en
afitanJ lort
NU
OF NOOIT!
DE PAGODE
Fl. 257.50
miniMfstht Eouranl.
PHILIPS
RADIOTOESTEL 2634
Hondird drie en dertigste Jaargang,
Dinsdag '20 Mei.
Radioprogramma
FEUILLETON.
HELDEN EN HELDINNEN IN DE
WESTERSCHE SNEEUWSTORM
VAN MAART, 27, 1931.
Fl. 50.- PREMIE OP BETERS
NIET-BURENSTORENDE
ONTVANGST
1 JUNI BLIJFT DE
PRIJS VAN PHILIPS'
2634 ONVER-
LAAGD Fl. 257.50
Nog slechts een paar
dagen hebt U gelegen-
heidf Fl. 50.- te ontvangen
Toestel* en Luidspreker inéén
(Wordt .vervolgd).
No. 121 1931
r Woensdag 27 Mei.
Hilversum, 298 M. 8.Gramofoonplaten.
9 30 Orgelspel door Joh. Jong. 10.— (V.P.
R.0.) Morgenwijding. 10.15 P. J. Kers:
„Onze keuken". 11.Gramofoonpl. 11.05
jbr. D. J. van Lennep: „Beroepskeuze" in
het algemeen". 11.35 Gramofoonpl. 12.
Concert door het V.A.R.A.-septet onder lei
ding van Is. Éyl en gramofoonplaten. 2.15
Gramofoonplaten. 2.25 Vrouwenuurtje. 3.15
Gramofoonplaten. 3.20 S. de la Bella: Con
structieve Arbeid". 3.35 Maak het zelf door
C SchaakeVerkozen. 4.25 Gramofoonpl.
4 30 Kinderuurtje. 6.— Mandolinecursus
door J. B. Kok. 7.— Dr. J. v. d. Spek: „Erfe
lijkheid en verantwoordelijkheid. 7.30 Con
cert. Cor Kint, viola d'amore. Joh. Jong,
piano. 8.— Concert door het V.A.R.A.-Orkest
onder leiding van Hugo de Groot. Solist
Bram Blez, hobo. 8.45 Hoorspel „Ik heb een
inensch gedood" van M. Rostand door het
■N.V. Vereen. Rotterd. Hofstad Tooneel o. 1.
v C. v. d. Lugt. 10.05 Vaz Dias. 10.15
Slot concert. 11.Gramofoonplaten.
Huizen, 1875 M. (Uitsluitend N.C.R.V.)
(Uitsluitend N.C.R.V.) 8.Schriftlezing.
8.159.30 Gramofoonplaten. 10.3011.
Ziekendienst. 11.12.Concert. M. F. Jur-
jaanz, harmonium. Mej. C. de Jager, so
praan en mevr. D.Mijnhout, alt. 12.
Politieberichten. 12.15 Gramofoonpl. 12.30
2.Concert. H. Hermann, viool. P. v. d.
Hurk, fluit. M. Rood, fagot. Mej. L. Lauen-
roth, piano en harmonium. 2.5.Uitz. v.
d. Middagvergadering v. d. 13den Bondsdag
v. d. Bond v. Meisjesvereen op Geref Grond
slag in Needrland, vanuit Tivoli te Utrecht.
5_6.Kinderuurtje. 6.6.30 H. Pilon:
„Zwamziekte in onz entuin". 6.307.Ds
'P. Kuylman: „Het Indische Boefje". 7.30
Politieber. 7.4-5 Gramofoonplaten. 8.9.
Concert. Chr. Mannenkoor „Kunst naar
Kracht" o. 1. v. H. J. Keman Jr. 9.9.30
Ds. A. G. Barkey Wolf: „Annètje Craets"
uit de Klop op de Deur" van Ina Boudier
Bakker. 9.30—10 30 Orgelconcer S. P. Vis
ser. 10.30 Vaz Dias. 10.4011.30 Gramo
foonplaten.
Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing. 12 20 Gramofoonplaten 1.05
Orgelspel door W. S. Vale 1.502.50 Or
kestconcert. 3.50 Orkestconcert. Margaret
Albu, piano. 5.05 Orgelspel door Reginald
'New. 5.35 Kinderuurtje 6.35 Kinderuurtje.
