WAT KIKKER KAREL EN TUIMELTJE BELEEFDEN. Financieel overzicht. De Fondsenmarkt onder den invloed van internationale ge beurtenissen. De Duitsche re geering grijpt in de vrije ontwik keling van het bedrijfsleven in. De gedwongen renteverlaging niet van toepassing op Duitsche in het buitenland geplaatste fond sen Verbetering van den Mar lt enkoerr. Groote verliezen op het Pondenbezit der Bank van Frankrijk. Tekort op de Ame- rikaansche begrooting. - Yer^- re koersdaling op de obligatie- markt. In de afgeloopen week is weer duidelijk gebleken, hoe zeer de fondsenmarkt beïnvloed wordt door gebeurtenissen van buiten at, al hebben deze. oppervlakkig bezien, heel weinig uitstaande met den toestand van bepaalde bedrijfstakken of van afzonderlijke onder nemingen. welker aandeelen ter beurze ver handeld worden. Oogens'.hijnlijk bestaat er b v. geenerlei verband tusschen de positie van de Java-suikerondernemingen en wette lijke voorschriften inzake een verlaging van loonen en rentevoet in Duitschland, de on derhandelingen over een verlenging van de buitenlandsche credieten op korten termijn aan het Duitsche bedrijfsleven, de verliezen, die de Bank van Frankrijk op haar Ponden- bezit lijdt, en de Boodschap van den Ameri- kaanschen President aan het Congres. En toch zijn dit alle tezamen factoren, die het koersverloop der fondsenmarkt bepalen en die derhalve ook directer invloed uitoefenen op een fonds als Handelsvereeniging „Am sterdam". Al mogen de bovenbedoelde punten dan ook met de positie van de Maatschappij als zoodanig niets hebben uit te staan, toch moet men, wanneer men op de kwesties nader ingaat wel tot het inzicht komen, dat zij alie tezamen een complex van factoren omvatten, die voor de verdere ontwikkeling van het eco nomisch leven en de financieele verhoudingen in de geheele wereld van het allergrootste belang zijn. Tegelijkertijd beteekent dit, dat geen enkele onderneming, op welk gebied van het bedrijfsleven zij zich ook moge be wegen, zich aan den invloed hiervan zal kun nen onttrekken. In werkelijkheid bestaat er dus voor de beurs alle aanleiding, om de ge beurtenissen op politiek-economisch gebied, ook al gaan deze buiten haar directe be langensfeer uit, met alle aandacht te volgen, teneinde er de conclusies ten aanzien van de algemeene lijn der economische ontwikkeling uit te trekken, die weder in het koersverloop tot uitdrukking worden gebracht. De grootste beteekenis, die van dit oog punt uit bezien, aan de jongste, van nooger- hand gedane mededeelingen en voorgenomen maatregelen in verschillende landen moet worden gehecht, is wel daarin gelegen, dat de moeilijke toestand, waarin deze landen zijn komen te verkeeren, er zoo duidelijk in tot uiting komt. In de eerste plaats geldt dit natuurlijk voor de nieuwe Duitsche noodver ordening De drastische maatregelen, waar toe de Duitsche regeering thans meent te moeten overgaan, grijpen diep in de vrije ontwikkeling van het bedrijfsleven in; wat erger is, zij belemmeren diegenen dié van plan waren, aangegane verplichtingen ge trouwelijk na te komen, in de uitvoering dezer plannen. Natuurlijk zit hierbij een goede bedoeling voor. Door de gedwongen verlaging van prijzen, loonen en rente-tarieven wil men het onrendabel geworden bedrijfsleven weder op een zoodanige basis stellen, dat het daarin belegde kapitaal weder een normale winst zal oftleveren, waardoor de werkloosheid zal kunnen worden tegengegaan en het concur- rentie-vermogen van de Duitsche industrie op de wereldmarkt zal toenemen, wat ook aan Duitschlands positie als debiteurenstaat ten goede zou komen. Het ingrijpen van de regeering op de wijze, waarom dit thans in Duitschland geschiedt, opent echter een bron van gevaren. Aan het bedrijfsleven wordt de zekerheid ontnomen, waaraan het in de eerste plaats behoefte