SPOOR'S MOSTERD.
we vo vri ai van ekm vekkeeiisageat*)'"
Rechtszaken
W AlBSCIIIimXfe.
Daai enkele concurrente fabrikanten onze siopf lesschen,
met Mosterd gevuld in den handel brengen, gee.t ortze naam
in den bodem der flesch GEEN voldoende GARANTIE
voor kwaliteit.
ALLEEN nevenstaand Handelsmerk, op het etiket, waar
borgt de bekende
Binnenland
Een dosis Posters Maaqpillen
's avonds bij het naar bed gaan
genomen, verzekert een goede
nachtrust en verschaft 's morgens
volkomen normale stoelgang.
f0.65 per flacon.
Colnot meer de schilder, par excellence, van
het Holl. landschap en het stilleven is. „De
lezende jongen" is Rembrandtiek van kleur
en diep doorwerkt en wij twijfelen er niet
aan, of dit schilderij zal het ook in de toe
komst uithouden tegenover wat op dit gebied
gemaakt is en gemaakt zal worden.
Zijn stilleven, voorstellende „Chrysanten
in koperen kan met ouden bijbel en appelen"
is prachtig van toon en compositie. Aanvan
kelijk is men geneigd, het werk van Colnot
door den dankeren toon, bij het pessimisme
in te deelen, doch bij 'n diepere beschouwing
ziet men, dat de donkere toon van Colnot,
evenals die van Rembrandt, niet donker is,
doch integendeel leeft door schakeering. Het
werk van Colnot is niet vlak, maar diep.
Zijn impressie doet hem vrijheden tegenover
de natuur veroorloven, maar toch laat hij
de natuur niet los; hij weet wat hij doet en
schept schoonheid door tegenstellingen.
Een mooi doek is ook ,.De oude schuur"
in het Bergerbosch bij het Hof". Colnot kent
het Bergerbosch als geen ander. Intuïtief
voelt hij het mysterie, dat in dit bosch leeft,
aan. Hij idealiseert het bosch dermate, dat
men, de plaats herkennende, die hem tot
schilderen bewoog, steeds weer zegt: „Ik
wist niet, dat het daar zóó mooi was".
Dit is ook de indruk van het geëxposeerde
„Winterlandschap" aan den Nesdijk te Ber
gen. Colnot wordt dikwijls dermate door de
barre schoonheid van het winterlandschap
gegrepen, dat hij er toe komt, uren in de
koude te gaan staan schilderen en zich pas
bewust wordt, dat het koud was, als de
schets voor zijn schilderij gereed is.
Van Else Berg, die meermalen in Bergen
woonde en werkte, moet als bijzonder ge
slaagd genoemd worden de beide landschap
pen in Zuid-Frankrijk en dit niet het minst
om compositie en kleur.
S. L. Schwarz, eveneens meermalen te
Bergen woonachtig, toont in zijn werk een
krachtigen vooruitgang. Zijn teekening „Sei-
ne, Parijs", behoort tot het beste van hetgeen
geëxposeerd wordt. Zijn schilderij „Straat in
Arnhem bij dooiweer" mag ongetwijfeld een
geslaagd „wintertje" worden genoemd.
Kees Boendermaker kan het zich zeker tot
een eer rekenen, dat een Kunstenaarsvere
niging als de Holl. Kunstenaarskring hem
reeds thans uitnoodigde, op deze tentoon
stelling te exposeeren. Verschillende critici
noemden hem een navolger van zijn leer
meester Colnot. O.i. ten onrechte. Het kan
niet ontkend worden, dat Kees Boenderma-
ker een eigen opvatting van kunst demon
streert. Vooral in het geëxposeerde dcek „De
aronskelken" komt dit tot uiting.
Gaarne hadden wij hier zijn fan
tastische ontwerpen geëxposeerd gezien,
want dan zou nog sterker tot uiting zijn ge
komen, dat Kees Boendermakcr in de kunst
een eigen plaats inneemt. Ontkend kan niet
worden, dat hij de moeilijkheden, waarvoor
hij zich stelt, nog niet heeft overwonnen,
doch dat geldt bijna voor iederen schilder op
zijn leeftijd.
