m m 4* m i f Brieven uit Rusland len verzoeken instemming met bovengenoemd streven te betuigen en het met den meesten aandrang daarheen te leiden, dat deze eisch, behalve voor de tuinders, ook zal gelden voor de boeren en landbouwers. Een feit is, dat eer, overgroot deel der boe gen en land- en tuinbouwers dermate door de huidige crisis wordt getroffen, waardoor zeer velen beneden een inkomen van 1200 gulden blijven, zoodat premiebetaling, zooal niet geneel onmogelijk, dan toch uitermate be zwaarlijk is. Dat alle Land- en Tuinbouworganisaties met hun instemming de?en eisch krachtig ondersteunen Dat bovendien nog een eisch van ons strijdprogram, n.1. stichting van een Staats- hypotheekbank met een rente gelijk aan de in lage der Rijkspostspaarbank, zeer urgent is, blijk o.m. hieruit, dat er in de buitengewone algemeene vergadering van den Provincialen Bond van Landpachters in Noord-Holland, gehouden den 13 Maart j.1. te Alkmaar, sterk op aangedrongen werd de hypotheekboeren te helpen door hun hypotheekgelden te ver strekken tegen een rente van 3 pet. Dat ook deze eisch sterken weerklank vinde! v JAN KENNEDIJ. Voorzitter Alg. Ned. Bond van Boeren, Land- en Tuinbouwers gevestigd te Beemster. Andere bladen worden verzocht dit over te nemen. Schaakrubriek OPLOSSING PROBLEEM 330. i Dh7 dreigt 2. De4 mat i Th7 2. dö Pg5 2. f4 Pd2 2. f4 Lc2 2. Pf3 -Tb4 2. Pf3 OPLOSSING EINDSPEL 426. 1, b7 g4 2. PbS g3 3. Pc6 g2 4. Pd4 Kd4 5. b8 D en wint. OPLOSSING EINDSPEL 427. 1. e7-f Kf7 2. Pc3 Le6 (of A) 3. Pb5 Ld5 4 Pd4 KeS 5. Pf5 en wint. A. 2. V KeS 3. Pe4 La4 (op 3 Kf7 4. Kd7 La4f 5. Kd8 L onverschillig 6. Pc5 Le8 7. Pd5 en wint) 4. Keb Lb3f 5. Kf6 wint. PROBLEEM 331 Godfrey. - mm I H§ 'A vMM lü Ju s& Ij I m ft i m.m mx\ m. a m m< l&S 0 a Hl i ii li c <1 e 1 Tweezet. EINDSPEL 428. J. Genhner. 8 7 6 5 4 3 2 1 il g E" Wit speelt en wint. EINDSPEL 429. Uit een partij MarshallOlland. Zwart: Dr. Olland. WA wA mm lm W: flfe d? 4Ê \mk wm A&éwm mm jm M/, m m m m IP tܧ -JÜP A W Hf éAA mm -*» Am, mm jgfg *v H§ mi ÉyJ JÊ 'm Wi m w. VAM m. w m e 'm i m m WM mm, ffiimm MJÊÊM Wit: F. Marshall. Hoe kan (zwart aan zet) Olland winnen? Hier volgt nog een brillante partij van Carl Schlechker uit de meesterwedstrijd te Monte Carlo. Ditmaal is 't Marco, dien Schlechter aan zijn zegewagen bindt. Wit: Schlechter. Zwart: Marco. Geweigerd damegambiet. 1- d4 d5 2. c4 eó 3. Pc3 Pf6 4. Lg5 Le7 5. e3 0—0 6. Pf3 Pbd7 7- Tacl a6 3- c5 b5 9. b4 c6 0. Lfd3 a5 Ua3 Tfe8 X jt 12. o__o pb5? Bezorgt wit het initiatief Is dus fout. Als zwart wat beginnen wilde op de Ko ningsvleugel had hij eerst met a4 de damevleugel moe- f ten afsluiten, ff Le7 Der 14. pe5 pe5 15- Lh7+ Kf8 Na 15- Kh7 volgt 16. Dh5f Kg8 17. de5 en 18. f4 en 19. Tf3 enz. Dh5 Pc4 '7- Ld3 Dtó 18. L_c4 bc4 19. b5! Ld7 Nemen is fout anders komt het paard sterk te staan op d6. 20. bc6 Lc6 21. Tcbl g6 22 Dh6f Ke7 23. Tb6 Kd7 24. Dh3 Dg5 25. Tfbl Teh8 26. Df3 f5? Verzwakt de pionnen stel ling en heft de dekking van d5 door de Zw. dame op. Hierdoor worden twee offers, die wit doen winnen, moge lijk. 27. Tc6! Kc6 28. Pd5ü Zeer mooi. Neemt zwart op d5 dan volgt 29. Tbóf en Dd5 met spoedig mat 28. TabS 29. Pf4f Kd7 30. Tb7f Tb7 31. Db7| Ke8 32. c6! en zwart geeft op! Hij kan het promoveeren van de witte pion niet beletten Bovendien dreigt Dd7 en Pe6. Zwart is reddeloos ver loren. CLUBNIEUWS. De schaakclub „Caïssa" uit Hoorn heeft nederlaag wedstrijden uitgeschreven. Hier aan heeft ook V. V. V. uit Alkmaar deelge nomen. De bedoeling is, dat de club, die Hoorn de grootste nederlaag toebrengt, de eerste prijs, een prachtige zilveren beker, krijgt. V. V. V. won met 15X>—434. Na haar volgt „Morphy" uit Den Helder met 14—6. Hoorn moet nog twee clubs uit Amsterdam ontvangen Een heeft ze er dezer dagen ver slagen en 't is zoo goed als buiten gesloten, dat de laatste ciub zal winnen, tenminste met sprekender cijfers dan Alkmaar. Zoo heeft V. V. V. gegronde hoop weer een nieuwe trophee in haar prijzen kastje te kunnen plaatsen. Onze voorloopige gelukwenschen. Dami*ubt*iek Aan de Dammers! In onze vorigfe rubriek gaven wij ter oplossing probleem 1164 (auteur Vonk). S t a 1. d. Zw. 9 sch. op: 14, 16/19, 21, 23, 24, 26. W. 9 sch. op: 27, 28, 32, 33, 34, 37, 38, 48, 49. Oplossing. 1. 34-29 1. 23 34 2. 28—22 2. 17 39 3. 37—31 3. 26 28 4. 49—44 4. 21:43 5. 44 13 5. 19 8 6. 48:10! Uit de partij. De volgende combinatie is van den heer A. v. d. Werf te Heiloo. m w m m m m,m i i m, Wm ÜS Hm V 0 m vm-. mm. 1 _m m ij' m 'm 1 m. II W> Jm. jppi «1 1 tW/. Zw. 12 sch. op: 7, 8, 9, 12/16, 18, 20, 23, 35. W. 12 sch. op: 21, 25, 27, 31/34, 36, 38, 43, 48, 49. Wit speelt: 1. 34—30 1. 35 24 2. 21—17 2. 12 21 3. 32—28 3. 23 32 (gedw.) 4. 33—28 4. 32 23 5. 38—33 5. 21 32 6. 33—29 6. 24 33 of 23 34 7. 43—38 7. 32 43 of 33 42 8. 48 10 8. 15 4. 9. 25 1! Heel mooi. In den wedstrijd om het Kamp. van Nederland kwam in de partij Raman v. Dartelen de volgende stand voor: m m m m^Èm g l l i i W 1 L m yÏTW/S Y/7777/' m Zw. 15 sch. op: 2, 3, 6, 8, 9, 12/16, 18, 19 21 23 26 W. 15 sch op: 27, 28, 30, 32, 33, 34, 36, 37, 38, 40, 42, 43, 45, 47, 48. verliep aldus: 1. 18:27 2. 26:37 3. De partij 1. 27-22 2. 37—31 3. 42 :22 30—24 28:10 10— 5 3228 5 19 9. 19: 8 10. 40—34 11. 38—32 34-29 43—39 32 :21 36—31 21—26 4. 19 39 5. 39 17 6. 13—18 9—14 8-13 2—13 10. 17—21 11. 13—19 12. 15—20 13. 21—27 14. 26:17 7. 8. 9. De partij werd door goed spel van wit remise. Ter oplossing voor deze week: Probl. 1165 van H. 1 Lize te Alkmaar. Zw. 8 sch. op: 2, 4, 7, 9, 13, 19, 26, 29 en dam op 24. W. 12 sch. op: 16, 17, 21, 22, 25, 27, 28, 30. 38, 40. 42, 44. Dit probleem van den heer Lize, die thans tot de Alkmaarsche dammers be hoort, zal zeker wel belangstelling vinden. In onze volgende rubriek geven wij de oplossing. De ccde Russische schulden en de Nederlandsche belegger. (Nadruk verboden). Op de laatste jaarvergadering van de ver- eeniging „Effectenbescherming'' werd een vraagstuk besproken, waarvan de beteekenis voor duizenden Nederlanders van buitenge woon veel belang is. Het ging om de z.g. „Russen". Bestaat er nog eenige kans, dat de Nederlandsche beleggers, die "hun spaarpen ningen aan de tsaristische overheid hadden toevertrouwd, in de overtuiging, dat het groote Rusland steeds zijn verplichtingen zal kunnen en willen nakomen, iets van het ge leende geld zouden terugkrijgen? Naar aan leiding van die vergadering werd ik verzocht de mogelijkheid van een erkenning van de oude Russische staats- en spoorwegschulden te bespreken. Ik zal trachten aan dit verzoek te voldoen, te meer daar ik ook zelf het plan kosterde dit vraagstuk in een van mijn brie ven te bespreken. Vooraf eenige, voor sommigen wellicht minder aangename, inleidende woorden over die oude schulden. Hoewel