Alkmaarsche Courant.
Jiadicmieum
9ieuܣetm
£xuid= en Jmui&quux
Honderd drie en dertigste Jaargang.
Vrljday Juli
Indrukken van Denemarken
en het InternationaalZuivel-
concres te Kopenhagen.
DAROL FARQUHAR's
NACHTWANDELING.
1931.
No. 172
10.— Morgenwijding j/ en
Uitz. voor Arbeiders in de Lontin n js;
Het V.A.R.A.-Septet onder leiding^
Eyl. F. v. d. Wal, toespraak. 12. °R A
berichten. 12.15 Concert door het V-A.*^
septet onder leiding van Is. FyJ ffonnla-
foonplaten. 1.15 Pauze. ^45 Granmfoonpia
ten. 2.— Piet Voogd: Bewegingskoor. 2.
Concert door het V.A.R A.-oikest
ding van Hugo de Groot. 3.20 Ope g
van het congfes der S. A- I- doof^r^
dervele. Uitzending uit We^nen. Ay
foonplaten. 4.30 S D. A. P.-kwarhertje^AO
Den heer Krijt: „De Internationale Arbei
ders Esperantisten Beweging. 5.05 O.
senbroek: „Reizen en Trekken". 5.35 Ora
mofoonplaten. 5.45 So tanzt die
mofoonplaten). 6.45 Literair halfuurtje door
A. M. de jong. 7.30 Pohüeber .45 VA
R A -Varia. 8.— So tanzt die Welt (II) gra
mofoonplaten. 9.— Teun de Kieppennan ^Bij
de Pomp". 9.15 Concert door het V.A.K^A-
orkest onder leiding van Hugo de
10— Vaz Dias. 10.10 Vervolg concert 10.4o
Orgelspel door Joh. Jong. 11.15 Vervolg en
slot concert. 12.Sluiting.
Huizen, 298 M. (Uitsluitend K-R-G.)
69.15 Gramofoonpl. 10.11.30 Gramo-
ifoonplaten. 11.30—12.— Godsd. halfuurtje
'door pastoor Perquin. 12.1.30 Concert
'door het K. R. O.-sextet o. 1. v. P. Lusten-
jhouwer. 1.30—1.35 Postduivenberichten.
1 352.30 Gramofoonplaten. 2.30—3
Vragenhalfuurtje. 3.4.30 Kinderuurtje.
4.305.Zenderverzorging. 5.7.15 Con
cert K.R.O.-Kunstensemble o. 1. v. P. Lusten-
Ihouwer. 6.016.15 S. P. J. Borsten: Sport-
overzicht. 6.156 35 Joum. Weekoverzicht
door P. de Waart. 7.158.45 Gramofoon
platen. 8.459.Concert door het K.R.O.-
Salon-orkest o 1. v. M. van 't Woud. 9.
Vaz Dias. 9.1510— Radio-hoorspel „De
Zelfmoordenaar" vrij naar het Fransch door
L. S. (Vertolking door G. Nielen en I. van
Dijk). 10.11.Vervolg concert. 11
12.Gramofoonplaten. (Zomercabaret
„The Rainbow Singers")
Daventry, 1554.4 M. 10.35 Morgenwij
ding. 11.05 Lezing. 12.20—2.20 Licht
orkestconcert. 3.20 Concert door de militaire
kapel. 4.35 De King's cup air race. 5.35
Kinderuurtje. 6 20 Dansmuziek. 6 35
Nieuwsberichten. 7.Bach's orgelmuziek.
7 20 Lezing. 7.35 Lezing. 7.50 Variété. B. B.
C. dans-orkest en solisten. 9 20 Nieuwsbe
richten. 9.40 Lezing. 10.10 De King's cup
air race. 10.15 Orkestconcert. National Or
kest van Wales. 11.05—12.20 Dansmuziek
Langenberg, 473 Al. 7.258.20 Gewijd
concert. 10.3511.35 Gramofoonpl. 12.20
Gramofoonplaten. 1.252.50 Orkestconcert.
5.20^—6.20 Solistenconcert. 8.20 Vroolijke
avond. Orkest. 11 50—1.20 Dansmuziek.
Parijs „Radio-P ar is"1725 M. 12.50 Gra
mofoonplaten. 4.50 Dansmuziek. 6.50 Gra
mofoonplaten. 9.05 Concert. M. Doyen,
Ïiano. 9.50 Concert M. Tirmomt, zang. M.