Ontegenzeggelijk heeft Kees Boenderma
ker talent: hij is een dichterlijke droomer en
wanneer hij zich tot hard werken weet te
zetten, dan za! hij zich zeer zeker een eer
volle plaats onder de Nederlandsche schil
ders weten te veroveren. D. A. K.
VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR,
i Strafzitting op Vrijdag 6 Februari.
WEE DEN WOLF. DIE IN EEN
KWAAD GERUCHT STAAT.
De voortgezette zaak tegen den 2l-jarigen
heer Jan B., verdacht in den nacht van 21
Dec. te Egmond-Binnen te hebben gestroopt
met behulp van kunstlicht, bracht dezen jon
geling, die ten stelligste ontkend had, geen
voordeel. De jachtopziener Joop van den
Berg, beweerde hem pertinent herkend te
hebben. Verdachte had ook nog, beslist tegen
den wil van de eigenares, gebruik gemaakt bij
zijn stroopersavontuur van den waakhond
van de weduwe, bij wien hij als boerenknecht
dienstbaar is. Bovendien stond verdachte be
kend als een hartstochtelijk strooper. Waar
de zaken zóó precair stonden, kon van eenigt
consideratie geen sprake zijn en werd Jan
B. veroordeeld tot 30 boete of 15 dagen en
tot 4 boete bij niet-inlevering der carbidlan-
taarn subsidiair 4 dagen. Volgens den jacht
opziener hebben de heeren stroopers onder
ling een soort potje gevormd, waaruit de
boeten worden voldaan. De kantonrechter is
evenwel voornemens, dit boetepotje geduchte
verliezen toe te brengen, indien zich de gele
genheid voordoet.
DE SCHERMERPOORTTRAMBONGEL
GERAMMEID.
De aangehouden zaak tegen den chauf
feur A. L. S. te Alkmaar, welke heer met
zijn vierwielig motorrijtuig een afsluitboom
van den tramoverweg bij de Schermerpoort
had vernield, werd verder behandeld met het
hooien van den heer P. Vriesman, de baan
wachter, wiens onopgesmukte verklaring niet
kon bijdragen om de gerezen bezwaren tegen
den chauffeur te verminderen, zoodat veroor-
deeling tot 10 boete of 8 dagen het minder
aangename gevolg was.
TRIUMPH VAN DEN GELEGEN
HEIDS OUDROEST KOOPMAN.
Groot succes, kon de heer Pieter D., rei
zend koopman per pedes apostolorum, bij de
\va°«rineZh behail(Jvling van zijn proces,
amï? wa8 ten laste Kelcgd het venten
TonJteV?Tg op de lindegracht en en-
werdgehoo. dmenr dcnï er® DDtradrïa!i8ant
met schetskaart en schriftelijk verweer
waarvan hij het noodlg oordeeide ook den
agent eens te laten genieten Maai ten slotte
bleek de kantonrechter met voldaan over het
..li—
resultaat van het onderzoek en schonk hij
den comparant de voldoening van een vrij
sprekend vonnis.
EEN HOND IE, DAT AL TE BIJT-
LUSTIG WAS.
De heer Barend v. d. W. te Alkmaar is in
het bezit van een huishond, die niet alleen
bijt in een stuk leverworst, maar zich ook
niet ontziet onschuldige voetgangers, die
niets liever doen dan hem ontwijken, aan te
vallen en de tanden te toonen. De ingekomen
klachten hebben dan ook reeds het gevolg
gehad, dat op last van de politie bedoeld
lastig gedierte op zijn uitstapjes moet voor
zien zi.ii van een passende muilkorf. Op 11
December echter zag Hertog, zooals het dier
is gedoopt, kans om ongemuilkorfd op straat
te komen en als toen niet na te laten, in de
Zilverstraat een kantoorbediende 'n gat in
zijn overjas te bijten. Dientengevolge stond
heden de baas terecht en werd veroordeeld
tot 8 boete of 8 dagen met de ernstige
waarschuwing dat bij herhaling zijn trou
wen huisvriend ernstig in aanmerking komt
voor een ontijdigen dood in het veelbespro
ken stedelijk gaskastje.
WEE DEN GETUIGE, DIE WEDER
RECHTELIJK VERZUIMT TE
VERSCHIJNEN!
