'Mt i Waarom noodeloos dag in, dag uit aan doffe, onophoudelijke rugpijn lijden met scherpe, stekende pijn bij bukken of zich oprichten? Waar- ioin die ellendige last van urine- ikwalen, hoofdpijn en duizeligheid? Deze kwalen wijzen maar al te vaak lop nierzwakte, waardoor urinezuur ten andere schad3Üjk" onzuiverheden Sin het bloed achterblijven in plaats jvan er uit gefiltreerd te worden. £and- etiJMÜé&uw- SPchaakuddeê Voor kleine tuinen. JÜ ilÉÉ lÉl! tsÊtSi/. dÊÊk YlPlP^ ut wn^' w. mmm Iwm 'mm. mm. gr 1 y//jy///> v//a///. w 'W, WE AVumriJHIA VATV EEHT VERKEERSAGENT Jl E. Waarom? Als blijkens de ervaring van zoovelen Foster's Rugpijn Nie ren Pillen in dergelijke gevallen zoo weldadig kunnen werken: de ver zwakte nieren weder kunnen opwek- leen en versterken, en zoodoende zoowel rheumatiek, jicht, water zucht, spit en niergruis kunnen .voorkomen als verbeteren. Verwaarloos geen kostbaren tijd! Grijp de kwaal onmiddellijk ln haar wortels aan Bij alle drogisten enz. 1.75 p. flacon. makenmijn commissaris is daar lieele- maal niet op gesteld op dat soort dingen". Nu was dat niet heelemaal juist. Want zelfs de strengste politiecommissaris zou op den duur gevallen zijn voor de overmacht van de Frangaises meest prinsessen, gravinnen en baronessen waren het die even later op het terrein van den strijd volkomen meester zouden zijn. Tot op het moment waarop de eerste wagen met ontzettende snelheid de finish nam, alsof het een record op Brook- lands of Monthlery betrof, bieef de briggus in touw. Meneer Lang, die er eigenlijk niets mee te maken had, werc verbalisee'd maar moest hartelijk lachen. Hij had voo- heetere vuren gestaan. Het optreden van de poüfie d'& brigadier kreeg even later nog versterking maakte de heele voorstelling voor de Pari- siennes nog een beetje goed. Waar een poli- tiepet te zien is en twee menschen er om heen, kijken de Amsterdammers graag mee. Zoo ging het ook hier, waar het overigens een treurige vertooning was voor het eind punt van een motorrit. Van het sportieve van dien rit was dan ook weinig overge bleven. Door de talrijke eetpartijen onderweg, om beurten welwillend aangeboden door een der deelneemsters, maakte het een weinig serieusen indruk. En de chauffeurs en echtge- nooten, die in andere wagens de dames volg den om de stukken op te rapen, zooals een schoffie meende te mogen zeggen namen elke andere illusie over de sportprestatie fi naal weg. Voor de rest viel er niets op te zeg gen. Er waren groote dure automobielen van wereldmerken en vele elegante kostbaar en chic gekleede chauffeuses. Het was een onge organiseerde mode-show, maar vrouwelijk Amsterdam ontbrak. De aangekondigde ont vangst door het gemeentebestuur ging niet door; wel zijn er nog talrijke lunches en diners geweest, maar daarvoor hadden de dames gerust per trein kunnen komen en hadden wij geen uren behoeven te wachten op een. leeg Stadionplein met een drentelen den Franschen Consul, wat K.N.A.C officials en een ijsco-tentje, dat eigenlijk nog het be langrijkste deel van den midcag werd. Neen, deze introductie van Parijs op het Stadionpelin in Amsterdam, zooals het hier was voorbereid en georganiseerd, kan geen succes worden geheeten. Als propaganda voor het automobilisme als sport, een vol komen mislukking. En het is eigenlijk te be treuren dat een Koninklijke Nederiandsche '.vutomobielclub haar medewerking verleent bij dit soort „sport-evenementen". Men heeft in Amsterdam het bezoek der Fransche vrou welijke automobielclub met de 86-jarige pre sidente, die als merkwaardigheid was meege komen, genegeerd. Maar dit buitenlandsche bezoek is ook niet beter waard geweest. Wij zijn wel wijzer. recht; zelfs voor den leek is het onbegrijpe lijk, waarom