SPOOR'S MOSTERD. we vo vri ai van ekm vekkeeiisageat*)'" Rechtszaken W AlBSCIIIimXfe. Daai enkele concurrente fabrikanten onze siopf lesschen, met Mosterd gevuld in den handel brengen, gee.t ortze naam in den bodem der flesch GEEN voldoende GARANTIE voor kwaliteit. ALLEEN nevenstaand Handelsmerk, op het etiket, waar borgt de bekende Binnenland Een dosis Posters Maaqpillen 's avonds bij het naar bed gaan genomen, verzekert een goede nachtrust en verschaft 's morgens volkomen normale stoelgang. f0.65 per flacon. Colnot meer de schilder, par excellence, van het Holl. landschap en het stilleven is. „De lezende jongen" is Rembrandtiek van kleur en diep doorwerkt en wij twijfelen er niet aan, of dit schilderij zal het ook in de toe komst uithouden tegenover wat op dit gebied gemaakt is en gemaakt zal worden. Zijn stilleven, voorstellende „Chrysanten in koperen kan met ouden bijbel en appelen" is prachtig van toon en compositie. Aanvan kelijk is men geneigd, het werk van Colnot door den dankeren toon, bij het pessimisme in te deelen, doch bij 'n diepere beschouwing ziet men, dat de donkere toon van Colnot, evenals die van Rembrandt, niet donker is, doch integendeel leeft door schakeering. Het werk van Colnot is niet vlak, maar diep. Zijn impressie doet hem vrijheden tegenover de natuur veroorloven, maar toch laat hij de natuur niet los; hij weet wat hij doet en schept schoonheid door tegenstellingen. Een mooi doek is ook ,.De oude schuur" in het Bergerbosch bij het Hof". Colnot kent het Bergerbosch als geen ander. Intuïtief voelt hij het mysterie, dat in dit bosch leeft, aan. Hij idealiseert het bosch dermate, dat men, de plaats herkennende, die hem tot schilderen bewoog, steeds weer zegt: „Ik wist niet, dat het daar zóó mooi was". Dit is ook de indruk van het geëxposeerde „Winterlandschap" aan den Nesdijk te Ber gen. Colnot wordt dikwijls dermate door de barre schoonheid van het winterlandschap gegrepen, dat hij er toe komt, uren in de koude te gaan staan schilderen en zich pas bewust wordt, dat het koud was, als de schets voor zijn schilderij gereed is. Van Else Berg, die meermalen in Bergen woonde en werkte, moet als bijzonder ge slaagd genoemd worden de beide landschap pen in Zuid-Frankrijk en dit niet het minst om compositie en kleur. S. L. Schwarz, eveneens meermalen te Bergen woonachtig, toont in zijn werk een krachtigen vooruitgang. Zijn teekening „Sei- ne, Parijs", behoort tot het beste van hetgeen geëxposeerd wordt. Zijn schilderij „Straat in Arnhem bij dooiweer" mag ongetwijfeld een geslaagd „wintertje" worden genoemd. Kees Boendermaker kan het zich zeker tot een eer rekenen, dat een Kunstenaarsvere niging als de Holl. Kunstenaarskring hem reeds thans uitnoodigde, op deze tentoon stelling te exposeeren. Verschillende critici noemden hem een navolger van zijn leer meester Colnot. O.i. ten onrechte. Het kan niet ontkend worden, dat Kees Boenderma- ker een eigen opvatting van kunst demon streert. Vooral in het geëxposeerde dcek „De aronskelken" komt dit tot uiting. Gaarne hadden wij hier zijn fan tastische ontwerpen geëxposeerd gezien, want dan zou nog sterker tot uiting zijn ge komen, dat Kees Boendermakcr in de kunst een eigen plaats inneemt. Ontkend kan niet worden, dat hij de moeilijkheden, waarvoor hij zich stelt, nog niet heeft overwonnen, doch dat geldt bijna voor iederen schilder op zijn leeftijd. Ontegenzeggelijk heeft Kees Boenderma ker talent: hij is een dichterlijke droomer en wanneer hij zich tot