'Xuhz^e ni&ïw. 4777T//A m m Vt, V/. BB Mm .(m mm wm éjw& WMMft 'MM»* V//////A i"W' Wsw M *M. m ■mm Wh tl wm w m. vim/- WW' MT ■r/stm. 'M& Mm 'Mm. r ■m ---| m m M, 'm?;, W- fm ~m m as ip H «E ïiJJI ejé'mgfp "P' Él .jÜÉ.111 i i Nlaag houdt. "t !s e@n kleinigheid, maar een die Uw stroomrekening RugpijnNieren Pillen' Schaakrubriek i JU mm. «Eijfll És M Dami*ubR*iek yil iii JÉil JPfÜH n 'mm.s i 'WÈ n STAD EN OMGEVING. IIR A YO VI'I IIl:VAM EEN VKilK RRKSAttRNT.! Eiken dag van uw leven staat gij blcót aan inwendige vergiftiging uw eenige bescherming tegen over tollig urinezuur en andere schade lijke onzuiverheden wordt gevormd door gezonde, krachtige werking der nieren. •Als gij uw gezondheid op prijs stelt, dient gij de eerste verschijnse len van nièrzwakte te kennen. Rug pijn .hoofdpijn, aanvallen van dui zeligheid en urine-stoornissen zijn op zichzelf reeds dikwijls gevolgd door rheumatiek, nierwaterzucht, blaaszwakte, graveel en niersteen. Grijp de kwaal krachtig in haar wortels aan. De versterkende, hee- lende en opwekkende hoedanigheden van Fostei's Rugpijn Nieren Pillen worden sinds jaren door velen ge roemd om hun uitstekende werking bij verzwakte nieren, waardoor deze organen weder in staat gesteld worden om het bloed zuiver en rein te houden. Bij alle drogisten enz, 1.7b p. flacon. zwak dat het uitzicht op de komende 'Januari-expositie den handel al maanden te voren verlamt. Inderdaad wacht de kooplus tige graag enkele maanden vóór hij zijn keus doet, in 4e hoep dat de expositie hem het kiezen gemakkelijker zal maken. De ongeluk kige bevroedt niet, dat juist de ruime keuze van vrijwel gelijkwaardige producten hem in een ernstig dilemma brengen zal. Doch dat is 's koopers zaak. De verkooper ziet alleen, dat zijn afnemers in aantal verminderen en hij vindt dit een mismoedig najaarssymptoon; Zoodra de R.A.I. er geweest is, komen de klanten echter opdagen en krijgen de instruc teurs en de examinatoren de h./den vol. Tus- schen 1 Febr. en Paschen hebben zij hun drukken tijd. De stroom der automobielen zwelt aan in de smalle straten van Amster dam, de tram heeft er met het overstappen- systeem weer toe bijgedragen om velen van tram in auto te laten overstappen want met de traagheid van het gemeente-trambe drijf wordt het nu toch al te bar en de ver keerspolitie, wij zeiden het reeds, moet alle zeilen bijzetten. Daarmede worden dan weer ineens alle vraagstukken van verkeeren en parkeeren brandend en voelt men weer meer dan ooit de ellende van een onbegaanbaar Rokin en een overladen Muntplein. Maar over dez$»problemen zullen wij het nu niet hebben. Zij leveren voorloopig niets nieuws op. Amsterdam, Jan. '31 EMERGO. OPLOSSING EINDSPEL No. 416. 1. f8D Kf8 2. Kf6 Tf4 3. g?t Kg8 4. Kgó en 7 wart moet Tf5 spelen, waarna 't spel remise is OPLOSSING EINDSPEL No. 417. 1. Lc3 Kbó (na Kb5 of Kd5 speelt wit Ld4! en wint. Het is juist de bedoeling van 't eind spel om d4 te bezetten zonder schaak). 2. La5f Kb5 3. Ld8 Kc5 4. Lg5 Kbó 5. Le3f Kb5 6. Ld4 en wint. OPLOSSING PROBLEEM 321. 1. d3 c4 2. d4 mat 1.P speelt 2. Dc5 mat 1. Kb 2. d4 mat 1. Kd4 2. Dc2 mat PROBLEEM No. 322. H. Hendes da Costa, Amsterdam. ra .Wiïk lÉÜ mm j-1 m Tweezet. EINDSPEL 413. j 1 m M ft. «u WJÈ WB Wt\ !l I) C ll o f g h Wit speeit en maakt remise. EINDSPE* 419. ahcdefgh ii ,'j 6 b p ft l Wit speelt en wint. De volgende partij werd gespeeld in Has- tings 29 December 1930. Wit: Mir Sultan Khan. Zwart: Michell. Indisch 1. d4 Pfó 2. c4 e6 3. Pc3 Lb4 4. e3 De Rubinstein voortzet ting eenvoudig goed. 40—rO De zwakte van c3 na afruil op c3 wordt vol komen gecompenceerd door wit's sterke pionnen cen trum. 5. Ld3 c5 6. Pge2 Pcó 7. 0—0! Beter dan 7. a3, waarna volgen kan 7. Lc3 8 bc3 b6 9. 