énnenbaum, viool.
Kalundborg, 1153 Al. 8.50 Morgenwij
ding. 12.202.20 Orkestconcert. 3.505.50
Concert. Omroeporkest. 6.10—6 40 Gramo
foonplaten. 8.20—9.35 Populaire dansmu
ziek. 9.3510.05 Concert. Omroeporkest.
10.2011.05 Concert. Venetianak Trio"
Hoorspel. 11.0512.35 Dansmuziek.
Brussel, 338.2 M. 5.20 Dansmuziek. 6.20
Gramofoonpl. 6.35 Vlaamsch praatje, daar
na gramofoonplaten. 7.35 Vlaamsch praatje.
8.20 Orkestconcert. 8.50 Bernard Shaw
avond. Uit zijn werken. 9.50 Orkestconcert.
508-5 M. 5.20 Orkestconcert. 6.20 Vocaal
toncert. 6.35 Gramofoonpl. 8.20 „De Barbier
van Seville", opera van Rossini (Uit Salz-
hurg). 10.Gramofoonplaten.
Zeesen, 1635 Al. Ca. 7.—7.50 Gramofoon
platen. 10.55—12 20 Berichten. 12.20 Gra
mofoonplaten. 1.15—2.20 Berichten. 2.2<T-
3.20 Gramofoonpl. 3.20—4.20 Lezingen.
4.20 Concert 5.20—8.20 Lezingen. 8.20
Vroolijke avond uit Langenberg. 10.20 Be
richten en daarna tot 12.50 Dansmuziek uit
Weenen door de kapel Charly Gaudriot.
n.
In den vorigen brief maakte ik reeds melding
van den feestavond, die den eersten congres
dag besloot en waarop de ruim 2000 gasten in
het stadhuis door den heer Peder Hedebol,
burgemeester van Denemarken's hoofdstad,
werden verwelkomd, de „luren" wederom ge
blazen werden en de president van het con
gres, de heer Overgaard, dankte voor de ont
vangst.
Ook onze oud-minister, dr. F. E. Posthuma,
lid van het permanente comité van den Interna
tionalen Zuivelbond, sprak woorden van dank
tot de stad Kopenhagen en wel uit naam van
den president van dien bond, die verhinderd
was aanwezig te zijn.
Een grandioos „wandelend" souper volgde op
deze toespraken en de geheele veeltalige „zui-
velbeweging" kwam daarop nog meer tot actie
in een buitengewoon geanimeerde en kleurige
danspartij, die het einde van den avond vorm
de.
Nu zijn we al deze vermoeienissen al weer te
boven gekomen en maken ons op voor het es-
sentieele deel van het congres: de wetenschap
pelijke voordrachten op zuivelgebied met de
daaraan verbonden discussies en de excursies.
Voordat ik hierover het een en ander ga me
dedeelen, wil ik nog vermelden, dat gisteren
bij de opening van het congres, de president
mededeelde, dat vier eere-presidenten waren
benoemd, onder wie zich de oud-minister
Posthuma bevond, en verder, dat ten slotte de
Italiaansche minister van Landbouw, baron
Giacomo Acerbo dell Aterno, nog het woord
voerde, daarbij constateerende, dat Italië met
een groot aantal afgevaardigden aan het con
gres deelneemt en dat de tegenwoordige fas
cistische regeering alles doet, om de zuivelbe
reiding in dat land te bevorderen.
Wat nu het congics betreft, dit is verdeeld in
5 secties, die behandelen:
1. melkveeteelt en melkwinning;
2. chemie, bacteriologie en hygiëne;
3. techniek, industrie en handel; 'i
4. organisatie, wetgeving en controle;
5. zuivelbereiding in de tropen.
Deze secties vergaderen des morgens, terwijl
des middags aan verschillende excursies kan
worden deelgenomen.
Bovendien zijn er speciale excursies voor da
mes georganiseerd, voornamelijk tochten door
de hoofdstad, waarbij veel museumbezoek is in-
gelascht, waarover ik niet mag nalaten hier
even te spreken. Want wie Kopenhagen ziet
en zijn interessante musea niet bezoekt, krijgt
geen volledigen indruk van wat deze stad
biedt. Van de musea dan worden bezichtigd:
het slot Rosenborg, de Glypothek en het Thor
valdsen-museum.