Op 15 December werd te Alkmaar voor
den Politierechter behandeld een strafzaak
tegen een schippertje uit Castricum, waarbij
onder meer als getuige was opgeroepen den
heer Simon A., 'n 61-jarig tuinbouwer te
Limmen, welke heer echter vrijheid had ge
vonden om destijds niet te verschijnen of
eenige kennis te geven. Acte van die niet-
verschijning werd gevraagd en verleend en
heden had de nalatige comparant zich te
verantwoorden. Zijn excuus, dat hij ongesteld
was, kon niet worden aanvaard, omdat hij in
gebreke was gebleven, daar van tijdig kennis
te geven, zoodat veroordeeling tot 6 boete
of 6 dagen niet uitbleef.
NOG NIET RIJP VOOR VOLKOMEN
AFHANDELING.
De heer Jan V., een 44-jarig koopman te
Alkmaar stond terecht ter zake het hem ten
laste gelegde feit, dat hij op 30 Nov op den
Kennemerstraatweg. nabij de Vier Staten,
met zijn auto had aangereden een wielrijder
den heer Oud, waardoor deze tegen zijn
naast hem rijdenden vriend Gijzen tuimelde,
met gevolg dat beiden tegen den grond sloe
gen. De heer Oud bekwam een gat in de
knie, beschadigde kleeren en fiets en de heer
deze heeren reden beiden op het rijwiepad,
Gijzen alleen beschadigde kleederen. Volgens
wat echter de heer V. tegensprak. Deze heer
beweerde dat de aangeredene heer Oud reed
op den straatweg, welke verklaring door den
heer Kleinjan veearts te Alkmaar, die zich
eveneens als passagier in het motorrijtuig be
vond, werd bevestigd. De heer V. beweerde
aan die aanrijding geen schuld te hebben en
was daarom, hoewel hij behoorlijk was ver
zekerd, ongenegen de schade onderling te re
gelen. Besloten werd de zaak aan te houden
tot a.s. week, eneinde nog eenige getuigen,
pro en contra, te hooren.
DE HOND COMPROMITEERDE
DEN BAAS.
De heer P. Th. L. tuinbouwer te Eg
mond-Binnen, vroeger niet doodsbang van
een gestroopt konijntje, doch sinds geruimei:
tijd afkeerig van alle verboden jachtgenoe-
gens, werd op 2 Januari nog weer eens lee-
lijk geblameerd door zijn roekeloozen wert-
hond, die het in zijn onzinnigen kop kreeg, te
gaan snuffelen in de heilig verklaarden duin-
gronden van den heer v. d. Vliet, welke uit
spatting de ijverige jachtopziener Hols niet
ongerelaeerd kon laten, tot nadeel van den
beklagenswaardigen heer L., die heden, on
danks zijn krachtige protesten met een schuin
oog werd aangezien en veroordeeld tot 10
boete of 10 dagen. De ambtenaar vorderde
zelfs 25 boete, doch die speelt wel eens
meer solo-pandoer met sleclils 3 troeven.
EEN VERKEERSHOEKJE DAT EXTRA
IN DE GATEN MOET WORDEN
GEHOUDEN.
De heer Heinrich Friedrich Wilhelm R.,
een chauffeur van de groene Petroleum
Compagnie wonende te Wijk aan Zee en
Duin ook zonder zijn naam duidelijk geken
merkt als een ra rechten Duitscher, verscheen
als verdachte voor den kantonrechter ter
zake een door hem veroorzaakte aanrijding
met een personenauto te Alkmaar op den
hoek Dubbele Buurt en Zevenhuizen, op 29
December. De heer J. C. D. Koster, reiziger
te Bergen, die met een slakkengangetje op
het Zevenhuizen kwam aanrijden, hield zelf
geheel stil, om het petroleumvehikel voor
rang te geven, doch tot zijn verbazing reed
de chauffeur tegen het rijtuig van den heer
Koster aan. De petroleum-chauffeur speel
de nog duchtig op, zoodat de heer Koster de
politie ontbood om uit te maken, wie hier
eigenlijk reden had om op te scheppen. Het
bleek nu dat de handrem van den petroleum-
wagen ondeugdelijk was. De chauffeur had
nu natuurlijk het een en ander ter verdedi
ging in te brengen, doch werd ten slotte
schuldig bevonden en veroordeeld tot 12
boete of 12 dagen wegens de aanrijding en
4 boete of 4 dagen met betrekking tot de
gammele handrem.