heeft. Hoe weet men dat, wanneer de tegenwoordige actie niet dat resultaat mocht hebben, dat men er thans van verwacht, niet nóg verder gaande revo- lutionnaire maatregelen zullen worden ge nomen, waardoor een verdere stap zal wor den gedaan op den weg naar de „Zwang- wirtschaft?" in de nieuwe noodverordening wordt ge decreteerd, dat de rente op alle leeningen, hypotheken, pandbrieven, obligaties enz. zal worden verlaagd tot 6 voor zoover de rente thans niet hooger is dan 8 Wanneer de tegenwoordige rente hooger is dan 8 zal zij met een vierde, boven de 12 zelfs met de helft worden verlaagd. Het onrecht vaardige van dezen maatregel tegenover de genen, die het geld verstrekt hebben springt duidelijk in het oog. Dat in bepaalde geval len een veel hoogere rente wordt berekend dan in andere, is natuurlijk geen bloot toeval Een deel van de hooge rente is dan ie be schouwen als een soort risico-premie tegen de kwade kansen, die het bedoelde object biedt. Thans worden alle vorderingen vrijwel over één kam geschoren; de risico-premie wordt gewelddadig uitgeschakeld, en de geldgever wordt hiervan de dupe. Maar dan en dit is voor de toekomstige kapkaalvoor- ziening van het Ehiitsche bedrijfsleven fali- kant, zal ook de geneigdheid, óm nieuwe •gelden te verstrekken, automatisch verminde ren. vooral ook omdat men geenerlei zeker heid heeft, of niet de regeering op een kwaden dag een verdere verlaging van den tentevoet zal decreteeren. De gedwongen renteverlaging zal niet van toepassing zijn op Duitsche fondsen, welke in het buitenland zijn geplaatst. Eigen lijk had het overbodig moeten zijn, dat de Rijkskanselier dit in zijn radio-rede uitdruk kelijk vaststelde. Immers kan de regeering, zonder de rechten der buitenlanders aan te tasten, deze niet zonder meer voorschrijven, dat zij met een lagere rente genoegen hebben te nemen De eigen burgers kunnen hierto» worden gedwongen: buitenlanders niet. Af te wachten blijft echter, of de Duitsche re geering niet toch binnenkort zal trachten, om door overleg met de houders van Dunscne staatsfondsen en andere vaste rente dragende waarden tot een overeenkomstige régeling als voor het binnenland te komen. Wanneer dit de zekerheid zou geven van een stipte nakoming van den leeningsdienst, dan zou er wellicht, gedachtig aan het oude spreekwoord, dat een half ei beter is dan een kege dop, geneigdheid bestaan, om op voor stellen in deze richting in te gaan. Het hachelijke in de tegenwoordige situatie van Ehiitschland is echter ook het politieke ele ment van onzekerheid, waardoor elke over eenkomst op losse schroeven zou kunnen wor den geplaatst. Men heeft ter dege rekening te houden met de mogelijkheid, dat de poli tieke tegenstellingen door de nieuwe nood verordeningen nog verder zullen worden verscherpt. Toch was het koersverloop van Duitsche obligatiën op de Amsterdamsche beurs na de publicatie der noodverordening niet ongun stig, waarbij echter gewezen moet worden op de scherpe voorafgegane daling, waardoor de meeste dezer fondsen zijn aangeland op een niveau, waarin al heel veel kwade kansen, tot de mogelijkheid van tijdelijke stopzetting der rentebetalingen toe, verdis conteerd zijn. De Markenkoers, die in de eerste helft der week scherp was gedaald, heeft zich aan merkelijk kunnen herstellen, aangezien juist uit de bepalingen der nieuwe noodverorde ning duidelijk blijkt, dat er de Duitsche re geering alles aan gelegen is, om de waarde vastheid van het geld te handhaven. Het ware ongetwijfeld voor de regeering gemak kelijker geweest, om evenals Engeland door opheffing van den gouden standaard even eens een drastische verlaging van loon- en prijzenpeil te verkrijgen. Gedachtig aan de tijdens de vorige periode van valuta-verval opgedane ervaringen streeft de Duitsche re geering er echter ernstig