DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
.58 MtwCand
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
er Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Ho. 150
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
133e Jaargang.
Het Nederlandsche Paviljoen op de Parijsche
Tentoonstelling afgebrand.
Het hoofdpaviljoen in een half uur tijds in de asch gelegd.
indië wil te hulp komen.
ALKMAARSCHE COURANT.
MA/tHDAG 29 JI11I 1931
Ntftg rmm
Dit nummer bestaat alt 2 bladen.
&xiQ&ÜjksdiOjuec<ücht
VERKIEZING IN SPANJE.
Overwinningen van de republikeinsche
partijen.
't Is hier en daar „Spaansch" toegegaan.
De rust, die na de omwenteling in Spanje
bewaard bleef, blijkt hoe langer hoe meer
slechts oogenschijnlijk te zijn geweest. Ver
schillende personen, die hun invloed mede
hadden aangewend, om den koning te ver
drijven en tot een republikeinsche regeering
te komen, blijken te zijn voortgegaan met
hun actie, omdat de behaalde resultaten niet
radicaal genoeg waren naar hun zin. Daar
treft bijv kolonel Macia, die in het noorden
veel aanhangers heeft, en majoor Franco, de
groote man onder de vliegeniers, een bekend
oceaanvlieger, die door de republikeinsche re
geering aan het hoofd van de vliegofficieren
was geplaatst.
Vooral deze majoor heeft de regeering de
laatste dagen veel moeilijkheden bezorgd
door zijn revolutionnaire propaganda, waar
van Sevilla het middelpunt werd. Het werd
zóó erg, dat Zaterdag de regeering tot scher
pe maatregelen overging, majoor Franco
ontzette van zijn ambt en aan de guardia ci-
vile onder generaal Saujurgo opdroeg zich
gereed te maken om op het eerste sein te kun
nen optreden. Veel weet men intusschen niet
van wat er de laatste paar dagen in het oude
Spanje is gebeurd, want de regeering heeft
een strenge censuur ingesteld en is begon
nen met alle geruchten over een voorgeno
men opstand te ontkennen. Maar desondanks
is wel duidelijk geworden, dat er groote op
winding bestaat in de provincie Galicië,
waarvan het stopzetten van den spoorweg
aanleg van Orense naar Vigo door de regee
ring een der hoofdoorzaken is.
Onder deze omstandigheden hebben gister
de verkiezingen voor de volksvertegenwoor
diging plaats gehad. De resultaten daarvan
zullen in den loop van heden wel bekend
worden, maar blijkens de van ochtend door
ons ontvangen berichten staat reeds vast,
dat, gelijk algemeen verwacht wordt, de ver
schillende republikeinsche partijen een zoo
danige overwinning hebben behaald, dat er
van eenigen invloed der monarchisten geen
sprake meer is. Te Madrid- hebben de repu-
blikeinsch-socialisten 14 zetels gewonnen. In
de noordelijke provincies hebben de autono-
misten groote overwinningen geboekt en in
Barcelona veroverde kolonel Macia onge
veer 40 zetels Majoor Franco, de leider der
rebellen, werd zoowel te Sevilla als in Cal-
talonië gekozen op de communistische lijst.
Franco ligt nog steeds met een gebroken
been op het vliegveld te Sevilla. Thans be
schuldigt hij de regeering ervan een aan
slag op hem te hebben gepleegd, doordat zij
de planken van de tribune die instortte, ter
wijl hij een redevoering hield, zou- hebben
laten doorzagen.
Slechts op enkele plaatsen kwamen bij dë
verkiezingen incidenten voor. Te Barcelona
schoot 'n man, toen men hem wilde arrestee
ren, met een revolver, waardoor een man
gedood en een meisje gewond werd.
Te Badalona (Catalonië) werden twee per
sonen gedood tijdens een vechtpartij tus-
schen communisten en republikeinen te Ma
laga vielen eveneens eenige dooden bij een
botsing tusschen militairen en communisten.
