BE OO LIJK 14 oi
Bij HoofdpijïT-p
en bij Kiespijn
Jifuiukcu&dck
Dximcukiek
Voor de Huisvrouw.
Voor kleine tuinen.
BIJ ADERVERKALKING van herse
nen en hart kan door het dagelijksch ge
bruik eener kleine dosis natuurlijk
„Franz-Josef"-bittervvater bereikt wor
den, dat de patiënt zonder sterk te
persen, ontlasting heeft.
zijn broeder, Wladislaw Westesko, waar de
schat begraven was. Waarvoor hij dat ge
daan had, weten wij niet, maar in elk geval
werd Wladislaw Westesko de eenige persoon
in de wereld, die de plek, waar de schat be
graven lag, kende.
Wladislaw Westesko besloot profijt te trek
ken uit deze omstandigheid. Hij begreep ech
ter, dat de bolsjewiki met hem niet veel om
haal zouden maken: zoodra zij de plek te
weten zouden komen, zouden zij hem uit den
weg ruimen. Hij zocht daarom naar men-
schen, die met de Rijksbank der Sovjet-Unie
zouden kunnen onderhandelen en door deze
als een ernstige partij beschouwd worden.
Hij wendde zich tot de Deutsche Bank. De
directie van deze bank voelde wat voor deze
zaak en vroeg minister Stresemann om ad
vies. Het antwoord luidde als volgt: „U
kunt doen, wat u wilt, maar voor eigen risico.
Ik kan voor het leven van uw agenten, die u
naar Rusland zult sturen, niet instaan".
Toen zag de Deutsche Bank van het aan
lokkelijke voorstel af. Daarna werd een po-
ging gedaan den bekenden bolsjewistischen
diplomaat en staatsman, Krasin, voor de
zaak te winnen, maar zonder succes. De
toenmalige Lithausche minister-president,
Woldemaras, voelde wel wat voor deze mil-
lioenen-zaak, maar ook zijn pogingen mis
lukten.
Intusschen ontstond een soort „consor
tium", dat de zaak wilde exploiteeren. Dit
„consortium" vond eèn Parijsche bankinstel
ling bereid de zaak te entameëren. In 1929
werd te Parijs een overeenkomst gesloten tus-
schen de bank en een vertegenwoordiger van
de Russische Rijksbank. Het document is
,'daarna aan een Parijschen notaris in bewa-
;ring gegeven. De bank zond naar Rusland 4
personen, een harer kassiers, een Engelschen
'officier (die door het avontuurlijke van het
'gevali was aangetrokken) en twee Poolsche
advokaten, die de belangen van Westesko be-
hartigenden. Westesko verschafte dezen man-
inen de noodige inlichtingen, en het gezel
schap ondernam de gevaarlijke en avontuur
lijke reis.
I In Rusland sloten zich bij hen eenige „amb
tenaren van de Rijskbank" aan, die in werke
lijkheid agenten van de G.P.Óe. bleken te
zijn, en het gezelschap begaf zich naar
i'Kazan. De vier vreemdelingen spraken met
elkaar steeds Engelsch en Fransch en de
G.P.Oe.mannen waren overtuigd, dat geen
van hen een woord Russisch kende. In werke-
•jlijkheid kenden de twee Poolsche advokaten,
die in Rusland hun opleiding hadden gekre-
fen, die taal heel goed. Deze omstandig-
eid heeft den vier op avontuur belusten
vreemdelingen het leven gered. De Poolsche
advokaten hebben eenige gesprekken van de
„Sovjet-ambtenaren" afgeluisterd. Een vroeg
een G.P.Oe.-man den ander, die de chef
schijnt geweest te zijn: „Wanneer maken we
ze af?" Het antwoord luidde: „Zoodra wij de
plaats zullen kennen".
De Polen vertelden den Franschman en
Engelschman, welk gevaar hun dreigde. De
Engelschman wilde echter in het begin niet
gelooven, dat er eenig gevaar dreigde en zei:
„Mij en den Franschman zullen zij niets
doen. Zooiets zullen zij niet aandurven. En
geland heeft immers te Moskou een gezant".