0—0 La6 zooals Capablanca speelde tegen Jokner in Karlsbad (1929) 7. d5 Een openingsfout; beter was 7. i b6. 8. a3! Lc3 9. bc3 bó 10. cd5 Verhindert Laó 1 0ed5 11. Pg3 om e4 te spelen. 1 1c4? Versterkt alleen wit's centrum. 12. Lc2 Te8 13. f3f £oo stuurt wit aan op een aanvtl op de zwarte koningsvleugel. 13. b5 14. e4 Dbó verhindert e5 wegens Pe5. 15. Khl gó? een nieuwe verzwakking. 16. Lg5 Pe7 17. E>d2 Lb7? Zet ook dit stuk buiten spel. Beter was Pd7 en fó 18. Df4 Pd7 19. e5 Tae8 20. Dh4 Pcó verspert Tc8 den weg Fout zou zijn Deó wegens f4 en f5. 21. f4 Pd4 22. cd4 Dd4 Dit is natuurlijk ver twijfeling; maar het avan ceeren van de f-pion is niet anders te verhinderen. 23. Pf5! Dit doet winnen. 23gf5 24. Lf5 Pf8 25. Lfó Zwart geeft op. 't.Mat is niet ie verhinderen. Aan de Dammers! In onze vorige rubriek gaven wij ter oplos sing probleem 1157. Stand. Zw. lOsch. op: 11/15, 18, 21, 25, 35, 45 W. lOsch. op: 24, 28, 32, 34, 36, 38, 43, 47, 49, 50. Wij vragen thans de aandacht voor twee zeer interessante en leerzame eindspc'en van de bekende meesters dr. Molimard en Fabre. Het eerste is van dr. Molimard: p 1 o s s i n g. 24-20 1. 15 24 34—30 2. 25 :34 28—22 3. 18 27 36—31 4. 27 :36 47—41 5. 36 :47 43—39 6. 47 ;44 49 27 7. 35—40 27—22 8. 40—44 50 :39 3. 45—50 32—28 wint. Twee eindspelen. HHP HHP üéP Zw. 3 sch. op: 16, 20, 26. W. 3 sch. op: 23, 27, 37 Wit is aan zet en speelt als volgt: (de let ters A, B en C verwijzen naar ondervariau- ten uit de hoofdvariant) Wit: 23—19 (20—25) 19—14 (25—30) 14-10 (30-34) 10-4 (26—31 A. en B.) 37 26 (16—21 C.) 27 16 (34—39) 4—22 (39—43) 22—31 en wint. A. op 34—39 Wit 37—31 (26 37) 17—21 (16 27) 4 34. B. op 16—21 Wit 27 16 (34—39) 4—22 (39—43) 22—31. C. op 34—39 Wit 2021 (Zwart ad lib.) 27-22. Het tweede eindspel is van Fabre. u t u ÜÜT Zw. eeu schijf op: 25 en dam op 35. W. drie schijven op: 24, 34, 45 en dam op 5. Wit speelt 5—19, daarmee zwart dwin gend de dam op 35 te verplaatsen. Naar 44 of 49 kan niet omdat dan volgt 4540 en 19 2. Zwart speelt dus 35—40. Nu wit 3430 (zw. 25 34) en 19—2. Zwart moet nu den öaui verplaatsen, want 3439 kan niet, dus 4019 en nu wint wit door 4540. Zwart slaat men den dam twee schijven en wit win! Ier oploss ng voor deze week: Piobleem 1158 van Mr. Duiuout (Fr.J ,\v kl H T m fm, JPl lÉH 'jHï t'J 1 J Zw. 14 sch. op; 1, 3, 4, 9, 12, 13, 14, 17, 18. 24, 25, 26, 30, 35. W. 14 sch. op: 16, 27, 28, 32, 34, 36/39, 44. 45, 47, 48, 50. Welke fraaie combinatie maakt wit? In onze volgende rubriek geven wij de op lossing. OPRICHTING INSTELLING VOOR MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON EN BUREAU VOOR SOCIALE ZAKEN B. en W. schrijven in bijlage Nr. 18: Uwe vergadering stelde op 6 November j.1 om bericht en raad in handen van ons Col lege een adres van de besturen van den AU: maarschen Bestuurdersbond, den Roomsch- Katholieken Volksbond en het Plaatselijk Ar beiders-secretariaat d.d. 27 October j.1., hou dende het verzoek de instelling van een In stituut voor maatschappelijk hulpbetoon te willen bevorderen. Naar aanleiding daarvan merken wij het volgende op. De Overheidstaak op het gebied der armen zorg is in den loop der jaren belangrijk ge wijzigd. Ieder, die de ontwikkeling van onze wetgeving op dat punt heeft gevolgd, weet, dat de Armenwet 1912 zich in verschillende opzichten ten aanzien van de omschrijving van de taak der openbare armenzorg onder scheidt van de wet van 1854 en dat reeds bij de wet van 1912 de sociale beteekenis ook van de openbare armenzorginstellingen op den voorgrond trad. In de jaren na 1912 is geble ken, hce zeer de in die wet op dit punt gehul digde beginselen pasten bij de inmiddels zich snel wijzigende maatschappelijke toestanden Immers de omstandigheden