de taxiprijzen sinds jaren te hoog blijven, terwijl de prijzen der wagens, van materialen, benzine, olie en banden ge leidelijk lager geworden zijni De monopolie kwestie schijnt ook hier evenwel een woordje mee te spreken en dit systeem van vergunnin gen tot een beperkt aantal is een leelijk ding voor een stad als Amsterdam, waar tenslotte het publiek toch maar zeer wordt gehandi capt door het belangenoorlogje van een der ondernemers. Wanneer morgen aan den dag een nieuwe moderne, goed geoutilleerde maatschappij van stationneerende taxis voor de helft der huidige tarieven haar wagens in de stad zou willen laten loopen, zou zij waar schijnlijk geen vergunning krijgen. Dat dit systeem voor het publiek en voor de geheele stad dupeerend werkt, is komen vast te staan uit de oprichting van ettelijke neven- bedrijven op verhuurgebied in Amsterdam en uit het steeds groeiende leger van snor ders. Dat een autoverhuurbedrijf onder con trole der autoriteiten zal moeten staan is zeker. De veiligheid van publiek en passa giers eischt dat. Maar dat concurrentie daar bij uitgesloten zou worden is een wantoe stand, een niet te tolereeren bevoordeeling van een wel zeer kleine groep belanghebben den tegenover een geheele gedupeerde stad. Dat de Amsterdamsche autoriteiten in dit verband eens naar Londen en Parijs zouden kijken, kon ongetwijfeld zijn voordeelen heb ben. Ook voor zoover het 't model der wa gens en de handigheid, waarmede deze in het drukke verkeer te besturen zijn. betreft. De toestand, zooals Amsterdam 's avonds tusschen 11 en 1 uur, tot lang na het sluiten der café's, laat zien, is voor een stad, waar orde en regel heerschL een ware schande. Maar misschien gaan zij, die zich hieraan be hoorden te ergeren, te vroeg naar bed. VAN SIEOEN. Wij kunnen evengoed de carousselclub van „Amsterdamsche snorders" naar het buiten land gaan afvaardigen, die eiken avond en eiken nacht weer met hun geelbanben het centrum van de stad beheerscht, als de auto- mobielsport zoo wordt opgevat. De snorder is de natuurlijke concurrent van den Amster- damschen officieelen taxichauffeur, die een zielige tragische figuur in het hoofdstedelijke leven geworden is. Onze stadstaxis rijden zoo goed als niet meer en dezer dagen zijn wij opgeschrikt door een bericht, dat mis schien in de toekomst er sprake vqn zal zijn, dat de tarieven der officieele stationneerende huurauto's verlaagd worden. Met zekerheid is er nog niets van te zeggen. Neen, natuur lijk niet, dat gaat allemaal niet zoo vlug. 'Maar met besliste zekerheid valt nu al wèl te zeggen, dat wanneer de taxitarieven in 'Amsterdam verlaagd zullen zijn, juist op dat oogenblik het geheele bedrijf dood zal zijn. Snorders van uiteenloopende kwaliteit en afkomst met een zeer gevarieerd wagenpark, hebben bezit van de stad genomen op alle die momenten, dat het publiek zich wel met eigenlijk clandestien, deze geel-, groen-, oranje een huurauto zou willen laten rijden. Het is een roodbandtaxidienst, waarbij ook al weer een geweldige verdeeldheid schijnt te be staan en die zonder meer spot met regle menten en orde in een groote stad. Immers de politie staat machteloos tegenover deze piraat-autoverhuurders, die niet staiionnee- ren, maar rijden, steeds maar rijden. Rond de pleinen, Rembandtsplein en Munt, snorren zij, maar ook rond de menschen, die er uit zien, alsof zij. wel eens wilden rijden. Het is een vermakelijk gezicht, deze circulatie van soms wel zeer vreemdsoortige voertuigen, die een weinig betrouwbaren indruk voor den kenner moeten maken. En natuurlijk heeft ons officieele taxipark aljes vóór, behalve de ta rieven. De wagens zijn keurig en staan even als de bestuurders onder doorloopende con trole van de