'Jiitiwimws
FOKKER IN NEDERLAND.
Een interview met den rroofen
BLEEKGEZICHTEN VECHTEN OM
ROODHUIDEN!
oarrasani, die uit Utrecht naar Amster
dam komt, om ook daar eenige dagen te spe
len, heeft een dezer dagen weer een troep
echte Noord-Amerikaansche Indianen gekre
gen, die met het stoomschip Albert Ballin
naar Europa kwamen. De voorgeschiedenis
van het Indianentransport is zeer interes
sant. Sarrasani heeft sedert meer dan 20 ja
ren een Indianenmonopool. Hij is de eenige
Europeeër, aan wien de regeering te
Washington toestaat, echte Indianen, die in
U.S.A. als etbnographische kostbaarheden
zorgvuldig beschermd worden, over den At-
lantischen Oceaan naar Europa te brengen.
In ieder geval kost dit monopolie Sarrasani
zeer veel moeilijke verplichtingen. Voor iede-
ren Indiaan moet Sarrasani eerst een hooge
cautie betalen, verder heen- en terugtran-
sport, vrije woning, goede kost en last not
least goede gage geven
Ditmaal heeft Sarra
sani zijn Cow-boys direkt naar het Indianen
territorium van Oklahoma gestuurd, om den
honderdjarigen hoofdman Black Corn te ha
len, die in 1929 met zijn krijgers bij Sarra
sani was. Black Corn had den president
Coolidge, die zijn vacantie in 't Indianenge-
bied doorbracht, met trotsch de eere-geschen-
ken getoond, die hij tijdens zijn Sarrasanitijd
van den opperburgemeester van Berlijn,
Dresden, Frankfurt am Main en Londen ge
kregen had. Hij wilde gaarne weer naar zijn
vriend Sarrasani komen, maar door intriges
van bepaalde concurrenten, gelukte het,
Black Corn van de reis naar Europa terug
te houden. Sarrasani's cow-boys trokken dus
naar andere Indianengebieden en kwamen
tenslotte na lange moeilijke ritten door
sneeuw en storm naar Zuid-Dakota, waar in
het gebied Pine-Ridge de jachtgebieden van
het Opperhoofd White Buffalo liggen, die
in 1913 bij Sarrasani was. White Buffalo
heeft groote landerijen, een geheel modern
ingerichte farm en is heerscher over 1200
Roodhuiden. Tegelijkertijd nam hij het be
sluit met een troep van zijn mannen- aan de
uitnoodiging van Sarrasani gevolg te geven.
Maar ook hij stootte bij de verwerkelijking
van zijn wegreizen op tegenwerking, die
men Sarrasani in alle stilte gespannen had.
In het Bureau voor emigratie der U.S.A. ont
stond een stille, maar zeer heftigen en taaien
strijd der Bleekgezichten tegen de Roodhui
den. Tenslotte hakte White Buffalo naar ech
ten heldenaard den Gordiaanschen knoop
der intriges door. Hij verklaarde, „als men
hem en zijn menschen niet naar Sarrasani
lieten reizen, zou hij al zijn bezittingen en
al zijn vee verkoopen en de opbrengst ervan
zonder mankeeren verdrinken". Deze verkla
ring had in het alcoholvrije Amerika een
sensationeele uitwerking. White Buffalo kon
met zijn krijgers, medicijnmannen, dansers,
vrouwen en kinderen naar Europa trekken.
En zoo kwam Sarrasani aan zijn Indianen,
die hij nu in alle voorstellingen in een groote
Wild-West pantomime laat optreden.
hage en Rotterdam naar Hoek van Holland.
Een zijtak tot aansluiting van het w estland
aan het havengebied te Rotterdam komt tege
moet aan reeds herhaaldelijk geuite wen-
schcn.
De vermoedelijk in 1932 te voltooien af
sluitdijk van de Zuiderzee maakt mogelijk aan
de verbindingen van Amsterdam en Noord-
Holland toe te voegen goede aansluiting met
Friesland en Groningen.
