DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. .58 MtwCand Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- er Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Ho. 150 Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 133e Jaargang. Het Nederlandsche Paviljoen op de Parijsche Tentoonstelling afgebrand. Het hoofdpaviljoen in een half uur tijds in de asch gelegd. indië wil te hulp komen. ALKMAARSCHE COURANT. MA/tHDAG 29 JI11I 1931 Ntftg rmm Dit nummer bestaat alt 2 bladen. &xiQ&ÜjksdiOjuec<ücht VERKIEZING IN SPANJE. Overwinningen van de republikeinsche partijen. 't Is hier en daar „Spaansch" toegegaan. De rust, die na de omwenteling in Spanje bewaard bleef, blijkt hoe langer hoe meer slechts oogenschijnlijk te zijn geweest. Ver schillende personen, die hun invloed mede hadden aangewend, om den koning te ver drijven en tot een republikeinsche regeering te komen, blijken te zijn voortgegaan met hun actie, omdat de behaalde resultaten niet radicaal genoeg waren naar hun zin. Daar treft bijv kolonel Macia, die in het noorden veel aanhangers heeft, en majoor Franco, de groote man onder de vliegeniers, een bekend oceaanvlieger, die door de republikeinsche re geering aan het hoofd van de vliegofficieren was geplaatst. Vooral deze majoor heeft de regeering de laatste dagen veel moeilijkheden bezorgd door zijn revolutionnaire propaganda, waar van Sevilla het middelpunt werd. Het werd zóó erg, dat Zaterdag de regeering tot scher pe maatregelen overging, majoor Franco ontzette van zijn ambt en aan de guardia ci- vile onder generaal Saujurgo opdroeg zich gereed te maken om op het eerste sein te kun nen optreden. Veel weet men intusschen niet van wat er de laatste paar dagen in het oude Spanje is gebeurd, want de regeering heeft een strenge censuur ingesteld en is begon nen met alle geruchten over een voorgeno men opstand te ontkennen. Maar desondanks is wel duidelijk geworden, dat er groote op winding bestaat in de provincie Galicië, waarvan het stopzetten van den spoorweg aanleg van Orense naar Vigo door de regee ring een der hoofdoorzaken is. Onder deze omstandigheden hebben gister de verkiezingen voor de volksvertegenwoor diging plaats gehad. De resultaten daarvan zullen in den loop van heden wel bekend worden, maar blijkens de van ochtend door ons ontvangen berichten staat reeds vast, dat, gelijk algemeen verwacht wordt, de ver schillende republikeinsche partijen een zoo danige overwinning hebben behaald, dat er van eenigen invloed der monarchisten geen sprake meer is. Te Madrid- hebben de repu- blikeinsch-socialisten 14 zetels gewonnen. In de noordelijke provincies hebben de autono- misten groote overwinningen geboekt en in Barcelona veroverde kolonel Macia onge veer 40 zetels Majoor Franco, de leider der rebellen, werd zoowel te Sevilla als in Cal- talonië gekozen op de communistische lijst. Franco ligt nog steeds met een gebroken been op het vliegveld te Sevilla. Thans be schuldigt hij de regeering ervan een aan slag op hem te hebben gepleegd, doordat zij de planken van de tribune die instortte, ter wijl hij een redevoering hield, zou- hebben laten doorzagen. Slechts op enkele plaatsen kwamen bij dë verkiezingen incidenten voor. Te Barcelona schoot 'n man, toen men hem wilde arrestee ren, met een revolver, waardoor een man gedood en een meisje gewond werd. Te Badalona (Catalonië) werden twee per sonen gedood tijdens een vechtpartij tus- schen communisten en republikeinen te Ma laga vielen eveneens eenige dooden bij een botsing tusschen militairen en communisten. Tot zoover de berichten, die, ondanks de censuur, hedenmorgen zijn bekend gewor den. Het blijkt wel, dat het hier en daar in derdaad „Spaansch" is toegegaan. hoofdgebouw neersmakten. Nu was het ge heele complex tot aan den Balineeschen af- sluitmuur één vlammenzee. Machteloos, want het aanwezige snel- bluschmateriaal kon zelfs niet bereikt wor den, moesten