Alkmaarsche Courant. ALCMARIA VICTRIXI HAARLEM I ARNHEM" Brieven uit Rome. Ruitmtand De rit door het fort. Rechtszaken JCunst m Wetenschap Jkavinctiud Tlieuws Honderd drie en dertigste Jaargang. Vrijdag 4 September overstroominoen in porto rico. 200 dooden. een huwelijk met politieke 10 millioen dollar. DE NAUTILUS IN NOOD? Men vreest het ergste. BOTSING TUSSCHEN COMMUNIS TEN EN NAT.-SOCIALISTEN. twee toeristen verongelukt. economische kroonraad in roemenie. ZONDAG A.S. 2 UUR VERLAAGDE PRIJZEN. LEVENS VERZEKERING iMAATSCHAPPIJ schept kapitaal voor moeilijke tijden. No. 208 1931. Naar «it San Juan (Porto Rico) wordt ge meld, zijn bij de overstroomingen, veroor zaakt door hevigen regenval van den laatsten tijd, 200 personen om het leven gekomen. GEVOLGEN. Men schrijft uit Boedapest aan de N.R.Crt: Dr Jenö Sipöcz, de burgemeester van Boe dapest, die, ondanks het feit, dat hij reeds meer dan tien jaren in functie is, steeds eene zeer bescheiden rol heeft gespeeld, is plotse ling in het centrum der publieke belangstel ling gekomen, welke belangstelling den ar men burgemeester echter allesbehalve wei- De" kwestie is n.1., dat burgemeester Sipöcz destijds als voorstander van de sterk anti semitisch getinte zgn. „christelijke commu nale partij" tot burgemeester werd gekozen en steeds als de vertrouweling van die partij werd gehandhaafd en dat deze anti-semiet het thans bestaan heeft de weduwe van een lloodschen referendaris van een der ministe ries zelf een geboren Jodin, te trouwen en dat 'zonder dat de dame in kwestie tot het katholicisme overging en zonder dat het hu welijk dus kerkelijk werd ingezegend. Voor het overige is het met dat huwelijk zeer eigen aardig toegegaan. De burgemeester schijnt van het begin af de gevolgen van zijne daad te hebben gevreesd, deze echter desondanks niet onder de oogen te hebben durven zien, met het resultaat, dat, naar thans blijkt, het edelachtbare stadshoofd reeds in Juli heel in het geheim in het nabijgelegen stadje Szent i'Éridre in het huwelijk trad, waarbij alleen de burgemeester van dat stadje, diens vrouw en de gemeentesecretaris tegenwoordig wa ren, en daarna fluks met zijne echtgenoote op de huwelijksreis ging. Op den duur echter kon de zaak niet geheim blijven, zooals bur gemeester Sipöcz wel van tevoren had kunnen nagaan. Het resultaat is, dat de partijgenoo- ten van den burgemeester blazen van woede, niet meer of minder eischen dan dat Sipöcz zich zal laten scheiden en dat deze held van de droevige figuur bereid blijkt te zijn aan dezen eisch te voldoen. De reden, op grond waarvan de eisch tot echtscheiding zou worden ingesteld, heet in de juridische ter minologie: „error in persona". Nu echter wil het ongeluk voor den burgemeester, dat zijn jonge vrouw niet bereid blijkt, in de echtschei ding te berusten. Zij verklaart, dat Sipöcz haar reeds lang voor hun huwelijk kende, zoodat van een vergissing in de persoon geen sprake kan zijn. De burgemeester is, nadat hij zich na zijn huwelijksreis een tijdje in Oostenrijk had verborgen gehouden, tenslotte weer te Boedapest teruggekeerd, heeft het echter aanvankelijk niet gewaagd, op het stadhuis te verschijnen, maar liet zich telefo nisch op de hoogte houden en de stukken thuis brengen. Per slot van rekening is hij er toch toe overgegaan, zijn ambt weer te aan vaarden, heeft daar echter een tijdstip, laat in den middag voor uitgezocht, toen er vrij wel niemand op het stadhuis was. Niet on waarschijnlijk zal het einde van de geschiede nis van dezen modernen ridder, die zijn vrouw opoffert, om zijn politieke vrienden ter wille te zijn en zijn baantje te behouden, zijn dat de burgemeester èn vrouw èn baantje verliest. De heer C. llarold Smith, een Ameri- kaansch multi-millio.