PARTICULIER PARKEEREN IN
ALKMAAR „NICHT MEHR ERLAUBT".
Een Haarlemsch graan kooper, de 30-jarige
hver Anthoon Michaël H., die geregeld de
graanbeurs te Alkmaar bezoekt en steeds
zijn auto onverlet parkeerde op den nabij-
zijnden Achterweg, kwam op 19 December
plots tot de conclusie, dat niets verander
lijker is dan een mensch en een gemeente,
aangezien hem de traditioneele convocatie,
om op de jour van den kantonrechter te ver
schijnen, werd uitgereikt omdat hij op ge
zegden datum met zijn aldaar geplaatsten
wagen, het verkeer had belemmerd.
E>e heer H. verscheen als correct staats
burger plichtmatig en smaakte de ietwat
schrale voldoening tot 2 boete of 2 dagen
te worden veroordeeld
DE ROOK VLOOG ER UIT EN EEN
ONGEWENSCHT BEZOEKER ER IN.
De heer Pieter M„ die te Alkmaar op aan
gename en nuttige wijze de exploitatie van
een café vereenigd mei zijn meubelmakers
bekwaamheden, had in den nacht van 25
Januari ten 12 uur zijn café gesloten, doch de
voordeur open laten staan ter uitdrijving van
rook en consumptiegeuren, van welke
schoone gelegenheid een late wandelaar ge
bruik inaakie om binnen te glippen, ten einde
uen caféhouder beleefdelijk goeden nacht te
wenschen. Deze aandoenlijke attentie bleek
evenwel niet zonder gevaar te zijn, daar de
aanwezigheid van den hoffelijken mijnheer in
verboden tijd een agent aanleiding gaf om
proces-verbaal op te maken en de heer Pieter
M. als slachtoffer van die goede manieren
werd veroordeeld tot f 1.50 boete of 1 dag.
DE MAN DIE DE KLAPPEN KREEG.
In de gemeente Dc Rijp worden de café's
op ordinaire en zelfs feestdagen reeds ten
10 ure gesloten en de heer D. de B.; café
houder aldaar, had dan ook behoorlijk aan
zijn verplichting voldaan, doch omstreeks
kwartier over elf uur verscheen het personeel
het circus Roberti dat in de nabijheid van het
café zijn winterslaap had genoten, in het
café om bij het ophanden zijnde vertrek naar
Den Helder, hartelijk afscheid te nemen van
den vriendeliiken buurman. Eenige laat rond
zwervende Rijpenaren echter venden dit zóó
interessant, dat ook zij het café binnen
gingen. waarop de ontstane drukte de aan
dacht weer trok van den gemeenteveld
wachter van Kluijver. wLns ambtsplicht hem
natuurlijk voorschreef om tegen den café
houder proces-verbaal op te maken. De heer
de B. werd dus van al die vriendelijkheid en
waardeering de dupe en veroordeeld tot 3
boete of 3 dagen hechtenis.
DE MANESCHIJN GAF HIER LICHT
GENOEG!
Een 18-jarig arbeider, indien t: althans iets
valt te arbeiden, de heer J. v D. te Alkmaar,
had in den avond van 27 Januari zijn aan
den Huigendijk, gem. Heerhugowaard wonen
de uitverkorene, thuis gebracht en verzuimd
zich van een rijwiellantaarn te voorzien, wat
hij in üe gegeven omstandigheden niet nood
zakelijk achtte, daar hij zijn cavaliersplichten
ook zonder licht wel behoorlijk tot uiting kon
brengen. Een surveilleerend veldwacht?r
evenwel, uit den aard zijner bediening ni:
dichterlijk aangelegd, hield absoluut geen
rekening met de poëtische zijde van de kwes
tie, zooals men met eenig deductievermogen
kan concludeeren uit de omstandigheid dat
den minnaar van duisternis en dulciniaheden
werd opgelegd 2.50 boete of 2 dagen vrij
logies met volledig pension bij niet tijdige
voldoening van bovengenoemd klein bedrag
ZIJN SLIMHEID GAF ALLEEN UITSTEL
VAN EXECUTIE.