naar, het land zulk een nieuwen chaos te besparen. I>it is een belangrijke actiefpost in de jongste ontwik keling, die tegen heel wat ongunstigs op weegt. Overigens zal voor den verderen gang van zaken in Duitschland ook heel veel afhangen van het resultaat der thans begonnen bespre kingen over de verdere verlenging der bui tenlandsche credieten op korten termijn. De buitenlandsche bankiers zijn onderling tot overeenstemming gekomen ten aanzien van het hierbij in te nemen standpunt. Of zij zich noodgedwongen bereid zullen verklaren, de gelden gedurende een geruime, zich wellicht over eenige jaren uitstrekkende periode, in Duitschland te laten, is nog niet bekend. Een andere oplossing schijnt echter nauwelijks mogelijk, nu de terugbetaling in den eerst- komenden tijd wel uitgesloten is te achten en van een overneming van een belangrijk deel der credieten door Frankrijk wel niets zal komen, mede in verband met het feit, dat men in Frankrijk zelf eveneens met toenemende moeilijkheden te kampen krijgt. De Fransche schatkist, die zich in den laatsten tijd reeds tot groote uitgaven ge noopt had gezien, voortspruitende uit het verleenen van steun .aan inmoeiiijkheden ver- keerende banken, indhstriëele en scheepvaart ondernemingen, moet thans ook opkomen voor de verliezen, welke voor de Bank van Frankrijk voortvloeien uit haar bezit aan Ponden. Zij was hiertoe wel moreel verplicht. Het blijkt thans, dat de leiding der Bank her haaldelijk nog vóór de opheffing van den gouden standaard in Engeland tot ver koop van een deel van haar Ponden had willen overgaan, maar dat zij dit had nage laten op verzoek van de Fransche schatkist, die het de bevriende Engelsche Mogendheid niet nog moeilijker wilde maken, door nog een verderen druk op den Pondenkoers uit te oefenen. Het resultaat van deze tegemoetkomende houding is echter, dat de Bank van Frankrijk met een verlies op haar Pondenbezit is ko men te zitten van ca. 254 milliard francs, d.i. dus rond 250 millioen gulden De Fransche schatkist heeft thans een regeling met de Bank getroffen, die daarop neerkomt, dat zij aan de Bank voor het bedrag van het verlies obligatiën verstrekt, die in den loop der jaren zullen worden afgelost uit het aandeel van den Staat in de winst van de Bank. Dit lijkt een. ook voor den Staat, bevredigende oplos sing. Zij brengt echter met zich, dat de Staat het bedrag, dat zij anders elk jaar uit de winst van de bank ontving, gedurende een reeks van jaren moet derven Ffet hier door ontstane gat moet dan wel op andere wijze worden gedekt, waarbij in het oog moet worden gehouden, dat de Fransche be grooting slechts met groote moeite in even wicht was gebracht. Evenals het „rijke Frankrijk" kent ook thans Amerika zijn begrootingszorgen. Naar de President in zijn „Boodschap" mededeel de, zal het volgende dienstjaar met een tekort van bijna 454 milliard dollar moeten sluiten, en zij inmiddels tot een verhooging der belastingen en een drastische verlaging der uitgaven wordt overgegaan. Reeds zijn belastingverhoogirvgen tot een gezamenlijk bedrag van 921 millioen dollar per jaar in het vooruitzicht gesteld. Tegelijkertijd worden vooi-stellen gedaan tot oprichting van een reusachtig nieuw fi- nanciëel lichaam, dat leeningen aan het '•?