de obligaties, wel ke de tsaristische overheid aan den buiten- landschen belegger te koop aanbood, ver schillende opschriften droegen, waren het in wezen steeds staatsobligaties, omdat de re geering al die leeningen garandeerde. Ove rigens leverden de Russische spoorwegen (be halve een paar gelukkige uitzonderingen) verlies op en zonder de garantie van de re geering zou geen enkele bankier in het bui tenland aan die spoorwegen een cent hebben geleend. Voegen wij daarbij, dat in tsaristisch Rusland de meeste spoorwegen aan den staat toebehoorden, dan wordt het zejeer voor iedereen duidelijk, dat het verschil tusschen staats- en spoorwegschulden slechts van for- meelen aard was en dat het om de crediet- waardigheid van de regeering, van den Rus- sischen staat ging. Was de Russische staat bij machte, de vele milliarden, welke hij ir» het buitenland leen de, terug te betalen? Op deze vraag moet het antwoord ontkennend luiden. De oude Russische staat leefde ver boven zijn stand, de regeering gaf meer uit dan zij, met het oog op de draagkracht van de bevolking, kon uitgeven. Wel was de schuldenlast per hoofd van de bevolking in Rusland niet zoo groot als in sommige andere landen, maar het ge middelde inkomen van den Rus was veel klei ner dan dat van den West-Europeaan. Elke econoom, elke bankier kon dus zonder eenige moeite, met behulp van zeer eenvoudige be rekeningen, vaststellen dat Rusland niet in staat was de geweldige schulden, welke de tsaristische regeering aanging, te betalen, dat vroeger of later een débècle onvermijde lijk was. Voor ons, in Rusland, was het toen volkomen onbegrijpelijk, hoe het Westen, dat over zooveel knappe economen beschikte, de dwaasheid kon begaan van telkens weer mil Üoenen aan de tsaristische regeering te lee- nen, terwijl de kans, dat de beleggers dat geld zouden verliezen, zeer groot was. In 1905'06 werd dat gevaar nog grooter, om dat de voöruitst'evende kringen de leenin gen aan de tsaristische regeering als een middel beschouwden om het aanblijven van die regeering, wier ongeschiktheid voor elk kind duidelijk was, mogelijk te maken En steeds luider waren in Rusland de stemmen voor een annuleering van die schulden, zoo dra het tsaristische regime, ondanks den fi- nancieelen steun van het buitenland, ineen zou storten. De Russische maatschappij waar schuwde, bij monde van verschillende harer vertegenwoordigers, 't Westen en smeekte de Westersche bankiers en beleggers, geen geld meer aan de tsaristische regeering ie leenen, omdat het Russische volk die leeningen als een vijandelijke daad beschouwde en ze later niet zou erkennen, maar het Westen wilde niet naar die waarschuwingen luisteren en ging voort, aan de zwakke en misdadige re geering geld te leenen. Sommigen zullen wellicht vragen, waar om ik die oude koeien uit de sloot haal? Ge dane zaken nemen immers geen keer en die oude blunders zijn niet meer ongedaan te maken. Ik vond het echter noodig dit te doen, om de Nederlandsche beleggers te waar schuwen tegen de mogelijkheid van eeg her haling van deze tactiek. Het gevaar is niet denkbeeldig, dat de tegenwoordige heerschers van Rusland, wier credietwaardigheid nog veel geringer is dan die van de tsaristische regeering ooit is geweest, hun bereidwillig heid betoonen de oude schulden gedeeltelijk te erkennen, indien het buitenland Rusland nieuwe leeningen verschaft. Gaat