verkeerspolitie, de meters werken juist het ziet er alles keurig uit, maar is niet te betalen. Van dezen abnormalen toestand maakten de snorders een dankbaar gebruik. En ook het publiek is op hun hand, En te- DE RESULTATEN VAN HET ONDERZOEK, INGESTELD DOOR HET RIJKSLANDBOUWPROEF STATION TE HOORN, INZAKE DE UITBETALING VAN DE VOLLE MELK, GELEVERD AAN DE COOP. KAAS- EN BOTERFABRIEK. Dr. Scheij betoogde over het bovenstaande in de Vergadering van den Nieuwen Bonc van Zuivelfabrieken het volgende: Met groote belangstelling is door de coöperatieve zuivelfabrieken in Noordhol land en Friesland uitgezien naar de resu! taten van een zeer omvangrijk onderzoek, verricht door het Rijkslandbouwproefstation te Hoorn inzake de beste methode van uitbe taling der volle melk geleverd aan kaas- en boterfabrieken. Onlangs is dit verschenen. Ik stel mij nu tot taak u van dit zeer ver dienstelijk werk, dat veel arbeid heeft gekost op voor u bevattelijke wijze, datgene mede te deelen, wat voor u van belang is te we ten. Er moesten vele monsters melk onderzocht worden. Alleen voor Noordholland werd gedurende een vol jaar om de andere week het weekmonster onderzocht van de melk geleverd door 10 leveranciers van 4 zuivel fabrieken, dus van 40 leveranciers. De fa brieken waren: Hoogkarspel, Heerhugo- waard, Assendelft en Bobeldijk. Voor Fries land is hetzelfde gedaan. De bewerking van het groote cijfermate riaal vormde een niet minder gewichtig dee' van het onderzoek. Het gaat om de vraag: moeten we voort aan de melk uitbetalen naar berekend vetge halte cf naar vetgehalte alleen? De wijze, waarep het thans gaat is u bekend. Van de bruto opbrengst voor de producten wordt een bedrag voor onkosten afgetrokken én het overblijvende netto melkgeld wordt verdeeld, of over de K.G. geleverd vet of over de K.G geleverd berekend vet, d.w.z. de K.G. vet plus een derde van de K.G. vetvrije droge stof. Daarbij wordt dus ook rekening gehou den met het gehalte der melk aan vetvrije droge stof, dus aan caseine, welke immers voor een kaasfabriek ook van groote waarde is. Toen een 30 jaren geleden hier begonnen werd met de betaling naar gehalte, ontvin gen de fabrieken geroomde avondmelk en volle morgenmelk en in dat geval moet men rekening houden met het caseinegehalte, om dat de verhouding vet en caseine door de ge deeltelijke ontrooming verbroken is gewor den. Wanneer alle melk vol geleverd wordt, staan wij voor een ander geval. Een zeer logische methode van uitbetaling zou zijn, het geleverde vet en de geleverde caseine te betalen; de rest van de melk, de wei, wordt onder de leveranciers weer ver deeld. Maar we beschikken nog niet over een in de praktijk uit te voeren massa metho de om het gehalte aan caseine te bepalen, zooals het vetgehalte. Bij de betaling naar berekend vet. nemen wij aan: lo. de hoeveelheid geleverde vetvrije dro ge wrongel (welke dus met het vet en het vocht de hoeveelheid ongezouten kaas be paalt) is gelijk aan het een derde van de vetvrije droge stof der melk. In sommige ge vallen werd een groot verschil gevonden tus schen een derde der vetvrije drege stof en de hoevelheid vetvrije droge wrongel, die een leverancier leverde, waarop het toch aan komt. Men heeft deze en alle andere vragen nagegaan afzonderlijk voor den weidetijd en den winter; gedurende den zomer was de overeenkomst het best. In het algemeen was de overeenstemming nog al goed, zij die destijds een derde aan namen, waren er heel dicht bij wat het ge middelde betreft, dcch het aantal te sterke afwijkingen is toch te groot. 