- drijfsleven zou moeten verstrekken, terwijl ook op andere wijze door uitbreiding van de credietverleening in de nooden van het bouw bedrijf, den landbouw enz. zou moeten worden voorzien. Op welke wijze men de hiervoor benoodigde gelden vlottend denkt te kunnen maken, hierop wordt niet nader ingegaan. En toch is juist dit de kern van de zaak. Ook bij andere, in de Boodschap van President Hoever in het vooruitzicht gestel de maatregelen gaat het meerendeel om kwesties van niet zeer ingrijpenden aard voor het economisch leven, die naar de meening van de New-Yorksche beurs niet opwegen tegen de komende verdere verzwaring van belastingdruk. De stemming te New-York is dan ook flauw gebl-ven, hetgeen ook zijn invioed op de Amsterdamsche beurs heeft doen gevoelen. Opmerkelijk was vooral weer de flauwe houding voor alle, in dollars luidende obli gatiën, onverschillig om leeningen van welk land het hierbij ging. Ned. Indische. Belgi sche, Engelsche, Scandinavische, Amerikaan- sche e.a. dollarstukken zijn opnieuw scherp in koers teruggeloopen, in verhouding meer dan de fondsen der desbetreffende landen, die in andere munt luiden. Aangezien de dollarkoers op zich zelf goed prijshoudend is, kan deze koersdaling slechts haar oorzaak vinden in dringend aanbod van Amerikaansche zijde. Of het hierbij gaat om noodgedwongen opruiming van fondsen door zwakke houders, dan wel of het aanbod een uiting is van nieuw algemeen wantrou wen, kan moeilijk worden nagegaan. E>e koersdaling op de obligatie-markt heeft zich overigens niet tot de dollarstukken be perkt. Ook verschillende andere fondsen moesten weer een veer laten. Het schrappen der noteeringen van Nederlandsche staats fondsen op ééi. dag, toen zij plotseling zoo scherp waren gedaald, heeft niet kunnen be letten, dat de koersen dezer fondsen, toen de noteering weer werd toegelaten, toch gesta dig zijn teruggeloopen, zoodat zij zelfs aan geland zijn beneden de noteeringen, die de vorige week waren geschrapt. Gemeente-obligatiën, pandbrieven e.d. zijn eveneens verder in koers teruggegaan. Nu is deze koersdaling van vaste rente dragende fondsen, die zich niet alken op de Amster damsche beurs, maar ook op alle buitenland sche fondsen voordoet, ongetwijfeld voor een belangrijk deel toe té schrijven aan de overal waar te nemen stijging van den rente voet. In zooverre heeft zij dus met de soli diteit van de betreffende geldnemers niets uitstaande. Er zijn echter ook vele gevallen, waarin het wantrouwen tegen den geldnemer op duidelijke wijze in de koersen der leenin gen tot uiting komt. De aandeelenmarkt is door de flauwe stemming voor obligatiën medegesleept. De koersverschillen beperkten zich echter mee- rendtels tot enkele percenten, waartoe ook het feit bijdroeg, dat voor vrijwel geen enkel fonds zich invloeden van bijzonderen aard deden gevoelen. Aandeelen unilever hebben slechts tijdelijk een uitzondering op de al gemeene loome tendenz gevormd. Zij stegen een punt of acht op het bericht, dat de eisch van de Noorsche traanleveranciers tot ver goeding van een in dé millioenen loopend bedrag na een langdurig, voor het gerechts hof te Londen gevoerd proces, is afgewezen Voor de Unilever is dit natuurlijk een „nega tieve winst", en de koers der aandeelen heeft dan ook niet lang van den goeden indruk, dien het bericht maakte, kunnen profiteeren. Koninklijke Petroleum zijn na een aanvanke lijk licht herstel eveneens weer teruggeloo pen. Rubberaandeelen profiteerden ter nauwernood van nieuwe plannen tot regeling der rubberproductie, die zich nog in een beginstadium bevinden en waaromtrent groote geheimzinnigheid wordt betracht. Het koersverloop blijkt uit het hieronder volgende staatje: 6 Nederland 100 7/16—99 3/4. 4)4 Nederland 97 1/8—96. 4)4 Nedenand 911/8—89 1/4. 6 Ned. Indië 869<16—81. 5)4 Ned. Indië '23-8? 1/4—78. 7 België '5592 3/4—88 3/4. 4)4 Amsterdam 83 1/2—78 1/4. 4 Amsterdam 77 1/273. 454 Rotterdam 81—76. 4 Rotterdam 75—66 1/2. Amsterdamsche Bank 106 7/8103 7/8. Rottend. Droogdok Mij. 127119. Ver. Blikfabr. 