Tot zoover de berichten, die, ondanks de
censuur, hedenmorgen zijn bekend gewor
den. Het blijkt wel, dat het hier en daar in
derdaad „Spaansch" is toegegaan.
hoofdgebouw neersmakten. Nu was het ge
heele complex tot aan den Balineeschen af-
sluitmuur één vlammenzee.
Machteloos, want het aanwezige snel-
bluschmateriaal kon zelfs niet bereikt wor
den, moesten de heer Moojen, zijn helpers,
wakers en suppoosten, wier have en goed in
de reeds brandende personeelbarakken tegen
het Balineesche dorp aan verteerd werd, de
verwoesting gadeslaan
Niets dan smeulend puin overge
bleven.
Om ongeveer 5 uur 10 stortten de muren
met donderend geraas in. Van het fiere Ne
derlandsche paviljoen restte niets dan een
hoeveelheid smeulend puin, waaruit de kar
kassen van de boomen op de twee binnen
plaatsen treurig opstaken. De brandweer der
tentoonstelling, die onmiddellijk na het ont
dekken van het vuur gealarmeerd was, was
op volle sterkte verschenen, maar had niets
meer te doen dan haar twintig waterstralen
te richten op het formidabele puinveld. Ook
van de hoofdbrandweercentrale te Parijs,
verbonden met de prefectuur van politie, en
van zes der naastbijgelegen hulpwachten
rukte dadelijk assistentie in den vorm van
een ware file spuit- en ladderwagens aan.
Doch ook deze hulp kwam natuurlijk te laat.
Was kortsluiting de oorzaak.
De correspondent van de Crt. seinde nog
de volgende bijzonderheden:
Zaterdagavond half twaalf was loos
brandalarm gegeven door het inslaan van
het ruitje tegenover ons paviljoen. Dit was
reeds eenige malen gebeurd. Steeds bleek het
alarm valsch. Ook ditmaal was er niets aan
de hand en de gewekte leden van het perso
neel, op den nachtwaker na, gingen, schel
dend op den laffen grappenmaker ter ruste.
Tegen vier uur 's nachts was er, dat staat
vast, nog in het geheei geen onraad te be
speuren. Wat er daarna gebeurd is Het
technisch onderzoek,d at thans gaande is, zal
technisch onderzoek, dat thans gaande is, zal
Dat onderzoek, ingesteld in het rookende
puin, zal langdurig en verbazend moeilijk
zijn. Ingenieurs van het Parijsch electrisch
bedrijf, met wie wij spraken, willen zich hun
meening voorbehouden. Bij eventueele kort
sluiting moet deze, naar wordt aangenomen.,
ontstaan zijn in het kleine stukje draad, een
z.g. stroomonderbreker tusschen den trans
formator en de aanvoerdraden. Aan dezen
stroomonderbreker, die totaal zwart onder
het puin is aangetroffen, is te zien, zeggen
zij dat de stroom gisteravond wel degelijk
door den nachtwaker is afgesloten.
Hoe het zij, het ware stellig voorbarig op
het eindresultaat in welken zin ook, vooruit
te loopen.
De brand dreigde nog ernstiger
te worden.
Terwijl de toren van het paviljoen biand-
de, werd door wegvliegende stukken hout en
brandende „sirappen" (houten Balineesche
dakpannen), waarmede het terrein bezaaid
ligt, een rechts er van gelegen restaurant van
Italië in brand gezet en ook de brand, die
Gistermiddag heeft de radio de treurmare
al medegedeeld: op de koloniale tentoonstel
ling te Vincennes is het Nederlandsche
hoofdpaviljoen, dat nog pas geleden ook
door onze koninklijke familie is bezocht,
gisterochtend door een geweldigen brand in
minder dan een half uur tijds tot den grond
toe afgebrand. Slechts het paviljoen der par
ticuliere inzendingen, de Pendoppo, het Su-
matraansche woonhuis, het Balineesche dorp
en de restaurants zijn gespaard. De kostbare
verzamelingen, afgestaan door het Bata-
viaasche genootschap, het Leidsch Ethnogra-
fisch museum en den architect Mooyen,
zijn totaal vernield.