-inair, is gedurende een bezoek aan Londen in een hotel aldaar over leden, vertelt de N. R. Crt. Hij was een ver maard industrieel en heeft in den loop van een met succes bekroond werkzaam leven een vermogen bijeengegaard van 10 millioen dollar. Daar hij zonder nabestaanden over De bergrug te, waarvan hier sprake is, ligt Ai Graubunderland en heeft met meneer Scholl en Luciie verder niets uit te staan dan dat zij op een autoreis in den nazomer, door beiden gepasseerd werd. Het vluchtige passeeren bleek echter voldoende om Lucile op een merkwaardige manier te beïnvloeden, zoodat haar verhouding tot meneer Scholl tot in de kern veranderde. Meneer Scholl had de heele reis bedacht om Lucile eens volop de mogelijkheden, die zijn fortuin in staat was te scheppen, voor oogen te stellen. Natuurlijk had hij de moe der van Lucile mee uitgenoodigd, nadat hij uitvoerig er met haar over gesproken had. Volgens zijn inzicht vond hij, dat Lucile er slecht uitzag den laatsten tijd, bleek en moe en daarom was zoo'n reisje in alle opzichten zeer geraden. De meeningen van meer Scholl hadden veel invloed op deze twee vrouwen. Hij had, na den dood van Lucile's vader, ais vriend veel voor de familie gedaan en wist, door voortdurende attenties, de sympathie warm te houden. Eiken avond na het sluiten der zaken meneer Scholl was groothan delaar wipte hij bij de dames binnen, gaf haar raad en beïnvloedde, merkbaar of hei- jnelijk, hunne gansche levenshouding. Luci- ie's moeder was er spoedig achter, dat me neer Scholl haar dochter tot zijn echtgenoo- fe wilde verheffen. Dat kon ze niet anders dan toejuichen. Zij trachtte daarom zooveel niogelijk te voorkomen dat het meisje andere jongelui ontmoette. Zij kortte zelfs de zang lessen in, toen de mooie stem de achttienja- aandacht begon te trekken en meneer choli zelfs nu en dan een paar schimp- ''euten °ver kunst en artiesten in het al- ion-beste had gegeven. Dus was het die aan ^aar toedoen te danken, dat Lu- °P geneerlei wijze van haar bestemming er6rrJf be!anêstelling voor de vraag wat fannsteflinV6™08? Zal Sebeuren- Deze be- derbfd ~g 1S "°g te £rooter> wiJ'l Smith in- innfH m,L prijs van 2000 dollar had uitge- k-in!r na00,r S,te advies over A beschik- rrZ1,'n dood aaf zijn millioenen te ge- nmf HriewPn,s *as indertijd toegekend aan de Garrett> bcogleeraar aan SL «L cb^,Umyers'ty te New-York. Deze tuut tnnr raad ^even een insti- wïït ^L'^tale hygiëne" te stichten, aan v P7P. t. ]eu?d'ge misdadigers om ad- SfJ°0r hun verbetering zouden kunnen 3pen,Mn waar vaa de misdaad een we- [f ^pPPe'.'Jke studie zou kunnen worden gemaakt. Men is er nu zeer benieudw naar, vin rüVer!f millionnair aan het voorstel van Garrett gevolg heeft gegeven. Van Noorsche zijde wil men alles doen, om de Nautilus te vinden. De Noorsche regeering crei t op het oogenblik maatregelen voor, die genomen worden om ten spoedigste een hulp expeditie te kunnen uitrusten. Nog heden zal een besluit worden genomen. In deskundige kringen twijfelt men er thans niet meer aan, dat de Nautilus een ernstig ongeluk heeft gehad. De robbenvaarder Veiding of Fr. Nansen zal wor den uitgezonden. In den afgeloopen nacht heeft op den Bor- ninger Platz te Dusseldorp een botsing plaats gehad tusschen communisten en nationaal- socialisten, waarbij één persoon werd doodge stoken. In de Kalkkögel bij Innsbusch zijn twee Duitsche toeristen bij het beklimmen der ber gen verongelukt. Onmiddellijk na het bijeenkomen van het parlement zaj onder voorzitterschap van den koning een economische kroonraad worden gehouden, die met spanning wordt tegemoet gezien, daar drastische bezuinigingsmaat regelen te verwachten zijn. Aan dezen kroon raad zullen deelnemen