de heer Moojen, zijn helpers, wakers en suppoosten, wier have en goed in de reeds brandende personeelbarakken tegen het Balineesche dorp aan verteerd werd, de verwoesting gadeslaan Niets dan smeulend puin overge bleven. Om ongeveer 5 uur 10 stortten de muren met donderend geraas in. Van het fiere Ne derlandsche paviljoen restte niets dan een hoeveelheid smeulend puin, waaruit de kar kassen van de boomen op de twee binnen plaatsen treurig opstaken. De brandweer der tentoonstelling, die onmiddellijk na het ont dekken van het vuur gealarmeerd was, was op volle sterkte verschenen, maar had niets meer te doen dan haar twintig waterstralen te richten op het formidabele puinveld. Ook van de hoofdbrandweercentrale te Parijs, verbonden met de prefectuur van politie, en van zes der naastbijgelegen hulpwachten rukte dadelijk assistentie in den vorm van een ware file spuit- en ladderwagens aan. Doch ook deze hulp kwam natuurlijk te laat. Was kortsluiting de oorzaak. De correspondent van de Crt. seinde nog de volgende bijzonderheden: Zaterdagavond half twaalf was loos brandalarm gegeven door het inslaan van het ruitje tegenover ons paviljoen. Dit was reeds eenige malen gebeurd. Steeds bleek het alarm valsch. Ook ditmaal was er niets aan de hand en de gewekte leden van het perso neel, op den nachtwaker na, gingen, schel dend op den laffen grappenmaker ter ruste. Tegen vier uur 's nachts was er, dat staat vast, nog in het geheei geen onraad te be speuren. Wat er daarna gebeurd is Het technisch onderzoek,d at thans gaande is, zal technisch onderzoek, dat thans gaande is, zal Dat onderzoek, ingesteld in het rookende puin, zal langdurig en verbazend moeilijk zijn. Ingenieurs van het Parijsch electrisch bedrijf, met wie wij spraken, willen zich hun meening voorbehouden. Bij eventueele kort sluiting moet deze, naar wordt aangenomen., ontstaan zijn in het kleine stukje draad, een z.g. stroomonderbreker tusschen den trans formator en de aanvoerdraden. Aan dezen stroomonderbreker, die totaal zwart onder het puin is aangetroffen, is te zien, zeggen zij dat de stroom gisteravond wel degelijk door den nachtwaker is afgesloten. Hoe het zij, het ware stellig voorbarig op het eindresultaat in welken zin ook, vooruit te loopen. De brand dreigde nog ernstiger te worden. Terwijl de toren van het paviljoen biand- de, werd door wegvliegende stukken hout en brandende „sirappen" (houten Balineesche dakpannen), waarmede het terrein bezaaid ligt, een rechts er van gelegen restaurant van Italië in brand gezet en ook de brand, die Gistermiddag heeft de radio de treurmare al medegedeeld: op de koloniale tentoonstel ling te Vincennes is het Nederlandsche hoofdpaviljoen, dat nog pas geleden ook door onze koninklijke familie is bezocht, gisterochtend door een geweldigen brand in minder dan een half uur tijds tot den grond toe afgebrand. Slechts het paviljoen der par ticuliere inzendingen, de Pendoppo, het Su- matraansche woonhuis, het Balineesche dorp en de restaurants zijn gespaard. De kostbare verzamelingen, afgestaan door het Bata- viaasche genootschap, het Leidsch Ethnogra- fisch museum en den architect Mooyen, zijn totaal vernield. Aan de Crt. ontkenen wij nog de volgen de bijzonderheden: Hoe de brand ontdekt werd. Het was omstreeks 4 uur 40 gisterochtend, toen de nachtwaker Spoormans tijdens zijn ronde door het hoofdgebouw eenige knallen hoorde, komende uit de buurt van het recht- sche hoofdportiek, waar zich voor de centrale receptiezaal een vestiaire bevond. Toen hij op deze knallen afsnelde en de vestiaire-deur openrukte, sloeg hem uit het vertrekje een ontzettende rook tegemoet, waardoor vlam men speelden. Achter deze vestiaire was de transformator voor de electrische geleiding van de geheele Nederlandsche sectie. Het schakelbord daarvan echter was in de ves tiaire zelf aangebracht. Spoormans had niet de tegenwoordigheid van geest of de kracht om de