hard werken weet te zetten, dan za! hij zich zeer zeker een eer volle plaats onder de Nederlandsche schil ders weten te veroveren. D. A. K. VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR, i Strafzitting op Vrijdag 6 Februari. WEE DEN WOLF. DIE IN EEN KWAAD GERUCHT STAAT. De voortgezette zaak tegen den 2l-jarigen heer Jan B., verdacht in den nacht van 21 Dec. te Egmond-Binnen te hebben gestroopt met behulp van kunstlicht, bracht dezen jon geling, die ten stelligste ontkend had, geen voordeel. De jachtopziener Joop van den Berg, beweerde hem pertinent herkend te hebben. Verdachte had ook nog, beslist tegen den wil van de eigenares, gebruik gemaakt bij zijn stroopersavontuur van den waakhond van de weduwe, bij wien hij als boerenknecht dienstbaar is. Bovendien stond verdachte be kend als een hartstochtelijk strooper. Waar de zaken zóó precair stonden, kon van eenigt consideratie geen sprake zijn en werd Jan B. veroordeeld tot 30 boete of 15 dagen en tot 4 boete bij niet-inlevering der carbidlan- taarn subsidiair 4 dagen. Volgens den jacht opziener hebben de heeren stroopers onder ling een soort potje gevormd, waaruit de boeten worden voldaan. De kantonrechter is evenwel voornemens, dit boetepotje geduchte verliezen toe te brengen, indien zich de gele genheid voordoet. DE SCHERMERPOORTTRAMBONGEL GERAMMEID. De aangehouden zaak tegen den chauf feur A. L. S. te Alkmaar, welke heer met zijn vierwielig motorrijtuig een afsluitboom van den tramoverweg bij de Schermerpoort had vernield, werd verder behandeld met het hooien van den heer P. Vriesman, de baan wachter, wiens onopgesmukte verklaring niet kon bijdragen om de gerezen bezwaren tegen den chauffeur te verminderen, zoodat veroor- deeling tot 10 boete of 8 dagen het minder aangename gevolg was. TRIUMPH VAN DEN GELEGEN HEIDS OUDROEST KOOPMAN. Groot succes, kon de heer Pieter D., rei zend koopman per pedes apostolorum, bij de \va°«rineZh behail(Jvling van zijn proces, amï? wa8 ten laste Kelcgd het venten TonJteV?Tg op de lindegracht en en- werdgehoo. dmenr dcnï er® DDtradrïa!i8ant met schetskaart en schriftelijk verweer waarvan hij het noodlg oordeeide ook den agent eens te laten genieten Maai ten slotte bleek de kantonrechter met voldaan over het ..li— resultaat van het onderzoek en schonk hij den comparant de voldoening van een vrij sprekend vonnis. EEN HOND IE, DAT AL TE BIJT- LUSTIG WAS. De heer Barend v. d. W. te Alkmaar is in het bezit van een huishond, die niet alleen bijt in een stuk leverworst, maar zich ook niet ontziet onschuldige voetgangers, die niets liever doen dan hem ontwijken, aan te vallen en de tanden te toonen. De ingekomen klachten hebben dan ook reeds het gevolg gehad, dat op last van de politie bedoeld lastig gedierte op zijn uitstapjes moet voor zien zi.ii van een passende muilkorf. Op 11 December echter zag Hertog, zooals het dier is gedoopt, kans om ongemuilkorfd op straat te komen en als toen niet na te laten, in de Zilverstraat een kantoorbediende 'n gat in zijn overjas te bijten. Dientengevolge stond heden de baas terecht en werd veroordeeld tot 8 boete of 8 dagen met de ernstige waarschuwing dat bij herhaling zijn trou wen huisvriend ernstig in aanmerking komt voor een ontijdigen dood in het veelbespro ken stedelijk gaskastje. WEE DEN GETUIGE, DIE WEDER RECHTELIJK VERZUIMT TE VERSCHIJNEN! Op 15 December werd te Alkmaar voor den Politierechter behandeld een strafzaak tegen een schippertje uit Castricum, waarbij onder meer als