Qemeentecadea
Siad m Omgeving
D uofold
wrc ooMjiti; OI;NTI:K§
te
te
Verkrijgbaar in den Boekhandel
van de
N V. vh. HERMs. COSTER &zn.
Vocrdam 9, Telef. 3, Alkmaar.
bond
en op blz. 7 en 8 van het
was bereikt. De banen van den
zijn veilige banen. In de 35 jaar, dat de
Bond bestaat, verdronk niemand op zijn
banen. Daarvoor verdronken velen bij
het schaatsenrijden. De Bond heeft re
den, op het bereikte trotsch te zijn. Spr.
aandeel daarin is klein. Wat hij bereik-
t: bereikte hij door den steun van allen
en als bizondere medewerkers noemde
hii vooral de heeren J. Cock, den secre
taris Sarlet en den penningmeester
Preijer.
Spr. had zijn functie neergelegd, om
dat hij meende, dat het zijn tijd was om
te gaan en om te voorkomen, dat men
zei: „Ging hij maar".
De Ijsbond was en is mij lief en met
weemoed ga ik nu scheideu, maar ik
kom nog wel eens weer terug, zij het
niet als voorzitter. Mijn voorzitterschap
leg iK nu in handen van anderen. Ik
dank de Alg- Verg. voor het vertrouwen,
dat zij zoo lang in mij gesteld heeft en
ik hoop, dat de goede verstandhouding
tusschen de Alg. Verg. en het Bestuur
z i blijven.
Zich tot den heer Stikkel richtende,
zeide spr., dat het hem plezier deed, dat
deze tot zijn opvolger was gekozen. Ik
leg, zoo vervolgde hij, de belangen van
den Ijsbond bij dezen in uwe handen
en hoop, dat het dagelijksch bestuur u
steeds zal steunen bij al uw werk en
dat eenmaal de tijd zal komen, dat de
vergadering zal zeggen: „De oude was
wel goed, maar de nieuwe is ons heel
lief."
Bij dezen promoveer ik U tot voorzit
ter van den IJ. H. N. (Applaus.)
De heer J. St i k k e 1 (Alkmaar) was
van oordeel, dat, zij die met de werk
kracht van den afgetreden voorzitter be
kend zijn, weten, dat thans een gewel
dig zware taak op spr. schou Iers is ge
legd. De -roote liefde van den afgetre
den voorzitter voor den Bond deed het
spr. tot een plicht gevoelen, hem op te
volgen. Het zal moeilijk zijn, een voorzit
ter, die zijn functie 35 jaar voorbeeldig
waarnam, te vervangen. Dit zal ook
moeilijk zijn, omdat de financeele toe
stand op het oogenblik niet meer roos
kleurig is.
Spr. deelde mede, dat men den afge
treden voorzitter in het Hoofdbestuur
tot adviseerend lid van het dagelijksch
bestuur had benoemd en spr. rekende
er op, dat de heer Minnema ook voortaan
de bestuursvergaderingen even regel
matig zou bezoeken als toen hij nog
voorzitter was.
Hartelijk dank bracht hij den afgetre
den voorzitter voor het vele, dat hij
voor den Bond deed en spr. hoopte, dat
hem nog vele jaren gegeven mogen zijn
en dat hij zal kunnen constateeren, dat
de hem zoo geliefde Bond zal groeien
en bloeien.
Uit achting en eerbied bood spr. na
mens den Bond den scheidenden voor
zitter een enveloppe met inhoud aan, op
dat deze met zijn vrouw een reisje kon
maken en hij verzekerde, dat de Bond
den heer Minnema nooit zou vergeten.
(Applaus.)
De heer Minnema sprak nog een
enkel woord van dank voor de hem ge
brachte hulde, waarna de nieuwe voor
zitter, de heer Stikkel, de vergadering
mot een woord van dank aan de pers
sloot en werd overgegaan tot de geani
meerde verloting.
een
EGMONDBINNEN.
Vrijdagavond vergaderde de raad dezer
gemeente onder voorzitterschap van burge
meester Bos.
Alle leden waren aanwezig.
Ingekomen waren eenige verzoeken om
verlaging van landhuur, te weten van J. Ter
voort, J. Baart, F. Tervoort en Jb. de Waard
Pz. Ook bij het Algem. Armbestuur van
Wimmenum zijn diezelfde verzoeken binnen
gekomen. Dit bestuur heeft de beslissing
echter op verzoek van den burgemeester
aangehouden om daajpa één lijn te trekken
met de gemeente.
