eene Fransoski sabak (Franschen hond), waarop hij mij liet staan, om op anderen buit uit te gaan. K' I, NA OE BEREZ'M* "V V |l EHErl de vallen, en door denzelven als een zegeteeken medegevoerd worden, scheur- c-en eenigen van ons regement het vaan del van den stok, en namen den adelaar er af, dien zij zorgvuldig bij zich verbor gen, ten einde die niet door de Russen zouden ontdekt worden. Nu kreeg onze kommandant last om de of.'eieren bij elkander te doen komen als ook de onderofficieren en soldaten, en zoo werden wij ieder afzonderlijk naar Borisow gedreven, waar wij in een groot huijs werden gebragt, en van alle zijden strengelijk bewaakt. Dit gebeurde op den 28sten November. Daar wij met zoo groote menigte volks in dit huis waren, hadden wij niet eens een plekje gronds, daar wij konden gaan liggen, en wij waren dus genoodzaakt om overeind te blijven staan. Een verschrikkelijk» honger kwelde ons; want men gal ons niets t» eten. Achter dit huis stond een paard, het welk geblesseerd zijnde, niet meer loopen kon. Dit moest er aan; wij slagtten het en deelden het broederlijk; en dit magere vleesch smaakt» ons heerlijk. Dan deze portie was gelijk men het ligt denken kan, voor elk van ons niet groot, en geenszins geévenredigd aan onzen razenden honger. Gelukkig vond ik nog een stuk geld bij mij, hetwelk door de verschillen de inspecties ontsnapt was, doordien het tut- schen de voering van mijnen zak was inge schoten. Nu zag ik dat een Russisch soldaat eene mondzak vol beschuit (sogari) had: ik liet hem het stuk geld zien, hem te kennen geven de, dat ik honger had, en verlangde, dat hij mij daarvoor wat sogari zoude geven. Hij bewil- ligde in mijn voorstel, doch ik mogt slechit twee greepen in den zak doen. Ik sperde mij ne vingers zoo ver als ik konde en wenschte op dat ogenblik wel reuzenhanden gehad te heb ben. Ik verborg den verkregenen schat zorg vuldig en nimmer heb ik lekkerder beschuit gegeten dan deze zwarte Russische Sogari. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 5