getuige was opgeroepen den heer Simon A., 'n 61-jarig tuinbouwer te Limmen, welke heer echter vrijheid had ge vonden om destijds niet te verschijnen of eenige kennis te geven. Acte van die niet- verschijning werd gevraagd en verleend en heden had de nalatige comparant zich te verantwoorden. Zijn excuus, dat hij ongesteld was, kon niet worden aanvaard, omdat hij in gebreke was gebleven, daar van tijdig kennis te geven, zoodat veroordeeling tot 6 boete of 6 dagen niet uitbleef. NOG NIET RIJP VOOR VOLKOMEN AFHANDELING. De heer Jan V., een 44-jarig koopman te Alkmaar stond terecht ter zake het hem ten laste gelegde feit, dat hij op 30 Nov op den Kennemerstraatweg. nabij de Vier Staten, met zijn auto had aangereden een wielrijder den heer Oud, waardoor deze tegen zijn naast hem rijdenden vriend Gijzen tuimelde, met gevolg dat beiden tegen den grond sloe gen. De heer Oud bekwam een gat in de knie, beschadigde kleeren en fiets en de heer deze heeren reden beiden op het rijwiepad, Gijzen alleen beschadigde kleederen. Volgens wat echter de heer V. tegensprak. Deze heer beweerde dat de aangeredene heer Oud reed op den straatweg, welke verklaring door den heer Kleinjan veearts te Alkmaar, die zich eveneens als passagier in het motorrijtuig be vond, werd bevestigd. De heer V. beweerde aan die aanrijding geen schuld te hebben en was daarom, hoewel hij behoorlijk was ver zekerd, ongenegen de schade onderling te re gelen. Besloten werd de zaak aan te houden tot a.s. week, eneinde nog eenige getuigen, pro en contra, te hooren. DE HOND COMPROMITEERDE DEN BAAS. De heer P. Th. L. tuinbouwer te Eg mond-Binnen, vroeger niet doodsbang van een gestroopt konijntje, doch sinds geruimei: tijd afkeerig van alle verboden jachtgenoe- gens, werd op 2 Januari nog weer eens lee- lijk geblameerd door zijn roekeloozen wert- hond, die het in zijn onzinnigen kop kreeg, te gaan snuffelen in de heilig verklaarden duin- gronden van den heer v. d. Vliet, welke uit spatting de ijverige jachtopziener Hols niet ongerelaeerd kon laten, tot nadeel van den beklagenswaardigen heer L., die heden, on danks zijn krachtige protesten met een schuin oog werd aangezien en veroordeeld tot 10 boete of 10 dagen. De ambtenaar vorderde zelfs 25 boete, doch die speelt wel eens meer solo-pandoer met sleclils 3 troeven. EEN VERKEERSHOEKJE DAT EXTRA IN DE GATEN MOET WORDEN GEHOUDEN. De heer Heinrich Friedrich Wilhelm R., een chauffeur van de groene Petroleum Compagnie wonende te Wijk aan Zee en Duin ook zonder zijn naam duidelijk geken merkt als een ra rechten Duitscher, verscheen als verdachte voor den kantonrechter ter zake een door hem veroorzaakte aanrijding met een personenauto te Alkmaar op den hoek Dubbele Buurt en Zevenhuizen, op 29 December. De heer J. C. D. Koster, reiziger te Bergen, die met een slakkengangetje op het Zevenhuizen kwam aanrijden, hield zelf geheel stil, om het petroleumvehikel voor rang te geven, doch tot zijn verbazing reed de chauffeur tegen het rijtuig van den heer Koster aan. De petroleum-chauffeur speel de nog duchtig op, zoodat de heer Koster de politie ontbood om uit te maken, wie hier eigenlijk reden had om op te scheppen. Het bleek nu dat de handrem van den petroleum- wagen ondeugdelijk was. De chauffeur had nu natuurlijk het een en ander ter verdedi ging in te brengen, doch werd ten slotte schuldig bevonden en veroordeeld tot 12 boete of 12 dagen wegens de aanrijding en 4 boete of 4 dagen met betrekking tot de gammele handrem. PARTICULIER