deur weer te siuiten, doch holde naar de achter het pavil joen gelegen woning van den heer Moojen, die laat met zijn vrouw van de uitvoering der Wagnervereeniging in de Opera was thuisgekomen, in diepen slaap lag en nu ge wekt werd door den beangsten kreet van den waker: „Wordt wakker, er is vuur in het gebouw!" Toen de heer Moojen blootsvoets en haast ongekleed het gebouw had bereikt, sloegen de vlammen reeds uit den voorgevel, met zulk een geweld, dat dwars over den bree- den hoofdweg de Batak-huisjes en de dui ventil op het voorterrein in vlam werden ge zet en als lucifers opbrandden. De heer Moojen zag in één oogopslag den omvang van het onheil. Hij snelde terug naar zijn woning, waarschuwde ziin reeds wakker geworden echtgenoote en cien Indi- schen chauffeur, die voor het snel naderen de vuur in nachtgewaad door het raam vluchtte. Daarna sprong de heer Moojen zelf door het raam en alarmeerde het perso neel en de Balineesche dansers in hun kam pong. Zij geraakten een oogenblik in hevige consternatie en keken daarna beduusd naar het loeiende vuur, om vervolgens in goede orde hun verblijf te ontruimen Hun leider, de heer Soekawati, had daartoe onverwijld ?en achterpoortje opengezet. Hierdoor zijn althans gelukkig verliezen van menschenle- vens voorkomen. Intusschen sloegen de vlammen reeds bo ven de „meeroets" (stapeldaken) uit, die als tooitsen laaiden en om even 5'uur met een donderenden slag door het dak van het bijna tegelijk een veel verder gelegen eet huisje verwoestte, zoomede twee bungalows achter den dierentuin, wordt aan vliegende vonken en spanten van het Nederlandsch pa viljoen toegeschreven. Vele kunstschatten verloren ge gaan. Wat er verloren is gegaan, kan slechts globaal worden opgegeven. Een geluk wil bij het ongeluk, dat zoowel van het Batavia'sch Genootschap als van het Leidsch Etnogra fisch Museum nog slechts een gedeelte der beloofde inzendingen was aangekomen. Van wat er al was, is uiteraard niets meer over. Verder is met het hoofdgebouw de geheele collectie-Moojen, een verzameling Indische kostbaarheden, krissen, Balineesche weefsels van niet te berekenen waarde, ivoorwerk etc. teloor gegaan. Vijf en twintig jaar moei zaam zoeken en kunstzinnig ordenen zijn hier in minder dan een half uur vernietigd. En zwaarder nog dan door het verlies van deze schatten, dat door geen assurantie kan worden gedekt om hun artistieke en culturee- le waarde, om hun onvervangbaarheid, heeft het noodlot toegeslagen. Veertig kisten vol reliquieën van den heer Moojen uit Indië, met zijn verzameling schilderijen en etsen van moderne Nederlandsche meesters, zijn eigen Indische schilderstukken, zoomede een kwart eeuw studiemateriaal, waaronder dat voor zijn tweede boek over Bali, hetgeen hij allemaal opgeslagen had in het magazijn achter zijn woonvertrekken, is door het ra zende vuur verteerd, samen met een som gelds, met de boekhouding, met de geheele briefwisseling met onze regeering, en het Fransche bestuur. Prinses Juliana bezoekt de ruïnes. Prinses Juliana, dje nog zoo kort geleden met haar ouders het Nederlandsche Pavil joen bezocht, heeft gistermorgen op de plaats van de ramp zelf haar deelneming betuigd. Een aangrijpend oogenblik was het toen onze kroonprinses de treurige overblijfselen ont waarde van het heerlijke gebouw, dat zij geen twee weken geleden voor het eerst en thousiast bewonderde en dat zij nog gisteren in alle stilte bezocht. Met haar waren van haar gevolg aanwe zig baron Baud, freule Taets van Amerongen en freule Bentinck. Ontzetting teekent zich op haar gelaat. Geleid door den heer Moo jen en den inmiddels gearriveerden vice-voor- zitter van het comité, den heer Swart, maakt zij een rondgang links om het tooneel dei- verwoesting, waar verbrijzelde gipsbeelden in het rond liggen, verkoolde balken, gesmol ten glas. Zij betuigde den heer Moojen en zijn man nen, den leider der Balineezen en den arts