De heer C. J. de J., een 18-jarig winkel
bediende te Alkmaar, wien het is aan te
zien, dat hij zich geen knollen voor citroenen
in de hand iaat stoppen, had zich op 17
Januari verstout, op de Kraanbuurt aldaar
onbeheerd een houten kist den nacht te laten
over staan, welke nonchalance in Alkmaar
beslist niet door de politievingeren wordt
gezien. De verbalisant, die de gebruikelijke
oproeping samenstelde en uitreikte, had zich
echter in het jaar der overtreding vergist en
neergepotlood 1930, welke omissie door den
den kantonrechter te brengen. Het resultaat
delinquent werd opgemerkt en hem heden
motief gaf om zulks onder de aandacht van
was oogenschijnlijk schitterend, daar de op
roeping nietig en de ambtenaar op eigen
verzoek wel te verstaan, wat een verdacht
tintje gaf aan die humane bevlieging, niet
ontvankelijk werd verklaard.
Het hinkende paard kwam evenwel achter
aan hobbelen, daar de ambtenaar niet wil
berusten in de nederlaag, doch de procedure
bij dagvaarding nogwel, opnieuw zal aan
brengen.
EEN FACILITEIT, DIE DE
DIENSTVERGUNNING VAN DEN
ONDERNEMER IN GEVAAR KAN
BRENGEN.
De 23-jarige heer Cornelis D., chaufteur in
dienst van de autobusonderneming Helder—
Alkmaar, wonende Polderweg te Wieringer-
waard, werd onlangs te Alkmaar betrapt op
het feit, dat hij op het Stationsplein aldaar in
zijn voertuig aanwezig had 36 passagiers,
terwijl slechts voor 27 slachtoffers plaats
is geboden. Natuurlijk stond het al te royale
jongtnensch heden terecht voor deze over
treding, die als zeer ernstig werd beschouwd
en waartegen de verontwaardigde kanton
rechter met strenge straffen dreigde.
De ambtenaar, niet minder gepikeerd,
merkte op dat een dergelijke handelwijs oor
zaak kan zijn, dat Gedeputeerde Staten den
ondernemer zijn concessie ontnemen. Er
wordt althans ter dege naar geïnformeerd
De chauffeur kreeg dan ook de noodige straf-
predicaties te slikken en werd veroordeeld tot
12 boete of 12 dagen.
SCHRIFTELIJKE VONNISSEN.
Corn. Sn., landbouwer te Koedijk links
rijden, f 15 boete of 15 dagen. Van het ver
zuimde signaal geven werd verdachte vrij ge
sproken. De civiele vordering ad f 50 aan
den heer Sterk werd toegewezen
W. B.. bollenkweeker te Uitgeest, niet den
voorrang geven aan van rechts komend ver-
keer, f 20 boete of dagen.
HET LEENINGSFONDS EN DE CRISIS.
Wederopenstelling van den crisis
dienst. - Dertig opcenten op den
tabaksaccijns op cigaretten.
Thans is ingediend het wetsontwerp tot
aanvulling en wijziging van de Leeningwet
1914 en tot heffing van opcenten op den
tabaksaccijns op cigaretten, waarvan wij in
ons vorig Avondblad melding hebben ge
maakt
De considerans van dit wetsontwerp doet
uitkomen, „dat het wenschelijk is, enkele met
de huidige crisis onmiddellijk verband hou
dende uitgaven ie brengen ten laste van het
„Leeningfonds 1914" en in verband daar
mede de inkomsten van dat Fonds tijdelijk te
versterken, hetgeen een wijziging en aanvul
ling van de Leeningwet 1914 noodig maakt"
Inhoud ven het wtsontwerp
Ten laste van de begrooting van het Lee
ningfonds 1914 worden gedurende de jaren
1931, 1932 en 1933 tevens gebracht uitgaven,
welke bij diebegrooting als crisisuitgaven
worden aangewezen.
Aan art. 37 der Leeningwet 1914 wordt na
het bepaalde onder letter c toegevoegd een
letter d, luidende als volgt:
d. dertig opcenten op den tabaksaccijns op
cigaretten, welke geh-ven wordt in het tijd
k van 1 April 193131 Dec. 1933.
M:morie van Toelichting.