B. en W. stelden voor den huurders voor
1931 een korting te verleenen van 15 pCt.
behoudens goedkeuring van Ged. Staten. Die
korting zal dan iedere huurder krijgen, niet
alleen wie er om heeft gevraagd, en allen
eenzelfde percentage.
De heer de Waard: het is wel moeilijk
regelen, maar die er niet van moet leven, zou
toh geen korting of minder moeten hebben.
De voorzitter: Met de draagkracht wordt
geen rekening gehouden.
De heer Bras: Wie de huur kan betalen
zou ik geen korting geven en anderen
grootere korting.
De voorzitter: Dan zou men reeds bij de
verhuur last kunnen krijgen en bieders krij
gen die maar raak boden in de verwachting
het later toch niet te hoeven betalen.
De heer Straathof: Het meerendeel der
huurders bestaat wel uit behoeftige
schen.
De heer Bras: Maar zij, die onderverhuurd
hebben, is het juist, dat hen ook een deel
wordt kwijtgescholden.
De heer van de Reep: Indien iemand weer
onderverhuurt zou hij daar een aardig
winstje mee kunnen maken.
De voorzitter: Dit mag echter niet zonJer
toestemming van de gemeente.
De heer de Waard meende dat verminde
ring naar het inkomen het beste zou zijn
Besloten werd de kwestie aan te houden
tot de volgende vergadering.
Het hoofdbestuur van den L T. B. heeft
verzocht een regeling te treffen voor steun
aan tuinders.
Hiervoor werd reeds in de vorige vergade
ring een Commissie benoemd, welke intus-
schen reeds driemaal bijeenkwam. Inmiddels
was ook van Castricum een schrijven inge
komen met een voorstel inzake een steun
regeling. Hierin wordt voorgesteld aan
noohjdende tuinders mihimum 9, maximum
t 13 voor werk in eigen bedriji uit te keeren.
iemand, die dringend arbeidskrachten noodig
had deze te verschaften tegen werk verschaf-
men
tot
en
den
Gedenkboek, fingsloon. Voorts het geven van een rente
loos voorschot voor instandhouding van net
bedrijf Dit voorschot is terugvorderbaar.
De voorzitter meende, dat het weinig oaat
nu een besluit te nemen, omdat nog niet be
kend is wat het Rijk zal doen en steun alleen
voor een plattelandsgemeente niet doen 1 ijk
is. Spr. zou willen aandringen op een be
slissing van den minister in deze.
De heer Bras: Maar intusschen stijgt de
nood steeds hooger, men heeft nü arbeids
krachten noodig.
De voorzitter: Wij kunnen nu geen goed-
koope arbeidskrachten geven, daar dit thans
is verboden. De Commissie voelde veel voor
een renteloos voorschot, wat dan terugbe
taald moet worden.
De heer de Waard vond, dat hiermede het
Ijezwaar voor de gemeente blijft en vroeg of
er al verzoeken zijn ingekomen, waarop de
voorzitter ontkennend antwoordde.
De voorzitter stelde voor te wachten
het Rijk zich zal hebben uitgesproken
daarna onmiddellijk raadsvergadering
touden.
De heer van de Reep verzocht bij
minister op spoed aan te dringen.
Van de wed. H. Leyen, J. Peperkamp en E.
Kok was een verzoek ingekomen tot aan
sluiting van hun perceelen aan het electrisch
net.
B. en W. meenden, dat hiertegen geen be
zwaar zal zijn, wanneer het bovengrondsche
net ondergrondsch wordt, dan blijft er veel
materiaal over.
De heer Bras: Al die kleine stukje worden
toegestaan en de Egmondermeer wordt in
zijn geheel afgewezen.
De voorzitter: Dit is een heel groot stuk,
waar we niets hebben aan draad en palen,
maar waar kabel moet worden gelegd.
De heer de Waard: De menschen kunnen
ook misschien wel een kleine vergoeding
betalen.
De voorzitter: ze hebben geen groote
draagkracht.
Na eenige discussie werd besloten iater te
berekenen wat er betaald moet worden.