Spoedig bemerkte echter ook deze lichtgeloo-
vige Brit, dat de toestand hachelijk was.
Toen besloten de vreemdelingen de zaak op
te geven en Rusland te verlaten, maar de
G.P.Oe. weigerde hun visa te verkenen. De
toestand werd met den dag gevaarlijker en de
vreemdelingen begrepen, dat zij elk oogen-
bli'k neergeschoten konden worden.
Eenige dagen kruisten zij in de omstreken
van Kazan. Het verhaal over die reis is zeer
avontuurlijk en zou in een avonturenroman
geen slechten indruk hebben gemaakt. Op
een zekeren dag vonden zij de plek, die
Westesko hun had opgegeven. Alles klopte
met de beschrijving. Daar zij echter bevreesd
waren, dat zoodra zij dit aan de begeleiders
zouden vertellen, dezen hen zouden neer
schieten, zeiden de afgezanten van de Parij-
jsche bank, dat zij1 niet zeker waren of het ae
juiste plek was en dat zij naar het buitenland
moesten gaan om nog eenige inlichtingen te
krijgen.
De G.P.Oe.-mannen begrepen echter, dat
het wel degelijk de juiste plek was. Zij stel
den toen de vier vreemdelingen een ultima
tum: „Als jullie een stuk teekent, dat jullie
niets gevonden hebt, dan laten wij jullie ver
trekken". Het proces-verbaal moest binnen
48 uur onderteekend worden. De schatzoekers
begrepen, dat er onder die omstandigheden
niets anders overbleef dan toe te geven en
onderteekenden.
i, De Engelschman vertelt het volgde:
„Ik ben niet angstig van aard. Ik was in
tden wereldoorlog, heb in Afrika jacht op
leeuwen gemaakt Maar eerst daar in
'Rusland begreep ik, wat vrees is en dat ik tee
kenen moest en daarbij zoo gauw mogelijk".
Het proces-verbaal was onderteekend. Het
contract, dat te Parijs bij' den notaris lag,
verloor op deze wijze zijn waarde. De vreem
delingen konden Rusland verlaten. In het
voorjaar, toen de sneeuw was gesmolten, kwa
men de G.P.Oe.-mannen met speciaal uit
Duitschland gebrachte machines en vonden
den begraven schat.
Uit angst voor een schandaal besloot de
Parijsche bank het verlies te aanvaarden en
heeft van een proces afgezien.
De vrienden van Westesko willen echter
van hun aanspraken geen afstand doen. Een
proces tegen de Russische Rijksbank kunnen
zij niet beginnen, omdat die bank niets met
hen uitstaande had. Zij hebben daarom een
ar aklacht ingediend tegen de Parijsche Bank
en eischen schadevergoeding. Op welke wijze
ae rransche rechter in deze avontuurlijke
zaak recht zal spreken, weten wij nog niet, en
evenmin of het „consortium" eenige schade
vergoeding zal krijgen. In het „saaie" en
„rustige burgerlijke" Nederland kun je zoo-
iets natuurlijk niet beleven.
Pr. BORIS RAPTSCHINSKY.
Mijnhardt's Poeders,
Doos 45 ct. Bij Uw Drogist.
Oplossing eindspel <68.
1. Pc6 Lc7 2. Pd8 Lb8 De Zwarte K. kan
niet zonder gevaar naderen). 3 Kfo Kf8
4. Pc6 Lc7 (na LdG volgt 5. Ke6 en ;:a
Lh2? volgt 5. Peój 5. KfG Ke8 6. Ke6 Kf8
7. Kd7 en wint b.v. 7Lh2 8. Pd4 Kf7
9. Pbö Lb8 10. Kc8 en 11. Pc7. en wint.
Oplossing eindspel <68.
Dit is 't laatste eindspel van een se
rie, die wij overnamen uit de W. S. no. 8
van April '31.
Een zeer leerrijke belangrijke serie.
Wie deze serie bestudeert zal zeer ze
ker een belangrijke stap voor uit zijn
gegaan in de eindspelstudiekennis.