dr. Radjiman haar innige deernis, wenschte hun tevens geluk met hun redding. Tranen stonden in ieders oogen en zij zeide met tril lende stem tot architect Moojen: „Wat ben ik blij, dat ik gisteren nog hier ben geweest en al die mooie dingen gezien heb, voor zi] voorgoed verdwenen. Ik hoop, dat wij allen de herinnering zullen behouden aan wat wij hier voor prachtigs hebben gehad". Om 12 uur 15 vertrok de Prinses weer Tot het laatst was haar blik op de ruïnes ge vestigd. Terwijl zij het terrein verliet, ga ven eenige honderden bezoekers der tentoon stelling uiting aan hun sympathie. Om halftien gisterochtend hebben de politieprefect, de president van het tech nisch comité der tentoonstelling Blanchet zoowel den heer Moojen als den nachtwaker gehoord en aan de hand van hun verkalrin- gen trachten vast te stellen of de electrische stroom gisteravond wel was uitgeschakeld. De heer Moojen heeft, toen hij om 2 uur naar bed ging, geen licht in een der gebouwen meer gezien. Er zijn menschen, echter naar men vermoedt geen ooggetuigen, die beweren, dat toen de torens in brand stonden, in de nevenpaviljoens en de restaurants lichten uit gingen, maar zeer waarschijnlijk zijn dit praatjes. In aansluiting aan het bovenstaande kan nog worden gemeld, dat in verband met het gebeurde de Fransche paviljoens in de toe komst extra streng zullen worden bewaakt. Van officieele Fransche zijde niets dan de warmste betuigingen van deernis. De schade van het Koloniaal In stituut valt mede. Volgens het persbureau Vaz Dias, dat een onderhoud gehad heeft met den hogleeraar- directeur der afd. Volkenkunde van het Kon. Instituut zijn er alleen duplicaten naar Pa rijs gezonden o.a. ook afgiestels van reliëfs en Hindoebeelden. Ook de inzending van het Rijksethnografisch Museum te Leiden be stond uitsluitend uit duplicaten. De heer Westerveld, algemeen secreta ris van het Kon. Instituut deelde mede, dat dit geen onherstelbaar verlies heeft geleden. Wel onherstelbaar was echter het verlies van vele dingen buiten het Kol Instituut b.v de unieke en niet meer te vervangen verzame ling van den heer Moojen. Een en ander was onbrandbaar gemaakt maar dat schijnt al- lcui te helpen zoolang er geen brand is. D" duiven uit dm vernielden duiventil werden door de hitte bewusteloos op het ter rein gevonden. Het is niet duidelijk of het mogelijk zal zijn het vernielde in eenigerlei vorm nog Voor den duur van deze tentoonstelling te her stellen, Het Leidsche museum is ook gedupeerd. Het persbureau Vaz Dias informeerde gis ter bij het Rijksethnografisch museum te Lei den naar de gevolgen van de ramp te Parijs. De directeur, dr. juynbol, die reeds eenigen tijd ongesteld is, was ten zeerste getroffen door de ramp. De conservator van het mu seum, dr. Krieger is gisteravond met den trein naar Parijs vertrokken. Het Museum stond aan de tentoonstelling onderscheiden voorwerpen af, welke alle origineele waren, doch geen unica. Niettemin is ook de schade voor het Museum zeer aanzienlijk. De schade is zeer groot. De schade is onberekenbaar. Het hoofd gebouw zelf was verzekerd voor ongeveer 600.000, de inhoud voor een bedrag dat kon oploopen tot 1.000.000, al naar gelang er werd ingebracht, doch dat met het oog op de nog onopgegeven waarde der jongste in zendingen uit Batavia nog niet definitief was vastgesteld en daardoor dubieus is. Alle ver zekeringen loopen bij de Service des Assuran- ces de 1'Exposition, het verzekeringsorganis me van het commissariaat-generaal. Buitenlandsche deelneming. Reeds op het terrein van den brand heeft de Fransche minister van koloniën Reynand onzen gezant de deelneming der Fransche regeering betoond. De Fransche autoriteiten zullen alle mo gelijke medewerking verkenen. Ook maarschalk Lyautey was diep ge schokt door het gebeurde, evenals gouverneur- generaal Olivier. Maarschalk Lyautey heeft koningin Wilhel- mina in Trois Epis een telegram van deel neming