Van de afdeeling Egmondbinnen van den
L. T. B. was een verzoek om subsidie inge
komen voor den tuinbouwcursus. Een be
drag ad 80 is inmiddels hiervoor op de
begrooting gebracht. Dit is dan een gedeel
telijk bedrag aan het Schoolbestuur voor
verlichting en verwarming.
De raad van Noord-Scharwoude verzocht
adhaesie aan zijn besluit tot vermindering
der wedden van burgemeester, secretaris en
ontvanger, resp. met 5 en 10 pCt.
B. en W. stelden voor geen adhaesie te be
tuigen, maar Ged. te verzoeken gezien den
tegenwoordigen tijd de betrekkelijke salaris
sen te herzien en te verlagen, waartoe be
sloten werd.
Van den minister van Binnenlandsche
Zaken was een schrijven ingekomen, houden
de de voorwaarden, waaronder hij bereid is
subsidie te verleenen in de kosten van werk
verschaffing.
Subsidie kan worden verleend voor het
snoeien en rooien van boomen en voor het
uitbaggeren van vaarten onder de volgende
voorwaarden
1. alleen werklooze hoofden van gezinnen
en kostwinners (één uit een gezin) mogen
worden tewerkgesteld.
2. Er zal zooveel mogelijk in accoord
moeten worden gewerkt tegen een zoodanig
loon, dat bij flink werken gemiddeld 30 cent
per uur kan worden verdiend.
3. Er dient in de loonregeling geen onder
scheid te zijn tusschen al of niet georgani-
seerden.
4. Bij verzuim wegens regen, mogen de
eerste drie uren per week niet worden vet
goed, de volgende regenuren met 25 cent.
5. het algemeen toezicht op de werkver
schaffing dient door de gemeente te worden
opgedragen aan de Ned. Heidemaatschappij
te Arnhem. De daaruit voortvloeiende kosten
dragen Rijk en gemeente elk voor de helft.
De dagelijksche leiding kan bij personeel
van de gemeente berusten
6. De premie, welke verschuldigd is inge
volge de Ziektewet, moet voor de helft op de
arbeiders worden verhaald. Het Rijk draagt
in de andere helft niet bij.
De toezegging wordt van kracht verklaard
tot 2 Jan. 1932.
De voorzitter deelde mede, dat met het
productieve werk nog niet kan worden be
gonnen. Ook aan de provincie werd reeds om
steun verzocht.
Nu is Novembet nog niet ten einde en
heeft de werkverschaffing reeds 700 ge
kost, dit is niet vol te houden tot April B. en
W. meenden dan ook met de Rijksregeling
accoord te moeten gaan, omdat de gemeente
de kosten niet alleen zal kunnen dragen
Kindertoeslag is absoluut uitgesloten, er
werd zelfs getracht een onderhoud te krijgen
in Den Haag, per telefoon werd echter mede
gedeeld. dat dit geen nut zou hebben, daar
van de voorwaarden niet wordt afgeweken
en dat bij een niet houden aan deze voor
waarden de subsidie wordt verspeeld
Het Rijk wil volle werkweken, zoodat dus
wanneer om de andere week wordt gewerkt
zoowel door georganiseerden als niet-geor-
ganiseerden de eerste categorie aanmerkelijk
wordt bevoordeeld door de uitkeering die ze
krijgt.
De heer Straathof: Waarom kan er nog
niet met het leggen van den kabel worden
begonnen?
De voorzitter: Dit wacht op goedkeuring
van Ged. Staten.
De heer van de Reep vond het eigenaar
dig ,dat in de Rijksregeling georganiseerden
en ongeorganiseerden op een gelijk stand
punt worden gesteld.
De voorzitter: Hieraan is niets te verande
ren. De subsidie van het Rijk is nog niet be
kend. Ik meen echter dat we het een maand
moeten probeeren.
De heer de Waard: We mogen zeker de
subsidie niet weigeren.
De voorzitter: Misschien kan er met Jan
aan het electra worden begonnen, dan gelden
de loonen als door den Raad vastgesteld,
dan zijn we vrij, omdat voor productief werk
toch geen subsidie wordt verstrekt.
Besloten werd de subsidie te aanvaarden
tot Jan. 1932.
In den vorigen raad werd besloten
toeslag te geven op de uitkeering. Nu
nam echter de voorzitter, dat den Hoe?
der ge-
besloten
Armbe-
een
ver
in een
hoogere klasse staat dan Egmondbinnen, de
gehuwden krijgen in den Hoef f 10 20, on-
gehuwden 9, in Egmondbinnen 1 8.40 en
7.20.