drongen er toe, meer dan ooit, dat de Overheid zich direct of indirect het lot aantrok van breede kringen van de samenleving. Allerlei sociale maatregelen weiden getrof fen zoowel op het gebied van de voorziening in de behoeften der minder gced gesitueerden in engeren zin, als op 't zooveel breedere ter rein b.v. van de volkshuisvesting, de volks hygiëne, de verzekering tegen het risico van den kwaden dag, enz. De opvatting, dat de Overheid leidend en waar mogelijk en noodig, steunend moet op treden wanneer dit gevorderd wordt ter voor ziening in maatschappelijke nooden en be hoeften, heeft zich op velerlei terrein baan ge broken. Anderzijds hebben verschillende bevolkings groepen, door den drang derzelfde omstan digheden, herhaaldelijk aanraking gekregen met de Overheid, die, hier meer, daar minder, van de uit de maatschappij opgekomen orga nen partij trok om haar taak zoo goed moge lijk te vervullen. Dat dit alles ook zou beïnvloeden den aard der bemoeiingen van de instellingen, die heb ben te voorzien in het onderhoud van hen die het zich niet op andere wijze kunnen verschaf fen, ligt voor de hand Ook al laat men buiten beschouwing het bestaan der verschillende crisis-commissies, voor regeling van werkloo zen-uitkeeringen, die in de jaren 1914—1918 en daarna op verschillende plaatsen werden gevormd, het lijdt geen twijfel, dat vooral in die jaren is gegroeid de gedachte, dat de Overheid zich voor een doelmatigen arbeid op het gebied der ondersteuning in het bijzonder van valiede arbeiders een nauw contact heeft te verzekeren met de werklieden-organisaties, opdat door uitwisseling der wederzijdsche in drukken en ervaringen en door gemeenschap pelijk overleg op de juiste wijze een bestem ming werdt gegeven aan de gelden, die voor dit doel uit de openbare kas worden beschik baar gesteld. Dat de vakcentrales thans harerzijds erop aandringen, een dergelijk contact hier for meel vast te leggen, ontmoet dan ook bij ons College geen bezwaar. Integendeel, wij mee- nen. dat de moeilijke arbeid van het Over heidsorgaan dat zich de voorziening ten doe' stelt in de behoeiten van hen wien het duur zaam of tijdelijk aan het noodige ontbreekt, eerst dan ten volle gedragen wordt door het bewustzijn, dat gedaan is wat gedaan moest worden, wanneer ook de vertegenwoordigers der vakvereenigingen daarvoor de verant woordelijkheid mede willen dragen. Als zij zich daartoe, gelijk uit hun adres blijkt, be reid verklaren, dan dient die medewerking door de Overheid naar onze meening te wor den aanvaard. Ook overigens achten wij het gewenscht, de Overheids-armenzorg op anderen voet dan tot dusver te organiseeren Wanneer men in aanmerking neemt, dat belangrijke en steeds toenemende bedragen uit de gemeentekas daaraan worden en moeten worden ten koste gelegd, dan is het naar ons voorkomt rede lijk, te verlangen, dat Uwe vergadering op eenigerlei wijze bij de besteding dier gelden betrokken wordt. Thans kan de Raad niet veel anders doen dan jaarlijks bij de begroo ting een subsidiepost uittrekken en bij de be handeling van de rekening beo^rdeelen, hot het financieel beleid is geweest Overigens be rust de beschikking geheel bij een afzonder lijk orgaan, dat krachtens de wet zonder be roep beslist op aanvragen om ondersteuning Al brengen wij gaarne hulde aan hen, die zich moeite, zorgen en tijd getroosten om dezen arbeid naar beste weten te verrichten ieder zal moeten toegeven, dat het met de ver antwoordelijkheid der door de burgerij geko zen vertegenwoordiging voor de besteding der belastingpenningen eigenlijk niet is over een te brengen, dat zii feitelijk niet den min ste invloed heeft op den dagelijkschen gang van zaken Wij zouden daarom gaarne deze gelegenheid