DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Hit Aet Jlactemwt
DugeCii&sch Qmizicht
^Buitenland
Ko. 128
WOENSDAG 3 JUNI mi
133e Jaargang.
Zal men Brttning blijven steunen of niet?
Een lang rapport van Sollmann over
het werk der rijksdagfractie.
DE STRIJD TUSSCHEN VATICAAN
EN FASCISME.
Weer een toespraak des pausen.
DR. SCHACHT EN DE
HERSTELBETALINGEN.
De oud-president van den rijksbond, dr.
Schacht, heeft wederom een rede gehouden
over de herstelkwesties, waarin hij ver
klaarde, met een zekere voldoening te hebben
ervaren, dat de door hem aangenomen hou
ding ten aanzien van het herstelvraagstuk
door de gebeurtenissen van de laatste 354
jaar volkomen gerechtvaardigd is.
HET HUWELIJK VAN
DOUMERGUE.
PHILIPPE DAUDET VERMOORD?
Arcourd niet toerekenbaar?
Ten slotte werd hij wegens diefstal en- ge
AANKLACHTEN TEGEN
WOLDEMARAS.
Van hoogverraad beschuldigd.
BEDENKELIJKE BALANS.
Vijftien gedooden en tweehon»
derd zwaargewonden in twee
maanden tijds.
VERSLAPPING VAN DEN INDISCHEN
BOYCOT.
Onder den invloed van de zelf
zucht van Indische textielfabri
kanten.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
er Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voornam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
pit nummer bestaat uit 2 bladen.
Den Haag, 2 Juni 1931.
Het hoofdnummer der agenda voor de ver
gadering der Tweede Kamer van heden was
Let wetsvoorstel van den heer Van den
Bergh (5.D.A.P.) er. partijgenooten tot
bestrijding van den woeker, echter officieel
„betreffende wettelijke regeling van het geld-
schietersbedrijf" beheeten.
Alvorens dit in behandeling kwam, heeft de
Kamer een paar kleinere wetsontwerpen af
gehandeld. Goedgekeurd werden het voorstel
itot vereeniging van de gemeenten Driebergen
jen Rijsenburg, dat tot onteigening voor een
nieuwe begraafplaats te Amsterdam, dat tot
onteigening voor den weg van Den Haag
Oegstgeest, dat tot naturalisatie van K
iBauerenfeind en 19 anderen en dat tot uit
breiding van de inspectie Nijverheidsonder
wijs met een inspecteur, waarbij alleen het
ontwerp betreffende den weg van Den Haag
naar Oegstgeest, dat tot naturalisatie van K.
gedachtenwisseling. Enkele leden hadden n.1.
de bedoeling van het voorstel niet volkomen
begrepeivroegen o.a. of de minister door
dit voorstel nu had afgezien van het plan van
aanleg van een weg van den Haagschen
Schouw naar Scheveningen, terwijl anderen
den ontworpen weg ruim breed vonden. De
minister Reymer antwoordde, dat de ge
noemde weg niet door hem was opgegeven
en zette uiteen, dat de thans voorgestelde
weg dringend noodig was en op de voorge
stelde breedte moest worden aangelegd met
het oog op het drukke verkeer.
Het ontwerp-Van den Bergh wil geregeld
zien, dat een bedrijf, hetwelk beoogt geld
leningen tol ten hoogste 500 te ver
schaffen, een concessie moet hebben van het
gemeentebestuur, terwijl de geldleeningscon-
tracten aan een aantal dwingende voor
schriften zijn onderworpen. Oorspronkelijk
was in het ontwerp een maximumrente (ten
hoogste 12 percent) opgenomen, maar bij
nader inzien hadden de voorstellers dit ge
schrapt en de regeling daarvaja overgelaten
aan een door de regeering uit te vaardigen
alg. maatregel van bestuur.