1. Ke5! Lhl. 2. Pb6! Lb7. 3. Ke6ü Kd8
4. Kd6. Ke8 5. Kc7 Lhl. 6. Pc8! dreigt
Pd6 en Pb7). La8 7. Kb8 Kd8 8. Pd6!
Kd7 9. Pb7! (niet 9. Ka8? om Kc7 remise)
Kc6 10. Ka8 Kc7 1. lPb6 en wint. Of:
1 Ke5! Lc6 2. Kd6 Lb7 3. Kc7 Lhl 4.
Pb6 Ke7 (anders 5. Pc8! als in de vorige
variant) 5. Pc8t Kef! 6. Pd6 La8 7. Pc4ü
Lhl 8. Pao La8 Kb3 Kd6 IC. Pc4! (na 10.
Ka8? Kc7 remise) Kc6 11. Ka8 Kc7 12.
Pd6 en wint.
Oplossing tweezet 351 (Lindquist).
1. Tf8 Kf3 2. Dd5 mat.
1. P. speelt 2. Pd2 mat.
1. g5 2. Df5 mat.
1.gf3 2. Tel mat.
1. Tf3 2. Te8 mat.
1. Toren gaat van de f-lijn af
2. Tf4 mat.
Probleem 352.
L. E. Owen.
Tweezet.
Eindspel <70
(K. A. L. Kubbel)
Wit speelt en maakt remise.
Eindspel <71
(K. A. L. Kubbel).
De volgende partij is gespeeld in het
landentournooi te Praag op 17 Juli 1931,
waarin de Nederlander Noteboom, aan
voerder der witte stukken, een belang
rijke bijdrage leverde voor de theorie
der Orthodoxe verdediging van 't dame
gambiet. De partij werd geanalyseerd
door Tartakower in de W. S.
Wit: Noteboom (Holland).
Zwart: Gromer (Frankrijk).
1. d4 PI6 2. c4 e6 3. Pc3 d5.
Speelt men hier in plaats
van 3d5 3Lb4
dan heeft men de Nimzo-
witsch-variant, dan kan
men op veel manieren
voortzetten, doch van
geen der voortzettingen .is
de beste nog aangewezen.
4. Lg5 Le7
5. e3 Pe4 Dit is de bekende Las-
ker manier om een geslo
ten spel te ontgaan.
6. Le7 De7
7. Tel Ook kan hier worden ge
speeld 7. cd5 Pc3. 8. bc3
edo 9. Db3 enz.
7. Pc3 Wel gedwongen, want
na 7c6 volgt 8. cd5
ed5 9. Pdö' en zwart k/u
niet nemen, wegens 10.
Tc8f.
Ook 7Db4 wegens
8. cd5 ed5 9. a3! Pc3 10.
Dd2 De7 11. Tc3 enz.
8.
Tc3
c6
9.
Pf3
Pd7
10.
Ld3
dc4
11.
Lc4
00
12.
0—0
eo
13.
Pe5
Pe5
14.
de5
De5
15.
f4
De7
16.
fo!
Deo
Dfb volgt e4! Bo
vendien is Lc8 in zijn be
weging gehinderd en kan
17 Dh5 vol8en.
17, fbi g&
18. Dd2 Dg5
Er dreigde 19- e4! De4??
20. Dh6.
19. Td3 Lg4
20. Tf4 Tae8
21. TdG hö
22. Khl De5.
23. e4! Kh7
24. h3 Lc8
25. Lb3 a5
26. a3 b5
27. Tc6 Lb7
28. Tf5! Een zeer goed doordacht
offer. Er kan volgen: 28.
gfo 29. Dg5 en spoe
dig mat.
28De4?
29. Th5fü gh6
30. Lc2 Lc6
31. Dg5 dieigt mat op g7 of na Tg8
op h5.
31Dg6
32. Dhóf. Kg8
33. Lg6 en zwart geeft op. Immers
dreigt Dh7 mat of
33fg6 34. DgGf
35. Dg7 mat.
er
na
en
Aan de Dammers!
In onze vorige rubriek gaven wij ter
oplossing probleem 1185 (auteur Lieu-
bray).
Zw. 11 sch. op: 5/8, 12, 13, 14^ 16, 17, 20,
25 en twee dammen op 4 en 45.