PARKEEREN IN ALKMAAR „NICHT MEHR ERLAUBT". Een Haarlemsch graan kooper, de 30-jarige hver Anthoon Michaël H., die geregeld de graanbeurs te Alkmaar bezoekt en steeds zijn auto onverlet parkeerde op den nabij- zijnden Achterweg, kwam op 19 December plots tot de conclusie, dat niets verander lijker is dan een mensch en een gemeente, aangezien hem de traditioneele convocatie, om op de jour van den kantonrechter te ver schijnen, werd uitgereikt omdat hij op ge zegden datum met zijn aldaar geplaatsten wagen, het verkeer had belemmerd. E>e heer H. verscheen als correct staats burger plichtmatig en smaakte de ietwat schrale voldoening tot 2 boete of 2 dagen te worden veroordeeld DE ROOK VLOOG ER UIT EN EEN ONGEWENSCHT BEZOEKER ER IN. De heer Pieter M„ die te Alkmaar op aan gename en nuttige wijze de exploitatie van een café vereenigd mei zijn meubelmakers bekwaamheden, had in den nacht van 25 Januari ten 12 uur zijn café gesloten, doch de voordeur open laten staan ter uitdrijving van rook en consumptiegeuren, van welke schoone gelegenheid een late wandelaar ge bruik inaakie om binnen te glippen, ten einde uen caféhouder beleefdelijk goeden nacht te wenschen. Deze aandoenlijke attentie bleek evenwel niet zonder gevaar te zijn, daar de aanwezigheid van den hoffelijken mijnheer in verboden tijd een agent aanleiding gaf om proces-verbaal op te maken en de heer Pieter M. als slachtoffer van die goede manieren werd veroordeeld tot f 1.50 boete of 1 dag. DE MAN DIE DE KLAPPEN KREEG. In de gemeente Dc Rijp worden de café's op ordinaire en zelfs feestdagen reeds ten 10 ure gesloten en de heer D. de B.; café houder aldaar, had dan ook behoorlijk aan zijn verplichting voldaan, doch omstreeks kwartier over elf uur verscheen het personeel het circus Roberti dat in de nabijheid van het café zijn winterslaap had genoten, in het café om bij het ophanden zijnde vertrek naar Den Helder, hartelijk afscheid te nemen van den vriendeliiken buurman. Eenige laat rond zwervende Rijpenaren echter venden dit zóó interessant, dat ook zij het café binnen gingen. waarop de ontstane drukte de aan dacht weer trok van den gemeenteveld wachter van Kluijver. wLns ambtsplicht hem natuurlijk voorschreef om tegen den café houder proces-verbaal op te maken. De heer de B. werd dus van al die vriendelijkheid en waardeering de dupe en veroordeeld tot 3 boete of 3 dagen hechtenis. DE MANESCHIJN GAF HIER LICHT GENOEG! Een 18-jarig arbeider, indien t: althans iets valt te arbeiden, de heer J. v D. te Alkmaar, had in den avond van 27 Januari zijn aan den Huigendijk, gem. Heerhugowaard wonen de uitverkorene, thuis gebracht en verzuimd zich van een rijwiellantaarn te voorzien, wat hij in üe gegeven omstandigheden niet nood zakelijk achtte, daar hij zijn cavaliersplichten ook zonder licht wel behoorlijk tot uiting kon brengen. Een surveilleerend veldwacht?r evenwel, uit den aard zijner bediening ni: dichterlijk aangelegd, hield absoluut geen rekening met de poëtische zijde van de kwes tie, zooals men met eenig deductievermogen kan concludeeren uit de omstandigheid dat den minnaar van duisternis en dulciniaheden werd opgelegd 2.50 boete of 2 dagen vrij logies met volledig pension bij niet tijdige voldoening van bovengenoemd klein bedrag ZIJN SLIMHEID GAF ALLEEN UITSTEL VAN EXECUTIE. De heer C. J. de J., een 18-jarig winkel bediende te Alkmaar, wien het is aan te zien, dat hij zich geen knollen voor citroenen in de hand iaat stoppen, had zich op 17 Januari verstout, op