Van de sprekers, die zich heden deden
hooren, was mevr. Van 11 a 11 i eV a n
Embden (V.D.) de eenige onvoorwaarde
lijke voorstandster van het voorstel, de ande
ren lieten zich wel met waardeering uit over
de bedoelingen van het ontwerp, doch had
den verschillende bedenkingen. Het ergste
bezwaar hoorden wij van de heeren Dr. Vos
(Lib.) en Mr. De W1 i de (A.R die er tegen
op kwamen, dat de voorstellers het moeilijkste
gedeelte van de uitvoering der wet, de rege
ling betreffende de rente, ongevraagd aan de
regeering willen opgedragen zien. Het was
zeer de vraag, hoe de regeering daar zelve
over denkt en wie der ministers met de uit
voering der wet zal worden belast. De heer
Vos kwam er ook tegen op, dat feitelijk alle
particuliere instellingen als niet commercieel
zullen worden gebrandmerkt en dat daarbij
de gemeente de bevoegdheid zal hebben ze
met behulp van een gemeentelijke credietin-
stelling te verdringen. De heer De Wilde
waarschuwde daarbij tegen het voortbe
staan van clandestiene vormen van het geld-
schietersbedrijf. waarmede ongetwijfeld ge
tracht zal worden aan de wet te ontkomen.
De heer Snoeck Henkemans (C.H.)
had tot zijn leedwezen gezien, dat het geld
leenen zelf niet wordt bemoeilijkt, terwijl
daarin toch juist het kwaad schuilt. De heer
feumer A.R.), die zich niet volstrekt tegen
de wet uitsprak, had, niettemin een aantal
kritische opmerkingen, zoodat hij zich zijn
stem vooralsnog voorbehield.
De algemeene beraadslagingen zullen
morgen worden voortgezet.
Van het antwoord der voorstellers hangt
het in de eerste plaats af, of het initiatief
voorstel bij de meerderheid der Kamer ge
nade zal vinden. Wij zijn er nog niet van
overtuigd.
DE SOC.-DEM. PARTIJDAG
TE LEIPZIG.
Te Leipzig is Zondag het congres der
Duitsche sociaal-democratische partij begon
nen, dat van groot belang is, omdat op dit
congres o.m. zal worden besloten, of de so
cialisten al dan niet moeten doorgaan met het
kabinet-Brüning te steunen. Iets, waarop
natuurlijk de geheele oppositie in den rijks
dag hoopt is een resolutie, waarbij de soc.-
dem. verdere medewerking in het kabinet
z°uden weigeren!
De Zondag zelf is onbelangrijk geweest.
Hoofdzakelijk bepaalden de redevoering zich
er toe tot het verwelkomen der buitenland
se gasten. Maandag dan begonnen de
eigenlijke debatten en al dadelijk liet de
linkervleugel, dié tegen steun aan het kabi
net is, zich hooren. De Saksische afgevaar
digde Strobel viel het kabinet heftig aan en
kwam ook op tegen de D.-O.-Tolunie, waarin
hij een gevaar zag voor de soc.-dem., die z.i.
dreigde te worden ingelijfd bij het nationa
listisch eenheidsfront. Ook het rijksdaglid
Graf viel de regeering aan, o.a. over de
graanpolitiek, welke hij roofbouw op het
eigen volk noemde. Tenslotte hield prof. Nöl-
ting uit Frankfort een referaat over het nat.-
soialisme, dat hij evenzeer als het radicalis
me in de eigen partij bestreed.
Daarmee was de tweede dag van het con
gres geëindigd, zonder dat er een beslissing
genomen was, zonder dat zelfs een aanwij
zing, in welke richting men zal gaan, te be
speuren viel.
Toen kwam de dag van gisteren. De be
raadslagingen begonnen met een rede van
den voorzitter der rijksdagfractie dr. Breit-
scheidt, die allereerst sprak over de bestrij
ding van het fascisme. Hij kantte zich tegen
de opvatting, dat er geen onderscheid zou
zijn tusschen Mussolini en Brüning. Door
dergelijke opvattingen wordt de strijdt tegen
het fascisme bemoeilijkt. Evenals bij het fas
cisme is ook bij een dictatuur van het prole
tariaat de democratie uitgeschakeld, zoodat
er uit staatsrechtelijk oogpunt geen onder
scheid is tusschen Moskou en Rome. Dr.