Aan de Crt. ontkenen wij nog de volgen
de bijzonderheden:
Hoe de brand ontdekt werd.
Het was omstreeks 4 uur 40 gisterochtend,
toen de nachtwaker Spoormans tijdens zijn
ronde door het hoofdgebouw eenige knallen
hoorde, komende uit de buurt van het recht-
sche hoofdportiek, waar zich voor de centrale
receptiezaal een vestiaire bevond. Toen hij op
deze knallen afsnelde en de vestiaire-deur
openrukte, sloeg hem uit het vertrekje een
ontzettende rook tegemoet, waardoor vlam
men speelden. Achter deze vestiaire was de
transformator voor de electrische geleiding
van de geheele Nederlandsche sectie. Het
schakelbord daarvan echter was in de ves
tiaire zelf aangebracht.
Spoormans had niet de tegenwoordigheid
van geest of de kracht om de deur weer te
siuiten, doch holde naar de achter het pavil
joen gelegen woning van den heer Moojen,
die laat met zijn vrouw van de uitvoering
der Wagnervereeniging in de Opera was
thuisgekomen, in diepen slaap lag en nu ge
wekt werd door den beangsten kreet van
den waker: „Wordt wakker, er is vuur in
het gebouw!"
Toen de heer Moojen blootsvoets en haast
ongekleed het gebouw had bereikt, sloegen
de vlammen reeds uit den voorgevel, met
zulk een geweld, dat dwars over den bree-
den hoofdweg de Batak-huisjes en de dui
ventil op het voorterrein in vlam werden ge
zet en als lucifers opbrandden.
De heer Moojen zag in één oogopslag den
omvang van het onheil. Hij snelde terug
naar zijn woning, waarschuwde ziin reeds
wakker geworden echtgenoote en cien Indi-
schen chauffeur, die voor het snel naderen
de vuur in nachtgewaad door het raam
vluchtte. Daarna sprong de heer Moojen
zelf door het raam en alarmeerde het perso
neel en de Balineesche dansers in hun kam
pong. Zij geraakten een oogenblik in hevige
consternatie en keken daarna beduusd naar
het loeiende vuur, om vervolgens in goede
orde hun verblijf te ontruimen Hun leider,
de heer Soekawati, had daartoe onverwijld
?en achterpoortje opengezet. Hierdoor zijn
althans gelukkig verliezen van menschenle-
vens voorkomen.
Intusschen sloegen de vlammen reeds bo
ven de „meeroets" (stapeldaken) uit, die als
tooitsen laaiden en om even 5'uur met een
donderenden slag door het dak van het
bijna tegelijk een veel verder gelegen eet
huisje verwoestte, zoomede twee bungalows
achter den dierentuin, wordt aan vliegende
vonken en spanten van het Nederlandsch pa
viljoen toegeschreven.
Vele kunstschatten verloren ge
gaan.
Wat er verloren is gegaan, kan slechts
globaal worden opgegeven. Een geluk wil bij
het ongeluk, dat zoowel van het Batavia'sch
Genootschap als van het Leidsch Etnogra
fisch Museum nog slechts een gedeelte der
beloofde inzendingen was aangekomen. Van
wat er al was, is uiteraard niets meer over.
Verder is met het hoofdgebouw de geheele
collectie-Moojen, een verzameling Indische
kostbaarheden, krissen, Balineesche weefsels
van niet te berekenen waarde, ivoorwerk
etc. teloor gegaan. Vijf en twintig jaar moei
zaam zoeken en kunstzinnig ordenen zijn hier
in minder dan een half uur vernietigd.
