Alkmaarsche Courant.
ALCMARIA VICTRIXI
HAARLEM I
ARNHEM"
Brieven uit Rome.
Ruitmtand
De rit door het fort.
Rechtszaken
JCunst m Wetenschap
Jkavinctiud Tlieuws
Honderd drie en dertigste Jaargang.
Vrijdag 4 September
overstroominoen in
porto rico.
200 dooden.
een huwelijk met politieke
10 millioen dollar.
DE NAUTILUS IN NOOD?
Men vreest het ergste.
BOTSING TUSSCHEN COMMUNIS
TEN EN NAT.-SOCIALISTEN.
twee toeristen verongelukt.
economische kroonraad
in roemenie.
ZONDAG A.S. 2 UUR
VERLAAGDE PRIJZEN.
LEVENS
VERZEKERING
iMAATSCHAPPIJ
schept kapitaal voor moeilijke tijden.
No. 208 1931.
Naar «it San Juan (Porto Rico) wordt ge
meld, zijn bij de overstroomingen, veroor
zaakt door hevigen regenval van den laatsten
tijd, 200 personen om het leven gekomen.
GEVOLGEN.
Men schrijft uit Boedapest aan de N.R.Crt:
Dr Jenö Sipöcz, de burgemeester van Boe
dapest, die, ondanks het feit, dat hij reeds
meer dan tien jaren in functie is, steeds eene
zeer bescheiden rol heeft gespeeld, is plotse
ling in het centrum der publieke belangstel
ling gekomen, welke belangstelling den ar
men burgemeester echter allesbehalve wei-
De" kwestie is n.1., dat burgemeester Sipöcz
destijds als voorstander van de sterk anti
semitisch getinte zgn. „christelijke commu
nale partij" tot burgemeester werd gekozen
en steeds als de vertrouweling van die partij
werd gehandhaafd en dat deze anti-semiet
het thans bestaan heeft de weduwe van een
lloodschen referendaris van een der ministe
ries zelf een geboren Jodin, te trouwen en
dat 'zonder dat de dame in kwestie tot het
katholicisme overging en zonder dat het hu
welijk dus kerkelijk werd ingezegend. Voor
het overige is het met dat huwelijk zeer eigen
aardig toegegaan. De burgemeester schijnt
van het begin af de gevolgen van zijne daad
te hebben gevreesd, deze echter desondanks
niet onder de oogen te hebben durven zien,
met het resultaat, dat, naar thans blijkt, het
edelachtbare stadshoofd reeds in Juli heel in
het geheim in het nabijgelegen stadje Szent
i'Éridre in het huwelijk trad, waarbij alleen de
burgemeester van dat stadje, diens vrouw
en de gemeentesecretaris tegenwoordig wa
ren, en daarna fluks met zijne echtgenoote op
de huwelijksreis ging. Op den duur echter
kon de zaak niet geheim blijven, zooals bur
gemeester Sipöcz wel van tevoren had kunnen
nagaan. Het resultaat is, dat de partijgenoo-
ten van den burgemeester blazen van woede,
niet meer of minder eischen dan dat Sipöcz
zich zal laten scheiden en dat deze held
van de droevige figuur bereid blijkt te zijn
aan dezen eisch te voldoen. De reden, op
grond waarvan de eisch tot echtscheiding zou
worden ingesteld, heet in de juridische ter
minologie: „error in persona". Nu echter wil
het ongeluk voor den burgemeester, dat zijn
jonge vrouw niet bereid blijkt, in de echtschei
ding te berusten. Zij verklaart, dat Sipöcz
haar reeds lang voor hun huwelijk kende,
zoodat van een vergissing in de persoon geen
sprake kan zijn. De burgemeester is, nadat
hij zich na zijn huwelijksreis een tijdje in
Oostenrijk had verborgen gehouden, tenslotte
weer te Boedapest teruggekeerd, heeft het
echter aanvankelijk niet gewaagd, op het
stadhuis te verschijnen, maar liet zich telefo
nisch op de hoogte houden en de stukken
thuis brengen. Per slot van rekening is hij er
toch toe overgegaan, zijn ambt weer te aan
vaarden, heeft daar echter een tijdstip, laat
in den middag voor uitgezocht, toen er vrij
wel niemand op het stadhuis was. Niet on
waarschijnlijk zal het einde van de geschiede
nis van dezen modernen ridder, die zijn vrouw
opoffert, om zijn politieke vrienden ter wille te
zijn en zijn baantje te behouden, zijn dat de
burgemeester èn vrouw èn baantje verliest.