In de verbindingen Amsterdam en Utrecht
oostwaarts in de richting Zwolle, Apeldoorn
en Arnhem zijn belangrijke verbeteringen
kwamen, dat J. als levenloos ineenzeeg. De
marechaussée passeerde dadelijk daarna ae
onheilsplek en heeft Albert gearresteerd, ue
te hulp geroepen geneesheer achtte overbren
ging naar een ziekenhuis noodzakelijk, rer
auto is J. naar het academisch ziekenhuis re
Groningen vervoerd. Zijn toestand is ern-
stig. A. zal ter beschikking van de justitie
worden gesteld.
Voor de wed. V. is dit een zware slag,
daar ze plotseling haar beide zoons mist.
De toestand van het slachtoffer is nog
steeds zorgelijk.
aangebracht.
De verbinding van Rotterdam naar net £>rëiq7 BELANGRIJKE OPDRACHT
NIEUWE WEGEN EN BRUGGEN.
In 25 jaar gereed. Hoe de finan
ciering geschiedt.
De regeering meent, wanneer zij de eerste
periode van vijf jaren overziet, dat er geen
plaats is voor het verwijt, dat de wegenver-
be
etering niet snel genoeg werde aangevat.
Tegenover een totaal aan inkomsten van
ruim 101.7 millioen, staat een totaal aan uit
gaven van bijna 113.9 millioen, terwijl de
schuld van het fonds dan is opgeloopen tot
iets meer dan 12.1 millioen. Voor onderhoud
en verbetering van Rijkswegen zal zijn uitge
geven ongeveer 76 millioen en voor belang
rijke overbruggingen bijnaó millioen, te za-
men rond 82 millioen.
Het gemiddelde aan Rijkswegen en brug
gen besteed bedraagt per jaar, gerekend over
de geheele periode, rond 16.4 millioen.
In het Rijkswegenplan 1932 wordt veel
van het plan 1927 teruggevonden, zij het in
anderen vorm en aangevuld. Een bestudee
ring van het verkeer bracht aan het licht, dat
belangrijker dan het internationale verkeer
het locale verkeer op niet te grooten afstand
is. Met dit algemeene inzicht is rekening ge
houden bij het opstellen van het Rijkswegen
plan. De groote centra zijn als knooppunten
aangenomen, waarvan de verschillende
wegen uitgaan.
In het centrum van het land komen weer
voor de rechtstreeksche verbindingen tusschen
Amsterdam—'s-Gravenhage—Rotterdam en
Utrecht met die van Amsterdam en 's-Gra
venhage naar Haarlem en die van 's-Graven-
Oosten en het Zuiden is vereenvoudigd.
Als belangrijke aanvullingen vallen nog te
vermelden in Limburg een verbinding jfan
het centrum van het mijngebied in de nchting
Maastricht, in de provinciën Gronngen,
Drente en Overijssel, in het oostelijk gedeelte
een paar wegen, rechtstreeks voerende naar
de veenkoloniën, en in Friesland een verbin
ding van Heerenveen in de richting Sneek en
Zurig naar den afsluitdijk in de Zuiderzee.
Kosten.
Naar globale schatting, gegrond op de
prijzen van begin 1930, kost de voltooiing
van het wegennet volgens het Rijkswegen
plan 1932 ongeveer 435 millioen gulden.
Verdeeld over verschillende hoofonderdee-
lèn is de raming voor de groote rivierover
bruggingen 66.7 millioen, voor de nieuwe ver
bindingen in het centrum en het westen van
het land 137.4 mllioen, voor de andere voor
naamste verbindingen 176 millioen en voor
minckr belangrijke wegen 54.9 millioen.
Wordt aangenomen een tijdperk van 25
jaar, dan kunnen de inkomsten over dat tijd
perk geraamd worden op 882.5 millioen, te
verdeelen als volgt: 775 millioen opbrengst
motorrijtuigen- en rijwielbelasting, 100 mil
lioen bijdrage van het IXde Hoofdstuk. (Wa
terstaat) en 7.5 millioen andere inkomsten.
Voor de wegen- en rijwielbelasting is daar
bij uitgegaan van een opbrengst in 1932 van
19 millioen, terwijl aangenomen wordt, dat
elk volgend jaar telkens een millioen meer
zal opbrengen dan het onmiddellijk vooraf
gaande, zoodat na 25 jaar een bedrag van
43 millioen zal zijn bereikt.