En zwaarder nog dan door het verlies van
deze schatten, dat door geen assurantie kan
worden gedekt om hun artistieke en culturee-
le waarde, om hun onvervangbaarheid, heeft
het noodlot toegeslagen. Veertig kisten vol
reliquieën van den heer Moojen uit Indië,
met zijn verzameling schilderijen en etsen
van moderne Nederlandsche meesters, zijn
eigen Indische schilderstukken, zoomede een
kwart eeuw studiemateriaal, waaronder dat
voor zijn tweede boek over Bali, hetgeen hij
allemaal opgeslagen had in het magazijn
achter zijn woonvertrekken, is door het ra
zende vuur verteerd, samen met een som
gelds, met de boekhouding, met de geheele
briefwisseling met onze regeering, en het
Fransche bestuur.
Prinses Juliana bezoekt de ruïnes.
Prinses Juliana, dje nog zoo kort geleden
met haar ouders het Nederlandsche Pavil
joen bezocht, heeft gistermorgen op de plaats
van de ramp zelf haar deelneming betuigd.
Een aangrijpend oogenblik was het toen onze
kroonprinses de treurige overblijfselen ont
waarde van het heerlijke gebouw, dat zij
geen twee weken geleden voor het eerst en
thousiast bewonderde en dat zij nog gisteren
in alle stilte bezocht.
Met haar waren van haar gevolg aanwe
zig baron Baud, freule Taets van Amerongen
en freule Bentinck. Ontzetting teekent zich
op haar gelaat. Geleid door den heer Moo
jen en den inmiddels gearriveerden vice-voor-
zitter van het comité, den heer Swart, maakt
zij een rondgang links om het tooneel dei-
verwoesting, waar verbrijzelde gipsbeelden
in het rond liggen, verkoolde balken, gesmol
ten glas.
Zij betuigde den heer Moojen en zijn man
nen, den leider der Balineezen en den arts
dr. Radjiman haar innige deernis, wenschte
hun tevens geluk met hun redding. Tranen
stonden in ieders oogen en zij zeide met tril
lende stem tot architect Moojen: „Wat ben
ik blij, dat ik gisteren nog hier ben geweest
en al die mooie dingen gezien heb, voor zi]
voorgoed verdwenen. Ik hoop, dat wij allen
de herinnering zullen behouden aan wat wij
hier voor prachtigs hebben gehad".
Om 12 uur 15 vertrok de Prinses weer
Tot het laatst was haar blik op de ruïnes ge
vestigd. Terwijl zij het terrein verliet, ga
ven eenige honderden bezoekers der tentoon
stelling uiting aan hun sympathie.
Om halftien gisterochtend hebben de
politieprefect, de president van het tech
nisch comité der tentoonstelling Blanchet
zoowel den heer Moojen als den nachtwaker
gehoord en aan de hand van hun verkalrin-
gen trachten vast te stellen of de electrische
stroom gisteravond wel was uitgeschakeld.
De heer Moojen heeft, toen hij om 2 uur naar
bed ging, geen licht in een der gebouwen
meer gezien. Er zijn menschen, echter naar
men vermoedt geen ooggetuigen, die beweren,
dat toen de torens in brand stonden, in de
nevenpaviljoens en de restaurants lichten uit
gingen, maar zeer waarschijnlijk zijn dit
praatjes.
In aansluiting aan het bovenstaande kan
nog worden gemeld, dat in verband met het
gebeurde de Fransche paviljoens in de toe
komst extra streng zullen worden bewaakt.
Van officieele Fransche zijde niets dan de
warmste betuigingen van deernis.
De schade van het Koloniaal In
stituut valt mede.
Volgens het persbureau Vaz Dias, dat een
onderhoud gehad heeft met den hogleeraar-
directeur der afd. Volkenkunde van het Kon.