De heer C. llarold Smith, een Ameri-
kaansch multi-millio.-inair, is gedurende een
bezoek aan Londen in een hotel aldaar over
leden, vertelt de N. R. Crt. Hij was een ver
maard industrieel en heeft in den loop van
een met succes bekroond werkzaam leven een
vermogen bijeengegaard van 10 millioen
dollar. Daar hij zonder nabestaanden over
De bergrug te, waarvan hier sprake is, ligt
Ai Graubunderland en heeft met meneer
Scholl en Luciie verder niets uit te staan
dan dat zij op een autoreis in den nazomer,
door beiden gepasseerd werd. Het vluchtige
passeeren bleek echter voldoende om Lucile
op een merkwaardige manier te beïnvloeden,
zoodat haar verhouding tot meneer Scholl
tot in de kern veranderde.
Meneer Scholl had de heele reis bedacht
om Lucile eens volop de mogelijkheden, die
zijn fortuin in staat was te scheppen, voor
oogen te stellen. Natuurlijk had hij de moe
der van Lucile mee uitgenoodigd, nadat hij
uitvoerig er met haar over gesproken had.
Volgens zijn inzicht vond hij, dat Lucile er
slecht uitzag den laatsten tijd, bleek en moe
en daarom was zoo'n reisje in alle opzichten
zeer geraden. De meeningen van meer Scholl
hadden veel invloed op deze twee vrouwen.
Hij had, na den dood van Lucile's vader, ais
vriend veel voor de familie gedaan en wist,
door voortdurende attenties, de sympathie
warm te houden. Eiken avond na het sluiten
der zaken meneer Scholl was groothan
delaar wipte hij bij de dames binnen, gaf
haar raad en beïnvloedde, merkbaar of hei-
jnelijk, hunne gansche levenshouding. Luci-
ie's moeder was er spoedig achter, dat me
neer Scholl haar dochter tot zijn echtgenoo-
fe wilde verheffen. Dat kon ze niet anders
dan toejuichen. Zij trachtte daarom zooveel
niogelijk te voorkomen dat het meisje andere
jongelui ontmoette. Zij kortte zelfs de zang
lessen in, toen de mooie stem de achttienja-
aandacht begon te trekken en meneer
choli zelfs nu en dan een paar schimp-
''euten °ver kunst en artiesten in het al-
ion-beste had gegeven. Dus was het
die aan ^aar toedoen te danken, dat Lu-
°P geneerlei wijze van haar bestemming
er6rrJf be!anêstelling voor de vraag wat
fannsteflinV6™08? Zal Sebeuren- Deze be-
derbfd ~g 1S "°g te £rooter> wiJ'l Smith in-
innfH m,L prijs van 2000 dollar had uitge-
k-in!r na00,r S,te advies over A beschik-
rrZ1,'n dood aaf zijn millioenen te ge-
nmf HriewPn,s *as indertijd toegekend aan
de Garrett> bcogleeraar aan
SL «L cb^,Umyers'ty te New-York. Deze
tuut tnnr raad ^even een insti-
wïït ^L'^tale hygiëne" te stichten, aan
v P7P. t. ]eu?d'ge misdadigers om ad-
SfJ°0r hun verbetering zouden kunnen
3pen,Mn waar vaa de misdaad een we-
[f ^pPPe'.'Jke studie zou kunnen worden
gemaakt. Men is er nu zeer benieudw naar,
vin rüVer!f millionnair aan het voorstel
van Garrett gevolg heeft gegeven.