De heer van de Reep lichtte toe, dat men
in een hoogere klasse komt, wanneer de
leden een hoogere contributie betalen.
Van den Raad van Ilpendam is een ver
zoek om adhaesie ingekomen aan zijn adres
aan Prov. Staten tot uitbreiding Waterlei
ding naar niet-rendabele gedeelten
meente.
Op voorstel van B. en W. werd
aan dit adres adhaesie te betuigen.
De begrooting van het Burgerl.
stuur werd vastgesteld als opgemaakt met
een subsidie van de gemeente ad 1500.
Gasbegrooting idem, in de prijzen is geen
wijziging gekomen. Dit met het oog op mo
gelijke uitbreiding naar Egmondbinnen. De
winst werd geraamd op 300. Electr. idem,
geen winst werd geraamd, in verband met
de a s. netverbetering. Wel bestaan er plan
nen een nieuw tarief vast te stellen, daar in
dit tarief vooral bij vestiging van een nieuwe
bewoner moeilijkheden zitten. De heer Hoff
man verklaarde zich reeds bereid een plan
te maken.
De gemeentebegrooting onderging geen
groote wijzigingen bij vorige jaren. Een sub
sidie ad 25 zal verleend worden aan het
Witte Kruis te Egmond aan Zee; geen sub
sidie aan de Rijwielpadvereen.geen subsidie
aan de Malariabestrijding; 15 aan de r.-k.
militaire vereeniging.
B. en W. stelden voor een verordening te
maken op het ophalen van vuilnis, waarin
wordt bepaald dat men een abonnement kan
sluiten voor 2 per jaar. Het is eerst niet
recht duidelijk of de ophaler nu alleen dit
geld zal krijgen of dat dit een tegemoetko
ming is in de gemeentekosten. Het blijkt
echter de bedoeling dat wanneer de regeling
ingeburgerd is de ophaler de aansluitkosten
ontvangt. Thans kost het de gemeente pl.m.
500, waar niets tegenover staat.
De heer van de Reep vroeg of het niet
beter is, dat de eigenaar van het perceel dit
abonnement sluit. Dit bleek echter de bedoe
ling ook te zijn.
De heer Straathof meende, dat men moei
lijkheden kan krijgen, omdat sommigen mis
schien niet zullen willen aansluiten.
De voorzitter antwoordde dat er geen vuil-
nishokken zullen zijn, zooals vroeger.
Besloten wer de verordening aldus vast te
stellen.
Vervolgens stelden B. en W. voor de op
centen (50) op de vermogensbelasting niet
op te voeren, zooals de voorzitter zich oor
spronkelijk had gedacht, maar de opcenten
op de personeele belasting, die waren van 50
tot 100 voor alles te brengen op 75, omdat
aan de 100 toch niet wordt toegekomen,
daar hier geen woningen zijn met zulk een
hooge huurwaarde. De 7de klas blijft echter
gehandhaafd.
De heer Bras: Dus de verhooging is juist
voor degenen, die het minst betalen.
De voorzitter: Dit is niet zooveel, omdat
de 7de klasse blijft.
De heer Bras: Toch drukt het weer op den
kleinen man, het kon beter van den groote
af.
De heer van de Reep: Dus als hij slechts
5 verwoont wordt hij gelijk gesteld met
een kapitaalkrachtige.
De voorzitter: Deze laatsten betalen ech
ter veel meer, doordat de hoofdsom hooger
is.
De heer Bras: Toch is het scheef, Juist
den kleinen man, waar we nu eigenlijk den
heelen avond over praten en dien we over den
eenen kant ten goede willen komen, nemen
we het over den anderen kant weer af, als
we verhooging van opcenten op de vermo
gensbelasting van de baan schuiven, dan
'oopen die dus vrij van verhooging.
De voorzitter: Ten plattelande bestaat het
vermogen vrijwel geheel uit grondbezit, en
betalen zij dus reeds veel aan hoogheemraad
en polderlasten en belasting op ongebouwd,
wat hier vrij hoog is, dan treffen we die
menschen dus nog meer.
De heer Bras: Ik zou me toch wel in hun
toestand willen verplaatsen.