Instituut zijn er alleen duplicaten naar Pa
rijs gezonden o.a. ook afgiestels van reliëfs
en Hindoebeelden. Ook de inzending van het
Rijksethnografisch Museum te Leiden be
stond uitsluitend uit duplicaten.
De heer Westerveld, algemeen secreta
ris van het Kon. Instituut deelde mede, dat
dit geen onherstelbaar verlies heeft geleden.
Wel onherstelbaar was echter het verlies
van vele dingen buiten het Kol Instituut b.v
de unieke en niet meer te vervangen verzame
ling van den heer Moojen. Een en ander was
onbrandbaar gemaakt maar dat schijnt al-
lcui te helpen zoolang er geen brand is.
D" duiven uit dm vernielden duiventil
werden door de hitte bewusteloos op het ter
rein gevonden.
Het is niet duidelijk of het mogelijk zal
zijn het vernielde in eenigerlei vorm nog Voor
den duur van deze tentoonstelling te her
stellen,
Het Leidsche museum is ook
gedupeerd.
Het persbureau Vaz Dias informeerde gis
ter bij het Rijksethnografisch museum te Lei
den naar de gevolgen van de ramp te Parijs.
De directeur, dr. juynbol, die reeds eenigen
tijd ongesteld is, was ten zeerste getroffen
door de ramp. De conservator van het mu
seum, dr. Krieger is gisteravond met den
trein naar Parijs vertrokken. Het Museum
stond aan de tentoonstelling onderscheiden
voorwerpen af, welke alle origineele waren,
doch geen unica. Niettemin is ook de schade
voor het Museum zeer aanzienlijk.
De schade is zeer groot.
De schade is onberekenbaar. Het hoofd
gebouw zelf was verzekerd voor ongeveer
600.000, de inhoud voor een bedrag dat
kon oploopen tot 1.000.000, al naar gelang
er werd ingebracht, doch dat met het oog op
de nog onopgegeven waarde der jongste in
zendingen uit Batavia nog niet definitief was
vastgesteld en daardoor dubieus is. Alle ver
zekeringen loopen bij de Service des Assuran-
ces de 1'Exposition, het verzekeringsorganis
me van het commissariaat-generaal.
Buitenlandsche deelneming.
Reeds op het terrein van den brand heeft de
Fransche minister van koloniën Reynand
onzen gezant de deelneming der Fransche
regeering betoond.
De Fransche autoriteiten zullen alle mo
gelijke medewerking verkenen.
Ook maarschalk Lyautey was diep ge
schokt door het gebeurde, evenals gouverneur-
generaal Olivier.
Maarschalk Lyautey heeft koningin Wilhel-
mina in Trois Epis een telegram van deel
neming gezonden, evenals aan onzen minister
van koloniën.
Ook president Dourner heeft op de legatie
zijn leedwezen doen betuigen.
De premier Laval heeft den secretaris
generaal van het ministerie van Binnenland-
sche Zaken, Noël, opdracht gegeven, onzen
gezant, jhr. Loudon, zijn smartelijke sym
pathie te betuigen. Minister Briand heeft den
consul RousselLe Roy eenzelfde opdracht
gegeven.
Waarschijnlijk geen nieuw paviljoen.
Het wordt niet aannemelijk geacht, dat
eenigerlei beslissing door het comité zal wor
den genomen, strekkende tot het oprichten
van iets als een nieuw Nederlandsch pavil
joen. Dit zou alleen zin hebben, als met eeni
ge zekerheid vaststond, dat de tentoonstelling
na October wordt gecontinueerd en zelfs dan
in hooge mate afhankelijk zijn, van hetgeen
omtrent de uitbetaling der assurantiesom
wordt beslist.
Gevraagd naar de mogelijkheid, de stati
stieken en grafieken te reconstrueeren, heeft
de vervaardiger van die, welke in het ver
woeste paviljoen voorkwamen, verklaard, dat
zulks uiterst bezwaarlijk uitvoerbaar zal zijn,
daar ook zijn feitenmateriaal, in lange jaren
verzameld, bij den brand verloren is gegaan.