2o. de waarde van die vetvrije droge wrongel is gelijk aan die van het vet. De on derzoekers nu hebben beide veronderstellin gen aan de feiten getoetst en het is gebleken, dat daarop wel wat is af te dingen. Ik ver moed, dat wij allen aan de gelijkwaardigheid van vet en vetvrije droge wrongel getwijfeld lebben, maar we wisten er niets beters voor in de plaats te stellen. In het rapport is deze kwestie uitvoerig belicht. Wij voelen eigenlijk ook wel (en het was mij een onbehagelijk ge voel) dat die gelijkwaardigheid niet bestaat, met kan bestaan. Wanneer er volvette kaas werd gemaakt dan zou het nog gaan* dop*1 't gaat thans om onze kaas- en boterfabrie- ken. Een fabriek, die alleen boter maakt zal er toch niet aan denken om het vet in waarde gelijk te stellen aan de caseine, die over de boerderijen verdeeld wordt voor voederdoel einden. Welnu bij de bereiding van 40 plas kaas, is de boterproductie, wat hoeveelheid en gel delijke opbrengst betreft, van belang. Nu zou men voor een bepaalden kaasprijs en boterprijs en bij een bepaalde vetverdee- ling b.v. bij bereiding van uitsluitend 40 plus kaas. een waarde verhouding kunnen vast stellen, maar dan zit men direct verlegen, wanneer de omstandigheden anders worden, bijv. de prijzen der producten. De onderzoekers hebben met deze feiten volop rekening gehouden. Zij hebben vastge steld, wat de 40 leveranciers, verdeeld over 4 fabrieken, gedurende den zomer en gedu rende den winter voor de melk toekwam, wanneer de becijfering zoo veel mogelijk de waarheid benadert en daarmede vergeleken, hoeveel er per 100 K.G. melk meer of minder is uitbetaald volgens de vetmethode of naar berekend vet, bij verschillende waardever houdingen tusschen vet en vetvrije droge kaas. Bij de betaling naar vetgehalte gaan we van de veronderstelling uit, dat vettere melk ook meer caseine bevat. Bij de proeven des tijds in Friesland genomen viel dat mee, maar het betrof toen gemengde fabrieksmelk, terwijl het hier gaat om de melk van boerde rijen afzonderlijk. Het onderzoek heeft nu geleerd, dat het op en neergaan van het vetgehalte en caseine gehalte niet meevalt vooral niet gedurende den tijd van de grootste productie aan melk. Een zeer belangrijke kwestie is de volgen de: De fabrieken houden van het bruto melk geld de onkosten af, en verdeelen de rest. Dit wordt gedaan bij betaling zoowel naar vet als naar berekend vet. Men zou ook de bruto opbrengst kunnen verdeelen over de K.G. vet (resp. berekend vet) en van het bruto melkgeld van de leveranciers afhouden de expolitatiekosten, berekend over de hoeveel heid geleverde melk. In dit geval slaat men die kosten over de hoeveelheid melk om, ter wijl bij de algemeen gebruikelijke methode de onkosten over de K G. vet (resp. berekend vet) worden ingehouden. Het is, dunkt mij, zonder twijfel, dat de heffing van de kosten over de melk billijk is. Nu doet zich bij de betaling naar vetgehalte het eigenaardige geval voor, dat men 2 fou ten kan maken, die elkaar tegenwerken, zoo dat het slot der rekening vrijwel klopF. Een veehouder, die vette melk levert, betaalt te veel onkosten, wanneer deze over het vet in plaats van over de melk worden ingehou den. Maar hij levert minder caseine dan met het hooge vetgehalte zou overeenkomen, dus dat compenseert den te hoogen aftrek. Bij de betaling naar berekend vet doet zich die tweede omstandigheid niet Voor dus men maakt een fout door de onkosten om te slaan over de geleverde K.G. berekend vet. Het onderzoek heeft dan. ook duidelijk ge leerd, dat een fabrieR, die naar berekend vet wil betalen de onkosten over de melk en niet over het berekend vet moet omslaan. Een der conclusies van het rapport is dus, dat de methode van uitbetaling naar bere kend vet, zooals die thans wordt uitgevoerd, gewogen en te licht bevonden is. De fabrie ken kunnen daarmede niet voortgaan. Wanneer zij voortaan de onkosten