de Kraanbuurt aldaar onbeheerd een houten kist den nacht te laten over staan, welke nonchalance in Alkmaar beslist niet door de politievingeren wordt gezien. De verbalisant, die de gebruikelijke oproeping samenstelde en uitreikte, had zich echter in het jaar der overtreding vergist en neergepotlood 1930, welke omissie door den den kantonrechter te brengen. Het resultaat delinquent werd opgemerkt en hem heden motief gaf om zulks onder de aandacht van was oogenschijnlijk schitterend, daar de op roeping nietig en de ambtenaar op eigen verzoek wel te verstaan, wat een verdacht tintje gaf aan die humane bevlieging, niet ontvankelijk werd verklaard. Het hinkende paard kwam evenwel achter aan hobbelen, daar de ambtenaar niet wil berusten in de nederlaag, doch de procedure bij dagvaarding nogwel, opnieuw zal aan brengen. EEN FACILITEIT, DIE DE DIENSTVERGUNNING VAN DEN ONDERNEMER IN GEVAAR KAN BRENGEN. De 23-jarige heer Cornelis D., chaufteur in dienst van de autobusonderneming Helder— Alkmaar, wonende Polderweg te Wieringer- waard, werd onlangs te Alkmaar betrapt op het feit, dat hij op het Stationsplein aldaar in zijn voertuig aanwezig had 36 passagiers, terwijl slechts voor 27 slachtoffers plaats is geboden. Natuurlijk stond het al te royale jongtnensch heden terecht voor deze over treding, die als zeer ernstig werd beschouwd en waartegen de verontwaardigde kanton rechter met strenge straffen dreigde. De ambtenaar, niet minder gepikeerd, merkte op dat een dergelijke handelwijs oor zaak kan zijn, dat Gedeputeerde Staten den ondernemer zijn concessie ontnemen. Er wordt althans ter dege naar geïnformeerd De chauffeur kreeg dan ook de noodige straf- predicaties te slikken en werd veroordeeld tot 12 boete of 12 dagen. SCHRIFTELIJKE VONNISSEN. Corn. Sn., landbouwer te Koedijk links rijden, f 15 boete of 15 dagen. Van het ver zuimde signaal geven werd verdachte vrij ge sproken. De civiele vordering ad f 50 aan den heer Sterk werd toegewezen W. B.. bollenkweeker te Uitgeest, niet den voorrang geven aan van rechts komend ver- keer, f 20 boete of dagen. HET LEENINGSFONDS EN DE CRISIS. Wederopenstelling van den crisis dienst. - Dertig opcenten op den tabaksaccijns op cigaretten. Thans is ingediend het wetsontwerp tot aanvulling en wijziging van de Leeningwet 1914 en tot heffing van opcenten op den tabaksaccijns op cigaretten, waarvan wij in ons vorig Avondblad melding hebben ge maakt De considerans van dit wetsontwerp doet uitkomen, „dat het wenschelijk is, enkele met de huidige crisis onmiddellijk verband hou dende uitgaven ie brengen ten laste van het „Leeningfonds 1914" en in verband daar mede de inkomsten van dat Fonds tijdelijk te versterken, hetgeen een wijziging en aanvul ling van de Leeningwet 1914 noodig maakt" Inhoud ven het wtsontwerp Ten laste van de begrooting van het Lee ningfonds 1914 worden gedurende de jaren 1931, 1932 en 1933 tevens gebracht uitgaven, welke bij diebegrooting als crisisuitgaven worden aangewezen. Aan art. 37 der Leeningwet 1914 wordt na het bepaalde onder letter c toegevoegd een letter d, luidende als volgt: d. dertig opcenten op den tabaksaccijns op cigaretten, welke geh-ven wordt in het tijd k van 1 April 193131 Dec. 1933. M:morie van Toelichting. De huidige crisisomstandigheden nopen het Rijk tot het treffen van eenige bijzondere steunmaatregelen. De uitgaven welke deze voorzieningen met zich brengen, zijn op de Rijksbegrooting voor 1931 niet gedekt, en kunnen ook niet gedekt worden door