Breitscheidt betoogde verder, dat voortdu
rende werkloosheid en de verarming van
breede lagen het aantal aanhangers van het
fascisme geleidelijk in den tijd van na den
oorlog heeft doen toenemen. Maar evenals in
Italië waren het buiten het lompenproleta-
riaat in hoofdzaak lagen van den midden
stand die de banier van het „Hakenkreng"
volgden: boeren, handwerkers, beambten,
ambtenaren.
Deze categorieën, aldüs spr., hebben zich
bij ons nooit ernstig met de politiek bemoeid.
Wat de beweging voor nieuws bracht was
met name de levendigheid van de propagan
da en de romantiek van doeleinden een me
theden. Of de Hitlerianen, als zij de macht
krijgen, de practische consequenties uit hun
zoo luid verkondigde ideeën zullen trekken
is, op zijn minst genomen twijfelachtig. Het
onfbreken van een program is een der inte
ressante bestanddeelen. Er is een man aan
het hoofd gesteld, die op kunstmatige wijze
met de mythe van de politieke onfeilbaarheid
is omgaven en volstrekte gehoorzaamheid
eischt. Hij is zeker van den aanhang van al
degenen voor wie politiek denken en politie
ke uitspanning een gruwel is.
Bij de voortzetting van zijn rede, zette
Breitscheidt gisteren eerder o.a. nog uiteen
dat de sociaal-democraten er voortdurend
naar gestreefd hebben te zorgen dat de par
tij van Hitier niet aan de regeering deel zou
nemen.
De Hitlerianen leggen weliswaar tegen
woordig meer den nadruk op het wettige van
hun actie, maar dit vormt voor de sociaal
democraten geen aanleiding om nieuwe we
gen in te slaan. Wij waren er ons van be
wust, aldus spr., dat onze houding aan de
arbeiders, die niet stevig op ons standpunt
staan, aanleiding tot bedenking zou kunnen
geven. Wij moeten er ook geen twijfel aan
doen rijzen dat de politiek van dulden en
ontwijken, door ons niet om haarzelfs wil
gevoerd wordt, dat wij in haar slechts een
harde en tijdelijke noodzakelijkheid zien, dat
wij het kabinet-Brüning slechts in het leven
houden zoolang het besloten en in staat is de
fascistische aspiraties af te weren. Het moet
ons duidelijk worden dat de politiek, welke
wij sedert November gevolgd hebben, haar
grenzen heeft. Onze critici moeten maar zeg
gen wat er gebeuren zal als Brüning sterft.
Vervolgens bracht het rijksdaglid Soll
mann rapport uit over de werkzaamheden
der fraties. Hij herinnerde eraan, dat de par
tij sinds 14 maanden niet meer aan de regee
ring deelneemt en zeide, waarom dat zoo
gebeurd is. Het grootste succes der republiek
de ontruiming van het Rijnland, is aan een
soc.-dem. kabinet te danken, evenals het
Youngplan. Verder zal de partij streven
naar een oplossing van het herstelvraagstuk,
dat de internationale economische betrekkin
gen zal opbouwen inplaats van ze te vernie
tigen. Sinds het uittreden der soc.-dem. uit
de regeering, heeft deze niet veel succes ge
had volgens spr. De wijze, waarop bijv. de
D.-O.-Tolunie is voorbereid of niét is voor
bereid! heeft de regeering weinig roem
opgeleverd.
Betreffende de binnenlandshe politiek deed
Sollmann volgens het Hbld. o.m. opmerken,
dat de crisistoestand successen op sociaal po
litiek gebied onmogelijk had gemaakt; het
was al mooi, dat het bestaande in stand was
gebleven.