Van Noorsche zijde wil men alles doen, om
de Nautilus te vinden. De Noorsche regeering
crei t op het oogenblik maatregelen voor, die
genomen worden om ten spoedigste een hulp
expeditie te kunnen uitrusten. Nog heden zal
een besluit worden genomen. In deskundige
kringen twijfelt men er thans niet meer aan, dat
de Nautilus een ernstig ongeluk heeft gehad. De
robbenvaarder Veiding of Fr. Nansen zal wor
den uitgezonden.
In den afgeloopen nacht heeft op den Bor-
ninger Platz te Dusseldorp een botsing plaats
gehad tusschen communisten en nationaal-
socialisten, waarbij één persoon werd doodge
stoken.
In de Kalkkögel bij Innsbusch zijn twee
Duitsche toeristen bij het beklimmen der ber
gen verongelukt.
Onmiddellijk na het bijeenkomen van het
parlement zaj onder voorzitterschap van den
koning een economische kroonraad worden
gehouden, die met spanning wordt tegemoet
gezien, daar drastische bezuinigingsmaat
regelen te verwachten zijn. Aan dezen kroon
raad zullen deelnemen alle partijleiders, de
tegenwoordige en de vroegere minister van
financien, de directeur en de voorlaatste direc
teur van de Nationale Bank. Het verluidt,
dat de begrooting van 38 tot 25 milliard lei
zal worden verminderd. Tegelijkertijd zullen
ingrijpende maatregelen worden genomen om
een einde te maken aan den economischen
noodtoestand.
EEN JAAR TEGEN VITRIOOLWERPER
GEEISCHT.
Voor het gerechtshof te Arnhem stond gis
termiddag terecht de landbouwer M. H. uit
Hieno die door de rechtbank te Zutfen tot
6 maanden gevangenisstraf was veroordeeld
Hij werd verdacht dat hij mej. B. te Heino
met vitriool in het gezicht had geworpen. Te
gen hem werd thans door de procureur-gene
raal een jaar gevangenisstraf geëischt met
dien verstande, dat iiiervan 6 maanden on
voorwaardelijk en 6 maanden voorwaardelijk
zouden zijn met een proeftijd van 3 jaar. Uit
spraak over 14 dagen
POGING TOT DOODSLAG OP ZIJN
VROUW.
Tegen verdachte tien maanden
geëischt.
Voor het Gerechtshof te Amsterdam diende
gister in hooger beroep de zaak tegen een 48-
jarigen electro-technicus uit Leiden, die door
de Haariemsche rechtbank wegens poging tot
doodslag op zijn vrouw was veroordeeld tot
een gevangenisstraf van twee jaar met af
trek van de voorloopige hechtenis.
De man had op 7 Januari j.1. zijn vrouw,
die hem verlaten had, opgezocht te Bloemen-
daal. Hij had haar 's avonds in de nabijheid
van haar woning opgewacht; in een gesprek,
dat volgde wond de man zich zeer op, daar
de vrouw weigerde de echtelijke woning weer
werd afgeleid om de vrouw van den geach-
ten en rijken meneer Scholl te worden.
En zoo viel er dus nu wel op te rekenen,
dat men, aan het einde van dit reisje, ergens
op een badplaats de verloving zou vieren.
De stemming van meneer Scholl werd in
ieder geval van dag tot dag fleuriger
tot die pas in het gebergte
„Een verdedigingsfort uit een of anderen
strijd der Zwitsers tegen de Oostenrijkers",
helderde meneer Schill op. „Onze auto moet
midden door de oude versterkingen heen, die
nog steeds voor klein garnizoen dienst
doen".