De grondslag van de tegenwoordige verzame
ling van portretten, meubels, wapens, kostbaar
heden, enz. in het slot Rosenborg, werd door
Koning Christian IV, die het slot in de jaren
16101617 liet bouwen en door zijn opvolger
Frederik III, reeds gelegd. Men krijgt een chro
nologisch overzicht van de merkwaardigheden
waarbij zeer oude te vinden zijn.
De Glypothek met zijn groote kunstverzame
ling is een geschenk van den bierbrouwer Carl
Jacobsen. Hier ziet men prachtige antieken,
o.a. een Egyptische grafkamer, terwijl beeld
houwers als Rodin, Sinding, Meunier en Bissen
vertegenwoordigd zijn.
Het Thorvaldsen-museum draagt den naam
van den wereldberoemden Deenschen beeld
houwer Bertel Thornvaldsen (17701874). Een
groote schat aan kunstwerken is door hem aan
zijn geboortestad nagelaten.
Van de Verdere bezienswaardigheden der
stad zou ik willen vermelden: in de eerste
plaats het slot Christiansborg, het Rijksdagge
bouw, zooals ik reeds schreef, doch waar nu in
de vele zalen de congresbijeenkomsten worden
gehouden en waar de geheele, werkelijk in alle
onderdeelen schitterend verzorgde organisatie
van het congres, is ondergebracht.
In de kelders van dit gebouw vindt men nog
overblijfselen van een burcht, waarvan men
weet, dat hij hier het oudste deel van de
stad in de 12e eeuw reeds stond en den
naam „Havn" droeg, uit welken naam het
woord „Köbenhavn" is ontstaan.
Ik kan u uit den aard der zaak geen volledige
opsomming geven van alles wat in deze stad te
zien en te genieten valt; als curiosum moet ik
echter zeker noemen de wonderlijke Grundt-
vigs-kerk op Bispebjerg, in de vorige eeuw ge
bouwd door de bouwmeester Jensen-Klint, die
onder den toren begraven ligt. De kerk is ech
ter nog steeds onvoltooid; men hoopt haar nog
eens af te bouwen volgens de nagelaten teeke-
ningen.
Naar het Engelsch van BERTA R'UCK
door Mr. G. KELLER.
Toen zij hem in het oog kreeg, riep het
meisje, dat naast Sheila was gezeten: O,
«naar ja, moeder, zie eens wie dat is! Dat
is die knappe instructeur. Zeker, het is de
man met het roode haar en de groene muts,
waar iedereen dol op is. Gaat hij een vertoo
ning geven? Prachtig! Ik zie hem wel zoo
lief als den een of anderen kampioen. Is het
geen prachtman? Kijk toch eens naar hem!
Het heet vaak het praatje is vermoede
lijk in de wereld gebracht door de leelijke ver
tegenwoordigers van het sterke geslacht
aat de vrouwen niet geven om een knap uit
dienden man en hem een modepop heeten. Dat
is een onwaarheid, maar ook al zijt ge van
E,n andere opvatting, ook al haalt ge uw
neus op voor het aantrekkelijk uiterlijk van
zoo n kunstrijder, dan kunt ge toch niet ont
manen, dat het een interessante figuur is, die
flaar voorbijsnelt in een sportcostuum, dat er
°P berekend is om elke beweging te doen op
merken
Het waren wonderen, die hij op zijn schaat
sen vertoonde. Nu eens snelde hij als een blik
semstraal over het gladde ijs, dan weer
draaide hij als een voortgezweepte draaitol
in de rondte, nu eens gleed hij gehurkt over
de baan, dan weer beschreef hij de kunstigste
wiskundige figuren met zijn schaatsen. Hpt1
Het in antieken «tijl gebouwde gerechtsge
bouw, dateerend uit 1810, de academie met de
daartegenoverliggende studentenhuizen, de
„Amaliënborg Plads omgeven door vier ko
ninklijke paleizen, het verblijf van Koning
Christian, het is alle? te veel om hier op te
noemen.
En „Tivoli", het bekende amusementspark,
waar men allerlei afleiding kan vinden, zal de
bezoeker zeker niet vergeten. Kopenhagen
weet zich ook te amuseerenl
Om nu tot het wetenschappelijk deel van het
congres terug te keeren: van de vele onder
werpen, die in den morgen van dezen eersten
congresdag door de verschillende secties wer
den behandeld, dient zeker een belangrijke
voordracht van dr. A. J. Swaving, oud-inspec
teur van het Nederlandsch Zuivelwezen, ver
meld te worden, waarbij deze een overzicht
gaf van de internationale werkzaamheden, die
tot nu toe op het gebied van de kaasstan
daardisatie werden verricht en welke voor
dracht tot doel had, de inveoring van interna
tionale vetnormen te bevorderen, waarbij met
de bereiding en den oorsprong van de kaas re
kening gehouden dient te worden.