De uitgaven tezamen bedragen in de ge
dachte 25-jarige periode 460 millioen, de in
komsten waren voor de periode geraamd op
88.5 millioen, zoodat 422.5 millioen zou
overblijven voor uitvoering van het eigenlijke
veibeteringswerk, dat op 435 millioen is ge
schat.
Deze becijfering geeft grond tot het trek
ken van de conclusie, dat het Rijkswegenplan
1932, zooals het hiervoren is gedacht, in een
ieriode van 25 jaren uit de vermoedelijke in-
omsten van het Wegenfonds kan worden ver
wezenlijkt.
De regeering is bereid in de eerstvolgende
werkperiode versnelde afwerking van de
wegenverbetering te blijven bevorderen. Zij
meent, dat zoo mogelijk, de meest dringende
groote werken van het Wegenplan 1932 groo-
tendeels voltooid kunnen worden. Hiertoe
worden gerekend alle groote revieroverbrug-
gingen en een groot gedeelte van de nieuwe
en te verbeteren wegen, welke de centra in het
hart van het land onderling en deze met de
overige landsdeelen verbinden.
In de naaste toekomst waarop deze begroo
ting betrekking heeft en welke toekomst het
tweede 5-jaarlijksche werkplan omvat, meent
de minister behalve bijna 34 millioen voor de
overbruggingen nog te kunnen beschikken
over rond 90 millioen voor verdere wegenver-
betering. Het ligt in het voornemen de brug-
en
de
gen te Zaltbommel^ Nijmegen, Arnhem
Vianen in deze periode te voltooien en
brug te Moerdijk te beginnen.
Het eindcijfers van de begrooting is
33.050.000 'tegen 30.740.000 voor de be
grooting van 1931.
OPDRACHT TOT SCHEEPSBOUW
VERLOREN TE GAAN?
Een gevaar voor werkloosheidbe
st rijding.
Zooals gemeld, heeft de scheepswerf Moer-
dijk's Welvaren van de firma gebr. H. en u
de Korte te Moerdijk van de regeering van
Paraguay opdracht gekregen tot den bouw
van 5 groote rivier-motorschepen. De finan
ciering van dezen bouw zal geschieden door
de Amsterdamsche bank. terwijl de regee
ring de noodige waarborgen zal verstrekken.
Naar ons thans wordt medegedeeld, zal deze
opdracht misschien voor genoemde werf en
daarmede voor ons land verloren gaan. Wan
neer met betrekking tot genoemde waar
borgen niet spoedig een beslissing wordt
genomen, zal de genoemde opdracht aan een
Engelsche werf worden gegeven.
Daar de uitvoering van dezen bouw aan
eenige honderden arbeiders werk zal ver
schaffen gedurende 2 jaar, hoopt men, dat
een spoedige beslissing tot stand zal komen.
Verder deelt men ons mede, dat door deze
uitvoering van dezen bouw ongeveer 1 mil
lioen aan werkloozenuitkeering zal worden
bespaard.
DE I.ANDARBEIDERSSTAKING.
In de beide Exloirmortden opge
heven.
Men meldt ons, dat de staking in de beide
Exloërmonden is opgeheven. De loonsver
laging voor stukwerk is teruggebracht tot
6
VALSOH.E TRAVELLEROHEQUES.
Eerste te Haarlem verzilverd.
Woensdag heeft een vreemdeling bij drie
bankinstellingen te Haarlem, n.1. H. Oyens
Co., Petrie Co. en De Spaarnebank,
eenige travellercheques van 50 dollar aange
boden, afkomstig van de American Express
Co. De totale bedragen waren onderscheiden
lijk 2500, 1250 en 1250. De man ver
toonde een pas op naam Martin Kollee, met
welken naar hij ook teekende. Vermoedelijk
heeft men te doen met een Roemeen, wiens
naam is Jorgu Sterian, meent het H'bld.
Daarna te Leiden en Den Haag.
