Burgerlijke standen
teur Van Cleef zijn in verband met den
moord per auto naar Zandvoort gegaan.
De commissaris van politie, de heer Har-
rebomee, heeft hedennacht den heer De
Munck nog een verhoor afgenomen.
Nader wordt gemeldt:
Belangstelling van het publiek.
Het drama dat zich gisteravond op de stil
le zijde van het Rokin heeft afgespeeld, heeft
groote belangstelling van het publiek ge
trokken Heden morgen stonden steeds groe
pen voor en bij het perceel en bespraken de
vreeselijke daad. Pohtie-autoriteiten hebben
hedenmorgen nog een nader onderzoek inge
steld in de verschillende vertrekken. Ook zijn
hedenmorgen opnieuw foto's genomen. In
specteur Posthuma en enkele rechercheurs
van de mobile origade van de Centrale re
cherche zijn mede het onderzoek begonnen
ter opsporing van den dadvr.
PRO JUVENTUTE.
Zateraag heett de heer Mr. H. de Bie,
kinderrechter te Rotterdam, in de ver
gadering van het Verbond der Vereeni-
gingen „Pro Juventute" te Utrecht een
inleiding gehouden over het onderwerp:
Kinderrechter en Voogdijraad", „Welke
taak behooren deze organen te vervullen
ten aanzien van de ondertoezichtstel
ling?
VRIJDENKERSVEREENIGINC
..DE DAGERAAD
Het hoofdbestuur van de Vrijdenkers-
vereeniging „De Dageraad" heeft n
teiegram aan Musolini gezonden, waar
in worde geprotesteerd tegen de arresta-
t o van den Belg Moulin.
BRAND TE ZUIDLAREN.
Te Zuidlaren is de arbeiderswoning
van A. X rem er tan oen r. c h weg afge
brand. De inboedel die niet verzekerd
was, ging mede verloren.
OVERREDEN EN GEDOOD.
Gistermorgen is op den onbewaakten
oveiweg aan den Marsweg te Zwolle de
heer Y. E. Zijlstra, conciërge te Zwolle,
door den sneltrein ZwolleM" :el over
reden en gedood.
UIT DE TEXTIEL-NIJVERHEID.
■Men meldt aan het Ilbl dat de firma
Helderman te Almel het loon harcr
t ntwerkers met 10 heeft verhoogd
m* veertien dagen terugwerkende
kracht.
TE WEINIG GEGADIGDEN.
Voor de betrekking van hoefd der o.
school te Eernewoude (Fr heeft zich
slechts én sollicitant, een onderwijzer
met hoofdacte, aangemeld. Hij is ter be
noeming voorgedragen.
DE GEBOORTEDAG VAN PRINS
WILLEM VAN ORANJE.
Eenigen tijd geleden werd in de pers
gepubliceerd, dat er zich een min of
meer officieele commissie gevormd had
tot viering van het vierde eeuwfeest der
geboorte van Prins Willem van Oranje
op 24 April 1933 on werden verschillende
doeleinden van die commissie gepubli
ceerd, alsmede de namen der leden van
het uitvoerend comité.
Er werd daarbij echter riet vermeld,
dat zich daarnaast en zonder dat het
iets van die plannen wist, een comité
uit de Amsterdamsche burgerij gevormd
hal. van vijfenzestig leden, dat ook dien
herdenkingsdag luisterrijk wilde vieren,
door aan de gemeente Amsterdam een
monumentaal standbeeld van dien prins
aan te bieden of nog liever, als de
financiën het toelieten, tot stichting van
een nationaal- en historisch museum te
Amsterdam over te gaan, betrekking
hebbende op alles wat tot de geschiede
nis van Nederland, van den Nederland-
scken siam en van ons Vorstenhuis be
hoort en waarin dan op imposante wijze
aan de groote figuur van dezen prins,
den stichter onzer onafhankelijkheid en
vader des Vaderlands door een monu
mentaal standbeeld de noodige eer en
hulde zou kunnen worden betoond. Dit
Ratste comité, onder voorzitterschap
•van prof. dr. Brugmans, den bekenden
historicus, had zich op verzoek van den
commissaris der koningin, jhr. mr. dr.
