DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN
Uit den Atkmaarschen Raad,
So. 50
133e Jaargang.
In elk huwelijk komt wel eens verschil van meening voor.
Als de traditioneele verzoening uitblijft hapert er
jets aan de saamhoorigheid der echtgenooten.
leder raadslid mag slechts instemmen met wat
zijn eigen politiek orgaan heeft geschreven
Uit het Parlemenf
OE WILD
Hang- en Sluitwerk
SANITAIR
GLASRAMEN etc.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
er Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voornam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK,
ZATERIlAO FEBRUARI M93I Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
In elk jong huwelijk breekt na korteren of
fangeren tijd het tragische oogenblik van
het eerste onweersbuitje aan en in de poli
tieke alliantie tusschen rood en zwart zijn
een paar harde woorden gevallen en heeft
de eene partij de andere een minder goede
behandeling, ja, zelfs een zekere verwaarloo-
zing verweten waardoor de echtelijke trouw
in het vervolg wel bedenkelijk ondermijnd
kon worden.
Men was het kort geleden over de huwe
lijksvoorwaarden eens geworden en het
bruidje had bij die gelegenheid om een com
pleten dienst voor Maatschappelijk Hulpbe
toon verzocht wat haar, in de vreugde over
'deze verbintenis, onvoorwaardelijk beloofd
was.
Maar, zcoals gezegd, de wittebroodswe
ken zijn achter den rug en nu de rekening
van het huwelijkecadeau gepresenteerd werd
is het geen wonder, dat de gelukkige echtge
noot zoowel van het cadeau zelf als van den
prijs daarvan geducht geschrokken is en te
kennen heeft gegeven, dat dit geen manier
van trouwen is en dat zijn wederhelft hem
in allen gevalle voor het huwelijk van een
en ander beter op de hoogte had moeten
stellen.
Het is wel een compromis-punt, zeiden de
heeren Keesom en Geels, maar het is van
zoo principieele beteekenis, dat men had
mogen verwachten, dat het voorstel nooit ter
tafel gebracht zou worden voor en aleer men
ons in den opzet en de bedoeling daarvan
gepolst had en nu men dit niet noodig heeft
gevonden en ons eenvoudig dicteert wat wij
hebben goed te keuren spreken wij als onze
meening uit, dat wij ons in geen enkel op
zicht aan dit compromis gebonden achten.
Dit is geen democratische manier van
doen, zeide de heer Geels tot wethouder Wes
terhof en de Raad gnuifde een beetje en
vond, dat de heer Westerhof dit wel „in zijn
zak kon steken", al schoot des heeren Wes-
terhof's schildknaap dan ook naar voren om
te verkondigen, dat de katholieken in allen
gevalle geweten hadden, dat de nieuwe
dienst zou worden ingesteld op den grond
slag zooals dat door de vakcentrales in Oc-
tober gevraagd was geworden.
Het was reeds de vorige week gebleken,
flat er nog al wat verzet tegen den nieuwen
dienst was en de heer Westerhof was dit
maal zoo verstandig geweest om een groot
deel van dat verzet bij voorbaat te breken
door zijn tegenstanders op verschillende
punten tegemoet te komen.
Reeds was bepaald, dat de arbeiders, die
in het bestuur van het nieuwe Bureau voor
Maatschappelijk Hulpbetoon worden aange
wezen niet meer vertegenwoordigers der
vakvereenigingen behoeven te zijn, maar dat
men eenvoudig personen uit de vakvereeni
gingen zal kunnen nemen. Was er eerst
sprake van zes raadsleden, waardoor men
zoo mogelijk de verschillende politieke groe-
pen zeggenschap zou willen geven, thans
was dit aantal al tot vier teruggebracht en
werd het woord politiek zelfs niet meer ge
noemd. En ook op andere punten was de
heer Westerhof gaarne bereid aan alle rede
lijke verlangens tegemoet te komen. Men
had maar te spreken en zoo eeiiigszins mo
gelijk zou er aan de wenschen voldaan wor
den.
Dat heeft de oppositie wel een beetje mil
der gestemd.