gezonden, evenals aan onzen minister van koloniën. Ook president Dourner heeft op de legatie zijn leedwezen doen betuigen. De premier Laval heeft den secretaris generaal van het ministerie van Binnenland- sche Zaken, Noël, opdracht gegeven, onzen gezant, jhr. Loudon, zijn smartelijke sym pathie te betuigen. Minister Briand heeft den consul RousselLe Roy eenzelfde opdracht gegeven. Waarschijnlijk geen nieuw paviljoen. Het wordt niet aannemelijk geacht, dat eenigerlei beslissing door het comité zal wor den genomen, strekkende tot het oprichten van iets als een nieuw Nederlandsch pavil joen. Dit zou alleen zin hebben, als met eeni ge zekerheid vaststond, dat de tentoonstelling na October wordt gecontinueerd en zelfs dan in hooge mate afhankelijk zijn, van hetgeen omtrent de uitbetaling der assurantiesom wordt beslist. Gevraagd naar de mogelijkheid, de stati stieken en grafieken te reconstrueeren, heeft de vervaardiger van die, welke in het ver woeste paviljoen voorkwamen, verklaard, dat zulks uiterst bezwaarlijk uitvoerbaar zal zijn, daar ook zijn feitenmateriaal, in lange jaren verzameld, bij den brand verloren is gegaan. Nederlandsche deskundigen naar Parijs. Professor P. L. de Bussy er. ir. W. L. Uter- mark, respectievelijk directeur en conservator van de afdeeling Handelsmuseum van het Koloniaal Instituut te Amsterdam, zijn Zon dagochtend per vliegtuig naar Parijs ver trokken, t:n einde zich van de door den brand in de Nederlandsche afdeeling van de Internationale Koloniale Tentoonstelling aan gerichte schade op de hoogte te stellen. De betetkenis van wat in de vlammen is opgegaan. Het herhaalde omgewerkte bouwwerk van architect W. J. G. Zweedijk te Soerabaja mocht gezien worden. In nauwe samenwer king met den helaas thans zoo zwaar -ge troffen architect-schilder P. A. J. Moojen, kenner van de Balineesche en Javaansche cultuurschoonheden als weinig anderen; was hier een hoofdpaviljoen verrezen, dat tot in de kleinste details natuurgetrouwe afgietsels vertoonde van authentieke beeldhouwwerken en andere versieringsmotieven. Binnentredend door de hoofddeur, gevat in het kader van een Balineeschen tempelingang met den brecden grijr.zenden kop van een godheid er boven, gekroond door een toren van 35 meter, kwam men in een groote ontvang- en eerezaal, die bijna 40.meter breed en 23 meter diep was Deze ruimte met haar marmeren vloer was een vrije navolging van de „pendoppo" van den sultan van Djokjakarta Hier was het beste te zien, wat Indië kan bieden, n.1. Hindoe-, Javaansche kunst en in- heemsche kunstnijverheid. Verder werd hier op aanschouwelijke wijze antwoord1 ge geven op de vraag, wat Nederland in Indië gedaan heeft. Ten slotte bevatten de voor zalen, de inzendingen op het gebied van het verkeerswezen. In de voorzaal sierden drie groote schilder stukken den achterwand, verbeeldende drie perioden uit de geschiedenis van het Neder landsche gezag in Indië. De andere lange wand had drie voorstelling van Indische cultuur met ouden Hindoe- en Balineeschen tempel. Daarbij sloot zich logisch aan de stemmige binnenhof tegenover den hoofd ingang, in het midden van het paviljoen ge legen met den daaraan aansluitenden „echten" Mendoettempel. De tempel was een verras send natuurgetrouwe reconstructie. Achter de Eerezaal links van den Binnenhof had de biologische afdeeling een plaats gevonden. Daarop volgden tropische hygiëne gevolgd door de economisch-financieele afdeelingcn en diorama's, afdeelingen voor zending en kaarten, enz. enz. Een verklaring van minister De Graaff. De minister van Koloniën, de heer S. de Graaff, die aan de Crt. gisternamiddag een kort onderhoud toestond, verklaarde diep ge- trof en te zijn door het 'bericht van den brand in het Nederlandsch paviljoen te Parijs, dat hem vanmorgen had bereikt. „Het is een volslagen vernietiging van ons fraaie pavil joen", zeide minister „en beteekent niet min der dan een nationale