Sprekende over de actie der nat.-soc., zei-
de Sollmann, dat in October het gevaar, dat
de nazi's de regeering zouden aanvaarden,
groot was geweest, maar de soc.-democratie
had dit gevaar afgewend. De weg, dien de
soc.-dem. in den nieuwen rijksdag hebben in
geslagen, bcteekent offers en concessies, doch
hij was de eenig mogelijke. De soc.-democra
tie had door haar tactiek bereikt, dat de
noodverordeningen in vele gevallen ten gun
ste der armsten wérden verzacht. De laatste
VA maand der parlementaire werkzaamhe
den waren de moeilijkste. 'i/Rechtsche regee
ring had ongetwijfeld andere afbrekende
plannen op sociaal-politiek gebied ten uitvoer
gelegd, dan de regeering-Brüning onder
pressie der soc.-dem. heeft gedurfd. Als de
soc.-dem door verwerping van het pantser
schip de Rijks- en Pruisische politiek hadden
doen mislukken, hadden Hugenberg en Seld-
te zich de kosten en de blamage van het re
ferendum kunnen besparen.
Sollmann keurde vervolgens de houding
der „negen" af en ak 'n lans voor de een
heid in de partij, die meer dan ooit noodzaak
was. De partijdag rvoet waarborgen geven
tegen een herhaling van zulke overtredingen
der discipline, want het betreft geen verplich
ting jegens Brüning, maar de overtuiging,
dat het gaat om het afwenden van het ont
zettende ongeluk, dat het ten onder gaan der
democratie zou beteekenen.
Naar aanleiding van de motie dér soc.-
dem. fractie betoogde spr., dat de rijksre-
geering deze ten zeerste au sérieux moest ne
men. Want van de geheele »Duitsche arbei
dersklasse maakte zich diepe teleurstelling
over de regeering-Brüning meester. Deze
moet goed begrijpen, dat men met beslissin
gen van geringe beteekenis de crisis niet kan
overwinnen. Duitschlands economie en zijn
internationale toestand eishen veeleer syste
matische maatregelen ter bescherming, met
bezuinigingen en beknotting der sociale po
litiek is de crisis niet te overwinnen.
Dit vormde den overgang tot de a.s. nood
verordening, in betrekking tot welke spr. van
den partijdag voor de rijksdagfractie vrijheid
van handelen eischte, want een consciëntieus
politicus moet, gezien den moeilijk economi-
schen toestand, de noodverordening woorde
lijk kennen, voor hij een beslissing kan ne
men. Hoe deze zal uitvallen, kan thans nog
niemand zeggen.
Inzake den Stahlhelmdag te Breslau zeide
Sollmann nog: dergelijke parades ontaarden
langzamerhand in eèn politiek schandaal.
De rede van Sollinann werd luide toege
juicht. Nadat nog eenige sprekers het woord
hadden gevoerd, werd de zitting verdaagd tot
heden.
De afd. Hamburg der soc.-dem. partij
heeft bij den partijdag een motie ingediend,
waarin scherpe afkeuring wordt uitgespro
ken over het optreden der negen fractiele
den, die indertijd de partijdiscipline hebben
geschonden door in den rijksag tegen den
pantserkruiser te stemmen.
De Paus, die gisteren een Mexicaansche
bedevaart ontving, waarbij zich de aartsbis
schop van Mexico en leerlingen van het La-
tijnsch-Amerikaansch Collegium bevonden,
hield een toespraak, waarin hij opnieuw ver
scheidene malen zinspeelde op den huidigen
toestand.
Hij verklaarde ontroerd te zijn door de te
genwoordigheid van zoovele, van verre ko
mende zonen, die eveneens hebben moeten
lijden. Hij zeide hoezeer hij thans zelf troost
noodig had. Hij toont zich van niemand een
vijand en daarom zijn de aanvallen en ge
welddaden tegen zijn kinderen onbegrijpelijk.
Hij heeft er steeds bij de Katholieke Actie
op aangedrongen geen politiek te voeren; de
richtsnoeren, welke hij aangaf, werden over
het algemeen goed begrepen en de Katholieke
Actie was gehoorzaam en gedisciplineerd.
