Qemeentecadea Siad m Omgeving D uofold wrc ooMjiti; OI;NTI:K§ te te Verkrijgbaar in den Boekhandel van de N V. vh. HERMs. COSTER &zn. Vocrdam 9, Telef. 3, Alkmaar. bond en op blz. 7 en 8 van het was bereikt. De banen van den zijn veilige banen. In de 35 jaar, dat de Bond bestaat, verdronk niemand op zijn banen. Daarvoor verdronken velen bij het schaatsenrijden. De Bond heeft re den, op het bereikte trotsch te zijn. Spr. aandeel daarin is klein. Wat hij bereik- t: bereikte hij door den steun van allen en als bizondere medewerkers noemde hii vooral de heeren J. Cock, den secre taris Sarlet en den penningmeester Preijer. Spr. had zijn functie neergelegd, om dat hij meende, dat het zijn tijd was om te gaan en om te voorkomen, dat men zei: „Ging hij maar". De Ijsbond was en is mij lief en met weemoed ga ik nu scheideu, maar ik kom nog wel eens weer terug, zij het niet als voorzitter. Mijn voorzitterschap leg iK nu in handen van anderen. Ik dank de Alg- Verg. voor het vertrouwen, dat zij zoo lang in mij gesteld heeft en ik hoop, dat de goede verstandhouding tusschen de Alg. Verg. en het Bestuur z i blijven. Zich tot den heer Stikkel richtende, zeide spr., dat het hem plezier deed, dat deze tot zijn opvolger was gekozen. Ik leg, zoo vervolgde hij, de belangen van den Ijsbond bij dezen in uwe handen en hoop, dat het dagelijksch bestuur u steeds zal steunen bij al uw werk en dat eenmaal de tijd zal komen, dat de vergadering zal zeggen: „De oude was wel goed, maar de nieuwe is ons heel lief." Bij dezen promoveer ik U tot voorzit ter van den IJ. H. N. (Applaus.) De heer J. St i k k e 1 (Alkmaar) was van oordeel, dat, zij die met de werk kracht van den afgetreden voorzitter be kend zijn, weten, dat thans een gewel dig zware taak op spr. schou Iers is ge legd. De -roote liefde van den afgetre den voorzitter voor den Bond deed het spr. tot een plicht gevoelen, hem op te volgen. Het zal moeilijk zijn, een voorzit ter, die zijn functie 35 jaar voorbeeldig waarnam, te vervangen. Dit zal ook moeilijk zijn, omdat de financeele toe stand op het oogenblik niet meer roos kleurig is. Spr. deelde mede, dat men den afge treden voorzitter in het Hoofdbestuur tot adviseerend lid van het dagelijksch bestuur had benoemd en spr. rekende er op, dat de heer Minnema ook voortaan de bestuursvergaderingen even regel matig zou bezoeken als toen hij nog voorzitter was. Hartelijk dank bracht hij den afgetre den voorzitter voor het vele, dat hij voor den Bond deed en spr. hoopte, dat hem nog vele jaren gegeven mogen zijn en dat hij zal kunnen constateeren, dat de hem zoo geliefde Bond zal groeien en bloeien. Uit achting en eerbied bood spr. na mens den Bond den scheidenden voor zitter een enveloppe met inhoud aan, op dat deze met zijn vrouw een reisje kon maken en hij verzekerde, dat de Bond den heer Minnema nooit zou vergeten. (Applaus.) De heer Minnema sprak nog een enkel woord van dank voor de hem ge brachte hulde, waarna de nieuwe voor zitter, de heer Stikkel, de vergadering mot een woord van dank aan de pers sloot en werd overgegaan tot de geani meerde verloting. een EGMONDBINNEN. Vrijdagavond vergaderde de raad dezer gemeente onder voorzitterschap van burge meester Bos. Alle leden waren aanwezig. Ingekomen waren eenige verzoeken om verlaging van landhuur, te weten van J. Ter voort, J. Baart, F. Tervoort en Jb. de Waard Pz. Ook bij het Algem. Armbestuur van Wimmenum zijn diezelfde verzoeken binnen gekomen. Dit bestuur heeft de beslissing echter op verzoek van den burgemeester aangehouden om daajpa één lijn te trekken met de gemeente. B. en W. stelden voor den huurders voor 