6 35 Berichten. 7.Fluit-recital door René
'le Roy. 7.20 Lezing. 7.45 Lezing. 8.05 Con
cert. Robert Murchie, fluit. Fred. Thurston,
klarinet. Orkest. 9.20 Berichten. 9.35 Berich
ten. 9.40 Toespraak door den Prins van
iWales. 9.55 Kamermuziek. A. Catterall,
viool. V. HelyHutchinson, piano. 10.50
Derde acte uit „Lohengrin" van Rich. Wag-
ner. 11.5012.20 Dansmuziek.
Parijs, 1725 M. 8.05, 12.50, 1.25 en 6.20
Gramofoonplaten. 9.05 Tooneel. Gezelschap
Colin. 9.50 Gramofoonplaten.
Brussel, 508 M. 5.20 Dansmuziek. 6.05
Gramofoonplaten. 6.35 Causerie. 6.50 Gra
mofoonplaten. 7.35 Causerie. 8.20 Piano- en
vioolconcert. 8.40 Mi'itaire muziek. 9.05 „La
farce du cuvier" radiotooneel. 9.20 Concert.
338 M.: 5.20 Gramofoonplaten. 6.35 Cause
rie. 6.50 Gramofoonpl. 7.35 Lezing. 7.50
Berichten. 8.20 Gramofoonplaten. 9.25 Ka
mermuziek. Kwintet en kwartet van Brussel
10.20 Nieuwsberichten.
Langenberg, 473 M. 7.258.20 Gramo
foonplaten. 11.—11.20 Gramofoonpl. 11.35
12.15 Gramofoonplaten. 12.20 Gramo
foonplaten. 1.25—2.50 Orkestconcert. 5.20—
6 20 Concert. 8.20—9.— Orkestconcert. 9.05
Orkestconcert envoordracht. 10.20 Berich
ten. Daarna tot 11.50 Orkestconcert. 1150
—12.20 Dansmuziek.
Kalundborg, 1153 M. 12.20-2.20 Orkest-
concetr. 3.30—5.30 Orkestconcert en voor
dracht. 6.10—6.40 Gramofoonplaten 8.20
9.20 Orkestconcert. 9.4010.25 Koor- en or
kestconcert. 10.40—11.20 Orkestconcert.
Zeesen, 1635 M. 7.— Gramofoonplaten
0.5012.20 Lezingen. 12.20 Gramofoonpl
1.15—2.20 Berichten. 2.20—3.05 Gramo
foonplaten. 3.05—4.50 Lezingen. 4.50—5.50
Concert 5.50—8.20 Lezingen. 8.20 Orkest
concert. 9.50 Lezing en berichten. Daarna
tot 12.50 Dansmuziek.
RADIO-ZENDER MET EEN ZIJBAND.
Afstemming van het ontvangtoestel
Men meldt aan het Hbl.:
Een nieuw systeem -voor kortegolf-radio-
felefonie, genaamd „het één-zijbanc
systeem", welks werking gedemonstreerd is
in den nacht van 20 op 21 Mei 1931 op het
radio-station van de Fransche firma „Le
Matériel Téléphonique" te Trappes bij Pa
rijs, heeft de vooruitzichten geopend op het
tot stand komen van lange afstandsradiotele-
fonie, even betrouwbaar door dp absolute af
wezigheid van „sluiering", luchtstoringen en
interferentie door andere stations als onze
huidige telefonie langs draad en kabel.
De radiotechnici der geheele wereld hebben
reeds gedurende eenige jaren gezocht naar
middelen voor een practische oplossing van
het één-zijband systeem voor kortegolftelefo-
nie, want de voordeden hiervan zijn reeds
lang bij de langegolf-radio- en draadverbin
ding bekend.
Het één-zijband systeem berust op het feit,
dat slechts een gedeelte van de uitgezonden
radio-golf essentieel is voor een volmaakte
ontvangst, mits daarbij de ontvanger precies
afgkestemd blijft op het zendende station.
Het was het constant houden van de afstem
ming op frequenties van 18.000.000 per sec.
wat tot voor eenige weken de onoverkomelijke
moeilijkheid bleek te zijn. Het geheim van de
oplossing is nu het bezigen van een zwakke
„stuurgolf", die enkel en alleen wordt uitge
zonden om den ontvanger in de juiste af
stemming te houden.