Na uitvoerige discussie werd besloten, deze
zaak ter bestudeering bij den Internationalen
Zuivelbond aan te bevelen.
De groote middag-congres-excursie beginnen
wij met een tocht in sight-seeing-cars naar het
slot Frederiksborg, dat tegenwoordig nationaal-
historisch museum is. Wij bekeken dit reeds
eerder van buiten en nu hebben we dus nog ge
legenheid ons aan het inwendige van het slot te
wijden.
Het enthousiasme over wat er te zien valt, is
algemeen; wie van antiek houdt, kan hier uren
zoek brengen, wat ons echter helaas niet is
toegestaan. Stemmingsvolle momenten beleven
wij in de oude slotkerk: de organist speelt voor
ons, terwijl wij de bekoring ondergaan van het
prachtige interieur.
Dan wordt de kudde verzameld; het rantsoen
tijd is op, en nu gaat het naar de „Statens
Forsögsmejeri", Denemarken's Staatsproefzui-
velfabriek bij Hilleröd. Een mooi uitzicht treft
ons bij het uitstappen; de ligging van de fabriek
is bijzonder fraai.
Bij het binnentreden wordt ons een aardig,
door diverse foto's verlucht boekje, handelende
over het doel en de inrichting van dit bedrijf,
aangeboden.
De fabriek blijkt op doelmatige wijze inge
richt te zijn voor boter- en voor kaasbereiding,
terwijl eenige zeer goed ingerichte laboratoria
voor scheikundig en voor bacteriologisch on
derzoek te bewonderen vallen.
Met het oog op de bijzondere eischen, die de
proef-fabriek stelt, zijn de lokaliteiten over het
algemeen grooter en ruimer dan bij zuivelbe
drijven in het algemeen, terwijl hetzelfde van
de verschillende installaties kan worden ge
zegd, die grootendeels van Deensch fabrikaat
zijn.
Zooals men begrepen zal hebben, is het doel
van deze fabriek: het door praktische proeven
vinden van het middel en den weg, om tot een
voortdurende kwaliteitsverbetering van de
Deensche zuivelproducten te geraken en gelijk
tijdig aan deze proeven een dusdanige theoreti
sche en praktische onderbouw te geven, dat
de fabriek niet alleen in staat is, te zeggen, hoe
dit of dat moet worden uitgevoerd, maar ook
waarom men zoo moet handelen.
Nieuwe machines en apparaten, die van be
lang zijn voor het zuivelbedrijf, worden hier
beproefd; men vestigde dan ook speciaal onze
aandacht op eenige moderne installaties, zooals
l een tlit vier afdeelingen bestaande Silkeborg-
J Stassanisor", een inrichting voor het zoogen.
„stassaniseeren" van melk, berustende op het
beginsel van het verhitten der melk op 75 gr.
C. in zeer dunne lagen (van 12 m.M.) gedu
rende slechts 15 seconden, in de plaats treden
de voor de gewone pasteurisatie en het voor
deel biedende, dat de zóó kortstondig, doch in
alle deelen op die temperatuur verhitte melk,
daarbij niet in smaak en samenstelling veran
dert; verder een „Silkeborg-platen-pasteur",
die, anders ingericht dan pas genoemde instal
latie, toch volgens een soortgelijk beginsel,
hetzelfde doel beoogt.
Na deze interessante bezichtiging vinden we
een uitgebreide „tea" (we zouden het beter een
„coffee" kunnen noemen, want op dit uur
schijnt meer koffie dan thee te worden ge
bruikt) op lange tafels buiten klaar gezet en
hierbij kunnen we ons overtuigen van de uit
stekende smaak van gestassaniseerde melk. De
Deensche boter wordt ook behoorlijk aange
sproken!
Vervolgens een route naar de Staatsproef-
boerderij „Trollesminde", die een deel van de
voor de proef-zuivelfabriek benoodigde melk
levert.
Hierover morgen meer.
E, v. H.—d. B. P.
publiek verkeerde in één bewondering, juichte
en klapte, doch de rijder deed alsof hij het
niet bemerkte en met een nauwelijks merkbare
glimlach volvoerde hij zijn toeres.