1931 een korting te verleenen van 15 pCt. behoudens goedkeuring van Ged. Staten. Die korting zal dan iedere huurder krijgen, niet alleen wie er om heeft gevraagd, en allen eenzelfde percentage. De heer de Waard: het is wel moeilijk regelen, maar die er niet van moet leven, zou toh geen korting of minder moeten hebben. De voorzitter: Met de draagkracht wordt geen rekening gehouden. De heer Bras: Wie de huur kan betalen zou ik geen korting geven en anderen grootere korting. De voorzitter: Dan zou men reeds bij de verhuur last kunnen krijgen en bieders krij gen die maar raak boden in de verwachting het later toch niet te hoeven betalen. De heer Straathof: Het meerendeel der huurders bestaat wel uit behoeftige schen. De heer Bras: Maar zij, die onderverhuurd hebben, is het juist, dat hen ook een deel wordt kwijtgescholden. De heer van de Reep: Indien iemand weer onderverhuurt zou hij daar een aardig winstje mee kunnen maken. De voorzitter: Dit mag echter niet zonJer toestemming van de gemeente. De heer de Waard meende dat verminde ring naar het inkomen het beste zou zijn Besloten werd de kwestie aan te houden tot de volgende vergadering. Het hoofdbestuur van den L T. B. heeft verzocht een regeling te treffen voor steun aan tuinders. Hiervoor werd reeds in de vorige vergade ring een Commissie benoemd, welke intus- schen reeds driemaal bijeenkwam. Inmiddels was ook van Castricum een schrijven inge komen met een voorstel inzake een steun regeling. Hierin wordt voorgesteld aan noohjdende tuinders mihimum 9, maximum t 13 voor werk in eigen bedriji uit te keeren. iemand, die dringend arbeidskrachten noodig had deze te verschaften tegen werk verschaf- men tot en den Gedenkboek, fingsloon. Voorts het geven van een rente loos voorschot voor instandhouding van net bedrijf Dit voorschot is terugvorderbaar. De voorzitter meende, dat het weinig oaat nu een besluit te nemen, omdat nog niet be kend is wat het Rijk zal doen en steun alleen voor een plattelandsgemeente niet doen 1 ijk is. Spr. zou willen aandringen op een be slissing van den minister in deze. De heer Bras: Maar intusschen stijgt de nood steeds hooger, men heeft nü arbeids krachten noodig. De voorzitter: Wij kunnen nu geen goed- koope arbeidskrachten geven, daar dit thans is verboden. De Commissie voelde veel voor een renteloos voorschot, wat dan terugbe taald moet worden. De heer de Waard vond, dat hiermede het Ijezwaar voor de gemeente blijft en vroeg of er al verzoeken zijn ingekomen, waarop de voorzitter ontkennend antwoordde. De voorzitter stelde voor te wachten het Rijk zich zal hebben uitgesproken daarna onmiddellijk raadsvergadering touden. De heer van de Reep verzocht bij minister op spoed aan te dringen. Van de wed. H. Leyen, J. Peperkamp en E. Kok was een verzoek ingekomen tot aan sluiting van hun perceelen aan het electrisch net. B. en W. meenden, dat hiertegen geen be zwaar zal zijn, wanneer het bovengrondsche net ondergrondsch wordt, dan blijft er veel materiaal over. De heer Bras: Al die kleine stukje worden toegestaan en de Egmondermeer wordt in zijn geheel afgewezen. De voorzitter: Dit is een heel groot stuk, waar we niets hebben aan draad en palen, maar waar kabel moet worden gelegd. De heer de Waard: De menschen kunnen ook misschien wel een kleine vergoeding betalen. De voorzitter: ze hebben geen groote draagkracht. Na eenige discussie werd besloten iater te berekenen wat er betaald moet worden. Van de afdeeling Egmondbinnen van den L. T. B. was een verzoek om subsidie inge komen voor den tuinbouwcursus. Een be drag ad 80 is inmiddels hiervoor op de begrooting gebracht. Dit