De huidige crisisomstandigheden nopen het
Rijk tot het treffen van eenige bijzondere
steunmaatregelen. De uitgaven welke deze
voorzieningen met zich brengen, zijn op de
Rijksbegrooting voor 1931 niet gedekt, en
kunnen ook niet gedekt worden door een te
verwachten hoogere opbrengst der middelen
boven de raming, aangezien, in afwijking
van vorige jaren, van een hoogere opbiengst
thans geen sprake zaï kunnen zijn.
Derhalve zal op andere wijze in de dekking
van de bedoelde uitgaven moeten worden
voorzien.
Bij de overweging van de vraag, welke
wijze dit zai kunnen zijn. heeft de Regee
ring gemeend, niet buiten aanmerking te
moeten laten het abnormaal en tijdelijk ka
rakter dezer uitgaven, en evenmin de om
standigheid. dat zij hun diepere oorzaak vin
den in hetzelfde wereldgebeuren hrtwelk ook
tevoren reeds tot soortgelijke abnormale uit
gaven heeft geleid. Een en ander heeft haar
doen besluiter. de destijds aanvaarde wijze
van iinancieren andermaal toe te pass-n en
mitsdien voor enkele jaren den sedert 1924
afgesloten crisisdienst weder open te
stellen.
Het saldo van het Leeningsfonds
Omtrent dit saldo zijn laatstelijk uit
voerige mededeeiingen gedaa.i bij de behan
deling van het ontwerp van wet hetwelk
heeft geleid tot de wet van 24 Januari 1930
tot afschaffing van de Verdedigingsbelasting
II en van de opcenten op den suikeraccijns
heffing van opcenten op de inkomstenbelas
ting ten behowe van het Leeningfonds 1914
en wijziging van het tarief dier belasting en
van het tarief /an invoerrechten
Na de tot stand gekomen verlaging der hef
fingen zal het in 's Rijks kas belegde saldo
van het Leeningfonds, dat blijkens dien staat
op 1 Januari 1930 nog 242,4 millioen zou
bedragen, geleidelijk verminderen tot f 41.4
millioen op ulto. December 1943 Aangezien
echter op 1 Januari 1944 de lasten van het
Leeningfonds door het wegvallen der 4 pCt
1916 plotseling verminderen van
59 5 millioen in 1943 tot ruim 46 millioen
in 1944 en volgende jaren, zal ook in die
jaien het bedoelde saldo voor een verdere
geleidelijke liquidatie der crisisschulden niet
noodig zijn en zal alsdan zelfs een verdere
verlaging der crisisheffingen mogelijk
bi ij ken
Met het oog hierop is het den minister van
Financiën wenscheiijk voorgekomen om. in
dien thans enkele nieuwe crisisuitgaven ten
laste van het Leeningfonds moeten worden
gebracht, tot dekking van die uitgaven in de
eerste plaats een deel van bedoeld saldo aan
te wenden. dan
Daar intusschen niet vast staat hoe lan»
de crisis zal duren, noch welken r.n„,r_?
zij alsnog zal aannemen, en daar
ko 7S
hét in het crisisfonds aanwezige saldn"
het oog op de besteding die daarvan reTd.
in uitzicht is gesteld, niet meei dan 0m»
mijdelijk is. behoort te worden aan&esDmUn"
zal tegelijk m<f de- wederopenstelling -!an
crisisdienst moeten worden uirgez?en na
eenige versterking van de aan dien diemt ïlr
goede komende middelen. 611
De opcenten op den tabaksaccUn
op cigaretten. ■"""i/ns
Deze versterking zal. in overeenstemming
met een ook in de Kamer reeds m-onrJ^
denkbeeld, het meest doeltreffend KiirmÜf
worden gevonden door een
tiider'kKUnnen
centenheffing op den tabaksaccijns op*" ei!!'
retten De heffingsduur ware te stellen onl
jaren 193) tot en met 1933 °P de
Eene zoodanige heffing is een logische aan
vulling van de opcenten op accijnzen welte
tot dusver onder de crisisheffingen vonr
kwamen. Thans worden ten behoeve van oé
noemden dierst nog geheven opcenten op den
gedistilleerdancijns en op den wijnaccijns
tot kort geleden eveneens op den suike?
accijns. Indien bij de instelling van het Le
ningfonds 1914 de tabaksaccijns reeds had
bestaan, dan zouden ongetwijield ook op den
cigarettenecciins opcenten geheven zijn E
kan hierbij immers eerder van een Iu*f
vertei ing gesproken worden dan bij suikl
en in niet veel mindere mate dan bii om;.
tilleerd en wijn. 1 Kraii-
Dat de heffing van de nieuwe oocenten b».
perkt wordt tot en imt het jaai 1933 vinft
eenerzijds grond in de overweging, dat rutt
de minister vertrouwt, een verder gaande
heffing niet noodig zal blijken te zijn.