Wit 12 sch. op: 21, 23, 27, 28, 29, 30, 32,
33, 34, 38, 39, 42 en dam op 49.
Oplossing.
1. 23—18 1. 13 31
2. 29—23 2. 45 18
3. 28—23 3. 18 28
4. 33 13 4. 4 43
5. 49 :15 5. 25 :34
6. 15—42 6. 16 27
7. 42 16!
Uit de partij.
De heer van Dartelen geeft het volgen
de interessante voorbeeld van de waarde
van een schijfoffer.
Zw. 5 sch. op: 17, 18, 23, 24, 30.
W. 5 sch. op: 27, 33, 35, 38, 39.
Zwart speelt 1722, Wit gedwongen
tot 2721. Nu offert "Zwart een schijf
door 2227! Wit slaat 21 :32 en Zwart
speelt 1822!
De eenigste voortzetting voor Wit is
thans 32—27. Zwart slaat 22 31 en Wit
speelt 3832.
Nu volgt Zwart 2329. Wit 3328 ge
dwongen. Zwart 2933. Wit 3227 de
beste. Zwart slaat 33 44 en Wit 27 36,
waarna Zwart vervolgt met 4450, Wit
28—23, Zwart 5045, Wit 2319, Zwart
24 13 en Wit 35 24.
Nu is een aardige eindstand ontstaan,
waarin zwart aan zet is en kan winnen.
De lezer zoeke daar zelf even naar.
In de simultaanseance van Springer
te Haarlem kwam in de partij tegen van
Eijk de volgende positie voor:
Zw. 9 sch. op: 2, 8,13, 16,19, 20, 21, 23, 24
W. 9 sch. op: 22, 28, 32/35, 37, 38, 48.
Zw. (v. E.) speelde 13—18, 21—27 en
24 41, maar toen vervolgde Springer
eenvoudig met: 33—29 (zw. 24 42)
48 46 (zw. 16 27) en 13 15. Zwart gaf
toen op, maar eenig spel zit er toch
wel in.
„Met spoed" wordt mij nog om kinderbad
pakken gevraagd Nu u mag u wel haasten,
ten minste als u het badpak dit jaar nog ge
bruiken wilt!
Hier heeft u een vlot patroon in twee kleu
ren breien met naalden no. 2. Brei het ge-
heele pakje in den tricotsteek, d.w.z.: 1 naald
recht, 1 naald averecht. Zet in de 1ste kleur
70 steken op en brei 11 naalden in de eerste
kleur; dan 6 naalden in de 2de en 8 naalden
weer in de 1ste kleur. Brei daarna nog net
zoo'n lapje; en dan 35 steken van de eene
naald nemen en 35 st. van de andere, maar
zóó, dat de dichte kant naar buiten komt en
brei dan tot aan den hals 57 naalden in de
lste kleur, 6 naalden in de 2de, 10 naalden
in de lste en 78 naalden in de 2de kleur. Nu
weer 35 steken op één naald nemen en den
schouder breien.
Bij het begin en eind van elke naald min
deren tot er 10 steken zijn; dan nog 39 naal
den, afkanten. Vervolgens den anderen schou
der net zoo breien, en den rug gelijk den
voorkant werken; in totaal 151 naalden.
Kant de middelste 16 steken af voor den hals
en laat aan beide kanten 27 steken voor de
schouders; minder deze weer af tot op 10
steken als aan den voorkant en brei dan nog
39 naalden. Kant af. Brei voor het kruis een
lapje van 18 opzetsteken en brei 22 naalden
hierop; naai ten slotte alle naden dicht en
haak hals, armsgaten en pijpjes met een toer
vasten om.
Nog een ander kinderbadpakje; dit kunt
u naar verkiezing in één of twee kleuren
breien met naalden no. 2; ook dit behoort in
den tricotsteek te worden gewerkt.
Zet 30 steken op en brei in de lste kleur 6
naalden; vervolgens 38 naalden, waarbij u
bij de rechte naalden telkens 1 steek meer
dert aan begin en einde van de naald; brei
daarna een 2de gedeelte gelijk aan het lste.