Talrijk en belangrijk zijn de voordeelen
van het toepassen van een zijband, zoo is
b.v. slechts een zesde van de normaal ver-
eischte zenderenergie noodig, Practisch be-
teekent dit, dat eenzelfde zender door het toe
passen van dit systeem zesmaal zoo effectief
wordt, waardoor verbinding tot stand kan
worden gehouden onder omstandigheden
waaronder dit nu onmogelijk is.
HET ONTSLAG VAN MR. VAN DOORNE
ALS BESTUURSLID VAN DE A. V. R. O.
Op verzoek van het hoofdbestuur van het
genootschap „Vrij Nederland" en van mr.
Van Doorne heeft zich een eereraad ge
vormd, bestaande uit de heeren prof. mr.&C.
W. Star Busmann, hoogleeraar aan de rijks
universiteit te Utrecht, prof. mr. J. A. Elge-
man, hoogleeraar aan de H. Krijgsschool te
's-Gravenhage, en prof. mr. H. R. Ribbius,
hoogleeraar aan de H. Handelsschool te
Rotterdam, die het bekende conflict mr. van
DoorneA.V.R.O. bestuur zal onderzoeken.
Het genootschapsbestuur en mr. v. Doorne
hebben resp. aangezocht prof. Star Busmann
en prof. Eigeman, die in gezamenlijk overleg
als -derde prof. Ribbius hebben uitgenoodigd.
Aan den eereraad is verzocht te willen onder
zoeken
A. Of het royement van mr. Van Doorne
en zijn ontslag als bestuurslid van de A. V.
R. O. op regelmatige wijze heeft plaats ge
vonden;
B: Of de door en vanwege het A.V.R.O.-
bestuur gepubliceerde beschuldigen tegen
mr. Van Doorne geuit, waarop zijn royement
en ontslag gebaseerd zijn, gerechtvaardigd
zijn.
Door MARJ0R1E BOWEN.
Geautoriseerde vertaling uit het Engelsch
door C. E GUYE.
60
Aladame de Bellegarde zelf wist dit niet;
alle gevoel was dood in haar, zij voelde zich
zooals zij er uitzag een geraamte van een
vrouw.
Toen het concert voorbij was en de muzi
kanten hun boeken sloten en hun lessenaars
dicht vouwden, voelde zij dat haar leven
voorbij was met 't concert, dat alle melodieën,
die haar ooit verheugd hadden, voor de laat
ste maal gespeeld en weggesloten waren in
dichte boeken.
Wat zij gedaan had was moeilijk geweest,
maar zij had het ten einde gebracht. De
vraag was hoe verder te leven nu het gedaan
was?
Het concert was voorbij.
Een kilte daalde over den nacht; een plot
selinge windvlaag woei naar binnen door de
open ramen. Voor madame de Bellegarde
rook de lucht naar verval en herstelijk ver
welken tot dorre wintersche droefgeestig
heid.
Zij keek naar Carless en Robinetta, gezeten
zij aan zij, hij pratende met Farryner, zij
met miss Stalling en zij, de jonge beminden,
leken haar toe als haarzelf en haar man, ge-
zie" va« een verren afstand: zii trachtte hen
door E. KIEFT.
De heer E. Kieft, vroeger wonende in
de Egmondermeer, thans reeds 20 jaar
in Amerika verblijvend, zond ons dezer
dagen een beschrijving van het drama
in de sneeuw, waarvan wij onlangs
reeds in onze courant melding hebben
gemaakt.
Ter wille van de treffende beschrijving
willen wij aan hetgeen de heer Kieft ons
thans toezond nog gaarne een afzonder
lijk plaatsje verleenen.
Te midden van een wereld van lief en
leed is het een ware verfrissching als de
n euwsbladen zoo nu en dan iets anders
te vermelden hebben dan ellende, mis
daad en schandaal.
Op den 27sten Maart hebben we hier
in Amerika een der hevigste sneeuw
stormen gehad in veertig jaar, volgens
de berichten van het weerbureau.
De storm begon zoo ongevc-, om ne
gen uur in den morgen en duurde bijna
twee dagen in sommige westersche sta
ten.
Gedurende het loeien van dezen gewel
digen storm die met bittere koude ge
paard ging, werd er in Colorado een on
geëvenaard drama afgespeeld in het
werkelijke leven van een groep van twin
tig schoolkinderen, tusschen zes en
veertien jaar oud. Geen drama werd er
ooit in de fantastische en romantische
verhalen van een dramatist weergege
ven, dat vergeleken kan worden met het
werkelijke drama dat meer dan dertig
uur duurde in een schoolautobus, die
onklaar en gedeeltelijk van den weg af
geraakt was omdat de verblindende
st-rm alle vervoer onmogelijk maakte
Spoorwegverkeer was na den storm voor
verscheidene dagen onderbroken alsook
het telefoonverkeer.