Het doel der katholieke actie moet zijn de be
vordering van het geestelijk heil van ande
ren, overeenkomstig het voorschrift, dat er in
bestaat zich het lot van zijn eigen broeders
ter harte te nemen.
In de kringen der geestelijkheid wordt er
aan herinnerd, dat de sluiting van het Con
cordaat tusschen den Heiligen Stoel en de
Italiaansche regeering geschiedde na de af
kondiging van de wet op het nationale werk
der Balilla's, welke de ontbinding van de ka
tholieken padvindersbonden met zich bracht.
Dientengevolge kan de erkenning van de Ka
tholieke Actie, vervat in art. 43 van het Con
cordaat, niet worden betwist.
Anderzijds wisten de onderhandelaren van
het Concordaat zeer goed, dat zich onder de
vereenigingen, welke de Katholieke Actie
vormen, zich die der Katholieke Actie vor
men, zich die der Katholieke Jeugd en
Katholieke Studentenbonden bevonden.
Uit drie overwegingen wees hij het
Young-plan af: lo- het invoegen van een
politieke sanctie clausule, waardoor een
element van bedreigen in een dergelijke
overeenkomst wordt opgenomen; 2o. de ook
in de Haagsche overeenkomst opgenomen be
paling van inbeslagneming van Duitsche par
ticuliere eigendommen, 3o. de wettelijke
dwang, den rijksbank opfcelegd, om mede te
werken aan de ujtwerking van ïaternftionate.
betalingen, waardoor Duitschland in een on
gunstige rechtspositie komt te staan, dan de
andere bij het verdrag betrokken partijen.
Sprekende over den financieelen toestand
en de tekorten op de begrooting verklaarde
dr. Schacht, dat niet de grootte der tribuut-
betalingen, doch de wijze, waarop zij ver
kregen werden, het voornaamste punt voor
de Duitsche politiek was. Het verzoek om
revisie te motiveeren, door de z.g. grond-
clausule, achtte dr. Schacht verkeerd. De
vrees, die in vele kringen bestaat, dat bij het
staken der betalingen door Duitschland het
buitenland zal weigeren, de noodige credie-
ten te verschaffen, wordt door dr. Schacht
niet gedeeld. Bovendien was hij van meening,
dat men in geen geval buitenlandsche leenin
gen, hetzij van particuliere, hetzij van offi-
cieele zijde moest opnemen, om het moment,
waarop de herstelbetalingen gestaakt moes
ten worden, zooveel mogelijk uit te stellen.
Door een dergelijke leeningspolitiek zal hei
Duitsche bedrijfsleven in nog ongunstiger
positie komen, terwijl het slechts uitstel van
executie beteekent.
Allereerst moet men thans pogen de Duit
sche uitvoer te verhoogen en dit de voor
naamste voorwaarde maken voor de
vulling van het Young-plan.
ver-
Dé N. R. Crt.-correspondent te Parijs
meldt:
Het huwelijk van president Doumergue is
niet geheel onverwacht gekomen. Niemand
wist echter hier, dat het voor het einde van
zijn ambtstijd zou worden voltrokken. Het
geschiedde in den grootsten eenvoud in het
paleis van het Elysée. Krachtens een bijzon
dere vergunning, door de wet voorzien, wa
ren de geboden niet afgekondigd. Op die ma
nier was groote geheimhouding gewaar
borgd. Wel was de burgemeester van het ar
rondissement, waartoe het Elysée behoort op
de hoogte en gisteren ontving hij van den
procureur van de republiek last zich met den
chef de bureau voor de huwelijken naar het
paleis te begeven. De laatste droeg het zware
register voor de handteekeningen. Een bode
van het raadhuis met ketting was er bij te
genwoordig. Hij vertegenwoordigde het pu-
liek, dat, overeenkomstig de wet, de huwe
lijksvoltrekking moet kunnen bijwonen. Ver
der waren er tegenwoordig de getuigen van
den president en van mevrouw Graves, thans
mevrouw Doumergue, voor ieder één. De
plechtigheid droeg een zuiver civiel karakter
De president behield de beide getuigen en
den burgemeester aan tafel. De getuige van
de bruid behoorde tot zijn vriendenkring.