De beide vrijzinnig democraten bleken
eigenlijk geen oppositie te voeren. Zij waren
met een enkele opmerking en een enkele toe
zegging meer dan voldaan en de heer
Sietsma heeft er zelfs zijn verheugenis over
uitgesproken, dat de wethouder van Sociale
■aangelegenheden tevens wethouder van Fi
nanciën is, zoodat de heer Westerhof als
voorzitter van het nieuwe Instituut zich
zelf in toom zal kunen houden en tevens, dat
de op de begrooting uitgetrokken post er we'1
borg voor zal zijn, dat het budget dit jaar
niet van beteekenis wordt overschreden en
hij vergat daarbij, dat een volgend college
wel weer een geheei andere verdeeling van
Portefeuilles zal kunnen hebben en dat het
Bureau voor Maatschapj>e!ijk Hulpbetoon er
niet alleen voor dit jaar is.
De heer Vogelaar h3d hier en daar nog
wel een enkele opmerking, maar hij had des
wethouders goeden wil gezien en was niet
ongenegen mede te werken, hoewel hij zich
principieel toch niet geheel en al met dezen
opzet kon vereenigen
Zoo was het ook met den heer Thomsen
en wij zouden gaarne nog eens de meening
van den wegens ziekte afwezigen heer Hoij-
tink gehoord hebben, die ons wel beginsel
vast lijkt en zich waarschijnlijk niet zoo
spoedig gewonnen had gegeven.
Slechts de heer Keesom bleef zijn bezwa
ren ten volle handhaven. Zij die in een der-
lijk college zitting behooren te nemen moe
ten niet uit verschillende categorieën wor
den afgeteld en weer verdwijnen als zij niet
langer een bepaalde groep vertegenwoordi
gen, maar men moet zoeken naar menschen
die liefde en geschiktheid voor armenzorg
hebben en deze zoo lang mogelijk zien te
behouden.
Ook de heer Geels kon zich met den voor
genomen opzet nog steeds niet vereenigen
Hij was er met den heer Keesom van over
tuigd, dat dit een kostbare geschiedenis
wordt en iaakte het dat men voorschreef dat
arbeiders gekozen moesten worden en
geen enkele toezegging deed inzake de overi
ge bestuursleden.
De heer Westerhof, die wel zag, dat hij
het spel gewonnen had, is een politieke goo
chelaar van bekende reputatie.
Hij beklom het tooneel met zijn wethou-
deriijken hoogen hoed en deelde het verza
melde gezelschap mede, dat hij daarmee een
tooverkunstje zou uithalen.
Hij verzocht den heer Klaver om eens op
het tooneel te komen en den hoed voor hem
vast te houden met de stille bedreiging, dat
als deze ook maar één poging deed om de
truc te laten mislukken, hij onverwijld naar
beneden gestuurd zou worden om weer tus
schen de rijen van de doodgewone edelacht-
baren plaats te nemen en dus zweeg de heer
Klaver en liet hij de critiek volkomen aan
zijn partijgenooten Keesom en Geels over.
De heer Westerhof nam den hoed en liet
hem rondgaan om te laten zien, dat er niets
in zat.
Toen stopte hij er vier niet-politieke raads
leden in, stampte ze door elkaar, voegde er
vier van de 2700 Alkmaarsche georganiseer
de arbeiders aan toe en deelde mede, dat dit
60 procent van de bevolking was. Er volgden
nog vier van de overgebleven 40 -procent en
ten slotte verdwenen er nog een wethouder
en een directeur van de Arbeidsbeurs in den
hoed, waarna de heer Westerhof er een
beetje politiek en een beetje vakorganisatie
aan toevoegde en alles voorzichtig door el
kaar roerde.
De heer Klaver mocht zeggen of het eerlijk
gegaan was en de heer Klaver verzekerde,
dat het een eerste klas goocheltoer was.
De doek ging over den hoed heen. Hokus,
pocus, pilatus. weg ging de doek en de heer
Westerhof haalde een completen dienst van
Maatschappelijk Hulpbetoon in den vorm
van een prachtige bruin gebakken omelet te
voorschijn.
Die zag er overheerlijk uit en verspreidde
zoo'n lekkeren geur, dat verschillende onge-
loovigen wat dichter bij kwamen en vol be
langstelling in den hoed keken.
Proef er maar eens van zeide de heer Wes
terhof en hij deelde met kwistige hand stuk
jes omelet uit en verklaarde zich tevens be
reid aan alle mogelijke wenken om die nog
lekkerder te kunnen maken gevolg te zullen
geven.