het Wes ten op deze of dergelijke voorstellen in, dan herhaalt zich de vooroorlogsche geschiede nis en daarbij in een nog veel ergeren vorm, omdat een nationale Russische regeering, on verschillig van welke politieke kleur, onder geen enkele omstandigheid bereid zal zijn de schulden van de sovjet-regeering te betalen Dit geldt zoowel de openlijke of verkapte lee ningen (en de bolsiewiki krijgen dergelijke leeningen nu reeds) als de credieten. Wan neer dus de beleggers bedrogen uitkomen, dan zal het niet de schuld van het Russische volk en den Russischen staat zijn, maar van de onverantwoordelijke financiers en politici, die het bolsjewisme steunen, die uitbuiting van de Russsche massa, de vreeselijke onder drukking, de slavernij van milliocnen Rus sen mogelijk maken door aan de tegenwoor dige heerschers credieten te verschaffen. Hoe vreemd het ook moge klinken, maar hst is een waarheid, dat de bolsjewiki, die de uir roeiing van de bourgeoisie als hun hooiu- doel beschouwen, door diezelfde bourgeoisie in het Westen financieel gesteund worden. Het Westen verschaft zelf de bijlen, waarme de het later geslacht zal worden. Het geld, dat onder verschil 1 end ea vorm aan de bolsjewiki geleend wordt, is dus voor goed verloren. Na de ineenstorting van het tegenwoordige regime zullen al zijn leenin gen onherroepelijk geannuleerd worden, zal er geen cent betaald worden. Anders staat het met de oude schulden. In principe zijn alle Russische partijen het eens, dat het nieuwe Rusland (ik bedoel: het Rusland na de verdrijving van de tegenwoor dige communistische regeerders) de oude schulden moet erkennen. De kans is du» zeer groot, dat de oude schulden binnen afzien- baren tijd erkend worden. Maar veel baat zal de belegger aan die formeele erkenning niet hebben. Andere staten hebben hun oude schuldenv niet geannuleerd, erkennen ze, maar betalen toch rente noch aflossing. Aan een dergelijke erkenning heeft de belegger dus niets. Zal het nieuwe Rusland die schul den ook kunnen betalen? Daar komt het op aan. En dat hangt af van de omstandighe den, die tot de ineenstorting van het bolsje wistische regime zullen leiden. Wij weten niet; hoe die omstandigheden zullen zijn. Het sovjet-regime kan ten val gebracht worden door een staatsgreep van eenige militaire leiders, door een staats greep van de rechtsche oppositie in de com munistische partij, door een militairen op stand en ten slotte door een nieuwe massa- revolutie. Het laatste is het ergste wat Rusland kan overkomen, omdat Rusland dan een herha ling zou kunnen beleven van hetgeen wij nu in China aanschouwen. Eenige legers zou den elkaar beoorlogen, in het geheele land zou een vreeselijke anarchie ontstaan, nie mand zou er iets voor voelen om zijn akker goed te verzorgen, omdat niemand eenige zekerheid van de naaste toekomst zou heb ben. En de verarming van het land zou dan zulke afmetingen aannemen, dat het Russi sche volk aan geen betalingen aan het bui tenland zal kunnen of willen denken. Alles hangt dus van de wijze af, waarop het tegenwoordige regime ten val zal ge bracht worden. Vindt dit plaats met een mi nimum van onlusten (bijv. door een „paleis revolutie" of door een militaire staatsgreep), dan zullen kort daarna besprekingen geo pend worden tusschen de nieuwe regeering en de buitenlandsche schuldeischers. De Rus sen zullen daarbij vóór alles eischen, dat de