Nu wordt het tusschengedeelte van broek
en lijfje rond gebreid op 4 naalden; brei 76
toeren tot aan het armsgat. Ga daarna op
nieuw in twee deelen breien; dus heen en
terug en weer de tricotsteek: 1 naald recht,
1 naald aevrecht. Dan moet u de minderin
gen voor het armsgat gaan maken: lste
naald; 1 steek recht voor den rand. nog 1
st. recht, st. samenbreien, de naalden ver
der recht doorbreien tot op 4 st. na. Hiervan
2 samenbreien; 1 st. recht, en lt. aver.; 2de
naald: 1 st. r„ verder de naald averecht tot
op 1 steek na; deze recht; deze twee naal
den herhalen tot en met de 14de; als de 7de
mindering gemaakt is, dan nog 14 naalden.
In den volgenden rechter toer moeten de
drie middelste steken averecht gebreid wor
den; daarna bij de rechtsche naald 5 aver.
steken en bij de volgende naald 7 aver. ste
ken.
Voor de schouders behoort u met den rech
terkant te beginnen. Brei tot aan den eersten
over. steek en dan terug naar het armsgat en
de volgende naald tot op 5 st. na breien om
den 5den en 4den st. samen te nemen voor de
.ste mindering van den hals; dan nog 3 st.
recht. Brei aldus nog 26 naalden, waardoor
u dus 13 minderingen krijgt. Daarna nog 9
naalden. 6
Bewerk vervolgens den tweeden schouder
en den rug net zoo. Neem daarna aan den
onderkant van t broekje de afgeschuinde
Ste£nu0pL?ngev"r 70 steken en brei hier een
recht bandje van 7 naalden in tricotsteek er
langs. Kant het af. Neem nu ook voor hals-
en armsgaten de steken op en brei een randje
van drie ribbels. Naai de af kantsteken op,
zoodat die steken een rolletje vormen.
Irissen en Papavers scheuren
en planten.
Onder de planten welke we bij
keur nu planten, scheuren en vernu
ten behooren o.a. Irissen en Papavers'
Irissen wijken door hun b ad en bin«?"
vorm aanmerkelijk af Von de arX
vaste planten en zijn juist daarom
goed te gebruikA. Ze brengen de J?
wenschte afwisseling en door den *iü'
lijken bloemvorm trekken ze ieders all"
dacht. Ze komen het mooiste uit i
boordbedden, rotspartijen en als L
groepeering in het gazon, ,f ais aanslui®
tuig van heestervakken. Ze verlan
een voedzame en niet te vochtig
Alleen de, ook in het wild voorkoming
I.pseudacorus is lisch en I. Kaemnflw7'
Jap. Iris, planten we op vochtige nu ,S
sen, b.v. langs de waterkant Wann
we nu Irissen planten zullen dP70
den winter flink aanvvortelen en s°r
volgende voorjaar reeds bloeien n
flink te kunnen bloeien moeten ze «V?
jaar vast staan. Oude planten kiin«I
we nu gemakkelijk scheuren We nilü
d plant voorzichtig uit den grond
deelen de knolvormig. wortelstokïL ®n
zooveel stukken als ons wensehPu w
schijnt. Van Irissen moet men u
flinke groepe planten Een enkele lil
zoo hier en daar zegt zoo weimV Pu
liever 3-5-7 of meer planten g'J ant
Het is wel goed om tegen den Juf"'
tusschen pas geplante Irissen een wéfnfP
korte mest of turfmolm u tr
Van Papavers.bezitten wö ook PJ6ni
bloeiende vaste planten. VWp|°Pa0S
oriëntale en de variëteiten daarvan
zijn ook als snijbloem zeer gewild Wei
duurt de bloei slechts kort en daarom
moet men Papavers niet veel op den
voorgrond planten. Op den achtergrond
in boordbedden en vooral tusschen ruim
geplante heesters en conifeeren voldoen
ze goed. Ook deze kunnen we nu planter
en verplanten, waarbij.we oude planten
kunnen scheuren. De vleezige wortels,
welke daarbij soms breken kunnen wé
nog als stekken gebruiken. We snijden
deze daarvoor in stukjes van ongeveer
5 c.Mwelke stukjes dicht bijeen in een
zaaipan, pot of ondiep kistje geplaatst
worden. We tekken in tuingrond ver
mengd met een weinig zand. We over-
winteien ze in den bak waar ze tegen
het voorjaar zullen gaan groeien. Zorg
vooral, dat deze stukjes in de juiste
stand in de aare komen.