Bij die omelet behoorde een lekker wijntje
en als die te sterk bleek was het college gaar
ne bereid er het noodige water bij te gieten.
Hij deed ten slotte zooveel water bij zijn
wijn, dat slechts de heer Geels als drank-
handelaar wel zag, dat men deze samenstel
ling eigenlijk geen wijn meer kon noemen,
maar het resultaat was toch, dat de gezich
ten der opposanten een minder zorgelijken
trek kregen en zelfs de burgemeester kwam
verklaren, dat hij hoopte, dat hij zich ver
gist had en dat het best mogelijk kon zijn,
dat de maaltijd dien de heer Westerhof ter
tafel bracht de bevolking toch nog goed zou
kunnen smaken.
En toen er ten slotte gestemd moest wor
den bleek de Raad zoo onder den indruk, dat
het geheele voorstel er zonder hoofdelijke
stemming doorging al staat het vast, dat
verscheidene raadsleden daartegen nog heel
wat principieele bezwaren hebben gehou
den.
Er komen dus vier raadsleden in hel be
stuur van het nieuwe instituut en aan de
vakcentrales zal verzocht worden candidaten
voor de vier arbeidersplaatsen aan te wijzen.
Dan blijven er nog vier plaatsen voor de
burgerij over en er werden daarvoor reeds
zooveel candidaten gencemd, dat wij er wer
kelijk benieuwd naar zijn wie daarvoor zul
len worden uitgekozen.
Men sprak reeds over een vertegenwoor
diging van de patroons, van den linkschen
en rechtschen grooten en kleinen midden
stand en zoowel juffrouw Carels als me
vrouw Helleman hebben er op aangedron
gen, dat er vooral vrouwen moeten gekozen
worden waarna men er van katholieke zijde
nog op gewezen heeft, dat men ook de kerke
lijke vertegenwoordigers niet zal mogen ver
geten.
Er moeten vrouwen inriep mevrouw Hel
leman en zij richtte zich daarbij recht
streeks tot den heer Geels, die zich als een
der voornaamste opposanten had doen ken
nen. De heer Geels keerde haar zijn goedig
gezicht toe en verzekerde nadrukkelijk, dat
hij er absoluut geen bezwaar tegen had,
waardoor mevrouw Helleman blijkbaar aan
gemoedigd werd en op nog meer vrouwen
aandrong waartegen de heer Geels evenmin
eenige bezwaar bleek te hebben. Als het van
hem afhing, kan het heele bestuur uit vrou
wen bestaan, maar wij vreezen, dat de heer
Westerhof minder complimenteus zal blijken
en dat er om de bezetting van die vier laat
ste plaatsen nog duchtig gestreden zal wor
den.
Hoe men het nu ook verder verdeelen wil,
vast staat, dat er hier ter stede een Bureau
voor Maatschappelijk Hulpbetoon zal wor
den opgericht en dat het tegenwoordige Bur
gerlijk Armbestuur daardoor zal verdwijnen
Men heeft het aantal raadsleden van zes
op vier gebracht, maar deze vier zullen door
hun rechtstreeksche bemoeiingen met de arm
verzorging niet meer zoo critisch tegenover
belangrijke uitgaven staan. Zelfs al laten wij
de politiek verder buiten beschouwing, dan
is het duidelijk, dat zij hun fractiegenoo-
ten kunnen beïnvloeden en dat het college
daardoor bij alle zaken, die armverzorging
of werkloosneidszorg betreffen in den Raad
niet een volkomen objectief lichaam vindt.
Men benoemt in het bestuur vier arbeiders
aangewezen door de vakcentrales en al heeten
deze dan ook geen vertegenwoordiger dier
centrales meer, vast staat dat zij zich tegen
over deze lichamen altijd min of meer
verantwoordelijk voor hun daden zullen ge
voelen, dat zij mede beslissen over den steun
aan hun werklooze collega's, dat van die zij
de geen oppositie tegen een royale houding
kan verwacht worden en dat zij ook over de
armenzorg zullen meespreken.