Aan het bijkantoor Leiden van de Twent-
sche Bank werd Donderdag door iemand, die
zich noemde J. Khester Gibson en die in het
bezit was van legimitatiepapieren, op dien
naam, bankcheques van 1000 dollar aange
boden. Daar alle papieren in orde waren, be
taalde de bank hem 2000 uit. Achteraf is
echter gebleken, dat de cheques afkomstig
waren van diefstal ten nadeele van de Ame
rican Express Co. te Parijs.
Van diezelfden diefstal afkomstig werden
twintig cheues van 50 dallor bij een bank in
Den Haag verzilverd.
Men blijkt hier te doen te hebben met een
internationalen oplichter, wiens identiteit aan
de politie echter bekend is.
oorlogsschepon in Australische havens
in September en October 1930 „zich aan
boord niet nader te beschrijven toonee-
len hebben afgespeeld", „dronken vrou
wen door de Australische politie van een
Ned. oorlogsschip moesten worden ver
wijderd" en dat een en ander in pers en
parlement aldaar tot voor ons land be
schamende besprekingen geleid zou heb
ben?
Is het den Minister bekend, dat voor
vallen, in de Australische pers en ln
openbare vergaderingen inderdaad be
sproken zijn met uitdrukingen als
„Warship liquor", „girls disgustingly
drunk on the Dutch warships", „utterly
disgraceful", ,young women of Ade-
laïde in a hopelessly intodxiated state",
„the tragedy of the Dutch warboats",
„scandals", e. d. m.? Alsmede dat, even
eens blijkens mededeelingen in de pers,
een genootschap voor drankbestrijding
na het gebeurde te Port Adelaïdi het
zijn plicht heeft geacht, waarschuwende
telegrammen te zenden aan de vrouwe
lijke politie in havens, waar het Ned.
eskader nog verwacht werd?
Is het den Minister eveneens bekend:
dat deze gebeurtenissen ter sprake zijn
gebi-cLt in ten minste drie vergaderin
gen van het Huis van Afgevaardigden
van Zuid-Australië, te weten die van 30
Sept., 7 en 14 Oct. 1930;
dat de Eerste Ministe de beschuldi
gingen heeft doen onderzoeken en uit
voerige politierapporten aan het Huis
heeft overgelegd, welke inderdaad ver
scheidene voor den naam van ons land
zeer pijnlijke bijzonderheden bevatten;
dat genoemde Minister op grond dier
rapporten dan ook heeft verklaard dat
zij tot zijn leedwezen een aantal der ge
geven uitspraken in grooten omvang
bevestigen
dat dezelfde bewindsman ten slotte
heeft medegedeeld, dat de Australische
autoriteiten zich thans voorgenomen
hebben, bij volgende vlootbezoeken alles
te zullen beproeven om dergelijke on
verkwikkelijke ervaringen te voor
komen?
Is de Minister niet van oordeel, dat de
Ned. Regeering, zoolang zij met het op
bezoek zenden van oorlogsschepen
voortgaat, veeleer harerzijds de maatre
gelen behoort te nemen, welke bijzonde
re voorzorgen der bezochte Regeeringen
overbodig maken, en zoo ja, welke maat
regelen dit zullen zijn?
Heeft de Minister na het verschijnen
der bovenbedoelde mededeelingen, een
onderzoek doen instellen en, zoo ja, op
welke wijze en met welke uitkomsten?
Indien deze uitkomsten voor ons land
aanmerkelijk minder ongunstig zouden
zijn dan de bevindingen der Australi
sche politieambtenaren, is de Minister
dan bereid, enkele exemplaren van
laatstbedoelde rapporten bij de Regee
ring van Zuid-Australië aan te vragen
ter overlegging aan de Staten-Generaal?
Wordt de door hem op 9 December J.I.
aan de Tweede Kamer geschreven mee
ning:
„Van de beteekenis, welke aan vlagver
toon moet worden gehecht, is ook hij ten
volle overtuigd en deze gelegenheid heeft
steeds zijn volle aandacht, zooals o.a.
moge blijken uit de vlagvertoonreis, die
nu onlangs door een eskader naar Au
stralië gemaakt is"
oen De jury bestond uit de heer en Her»,
Poort, letterkundige te Oroningen B H *>n
Graaff, tooneelachrijver te Groningen en p
F. W. Brinkman, directeur van het Instituut
DE OCHTEND-PATROUILLE.