Nederlandsche deskundigen naar
Parijs.
Professor P. L. de Bussy er. ir. W. L. Uter-
mark, respectievelijk directeur en conservator
van de afdeeling Handelsmuseum van het
Koloniaal Instituut te Amsterdam, zijn Zon
dagochtend per vliegtuig naar Parijs ver
trokken, t:n einde zich van de door den
brand in de Nederlandsche afdeeling van de
Internationale Koloniale Tentoonstelling aan
gerichte schade op de hoogte te stellen.
De betetkenis van wat in de
vlammen is opgegaan.
Het herhaalde omgewerkte bouwwerk van
architect W. J. G. Zweedijk te Soerabaja
mocht gezien worden. In nauwe samenwer
king met den helaas thans zoo zwaar -ge
troffen architect-schilder P. A. J. Moojen,
kenner van de Balineesche en Javaansche
cultuurschoonheden als weinig anderen; was
hier een hoofdpaviljoen verrezen, dat tot in
de kleinste details natuurgetrouwe afgietsels
vertoonde van authentieke beeldhouwwerken
en andere versieringsmotieven. Binnentredend
door de hoofddeur, gevat in het kader van een
Balineeschen tempelingang met den brecden
grijr.zenden kop van een godheid er boven,
gekroond door een toren van 35 meter, kwam
men in een groote ontvang- en eerezaal, die
bijna 40.meter breed en 23 meter diep was
Deze ruimte met haar marmeren vloer was
een vrije navolging van de „pendoppo" van
den sultan van Djokjakarta
Hier was het beste te zien, wat Indië kan
bieden, n.1. Hindoe-, Javaansche kunst en in-
heemsche kunstnijverheid. Verder werd hier
op aanschouwelijke wijze antwoord1 ge
geven op de vraag, wat Nederland in Indië
gedaan heeft. Ten slotte bevatten de voor
zalen, de inzendingen op het gebied van het
verkeerswezen.
In de voorzaal sierden drie groote schilder
stukken den achterwand, verbeeldende drie
perioden uit de geschiedenis van het Neder
landsche gezag in Indië. De andere lange
wand had drie voorstelling van Indische
cultuur met ouden Hindoe- en Balineeschen
tempel. Daarbij sloot zich logisch aan de
stemmige binnenhof tegenover den hoofd
ingang, in het midden van het paviljoen ge
legen met den daaraan aansluitenden „echten"
Mendoettempel. De tempel was een verras
send natuurgetrouwe reconstructie. Achter
de Eerezaal links van den Binnenhof had de
biologische afdeeling een plaats gevonden.
Daarop volgden tropische hygiëne gevolgd
door de economisch-financieele afdeelingcn
en diorama's, afdeelingen voor zending en
kaarten, enz. enz.
Een verklaring van minister De
Graaff.
De minister van Koloniën, de heer S. de
Graaff, die aan de Crt. gisternamiddag een
kort onderhoud toestond, verklaarde diep ge-
trof en te zijn door het 'bericht van den brand
in het Nederlandsch paviljoen te Parijs, dat
hem vanmorgen had bereikt. „Het is een
volslagen vernietiging van ons fraaie pavil
joen", zeide minister „en beteekent niet min
der dan een nationale ramp.
Het is een droevig einde na al den arbeid
en inspanning door zooveten voor de tot
standkoming van ons paviljoen verricht. Voor
de Koloniale Tentoonstelling zelf is het even
eens een groote slag, daar het Nederlandsch
paviljoen algimeen tot een der meest interes
sante instellingen werd gerekend".
Op de vraag of de mogelijkheid bestaat dat
Nederland misschien nog met een nieuwe in
zending zal komen, verklaarde Z.Ex., dat
hem dit onmogelijk leek. Een nieuw gebouw
van bescheiden omvang op te richten, zou
misschien nog gaan, doch de kostbare ver
loren gegane inzendingen zijn helaas niet
meer te vervangen.