Doch bovendien is hierbij aansluiting
zocht aan den termijn waarop de overige"
crisUheffingen formeel vervallen 7iinri«
1 Januari 1934 Jnae
Naai eene globale raming zal le opbrengst
der opcer'en op den tabaksaccijns en cigaret
ten eene jaarlijksche bate opleveien van on-
geveei 5 millioen.
Navordering.
Het is noodig. de opcenten na te vorderen
van de bij den aanvang der heffing, in het
vrije verkeer, bij wedrrverkoopeis voonadig»
cigaretten, teneinde^ te voorkomen dat deze
wederverkocpers vóór de invoering der hef
fing. groote voorraden cigaretten zullen in
slaan. waardoor de opcentenbeffing geduren-
e de eerste maanden weinig baten zou op-
weren.
Daartoe is eene regeling ontworpen over
eenkomend t met die opgenomen in de wet
van 20 Dec 19'.'4 omtrent de navordering van
de bij die wet ingevoerde verhooging van
den accijns op tabak en cigaretten
In genoemde wet is den wederverkoopers
een termijn gelaten van drie maanden tot op
ruiming van hun voorraden Daar de op-
centenheffing alleen de cigaretten bsheft en
dit aitike! niet op langen tertniin in voorraad
wordt genomen is thans een overganvsfijd-
peik van één maand g-steld tof opruiming
van voorraden.
TEGEN ONTPLOFFINGSGEVAAR
OP SCHEPEN.
Den gemeenteraad van Rotterdam wordt
door het Dag. Bestuur dier gemeente een
wijziging van de verordening op het gebruik
van de havens en wateren te Rotterdam
voorgelegd, waarbij wordt voorgeschreven
dat vaartuigen, welke met meer dan 20000
L. licht ontvlambare vloeistoffen zijn gela
den of we'ke gedurende de laatste reis een
zoodanige hoeveelheid van deze stoffen aan
boord hebben gehad, en nog niet olie- en
gasvrij zijn, door bijzondere seinteekens rul
len moeten worden aangeduid.
OPNIEUW GEARRESTEERD.
Bekend den docdelijken steek te htk
ben toegebracht. jf*'|
Bij het sectieonderzoek op het slachtol»
van den twist in de Bakkumstraat te Hal
lem is gebleken. d:.t het slachtoffer met t®
mes boven het hart gestoken was, hetgeen
den dood had veroorzaakt. Na dit onderzo»
is opnieuw aangehouden de bewoner van W
huis, waar de twist plaats vond. Bij ver
hoor dcor den commissaris van politic i'8®1
hij bekend, het slachtoffer met een knip®0
gestoken te hebben.
VLET AFGEDREVEN. él
Zaterdagmiddag rapporteerde een binfl®
komende visscher, dat cp zee tusschen L™
mer en Urk een Vollenhover visscher bij
binnenhalen van de netten in een vlet va»
den botter was afgedreven en dat t10^.*
bemanning van de vlet, noch die van
boter bij machte waren weer bij elkaar
komen wegens het vele ijs in zee. Dc lf
dingboot „Hilda". kapitein Kolk, voer ie on'
geveer halfvier ter assistentie uit
415. En terwijl de hengelaar den lijn ophaalde, liepen Keesie
en het raatroosje tegen den kant op, om te zien hoe de visscher
zou kijken. Ze verkneukelden zich reeds op het gezicht van
den hengelaar, die inpiaats van een groote vlsch een Oude ver
sieten schoen zou ophalen.
116. Nou, Keesie en het matroosje lachten, mei hun i'°°
boven water gestoken, hartelijk, toen zi) zagen hoe de
aar verontwaardigd was en erg teleur gesteld, omdat c--
schoen was. Het water droop uit de naden, zoo oud wa*
schoen.