is dan een gedeel telijk bedrag aan het Schoolbestuur voor verlichting en verwarming. De raad van Noord-Scharwoude verzocht adhaesie aan zijn besluit tot vermindering der wedden van burgemeester, secretaris en ontvanger, resp. met 5 en 10 pCt. B. en W. stelden voor geen adhaesie te be tuigen, maar Ged. te verzoeken gezien den tegenwoordigen tijd de betrekkelijke salaris sen te herzien en te verlagen, waartoe be sloten werd. Van den minister van Binnenlandsche Zaken was een schrijven ingekomen, houden de de voorwaarden, waaronder hij bereid is subsidie te verleenen in de kosten van werk verschaffing. Subsidie kan worden verleend voor het snoeien en rooien van boomen en voor het uitbaggeren van vaarten onder de volgende voorwaarden 1. alleen werklooze hoofden van gezinnen en kostwinners (één uit een gezin) mogen worden tewerkgesteld. 2. Er zal zooveel mogelijk in accoord moeten worden gewerkt tegen een zoodanig loon, dat bij flink werken gemiddeld 30 cent per uur kan worden verdiend. 3. Er dient in de loonregeling geen onder scheid te zijn tusschen al of niet georgani- seerden. 4. Bij verzuim wegens regen, mogen de eerste drie uren per week niet worden vet goed, de volgende regenuren met 25 cent. 5. het algemeen toezicht op de werkver schaffing dient door de gemeente te worden opgedragen aan de Ned. Heidemaatschappij te Arnhem. De daaruit voortvloeiende kosten dragen Rijk en gemeente elk voor de helft. De dagelijksche leiding kan bij personeel van de gemeente berusten 6. De premie, welke verschuldigd is inge volge de Ziektewet, moet voor de helft op de arbeiders worden verhaald. Het Rijk draagt in de andere helft niet bij. De toezegging wordt van kracht verklaard tot 2 Jan. 1932. De voorzitter deelde mede, dat met het productieve werk nog niet kan worden be gonnen. Ook aan de provincie werd reeds om steun verzocht. Nu is Novembet nog niet ten einde en heeft de werkverschaffing reeds 700 ge kost, dit is niet vol te houden tot April B. en W. meenden dan ook met de Rijksregeling accoord te moeten gaan, omdat de gemeente de kosten niet alleen zal kunnen dragen Kindertoeslag is absoluut uitgesloten, er werd zelfs getracht een onderhoud te krijgen in Den Haag, per telefoon werd echter mede gedeeld. dat dit geen nut zou hebben, daar van de voorwaarden niet wordt afgeweken en dat bij een niet houden aan deze voor waarden de subsidie wordt verspeeld Het Rijk wil volle werkweken, zoodat dus wanneer om de andere week wordt gewerkt zoowel door georganiseerden als niet-geor- ganiseerden de eerste categorie aanmerkelijk wordt bevoordeeld door de uitkeering die ze krijgt. De heer Straathof: Waarom kan er nog niet met het leggen van den kabel worden begonnen? De voorzitter: Dit wacht op goedkeuring van Ged. Staten. De heer van de Reep vond het eigenaar dig ,dat in de Rijksregeling georganiseerden en ongeorganiseerden op een gelijk stand punt worden gesteld. De voorzitter: Hieraan is niets te verande ren. De subsidie van het Rijk is nog niet be kend. Ik meen echter dat we het een maand moeten probeeren. De heer de Waard: We mogen zeker de subsidie niet weigeren. De voorzitter: Misschien kan er met Jan aan het electra worden begonnen, dan gelden de loonen als door den Raad vastgesteld, dan zijn we vrij, omdat voor productief werk toch geen subsidie wordt verstrekt. Besloten werd de subsidie te aanvaarden tot Jan. 1932. In den vorigen raad werd besloten toeslag te geven op de uitkeering. Nu nam echter de voorzitter, dat den Hoe? der ge- besloten Armbe- een ver in een hoogere klasse staat dan Egmondbinnen, de gehuwden krijgen in den Hoef f 10 20, on- gehuwden 