In front van het gebergte, breed-uit ge
touwd ter zijde van de rotshelling, sloot
plotseling een hooge^muur den avondlijken
torizon af. orens hieven zich omhoog en een
poort van trotschen soberheid liet den door
tocht geheel vrij. Op het binnenplein stond
een post. Toen de wagen langs dezen heen
reed, gebeurde het ongeluk. Lucile was plot
seling opgestaan als scheen ze onvoldoende
ales te kunnen overzien wat haar omgaf, óf,
wie zal het zeggen, misschien omhoog ge
beurd door een of anderen fatalen impuls!
Op hetzelfde oogenblik wankelde de lange,
rijzige gestalte, als natuurlijk gevolg van de
ze hoogst onverstandige daad en hard sloeg
ze met het voorhoofd tegen het glas vóór
haarLucile zuchtte even in lichte be
wusteloosheid, daarop voelde zij geen pijn
meermaarreikte met allerbekoor-
lijksten glimlach den officier haar hand, die
haar bij het uitstappen behulpzaam was.
Toen ze hem oplettender aankeek, herken
de zij in hem den wachtpost van zooeven.
Zij -dimlachte stil en vroeg niet, hoe hij het
had kunnen klaarsnelen zoo schielijk in een
officier te veranderen. Hij droeg e-n ouder-
wetsche ui form en Lucile moest denken aan
plaatjes van vroeger. Hij geleidde haar naar
het commandants-gebouw, waar zij vernam,
dat hij de vestingcommandant in eigen per
soon was.
te betrekken. De man zou een mes getrokken
en zijn vrouw daarmede een aantal steken
toegebracht hebben. Zij werd echter niet ern
stig getroffen.
Verdachte was in hooger beroep gegaan
omdat hij niet de bedoeling had gehad zijn
vrouw te dooden of te verwonden.'Verd. her
innerde zich slechts zeer vaag wat er dien
avond was gebeurd. De vrouw, als getuige
gehoord, zeide, dat haar man haar nooit had
bedreigd, ook dien avond niet. Zij verklaarde
dat zij na afloop van deze zaak weer bij hem
wilde komen wonen. De procureur-generaal
mr. Bauduin wees er in zijn requisitoir'op
dat ook de vrouw niet vrij van schuld was'
zij toch had haar man en kinderen verlaten!
Nu er weer een verzoening is tot stand geko
men wilde het O. M. een aanmerkelijk lage-
ren straf eischen. Mr. Baudiun requireerde
naar de Tel. meldt, vernietiging van het
Haariemsche vonnis en verd.'s veroordeeling
tot tien maanden gevangenisstraf met aftrek
der voorloopige hechtenis (vanaf 1 Jan.)
De verdediger mr. Fokker achtte den opzet
tot doodslag of mishandeling niet aanwezig
PI. drong aan op vrijspraak, subs. hoopte
hiji, dat het Hof het requisitoir zou volgen;
meer subs. vroeg pl. een voorwaardelijke
Arrest 17 Sept.
BELGISCHE BEELDENDE KUNST
DER LAATSTE HONDERD JAREN.
Belangrijke tentoonstelling in de
hoofdstad.
De tentoonstelling van Belgische Beelden
de Kunst uit de laatste honderd jaren, welke
Zaterdag in tegenwoordigheid van vele auto
riteiten zoo heeft onze minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen, Z.Exc.
Mr. J. Terpstra zijn komst toegezegd in
het Stedelijk Museum zal worden geopend,
door Z. Ex. Petitsjean, minister van Weten
schappen en Kunsten van België, mag onge
twijfeld tot een der belangrijkste exposities
worden gerekend, welke gedurende een tijd
perk van jaren in ons land zijn georgani
seerd.
Wanneer deze voorname en kostbare col
lectie schilderijen en beeldhouwwerk afkom
stig uit openbare musea en particuliere ver
zamelingen aan de belangstelling van het
Nederlandsch kunstlievend publiek zal zijn
prijs gegeven, zal hiermede een lang gekoes
terd voornemen van de drie heeren, welke te
zamen het Uitvoerend Comité uitmaken, in
vervulling zijn gegaan. Het zijn de heeren
C. W. H. Baard, directeur van het Stedelijk
Museum, Paul Lambotte ,eere-directeur van
de Schoone Kunsten van België en Rijkscom
missaris voor de Kunsttentoonstellingen, als
mede de bekende Vlaamsche schilder Is.