Vijf van de twintig kinderen verloren
het leven en ook de chauffeur Karei
Miller (29 jaar oud). De laatste was voor
hulp uitgegaan en omgekomen nadat hij
de kinderen gedurende den kouden
avond en nacht in beweging en wakker
had gehouden om doodvriezen te voor
komen.
Hoe het mogelijk is dat niet alle kin
deren zijn omgekomen gedurende dezen
langen tijd, zonder voedsel in zoo'n ge
weldige kou, is te danken aan de hel
denmoed der jongens en meisjes, die zich
allen als helden en heldinnen gedroegen.
Verder volgens verklaring der overge
bleven kinderen aan de buitengewone
zelfopoffering en karaktergrootheid van
den 13-jarigen jongen Bryan Untiedt,
die heden o?er geheel Amerika en bui
ten Amerika door het publiek als de
held der helden beschouwd wordt en
overladen wordt met eerbewijzen. Hij
zelf lag voor weken in het ziekenhuis
omdat zijne handen en voeten ernstig
bevroren waren. Hij en de andere kinde
ren werden in het critieke uur, waarin
de laatste hoop op redding bijna was
ongegeven, gered door zijn vader en P.
H. Stonebraker, die dag en nacht met
bovenmenschelijke inspanning en angst
gevochten i adden tegen wind, sneeuw
en ijs.
De jonge held Untiedt heeft zelfs een
uimoodiging van den president ontvan-
beiden lief te hebben, maar het was een zwak
gevoel. Zij scheen niet in staat iets te voelen
behalve dat zij oud en nutteloos was.
Zij kon zich niet herinneren welke muziek
er gespeeld was, noch wat zij tot Timothy
Carless had gezegd in het donker buiten de
ramen. Het geheel der gebeurtenissen van
den avond was vervaagd, als een droom van
smart die met den dageraad vervliegt, slechts
een gewaarwording achterlatende van verlies
en afgrijzen in den opgeschrikten slaper, die
door leed is ontwaakt tot een angstige be
wustwording van tot dusver ongekende smar
ten.
HOOFDSTUK IV.
De vier oude musici, de pruikenmaker die
Robisetta's krullen had opgemaakt, de mo-
diste die de Louis XV japon pasklaar had ge
maakt, het zijden keurslijf had geregen, de
met diamantpoeier bestrooide strooken en de
krotten glanzend licht had geschikt, waren
allen vertrokken. En miss Stalling had den
koffer van het meisje en haar eigen gesloten
en de labels met een bevende hand geschre
ven.
Het was nog vroeg, een treurige en regen
achtige morgen, de rivier was vaag zicht
baar in een gesluierd landschap, want een
koude mist vervulde de vallei en veegde de
teere horizonten weg.
Miss Stalling, geschokt maar dapper,
ging naar madme de Bellegarde's vertrekken
en werd toegelaten door een meisje, dat mei
leedwèzen zeide, dat madame zeer vermoeid
was na een slechten, slapeloozeu nacht.
Madame 'was echter tot rust gejepwen en
voor Uw oude, niet selectieve
en storende, doch nog function»
neerende 3- of meerlamps toe
stel, bij aankoop van een Philips
Radiotoestel 2634.
U kunt deze Fl. 50.- ook gebruiken
als eerste termijn, wanneer U het
toestel op gemakkelijke betalings
voorwaarden wilt koopen.
dronk koffie in haar salon.
Dicht achter haar, aan den met satijn be-
kleeden wand, hing het miniatuur van wijlen
den hertog Ruzè de Bellegarde; het treffen
de, levendige gelaat, het eenige portret daar,
bracht beslist een andere persoonlijkheid in
de kamer.
Madame de Bellegarde stak haar hand uit.
lik wilde graag dat je kwam. Ik wilde
graag eens met je praten.
U veroordeelt mij, zeide miss Stalling
ellendig. U haat mij, geloof ik, van nu af.
Madame de Bellegarde keek verbijsterd.