alle partijleiders, de tegenwoordige en de vroegere minister van financien, de directeur en de voorlaatste direc teur van de Nationale Bank. Het verluidt, dat de begrooting van 38 tot 25 milliard lei zal worden verminderd. Tegelijkertijd zullen ingrijpende maatregelen worden genomen om een einde te maken aan den economischen noodtoestand. EEN JAAR TEGEN VITRIOOLWERPER GEEISCHT. Voor het gerechtshof te Arnhem stond gis termiddag terecht de landbouwer M. H. uit Hieno die door de rechtbank te Zutfen tot 6 maanden gevangenisstraf was veroordeeld Hij werd verdacht dat hij mej. B. te Heino met vitriool in het gezicht had geworpen. Te gen hem werd thans door de procureur-gene raal een jaar gevangenisstraf geëischt met dien verstande, dat iiiervan 6 maanden on voorwaardelijk en 6 maanden voorwaardelijk zouden zijn met een proeftijd van 3 jaar. Uit spraak over 14 dagen POGING TOT DOODSLAG OP ZIJN VROUW. Tegen verdachte tien maanden geëischt. Voor het Gerechtshof te Amsterdam diende gister in hooger beroep de zaak tegen een 48- jarigen electro-technicus uit Leiden, die door de Haariemsche rechtbank wegens poging tot doodslag op zijn vrouw was veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee jaar met af trek van de voorloopige hechtenis. De man had op 7 Januari j.1. zijn vrouw, die hem verlaten had, opgezocht te Bloemen- daal. Hij had haar 's avonds in de nabijheid van haar woning opgewacht; in een gesprek, dat volgde wond de man zich zeer op, daar de vrouw weigerde de echtelijke woning weer werd afgeleid om de vrouw van den geach- ten en rijken meneer Scholl te worden. En zoo viel er dus nu wel op te rekenen, dat men, aan het einde van dit reisje, ergens op een badplaats de verloving zou vieren. De stemming van meneer Scholl werd in ieder geval van dag tot dag fleuriger tot die pas in het gebergte „Een verdedigingsfort uit een of anderen strijd der Zwitsers tegen de Oostenrijkers", helderde meneer Schill op. „Onze auto moet midden door de oude versterkingen heen, die nog steeds voor klein garnizoen dienst doen". In front van het gebergte, breed-uit ge touwd ter zijde van de rotshelling, sloot plotseling een hooge^muur den avondlijken torizon af. orens hieven zich omhoog en een poort van trotschen soberheid liet den door tocht geheel vrij. Op het binnenplein stond een post. Toen de wagen langs dezen heen reed, gebeurde het ongeluk. Lucile was plot seling opgestaan als scheen ze onvoldoende ales te kunnen overzien wat haar omgaf, óf, wie zal het zeggen, misschien omhoog ge beurd door een of anderen fatalen impuls! Op hetzelfde oogenblik wankelde de lange, rijzige gestalte, als natuurlijk gevolg van de ze hoogst onverstandige daad en hard sloeg ze met het voorhoofd tegen het glas vóór haarLucile zuchtte even in lichte be wusteloosheid, daarop voelde zij geen pijn meermaarreikte met allerbekoor- lijksten glimlach den officier haar hand, die haar bij het uitstappen behulpzaam was. Toen ze hem oplettender aankeek, herken de zij in hem den wachtpost van zooeven. Zij -dimlachte stil en vroeg niet, hoe hij het had kunnen klaarsnelen zoo schielijk in een officier te veranderen. Hij droeg e-n ouder- wetsche ui form en Lucile moest denken aan plaatjes van vroeger. Hij geleidde haar naar het commandants-gebouw, waar zij vernam, dat hij de vestingcommandant in eigen per soon was. te betrekken. De man zou een mes getrokken en zijn vrouw daarmede een aantal steken toegebracht hebben. Zij werd echter niet ern stig getroffen. Verdachte was in hooger beroep gegaan omdat hij niet de bedoeling had gehad zijn vrouw te dooden of te verwonden.'Verd. her innerde zich slechts zeer vaag wat er dien avond was gebeurd. De vrouw, als getuige gehoord, zeide, dat