9, in Egmondbinnen 1 8.40 en 7.20. De heer van de Reep lichtte toe, dat men in een hoogere klasse komt, wanneer de leden een hoogere contributie betalen. Van den Raad van Ilpendam is een ver zoek om adhaesie ingekomen aan zijn adres aan Prov. Staten tot uitbreiding Waterlei ding naar niet-rendabele gedeelten meente. Op voorstel van B. en W. werd aan dit adres adhaesie te betuigen. De begrooting van het Burgerl. stuur werd vastgesteld als opgemaakt met een subsidie van de gemeente ad 1500. Gasbegrooting idem, in de prijzen is geen wijziging gekomen. Dit met het oog op mo gelijke uitbreiding naar Egmondbinnen. De winst werd geraamd op 300. Electr. idem, geen winst werd geraamd, in verband met de a s. netverbetering. Wel bestaan er plan nen een nieuw tarief vast te stellen, daar in dit tarief vooral bij vestiging van een nieuwe bewoner moeilijkheden zitten. De heer Hoff man verklaarde zich reeds bereid een plan te maken. De gemeentebegrooting onderging geen groote wijzigingen bij vorige jaren. Een sub sidie ad 25 zal verleend worden aan het Witte Kruis te Egmond aan Zee; geen sub sidie aan de Rijwielpadvereen.geen subsidie aan de Malariabestrijding; 15 aan de r.-k. militaire vereeniging. B. en W. stelden voor een verordening te maken op het ophalen van vuilnis, waarin wordt bepaald dat men een abonnement kan sluiten voor 2 per jaar. Het is eerst niet recht duidelijk of de ophaler nu alleen dit geld zal krijgen of dat dit een tegemoetko ming is in de gemeentekosten. Het blijkt echter de bedoeling dat wanneer de regeling ingeburgerd is de ophaler de aansluitkosten ontvangt. Thans kost het de gemeente pl.m. 500, waar niets tegenover staat. De heer van de Reep vroeg of het niet beter is, dat de eigenaar van het perceel dit abonnement sluit. Dit bleek echter de bedoe ling ook te zijn. De heer Straathof meende, dat men moei lijkheden kan krijgen, omdat sommigen mis schien niet zullen willen aansluiten. De voorzitter antwoordde dat er geen vuil- nishokken zullen zijn, zooals vroeger. Besloten wer de verordening aldus vast te stellen. Vervolgens stelden B. en W. voor de op centen (50) op de vermogensbelasting niet op te voeren, zooals de voorzitter zich oor spronkelijk had gedacht, maar de opcenten op de personeele belasting, die waren van 50 tot 100 voor alles te brengen op 75, omdat aan de 100 toch niet wordt toegekomen, daar hier geen woningen zijn met zulk een hooge huurwaarde. De 7de klas blijft echter gehandhaafd. De heer Bras: Dus de verhooging is juist voor degenen, die het minst betalen. De voorzitter: Dit is niet zooveel, omdat de 7de klasse blijft. De heer Bras: Toch drukt het weer op den kleinen man, het kon beter van den groote af. De heer van de Reep: Dus als hij slechts 5 verwoont wordt hij gelijk gesteld met een kapitaalkrachtige. De voorzitter: Deze laatsten betalen ech ter veel meer, doordat de hoofdsom hooger is. De heer Bras: Toch is het scheef, Juist den kleinen man, waar we nu eigenlijk den heelen avond over praten en dien we over den eenen kant ten goede willen komen, nemen we het over den anderen kant weer af, als we verhooging van opcenten op de vermo gensbelasting van de baan schuiven, dan 'oopen die dus vrij van verhooging. De voorzitter: Ten plattelande bestaat het vermogen vrijwel geheel uit grondbezit, en betalen zij dus reeds veel aan hoogheemraad en polderlasten en belasting op ongebouwd, wat hier vrij hoog is, dan treffen we die menschen dus nog meer. De heer Bras: Ik zou me toch wel in hun toestand willen verplaatsen. De voorzitter: De verhooging moet 1000 opbrengen, als we dit heffen, van hen, die er goed bij