Een z.g. oorlogsfilm in de
Cinema Américain.
In dezen na-oorlogschen tijd krijgen we
loo nu en dan iets te lezen of iets te zien,
dat ons de wreede en onmenschelijke jaren
van 1914—1918 weer voor den geest doet
brengen. Wij hebben o.a. gehad het beroem
de boek van Remarque „Van het Westelijk
front geen nieuws", wij hebben kennis ge
maakt met „De weg terug" van denzelfden
schrijver; wij hebben het eerste boek op de
film kunnen volgen, welnu, wij kunnen deze
week een andere oorlogsfilm op het witte
doek „bewonderen".
Inderdaad, de Ochtend-patrouille is een
oorlogsfilm en is geheel ontleend aan den
grooten wereldoorlog. Dat wil natuurlijk
niet zeggen, dat ze in den oorlog zelf ge
maakt is, maar men heeft getracht, de wer
kelijkheid zoo goed mogelijk weer te geven.
En daarin is men verschillende keeren goed
geslaagd.
De Ochtend-patrouille geeft het leven en
iet werk weer van een groep Engelsche vlie-
jers, die de gevaarlijkste karwijtjes moeten
jpknappen en die dan ook dag in dag uit
verliezen hjdt. Deze verliezen worden aange
vuld met reserves, die totaal geen routine
hebben en die de lucht ingaan met bijna de
makem eid' d*< hun laatste'lTucht
Men ziet dan ook voortdurend gevechten
tusschen deze vliegers en hun DuiUche vijan
den, terwijl men daarnaast kennis maakt met
het leven der vliegeniers in hun vrijen tijd
Men krijgt een beeld van de wreedheid van
DROEVIG EIND VAN EEN FEEST.
Ernstige vechtpartij tusschen twee
broeders.
Een Woensdagavond te Zorgvlied (Dr.)
gehouden feest heeft een droeve nasleep ge
kregen. Op het terrein waren aanwezig de
gebr. J. en A. V. Eerstgenoemde is doof
stom, maakt op dergelijke gelegenheden mis
bruik van sterken drank en is dan lastig.
Ook nu was dit het geval. De politie achtte
het dan ook gewenscht, dat J. naar huis
ging. Zijn broer A. zou hem huiswaarts
brengen en werd daarbij een eindweegs ver
gezeld door den rijksveldwachter. Toen deze
zich verwijderd had, zijn de beide broers aan
het vechten geraakt. A. heeft J. een viertal
messteken toegebracht, welke zoodanig aan-
den oorlog, als des avonds de appellijst weer
een paar verliezen toont. Dan is alles even
stil, doch even later is de cantine weer een
en al vroolijkheid. Het leven schijnt geen
kostbaar bezit meer te zijn. De oorlogsvlie
gers weten, dat elk oogenblik de dood kan
komen. Ze zijn daaraan gewend geraakt en
berusten vrij gemakkelijk in hun lot.
Wij zullen hier niet trachten, het verhaal
zelf weer te geven. Wij willen er alleen op
wijzen, dat deze rolprent een tamelijk een-
vouddgen inhoud heeft, die zonder moeite te
volgen is. Maar voortdurend wordt men be
zig gehouden door de actie, die de film geeft.
En even vaak wordt men herinnerd aan de
wreedheid van den oorlog.
Deze film is dan ook uitermate geschikt
voor propaganda-doeleinden, ook al is er
hier en daar iets, dat te fel geschilderd is,
om waar te kunnen wezen. In dezen tijd ech
ter, waar men van ontwapening spreekt,
waar Nederland zijn petitionnement met 2M
millioen handteekeningen aan de Volken
bondsvergadering heeft overhandigd, in de
zen tijd is die film echter geheel op haar
plaats. Zij zal de menscheid nog dichter bij
het besef brengen, dat ontwapening zoo
spoedig mogelijk moet komen.
En daarom ook kunnen wij het publiek
aanraden, dit werk van de First National te
gaan zien.