Omdat ik dat meisje hier gebracht heb,
voegde miss Stalling erbij, want alles, waar
op zij hadden gezinspeeld, wat zij hadden
ontweken, vermeden en niet hadden geweten,
moest nu open zijn tusschen hen.
Daar heb ik ooit aan gedacht, glim
lachte madame de Bellegarde oprecht.
U gaf hem gisteravond op, beschuldig
de miss Stalling, bijna ruw. U gaf hem op
voor haar.
Madame de Beliegarde keek haar helder en
vast aan.
Ik weet nauwelijks wat er gisteravond
gebeurd is, ik weet niet volkomen wat ik zei-
de Wat ik deed. Hij wilde mij ten huwelijk
vragen omdat hij dacht dat ik dit verwachtte.
Op een of andere manier voorkwam ik dit.
U vertelde hem dat u niet om hem gaf?
Hoe kon u dat doen?
Het was meer dan dat. Ik moest het op
slinksehe wijze doen. Ik geloof dat ik hem
vertelde, dat ik hem hier had gevraagd om
Robinetta te ontmoeten en dat ik altijd
uiijja man heb liefgehad.
gen om eenige dagen in Washington te
komen logeeren, waai hem het bed,
waarop de vermaarde vlieger Lindbergh
sliep, tijdens zijn verblijf aldaar, als lo
geerbed is aangeboden.
Bryan Untiedt kan het tot dusverre
maar niet begrijpen waarom hem al deze
eer aangedaan wordt. Hij zegt, „ik be
grijp niet dat de anderen, die niet omge
komen zijn, niet met me mede kunnen
gaan naar Washington, doch ik veron
derstel dat er misschien geen plaats voor
ons allen is".
Hij verklaarde dat sommigen der kin
deren en vooral sommigen der oudere
meisjes, die den dood ontkwamen, zich
niet minder goed verweerd hadden dan
hij in volharding en zelfopoffering voor
het behoud van de levens der jongere
kinderen.
Zijn verhaal aan de Denver Post
brengt dat duidelijk aan het licht.
Meer en meer sneeuw kwam er lang
zamerhand in de bus, vertelde hij. De
kinderen begonnen te schreien van
angst. Om vier uur ging ons vuurtje uit.
Kinderen blijf in beweging er. loop en
stamp zooveel als ge kunt, zei Karei de
chauffeur. Karei had geen lucifer meer.
Later bleek echter dat er nog een weinig
vuur was overgebleven.
Bryan vervolgde met te vertellen dat
sommigen der oudere meisjes alle macht
in het werk stelden om den moed er in te
houden. Alice Huffacker was de leidster
in dit werk. Weinige klachten kwamen
van haar, zij bleef behulpzaam en opge
ruimd tot het uiterste. Een ding is zeker
dat we hier niet zoo gemakkelijk ver
suffen, was een harer grappige uitingen.
Zij Eunice Frost en Rosemary Brown
bleven maar geregeld aan het raadsels
vragen en grappen verkoopen zoolang
hun levenskrachten het toelieten.
Ik geloof niet dat we het uit kunnen
houden gedurende den nacht, was de
gedachte van Karei. „Zie eens" fluister
de hij tot mij en keek naar de sneeuw in
het achtereind van de bus. Doch wan
neer een der kleine kinderen hem iets
vroeg, gaf hij steecis een bemoedigend
antwoord. IU deed llerfei pogingen
om een vuurtje aan te houden in een
eetketel. Zoo af en toe flikkerde het
even op.
De eenige brandstof die we hadden
waren spaanders, die Karei hakte met
behulp van zijn zakmes. Doch hij kon
slechts weinig hout los snijden van de
banken der bus. Daarna werden de kus
sens der banken opengesneden en ge
tracht om de vulling te verbranden.
Vervolgens vroeg Karei of hij mijn ge
leend boek mocht nemen om het vuurtje
wakker te houden, wat ik gaarne toe
stond. Mijn plan was om Gerald, van
wien ik het geleend had, een ander te
koopen. In geval van nood moet men er
wel alles aan wagen. Het duurde echter
niet lang en ook het boek was door het
vuurtje verteerd. Daarna ging het voor
goed uit omdat er geen brandstof meer
was.
Karei riep uit: „Blijf in beweging kin
deren, anders bevriezen jullie. Vlug op".
Daarna sprong en danste ieder tot hij
niet meer kon.
„Ga nu op een hoopje" was het volgen
de commando van Karei.