zitten, zouden die misschien de ge meente verlaten. De heer Bras: Zouden ze dan op een an dere plaats vrij zijn? De heer de Waard: We hebben reeds een voorbeeld, dat er een paar zijn vertrokken De heer van de Reep: Moeten ze dan al tijd ontzien worden, omdat we bang zijn dat ze zullen vertrekken, waar moet het geld dan vandaan komen? De heer de Waard: We krijgen niet eens 1000 door verhoogde opcenten op de ver mogensbelasting. De heer Straathof: Het vorig jaar hebben we ook toegegeven door de ambtenaren 814 pensioenstorting te schenken Dit kostte de gemeente ook een groote som, zij die later pensioen krijgen, konden dit ook wel zelf be talen. De heer Bras: Daar ging het niet om, het ging om de billijkheid, de hooge ambtenaren waren reeds vrij en die konden het toch zeker nog beter betaald hebben. De heer Straathof: Tegen de hooge amb tenaren konden wij niets doen Hierna volgde stemming: óf 50 opcenten op de vermogensbelasting óf 75 op de perso neele belasting. Vóór opcenten op de vermogensbelasting waren de heeren Bras en van de Reep, zoo dat de 75 opcenten op de pers. belast, met 5 tegen 2 stemmen werden aangenomen Vervolgens werd het rapport aangeboden inzake gasuitbreiding naar Egmondbinnen. Hiervoor zal de raad eens bijeenkomen in comité, terwijl den ontwerper zal gevraagd worden een toelichting te geven. Besloten werd voor 1932 zoonoodig weer een bankovereenkomst aan te gaan met de Bank voor Ned. gemeenten. In de rondvraag vroeg de heer van de Reep of de werkloozen van Egmondbinnen weer in Egmondbinnen kunnen stempelen. De voorzitter dacht dat hiertegen geen be zwaar zou zijn en zal den Gem. Ontvanger vragen of bij hem aan huis wederom kan ge stempeld worden. De heer Straathof vroeg of er nu al iets tegen de gladheid van den weg zal worden gedaan. De voorzitter antwoordde, dat de Maat schappij dit in het aanstaand voorjaar in orde zal brengen. De heer van de Reep meende, dat op soin mige plaatsen de boomen ook veel kwaad deden, o.a. bij J. Liefting in Egmondbinnen. De voorzitter zou het jammer vinden nog meer boomen op te ruimen. Hierna sluiting. De raad ging in comité. DE NEDERLANDSCHE BOND VAN LEERAREN EN LEERARESSEN BIJ HET NIJVERHEIDS-ONDERWIJS. Openbare vergadering van de afdee- lingen Alkmaar, Den Helder en Hoorn. Zaterdagavond werd in café Central door de afdeelingen Alkmaar, Den Helder en icorn van de Nederlandsche Bond van Leeraren en Leeraresen bij het Nijverheids onderwijs een openbare vergadering gehou den. De voorzitter der afdeeling Alkmaar, de heer Kohnert, opende de vergadering en heet te de aanwezigen, waaronder het raadslid Vcnniker en eenige bestuursleden van vak verenigingen, hartelijk welkom. Het aantal opgekomenen vi i .-pr. niet mee, maar toch hoopte hij, dat deze bijeenkomst resultaat mocht hebben. Dit was niet de eerste verga dering die werd gehouden, er waren al meer dere vergaderingen aan voorafgegaan, die stonden echter in 't teeken van de opbouw, deze stond in 't teeken van de afbraak. De tijden zijn slecht, er moet bezuinigd worden, maar de al meer voortwoekerende bezuiniging strekt ook haar vingers uit naar waarop niet bezuinigd mag worden, en hier onder valt het nijverheidsonderwijs. Men raakt er zoo langzamerhand aan gewoon van uit Den Haag „gemassregelt" te wor den, maar sommige dingen toch kunnen, vol gens spr., niet door de vingers worden ge zien. Bezuiniging op dit gebied, beteekent een onherstelbaar verlies vcor de tóekomst. De eugd van heden zijn de mannen van de toe- tomst en wat aan den jongens te kort gedaan wordt, zal aan den mannen ontbreken. Wat ook op het gebied van het nijverheidsonder wijs