haar man haar nooit had bedreigd, ook dien avond niet. Zij verklaarde dat zij na afloop van deze zaak weer bij hem wilde komen wonen. De procureur-generaal mr. Bauduin wees er in zijn requisitoir'op dat ook de vrouw niet vrij van schuld was' zij toch had haar man en kinderen verlaten! Nu er weer een verzoening is tot stand geko men wilde het O. M. een aanmerkelijk lage- ren straf eischen. Mr. Baudiun requireerde naar de Tel. meldt, vernietiging van het Haariemsche vonnis en verd.'s veroordeeling tot tien maanden gevangenisstraf met aftrek der voorloopige hechtenis (vanaf 1 Jan.) De verdediger mr. Fokker achtte den opzet tot doodslag of mishandeling niet aanwezig PI. drong aan op vrijspraak, subs. hoopte hiji, dat het Hof het requisitoir zou volgen; meer subs. vroeg pl. een voorwaardelijke Arrest 17 Sept. BELGISCHE BEELDENDE KUNST DER LAATSTE HONDERD JAREN. Belangrijke tentoonstelling in de hoofdstad. De tentoonstelling van Belgische Beelden de Kunst uit de laatste honderd jaren, welke Zaterdag in tegenwoordigheid van vele auto riteiten zoo heeft onze minister van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen, Z.Exc. Mr. J. Terpstra zijn komst toegezegd in het Stedelijk Museum zal worden geopend, door Z. Ex. Petitsjean, minister van Weten schappen en Kunsten van België, mag onge twijfeld tot een der belangrijkste exposities worden gerekend, welke gedurende een tijd perk van jaren in ons land zijn georgani seerd. Wanneer deze voorname en kostbare col lectie schilderijen en beeldhouwwerk afkom stig uit openbare musea en particuliere ver zamelingen aan de belangstelling van het Nederlandsch kunstlievend publiek zal zijn prijs gegeven, zal hiermede een lang gekoes terd voornemen van de drie heeren, welke te zamen het Uitvoerend Comité uitmaken, in vervulling zijn gegaan. Het zijn de heeren C. W. H. Baard, directeur van het Stedelijk Museum, Paul Lambotte ,eere-directeur van de Schoone Kunsten van België en Rijkscom missaris voor de Kunsttentoonstellingen, als mede de bekende Vlaamsche schilder Is. Opsomer, directeur van het Hoog Instituut voor Schoone Kunsten te Antwerpen. Bij hun moeilijken orgqniseerenden arbeid heb ben zij de volledige medewerking van de Bel gische regeering die o.a. den catalogus verzorgde ondervonden, terwijl zij ook het genoegen mochten smaken, dat Z. M. Ko ning Albert enkele stukken uit zijn verzame ling afstond. Zuiver Belgisch als deze ten toonstelling is, heeft zij in dit opzicht voor ons land ook instructieve waarde, wijl hier de mogelijkheid wordt geboden, vergelijkin gen te trekken tusschen twee groote schilders volken. Haar „omvang" werd zorgvuldig afgeme ten", schrijft Paul Colin, in het voorwoord van den catalogus. En hij vervolgt: „De stukken zijn uitgekozen. De eersten onder de meesters, de schilderijen die 't best de kunst inzichten van vroeger en van heden weerge ven, slechts zulken zijn in de rij toegelaten. De tachtigjarige arbeid van de Belgische schilders ook de bekroning ervan zal door Nederland's artisten en kunstkenners daar in het kort gewikt en gewogen kunnen worden". Niet minder dan 338 inzendingen aan schilderijen, beeldhouwwerken en gravures zijn in zeven zalen ondergebracht. „Ik heb den heer en de andere dame ex pres maar niet mee-géïnviteerd", zei hij, ter wijl hij op het venster toetrad nadat hij voor Lucile een fauteuil had aangeschoven. „Wat is dat voor een merkwaardig me neertje?" vroeg hij, met nauwverholen spot. „U bent heel mooi, u bent als een koningin! Hoe komt u nu aan zoo'n meneertje?" „Meneer Scholl wil me trouwen", klonk Lucile's zakelijk antwoord. „Ik ben n.1. geen koningin, maar een tamelijk-arm meisje. Wij zijn van klein-burgelijke afkomst. Ik geloof dat mijn grootvader