Röell, bescheiden op den achtergrond
gehouden, totdat de doeleinden van de
officieele commissie zouden zijn open
baar gemaakt, en waarin hare majesteit
de koningin was gekend.
Nadat dit gebeurd was, b'eek al heel
spoedig, dat beide comité'? elkaar op
financieel gebied geducht zouden hin
deren, hetgeen in dezen benarden cri
sistijd op schade voor beide zou uitloo-
Pen, zoodat aan weerszijden naar een
fusioneering gestreefd werd.
Na langdurige besprekingen is deze
eindelijk ;:i zekeren zin tot stand geko-
men> op deze voorwaarden:
Het Amsterdamsch comité blijft be
staan, doch zal de uitvoering van het
denkbeeld van een monumentaal stand
beeld of een grootsch Nationaal en His
torisch Museum uitstellen tot een andere
gelegenheid zich voordoet of totdat de
tijden belangrijk beter zullen zijn. Tot
verwezenlijking hiervan, zou het dan
later op den steun van den voorzitter en
de andere leden van de officieele com
missie eventueel kunnen rekenen. Het
officieele comité neemt van het Am
sterdamsche over de denkbeelden tot
het uitgeven van twee series feestpost-
zegels „Oranje, blanje, bleu" en „Histo
rische gebeurtenissen", zooals deze in
hare circulaire omschreven waren en
tot het doen slaan van een gedenkpen
ning bij de firma Begeer te Voorschoten.
Behalve de heeren prof. dr. Brugmans,
notaris Brands, dr. C. P. Gunning, dr.
G. van Noort; prof. dr. ir. Slothouwer en
den heer Ir. Voorham, wien reeds eerder
aan plaats in de officieele commissie
was aangeboden, zullen daarin uit het
Amsterdamsche comité nog overgaan
prof. dr. Burger, prof. dr. Swaen, mr. H.
K. Westendorp, ds. di. Spamany en pa
ter dr. A. J. Wessels S. J„ waarmede dan
de fusie geacht zal worden volkomen te
GEHAVEND BINNENGEKOMEN.
Gistermiddag is de schipper H. Kunst uit
Rotterdam die met een ijzeren tjalkschip op
weg was van Rotterdam naar Leeuwarden
,e Zuiderzee nabij Urk door storm uit het
Westen overvallen, tengevolge waarvan de
zeilen scheurden. Met behulp van den voor
fok slaagde hij er nog in de haven van Lem
mer te bereiken. Het schip had een lading
rogge aan boord.
ERNSTIGE AANRIJDING OP DEN
HAARLEMMERWEG.
Door een dronken chauffeur.
Gistermiddag om kwart voor vijf heeft tus-
schen Sloterdijk en Halfweg een ernstige
aanrijding tusschen twee vrachtauto's plaats
gehad.
Een vrachtauto van Haust's Beschuitfa
briek stond aan den kant van den weg, waar
benzine bijgeladen was. Op het moment, dat
de chauffeur bezig was den motor weer op
gang te brengen, werd de wagen gegrepen
door een uit de richting Halfweg komende
vrachtauto. De botsing was zoo hevig, dat de
auto, die de aanrijding veroorzaakte, dwars
over den weg vloog en opnieuw in botsing
kwam met een uit de richting Amsterdam
komende luxe-auto, die in de flank werd ge
troffen. De wagen van de firma Haust werd
aan de achterzijde geheel ingedrukt. Een in
de cabine naast het stuurrad zittend persoon,
de heer K. uit Amsterdam, kreeg tengevolge
van den hevigen schok een klap tegen het
achterhoofd en geraakte bewusteloos Waar
schijnlijk heeft hij ook inwendige kneuzingen
bekomen. Door den Amsterdamschen G. G.