Neen maar, kijk toch eens!
Prachtig, prachtig!
Tadelloos!
Ongelooflijk!
Bravo, bravo!
Fabelhaft!
Ja, het is werkelijk knap! Natuurlijk
niet zoo goed als van den kampioen, maar
toch ongewoon interessant, al is de stijl on
gewoon. Natuurlijk is het niet zoo lastig als
de Engelsche stijl om je zoo stijf als een
laadstok te houden.
Zoo, denkt u er zoo over, antwoordde
het meisje naast Sheila snibbig. Waarom
heeft u meer waardeering voor iets dat abso
luut leelijk is omdat het moeilijk is? Ik zou
wel eens willen weten, of er kans bestaat om
lessen bij hem te nemen. Ik heb me laten zeg
gen, dat hij voor de rest van het seizoen al.e
dagen besproken heeft.
En dat een millionnaire uit Argentinië
hem voor den namiddag heeft gehuurd om
haar les in het schaatsenrijden te g -
niemand anders meer een kans Pceft
vind het verschrikkelijk! Ja, het is een v
van vijf en zestig jaar
Ja, er zijn toch vrouwen, die geen steeK
er om geven of zij zich mal aanstellen
Mar ais ie les wilt hebben, waarom
vervoegde je dan niet bij dien kleinen man
met een snor? Die is vast heel wat beter leer
mCf Neen.'zetde het meisje naastSheila ko£
njrr iic Wil iuist van hem les hebben
Keen kostelijk gezicht hem te zien rijden
Och. jawel, maar het is geen Engelsch-
Wat
man, merkte haar vader op.
Daar kun je van overtuigd zijn.
zou het voor een kerel zijn?
Dat weet geen sterveling, antwoordde
het meisje, niemand weet waar hij vandaan
komt. Het is een soort mysteriemensch Oh!
Met een kreet van verbazing maakte zij
een einde aan het gesprek en de aandachtig
kijkende Sheila stemde met dien kreet in.
Sheila had den schaatsenrijder thans duide
lijk herkend
Ja, het was de man. die in de slede had ge
zeten' en het was ook de man dien zij bedoel
de Zij had haar eigen redenen redenen
waarvan geen sterveling onder het publiek
ook maar eenig vermoeden kon hebben om
zoo vurig te verlangen naar het wedervin-
den van dien man. Zij had voortdurend naar
hee uitgekeken van 't oogenblik af, dat de be
zoekers hun plaatsen kwamen innemen. Zij
had er een voorgevoel van, dat hij op een
goed oogenblik zou verschijnen. Maar dat
hij zich aan haar zou vertoonen in dit opzich
tige costuum, neen, dat had zij niet vermoed.
En dat hij als een soort café-chantant artist
zou optreden, dat had haar met verbazing
vervuld. Geen wonder, dat er een kreet aan
Sheila's mond ontglipte. Het andere jonge
meisje had enkel haar verbazing geuit over
het nieuwste kunststuk van den bedreven
schaatsrijder.
Hij boog zich voorover, steeds dieper, gelijk
een zwaluw die naar het opj>ervlak van den
vijver scheert. Eén slanke hand was naar ach
ter gestrekt, de andere was naar het ijsvlak
gekeerd. Zijn gestalte nam de houding aan
van een Mercurius, met vleugelvoeten uit den
hemel neerschietend. Steecb verder boog hij
zich voorover, één voet voortglijdend over 't
ijs, de andere hoog in de lucht. Ten slotte be
roerde zijn haar het met poederijs bestrooide
ZUIDSCHARWOUDE.
Spoedvergadering Dinsdagavond van de
Tuinbouwvereeniging „De Toekomst" in caé
van den heer P. Schoenmaker. Aanwezig
pl.m. 70 leden.
De heer S. de Boer begon zijn openings
woord met het constateeren dat het het be
stuur groot genoegen doet, in dit volle sei
zoen zooveel leden tegenwoordig te zien.
Echter deze belangstelling is tweeledig. Wij
moeten ook hier constateeren dat er veel
schade geleden wordt. De convocatie ziet er
zoo somber uit en is toch van zulk een groo
te beteekenis. Na twee slechte jaren had
den wij gehoopt dat 1931 goed zou
beginnen, wijl het nu juist slecht is bevonden
helaas. Het lijkt wel of alle omstandigheden
medewerken om ons bedrijf slecht te maken
Ons bedrijf is een onafhankelijk bedrijf, ech
ter niet wat betreft den groei en opbrengst.