gardenier was. Maar toon mij nu de burcht! Die is mooi en interessant, dat zag ik onmiddellijk en ik wist in het zelfde moment: Daar, waar de wereld mooi en interessant is, daar behoor ikU hebt gelijk. Wat beteekent meneer Scholl in vergelijking daarmede? Comman dant, is het niet gruwelijk, het leven in klei ne hokken van kamers in de stad te moeten leven? Maar dat gevoel ken ik eerst nu, op dit oogenblik. Weet u, een vergezicht als hier, dat bekoort me; een licht, dat uit hoo- gen klaren hemel afstraalt en over brokaten kleedij valt, heb ik lief „Koningin, wist ik dat niet?" sprak de commandant, vol voldoening, en trok haar hand door zijn arm om met haar naar de bergen in het avondlicht te turen. „Meneer Scholl zei dat ik bleek en moe zag", begon Lucile opnieuw na een korte pauze. „Daarom rijdt hij nu met mij door Graubunderland. Commandant, wat zoudt u doen als u meneer Scholl was?" Dit vroeg de kleine Lucile aan een vreem den, hooggeplaatsten officier? Neen, zoo iets vraa rt een koningin aan een van haar cava- iers. In haar stem lag de gratie van een croondraagster. „Koningin ik kuste u, totdat ge gloeidet en ontwaaktet. Ik leidde u niet lang door GraubunderlandEn hï zag haar aanen hield haar ook reeds in zijn ar men. WESTWOUD. De Coöp. zuivelfabriek „Eureka te West woud heeft aan hare melkjeveranciers over de maand Juli uitbetaald 6.04 per 100 K.G geleverde melk of 6/22 per gemiddelde noteering. AVENHORN. De ontwerp-gemeentebegrooting wijst aan in gewone ontvangsten en uitgaven een be drag van 47.596.40, met een post voor on voorzien ad 4123.36. Hierbij is gerekend op 30 opcenten op de hoofdsom der gemeentefondsbelasting. SCHERMERHORN. Aan den vooravond van de floraliafeesten namen wij eens een kijkje. Het talrijke be stuur had handen te kort om alles naar be- hooren te regelen. Toch vond de altijd ijve rige secretaris nog gelegenheid ons behoor lijk rond te geleiden. Over de straat bij het gebouw was een passende versiering aan gebracht met een grooten boog, waarin licht reclame. De zaal zelf was eveneens keurig versierd en bood met de 178 inzendingen van ledenplanten, 685 stuks een schitterenden aanblik. Mede waren daar aanwezig van 44 inzendingen kinderplanten 77 stuks, benevens van 14 inzendingen 24 stuks ter opluistering ingezonden planten. Op het tooneel waren de bouquetten gerangschikt. We zagen daar van 29 inz. 107 bouquetten en wel van de mooiste en nieuwste dahliasoorten, uit stek ken gekweekt. In de serre waren de prijzen geplaatst, benevens de inzendingen van huis vlijt. Dat hier ter plaatse veel aan het be oefenen van huisvlijt wordt gedaan, bewees ook het vele en mooie ingebrachte, n.1. van boven 14 jaar 15 stuks; van 1014 jaar 15 stuks, beneden 10 jaar 4 stuks en van niet- leden 27 stuks. Ook op het gebied- van handwerken zagen wij heel mooie inzendingen. Ingebracht wa ren 24 stuks van boven 14 jaar, 19 stuks van 1014 jaar, 3 stuks beneden 10 jaar en van niet-leden 49 stuks. We wenschen het bestuur, dat in dezen moeite noch tijd ontziet, veel succes en hopen, dat de tentoonstelling een druk be zoek zal krijgen. AKERSLOOT. Daar ds. Baar reeds te .half elf in de kapel- kerk te Alkmaar moet preeken, zal zijn spreekbeurt te Akersloot niet om 10 uur, maar reeds om half tien aanvangen. BEVERWIJK. In 64 auto's werden Donderdag ruim 200 oudjes in de gelegenheid gesteld een rijtoer te maken naar Noordwijk. Onder een stra lende herfstzon vertrokken om half één de rijtuigen uit Beverwijk. 't Mag wel een wonder genoemd worden, dat alies zoo goed van stapel geloopen is, daar de afstand heen en terug ongeveer 120 K.M. bedroeg. De oudjes, w.o. ook de oudste inwoner van Velsen, de 99-jarige v. Aken behoorde, heb ben zich kostelijk geamuseerd. Eerst om half tien kwam de stoet weer in Beverwijk en werd opgewacht door een haag van menschen. UITGEEST. Ten bate van de t. b. c.