De eenige rem zal in de vier overgebleven
leden gevonden worden. Het is te hopen, dat
men hiervoor mannen of vrouwen zal aan
stellen, die zich van kiezers of corporaties
niets hebben aan te trekken, maar het zal
werkelijk niet gemakkelijk zijn hiervoor can
didaten te vinden waarmede de geheele raad
zich zal kunnen vereenigen.
Dat dit nieuwe instituut heel wat meer dan
vroeger zal kosten, daarvan zijn wij over
tuigd.
De heer Westerhof moge met pathos be
weren, dat Alkmaar wat de belasting betreft
in de rij der Nederlandsche gemeenten een
gunstige plaats inneemt en dat ieder, die
voor de financieele gevolgen van dit voorstel
waarschuwt aan stemmenmakerij doet, wij
hopen hem binnen weinige jaren door ver
gelijking van cijfers te kunnen overtuigen,
dat het nieuwe instituut de gemeente heel wat
zwaardere offers vraagt dan tot dusver het
Burgerlijk Armbestuur gedaan heeft.
Men vergete niet, dat het belastingcijfer op
onze begrooting min of meer geflatteerd is,
dat de gemeente op verschillende wijzen, o.a
door een zware heffing op de openbare ver
makelijkheden en niet het minst door een on
behoorlijke winst op den verkoop van gas en
stroom, het tekort aan belastinggelden dekt,
maar dat deze bedragen nu eenmaal niet in
het staatje voorkomen, waarin Alkmaar's be
lastingcijfer tegenover dat van andere ge
meenten genoteerd staat.
Daartegenover staat, dat de uitgaven voor
armenzorg zich hier niet tot de gelden voor
het Burgerlijk Armbestuur beperken. Er zijn
nog tallooze andere kostbare uitgaven, o.a.
voor het verplegen van armlastige krankzinni
gen en wie alles eens bij elkaar telt, zal tot de
conclusie komen, dat een zeer groot deel vau
het gemeentelijk inkomen voor steun aan ar
men en behoeftigen gebruikt wordt.
Wij gunnen ieder van deze misdeelder.
gaarne een zoo groot mogelijk deel van het
geld der gemeenschap, maar het wil ons voor
komen, dat men van die zijde tot dusver niet
te klagen had en er is ten slotte ook nog een
tilÜi'llllllMWIWMiWBHMWB—
categorie ingezetenen, die geen steun trekt,
maar wel alles moet betalen en wij vreezen,
dat in het bestuur van het nieuwe instituut
zoowel de raadsleden als de arbeiderscandi-
daten de belangen van de laatste categorie
wel eens te weinig in het oog zullen houden
Enfin, soit, zou Buziau zeggen, de tijd zal
het wel leeren en wij zullen er ons op het
oogenblik maar niet verder in verdiepen.-
Medegedeeld moet nog worden, dat de
Raad besloot voor den bouw van een nieuwe
schuur van de Exjjortveiling voor een bedrag
van 10.000 garant te blijven, op voorwaar
de dat die nieuwe schuur er ook werkelijk zal
komen, wat door de belanghebbenden zelf op
een nog te houden vergadering nog beslist
schijnt te moeten worden.
Ten slotte heeft de heer Bakker er zijn ver
wondering over uitgesproken, dat de Alk
maarsche Courant een vrij volledig verslag
wist te geven van wat in besloten vergadering
over de benoeming van den directeur der
Lichtbedrijven gezegd was en de heer Klaver,
die als campagnon uit de rood-zwarte groep
ook niet erg op publicatie van de details dezer
kwestie gesteld was, heeft met den heer Bak
ker betoogd, dat zooiets toch eigenlijk niet te
pas kwam.
Het is nog niet zoo lang geleden, dat de
soc. dem. bij de aanvrage van een ambtenaren
reglement verontwaardigd hebben gesproken
over de bijverdiensten van sommige ambtena
ren en wij kunnen ons dus volkomen begrij
pen, dat zij het liever niet gepubliceerd zagen,
dat zij thans op benoeming van een hoofd
ambtenaar hebben aangedrongen, die zoo
veel kon bijverdienen, dat hij door storting
van een deel daarvan in de gemeentekas hier
wellicht buiten bezwaar van de schatkist kan
werken.