en. G. D. die spoedig na het ongeval ter
plaatse was, is de heer K. naar een der zie
kenhuizen vervoerd. De chauffeur van den
auto der firma Haust kwam er goed af, even
als de beide inzittenden van den aanrijdende
vrachtauto, waarvan het voorste gedeelte to
taal vernield werd. Deze laatsten, die beiden
onder den invloed van sterken drank bleken
te verkeeren tengevolge van welk eit de
aanrijding werd veroorzaakt gingen on
middellijk toen het ongeval was geschied, op
de vlucht. De bestuurder kon echter door de
Amsterdamsche politie worden achterhaald
en gearresteerd. De man is overgebracht
naar het bureau Admiraal de Ruijterweg. De
personenauto, werd licht beschadigd en de
inzittenden, een heer en een dame bekwamen
geen letsel. De politie heeft beide vrachtauto's
in beslag genomen.
Nader wordt gemeld
Gisteravond is de 18-jarige K., die bij het
auto-ongeval op den Haarlemmerweg bewus
teloos geraakte en verwondingen bekwam, na
bij kennis te zijn gekomen en te zijn behan
deld, naar zijn woning overgebracht
De chauffeur, die de aanrijding veroor
zaakte, de 40-jarige S. E. uit Amsterdam,
verkeerde in staat van dronkenschap en is in
bewaring gehouden.
ROTTERDAMSCH NIEUWSBLAD.
In de algemeene vergadering van aandeel
houders van de N.V. Rotlerdamsch Nieuws
blad van 4 Mei is tot directeur van genoemde
N.V. benoemd de heer mr. J. Kars tot dus
ver onder-directeur.
SCHIPPERSVROUW VERDRONKEN.
Gistermiddag sloeg de 45-jarige mej. N.
W. BeenDen Haaf, de vrouw van den
schipper van het Rijnschip „Terni", dat on
der de Willemsbrug te Rotterdam doorge
sleept werd: en bestemd was voor Mannheim,
overboord. De schipper trachtte haar nog te
redden, doch dit gelukte niet. Tot omstreeks
drie uur heeft de rivierpolitie daarna ge
dregd, doch ook zij heeft het lijk nog niet
kunnen vinden.
DE POLITIE BESTOLEN?
Het politiemannenkoor „Euterpe" heeft
Zondagavond in „Bellevue" te Amsterdam
een uitvoering gegeven, waarvan de ont
vangst ongeveer 1600 bedroeg. De pen
ningmeester, die dit bedrag in ontvangst had
genomen, ontdekte na afloop van de uitvoe
ring, dat hij zijn portefeuille kwijt was. Of
hij haar verloren heeft, of dat zij hem ontsto
len is, moet nog worden opgehelderd. In elk
geval is de man het geld kwijt. De politie
stelt een onderzoek in.
NIEUWE CENTRALE IN BEDRIJF
GESTELD.
Te Amsterdam is de Hoofdstedelijke Cen
trale Noord II in bedrijf gesteld. Het betreft
een uitbreiding met 35000—45000 K. W.
Met het in bedrijf stellen van deze Centra
le Noord II, welk feit gistermiddag met eeni-
ge plechtigheid en in tegenwoordigheid van
verschillende autoriteiten is geschied, is op
nieuw te Amsterdam een machtig stuk inge
nieurswerk tot een goed einde gebracht.
De geheele Centrale Noord, een forsch
gebouwencomplex, getuigt van den groei der
hoofd "tad, de vele rookende schoorsteenen op
deze bouwwerken trekken reeds van verre de
aandacht. Het strekt zich thans uit aan de
Overzijde van het IJ, langs het Johan van
Hasseltkanaal, in de onmiddellijke nabijheid
der Vuilverbranding.
DE ARES.
Bij de Kon. Ned. St. Mij. is bericht ont
vangen, dat de passagiers en de bemanning
met uitzondering van den kapitein, van het
Nederlandsche stoomschip Ares gisteren met
bet Braziliaansche stoomschip Almirante
Alexandrino van Lissabon naar Rotterdam
zijn vertrokken.
De Ares is geheel verloren.
HEEMSKERK?
Ondertrouwd: W. Kuiper en M.
A. Klaver, v. Beverwijk. Joh. Been
tjes en H. Timmermans, v. Amsterdam.