Uit Bandjir Massin werd heden geseind:
De Borneo post verneemt in verband met
de brand, welke het Nederlandsch paviljoen
te Parijs heeft verwoest, dat, indien dit wordt
gewenscht, de inhoud van het Borneo-mu-
seum direct naar Holland kan worden ver
zonden.
Overal betuigingen van deel
neming.
Het persbureau V. D seinde ons heden
morgen:
Allerwege betuigt men zijn sympathie en
deelneming met het verlies dat Nederland
heeft geleden door de verwoesting van het
Nederlandsche paviljoen op de Koloniale ten
toonstelling in het Bois de Vincennes bij
Parijs. De Fransche ochtendbladen bevatten
uitvoerige verslagen van het verloop der on-
elukkige gebeurtenis en geven eveneens uiting
aan hun sympathie met het geleden verlies!
HET PLAN VAN HOOVER.
Zal België er afwijzend tegenover
staan?
Aangaande de Belgische nota van ant
woord op Hoover's voorstel weet de „Ving-
tième Siècle" van Zaterdag mede te deelen
dat deze nog niet is uitgewerkt. Men wacht
nog op berichten omtrent de wijze, waarop
het Fransche antwoord te Washington is ont
vangen.
Het Belgische antwoord, aldus het blad,
zal kort zijn. Het zal van het initiatief van
Hoover met waardeering kennis nemen en
overigens op de noodzakelijkheid wijzen van
een speciale regeling, welke met de eigenaar
dige positie van België in overeenstemming
is. Voorts zal men over het voorstel van den
Amerikaansche president nog moeten onder
handelen.
Volgens het blad meent men in goed-inge-
lichte Brusselsche politieke kringen dat het
niet aangaat van België een in zulke bedra
gen loopend offer te verlangen, gelijk het
voorstel van Hoover bepaalt.
Griekenland aanvaardt het voor-
waardelijk.
De Zaterdag gepubliceerde samenvatting
van den inhoud der Grieksche antwoordnota
aan Amerika stelt de volgende drie wenschen
op den voorgrond:
lo. dat Griekenland bewaard blijft voor
elk verlies, dat zou kunnen ontstaan uit een
vacantiejaar met het oog op het verschil tus
schen de aan het land toekomende schadever
goeding en zijn verplichtingen aan oor logs-
schulden;
2o. dat Griekenland, indien het voorstel
van Hoovei t ok Bulgarije omvat, gedurende
het moratorium de voordeden uit het ver
drag Kaïandaris-Molov zal blijven genieten.
De Grieksche regeering neemt aan, dat he*
voorstel-H-.o ver ook het tweede gedeelte der
Grieksche staatsschuld aan Amerika omvat.
In weerwil van het vurig verlangen, zoo
zegt de nota, om met alle krachten aan het
herstel van het Europeesche economische le
ven mede te werken, kan de Grieksche regee-
ring slechts een zoodanige oplossing aanne
men, waardoor het land geen nieuwe lasten
worden opgelegd.
Gunstige indruk van het Fransche
antwoord in Amerika.
De onderstaatssecretaris van buitenland
sche zaken Castle heeft in de Zaterdag ge
houden persconferentie medegedeeld, dat men
verwacht aanvang dezer week tot overeen
stemming met Frankrijk te zullen komen. Alt
grondslag der overeenstemming kenschetste
hij het voorstel van Hoover als volgt:
„Duitschland voor het tijdsverloop van een
jaar feitelijk van alle lasten te bevrijden".
Castle begroette met vreugde het verloop
der stemming in de Fransche Kamer, daar
deze aanleiding geeft tot een zeer optimisti
sche beoordeeling van den toestand. O-,
grond dezer stemming weet de wereld tb