nieuwe staten (Polen, Litauen, Estland, Let land enz.) een gedeelte van de schuld over nemen, overeenkomstig aan de ironomische beteekenis en de bevolking van die landen. Daarna zal de nieuwe regeering natuurlijk weigeren de leeningen te betalen, welke be stemd waren voor spoorwegen, die nu buiten de Russische grenzen liggen voor den aanleg van havens, die nu in het bezit zijn van de nieuwe staten enz. De schuldeischers zullen dan middelen moeten zoeken om van deze staten die schulden te innen. Van de restee- rende schulden zal de nieuwe regeering een bepaalde reductie verlangen, omdat Rusland de volle 100 pCt. zelfs vóór den oorlog niet in staat was te betalen, laat staan na den oorlog, de revolutie, den burgeroorlog en het bolsjewistische wanbeheer. Het percenta ge, dat Rusland zou kunnen en willen beta len, zal afhangen van den economischen toe stand des lands, van den graad van uitput ting, waarin de bolsjewiki het land zullen achterlaten en andere omstandigheden. In de gunstigste omstandigheden worden het 25- 35 pCt. Waarschijnlijk echter wat minder. Tot de betaling van deze schulden zal Rus land waarschijnlijk alleen dan kunnen over gaan, wanneer het buitenland het land een nieuwe leening verschaft om den ontredden- de boel weer eenigzins in orde te brengen L'e nieuwe regeering zal de schatkist leeg vinden. De bolsjewistische leiders zullen bij tijds groore bedragen voor zich zelf en hun heipers in veiligheid brengen. De goudvoor raden van de staatsbank zullen geheel uitge put zijn. De bolsjewiki verkoopen nu veel goud aan het buitenland, telkens komen be richten over groote transporten goud, uit Moskou naar Berlijn en andere steden ge zonden De metaaldekking van de bankbil jetten bestaat dan ook grootendeels nu reed3 slechts cp papier De valuta zal dus gesta biliseerd moeten worden en daarvoor zal Rus rnd jinieuw beroep moeten doen op het bui tenland. Het Westen zal die sommen moeten ver strekken, omdat anders van geen stabilisatie sprake zal kunnen zijn en dus ook van geen betaling van de oude schulden. Maar de be- leggers, die deze gelden zullen moeten ver schaffen, zullen wat meer inzicht moeten ioonen en eischen, dat de geldschieters toe zicht houden op de wijze, waarop de nieuwe regeering het geleende geld bestreedt. Hoe pijnlijk dat voor den nationalen trots van het Russische volk ook moge zijn, het zal zich in deze controle moeten schikken. Verschillende Russische politici begrijpen dat en zijn be reid zich aan het onvermijdelijke te onder werpen. Onder goede leiding kunnen de staatsbedrijven van Rusland voldoende ga rantie voor de veiligheid van het geleende geld opleveren, mits die leeningen binnen be paalde grenzen blijven en het geld alleen voor economische reconstructie gebruikt wordt en niet voor politieke avonturen. Dat zijn de perspectieven, ingeval de om verwerping van het tegenwoordige regime plaats zal vinden met een minimum van ont reddering (dus door een „paleis-revolutie" of iets dergelijks). Blijft dat echter weg en is een nieuwe revolutie noodig om de bolsjewiki te verdrijven, dan zijn de vooruitzichten zoo wel voor Rusland als voor zijn schuldeischers zeer slecht. Dr. BOR1S RAPTSCHINSKY. GEVONDEN VOORWERPEN. Aanwezig aan het Bureau van politie, Langestraat en aldaar te bevragen op alle werkdagen tusschen 11 en 1 uur, de navol gende voorwerpen als gevonden gedeponeerd op 15, 16, 