W. P. de Jong v. Assendelft en C. C.
Beentjes. H. Hunnekiak v. Limmen ,en
A. v. d. Kolk.
Getrouwd A. Kuipers en A. C. Al
van Zuidwijkermeer. A. Bleijendaal
en M. Teileman, v. Heemstede. W.
Postema en E. M. Blom, van Velsen.
BBevallen: P. Stengs—Koedijk, z.
A. J. A. JansenHenneman z. N.
J. RijsMulder, z. I. BeentjesBleeker,
dochter.
Overleden: C. Rozenbroek, 62 j.
G. Willems, 81 jaar. L Hoogewerff,
84 jaar. G. Rozing, 51 jaar. N. J,
BQOP, 1 jaafrx
we
en
WINKEL (April).
Geboren Lambertus, zoon van
Hendrik Jan Groenewoud en Alida Vis
ser— Francoise Neeltje dochter van
Christiaan van der Voorde en Louiza de
Pauw. Jacoba dochter van Willem
Boertje en Geertje Hoogenkamp.
Andries zoon van Hendrik van Riesen
en Antje van der Leij. Antje, dochter
van Pieter Kuiper en Antje Kuiper.
Gehuwd: Cornclis Havik en Catoo-
tje Bergen.
Overleden: Andries van Riesra
4 weken zoon van Romraert van Riesen
en Jantje Donker.
OP STAP OP 1 MEI.
Van een wandeling op een der dagen van
April is dit jaar niels kunnen komen, doordat
zich een ongeval had voorgedaan. Doch nu
gaan we in den geest, daar er weer geschre
ven kan worden, op den eersten dag van
bloeimaand weer eens kijken, of de Lente nu
in waarheid gekomen is.
Nauwelijks zijn we ter deure uit, of
gevoelen het al diep, dat frissche lucht
warme zonneschijn de beste medicijnen zijn
voor het aanbrengen van hernieuwde gezond
heid niet alleen, maar ook tot het weder-
keeren van blijheid en vergenoegdheid. We
kunnen het bijna niet laten, ons te gaar men
gen in het koor der vogels, dat amalgama,
helwelk zoo schoon harmonisch klinkt, en
dat zich toch zco moeilijk in de eigen stem
men der gevederde bewoners onzer bosschen
laat ontleden. Doch we vreezen bijna, dat de
harmonie door het geluid van onze harde
stemmen in waarde zou afnemen, waarom
we maar .alleen zwijgend willen luisteren en
rondzien. Want niet alle vogels zingen. Cr
zijn er, die met bekjes vol bouwmateriaal ko
men aanvliegen tot voltooiing r-r nesten, die
straks heerlijke wiegjes zullen vormen voor
het te verwachten kroost. Merels en zang
lijsters zitten al te broeden in net bosch, ter
wijl men in her ruig der weiden de keurige
marmer gekleurde eiertjes vindt van leeuwe
rikken en graspiepers, die daarvoor kunstige
nestkommetjes in den grond hebben weten te
maken.
De eieren van kieviten, scholeksters, grut
to's en andere moerasvogels mogen al niet
meer geraapt worden. Met 28 April was het:
„handen af van deze legsels!" Gelukkig viel
te constateeren, dat de toename van kieviten,
de meest nuttige weidevogels, aanmerkelijk
beter was, dan in eenige voorafgaande jaren.
Als de regeering kon besluiten, dat er na 20
April geen eieren van deze vogels meer ge
zocht en geraapt mochten worden, zou de
toename van deze vogels nog aanmerkelijk
sterker worden,'want er zouden dan veel
minder jonge vogels gedood worden door
seizen en maaimachines. En het kievitseioren-
rapen toch is veel minder bron van inkomsten
voor den arbeidenden stand, als dit vroeger
wel het gevai was.