over de melk verdeelen en wanneer zij gaan invoeren een veranderlijk verhoudingsgetal ter omre kening van de waarde der vetvrije droge stof op vetwaarde, dan wint die betalingsmethode het van de betaling naar vet alleen, vooral in de zomermaanden. Evenwel is er kans, dat voor semmige boerderijen de berekening der geleverde vetvrije droge kaas als zijnde een derde van de vetvrije droge stof der melk te onnauwkeurig is. Hoe staan wij nu tegenover deze voor waarden Het komt mij voor, dat de verdeeling der onkosten over de melk geen te groote bezwa ren zal medebrengen, de vaststelling van de waardeverhouding van vet en vetvrije droge wrongel, zal wel vele moeilijkheden geven. Voor de groote fabrieken wil ik dit niet be weren; zij beschikken over deskundige krachten. Maar voor de kleinere kaas- en boterfa brieken zal het niet uitvoerbaar zijn en dan is het voor haar aan te bevelen om maar de meest eenvoudige methode dus betaling naar vetgehalte te kiezen, welke immers bruik baar is gebleken. Hierbij moeten we dus de onkosten omslaan over de hoeveelheid gele verd vet. Misschien kunnen wij over eenige jaren het caseinegehalte der melk even gemakkelijk bepalen als nu het vetgehalte en dan staan wij weer anders voor de kwestie. Sommige boerderijen zullen per jaar nog heel wat te veel of te weinig ontvangen. Melk is nu eenmaal een vloeistof met zeer wisselende samenstelling en we kunnen de waarde slechts benaderen. Trouwens wat is de waarde? Men denke maar even aan de kwaliteit. Wat nu de kaasfabrieken betreft, die dus de avondmelk in gedeeltelijk afgeroomden toestand ontvangen, is het van zelfsprekend, dat zij niet naar vetgehalte kunnen betalen. Mijn advies aan die fabrieken is om door te gaan met de betaling naar berekend vet, met de waardeverhouding 3 K.G. vetvrije droge stof in de melk is 1 K.G. vet. Zij verwerken al het vet der melk tot kaas en niet een be langrijk deel tot boter. Dit maakt dat deze uitbetalingswijze in dien te eenvoudigen vorm juister is voor de kaasfabriek dan voor de kaas- en boterfabriek. Maar een ding moeten de kaasfabrieken wijzigen, n.1. de onkosten niet langer verdee len over de K.G. berekend vet, doch over de melk. Dit is toch ook billijk. Zij, die dunne melk leveren veroorzaken meer kosten aan het be drijf. De uitvoering der gewijzigde berekening biedt geen bezwaar van eenige beteekenis. Zoo omstreeks Pinksteren is het gewoonte om onze bloemperken te k planten met zomerbloemen. Waar de*" voorjaar*. perken nu beplant zijn met bloeiers zullen we even moeten ten tot deze zijn uitgebloeid, of althan" minder mooi gaan worden. Voor zomer beplanting kan men tal van potplanten en zaaibloemen gebruiken. De Geranium (Pelargonium zonale) zal als perknlan» wel niet gemakkelijk verdrongen wen den, daar deze doorbloeiende en gemak" kelijk te kweeken potplant terecht een algemeene bokendheid geniet. Vooral aangeplant in combinatie met ander platenmateriaal komen de veelal scherpe kleuren goed uit. Als aanvul lend materiaal zijn inzonderheid goed t« gebruiken verschillende planten met zilverwit blad als: Gnaphalium lana turn, Centaurea candidissima, Cineraria maritima, Leucophytum Brownu, \n tenaria tomentosa, Santolina, e. a óok bij andere perkplantcn met een heldere bloemkleur zijn deze planten met succes te verwerken; zoo b.v in combinatie met Catceolaria, heldergeel bloeiend Salvia splendens, met lielderroode bloe' men, S. patens, hemelblauw, Lobelia fulgens, met bruinroorie bladeren en vuurroode bloemen, verschillende ge. gouiasoorten enz. Vooral in Engelschè tuinen en parken worden deze en andere perkplanten in combinatie met boven genoemde zilvergrijze bladplanten aan geplant en een dergelijke ondergrond doet de kleuren