Mevrouw Graves en hij kenden elkaar reeds
lang. Zij is al jaren de weduwe van een hoo-
gen ambtenaar. Verder is zij leerares in de
letteren aan een meisjeslyceum geweest en
zij heeft een dochter met drie kinderen. Vol
gens de beschrijving is de tegenwoordige
mevrouw Doumergue een knappe, zeer ont
wikkelde vrouw. Gisteren droeg zij een blauw
toilet van crêpe de chine met zwarten strooien
hoed. De heeren waren in pandjesjas met
grijze broek. Een auto van het presidentieele
staldepartement heeft mevrouw Graves voor
de huwelijksplechtigheid afgehaald. Gister
ochtend zou mevrouw Doumergue naar haar
18 eeuwsche villa op 8 K.M. van Toulouse
vertrekken. Daar wonen haar dochter en de
kleinkindreen ook. Zaterdagavond, den 13en
Juni, zal haar echtgenoot zich daar bij haar
voegen. Doumer neemt dan de teugels van
hem over
De traditie wil, dat de aftredende president
van de Republiek den nieuwen titularis naar
het stadhuis vergezelt, waar hij plechtig
wordt ontvangen. Doumergue heeft voor de
uitnoodiging bedankt. Zoodra zijn ambts
periode afgeloopen is, wil hij aan geen en
kele officiëele plechtigheid meer deelnemen.
Van dat oogenblik af wenscht hij als ambte
loos burger te leven.
Naar men zegt, heeft de tegenwoordige
mevrouw Doumergue hem weerhouden zich
opnieuw voor het presidentschap candidaat te
laten stellen.
Arcourd, die aan den directeur van de ge
vangenis te Agen verklaard heeft, den moord
op Philippe Daudet te hebben gepleegd, is
thans voor een onderzoek naar zijn geestver
mogens in observatie.
Arcourd is afkomstig uit Algiers en heeft
in Frankrijk al menige misdaad op zijn ge
weten, vnl. diefstallen. Te Vichy gaf hij zich
eenige jaren geleden uit voor den graaf van
Saint-Yreix, en lichtte verschillende winke
liers op. Vandaar trok hij naar Parijs, waar
hij als hotelrat groote sommen gelds en ju-
weelen wist te bemachtigen.
In 1927 werd hij er van verdacht den Egyp-
tischen gezant bestolen te hebben, wien in
een hotel te Parijs voor een millioen fr. aan
juweelen werd ontvreemd. Arcourd kon een
alibi bewijzen, hij was den avond van den
diefstal op een bal geweest. Wel had hij de
balzaal eenigen tijd verlaten, maar aangeno
men werd, dat die tijd te kort was geweest
om den juweelen weg te nemen.
Meermalen werd hij voor treindiefstallen
vervolgd, maar steeds waren de bewijzen niet
sterk genoeg om hem te veroordeelen.
bruik van valsche papieren hij had zich
voor den Graaf d'Harcourt laten doorgaan
gearresteerd en veroordeeld.
Veel waarde wordt aan zijn bekentenis niet
gehecht; zijn kameraden beweren, dat hij
zich zelf heeft beschuldigd om in een andere
gevangenis te komen, waaruit ontvluchting
gemakkelijker zou zijn.
De justitie van Lithauen heeft blijkens een
telegram uit Kowno aan het B. T. besloten
den ex-premier Woldemaras, die nog steeds
in ballingschap vertoeft, ter verantwoording
te roepen. De eerste dagvaarding heeft Wol
demaras al bereikt.
Hij werd er van beschuldigd in verband
met den aanslag op den vroegeren chef der
politieke politie, den tegenwoordigen minister
van binnenlandsche zaken kolonel Rusteiko,
een leidende rol teh ebben gespeeld en een om
wentelingsbeweging. Dit proces zal over een
maand voor den krijgsraad worden behan
deld.
Een tweede proces zal in de herfst het
hoogste rechtscollege te Kowno bezig houden.