Aan het groot aantal reizigers (blauwe),
is het wel te zien, dat deze langbeen-en een
goeden winter gehad hebben. Reeds in
Februari keerden ze al weer aan hun broed
plaatsen terug, waar de oude'nesten werden
gerestaureerd en vele nieuwe werden bijge
bouwd, zoodat de kolonies druk bevolkt zijn
op heden en minstens 100 pCt. toename gere
kend kan worden. Als de vroegere valken
jacht nog weer eens in eere hersteld kon
worden en de eerdere jagers (jonkvrouwen
en jonkers) nog eens weer in de Noord-
Hollandsche duinen de jacht op reigers kon
den herhalen, zou er menig hart in gloed ge
raken, om deze vrijwel onschuldige jacht
weer mee te maken. De tegenwoordige duin
bewoners zouden wel heel vreemd opzien en
ophooren, wanneer daar plotseling een gra
felijke jachtstoet verscheen met de gravin
voorop, gezeten op het mooiste ros met den
valk, van een allerfraaist huisje voorzien, ge
zeten op den rechterarm. Teere naampjes en
lekkere hapjes werden door de edelvrouwe
aan den valk toegekend, vooral, wanneer hij
naar den zin van zijn meesteres gewerkt
had.
Keurig en kleurig was zoo'n jachtstoet, ge
volgd door de cagiedragers en de honden
jongens en luide klonken de tonen van de
jachthorens over de duintoppen en door de
pannen en valleien, terwijl ook de jonk
vrouwen dikwijls blijk gaven uitstekend het
edelste paard te kunr.en berijden.
Doch die jachtliefhebberijen en het af
richten van volken, waarover we zeer veel
zouden kunnen mededeelen, zijn al heel lang
voorbij en leven alleen nog in de herinnering
voort.
Wanneer we thans de bosschen doortrek
ken is het nachtegalen-gezang in al zijn
schoonheid te beluisteren, vooral in den vroe
gen morgen, zoo ongeveer van 4 uur tot half
zes. Talrijk zijn dan ook de Woudduiven,
die voortdurend haar geroekoekoe de ruimte
in kirren, terwijl de mooie glanzende Kauwen
met veel bewegingen takken en stokken bijeen
zoeken om er onze schoorsteenen mee te
verstoppen, omdat ze daarbinnen hun nesten
gereed maken voor de 5 groenachtige eieren.
Ook heeft het bosch in de laatste dagen
een passend groen lentekleed aangekregen:
alle boomen zijn nu aan het uitloopen. maar
de wilde kastanje en de lijsterbes, met haar
mooie bladjukken, zijn het verst heen, Dc
brem begint zich geel te kleuren en de ribes
bloeit op haar mooist- En dit alles neemt
eiken dag toe. Ook vhnders, vroege duryers
in verschillende soorten, vliegen reeds rond
en helpen mee aan de voltooiing van het
lentekleed.
In verschillende ondiepe slootjes ziet men
talrijke kikvorschen met de koppen boven
water, te midden van kikkernt vol kleine
zwarte kraaltjes, de eiertjes van de kik
vorschen. Hieruit komen spoedig tc- voor
schijn de joflge kikkertjes, gewoonlijk. dik-
kopjes genoemd Deze diertjes verstrekken
weer andere dieren het voedsel en dat is een
der voornaamste wetten van de Natuur: ge
boren worden, om weer spoedig verorberd te
worden tot instandhouding van hoogere vor
men in diezelfde Natuur.
En zoo is er strijd, overal strijd, zoowel in
de diepte der aarde, als in de lucht, waar my
riaden kleine diertjes leven en elkander het
leven bekampen; en zoo bezit elke golf der
zee milliarden kleine plantjes en diertjes, die
zelfs aan walvisschen en butskoppen tot voed
sel strekken.
We slaan nog even onze blikken in het
rond en we moeten volmondig erkennen:
„Ja, de Lente is nu waarlijk gekomen en wel
ia haar meest passend kleed!" Mogen vele
en blijde menschenlevens zich eenige weken
tusschen al dat schoons ge'ukkig gevoelen!
J. DAALDER Dz.
uit RansflaniB
In de Russische musea.