101—95. Aku 384137 1/2—40. Ned. Ford 185—193—182. Philips Gloeilampen 84 1/2—89 1/279 1/2 81 1/2. Unilever 82—101 1/2-90-92 1/4 Koninklijke Petroleum 1141/4—119 3/4 1131/2. Amsterdam Rubbei 46—3942. Stoomv. Mij. „Nederland" 75 1/268 Handelsver. „Amsterdam" 166174168 1/2 Deli Mij. 160—155—156 1/2. £cuid:en.JuUt&ouut TUINBOUWVEREENIGING „TUIN- BOUWBELANG" TE NOORD- SCHARWOUDE. Woensdagavond zeven uur vergaderde de Tuinbouwvereeniging „Tiunbouwbelang" ten huize van den heer J. de Bakker. Een vrij groot aantal leden was aanwezig. De voorzitter, de heer G. Barten, zeide, dat deze vergadering is belegd tengevolge van de bijzondere omstandigheden. Als ik, zeide spr., het afgeloopen half jaar eens na ga, en eens denk aan de gehouden vergade ringen en ingezonden stukken in de couran ten, moet ik toch zeggen, dat ik jullie met meer ken. Er zijn leiaers, die worden geleid Neem nu b.v. onze organisatie. Hoe wordt die wel afgekamd. Er worden door andere organisaties vergaderingen gehouden, die er geheel tegenover staan. Door de Prov. Com missie zijn in de vergadering van dezen zomer eenige besluiten genomen. Drie weken later wordt er weer dcór een tuinbouwver eeniging een vergadering gehouden, waarbij het werk van de Prov. commissie geheel te niet wordt gedaan. En wel zonder eenig protest. Het is een treurige toestand. Maar er zijn nog wel eenige lichtpunten, b.v. de uien. Als men gebrek heeft, geeft men er toch wel meer geld voor. Het is nog w;el niet zoo met de kool, maar het kan toch nog komen. Ook de slaboonen zijn toch voor veel geld verkocht. Men is niet revolutionnair, doch men wordt gedreven naar een plaats, waar men niet wil wezen. Met moet de moed niet uit de men- schen vandaan halen, maar er in pompen. Zoo maakt men trage handen en slappe knieën. We moeten al het mogelijk doen om er uit te komen. Het zal toch niet zoo zijn, dat degene die zijn familie op klompen be zoekt en die het pier luxe auto doet, allebei zullen verrdinken. Laten we den toestand onder de oogen zien en voorzichtig zijn en te werk gaan, zoodat we ons kunnen verant woorden. Spr. hoopte, dat deze vergadering in het teeken van eensgezindheid zou staan Voorstellen voor de Algemeene Ver gadering van den N.M.B. De heer IJ. Kaan had gelezen, dat de Vier bond bezig was een fonds in het leven te rcepen, waarmee de minimumprijs van 60 cent zou worden gehandhaafd. Spr. zou wil len voorstellen om het percentage, dat be schikbaar wordt gesteld, voor reclame in dit fonds te storten. De handhaving der mini mumprijzen zal de grootste reclame zijn, waar we nog wat aan zullen hebben. De heer J. Kliffen zeide, dat een voorstel is gedaan door de Noordermarktbond aan de algemeene vergadering van de Prov. com missie. Dit luidt als volgt: Het bestuur van den Noordermarktbond stelt aan de alge meene vergadering voor, om het daarheen te leiden, dat er een uitbetaling kan plaats vin den van de eenmaal vastgestelde minimum prijzen der aangevoerde producten. Zij meent dit doel te kunnen bereiken, dooi het vormen van een fonds hiervoor, waaruit de geldelijke aangelegenheid, hiervoor be- noodigd, zouden kunnen worden bestreden, welke voor de tuinders een waarborg zal be- teekenen, dat ze voor hun aangevoerde pro ducten eenige uitbetaling zullen ontvangen Toelichting. Het zal de veilingbesturen tijdens de loo- pende campagne gebleken zijn, dat sommige producten bij herhaling gepresenteerd wer den, zonder dat er een kooper voor de vast gestelde minimumprijzen gevonden kon wor den, waardoor de aanvoerders troosteloos ge dwongen waren deze producten te vernieti gen of, een aanleiding vonden om dezelve tegen een lageren prijs onderhandsch van de had te doen, deels omdat men er niet toe over kon gaan hun mooie producten over boord te gooien en anderdeels om er toch nog iets voor te ontvangen, dat op eenige tegemoet koming leek. Hoewel men deze laatste han deling niet goed kan keuren, waren ze in vele gevallen wel verklaarbaar. Om de leemte, welke hierin schuilt te ondervangen, meent het bestuur van den Noordermarkt bond een middel te zien in het vormen van een fonds, waaruit men geheel of ten deele