Dat hebben wij terdege gevoeld: twee jaren
terug geen prijzen, en het vorig jaar liet ons
de groei in den steek. Ook dit jaar is dit
weer het geval. Het vorige jaar betrof het de
ziekte in de kool en nu in de aardappelen.
Wij kunnen deze ziekte niet onderbrengen bij
de gewone ziekte. Dit is een buitengewone
ziekte, waarvan de oude bouwers nimmer ge
hoord hebben, en ons zeer veel schade berok
kent. Deze vergadering is belegd naar aan
leiding van een oproep van den burgemeester,
die in deze van een zekere commissie een cir
culaire had antvangen. Het doel is om na
opgave van de schade tegemoetkoming van
de regeering te verkrijgen. Overal, zegt de
voorzitter, is het even slecht, aan de andere
zijde weer niet. Een klein stukje weelde ziet
men in den omtrek, de bladen bevatten fees
ten enz. De crisis is echter overal. Het lijkt
wel o men van de hoog- in de laag-con-
juctuur gekomen is. De feesten worden over
al bezocht, men kan vragen: is dit goed. De
pessimist natuurlijk keurt dit af, wijl de op
timist hierin juist eene opfrissching ziet om
zijn taak voort te zetten. De tijd echter gaat
door en wij moeten mede. Zouden onze be
drijven wegraken? Neen, dat kan niet. Tien
tallen jaren terug werden altijd in onze cul
tures ziekten geconstateerd. Wij hebben meer
malen besproken dat andere cultures wellicht
beter voor ons zijn. Onze rekening sluit thans
niet met de uitkomsten van het vroege aard-
appelbedrijf. En dit product is nog wel in de
plaats van de bloemkool, die men om dezelfde
reden nu niet meer ziet. Het is van zeer groo
te beteekenis, als onze eerste vrucht mislukt.
Er wordt op gewacht en gerekend. Er is wel
gezegd, dat het hier nog niet zoo is als el
ders, doch dit is een schrale troost. Nu las
de voorzitter de meergenoemde circulaire voor
en verzocht de aanwezigen hun aantal snee
zen op te geven en tevens het gewicht van
wat er gehaald is en naar schatting nog wat
er geteeld zal worden.
Hierna las de secretaris, C. de Boer Gz.,
de notulen, welke zeer uitgebreid waren. De
samensteller ontving een woord van dank
voor de juiste samenstelling, nadat niemand
op- noch aanmerking had gemaakt.
Naar aanleiding van een paar vragen ant
woordde de oorzitter dat de opgave betreft
hoeveel sneezen en aantal Kg. (drielingen en
pootgoed, kriel is er buiten). Het gaat in
hoodzaak om de vroege aardappelen
Nu werd den leden gelegenheid gegeven
hunne opgaven te verstrekekn.
Verder werd geconstateerd dat ook nering
doenden in deze branche zieke aardappelen
hebben, en ook door hun de treurige gevol
gen gevoeld worden.
Rondvraag.
De heer C. Kliffen deed opmerken dat in
de notulen niet voorkwam datgene, wat bij
de rondvraag in de vorige vergadering over
het bonnenstelsel was besproken. Hij vond
dit jammer, want het is een ernstig feit. Wij
hebben nooit doeltreffende maatregelen ge
troffen.
De voorzitter antwoordde o.m. dat dit reeds
besproken en vastgelegd is. Hij die uit de
hand verkoopt moet 25 boete betalen. Doch,
hoe gaat het? Is dit strikt doorgevoerd?
Neen! De afspraak is gemaakt dat de be
sturen zouden toezien op het doen en laten,
echter niets is er ingekomen.
Ook de leden zijn zedelijk verplicht in deze
toe te zien.
De voorzitter zeide, dat het ook nu weer
voorkomt en illustreerde een geval uit St.
Pancras. Deze tuinder deed zich zelf en ook
aan anderen schade. Wij moeten allen trach
ten het euvel uit den weg te ruimen.
De heer C. Kliffen vond, dat de bonnen
waardeloos zijn, er is geen controle. Ik heb
uit de hand verkocht en heb de bonnen nog.
oppervlak en het meer schonk hem een kus
van ijs. Daarop hief hij zich op, elastisch als
een riet, dat zich voor een windvlaag had
gebogen, en de aanraking met het ijs had zijn
haden als met een witten vleugel getooid.