De revolutie heeft de trage Russische volks
massa wakker geschud en bij haar bslang-
stelling gewekt voor dingen, waarvoor zij
vroeger zeer weinig belangstelling had. In
alle lagen van het volk is nu een verlangen
waarneembaar om te leeren, het wezen der
dingen te doorgronden, het „hoe" en „waar
om" te leeren kennen. Wie maar kans ziet,
gaat naar school, „knaagt het graniet dei-
wetenschap", zooals de tegenwoordige Rus
sische jeugd het noemt. De overigen moeten
zich tevreden stellen met avondcursussen,
schriftelijke cursussen, lezingen enz. Velen
zoeken een antwoord op hun vragen in de
musea, die, ondanks het feit, dat 'de bolsje-
wiki telkens weer groote hoeveelheden kunst
schatten naar het buitenland uitvoeren en
verkoopen, zeer rijk zijn, vooral na de con
fiscatie van alle particuliere verzamelingen
De nussische intellectueelen, die met'zelf
opoffering en zelfverloochening de Russische
kunstschatten beschermen tegen de onweten
de heerschers, gaan dit verlangen van de
musea tegemoet en stellen zich beschikbaar
voor het leiden van de bezoekers, voor het
verschaffen van de noodige inlichtingen enz.
De administratie der musea (het zijn alle
maal Russische intellectueelen, geen bolsje-
wiki) verricht daarbij ontzaglijk veel werk,
meer dan in welk ancier land in de wereld,
slooft zich uit om aan alle verzoeken van be
langstellenden te voldoen, om de schatten
van de musea in werkelijkheid tot een alge
meen bezit te maken.
De groepjes, die een „excursie" naar een
museum maken (zoo luidt de Russische
term), bestaan voor het grootste gedeelte uit
arbeiders, daarnaast uit kantoorbedienden,
huismoedertjes, ambtenaren, studenten, leer
lingen der middelbare scholen, onderwijzers
enz. Elke groep bestaat gewoonlijk uit 25—
30 personen; de musea van de hoofdsteden
worden in den regel eiken dag bezocht door
pl.m. 30 dergelijke groepen. En elke r roep
moet voorzien worden van een leider, die in
staat is de vragen der „excursanten" te be
antwoorden, hun de noodige inlichtingen te
verschaffen. Zulk een leider moet iemand zijn
met een geweldige en veelzijdige eruditie, een
man die naast kunsthistorische ook zuiver
historische, liquistische, kultuurhistorische
e.d. studies heeft gemaakt. En daarbij in
Staat zijn toehoorders vertrouwen in te boeze
men, de overtuiging bij hen wekken, dat hij
geen ander doel nastreeft dan hen voor te
lichten, omdat de Rus,, vooral de Rus uit de
onderste lagen van de bevolking zeer wan
trouwig is en steeds vreest, dat de „heer", de
„geleerde" hem wat voorliegt, hem wat op
de mouw wil spelen. De hetze in de bolsje
wistische bladen tegen alle intellectueelen, het
'beweren dag in dag uit, dat de „intelli-
gentsieja" (de beschaafden) uit verraders en
„knechten van het kapitaal" bestaat, heeft
dat wantrouwen natuurlijk nog sterker ge
maakt. De lezer begrijpt dus, welk een moei
lijk en ondankbaar baantje het is, zulk een
leider te zijn. En wanneer er aan alle musea
geen gebrek is aan personen, die bereid zijn
deze taak te vervullen, dan is dat alleen te
danken aan het grenzenlooze idealisme van
de Russische intelligensieja.
Er zijn verschillende soorten van excur
sies. Sommige groepen komen een enkelen
keer om schilderijen of andere kunstschatten
te bezichtigen, die 'betrekking hebben op een
door hen 'gehoorde lezing, of die besproken
waren in een door hen gevolgden cursus.
Daarnaast zijn er cyclussen van excursies;
dezelfde groep bezoekt dan een bepaald
aantal keeren het museum en bezichtigt een
geheele afdeeling van het museum. En er
zijn groepen, bestaande uit arbeiders, die 10
of nog meer keeren het museum bezoeken en
aandachtig de uiteenzettingen der leiders
aanhooren. De slecht gekleede, ondervoede
mensehen, wier vale gezichten duidelijke spo
ren vertoonen van de ontberingen, welke de
Russische bevolking nu lijdt, met verfoom-
faaide petten in de handen, de voeten in
kapotte schoenen gestoken, kijken met bran
dende oogen naar den leider, luisteren in
spannend naar zijn woorden. Zij doen meer
aan kerkbezoeken denken dan aan een wan
deling door een museum, vertelt een derge
lijke leider.