Opdat men zelf oordeele!
HET TEKORT BIJ DE FIRMA
SIEGERS EN ZOON TE VLISSINGEN.
Ongeveer f 270.000.
Naar verluidt, bedraagt de schuldenlast der
firma P. J. Siegers en Zoon te Vlissingen,
aan wie voorloopige surséance van betaling
is verleend, ongeveer 1.778.040 en het ver
moedelijke tekort ongeveer 270.000 of ruim
15.18
PIJNLIJKE TOONEELEN AAN BOORD
VAN NED. OORLOGSBODEMS.
Het Eerste Kamerlid Van Embden
heeft de volgende vragen gericht aan den
Minister van Defensie:
Heeft de Minister van Defensie inder
tijd kennis genomen van het artikel in
„De Telegraaf" van 30 Januari j.1., waar
in werd medegedeeld, dat ter gelegen
heid van het vlagvertoon van den krui
ser „Java" en een of meer andere Ned.
spelen van een ondergeschikte rol en weet
meteen voor zijn vriendin een plaats aan het
tooneel los te krijgen, een van de hoofdrol
len wordt haar toebedeeld, en zij speelt die
boven verwachting. Zóó zelfs, dat haar
partner ernst maakt van de liefdesscène op
het tooneel, wat natuurlijk jaloezie van haar
jeugdvriend opwekt. Deze besluit den nieu
wen vriend, dien hij met een „tooneelschot"
moet „dooden", te treffen met een echten ko
gel, maar door een samenloop van omstan
digheden moet hij den ander vervangen en
wordt dan zelf doodelijk getroffen. Stervend
bekend hij wat hij had willen doen: „Alleen
wie rechtvaardig door het leven gaan, mo
gen leven".
Het andere hoofdnummer brengt een jong
chemicus uit San Francisco op het doek, die
een gifgas heeft uitgevonden, waarmee heele
volken kunnen worden verdelgd. Chineezen
met duistere bedoelingen vernemen dit en
hun hoofdman Wu Fang geeft orders het gas
en de formule voor de samenstelling ervan
te stelen. Dit mislukt en dan wordt op een
andere wijze gepoogd het doel te bereiken.
Immers Meredith, de uitvinder, heeft kennis
aan een jonge weduwe met een alleraardigst
kindje. Dit knaapje nu wordt gestolen en dan
wordt de moeder naar zijn verblijfplaats ge
lokt, waar zij haar kind kan zien en haar
EEN ONEERLIJKE BOEKHOUDER.
Betrapt op verduistering
Te Rotterdam is in bewaring gesteld een
dertigjarige boekhouder, die ten nadeele van
een drukkerij aldaar eenige duizenden gul
dens heeft verduisterd. Zijn patroon ver
klaart, dat er in totaal 1Ó.OOO zou zijn ont
vreemd. De verdachte echter zegt, dat het
minder is. Hij heeft de verduisteringen gedu
rende de laatste vier jaren gepleegd door
ontvangen posten niet te verantwoorden en
het op aeze wijze verduisterde geld voor eigen
bate aan te wenden.
SENSATIE EN DRAMATIEK.
In het A. B. T.
Ziedaar, wat de twee hoofdnummers van
deze nieuwe filmweek in het A.B.T. bieden
Het dramatische wordt gegeven in „Wan-
een flhn Ult de tooneelwereld
ten talentvol jong, werkloos artist neemt na
eenig aarzelen een engagement aan voor het
wordt gezegd, dat zij Bobby terug kan krij
gen, mits zij zorgt dat Wu rang het begeer
de gas krijgt.
En dan komt er een heele aaneenschake
ling van verwikkelingen: vechtpartijtjes, ach
tervolging, een huis der Chineezen met gehei
me deuren enz., totdat we den jongen uit
vinder opgesloten zien bij zijn vriendin en
haar baby. Het slot is dan, dat zij redding
1 vinden door revolverkogels en een buis gif
gas, dat oorzaak is van den dood der Chi-
DE PRIJSVRAAG VOOR EEN
TOONEELSTUK IN GRONINSCH
DIALECT.