De voorzitter: De verhooging moet 1000
opbrengen, als we dit heffen, van hen, die er
goed bij zitten, zouden die misschien de ge
meente verlaten.
De heer Bras: Zouden ze dan op een an
dere plaats vrij zijn?
De heer de Waard: We hebben reeds een
voorbeeld, dat er een paar zijn vertrokken
De heer van de Reep: Moeten ze dan al
tijd ontzien worden, omdat we bang zijn dat
ze zullen vertrekken, waar moet het geld dan
vandaan komen?
De heer de Waard: We krijgen niet eens
1000 door verhoogde opcenten op de ver
mogensbelasting.
De heer Straathof: Het vorig jaar hebben
we ook toegegeven door de ambtenaren 814
pensioenstorting te schenken Dit kostte
de gemeente ook een groote som, zij die later
pensioen krijgen, konden dit ook wel zelf be
talen.
De heer Bras: Daar ging het niet om, het
ging om de billijkheid, de hooge ambtenaren
waren reeds vrij en die konden het toch zeker
nog beter betaald hebben.
De heer Straathof: Tegen de hooge amb
tenaren konden wij niets doen
Hierna volgde stemming: óf 50 opcenten
op de vermogensbelasting óf 75 op de perso
neele belasting.
Vóór opcenten op de vermogensbelasting
waren de heeren Bras en van de Reep, zoo
dat de 75 opcenten op de pers. belast, met 5
tegen 2 stemmen werden aangenomen
Vervolgens werd het rapport aangeboden
inzake gasuitbreiding naar Egmondbinnen.
Hiervoor zal de raad eens bijeenkomen in
comité, terwijl den ontwerper zal gevraagd
worden een toelichting te geven.
Besloten werd voor 1932 zoonoodig weer
een bankovereenkomst aan te gaan met de
Bank voor Ned. gemeenten.
In de rondvraag vroeg de heer van de
Reep of de werkloozen van Egmondbinnen
weer in Egmondbinnen kunnen stempelen.
De voorzitter dacht dat hiertegen geen be
zwaar zou zijn en zal den Gem. Ontvanger
vragen of bij hem aan huis wederom kan ge
stempeld worden.
De heer Straathof vroeg of er nu al iets
tegen de gladheid van den weg zal worden
gedaan.
De voorzitter antwoordde, dat de Maat
schappij dit in het aanstaand voorjaar in
orde zal brengen.
De heer van de Reep meende, dat op soin
mige plaatsen de boomen ook veel kwaad
deden, o.a. bij J. Liefting in Egmondbinnen.
De voorzitter zou het jammer vinden nog
meer boomen op te ruimen.
Hierna sluiting. De raad ging in comité.
DE NEDERLANDSCHE BOND
VAN LEERAREN EN LEERARESSEN BIJ
HET NIJVERHEIDS-ONDERWIJS.
Openbare vergadering van de afdee-
lingen Alkmaar, Den Helder en
Hoorn.
Zaterdagavond werd in café Central door
de afdeelingen Alkmaar, Den Helder en
icorn van de Nederlandsche Bond van
Leeraren en Leeraresen bij het Nijverheids
onderwijs een openbare vergadering gehou
den.
De voorzitter der afdeeling Alkmaar, de
heer Kohnert, opende de vergadering en heet
te de aanwezigen, waaronder het raadslid
Vcnniker en eenige bestuursleden van vak
verenigingen, hartelijk welkom. Het aantal
opgekomenen vi i .-pr. niet mee, maar toch
hoopte hij, dat deze bijeenkomst resultaat
mocht hebben. Dit was niet de eerste verga
dering die werd gehouden, er waren al meer
dere vergaderingen aan voorafgegaan, die
stonden echter in 't teeken van de opbouw,
deze stond in 't teeken van de afbraak.
De tijden zijn slecht, er moet bezuinigd
worden, maar de al meer voortwoekerende
bezuiniging strekt ook haar vingers uit naar
waarop niet bezuinigd mag worden, en hier
onder valt het nijverheidsonderwijs. Men
raakt er zoo langzamerhand aan gewoon
van uit Den Haag „gemassregelt" te wor
den, maar sommige dingen toch kunnen, vol
gens spr., niet door de vingers worden ge
zien. Bezuiniging op dit gebied, beteekent een
onherstelbaar verlies vcor de tóekomst. De
eugd van heden zijn de mannen van de toe-
tomst en wat aan den jongens te kort gedaan
wordt, zal aan den mannen ontbreken. Wat
ook op het gebied van het nijverheidsonder
wijs bezuinigd wordt, het is altijd te veel.