Daarin zit nog al wat tegenstrijdigheid
met vroegere principes en dat ziet men liever
niet gepubliceerd evenmin als onze critiek op
de rood-zwarte voorstel, die, hoe zakelijk ook
geschreven, volgens de soc. dem. geen bijval
mag vinden bij de heeren, die uithoofde van
hun politieke gezindheid alleen hun eigen
politiek orgaan behooren te lezen.
Als de heer Westerhof eens wist hoevelen
uit de meest verschillende politieke groepen
met de door ons gegeven critiek hun volle in
stemming betuigd hebben, zou hij wellicht be
grijpen, dat er buiten de personen, die hij tot
zijn onmiddellijke volgelingen kan rekenen,
nog tal van tot oordeelen bevoegde stadge-
nooten van elke richting zijn, die zich het
recht voorbehouden het met een courant vol
komen eens te zijn ook al staat aan den kop
van dat blad dan ook niet den naam van het
orgaan dat zij volgens den heer Westerhof
uitsluitend hebben te lezen en te volgen.
Wij kunnen hem de verzekering geven, dat
het in het leven roepen van dit nieuwe
Bureau voor Maatschappelijk Hulpbetoon in
vele kringen der burgerij allesbehalve met
enthousiasme is ontvangen geworden.
Den Haag, 27 Febr. 1931.
Alvorens voort te gaan met de behande
ling der Indische Begrooting heeft de Twee
de Kamer heden een groot aantal kleinere
ontwerpen afgedaan, naturalisaties, onteige
ningen enz. De groote meerderheid, waaron
der de kleine wijziging van art. 66 der Drank
wet, ging onder den hamer des Voorzitters
door. Zulks was niet het geval met het voor
stel tot uitkeering van vergoedingen aan den
gewezen Rijksbouwmeester J. A. W. Vrijman
die indertijd is veroordeeld en ontslagen we
gens onregelmatigheden bij rijkswerken,
waarvoor hij aansprakelijk werd gesteld,
hoewel er van oneerlijkheid zijnerzijds geen
sprake is geweest. Mevr. Van I t a 1 1 i e-
Van Embden (v.d.) achtte het ge-
wenscht de zaak nog eens op te halen om
haar instemming met het voorstel te betui
gen en verzocht ook voor andere ambtenaren
clementie. Minister De Geer verklaarde, dat
zeer zeker ook voor andere ambtenaren wel
willendheid wordt betoond, voorzoover zij
bij de zaak betrokken zijn geweest. Positieve
toezeggingen kan hij echter niet doen. Het
voorstel is daarop goedgekeurd.
Bij de hierop gevolgde voortzetting van de
algemeene beschouwingen over de Indische
begrooting heeft de heer B e u m e r, a.r., den
heer De Visser voor de voeten geworpen, dat
al de gruwelen, die hij aan de Indische re
geering verwijt, juist allen in Rusland voor
komen. De heer De Visser toonde zich daar
over zeer verstoord.
Ook den heer Cramer strafte hij af voor
zijn bewering dat er in Indië een politiek van
uitbuiting en overheersching wordt gevoerd.
Ons koloniaal bestuur is beter dan van eeni
ge andere koloniale mogendheid. Tegen aller
lei interrupties van den heer De Visser in
zette hij dit nader uiteen, tevens er op wij
zend, dat Nederland in Indië niet kan wor
den gemist. Verder verdedigde de spreker de
inzichten door den heer Colijn uiteengezet
en zette uiteen ,dat de heer Colijn over de
bestuurshervorming thans denkt als vroeger,
maar alleen heeft afgekeurd, dat met de in
voering er van zoo zeer wordt getreuzeld.
Verder verklaarde hij zich tegen vrouwen in
den Volksraad.
^3
ALKMAAR
TEL. 34
3 lijnen.
UTRECHT
TEL. 13586
2 lijnen.
Het nieuwste op het gebied van
Bezoekt onze monsterkamersII
ALLEEN KWALITEITSARTIKELEN EN QOEDKOOPi
Natuurlijk heeft de heer De Visser den
heer Beumer van antwoord gediend zonder
veel te zeggen over Indië, daar hij zich in het
bijzonder druk maakte over Rusland; den
strijd tegen analphabetisme en andere euvels
en de voortreffelijkheden van het Russische
régime. Hij daagde ten slotte den heer Beu
mer tot een openbaar débat uit.
Ook de heer Schaper (s.d.a.p.) be
streed den heer Beumer en verweet hem op
pervlakkigheid.