-beslr ijding is door eenige jongelui een inzameling gehouden van verouderde rijwielbelastingpiaatjes. Met elkaar hebben zij nog een tamelijk gewicht aan koper opgehaald daar, hoewel ook nog andere voorwerpen van koper zich onder de plaatjes bevonden, het gewicht met elkaar niet minder dan 16 pond bedraagt. BROEK OP LANGENDIJK. Evenals het vorige jaar werd vanwege de Vereeniging „Floralia" in de zaal van café Welgelegen een tentoonstelling gehouden van bloemen en planten, opgekweekt door de schoolkinderen. Daar over het algemeen de verzorging zeer tot tevredenheid was der Keuringscommissie, had deze een zware taak „Koningin, aldus is het leven aldus wilt ook gij er doorheen gedragen zijn!" Zij lachte, zacht-zingend: „Zóó is het Zóó wil ik het! Zeg het nog eens!En mooi dus ben ik, en een kroon bezit ik? Commandant is mijn stem misschien mijn kroon Hierop ontving Lucile geen antwoord meer. Alles rondom haar werd plotseling heel stil. Nu begon ze zacht en langzaam voor zichzelf te zingentotdat een roep haar onderbrak. Dat was Lucile's moeder. En ook meneer Scholl was plotseling aan wezig en had kogelronde oogen van de schrik. Lucile speurde iets aan haar voor hoofd en tastte ernaar. Zij voelde iets van vochtige doeken. „Waarvoor dit?" vroeg ze met gefronsde wenkbrauwen. ,,'t Is me heusch geen pretje geweest", merkte meneer Scholl gekrenkt op. Meer dan tien minuten was ze buiten ken nis geweest, nadat ze zoo ongelukkig met het hoofd terecht was gekomen. „Waar is de wacht?" vroeg Lucile ijskoud langs meneer Scholl heen. Zij had eigenlijk „Commandant" willen vragenmaar ze bezon zich. „Weet je dat dan nog?" vroeg de moeder verbaasd. „Hoe de wacht koud water voor je bracht? Hij werd juist afgelost en ging weg. Waarheen, weet ik heusch niet". „Van koud water weet ik werkelijk niets", glimlachte Lucile en dacht: Maar ik weet van veel, dat oneindig mooier is. Daarvan te ver tellen zou ik niet kunnenmaar ik geloof, ik zou het kunnen zingenja ja, zingen nu weet ik hetzingen moet ik voor taan Zij richtte zich langzaam op en zag om zich heen. Daarginds stond de prachtige, trotsche muuren de gebouwen, over wier helle vlakken gesmeed-ijzeren lantaarn hunne slagschaduwen wierpen. Zij voelde alies op nieuw als in dat bijzondere oogenblik van daar straks en boe dit haar in de auto had Een polls der CD 99 te verrichten om te beoordeelen wie van dt kinderen voor een prijs in aanmerking kwam. Door het bestuur was alles zoodanig ge rangschikt, dat het geheel een mooier aanblik opleverde, welke nog verhoogd werd door een stand Dahlia's van den heer Groen te Sint Pancras, een stand kamerplanten van den heer Ligtenberg te Noord Scharwoude en een kostbare stand cactussen van den heer P. Glas. Des avonds leverde de zaal een feeërieken aanblik op. Op verzoek der Feest-commissie werd Woensaagavond door het plaatselijk Fanfa re-corps en zangverenigingen een concerl gegeven op het buitenland. Door het Fanfarecorps werden onder lei ding van den heer van Kalken te Hoorn een 12-tal nummers ten gehoore gebracht, welke door deze nog zoo jonge vereeniging goed werden weergegeven. Het verdere van den avond werd gevuld door het gemengd koor „Halleluja" en het mannenkoor „dé Lofstem", beide onder lei ding van den heer Paul Kok. Door beide koren is (zooals we dat van hun gewend zijn) de vertolking der nummers heel mooi gegeven. Jammer was het, dat een zeker deel van het publiek het concert niet naar waarde wist te schatten, blijkens het ge schreeuw en rumoer dat gemaakt werd. Ge zien de zeldzaamheid van zulke concerten, is het toch