Opsomer, directeur van het Hoog Instituut
voor Schoone Kunsten te Antwerpen. Bij
hun moeilijken orgqniseerenden arbeid heb
ben zij de volledige medewerking van de Bel
gische regeering die o.a. den catalogus
verzorgde ondervonden, terwijl zij ook het
genoegen mochten smaken, dat Z. M. Ko
ning Albert enkele stukken uit zijn verzame
ling afstond. Zuiver Belgisch als deze ten
toonstelling is, heeft zij in dit opzicht voor
ons land ook instructieve waarde, wijl hier
de mogelijkheid wordt geboden, vergelijkin
gen te trekken tusschen twee groote schilders
volken.
Haar „omvang" werd zorgvuldig afgeme
ten", schrijft Paul Colin, in het voorwoord
van den catalogus. En hij vervolgt: „De
stukken zijn uitgekozen. De eersten onder de
meesters, de schilderijen die 't best de kunst
inzichten van vroeger en van heden weerge
ven, slechts zulken zijn in de rij toegelaten.
De tachtigjarige arbeid van de Belgische
schilders ook de bekroning ervan zal
door Nederland's artisten en kunstkenners
daar in het kort gewikt en gewogen kunnen
worden".
Niet minder dan 338 inzendingen aan
schilderijen, beeldhouwwerken en gravures
zijn in zeven zalen ondergebracht.
„Ik heb den heer en de andere dame ex
pres maar niet mee-géïnviteerd", zei hij, ter
wijl hij op het venster toetrad nadat hij voor
Lucile een fauteuil had aangeschoven.
„Wat is dat voor een merkwaardig me
neertje?" vroeg hij, met nauwverholen spot.
„U bent heel mooi, u bent als een koningin!
Hoe komt u nu aan zoo'n meneertje?"
„Meneer Scholl wil me trouwen", klonk
Lucile's zakelijk antwoord. „Ik ben n.1. geen
koningin, maar een tamelijk-arm meisje. Wij
zijn van klein-burgelijke afkomst. Ik geloof
dat mijn grootvader gardenier was.
Maar toon mij nu de burcht! Die is mooi
en interessant, dat zag ik onmiddellijk en
ik wist in het zelfde moment: Daar, waar de
wereld mooi en interessant is, daar behoor
ikU hebt gelijk. Wat beteekent meneer
Scholl in vergelijking daarmede? Comman
dant, is het niet gruwelijk, het leven in klei
ne hokken van kamers in de stad te moeten
leven? Maar dat gevoel ken ik eerst nu,
op dit oogenblik. Weet u, een vergezicht als
hier, dat bekoort me; een licht, dat uit hoo-
gen klaren hemel afstraalt en over brokaten
kleedij valt, heb ik lief
„Koningin, wist ik dat niet?" sprak de
commandant, vol voldoening, en trok haar
hand door zijn arm om met haar naar de
bergen in het avondlicht te turen.
„Meneer Scholl zei dat ik bleek en moe
zag", begon Lucile opnieuw na een korte
pauze. „Daarom rijdt hij nu met mij door
Graubunderland. Commandant, wat zoudt
u doen als u meneer Scholl was?"
Dit vroeg de kleine Lucile aan een vreem
den, hooggeplaatsten officier? Neen, zoo iets
vraa rt een koningin aan een van haar cava-
iers. In haar stem lag de gratie van een
croondraagster.
„Koningin ik kuste u, totdat ge gloeidet
en ontwaaktet. Ik leidde u niet lang door
GraubunderlandEn hï zag haar
aanen hield haar ook reeds in zijn ar
men.
WESTWOUD.
De Coöp. zuivelfabriek „Eureka te West
woud heeft aan hare melkjeveranciers over
de maand Juli uitbetaald 6.04 per 100 K.G
geleverde melk of 6/22 per gemiddelde
noteering.