bezuinigd wordt, het is altijd te veel. Want op 't gebied van het nijverheidsonder wijs zijn we nog lang niet waar we moeten wezen, laat staan, dat hier bezuinigd moet worden. En misschien is de kortwiekerij nog in 't begin, maar waar zal den het eind zijn. Spr. introduceerde hierna als volgend spre ker den heer Suzenaar. De heer Suzenaar herinnerde er aan, dat deze vergadering werd gehouden om de maatregelen, die door de regeering aangaan de het nijverheidsonderwijs worden genomen, te bespreken. Op dienzelfden tijd werden over het heele land nog zeven vergaderingen gehouden door den Ned. Bond van Leeraren en Leeraressen bij het Nijv. Onderwijs, alle landelende over hetzelfde onderwerp. Men is met groote zorg vervuld, omdat de regeering bezig is dit onderwijs in banden te snoeren, want dit beteekent een onherstel baar verlies voor dezen tak van volksont wikkeling. Dat dit voor hen, die dit onderwijs een greote belangstelling toedragen, een geduch te teleurstellig was, behoefde volgens spr. geen nader betoog. Daarom had men nu ge meend over het geheele land openbare ver gaderingen te moeten beleggen. Spr. zeide. dat juist in de laatste decennia het nijver heidsonderwijs zoo was vocuit gegaan, dit had aanleiding gegeven tot dankbaarheid voor degenen, die er nu nog de vruchten van plukken en tot trots voor hen, die meehiel pen aan den opbouw Spr. herinnerde zich een woord van dr. Kuiper: een goed ontwik kelde handwerkstand zal heel ons volk ten goede komen. Hiervoor zorgen de vakscho len en de huishoud-industriescholen. In 1921, onder de minister van onderwijs De Groot, werd de wet op het nijverheidson derwijs aangenomen Een oogenblik zou men toen meenen, dat niets den vooruitgang meer in den weg zou komen. Na zeven jaar echter begon men al met de afbraak. De bouw van nieuwe nijverheidsscholen werd stopgezet, hierm€*be2°n een tijdperk van bevriezing. In 1922 werden door minister Wassink dnejarige ambachtsscholen in tweejarigen veianderd. Z E. meende, dat dit zoo wel toe kon, maar vergistte zich danig, zooals dat bij overheidspersonen veel meer voorkomt. In 1927 werd dan ook de commissie Touw geformeerd, om op dit gebied onderzoek te doen. De heer Touw werd echter weldra ver vangen en de inspecteur der commissie be dankte om niet na te gane redenen 't Zou echter te ver voeren het verslag van deze comm. geheel te bespreken. Niet alleen aan de ftnanciee'.e vraag maar ook aan de inrich ting van 't onderwijs werd de aandacht be steed. Dit bezuinigingsrapport weed door den minister dankbaar aanvaard. The pen with the twenty. five-years-point de nieuwe in- Hofstede, zich De manier echter, waarop specteur-generaal, de heer G. van zijn taak kweet, deed verwachten"' dat het nijverheidsonderwijs zich nu in veilige handen bevond. Doch er waren nog andere machten, die hem dreigden en voor het nij verheidsonderwijs noodlottig bleken. Een feit is, dat, wil men het nijverheidsonderwijs bekorten, het arbeiderskind de dupe moet worden van den maatschappelijken toestand Verder had spr. het over de toelating op' de middelbaar technische scholen; hiervoor kwamen in aanmerking twee categoriën van leerlingen: ten eersten de theoretici, zij die zich op de H.B.S. bekwaamd hadden in wis- en natuurkunde, ten tweede de practici zij die het Mulo B-examen in den zak hebben! Sommige scholen laten deze tweede catego! rie zonder examen toe, andere met examen Deze tweede categorie moet zich dus verder bekwamen, want aansluiting is er bij deze scholen niet. Hoe moet men die nu verkrij gen, door privaatlessen? Dit brengt natuur lijk veel te groote kosten mee. Eigenlijk is