Ja, hij was het, er viel geen oogenblik aan
te twijfelen. Aan het slot van zijn optreden
reed hij nog eenmaal rond, met ernstig ge
laat buigend voor het applaus van het zich
om de baan verdringende publiek. Met de
voeten aaneengesloten gleed hij dicht langs
de plek waar Sheila was gezeten en zij en de
man keken elkander vlak in de oogen. O, hoe
herinnerde zij zich den laatsten keer, dat
haar oogen dien ernstigen blik hadden opge
vangen
Hij verdween naar de kleedkamers onder
de tribune, maar zij bemerkte niet eens dat
hij weg was. Onder haar mantel van lui
paardbont rilde haar slanke lichaam zoo
hevig van ontroering, dat zij een oogenblik
de oogen sloot.
Weggevaagd was de herinnering aan dat
schitterende tafereel op het door het zonlicht
vergulde ijsvlak. Hoe pijnlijk was in tegen
stelling daarmee het beeld, dat in de plaats
daarvan was opgedoken. Maar Sheila schud
de het hoofd, zoodat de roode kwastèn op
haar muts bengelden, alsof zij die pijnlijke
herinneringen van zich af wilde schudden.
Zij opende de oogen wijder alsof zij nog meer
van de levendigheid en de vroolijkheid van
haar omgeving in zich op wilde nemen. Zij
haalde diep adem, zoodat de koele lucht als
een teug champagne frappé naar binnen
drong en zij opende haar ooren om te luiste
ren naar het gekeuvel van de schare die haar
omringde
Vol geestdrift was het jonge meisje naast
haar nog niet uitgepraat over diep kunst-
schaatsenrijder.
De voorzitter: Ja, maar dat ligt dan aan
den kooper.
t Nog bracht de heer C. Kliffen een'omstan-
ojgheid ter sprake, waarvan men ons verzocht
niets te vermelden. (Eigener beweging had-
den wij; dit nagelaten. Verslaggever)
Het antwoord van den voorzitter was den
Kliffen nu voldoende.
De heer Jb. Kramer had gehoopt, dat uit
de ledenvergadering tot uiting was gekomen,
datgene wat er eigenlijk onder de bouwers
momenteel leeft. Eigenlijk, zeide hij, hadden
niet de mannen maar de vrouwen moeten uit-
genoodigd zijn, dan had men een meer juister
beeld van de benarden toestand vernomen.
Sprekende over de nabije feesten, zeide hij?
dat de voorzitter in zijne opening gezegd
beeld van den benarden toestand vernomen:
ook door. De zooveelste bezoeker krijgt een
douceurtje dat hij gaarne hun gunt, maar het
wordt tegen ons uitgespeeld, want men denkt
natuurlijk dat het allen bouwers zijn. Hij zon
wenschen, dat in dezen tijd tegen de feesten
paal en perk werd gesteld De kinderen gaan
of willen er heen en dat berokkent verdriet.
Het schijnt wel hoe grooter de nood, hoe
meer feesten. Voor vijf jaren terug wees ik er
reeds op, dat wij een inzinking tegemoet
gaan, en nu zitten wij; er midden in. De ziekte
in den aardappel is een ramp. De vroege
kool en witte, ze gaan goedkoop weg. Hij zei
de het een ander na: Menschen, waar gaan
wij' heen? Het vorig jaar is door ons op mijn
voorstel aangenomen om in Den Haag lan
delijk te demonstreeren, en in de groote ver
gadering is dit niet aangenomen.
Verder wees de heer Kramer er op, dai
vakorganisatie zoo noodig is. Alles is geor
ganiseerd, tot zelfs de doktoren toe, dat
machtig wapen laat ons thans in den steek.
Een applausje volgde hierop.
In verband met het gesprokene van den
vorigen spreker zeide de voorzitter, dat een
en ander zich aansluit bij hetgeen o.m. in
„Stemmingsbeeld" in de Nieuwe Langed.
