WAT KIKKER KAREL EN TUIMELT JE BELEEFDEN
£xwd: en Juin&ouux
een nieuwe industrie gevestigd, n.1. het ma
ken van vischmeel en het drogen van garna
len
Verwacht mag worden, dat in 1932 de
Zuiderzee afgesloten zal zijn. Dit geeft Den
Helder de kans zich als visschershaven met
zijn nevenbedrijven verder te ontwikkelen.
Een krachtige medewerking der overheid zal
daarvoor echter niet gemist kunnen worden.
Middenstand.
De resultaten zijn weinig bemoedigend. In
het algemeen zijn de vakken, die weinig
voorraden behoeven, er het allerbeste aan
toe, hoewel echter ook daarin de ongunst
der tijden zich afteekent door mindere ont
vangsten.
Als groot bezwaar blijft de winkelier de
onmogelijkheid gevoelen om tot vermindering
der algemeene onkosten te geraken, daar de
uitgaven voor gas, electra, waterverbruik,
salarissen, vrachten en vooral ook de belas
tingen en reclame, geen centime daalden,
zoodat bij een gelijkblijvenden stukomzet de
verkoopprijs niet voldoende aan den inkoop
prijs kan aansluiten.
Algemeen is men van gevoelen, dat rijk,
provincie en gemeente nog te veel leven in de
sfeer der boomperiode, terwijl hetzelfde van
de monopolistische particuliere bedrijven
dient te worden gezegd.
Het Bouwbedrijf.
Ook het bouwbedrijf ontkomt niet aan de
nadeelen van de buitengewoon moeilijke tij
den, zij het dan ook dat dit als beschut bedrijf
niet in de voorste rij wordt aangetroffen.
Alhoewel in het vorige jaar nog van een
betrekkelijk gunstigen toestand gesproken
kon worden, komt thans ook hierin een ken
tering. Waar de ervaring heeft geleerd, dat
genoemd bedrijf later dan andere de gevol
gen van maatschappelijken teruggang onder
vindt, kan vrij zeker worden aangenomen,
dat voor het bouwbedrijf het ergste nog moet
komen.
Kenmerkend zijn de aannemingscijfers, die,
vergeleken met het voorafgaande jaar, een
teruggang van ruim 17 pCt., of ruim 34
millioen gulden, doen zien.
Een ongekend scherpe concurrentie heeft
zich in den loop van dit jaar op zeer ongun
stige wijze doen kennen en de bedrijfsmoge-
lijkheden ernstig aangetast.
Het prijspeil van vele bouwmaterialen be
weegt zich ongeveer op het niveau van vóór
den oorlog.
De werkloosheidscijfers, hoewel boven de
normale verhouding uitgaande met ongeveer
30 pCt., geven geen aanleiding tot pessimis
me.
De huidige toestand in het bouwbedrijf in
Hollands Noorderkwartier kan, dank zij het
blijvend initiatief van eigenbouwers en het
vrij groote aantal in uitvoering zijnde wer
ken, als tamelijk gunstig worden beschouwd.
De Zuiderzeewerken,
waaraan in September 4904 arbeiders werk
zaam waren, tegen 5136 in 1930 werden met
kracht voortgezet.
In het afgeloopen jaar werd in den Wie-
ringermeerpolder een oppervlakte van 11400
H A. ontgonnen.
Het geheele jaar door vonden er ruim 2000
arbeiders regelmatig werk.
Het gemiddeld verdiende uurloon varieer
de van ongeveer 50 tot 59 cent.
Handel en industrie vonden in den nieu
wen polder een ruim afzetgebied.
Met voldoening kan worden geconstateerd,
dat ook de binnen het gebied der Kamer ge
vestigde industrieele- en handelszaken een
belangrijk aandeel in de leveringen aan den
Wieringermeerpolder hebben gehad.
In het eerste kerndorp bij Sluis I kwamen
reeds 20 woningen geheel gereed, terwijl ter
plaatse nog ruim 80 woningen in aanbouw
zijn. In het dorp bij Sluis III zijn ruim 100
woningen in aanbouw.
Bereids werden 20 groote landbouwschu-
ren gesticht en gedeeltelijk in gebruik geno
men, terwijl met den bouw van 33 schuren
deze maand wordt aangevangen.
Daarenboven verrijzen bij de landbouw-
schuren arbeiderswoningen, waarvan er
reeds 100 zijn aanbesteed.
Begin 1932 zal met de uitgifte van bouw-
perceelen in erfpacht voor neringdoenden en
klein-industrieelen worden aangevangen.
Westfriesche kanalen
Het jaar 1931 was voor de Westfriesche
Kanaalvereeniging in hoofdzaak een jaar
van afwachten, hoe de door de regeering en
de Staten dezer provincie goedgekeurde plan
nen zouden worden ten uitvoer gebracht. Uit
den aard der zaak vordert de voorbereiding
van die werken geruimen tijd.
In de pers duiken zoo nu en dan berichten
op van personen die de kanalisatie met het
oog op het toenemend autoverkeer meenen te
moeten ontraden. Inderdaad zal het auto
verkeer in de naaste toekomst groote afme
tingen aannemen, doch daarnaast zal voor
het massale vervoer de vaarweg in ons land
steeds noodig blijven. Het verkeer door het
Groot Noordhollandsch Kanaal liep zelfs bij
de huidige malaise en sterk verbeterde land
wegen ook geenszins achteruit, doch vooruit
en het respectabele aantal van bijna 57.000
schepen, dat in 1930 de vlotbrug te Alkmaar
passeerde, wijst ook allerminst op een afna
me der binnenscheepvaart in ons district
Uic het voorafgaande blijkt wel, zoo ging
spr. voort, dat het jaar 1931 voor het be
drijfsleven verre van rooskleurig is geweest
Ook in ander opzicht heeft dit jaar zijn droe
ve sporen achtergelaten. De Kamer verloor
n.1. twee leden door den dood, de heeren D
H. Grunwald en B. G. G. König. Zij hebben
zich naar beste krachten gegeven voor den
arbeid, die op hun schouders werd gelegd.