En zoo pasten we deze methode van
warmhouden gedurende den nacht toe.
„Blijf wakker, anders vries je dood",
was de geregelde waarschuwing van
Karei.
Het was moeilijk om wakker te blijven
en nog moeilijker om de driftende
sneeuw te ontwijken.
Vroeg in den morgen deden we aller
lei pogingen om onze brood en koffie-
keteltjes op te sporen onder de zitplaat
sen. Doch het was niet mogelijk, alles
was vastgevroren.
De storm was nu een weinig kalmer
geworden, doch niet genoeg om eenig
goed te kunnen doen voor ons. Karei
werd een weinig wanhopig en het was
geen wonder. Hij noch ik hadden 'n jas
aan. Hij had haast geen ruimte om zich
in beweging te houden. Hij droeg tevens
zoo'n geweldige verantwoordelijkheid
op zijn schouders.
„O, God, dit is geweldig, dit is gewel
dig, het is verschrikkelijk! O, God help
ons! O, o, Heere het isen hij stopte
en staarde in de sneeuw.
Een ieder begon te bidden, sommigen
Miss Stalling was verbijsterd door de vol
komenheid van die overgave; zij barstte uit
in wat zij wist dat ijdele verwijten waren.
Waarom deed u dat? Ik verzeker u dat
u het s, aan wie hij per slot de voorkeur
geeft. Robinetta zal kansen krijgen bij hoop
jes het was maar een fantasie van haar
kant.
Het kan zijn. Ik heb daaraan gedacht.
Ik heb gedacht zeer waarschijnlijk komt
zij er overheen, meisjes doen dat, veronder
stel ik. Maar zou het niet zijn om medelijden
mee te hebben, als zij het deed? En kansen?
Zijn er zoovele voor voor meisjes als Robi
netta. Niet kansen van mannen als Timothy.
Hij zal haar leven erg prettig maken
Gelooft u dat hij haar zal trouwen?
stamelde miss Stalling.
Ja, zeide madame de Bellegarde rustig.
Hij heeft haar lief. Hij verried zich gister
avond geheel, arme Timothy. Ik zag zijn ge
laat toen hij begreep dat ik hem vrij maakte.
Het is voor mij een uitkomst geweest. Onder
stel dat ik met hem getrouwd was en dien
blik had gezien dien hij gisteravond op Robi
netta wierp
Ik weet niet hoe u over dit alles zóó
kunt spreken
Ik ook niet. Maar ge hebt alles van het
begin af geweten en het lijkt natuurlijk dat ik
met je spreek
Maar ik kan het moeilijk verdragen!
Doet het je leed om mij? vroeg madame
de Bellegarde als verwonderd. Maar ver
wachtte je niet dat ik dit zou doen? Geloofde
je dat ik mij zou gedragen als een harde, be
geerde vrouw? Wie had (Jat kugnen doei}
schreiden, terwijl anderen hun best de
den hem op te beuren.
„Indien we iets te eten h -dden, zou er
kans zijn te leven", zeide Karei. Nadat
hij de levensgeesten van eenige der ster
vende kinderen, door wrijven en mas-
seeren weer wat opgewekt had, besloot
Karei om te vertrekken. Hij zei: ik moet
hulp halen, ik kan zoo ongeveer tien
kilometer maken met dezen wind en
hoop 'n huis te vinden binnen dezen af
stand.
Velen onzer verzochten hem om niet
te gaan. „Gij zult zeker dood vriezen"
zeiden we tot hem. „Gij zult uw weg
verliezen, ga niet Karei".
Het hielp allemaal niets, hij had zijn
besluit genomen.
„Neen, ik ga", was zijn eenvoudig en
kalm antwoord. Daarna gaven we hem
zijn jas, die hij tot dusveri e voor de kin
deren gebruikt had. We venscliten hem
nog meer bedekking te geven, doch hij
wilde niet luisteren en ging naar de
deur, opende-deze en ging uit de bus.
Voor het sluiten sprak hij zijn laatste
woordei. „Het is een zware taak, ik zal
mijn best doen, Goeden dag en het beste,
kinderen, God zegene U. Hoop en bid
voor hulp en God zal U helpen. Ik weet
Hij wil".
„En Bryan" sprak hij tot mij: „wan
neer ik vertrek, neem jij de verantwoor
ding van de schoolbus. Houdt de kinde
ren warm tot hulp komt. Indien ik je
niet meer zie, vaarwel".