Courant staat. Spr. herinnerde aan de jaren
1880—1895, toen was het hier ook mis en de
Heer-Hugowaard was toen zoo arm, als het
nu nog lang niet is. Ten bewijze hiervan ci
teerde spreker, mede uit eigen ervaring, de
levensomstandigheden van die dagen, en
wenschte wel dat de tegenwoordige levens
standaard op het niveau stond van genoemd
tijdperk. De loonen van den arbeider zijn nu
te hoog, doch wil daar geenszins mede zeg
gen, dat het hun niet toekomt, doch wel de
nadruk leggen, dat ons bedrijf het nu niet
kan opbrengen. Betreffende de feesten be
aamde de voorzitter dat deze op een en ander
'n onaangenamen indruk maken. Laten wiji
ons bestaan zoo economisch mogelijk inpik
ken. Wij brengen 'n eigenaardig artikel. De
markt, in het voorjaar was het goed, en nu,
ja, we kunnen het niet bekijken. Zoolang wij
telen is er hoop, daar moeten wij ons aan
vasthouden, hoewel het een schrale troost
is. In 1923 was het ook schraal en in 1924
ging het weer omhoog. Laat ons hopen op
een langzamen weg met betere stabiele prij
zen. Nog wees spreker ook even op de
plannen van een nieuwen weg door het Am
bacht, doch drie wegen waren in verband
met ons bedrijf wel zoo wenschelijk. Met den
voortgang van de kool loopt het mis, wij
weten dat het Ambacht met ziektekiemen is
besmet. Wij moeten naar middelen omzien
welke een betere basis vormen. Spr. noemde
uit het verleden nog meer omstandigheden,
die een schommeling der toestanden ken
schetste. Daar op zijn vraag niemand meer
het woord verlangde, sloot de voorzitter me'
een opwekkend woord deze samenkomst.
STIKSTOFPROEFVELDEN 1931
IN DE ZAANSTREEK EN TEN
NOORDEN DAARVAN.
Dit jaar zijn er stikstofproefvelden aange
legd bij de heeren J. Zwart te Zaandam, S.
de Wit te Krommenie en C. Aafjes te De
Stierop.
Het proefveld bij den heer J. Zwart te
Zaandam werd genomen op een terrein
langs het Weerpad, op grasland. Grond
soort laagveen, weinig uit het water, maar
overigens in uitstekende bemestingsconditie.
Het proefveld trok nogal de aandacht; o.a.
ondernamen een 20-tal leden van de afdj
Zaandam van de Hollandsche Maatschappij
van Landbouw en de afd. Bond van Melk
veehouders er een excursie heen. Helaas ook
van de schooljeugd, die de bordjes als doel
punt namen voor hun steenen; die veroor
zaakte heel wat last bij het melken en is
voor den heer Zwart, die een ambitieus en
zeer correct proefnemer is, zeer onaange
naam.
Men heeft hem reeds allerlei nationali
teiten toegekend. Soms heet hij „de knappe
Zweed". Nu, hef is wel waar, wat ik gister
avond hoorde opmerken, alleen een man, die
is opgegroeid' in een land waar het des win
ters flink vriest, kan zich zoo goed thuis ge
voelen op het ijs. Anderen houden hem voor
een Canadees. Weer anderen noemen hem
den „innemenden Oostenrijker"
Ik vermoed, dat men daarmee dichter bij
de waarheid is, merkte de oudere dame op.
Hij heeft die vriendelijke manieren en daarbij
dat weinig toeschietelijke Neen, hij kon
best een Oostenrijker zijn.
Of zou hij misschien ook een Russisch
grootvorst wezen, moeder?
In ieder geval is het hem aan te zien.
dat het geen Engelschman is, hield de slanke
Engelschman vol, die blijkbaar van het be
ginsel uitging, dat enkel de Engelschen fat
soenlijke menschen zijn.
Je kunt het ook zien aan de manier
waarop hij zich kleedt. Ik denk daarbij niel
aan zijn kleedij bij zijn optreden, maar aa»
zijn dagelijksche kleeding.
En hoe is die dan?
Nu, vreemd. Tï
Ik zou toch zoo groog meer over hem te
weten komen, ging het meisje voort. Te
Klosters noemde men hem gewoonlijk den'
doofstomme, omdat hij' op zijn best zijn mond
open deed' en als hij dat deed dan kre"^ men
één lettergrepige woorden te hooren, die hij
misschien op een school voor doofstommen1
door middel van liplezen had geleerd. Vindt
u niet, dat hem dit nog interessanter maakt?.
Heeft u ook niet den indruk, dat hij door een
bijzonder geheim wordt geplaagd? Iets dat
hij zijn leven lang moet dragen? Zullen w«
ooit iets omtrent hem te weten komen?
(Wordt vervolgd.)