AVENHORN.
De ontwerp-gemeentebegrooting wijst aan
in gewone ontvangsten en uitgaven een be
drag van 47.596.40, met een post voor on
voorzien ad 4123.36.
Hierbij is gerekend op 30 opcenten op de
hoofdsom der gemeentefondsbelasting.
SCHERMERHORN.
Aan den vooravond van de floraliafeesten
namen wij eens een kijkje. Het talrijke be
stuur had handen te kort om alles naar be-
hooren te regelen. Toch vond de altijd ijve
rige secretaris nog gelegenheid ons behoor
lijk rond te geleiden. Over de straat bij het
gebouw was een passende versiering aan
gebracht met een grooten boog, waarin licht
reclame. De zaal zelf was eveneens keurig
versierd en bood met de 178 inzendingen
van ledenplanten, 685 stuks een schitterenden
aanblik. Mede waren daar aanwezig van 44
inzendingen kinderplanten 77 stuks, benevens
van 14 inzendingen 24 stuks ter opluistering
ingezonden planten. Op het tooneel waren
de bouquetten gerangschikt. We zagen daar
van 29 inz. 107 bouquetten en wel van de
mooiste en nieuwste dahliasoorten, uit stek
ken gekweekt. In de serre waren de prijzen
geplaatst, benevens de inzendingen van huis
vlijt. Dat hier ter plaatse veel aan het be
oefenen van huisvlijt wordt gedaan, bewees
ook het vele en mooie ingebrachte, n.1. van
boven 14 jaar 15 stuks; van 1014 jaar
15 stuks, beneden 10 jaar 4 stuks en van niet-
leden 27 stuks.
Ook op het gebied- van handwerken zagen
wij heel mooie inzendingen. Ingebracht wa
ren 24 stuks van boven 14 jaar, 19 stuks van
1014 jaar, 3 stuks beneden 10 jaar en van
niet-leden 49 stuks.
We wenschen het bestuur, dat in dezen
moeite noch tijd ontziet, veel succes en
hopen, dat de tentoonstelling een druk be
zoek zal krijgen.
AKERSLOOT.
Daar ds. Baar reeds te .half elf in de kapel-
kerk te Alkmaar moet preeken, zal zijn
spreekbeurt te Akersloot niet om 10 uur,
maar reeds om half tien aanvangen.
BEVERWIJK.
In 64 auto's werden Donderdag ruim 200
oudjes in de gelegenheid gesteld een rijtoer
te maken naar Noordwijk. Onder een stra
lende herfstzon vertrokken om half één de
rijtuigen uit Beverwijk.
't Mag wel een wonder genoemd worden,
dat alies zoo goed van stapel geloopen is,
daar de afstand heen en terug ongeveer 120
K.M. bedroeg.
De oudjes, w.o. ook de oudste inwoner van
Velsen, de 99-jarige v. Aken behoorde, heb
ben zich kostelijk geamuseerd.
Eerst om half tien kwam de stoet weer in
Beverwijk en werd opgewacht door een haag
van menschen.
UITGEEST.
Ten bate van de t. b. c.-beslr ijding is door
eenige jongelui een inzameling gehouden
van verouderde rijwielbelastingpiaatjes. Met
elkaar hebben zij nog een tamelijk gewicht
aan koper opgehaald daar, hoewel ook nog
andere voorwerpen van koper zich onder de
plaatjes bevonden, het gewicht met elkaar
niet minder dan 16 pond bedraagt.
BROEK OP LANGENDIJK.
Evenals het vorige jaar werd vanwege de
Vereeniging „Floralia" in de zaal van café
Welgelegen een tentoonstelling gehouden
van bloemen en planten, opgekweekt door de
schoolkinderen. Daar over het algemeen de
verzorging zeer tot tevredenheid was der
Keuringscommissie, had deze een zware taak
„Koningin, aldus is het leven aldus
wilt ook gij er doorheen gedragen zijn!"