Toen kwam minister De Graaff weer
aan het woord, gaf een toelichting op het
proces te Bandoeng en bracht hulde aan den
voorzitter van den Raad van Justitie voor de
wijze, waarop hij het strafproces had geleid.
Verder verdedigde hij zijn financieel beleid
en waarschuwde tegen een te ruim leenen.
Voor werkverruiming gevoelt de minister
iets voor leeningen op korten termijn, te be
talen uit „gewoon". Hij legde ook nadruk
op de wenschelijkheid van versobering van
het staatsbestuur. De Indische begrootings-
commissie blijft in de eerstvolgende jaren ge
handhaafd.
Tegen de aanwijzing van vrouwelijke le
den van den Volksraad moet de minister
vooralsnog bezwaar maken. Maar hij zal
met den G. de zaak nog eens overleggen.
Bij de behandeling van nog enkele andere
speciale punten verklaarde de minister, dat
hij thans den tijd niet gekomen acht voor ver
zwaring van de lasten van het groot kapi
taal. Aan het slot van zijn rede heeft de mi
nister verklaard den heer De Visser het ant
woord te moeten schuldig blijven omdat deze
geen enkel weloverwogen opmerking heeft
doen hooren. Hiermede werden de algemeene
beraadslagingen gesloten en nu werd over
gegaan tot behandeling der hoofdstukken.
De heer Cramer (s.d.a.p.) heeft bij
Afdeeling II enkele opmerkingen omtrent
Aneta gemaakt, met welks berichten hij geen
vrede kan hebben. Gaat de minister alleen
op die berichten af? De minister antwoordde
daarop ontkennend.
Bij zitten en opstaan wordt hierop de af
deeling goedgekeurd, nadat de heer Wijnkoop
stemming had gevraagd.
Bij afd. II vroeg de heer J o e k e s (v.d.)
af het commissariaat voor Indische zaken
enz. hier te lande zal deelen in de gevolgen
der bezuiniginsmaatregelen, waartoe de In
dische regeering heeft besloten. Het gaat
over een bedrag van ongeveer 7 ton, waar
op 4 percent kan worden bezuinigd. Kan het
personeel niet ingekrompen worden? Wil de
minister den post niet voor nader onderzoek
tijdelijk terugnemen? De minister had daar
tegen bezwaar. Bij zitten en opstaan werd
daarop de afdeeling aangenomen
Bij de afdeeling Justitie besprak me
vrouw Bakker Nort (v.d.) de nationa
liteitspositie van de Europeesche vrouw
De heer Cramer bracht ter sprake de
uitzending van jongelui, die voor Indisch
recht hebben gestudeerd als rechterlijk amb
tenaar en de organisatie van het kantoor van
Arbeid, het vraagstuk van de regeling van
minimumloonen en andere sociale maatrege
len.
Ook drong hij aan op uitbreiding der ar
beidsinspectie. Wijders sprong hij in de bres
voor de rechtspositie van de Europeesche
employé's terwille van hun eigen veiligheid.
In verband hiermede besprak hij ook in af
keurenden zin de poenale sanctie.
De heer Van Boetzelaer (c.h.)
besprak de toepassing van lijfstraffen en
doodstraf in Indië, waarvan hij in beginsel
geen tegenstander is. In verband hiermede
waarschuwde hij tegen te strenge straffen.
Spr. uitte zijn waardeering voor de tot stand-
koming der nieuwe koelieordonnantie, drong
aan op de invoering van een wekelijkschen
rustdag en verbetering van de arbeidsinspec
tie, bracht de werkeloosheid der Europeanen
in Indië ter sprake, de dobbelzucht onder
de inlanders en koelies en stemde ten slotte
in met de opmerkingen van mevr. Bakker
Nort over de zoogenaamde gemengde huwe
lijken.
De heer Knottenbelt (lib.) besprak
de opleiding van rechterlijke ambtenaren
voor Indië en klaagde erover, dat velen, die
zich op de studie daarvoor hadden toegelegd,
ten zeerste gedupeerd worden doordat de be
noeming uitbleef, welke niettemin was
voorgespiegeld. Spr. achtte de houding van
den staat ten dezen onfatsoenlijk.
De voorzitter sloot hierop de verga
dering.