Het doode lichaam van Karei Miller,
wiens dochtertje ook omkwam door het
zware lijden in de schoolbus, werd later
gevonden op vijf kilometer afstand van
de meest nabijgelegen boerenwoning.
De reputatie van Bryan Untiedt als
een groote held, kwam door de zelfopof
fering, zijn eigen kleeren tot het hoogst
noodige uit te trekken om zijn kleine
broertje Arlo voor doodvriezen te be
schermen en tevens zijn betoonde moed
en volharding, waarmee hij de kinderen
zooveel mogelijk in beweging hield tot
dat hulp opdaagde. Doch hij wil van zijn
goede daden niet hooren en vervolgde:
De uren rolden voort. Onze levenskrach
ten werden minder en het einde naderde
met rasse schreden. Een ieder van ons
werkte zoo lang als de krachten het toe-
li Hen. Ik probeerde om zooveel mogelijk
te handelen, zooals ik dacht dat mijn va
der zou doen in mijn pdaats. Hij is even
kalm en berekend voor een zware taak
als men iemand vinden kan.
Om twee uur in den namiddag maakte
ik 'n plan om tegen den wind in naar de
school terug te gaan, doch na enkele
meters gegaan te zijn keerde ik weder
tei ug. Het was te erg voor mij.
Eenigen tijd later, de storm werd een
weinig minder, trachtte ik weer eens te
gaan. Dezen keer ging Karei Huffaker
met mij mee, doch ouk nu moesten we
na honderd meter weer terug keeren.
Daarna gingen we de stervenden weer
helpen, totdat een ieder bijna uitgeput
was.
Op eenmaal scheen het ons toe dat we
het schoolhuis konden zien. Alice Huf
facker in tranen van blijdschap riep uit
tot hare vriendin: „Kom Rosemary, laat
ons er naar toe gaan, doch helaas het
waren luchtkasteelen en visioenen.
Om half vier hoorden we een geklin
gel. We dachten het was het geluid van
de kettingen van een reddingswagen,
doch ook dit was een valsche klank. We
begonnen weer bij elkaar op een hoopje
te kruipen. Bob Brown was zeer zwak.
Louise Stonebraker lag in de sneeuw,
in het achtereinde der bus. Wij
konden haar niet bewegen. Plotseling
opende ze hare oogen en stierf. „O, kin
deren, zij is dood", riep Rosemary. „Bob
is ook dood", zei een ander aalmweg.
„Ik wil hem niet laten sterven", jam
merde Rosemary en schreide bitter.
Opnieuw probeerden we om wat van
het bevroren voedsel dat onder de ban
ken was, los te werken, doch het lukte
niet, (Slot volgt).
Timothy vasthouden in zijn eigen fanta
sie terwijl terwijl zij daar zoo aar
dig en zacht was! O! voegde de vrouw er
hartstochtelijk bij, ziet ge niet dat zij elkan
der liefhebben en dat hij mij nooit heeft
liefgehad?
Dat deed hij wel, hield miss Stalling vol
met koppig hartzeer, hij deed het, ik geloof
dat hij het nu doet
Neen, dat gelooft ge niet. Ge hebt hen
dagen lang gade geslagen. Evenals ik. Zij
volkomen argeloos hij ertegen worstelende
en ik die haar moeder had behooren te
zijn, niet haar mededingster! Dat was de on
rust in de atmosfeer, die alles bedierf.
U is te fantastisch, dat is u altijd ge
weest.
Ik kan ook scherpzinnig zijn. Ik ben
hier niet fantastisch geweest. Ik zag alles
volkomen duidelijk. Als ik hem had getrouwd,
zou er een dag gekomen zijn, dat ik had moe
ten zien. Ik zal vijftig zijn voordat hij vijl
en dertig is.
U is mooi, wonderlijk mooi; hoe kunt u
zoo onmenschelijk zijn tegenover u zelf?
Vrouwen als u worden niet oud
Er zijn zooveel van die aardige drog
redenen, glimlachte madame de Bellegarde.
En met al onze bedriegerijtjes en al onze
voorwendsels. wat zijn we anders dan
precies onze leeftijd?
Maar miss Stalling zette met bloedend
hart haar krachtig protest voort.
U is ziekelijk U is fantastisch, u
heeft uw geluk weggeworpen voor heelemaaj
niets! heelemaal niets!