Hier zal Woldemaras zich er over moeten
verantwoorden waar de 50.000 Deensche
kronen, die hem voor bepaalde doeleinden
uit de staatskas zijn ter 'beschikking gesteld,
gebleven zijn.
Den 28sten Maart van dit jaar is de ver
ordening van den Duitschen rijkspresident
ter bestrijding van politieke excessen uitge
vaardigd, welke ten doel had om met meer
effect dan totdusver te kunnen optreden
tegen de dagelijks dreigender aan den dag
tredende uitwassen in het politieke leven.
Sedert zijn er twee maanden verloopen, tijd
genoeg, meent het „Berl. Tageblatt'omden
invloed er van op het politieke leven van
Duitschland na te gaan. En dan geeft het
blad door een lange lijst van dooden en ge
wonden bij politieke botsingen een beeld van
het door de noodvereordening „gezuiverde"
politieke leven in Duitschland.
In die twee maanden zijn, naar het blad
constateert, 15 menschen als slachtoffer der
politieke terreur gedood, op zijn minst 200
zwaar gewonden en wel meer dan 1000 licht
gewond. De lijst die het geeft, kan, naar het
„B. T." erkent, niet eens op volledigheid aan
spraak maken, terwijl botsingen en vecht
partijen zonder ernstige gevolgen er niet in
zijn opgenomen. Alleen in de laatste Mei-
week vielen er 10' dooden bij politieke demon
straties. Bij vergelijking met vorige jaren
blijkt dat er in het heele jaar 1928 in
Duitschland 8 menschen om politieke motie
ven vermoord zijn, in 1929 waren het er 42,
in 1930 50.
En het blad constateert, dat de noodveror
dening ongetwijfeld een mislukking is. Dat
behoeft niet te verwonderen, want zij bestrijdt
symptomen, niet oorzaken. Zij' maakt poli
tieke vergaderingen, optochten, propaganda-
tochten met vrachtauto s afhankelijk van ken
nisgeving aan de politie en geeft de politie
het recht deze te verbieden. Maar de meeste
botsingen hadden spontaan plaats, op plaat
sen en bij gelegenheden, waarvan de politie
niets wist.
De onrust in het land neemt toe, zoo con
stateert het blad ten slotte, en het aantal
bloedige politieke daden, aanwijzingen van
een latenten burgeroorlog, zal toenemen. Als
men den strijd niet daar inzet waar de wor
tels liggen: bij nood, ophitsing en wanhoop.
Volgens den correspondent van den „Man
chester Guardian" te Calcutta is er een aan
zienlijke verslapping van den boycot van bui
tenlandsche stoffen over de geheele linie
waar te nemen. Eenigen tijd geleden werd
hem door een zeer scherpzinnig Indisch poli
ticus voorspeld dat het voordeel dat de Indi
sche textielfabrieken pogen te trekken uit den
boycot een sterke ontstemming tegen henzelf
zou wakker roepen, niet slechts overal in het
land, doch ook in de Congrespartij. De cor
respondent zegt, dat een dergelijke reactie
plaats heeft, niet slechts tegen de thans ge
sponnen „Khaddar", doch ook tegen de
eischen en pretenties van de Indische fabri
kanten, in het bijzonder van Goezjerati en
Bombay. Dezen waren nooit bijster bekend
wegens hun altruisme of hart voor de open
bare zaak, en zelfs op het congres van
Karatsji was te merken dat de nationalisten
over de arrogantie van deze rijke fabrikanten,
die eerst sedert kort tot de zaak der nationa
listen waren bekeerd, verontwaardigd waren.
De verdenking dat deze groep textielfabri
kanten het congres exploiteerde verkreeg be
vestiging door bepaalde eischen van dé Ge
federeerde Indische Kamer, waar dezelfde
kleine groep den boventoon voert. Deze groep
was het, die Gandhi voor haar eischen won.
Gandhi zelf zou thans van den eisch van
deze groep, groep, een 100 percent boycot,
ondersteund door lathis (bamboestokken)"