Want op 't gebied van het nijverheidsonder
wijs zijn we nog lang niet waar we moeten
wezen, laat staan, dat hier bezuinigd moet
worden. En misschien is de kortwiekerij nog
in 't begin, maar waar zal den het eind zijn.
Spr. introduceerde hierna als volgend spre
ker den heer Suzenaar.
De heer Suzenaar herinnerde er aan, dat
deze vergadering werd gehouden om de
maatregelen, die door de regeering aangaan
de het nijverheidsonderwijs worden genomen,
te bespreken. Op dienzelfden tijd werden
over het heele land nog zeven vergaderingen
gehouden door den Ned. Bond van Leeraren
en Leeraressen bij het Nijv. Onderwijs, alle
landelende over hetzelfde onderwerp.
Men is met groote zorg vervuld, omdat de
regeering bezig is dit onderwijs in banden
te snoeren, want dit beteekent een onherstel
baar verlies voor dezen tak van volksont
wikkeling.
Dat dit voor hen, die dit onderwijs een
greote belangstelling toedragen, een geduch
te teleurstellig was, behoefde volgens spr.
geen nader betoog. Daarom had men nu ge
meend over het geheele land openbare ver
gaderingen te moeten beleggen. Spr. zeide.
dat juist in de laatste decennia het nijver
heidsonderwijs zoo was vocuit gegaan, dit
had aanleiding gegeven tot dankbaarheid
voor degenen, die er nu nog de vruchten van
plukken en tot trots voor hen, die meehiel
pen aan den opbouw Spr. herinnerde zich
een woord van dr. Kuiper: een goed ontwik
kelde handwerkstand zal heel ons volk ten
goede komen. Hiervoor zorgen de vakscho
len en de huishoud-industriescholen.
In 1921, onder de minister van onderwijs
De Groot, werd de wet op het nijverheidson
derwijs aangenomen Een oogenblik zou men
toen meenen, dat niets den vooruitgang meer
in den weg zou komen. Na zeven jaar echter
begon men al met de afbraak. De bouw van
nieuwe nijverheidsscholen werd stopgezet,
hierm€*be2°n een tijdperk van bevriezing.
In 1922 werden door minister Wassink
dnejarige ambachtsscholen in tweejarigen
veianderd. Z E. meende, dat dit zoo wel toe
kon, maar vergistte zich danig, zooals dat
bij overheidspersonen veel meer voorkomt.
In 1927 werd dan ook de commissie Touw
geformeerd, om op dit gebied onderzoek te
doen. De heer Touw werd echter weldra ver
vangen en de inspecteur der commissie be
dankte om niet na te gane redenen 't Zou
echter te ver voeren het verslag van deze
comm. geheel te bespreken. Niet alleen aan
de ftnanciee'.e vraag maar ook aan de inrich
ting van 't onderwijs werd de aandacht be
steed.
Dit bezuinigingsrapport weed door den
minister dankbaar aanvaard.
The pen with the twenty.
five-years-point
de
nieuwe in-
Hofstede, zich
De manier echter, waarop
specteur-generaal, de heer G.
van zijn taak kweet, deed verwachten"' dat
het nijverheidsonderwijs zich nu in veilige
handen bevond. Doch er waren nog andere
machten, die hem dreigden en voor het nij
verheidsonderwijs noodlottig bleken. Een
feit is, dat, wil men het nijverheidsonderwijs
bekorten, het arbeiderskind de dupe moet
worden van den maatschappelijken toestand
Verder had spr. het over de toelating op'
de middelbaar technische scholen; hiervoor
kwamen in aanmerking twee categoriën van
leerlingen: ten eersten de theoretici, zij die
zich op de H.B.S. bekwaamd hadden in wis-
en natuurkunde, ten tweede de practici zij
die het Mulo B-examen in den zak hebben!