Wanneer de leider zijn groepje in zulk een
toestand heeft weten te brengen, wanneer
het wantrouwen der toehoorders overwonnen
is, dan is zijn werk in hoogste mate aange
naam en verschaft hem geestelijke voldoe
ning. Maar hoeveel moeite kost het hem dat
te bereiken! Eerst heeft hij strubbelingen met
de baldadigen, die alles willen pakken, die
niets van discipline willen weten. Soms ziei
de leider zich gedwongen de wachters te hulp
roepen om een al te moeilijken klant uit het
museum te verwijderen. Dat doet hij echter
alleen in uitersten nood, omdat een dergelijk
ingrijpen van „de sterke hand" bij de excur
santen een vijandige stemming wekt. Zijn de
baJdajUgep gestemd, dan begint de moeilijk
heid met de komsomollers, die van hun aan
voerders hebben gehoord, dat de godsdienst
„opium voor de massa" is. En nu zien zij
overal schilderijen hangen, voorstellende
Jezus, Maria, de Heilige Familie, de Aposte
len enz. De „atheïsten" prosteeren dan en de
leider moet buitengewoon tactvol zijn, want
een enkel woord is voldoende om van gods
dienstige propaganda of zelfs van „contra
revolutie" te worden beschuldigd. Meestal
lukt het den leider de klippen te omzeilen.
Wie dat niet kan, deugt voor de rol van een
leider in een sovjet-museum niet. Overigens
zijn er bijna in elke groep een paar mensdien,
die het werk van den leider verlichten en
hem helpen de moeilijkheden te overwinnen.
En is de leider zoo ver, dat hij de excursanten
heeft weten te boeien, dan is het pleit gewon
nen.
Een leider van de Ermitage (beroemd mu
seum te Petersburg), aan wiens mededeeliri-
gen wij het een en ander hebben ontleend,
vertelt, dat hij vaak in het museum arbeiders
ontmoet heeft, zijn vroegere excursanten,
zijn gewezen toehoorders die nu zelf de rol
van leider speelden en hun kameraden of
familieleden vertelden, wat zij van den leideT
vernomen hadden. Dat geeft den leider vol.
doening. Voldoening geeft ook de dankbaar
heid der excursanten, die bij het verlaten van
het museum in ontroerende woorden voor het
genotene danken.
De bolsjewistische overheid is weinig met
deze excursies ingenomen, bevreesd als zij is,
dat de leiders daarbij den excursanten wel
licht dingen vertellen, die in strijd zijn met de
leer van Lenin en van den communistischen
catechismus. Er worden pogingen gedaan
elke groep van een communistisch „tekstuit
legger" te voorzien, maar in den regel loo-
pen deze pogingen op een mislukking uit.
Eenvoudiger is het bij elke groep een agent
van de G.P.Oe in te deelen.
De bovengenoemde leider van de Ermitage,
die naar het buitenland wist te vluchten, ver
telt het volgende geval: Eens heeft een stu
dentje tijdens een excursie door de Ermitage
een schetsje gemaakt naar een Madonna van
Raphael. De agent van de G.P.Oe., die de
groep „begeleidde", zag dat, wierp zich op
het meisie en rukte het papiertje uit haar
handen. Het meisje begon te huilen en smeek
te, het schetstje terug te mogen krijgen. De
G.P.Oe.-man zei: „Ik weet wel, waarvoor je
het nocdig hebt: je wilt kerkelijke propagan
da volgen. Hoe heet je?"
De leider greep in en nam het meisje in
bescherming. Hij riep de hulp van den ver
tegenwoordiger van de directie in en ten
slotte kreeg het studentje haar schetsje te
rug. Een ander geval uit de practijk van den-
zelfden leider: Na afloop van de excursie
schreef de communistische organisator van
de groep in het officieele stuk, dat na elke
excursie opgesteld moet worden, het volgen
de: „De leider is goed, maar tot mijn spijt
wist hij niet hoe de economische basis van
de treurige uitdrukking van de Madonna
uiteengezet moet worden!"