ramp. Het is een droevig einde na al den arbeid en inspanning door zooveten voor de tot standkoming van ons paviljoen verricht. Voor de Koloniale Tentoonstelling zelf is het even eens een groote slag, daar het Nederlandsch paviljoen algimeen tot een der meest interes sante instellingen werd gerekend". Op de vraag of de mogelijkheid bestaat dat Nederland misschien nog met een nieuwe in zending zal komen, verklaarde Z.Ex., dat hem dit onmogelijk leek. Een nieuw gebouw van bescheiden omvang op te richten, zou misschien nog gaan, doch de kostbare ver loren gegane inzendingen zijn helaas niet meer te vervangen. Uit Bandjir Massin werd heden geseind: De Borneo post verneemt in verband met de brand, welke het Nederlandsch paviljoen te Parijs heeft verwoest, dat, indien dit wordt gewenscht, de inhoud van het Borneo-mu- seum direct naar Holland kan worden ver zonden. Overal betuigingen van deel neming. Het persbureau V. D seinde ons heden morgen: Allerwege betuigt men zijn sympathie en deelneming met het verlies dat Nederland heeft geleden door de verwoesting van het Nederlandsche paviljoen op de Koloniale ten toonstelling in het Bois de Vincennes bij Parijs. De Fransche ochtendbladen bevatten uitvoerige verslagen van het verloop der on- elukkige gebeurtenis en geven eveneens uiting aan hun sympathie met het geleden verlies! HET PLAN VAN HOOVER. Zal België er afwijzend tegenover staan? Aangaande de Belgische nota van ant woord op Hoover's voorstel weet de „Ving- tième Siècle" van Zaterdag mede te deelen dat deze nog niet is uitgewerkt. Men wacht nog op berichten omtrent de wijze, waarop het Fransche antwoord te Washington is ont vangen. Het Belgische antwoord, aldus het blad, zal kort zijn. Het zal van het initiatief van Hoover met waardeering kennis nemen en overigens op de noodzakelijkheid wijzen van een speciale regeling, welke met de eigenaar dige positie van België in overeenstemming is. Voorts zal men over het voorstel van den Amerikaansche president nog moeten onder handelen. Volgens het blad meent men in goed-inge- lichte Brusselsche politieke kringen dat het niet aangaat van België een in zulke bedra gen loopend offer te verlangen, gelijk het voorstel van Hoover bepaalt. Griekenland aanvaardt het voor- waardelijk. De Zaterdag gepubliceerde samenvatting van den inhoud der Grieksche antwoordnota aan Amerika stelt de volgende drie wenschen op den voorgrond: lo. dat Griekenland bewaard blijft voor elk verlies, dat zou kunnen ontstaan uit een vacantiejaar met het oog op het verschil tus schen de aan het land toekomende schadever goeding en zijn verplichtingen aan oor logs- schulden; 2o. dat Griekenland, indien het voorstel van Hoovei t ok Bulgarije omvat, gedurende het moratorium de voordeden uit het ver drag Kaïandaris-Molov zal blijven genieten. De Grieksche regeering neemt aan, dat he* voorstel-H-.o ver ook het tweede gedeelte der Grieksche staatsschuld aan Amerika omvat. In weerwil van het vurig verlangen, zoo zegt de nota, om met alle krachten aan het herstel van het Europeesche economische le ven mede te werken, kan de Grieksche regee- ring slechts een zoodanige oplossing aanne men, waardoor het land geen nieuwe lasten worden opgelegd. Gunstige indruk van het Fransche antwoord in Amerika. De onderstaatssecretaris van buitenland sche zaken Castle heeft in de Zaterdag ge houden persconferentie medegedeeld, dat men verwacht aanvang dezer week tot overeen stemming met Frankrijk te zullen komen. Alt grondslag der overeenstemming kenschetste hij het voorstel van Hoover als volgt: „Duitschland voor het tijdsverloop van een jaar feitelijk van alle lasten te bevrijden". Castle begroette met vreugde het verloop der stemming in de Fransche Kamer, daar deze aanleiding geeft tot een zeer optimisti sche beoordeeling van den toestand. O-, grond dezer stemming weet de wereld tb

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 1