Zij lachte, zacht-zingend: „Zóó is het
Zóó wil ik het! Zeg het nog eens!En
mooi dus ben ik, en een kroon bezit ik?
Commandant is mijn stem misschien mijn
kroon
Hierop ontving Lucile geen antwoord
meer. Alles rondom haar werd plotseling
heel stil. Nu begon ze zacht en langzaam
voor zichzelf te zingentotdat een roep
haar onderbrak. Dat was Lucile's moeder.
En ook meneer Scholl was plotseling aan
wezig en had kogelronde oogen van de
schrik. Lucile speurde iets aan haar voor
hoofd en tastte ernaar. Zij voelde iets van
vochtige doeken. „Waarvoor dit?" vroeg ze
met gefronsde wenkbrauwen.
,,'t Is me heusch geen pretje geweest",
merkte meneer Scholl gekrenkt op.
Meer dan tien minuten was ze buiten ken
nis geweest, nadat ze zoo ongelukkig met
het hoofd terecht was gekomen.
„Waar is de wacht?" vroeg Lucile ijskoud
langs meneer Scholl heen. Zij had eigenlijk
„Commandant" willen vragenmaar ze
bezon zich.
„Weet je dat dan nog?" vroeg de moeder
verbaasd. „Hoe de wacht koud water voor
je bracht? Hij werd juist afgelost en ging
weg. Waarheen, weet ik heusch niet".
„Van koud water weet ik werkelijk niets",
glimlachte Lucile en dacht: Maar ik weet van
veel, dat oneindig mooier is. Daarvan te ver
tellen zou ik niet kunnenmaar ik geloof,
ik zou het kunnen zingenja ja, zingen
nu weet ik hetzingen moet ik voor
taan
Zij richtte zich langzaam op en zag om
zich heen. Daarginds stond de prachtige,
trotsche muuren de gebouwen, over wier
helle vlakken gesmeed-ijzeren lantaarn hunne
slagschaduwen wierpen. Zij voelde alies op
nieuw als in dat bijzondere oogenblik van
daar straks en boe dit haar in de auto had
Een polls der
CD
99
te verrichten om te beoordeelen wie van dt
kinderen voor een prijs in aanmerking kwam.
Door het bestuur was alles zoodanig ge
rangschikt, dat het geheel een mooier aanblik
opleverde, welke nog verhoogd werd door
een stand Dahlia's van den heer Groen te
Sint Pancras, een stand kamerplanten van
den heer Ligtenberg te Noord Scharwoude
en een kostbare stand cactussen van den heer
P. Glas. Des avonds leverde de zaal een
feeërieken aanblik op.
Op verzoek der Feest-commissie werd
Woensaagavond door het plaatselijk Fanfa
re-corps en zangverenigingen een concerl
gegeven op het buitenland.
Door het Fanfarecorps werden onder lei
ding van den heer van Kalken te Hoorn een
12-tal nummers ten gehoore gebracht, welke
door deze nog zoo jonge vereeniging goed
werden weergegeven.
Het verdere van den avond werd gevuld
door het gemengd koor „Halleluja" en het
mannenkoor „dé Lofstem", beide onder lei
ding van den heer Paul Kok. Door beide
koren is (zooals we dat van hun gewend
zijn) de vertolking der nummers heel mooi
gegeven. Jammer was het, dat een zeker
deel van het publiek het concert niet naar
waarde wist te schatten, blijkens het ge
schreeuw en rumoer dat gemaakt werd. Ge
zien de zeldzaamheid van zulke concerten, is
het toch zeer zeker wel wenschelijk, in den
vervolge een anderen maatstaf toe te passen,
wat betreft de toelating der personen op het
terrein. Want zulk een geschreeuw en getier
op een concert waar niet anders dan serieus
werk gegeven wordt, getuigt waarlijk niet
van opvoeding.