17, 18 en 19 Maart 1931: kinder- taschje, rijwielbelastingmerk in étui, overjas. en een bril. Aanwezig en te bevragen bij de navolgen de ingezeténen, onderstaande voorwerpen, als gevonden aangegeven op 15, 16, 17, 18 en 19 Maart 1931: prentenboek, P Bierman, Hoofdstraat 1; armbandhorloge, P. Blan- kendaal, Eikelentergstraat 76; kop van een rijtuiglantaarn, W. Purmer, Nieuwesloot 31a; nummerplaat van motorrijtuig, W, Heiligenberg, brugwachter Vlotbrug; rijwiel belastingmerk in étui, K. Duinenveld, Oudor- perdijkje 39; rozenkrans, G Helder, Achter weg 41portemonnaie, J. Brasser, Oude gracht 180; horlogeketting, S. van Straalen, 2e Landdwarsstraat 9; broche, G. de Haan, Clarissenbuurt 29knipmes. M. Smorenberg, Schoutenstraat 15; kunstgebit, Stadsreini ging, Zeglis; rijwielbelastingmerk, G. Th. de Jong, Tienenwal 1insigne. J. Engelsman, Druivenlaan 53; bril in étui, J. de Cocq vao Delwijnen, Heul 13; bril in étui, P. J. Hoorn, Stuartstraat 1beertje, V. Dingerdis, p. a. de Lange, Groot Nieuwland 4; portemonnaie met inhoud, M. E. de Looze, R. Visschers- straat 12; heerenhoed, W. van Stam, Kenne- merstraatweg 36; stofjas, J. Wijnker, Zeglis 83; rozenkrans, E. de Wild, Heilooërdijk 4; shawl, V. Keijser. St. Annastraat 5; kinder handschoen, N. van Twuijven, Achterom 13 en damesportemonnaie met inhoud, A. L. Bellekom, Torenburg 7. Wanneer men weder in het bezit is van het verloren voorwerp, wordt men verzocht hier van kennis te geven aan het Bureau van politie. PUDDINöFABR-ötl7*/>aMiC-GR0NINCiEN RaadseEhoekje Oplossingen der raadsels nit het vorige nummer. Voor grootereh. 1. Boterbloem, Rotte, boor, moet, lor, bot. 2. w A N O i A K E R N E R O 0 K O T 3. Een hansworst. Hans, worst. 4. Eik, kei. Voor kleineren. 1. Hark, hart, hars, harp. 2. Hij had Klaas terloops zijn besluit medegedeeld. (aster). Als ik zoo ver ben afgedwaald, moet ik vlug terugloopen. (verbena). Heeft Oom Jan je reis heelemaal of ha'f betaald? (anjer). Wat een aardig plan! Ik denk wel, dat Hans er ingenomen mee zal zijn. (sering). 3. Hal (m), ma (an) (halma). 4. K in D kind. OM OP TE LOSSEN. Voor grooteren. 1. Als 1 een klinker is, 2, 3, 4, 5 een voorwerp om iets in te dragen of te bewaren, 6, 7 een maat en 8, 9, 10,11,12 een lekkernij, welk gebak is dan een 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12? 2. Een woord van juist tien letters Noemt aen heel nuttig ding, Dat ik mij eerst aanschafte, Voor 'k ei'ran koken ging. Verander d' eerste letter, Zoodat je krijgt een man, Een armen, dien men buiten Gewoonlijk vinden kan. 3. Welke zeeheld is nooit zoet geweest? 4. Ik doe mijn plicht de locomotief, maar als ik onthoofd wordt, ver richt ik in elke huishouding goede diensten, ja, ben ik zelfs onmis baar. Voor kleineren. 1. Op de zigzag-kruisjeslijn komt de naam van een plaats in Friesland. X lo rij een huisdier. X 2o stroomend water. X 3o een roofvogel. X 4o een ander woord vool X vreemd, zonderling. X 5o een deel van je voet. X 60 een meisjesnaam. X 7o een kleedingstuk. X 80 een voedzame drank X 9o een sappige vrucht. IO00 een jongensnaam. 2. Welke vorst kent geen warme be langstelling voor de menschen? 3. Ik ben een heel klein diertje, Maar ijverig van zin. In 't weven ben ik knap en Mijn naam? Wel die is 4. Wat loop* precies even hard als d« vlugste hardlooper? (Nadruk verboden).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 11