Ten sloite besloot de „Politproswjet"
(communistisch lichaam dat de politieke
„voorlichting", in communistischen geest
natuurlijk, der masa moet leiden) in te grij
pen en de excursies tot een middel voor com
munistische en atheïstische propaganda te
maken. In de Ermitage, het belangrijkste
Russische museum, is dat reeds gedeeltelijk
doorgevoerd. Alle kunstschatten zijn nu ver
plaatst, zij staan en hangen nu niet in de
chronologische volgorde maar zóó dat zij
het makkelijkst voor de propagandistische
doeleinden kunnen gebruikt worden. Voor
hetzelfde doel heeft de olitproswjet in de
Egyptische afdeeling naast echte papyri na-
piertjes laten neerleggen met uit populaire
en atheïstische boeken ontleende teekeningen
(en dat in de Ermitage!) die dienst
kunnen doen bij antigodsdienstige toe
lichtingen. Tegelijkertijd kweekt de Polit
proswjet „leiders" uit de komsomolers. Wel
ken onzin deze onwetende „voorlichters" hun
excursanten verkoopen, is niet moeilijk te be
grijpen. Gelukkig stuiten deze „leiders" op
verzet van den kant van de excursanten zelf,
die een „echten leider" verlangen.
Ondanks alle tegenwerking van de bolsje
wistische machthebbers nemen de excursies
onder leiding van intellectueelen en deskun
digen steeds toe. Deze leiders hebben het
vertrouwen van de massa gewonnen. Het is
nu zelfs zoo ver gekomen, dat de excursan
ten, ondanks het verzet van de bolsjewiki,
eischen, dat een bepaalde leider voorlichtin
gen verschaft.
Bij het zeer lage peil van de bolsjewisti
sche middelbare school en bij het slechte
onderwijs aan de hcoge scholen spelen deze
excursies de rol van een soort aanvullend
onderwijs. De excursanten komen op deze
wijze ten minste iets te weten uit de wereld
geschiedenis (aan de sovjetscholen wordt
geen geschiedenis onderwezen, wel geschie
denis der revoluties). Hoe groot de onwe
tendheid van de sovjet-studenten op histori
sche gebied is, bewijst de volgende mede-
deeling van den bovengenoemden leider van
de Ermitage. Hij vroeg eens bij een bezoek
aan de oudheden van de Hellenistische pe
riode, na welke tochten de Hellenistische
periode was begonnen. En de excursanten,
allen studenten van de Polytechnische Hoo-
geschool, antwoordden zelfbewust: „Na
deze kruistochten!"
Een andere groep bezichtigde eens in de
vroegere troonzaal de ridders te paard en
verzocht den leider de Latijnsche spreuk, ge
borduurd op het tuig van 'een der paarden,
te vertalen (aan de sovjetscholen worden nu
in het geheel geen oude talen onderwezen).
Zij waren verbaasd, toen de leider zei: „Wie
niet werkt, zal ook niet eten". Hun verba
zing steeg ten top, toen de leider hun vertel
de, dat deze woorden aan apostel Paulus be
hoorden en niet aan Lenin, dat Lenin een
oude spreuk gebruikte. De jongelui wilden
het niet gelooven, beschuldigden den leider
van „contra-revolutie" e.d. Toen toonde de
leider hun deze uitdrukking van Paulus in
eenige oude boeken. De jongelui moesten
zich gewonnen geven, maar waren ten zeer
ste getroffen door deze ontdekking.
Zwaar en gevaarlijk is het werk van deze
leiders, maar zij vervullen een goed en noo-
dig werk en dat sterkt hen. Nu en dan komen
bolsjewiki met buitenlandsche bezoekers en
maken hen wijs, dat al die excursies enz. het
werk der bolsjewiki is, en de leiders moeten
die leugejis zwügend aanhooren en in stilte
m&y Tfr BPRIS RAPTSCHJNSp