Sommige scholen laten deze tweede catego!
rie zonder examen toe, andere met examen
Deze tweede categorie moet zich dus verder
bekwamen, want aansluiting is er bij deze
scholen niet. Hoe moet men die nu verkrij
gen, door privaatlessen? Dit brengt natuur
lijk veel te groote kosten mee. Eigenlijk is
het, zegt spr., onbillijk, dat alleen de theore
tici de voorkeur hebben. Zoo kwam men er
toe voorbereidende technische cursussen op
te richten. Tusschen deze cursussen onder
ling bestonden belangrijke verschillen, ook
waren ze niet gelijkwaardig. Zoo werd de
commissie-Westerveld benoemd om deze cur
sussen aan een onderzoek te onderwerpen.
Men kwam tot het besluit, dat ze te duur
waren en te ondoelmatig. Sommige leerlin
gen ervan gaan niet na afloop naar de tech
nische school, maar gaan er alleen heen om
hun wiskundige kennis wat op te frisschen.
Een binnenkort, 12 December, verschijnend
rapport zal ter inzage liggen voor de leden
van den bond. 13 April 1.1. werd een ministe-
rieele circulaire rondgezonden: een eenjarige
cursus met 10 lessen algebra, rekenkunde en
Nederlandsche taal zou voldoende zijn. Dit
schrijven gaf aanleiding tot correspondentie.
De minister was echter niet te overtuigen,
want in Juli is een tweede brief verschenen;
hierin stond, dat een cursusduur van eea
jaar voldcende was, terwijl het aantal lesswt
in bovengenoemde vakken werd gereduceerd
van 9 op 5. Er was hier sprake van een 25
pCt. vermindering vergeleken bij die van
April. Hierna trad later nog weer een verso
bering in. Er werd een uniform schoolgeld
geheven van 30.
Dit alles veroorzaakte natuurlijk groote te
leurstelling, want hier kon niet meer worden
gesproken van een reorganisatie, maar van
een afbraak. Spr. kon deze takiielc alleen ver
gelijken met marktliedenpolitiek.
Wat wilde de regeering? De scholen slui
ten voor de practici en alleen de theoretici
toelaten? Dan zullen er heel velen niet heen
kunnen gaan. Of wil de regeering haar hand
terugtrekken en de taak aan de industrie
cursussen overlaten?
Alle instellingen kunen zich handhaven, de
meesten echter duikelen terug.
Men meent dus, dat, als men deze cursus
sen beperkt, we'dra de overtolligheid zal blij
ken, want ze kosten schatten gelds. Van de
vooropleiding aan de HBS wordt echter
niet gesproken, al wordt voor leerlingen, die
een of andere inrichting van middelbaar on
derwijs bezoeken door de gemeente soms wel
1200 of 1300 per peerling 's jaars be
taald Dat mag wel. Spr. vertelde hierovet
nog verschillende staaltjes
In een ministeriee'.e circulaire werd ver
volgens alle medewerking geweigerd. Spr.
meende, dat de regeerin^ dan de consequen
ties ook maar moest dragen, want het hoofd
bestuur van den bond had ernstig gewezen
op de onderwijsbelangen, en van art. 26 moe
ten de kinderen alles hebben.
Er worden ingrijpende maatregelen geno
men, in de millioenennota komt een algemee-
ne salarisverlaging voor, alle heele en sente
rijksambtenaren deelen hierin. In het slot
van de circulaire staat, dat men op deze ma
nier de lasten, die drukken op 's lands schat
kist moet verminderen. Als echter ook het
nijverheidsonderwijs hiervoor dienen moet,
zal men volgens spr. niet goed uitkomen.
Ihfl
Mh
291. En ja hoor, Marinus blijkt er alles van af
te weten. Hij vertelt Pietje eerst hoe de
Oesters eigenlijk op de menschenwereld kwa
men en daarbij worden Pietjes oogen als thee
schoteltjes zoo groot van verbazing. Maar als
hij hoort dat die goede beste Oesters nooit
weerom zullen komen, schieten zijn oogen vol
tranen.
a(k<*
292. Ze leven nu weer onder zee, to0ilS<ttfOt
Oesters altijd doen, vertelt Marinus. En d
antwoordt Pietje Puk: „O, maar denk I*
en ik, ze
zouden kunnen gaan °^t0^c{j*id
u»cljlt
nie'
oeke»!
dat wij, mijn zus en ik, ze dan niet ee0'üeB?
enkel keer zouden kunnen gaan
W:j hebben heelemaal niet behoorlijk
van elkaar genomen en daar kan ik
niet van slapen"*