bijzonder mooi uit komen. Ook moet men bloemperken niet stijf symmetrisch beplanten, immers gaat het natuurlijke van zoo'n tuinon- derdeel daardoor te veel verloren. Bij beplanting van 'n tuin moet men wel be denken dat men niet te doen heeft met hout of steen, maar met levende natuur- kinderen die bij voorkeur niet als sol- daten in het gelid staan. Voor schaduw, rijke plaetsen kan men voor beplanting geb-uik maken van de zoo mooie Knol begonia's, welke daar juist op hun plaats zijn. Da .Struikbegonia's groeien hier ook nog wel maar zijn toch mooier op een eer zonnige standplaats. Geef Be gonia's vooral een luchtigen, humusrij- ken grond en breng zoo noodig een laagje turfmolm, vermengd, met oude koemest aan, wat dan door den boven grond wordt vermengd. Van de eenjari ge zomerbloemen zijn lage Asters, lage Afrikanen, lage O. I kers, Mimulus. Ibe- ris of scheefbloem, Nemesia, Antirhnum of leeuwenbek. Penstemon en Dimor- photeca goed geschikt voor perkbeplan- ting. Dgl Oplossing tweezet 340. Ke Kc4 d3 fe4 f4 Oplossing eindspel 446. 1 Pc6! dc6 2. Pg6 f3 3. Peó f2 Dhl. mat. Dg8 mat. Pc3 mat. Dg8 mat. Dd4 of Td4 mat. 4 Pd3 flu c. Pb2 en wit zet in den volgenden zet mat, omdat de zw. Dame (dank zij 1. Pc6!) geen schaak kan bieden. Oplossing eindspel 447. 1. Pcl6 e3 2. Pf7f Kh7 3. Pgó+ Kh6 (of a) 4. Kf7! (niet 4. Keö? wegens e2 5. Pf3 elDf 6 Pel gó enz.) 4e2 5. Kg8 elD 6. Pf7 mat. a. 3Kh8 i. Kg6 e2 5. Pf3 Kg8 Kg5! en Kf4 met winst. Probleem 341 (W. A. Shinkman). 6. Tweezet. Eindspel no. 448 M. Ha vel. pp ||p i» m f g h Wit speelt en wint. Eindspel 449. Dr. Skalicka en Dr. Schubert. 8 m- -v a I) c d e Wit speelt en wint. Een mijner getrouwe lezers verzoekt mij iets over de Fransche partij en de beste voortzetting voor wit zoowel als voor zwart te geven en (of) een practisch studieboekje daaromtrent aan te wijzen. In' antwoord daarop geef ik het vol gende: De kleine schaakgids van Mieses —Schelfhout. Uitgave in 't Holjandsch van G B. v Goor Den Haag Dit boekje is 't derde der drie deeltjes van de Duitsche uitgave van Mieses naar 't Hollandsch bewerkt door Schelf hout en kost 't luttele bedrag van 45 ct. 't Is verdeeld in le deel (de oudste speelwijze 1. e4 e6 met 2. f4 dó). 2e speelwijze 1. e4 e6 2. r4 3e speelw ijze 1. e4 eG 2. De2 4e speelwijze 1. e4 e6 2. eó. 5e speelwijze 1. e4 efi 2. d3 6e speelwijze 1. e4 e6 2. b3. 7e speelwijze 1. e4 e6 2. g3 2e deel regelm. speelwijzen, le speelwijze 1. e4 66 2. d4 dó 3. edó 2e speelwijze 1. e4 e6 2. d4 dó 3 eó. 3e speelwijze 1. e4, eR 2. d4 dó 3 Pbd2 4e speelwijze 1. e4 e6, 2. d4 dó 3 Ld3 5e speelwijze 1. e4 e6 2. d4 d5 3, Le3 6e speelwijze 1. e4 e6 2. d4 dó 3. Pc3 met Varinaten I 3Lb4 II 3cö (Marshall). III 3Po6 (Alapin). IV 3de4 (Lasker). V 3Pf6 Ondervarianten van V A 4. ed5 B 4. Ld3 C. 4 e5 (Steinitz). D 4. Lgó Ondervarianten van V.D. a. 4de4 (Lasker) b. 4Lb4 (Max Cutcheon). c. 4. Lc7 Ondervarianten van V.D. c 1. 5. Lf6 2. 5. edó 5. eó 3. 599. Vergezeld van den officier van de wacht en de grootvizier en gevolgd door twee wachten van het paleis, verliet het lieve prinsesje, geheel in het wit ge kleed, de plaats, waar zij zoolang gevangen had geze ten. Wat zal men nu met mij doen, vroeg zij zich angstig af. 600. Eindelijk kwam het schuitje, waarin allen had-^ oen plaats genomen, om naar het eiland in de rivi® e worden gebracht, bij dit eiland. Daar was ook he matroosje op zijn paard. Het matroosje, ook niet van gister, die een valstrik verwachtte, zeide: Als he prinsesje uit het bootje op het eiland is, dan kotnt d sultan, die in de lucht gevangen wordt gehouden, naar beneden. Maar ook niet eerder, brave lieden, zei- de hij plagend lachend.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 6