de minimumprijs zou kunnen uitbetalen en aan handelingen, in strijd met de genomen besluiten een einde zou maken, terwijl tevens een ieder meer bevredigd zou zijn. Het be stuur van den Noordermarktbond meent, dat dit fonds voor een deel door de tuinders zelf moet worden bijeen gebracht door een kleine verhooging van het marktgeld, zij vleit zich verder met de hoop dat er, met deze ernstige poging der tuinders, een zelfde bijdrage van Overheidswege, als steun aan den geheelen tuinbouw, in het bedoelde fonds zal worden gestort, waardoor een uitvoering mogelijk zou worden. Elke veiling zou dan naar eigen inzicht en middelen in dit fonds kunnen bijdragen en maar evenredigheid hierop aanspraak kunnen maken. Hierdoor zal voor elke veiling een eenvou dige adminstratie bijgehouden dienen te wov den, welke zij gaarne aan onze Provinciale Organisatie zou willes opdragen, welke tevens pogingen in het werk kan stellen om namens den Noordhollandschen tuinbouw hiervoor een gelijke bijdrage te bepleiten bij Rijk en (of) Provincie. Al zal dit te vormen fonds voor het loo- pende seizoen niet, of niet voldoende van kracht kunnen zijn, zoo zal dit ons in de naaste toekomst een goed wanen in de hand geven voor eventueele strubbelingen in onze bedrijven. De heer IJ. Kaan vond de reclame met de platen: Eet meer groente, enz. wel goed. De reclame op de tentoonstellingen hadden even wel zijn sympathie niet. De heer J. Ootjers was het niet met den heer Kaan eens. De reclame oo de tentoon stellingen is wel degelijk van beteekenis Voor de reclame zijn we hier in Noord-Hol land in gunstige omstandigheden. Als een zeker bedrag door de tuinders wordt bijeen gebracht voor dit doel, woro: er door de Pro vincie een even groot bedrag bijgelegd, tot een maximum van 10.000. Dat moeten we in het Provinciaal Bestuur waardeeren. Ais wee dit reclamefonds voor de minimumprij zen gebruiken, zullen we zeer zeker de at van Op Provincie er hii in srhiptP„ «teun van de Provincie er bij in schieten De heer J. Kliffen merkte op, dat de h** Kaan geen voordeel zag in de tentoonstel' lingen. VYn wel. Spr. wees op het succes tentoonstelling te Zunch, waar men v steld stond van de producten, die wij hi nog hadden om dien tijd van het jaar n was een enorme reclame. Ook wees spr 0n j tentoonstelling te Frankfurt, waar de rJire bij de Hollandsche stand moest staan om h menschen tot doorloopen aan te manen t de Duitsche vakbladen is erg oo het tentoon1 stellingsbestuur gescholden. Het was e*n schandaal, dat de Hollanders op deze ten toonstelling mochten komen, enz. Is dat niet de beste reclame voor ons goed? Toen heb. ben we gezin, welk een sterk wapen we in a. hand hadden. y "1 De heer Kaan zeide, dat als hij niet g*. steund werd, zijn voorstel wel zou vervallen De heer Kliffen zeide, dat als we een fond* willen vormen, de tuinders eerst zelf betalen moeten. Als men alles in handen van het Rijk of van de Provincie moet geven, komt er niets van. Er zal zooveel worden bijgedragen ais de tuinders zelf bijeenbrengen. De heer J. Ootjers gaf den heer Kaan in overweging zijn voorstel in te trekken. De Provincie zou paf staan als het reclamefonds vcor dit doel zou worden gebruikt. Het voorstel van den heer Kaan werd ni<* gesteund, dus verviel het. De heer G. Bakker Oz. was van meening dat men veel te kalm was. Men moet de tan den wat meer laten zien. We moeten de rege* ring voorstellen uit de Noordermarktbond- vergadering de invoerrechten uit het buiten land te herzien. Kijk eens naar Engeland Eerst was dit toch ook het land van den vrijen handel. Maar ineens is het als e°n blad andersom gekeerd. Ook houdt men daar rekening met de verschillende vereenigitigen. Dat doet men hier niet. Spr. had laatst \ij Duitschland met eenige vooraanstaande per sonen gespreken, die zeiden, dat de