De vereeniging „Grönneger Spraok" heeft
in het begin van dit jaar een wedstrijd uit-
geschreven voor schrijvers van tooneelstuk-
ken in het Groningsch dialect.
J^_h£t_geheel kwamen tien stukken bin-
neesche bende.
In beide films is uitstekend spel te zien,
dat met den inhoud der stukken, de minnaars
van dramatiek en sensatie gevangen houdt.
-?1 door Baa-Kreuznach in
Duitschland-^ met bezoek aan de bronnen en
veel ander bezienswaardigs opent het pro
gramma, waarop dan nog aan de hoofdnum
mers voorafgaan een film „Appeloogst in
Cahforme" en een twee-acter „6e held van
het poloveld", om welke klucht meermalen
hartelijk gelachen wordt.
SALTO MORTALE.
Dupon's groote werk in het
Victoria Theater.
De groote regisseur Dupont heeft het ge-
jeven voor zijn film Salto Mortale weer ont
leend aan het zoo rijk aan afwisseling zijnde
circusleven. En het is hem er vooral om te
doen geweest om de zoo bonte circuswereld
in groote draaiende afwisseling voor oogen
te stellen. Prachtige opnamen en verrassen
de kieken trokken de aandacht. In dit milieu
laat Dupont weer het verhaal spelen van de
mooie paardrijdster en trapezewerkster en
de twee mannen, die op haar verliefd zijn.
De circuszaken gaan niet best. De direc
teur ziet wel in, dat alleen een geweldig in
slaand nummer de zaak kan redden. En dan
komt het sensationeele salto mortale num
mer van de oude Grimmer (mooi getypeerd
door Kurt Gerron) weer onder de aandacht.
Maar wie zullen de artisten zijn die het uit-
voeren.
Niemand durft, tot Marina, de paardrijd
ster zich bereid verklaart en Jim niet achter
durft te blijven. Hij vormt weldra met Ma
rina het beroemde paar van de salto mortale,
terwijl de vriend Robby assisteert. Jim komt
ongelukkig te vallen. De sensationeele at-
„As toene bluit"; tweede prijs f 175 B h
Broekema te Warffum voor „De olie vrii
gezel"; derde prijs 75 mevr. Hamstra—Vos
te Hilversum voor „Tine": vierde prijs f 75
W. J. Eelsema te Nieuw Scheemda met het
tooneelstuk „Botsingn".
DE BOUW VAN HET TWEEDE
NEDERLANDSCHE PAVILJOEN OP
DE PARIJSCHE TENTOONSTELLING
Thans ruim 51.600 ontvangen.
Volgens de jongste publicatie van het
steuncomité te Parijs werd tot en met 12 dezer
ontvangen 51.637.63. Aan de Nederland-
sche Handel Maatschappij werd overgemaakt
48.000 ter crediteering van de rekening van
het Uitvoerend Comité voor de Nederlandschr
deelneming aan de tentoonstelling te Parija
HUMOR OP DE VELUWE
Station locaal spoorweg
Studenten, die een vacantie-oord hadden
verlaten, om huiswaarts te keeren. zingen, op
het perron geschaard, hunne liederen.
Gaudeamus igitur daarna „Io vivat".
De laatste klanken, Nostrorum sanitas,
sterven weg.
Stationsbeambte verschijnt haastig op het
perron, boven het hoofd zwaaiend een ge
vulde tasch. „Dames en Heeren! Hier werd
zooeven gezongen van een tas(ch)! Heeft
iemand van U z'n tasch misschien bij het lo-
ket laten staan?"
En de grap sloeg in!
vliegtuigbouwer.
De heer A. H. G. Fokker, die eenige maan
den in Europa zal blijven om daarna weer
naar Amerika terug te keeren, is gistermor
gen in de hoofdstad aangekomen. Ondanks
net feit, dat hij ten zeerste door allerlei be
slommeringen in beslag werd genomen, heb
ben we, zoo vertelt het Hbld., gistermorgen
met den bekenden vlieger-constructeur, die
o.a. in Engeland de Schneider Cup-race bij
gewoond heeft, een kort onderhoud gehad.