een te verwachten hoogere opbrengst der middelen boven de raming, aangezien, in afwijking van vorige jaren, van een hoogere opbiengst thans geen sprake zaï kunnen zijn. Derhalve zal op andere wijze in de dekking van de bedoelde uitgaven moeten worden voorzien. Bij de overweging van de vraag, welke wijze dit zai kunnen zijn. heeft de Regee ring gemeend, niet buiten aanmerking te moeten laten het abnormaal en tijdelijk ka rakter dezer uitgaven, en evenmin de om standigheid. dat zij hun diepere oorzaak vin den in hetzelfde wereldgebeuren hrtwelk ook tevoren reeds tot soortgelijke abnormale uit gaven heeft geleid. Een en ander heeft haar doen besluiter. de destijds aanvaarde wijze van iinancieren andermaal toe te pass-n en mitsdien voor enkele jaren den sedert 1924 afgesloten crisisdienst weder open te stellen. Het saldo van het Leeningsfonds Omtrent dit saldo zijn laatstelijk uit voerige mededeeiingen gedaa.i bij de behan deling van het ontwerp van wet hetwelk heeft geleid tot de wet van 24 Januari 1930 tot afschaffing van de Verdedigingsbelasting II en van de opcenten op den suikeraccijns heffing van opcenten op de inkomstenbelas ting ten behowe van het Leeningfonds 1914 en wijziging van het tarief dier belasting en van het tarief /an invoerrechten Na de tot stand gekomen verlaging der hef fingen zal het in 's Rijks kas belegde saldo van het Leeningfonds, dat blijkens dien staat op 1 Januari 1930 nog 242,4 millioen zou bedragen, geleidelijk verminderen tot f 41.4 millioen op ulto. December 1943 Aangezien echter op 1 Januari 1944 de lasten van het Leeningfonds door het wegvallen der 4 pCt 1916 plotseling verminderen van 59 5 millioen in 1943 tot ruim 46 millioen in 1944 en volgende jaren, zal ook in die jaien het bedoelde saldo voor een verdere geleidelijke liquidatie der crisisschulden niet noodig zijn en zal alsdan zelfs een verdere verlaging der crisisheffingen mogelijk bi ij ken Met het oog hierop is het den minister van Financiën wenscheiijk voorgekomen om. in dien thans enkele nieuwe crisisuitgaven ten laste van het Leeningfonds moeten worden gebracht, tot dekking van die uitgaven in de eerste plaats een deel van bedoeld saldo aan te wenden. dan Daar intusschen niet vast staat hoe lan» de crisis zal duren, noch welken r.n„,r_? zij alsnog zal aannemen, en daar ko 7S hét in het crisisfonds aanwezige saldn" het oog op de besteding die daarvan reTd. in uitzicht is gesteld, niet meei dan 0m» mijdelijk is. behoort te worden aan&esDmUn" zal tegelijk m<f de- wederopenstelling -!an crisisdienst moeten worden uirgez?en na eenige versterking van de aan dien diemt ïlr goede komende middelen. 611 De opcenten op den tabaksaccUn op cigaretten. ■"""i/ns Deze versterking zal. in overeenstemming met een ook in de Kamer reeds m-onrJ^ denkbeeld, het meest doeltreffend KiirmÜf worden gevonden door een tiider'kKUnnen centenheffing op den tabaksaccijns op*" ei!!' retten De heffingsduur ware te stellen onl jaren 193) tot en met 1933 °P de Eene zoodanige heffing is een logische aan vulling van de opcenten op accijnzen welte tot dusver onder de crisisheffingen vonr kwamen. Thans worden ten behoeve van oé noemden dierst nog geheven opcenten op den gedistilleerdancijns en op den wijnaccijns tot kort geleden eveneens op den suike? accijns. Indien bij de instelling van het Le ningfonds 1914 de tabaksaccijns reeds had bestaan, dan zouden ongetwijield ook op den cigarettenecciins opcenten geheven zijn E kan hierbij immers eerder van een