boer «i de invoerrechten uit Holland nog lang niet hoog genoeg vonden, maar het bleek wel, dat de regeering daar niet verder durfde te gaan, Ook met het oog op de spoorwegverlaging gaf spr. den raad meer oppositie te voeren tegenover de regeering. In het voorstel van „De Eendracht" van Oudkarspel zit wel iets. Ook als de aanvoer niet geregeld wordt, koml er geen spaan van terecht. Het kan niet zoo doorgaan. De Maandag moet er wel degelijk als veilingdag bij. Op de vergadering van den N.M.B. moet worden voorgesteld, dat er verbetering in moet worden gebracht. De heer IJ. Kaan was van meening, dat de garandeering van de minimumprijzen door de regeering wel zou vallen. Als geen steun wordt verleend, zal er van de aanvoerrege- ling ook niets komen. Als er meer steun wordt gegeven, komt dit, als de campagne is afge loopen. We moeten ons uitspreken voor een aanvoerregeling, steun of geen steun. De heer J. Ootjers was het met den heer Bakker eens, wat betrof de actieve handels politiek van de regeering. Hierdoor zou de exportmogelijkheid van tuinbouwproducten worden bevorderd. Het moet echter geen protertie worden tegenover Duitschland. Een z.g. onderhandelingstarief. Vroeger was spr voor vrijhandel, doch nu niet meer. Andere ti.den, andere zeden. Spr. had ook al derge lijke klanken gehoerd van eenige Kamer leden. Spr. was voor plaatsing van dit punt op de agenda. De heer J. Kliffen wees er op, dat er po gingen in het werk worden gesteld, andere organisaties naast de onze op te richten Donderdagmiddag zal een vergadering wor den gehouden in „Concordia" alhier, uit gaande van den zcogenaamden Neutralen Bond van Boeren en Tuinders. Schaar je niet onder andere vlag, want dat zal bedrogen uitkomen. Al die organisaties geven maar tweedracht. De heer A. Barten was van meening, dat men wel tot het voeren van actieve handels politiek zal moeten overgaan. De heer J. Kliffen zeide, dat de heer Co'ijn van meening was, dat men niet hoo ger zou kunnen gaan dan tot 10 Dit zal het wel weien, hoe ver men kan gaan. De heer C. Keeman Tz. zeide, dat het er voor de tuinbouwproducten nog niet zoo heel erg slecht voor stond naar zijn meening. Het zal straks gaan om de betaling. Het beta lingsverkeer is niet in orde. Ze zullen onze groenten wel willen koopen, maar ze kun nen ze niet beta'en. We moeten nu zekerheid hebben, dat we op betaling kunnen rekenen, want als de exporteurs hun geld niet krijgen, ontvangen de tuinders vanzelf ook niets. Spr weet echter, dat dit in behandeling is A's de tuinbouw eens op dit aanbeeld hamer- de De heer H. Reek merkte op, dat door ot regeering een bedrag van 700.000 gulden beschikbaar is gesteld voor instandhouding der bestaande bedrijven. Dergelijke steun is beter dan minimumprijzen. Degenen die in de Polder kool hebben gecontracteerd, hebben veel minder risico dan de bonafide bouwers en als er minimumprijzen worden gegaran deerd, zullen die er ook van krijgen. De heer G. Pakker zeide, dat men goed be slagen ten ijs kwam. „De Eendrachtstela« ook een aanvoerregeling voor. Die polder- 3. „Mijn naam is Tuimeltje zei de kabouter, „ik wil wel met jou mee. Zeg eens, waar is jullie kikkerland?" En naar den oever van het water springend, antwoord de kikker Karei: „Daar onder op den bodem van het water, daar ligt een klein paleis en daar leven wij ge lukkig en tevreden. Als je zin hebt, hou me dan maar vast, dan zwemmen wij naar beneden". 4 „Top", zei Tuimeltje, en hij greep naar het touw dat de kikker in zijn bek hield. Ton esprong de kik- vorsch in het water en Tuimeltje achter zich aan trek kend gingen ze de diepte in. „Oh, ik ben zoo bang gilde Tuimeltje. Maar kikker Karei deed of hij niets hoorde en zwom met groote forsche slagen naar be* kikkerland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1931 | | pagina 6