het, zegt spr., onbillijk, dat alleen de theore tici de voorkeur hebben. Zoo kwam men er toe voorbereidende technische cursussen op te richten. Tusschen deze cursussen onder ling bestonden belangrijke verschillen, ook waren ze niet gelijkwaardig. Zoo werd de commissie-Westerveld benoemd om deze cur sussen aan een onderzoek te onderwerpen. Men kwam tot het besluit, dat ze te duur waren en te ondoelmatig. Sommige leerlin gen ervan gaan niet na afloop naar de tech nische school, maar gaan er alleen heen om hun wiskundige kennis wat op te frisschen. Een binnenkort, 12 December, verschijnend rapport zal ter inzage liggen voor de leden van den bond. 13 April 1.1. werd een ministe- rieele circulaire rondgezonden: een eenjarige cursus met 10 lessen algebra, rekenkunde en Nederlandsche taal zou voldoende zijn. Dit schrijven gaf aanleiding tot correspondentie. De minister was echter niet te overtuigen, want in Juli is een tweede brief verschenen; hierin stond, dat een cursusduur van eea jaar voldcende was, terwijl het aantal lesswt in bovengenoemde vakken werd gereduceerd van 9 op 5. Er was hier sprake van een 25 pCt. vermindering vergeleken bij die van April. Hierna trad later nog weer een verso bering in. Er werd een uniform schoolgeld geheven van 30. Dit alles veroorzaakte natuurlijk groote te leurstelling, want hier kon niet meer worden gesproken van een reorganisatie, maar van een afbraak. Spr. kon deze takiielc alleen ver gelijken met marktliedenpolitiek. Wat wilde de regeering? De scholen slui ten voor de practici en alleen de theoretici toelaten? Dan zullen er heel velen niet heen kunnen gaan. Of wil de regeering haar hand terugtrekken en de taak aan de industrie cursussen overlaten? Alle instellingen kunen zich handhaven, de meesten echter duikelen terug. Men meent dus, dat, als men deze cursus sen beperkt, we'dra de overtolligheid zal blij ken, want ze kosten schatten gelds. Van de vooropleiding aan de HBS wordt echter niet gesproken, al wordt voor leerlingen, die een of andere inrichting van middelbaar on derwijs bezoeken door de gemeente soms wel 1200 of 1300 per peerling 's jaars be taald Dat mag wel. Spr. vertelde hierovet nog verschillende staaltjes In een ministeriee'.e circulaire werd ver volgens alle medewerking geweigerd. Spr. meende, dat de regeerin^ dan de consequen ties ook maar moest dragen, want het hoofd bestuur van den bond had ernstig gewezen op de onderwijsbelangen, en van art. 26 moe ten de kinderen alles hebben. Er worden ingrijpende maatregelen geno men, in de millioenennota komt een algemee- ne salarisverlaging voor, alle heele en sente rijksambtenaren deelen hierin. In het slot van de circulaire staat, dat men op deze ma nier de lasten, die drukken op 's lands schat kist moet verminderen. Als echter ook het nijverheidsonderwijs hiervoor dienen moet, zal men volgens spr. niet goed uitkomen. Ihfl Mh 291. En ja hoor, Marinus blijkt er alles van af te weten. Hij vertelt Pietje eerst hoe de Oesters eigenlijk op de menschenwereld kwa men en daarbij worden Pietjes oogen als thee schoteltjes zoo groot van verbazing. Maar als hij hoort dat die goede beste Oesters nooit weerom zullen komen, schieten zijn oogen vol tranen. a(k<* 292. Ze leven nu weer onder zee, to0ilS<ttfOt Oesters altijd doen, vertelt Marinus. En d antwoordt Pietje Puk: „O, maar denk I* en ik, ze zouden kunnen gaan °^t0^c{j*id u»cljlt nie' oeke»! dat wij, mijn zus en ik, ze dan niet ee0'üeB? enkel keer zouden kunnen gaan W:j hebben heelemaal niet behoorlijk van elkaar genomen en daar kan ik niet van slapen"*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 6