zeer zeker wel wenschelijk, in den vervolge een anderen maatstaf toe te passen, wat betreft de toelating der personen op het terrein. Want zulk een geschreeuw en getier op een concert waar niet anders dan serieus werk gegeven wordt, getuigt waarlijk niet van opvoeding. Wie een Italiaansche krant in handen krijgt, leest er niet slechts om de tien regels iets over: „1'Italia fascista", „il regime fascista", „il lavozo fascista" enz., maar die uitdrukkingen doorspekken ook een soort toast of lofspraak op de daden der regeering. Daar het nu de taak van geheel de pers is haar te bevorderen en wijze be sluiten te prijzen, wordt de medaille, die bij uitzondering geen keerzijde schijnt te bezitten, sterk verlicht en lichtelijk verguld onder het volk verspreid; geen wonder dan ook dat het enthousiasme voor den vernieuwer van Italië onder het opkomende geslacht levendig wordt gehouden zooals o.a. dezer dagen weer duidelijk bleek uit de geestdrift waar mede de „Duce" begroet werd in het „Campo Mussolni", waar eenige duizen den jinge fascisten hun tenten opgesla gen hadden. Ontegenzeglijk doet dit gouvernement al het mogelijke om de bewoners der zoover uit elkaar liggende provincies met elkaar in aanraking te brengen; 3e jeugdoefeningen en het kampeeren der balilla's behooren o.a. tot de middelen dio hiervoor dienst doen. Van Rome uit worden voortdurend drade ngesponnen, die naar alle richtin gen van het schiereiland loopen, het Zuiden wordt niet meer zooals onder de voorgaande regeering verwaarloosd ten koste van het Noorden; op veel plaatsen worden de woningtoestanden verbeterd, Ravesma kreeg eindelijk een waterleiding en in Sardinië wordt onaf gebroken aan betere verkeerswegen ge werkt, terwijl de ontginning der moe rassen en de aanplant van bosschen ge leidelijk voortgaat. De „graantrein" heeft nu zijn maan denlange tocht volbracht; naar alle uit hoeken van het koninkrijk zijn de blau we auto's heen getuft en zoo hebben de boeren hun voordeel kunnen doen met het aanschouwelijk onderricht, dat hun door de leiders dezer agrarische expedi- doen opspringen. Maar wat het eigenlijk was en waarom het juist dit was, dat dermate tot haar gesproken had en haar uit zichzelf had gewekt, dat wist zij ook nu niet. Wie kan zeggen, welke draden juist hier samen kwamen en zich moesten kruisen? „Hoe gaat het je nu, Lucile", vroeg me neer Schill zacht-manend. „Ik zou nog wat heen en weer willen loopen", verklaarde ze, den steunJbiedenden arm van meneer Scholl negeerend. Ook de hand harer moeder weerde ze met een vluch tig bedankje af. Zooals ze dit deed en daar na in den binnenhof wat op en neer wandel de, daarin lag zooveel zelfbewustheid en wil, dat meneer Scholl en Lucile's moeder onwillekeurig elkaar vragend aanstaarden. Lucile kwam hun voor als een vreemde alsof ze jaren van ontwikkeling plotseling had door gerend. Maar zoo iets bestond toch niet, dat een kind, dat men tegen alk vreem de invloeden en gebeurlijkheden had be schermd, plotseling binnen enkele minuten je kon ontglippenOf Meneer Scholl en Lucile's moeder voelden, hoe zij beiden hetzelfde dachten en zij zwe gen verlegen. Meneer Scholl ademde pas eenigermate op, toen zijn wagen eindelijk door de andere poort de vesting verliet en de straatweg zich weer breed vanuit de berg- lengte afteekende. „Dit oponthoudje van een kwartier zuüea we spoedig wel weer inhalen", constateerde hij nuchter zakelijk. Lucile antwoordde niets; haar moeder zag echter, hoe zij koel gesloten in zichzelf glim lachte. „Dat is een vergissing", dacht Luciie. „Dit kwartiertje is voor jullie in alle eeuwigheid niet meer in te halen en wordt door mij nooit meer vergeten i.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 9