aangrijpen om den Raad dom een vertegenwoordiging zoo mogelijk van de verschillende politieke groepen zeggingschap te geven bij de beslissingen van het gemeënte lijk armenzorgorgaan. Daarnevens zal na tuurlijk ook voortaan dankbaar worden aan vaard de vrijwillige medewerking van die genen uit de burgerij, die zich tot het moe^ lijke, maar toch ook voldoening gevende werk der voorziening in de nooden der behoeftigen aangetrokken gevoelen. Vervolgens meenen wij U te moeten voor stellen aan dat orgaan niet langer den naam te geven van Burgerlijk Armbestuur. Deze naam herinnert te zeer aan een verleden waarin andere opvattingen werden gehul digd over de taak der overheid op dit gebied Wij vestigden hiervóór reeds de aandacht er op, dat de Armenwet 1912 juist ten aanzien van de v.aardeering van de sociale beteekenis van de burgerlijke armenzorg zich onder scheidde van de wet van 1854. Kort na de in werkingtreding der eerstgenoemde wet zijn er dau ook verschillende gemeenten geweest, dit in verband met deze gewijzigde doelstelling den naam van burgerlijk armbestuur hebben vervangen door dien van instelling voot maatschappelijk hulpbetoon. Onder dien naam bestaat de instelling thans o.a. in de gemeenten Amsterdam, Arnhem, Dordrecht, 's-Gravenhage, Hilversum, Hoorn, Leiden, Rotterdam en Velsen. Wij zouden dat voor beeld willen volgen. De juridische positie blijft intusschen dezelfde en zal ook in 't ver volg zijn die van een instelling van weldadig heid als bedoe'd in art. 2, le lid sub a. der Armenwet-1912. Een belangrijk onderdeel der nieuwe orga nisatie is de personeelsvoorziening. Naar ons voorkomt brengt het velband tusschen den dienst der werkloosheidsverzekering en ar beidsbemiddeling en de instelling voor Maat schappelijk hulpbetoon mede, dat het secre tariaat van laatstbedoelde instelling en de leiding van den hiergenoemden tak van dienst in één hand behooren te zijn Dit zal een groote vereenvoudiging brengen, ook voor de steunzoekenden. En het voorkomt, dat twee instellingen naast elkaar werken, die van na ture op zeer nauwe samenwerking zijn aange wezen. Wellicht zal aan dezen hoofdambte- naar in verband met de hier voorgestelde combinatie nog een administratieve kracht moeten worden toegevoegd, maar ook overi' gens zou daarvoor alle reden zijn, omdat h'i in 't bijzonder ook zijn aandacht zal hebben te wijden aan het verhaal der ondersteuning 0D hen, die naar de wet tot onderhoud verplicht zijn Deze taak brengt op zichzelf reeds een toeneming van administratieve bemoeiingen mede, waarvan de kosten intusschen naar wii vermoeden slechts gering zullen zijn in ver- houding tot de inkomsten, die als gevolg van een doeltreffend toegeoast verhaal in de ka» der instelling zullen vloeien. Volledigheidshalve meenen wij erop t« moeten wijzen, dat de functie van directeur- secretaris eenigszins hooger zal moeten wor. den bezoldigd dan die van directeur van den bestaanden dienst der werkloosheidsverzeke. ring en arbeidsbemiddeling Ook dezen tak van dienst zouden wij ;n zoover willen reorganiseeren, dat wij dezen zouden willen opnemen in een op te richten bureau voor sociale zaken, op voorbeeld van het te Arnhem bestaande bureau. Aan dat bureau ware op te dragen: a. het verleenen van arbeidsbemiddeling, m samenwerking niet andere openbare instellin gen, welke hetzelfde doel beoogen; b. de uitvoering van het Werkloosheidsbe. sluit 1917 en de Arbeidsbemiddeüngswet s 1930, nr. 433, voorzoover die uitvoering be.' hoort tot de bemoeiingen van het Gemeente- bestuur en niet uitsluifend aan Burgemeester en Wethouders is opgedragen c. het verzamelen van statistische gegevens betreffende de sub a en b. genoemde onder- werpen d. de uitvoering van maatregelen, die