Om het ceintuurtje te maken moet u eenige
steken meer opzetten dan de wijdte van den
romp, daar hét rechte randgedeelte omgesla
gen wordt tot een puntje en het met roestvrij»
drukkertjes bezette gedeelte over moet slaan.
Voorts wordt het ceintuurtje in den tricot
steek gewerkt, breedte naar uw eigen keus.
Het ceintuur, de verschillende randjes en rie
pijpjes worden evenals de beide lussen, waar
het ceintuurtje doorheen gaat, in afstekende
kleuren gewerkt.
Met een smal, eenvoudig kruissteekrandje
aan den voorkant langs de halsuitsnijding,
de armsgaten, de zijkanten en de korte pijpjes
kunt u er een fleurige versiering op aanbren
gen; bovendien staat het wel leuk, als u hier
of daar een motiefje, monogram, letter,
beestje of bloem met een kruissteek werkt; dat
moet u zelf bedenken; het hangt geheel van
den aard en lichaamsbouw van het jeugdige
zwemstertje af.
Is dit voor regenachtige vacantie-dagen
geen goed idéé? Geef uw kinderen Okker
noten en laat ze daarvan een theeservies fa
briceeren. Zoek noten in verschillende af
metingen een groote voor de trekpot; iets
kleiner voor de melkkan en suikerpot en i
heele kleintjes (precies gelijk) voor de kopjes
Vijl de noten met een figuurzaag door en no
ze daarna mooi glad uit, zoodat alleen
schaal overblijft. De kopjes, trekpot en n>«'
kan moeten op pootjes staan; die maakt u
stukjes hout of goed sterke lucifers; de -
van het gansche servies en het tuitjeva
trekpot kunt u 'best fatsoeneeren van sig
kistjes-hout en dit er dan tegen aa"P n0
Schoteltjes zijn te knippen van karto
ook een ovaal theeblad om alles op te
als lepeltjes kunnen lucifers dienst doe
uw kinderen een stapeltje noten en een
zaag en laat ze dan zelf maarknutse en en
fantaseeren. Het is hun van harte
trouwd.
nr I?
Zw. 14 sch. op: 1, 7, 8, 9, 12, 14, 15, 17,
18, 19, 20, 21, 22, 25.
W. 11 sch. op: 28, 29, 30 ,32, 33, 34, 35, 37,
38, 41, 44.
In onze volgende rubriek geven wij de
inlossing.
Wit speelt en maakt remise.
108. Dat is dus afgesproken. En nu
zij, dat ze al pratend, reeds een Ér0°' ^ich
den weg hebben afgelegd. Daar op® ^ro-
reeds de poorten die toegang kotf'
ning van den Waterman en onwillekeu
de Oesterfamilie een beetje onder e e
het is niet alles om aanstonds te m®® ta#'f
ken met een beroemd toovenaar. xti'
Zeekat brengt alweer uitredding c'°rfait
gen: „Ik wil het woord wel doen 10 LjcbS'
dan eens heeft de Waterman mij io •-
lijk geval uit den nood geholo.cn
Ter oplossing voor deze week:
Probleem 1186 van T. W. Wynants,
den Haag.
107, En op de wandeling naar de grot waar de
oude Waterman huist, zegt tante Zeekat, die
met vader en moeder Oester voorop gaat:
„Weet je, ik zou heel veel lust hebben om met
jullie mee te gaan, als je je doel zou kunnen
bereiken en een poosje naar de menschenwe-
reld kon verhuizen. Het is de vraag maar of je
mij, oude Zeekat mee hebben wilt". Maar vader
en moeder Oester roepen dadelijk hartelijk uit:
„Natuurlijk willen we dat. U hebt ons en onze
jongens in nood bijgestaan, nu zullen we het
vinden als U bji ons blijven wilt"»