Fokker zal wel eenigen tijd in Nederland
blijven, maar voor de vlootschouw van de
K.L.M. plaats vindt op 29 September a.s.,
bij welke schouw, zooals wij reeds bericht heb
ben, H. M. de koningin en prinses Juliana
tegenwoordig zullen zijn, gaat de heer Fokker
nog een bezoek aan Duitschland brengen om
daarna aan de uitnoodiging van de K.L.M.
gevolg te geven tegenwoordig te zijn op den
dag vóór de opening van den wekelijkschen
dienst op Indië.
Hebt u sterke indrukken medegenomen
van de race om den Schneider-beker, vroe
gen we.
Och, het schouwspel is natuurlijk heel
interessant, antwoordde Fokker, die intus-
schen z'n Amerikaansche post zat door te
bladeren, maar je ziet er feitelijk niet veel
van. Drie-en-halve mijl een zwart stipte en
dan dondert de machine je voorbij. Neen,
dan vond ik de proefvluchten voor de race
veel belangwekkender. Maar ik heb zoo den
indruk gekregen, dat de industrie in Engejand
feitelijk heel verheugd is, dat deze Schneider-
trophee nu definitief in het bezit van Groot-
Brittannië is gekomen. Men ziet het nut van
deze race niet in naar verhouding tot de kos
ten.
En hoe is het in Amerika?
Ondanks de heerschende malaise is het
personenvervoer op alle luchtlijnen steeds
toegenomen. Wanneer de tijdsomstandig
heden beter worden gaat de Amerikaansche
luchtvaart een groote toekomst tegemoet. De
regelmatige uurdienst tusschen Washington
en New York heeft in één maand 10.000 pas
sagiers vervoerd.
Zijn in Amerika alle Fokkers weer de
lucht in?
Fokker maakt een bevestigend gebaar.
Loopt dan weer eens naar de telefoon om
nieuwe afspraken te maken en gaat vervol
gens voort:
Och, ja, dat is een intrige geweest om
een ongeluk te camoufleeren, dat enkel en
alleen te wijten is geweest aan nalatigheid
Er is ook wel beweerd, dat het boek van mij
„The flying Dutchman" daarmee iets te ma
ken heeft gehad, maar dat is bezijden dg
tractie is weg. Marine trouwt Jim uit mede
lijden. Het nummer moet weer terugkomen
en Robby neemt de plaats van Jim in, die
weldra cüe rol van helper overneemt. Marina
en Robby voelen veel voor elkaar en als Jim
dat merkt, verslapt een oogenblik zijn aan
dacht als helper. Bijna waren Marina en
Robby doodgevallen. Maar als door een
wonder weet de laatste Marina te redden
met het te raden gevolg.
Een geweldig spannende film, die alles
van de toeschouwers eischt. De Russische
actrice Anna Sten blijkt een uitstekende aan
winst en ook de beide rollen van Jim e®
Robby worden mooi gespeeld. De sensatie
neele opnamen doen de toeschouwers adem
loos toezien.
Het voorprogramma bracht City-nieuws,
Paramount Journaal, Holl. geluidsfilm Poly
goon met o.a. de zwemwedstrijden te Tilburg
en een sprekende en zingende teekenfilm, d*
heel amusant was.
-iV*v
CINEMA EN THEATER.
Meer dan eena heeft men in C. en Th. P01*
tret van de bekende zangeres Jeanne Bacilek
opgenomen; nu heeft men haar afgebeeld
pleegzuster van de Joodtche Invalide. Het op
stel over Chopin heeft als ondertitel lo*ea
van angst en lijden". Prachtige photo's versie-
ren het artikel over den schilder C. M. Gar®»'
Paul Morgan laat zich interviewen. Eric Wm'''
«preekt over Frankly, den balletmeeste» bl>
Bouwmeester'* revue; L. E. Kos geeft een kort»
bespreking van „de Wonderdancing", «P®1 ul'
het nachtleven, opgevoerd door het gezel«cb*P
van Cor v. d. Lugt MeUert. Het nummer d<*«
week munt weer uit door prachtig uitgevo*<^
photo's, en sluit met het liedje „Wimpi*8
iaarscadeau", tekst en muziek van Daan Nie"'
wenhuyzen.