be. vorderlijk zijn voor bestrijding van werke loosheid of de gevolgen daarvan, voorzoover deze zorg niet uitdrukkelijk aan anderen ij opgedragen; e. het verleenen van administratieven bij stand aan het Bestuur van dé Gemeentelijke Instelling voor Maatschappelijk Hulpbetoon; f. het verzam elen van die statistische gege vens omtrent de sub d. en e. omschreven on derwerpen, welke Burgemeester en Wethou ders noodig achten Aan dit Bureau ware te verbinden een com missie van advies, evenals tot dusver verbon den aan de arbeidsbeurs, waarbij intusschen eenig verband gewènscht is met het bestuur der instelling voer maa*schapoelijk hulpbe toon (zie art. 5 van navolgend ontwerp II). Op deze wijze is naar wii meenen een or ganisatie verkregen, die in alle opzichten zal kunnen voldoen aan de eischen, die daaraan in den tegenwoordigen tijd mogen worden gesteld. In het vorenstaande is weergegeven de mecn;ng van de meerderheid van ons Col- ege. De minderheid stelt er prijs op, van haar afwijkend standpunt te doen blijken. In de eerste plaats vestigt zij de aandacht er op. dat de samenstelling van het nieuwe bestuur in strijd is zo^al niet met de letter ian toch met den geest der Armenwet, voorn»- veel de Raad in zijn rolitieke schakeerttrg tü; de beslissing over toekenning van ondersteu ning betrokken wordt. De Armenwet gaat »r van uit. dat de ondersteuning wordt toege kend öf door een afzonderlijke instelling of r*oor Burpemeps'er en Wethouders. Zoowel in het eerste als in het laatste geval beslissen de co','e",es zonder eenig beroep. Burgemeester en Wethouders zijn, omdat het hier geldi een hun orgodra^en uitvoering van een wet. niet verantwoorde'ijk jegens den Raad. De Raad heeft dus volgens het svsteem van de wet op de behandeling van aam'ragen geen invloed Het komt de minderhed onjuist voor, thans langs den weg dien 't ontwerp aangeeft, toch den R^ad over de'uitkperinuen mede te laten beslissen Men zeg<*e niet, dat de Raad eerst dan den invloed krijgt, die hem van nature over de besteding der' gemeentegelden toe- konjt. De Raad moet.uit den aard der zaak bij d:e besteduig aok thans reeds veel aan anderen overlaten Al zal de Raad de groote liinen aangeven en verordeningen vaststellen, d^ uitvoering, het dagelijksch beheer ook over de gemeentegelden, zal steeds bij anderen moeten z'iin, hetzij bij Burgemeester en Wet houders, hetzii bij de daarvoor aangewezen instellingen. En waar de beslissing op aan; vragen om ondersteuning een spec!a'e arbeid is, waarbij een zekere continuïteit in de sa menstelling van het bestuur in hooge mate gewenscht is en waarbij het vooral aankomt op de belangstelling die de leden voor dezen arbeid bezitten, blijft de minderheid er ds voorkeur aan geven, dat de gemeente uitslui tend een beroep doet op hen, die zich daar voor enkel met het oog op de bijzondere taa* van de instelling beschikbaar stellen. Daar mede wil de minderheid niét zeggen, dat dit belangstelling bij Raadslc-den niet aanwezig zou zijn, maar de Raadsleden zijn niet nt» het oog op deze taak door de bevolking geko zen en moeten bovendien hun aandacht aan 401. Juist wilde het matroosje uit het hok komen, toen Knarstand verscheen Gelukkig wisten zij zich te verbergen, zoodat het monster niet zag, dat pogingen waren gedaan om het matroosje te bevrijden. 402. lot hun geluk viel het monster van vermoeidheid weldra in slaap. Hij had zoolang gezocht naar het verkcersago1)''*' '*Jt hij van vermoeidheid niet verder kon, Toen hij snorkte met het geluid van een gebarsten Turkschen trommel, kwamen ze alle vter weer uit hun schuilhoek, „Br. br." zei Keesie, „WM «et die vent er akelig uit, Je ZOu e.- haait van orootaen-."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 6