Iu*f vertei ing gesproken worden dan bij suikl en in niet veel mindere mate dan bii om;. tilleerd en wijn. 1 Kraii- Dat de heffing van de nieuwe oocenten b». perkt wordt tot en imt het jaai 1933 vinft eenerzijds grond in de overweging, dat rutt de minister vertrouwt, een verder gaande heffing niet noodig zal blijken te zijn. Doch bovendien is hierbij aansluiting zocht aan den termijn waarop de overige" crisUheffingen formeel vervallen 7iinri« 1 Januari 1934 Jnae Naai eene globale raming zal le opbrengst der opcer'en op den tabaksaccijns en cigaret ten eene jaarlijksche bate opleveien van on- geveei 5 millioen. Navordering. Het is noodig. de opcenten na te vorderen van de bij den aanvang der heffing, in het vrije verkeer, bij wedrrverkoopeis voonadig» cigaretten, teneinde^ te voorkomen dat deze wederverkocpers vóór de invoering der hef fing. groote voorraden cigaretten zullen in slaan. waardoor de opcentenbeffing geduren- e de eerste maanden weinig baten zou op- weren. Daartoe is eene regeling ontworpen over eenkomend t met die opgenomen in de wet van 20 Dec 19'.'4 omtrent de navordering van de bij die wet ingevoerde verhooging van den accijns op tabak en cigaretten In genoemde wet is den wederverkoopers een termijn gelaten van drie maanden tot op ruiming van hun voorraden Daar de op- centenheffing alleen de cigaretten bsheft en dit aitike! niet op langen tertniin in voorraad wordt genomen is thans een overganvsfijd- peik van één maand g-steld tof opruiming van voorraden. TEGEN ONTPLOFFINGSGEVAAR OP SCHEPEN. Den gemeenteraad van Rotterdam wordt door het Dag. Bestuur dier gemeente een wijziging van de verordening op het gebruik van de havens en wateren te Rotterdam voorgelegd, waarbij wordt voorgeschreven dat vaartuigen, welke met meer dan 20000 L. licht ontvlambare vloeistoffen zijn gela den of we'ke gedurende de laatste reis een zoodanige hoeveelheid van deze stoffen aan boord hebben gehad, en nog niet olie- en gasvrij zijn, door bijzondere seinteekens rul len moeten worden aangeduid. OPNIEUW GEARRESTEERD. Bekend den docdelijken steek te htk ben toegebracht. jf*'| Bij het sectieonderzoek op het slachtol» van den twist in de Bakkumstraat te Hal lem is gebleken. d:.t het slachtoffer met t® mes boven het hart gestoken was, hetgeen den dood had veroorzaakt. Na dit onderzo» is opnieuw aangehouden de bewoner van W huis, waar de twist plaats vond. Bij ver hoor dcor den commissaris van politic i'8®1 hij bekend, het slachtoffer met een knip®0 gestoken te hebben. VLET AFGEDREVEN. él Zaterdagmiddag rapporteerde een binfl® komende visscher, dat cp zee tusschen L™ mer en Urk een Vollenhover visscher bij binnenhalen van de netten in een vlet va» den botter was afgedreven en dat t10^.* bemanning van de vlet, noch die van boter bij machte waren weer bij elkaar komen wegens het vele ijs in zee. Dc lf dingboot „Hilda". kapitein Kolk, voer ie on' geveer halfvier ter assistentie uit 415. En terwijl de hengelaar den lijn ophaalde, liepen Keesie en het raatroosje tegen den kant op, om te zien hoe de visscher zou kijken. Ze verkneukelden zich reeds op het gezicht van den hengelaar, die inpiaats van een groote vlsch een Oude ver sieten schoen zou ophalen. 116. Nou, Keesie en het matroosje lachten, mei hun i'°° boven water gestoken, hartelijk, toen zi) zagen hoe de aar verontwaardigd was en erg teleur gesteld, omdat c-- schoen was. Het water droop uit de naden, zoo oud wa* schoen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 6