Wie een Italiaansche krant in handen
krijgt, leest er niet slechts om de tien
regels iets over: „1'Italia fascista", „il
regime fascista", „il lavozo fascista" enz.,
maar die uitdrukkingen doorspekken
ook een soort toast of lofspraak op de
daden der regeering.
Daar het nu de taak van geheel de
pers is haar te bevorderen en wijze be
sluiten te prijzen, wordt de medaille, die
bij uitzondering geen keerzijde schijnt
te bezitten, sterk verlicht en lichtelijk
verguld onder het volk verspreid; geen
wonder dan ook dat het enthousiasme
voor den vernieuwer van Italië onder
het opkomende geslacht levendig wordt
gehouden zooals o.a. dezer dagen weer
duidelijk bleek uit de geestdrift waar
mede de „Duce" begroet werd in het
„Campo Mussolni", waar eenige duizen
den jinge fascisten hun tenten opgesla
gen hadden.
Ontegenzeglijk doet dit gouvernement
al het mogelijke om de bewoners der
zoover uit elkaar liggende provincies
met elkaar in aanraking te brengen; 3e
jeugdoefeningen en het kampeeren der
balilla's behooren o.a. tot de middelen
dio hiervoor dienst doen.
Van Rome uit worden voortdurend
drade ngesponnen, die naar alle richtin
gen van het schiereiland loopen, het
Zuiden wordt niet meer zooals onder
de voorgaande regeering verwaarloosd
ten koste van het Noorden; op veel
plaatsen worden de woningtoestanden
verbeterd, Ravesma kreeg eindelijk een
waterleiding en in Sardinië wordt onaf
gebroken aan betere verkeerswegen ge
werkt, terwijl de ontginning der moe
rassen en de aanplant van bosschen ge
leidelijk voortgaat.
De „graantrein" heeft nu zijn maan
denlange tocht volbracht; naar alle uit
hoeken van het koninkrijk zijn de blau
we auto's heen getuft en zoo hebben de
boeren hun voordeel kunnen doen met
het aanschouwelijk onderricht, dat hun
door de leiders dezer agrarische expedi-
doen opspringen. Maar wat het eigenlijk was
en waarom het juist dit was, dat dermate
tot haar gesproken had en haar uit zichzelf
had gewekt, dat wist zij ook nu niet. Wie
kan zeggen, welke draden juist hier samen
kwamen en zich moesten kruisen?
„Hoe gaat het je nu, Lucile", vroeg me
neer Schill zacht-manend.
„Ik zou nog wat heen en weer willen
loopen", verklaarde ze, den steunJbiedenden
arm van meneer Scholl negeerend. Ook de
hand harer moeder weerde ze met een vluch
tig bedankje af. Zooals ze dit deed en daar
na in den binnenhof wat op en neer wandel
de, daarin lag zooveel zelfbewustheid en
wil, dat meneer Scholl en Lucile's moeder
onwillekeurig elkaar vragend aanstaarden.
Lucile kwam hun voor als een vreemde
alsof ze jaren van ontwikkeling plotseling
had door gerend. Maar zoo iets bestond toch
niet, dat een kind, dat men tegen alk vreem
de invloeden en gebeurlijkheden had be
schermd, plotseling binnen enkele minuten je
kon ontglippenOf
Meneer Scholl en Lucile's moeder voelden,
hoe zij beiden hetzelfde dachten en zij zwe
gen verlegen. Meneer Scholl ademde pas
eenigermate op, toen zijn wagen eindelijk
door de andere poort de vesting verliet en de
straatweg zich weer breed vanuit de berg-
lengte afteekende.
„Dit oponthoudje van een kwartier zuüea
we spoedig wel weer inhalen", constateerde
hij nuchter zakelijk.
Lucile antwoordde niets; haar moeder zag
echter, hoe zij koel gesloten in zichzelf glim
lachte.
„Dat is een vergissing", dacht Luciie. „Dit
kwartiertje is voor jullie in alle eeuwigheid
niet meer in te halen en wordt door mij
nooit meer vergeten
i.