\an de in het District der Kamer overle
denen noemde spr. nog de burgemeesters
der gemeenten De Rijp en Nieuwe Niedorp,
de heeren P. A. Romijn en A. Visser, met wie
de Kamer steeds prettig mocht samenwer
ken.
Medewerking der gemeenten
Het verheugde spr., dat de besturen der
gemeenten er geleidelijk meer toe overgaan
betreffende economische vraagstukken advies
bij de Kamer in te winnen. Toch blijven er
nog altijd vele waaronder groote gemeen
ten zelfs die blijkbaar nog niet. althans
op al te bescheiden wijze, gebruik maken van
art. 12 van de wet op de Kamers van Koop
handel.
Volgden alle gemeentebesturen het lof
waardig voorbeeld van de gemeente Alk
maar, die vrijwel steeds advies inwint, dan
zou de arbeid der Kamer ongetwijfeld nog
doeltreffender kunnen zijn.
Inlichtingendienst.
Opmerkelijk is het. dat. nu vele bedrijven
door de tijdsomstandigheden de bakens moe
ten verzetten, ontzettend veel aanvragen om
handelsinlichtingen de Kamer bereiken. Bij
na zonder uitzondering heeft de Kamer al
deze aanvragers kosteloos van advies kun
nen dienen.
Ook het Handelsregister bleef een vraag
baak voor velen, zoodat het totaal aantal
ter inzage verstrekte dossiers sedert de wet
telijke instelling van dit register bijna 37.000
bedraagt.
Voor den arbeid, dien de commissies weder
geheel belangloos hebben willen verrichten,
is de Kamer zeer erkentelijk. Vooral voor de
Verkeerscommissie en de Handelscommissie
is nog een groote taak weggelegd. Nog zeer
veel is er te verbeteren aan de wegen in
Noordhollands Noorderkwartier. Spr. wees
hierbij op de verbindingen in de omgeving
van Schagen, Groot-Schermer, Graft en De
Rijp. Het vraagstuk van de bruggen over het
Groot Noordhollandsch Kanaal is een schre
de nader tot zijn oplossing geraakt door de
gevallen beslissing tot het maken van een
nieuwe brug te Stolpen en het herstellen van
de vlotbrug te 't Zand. De verbindingen met
den nieuwen Wieringermeerpolder zullen
vooral ook aandacht vragen
De cursus voor de opleiding van winkel
personeel die op initiatief der Kamer is op
gericht, telt circa 100 leerlingen. Jammer is
het, dat de gemeente Alkmaar in hare laat
ste raadsvergadering besloot daaraan zulk
een gering subsidie te verleenen, dat het
voortbestaan er van min of meer bedreigd
wordt.
Een woord van dank richtte spr. tot den
secretaris, die met zijn staf welke door het
uit bezuinigingsoverwegingen niet vervuld
worden van de vacature, ontstaan door het
vertrek van mej. v. Willigen, aanmerkelijk is
ingekrompen de werkzaamheden op zeer
lofwaardige wijze het hoofd wist te bie
den.
Tenslotte wenschte spr. de leden in zaken
en huiselijken kring een nieuw jaar van
voorspoed, vrede en geluk toe.
Aan het slot zijner rede las de heer Arntz
nog een uitvoerige lijst voor van de handels
belemmeringen. welke in den loop van 1931
door de verschillende staten der geheele we
reld werden uitgevaardigd. Een zeer belang
rijke lijst, welker samenstelling ongetwijfeld
een tijdroovend werk is geweest, dat door
den handel wel op de juiste waarde zal wor
den geschat.
PROEVEN TER BESTRIJDING
VAN RATTEN MET ZELIOPASTA
IN 1931.
(Vervolg).
Proeven ter bestrijding van het
„knoppen" of knolvoet in de
kool, genomen door de Com
missie van Correspondenten
van den Plantenziektenkundi-
gendienst „Kring Langendijk".
Op verschillende plaatsen werden
proeven genomen ter bestrijding van
knolvoet.
Naar aanleding van een artikeltje in
het „Tijdschrift over Plantenziekten",
waarin uitkwam, dat men in het buiten
land met betrekkelijk geringe hoeveel
heden versch geblu hte kalk ze. goede
resultaten had, werd besloten, ook deze
proeven door de commissie te doen
plaats vinden. Naast ongebluschte kalk
werd nog gebruik gemaakt van kalk
stikstof, die daarvoor gratis was ter be
schikking gesteld en verder nog een
proef genomen met de reeds veel be
proefde ontsmettingsmiddelen van de
N. V. „Defa" nl. Uspulun.
Wel was reeds besloten, geen gebruik
meer te maken van dit middel, als zijn
de onbruikbaar (voor dit doel), maar op
verzoek van den importeur, heeft de
heer Hazeloop nogmaals een proef er
mede genomen.
In Sint-Pancras, Obdam en Koedijk
ging men als volgt tewerk:
1 snees kreeg 125 K G versch ge-
bluschte kalk.
1 snees kreeg 25 K G. kalkstikstof.
1 snees bleef onbehandeld.
Verschillen ten opzichte van knolvoet
konden niet,worden vastgesteld. Overal
op den akker kwamen zeer geringe ver
schijnselen van knolvoet voor. Tengevol
ge van het niet voldoende optreden der
ziekte konden dus geen cijfers worden
gemaakt. Dit verschijnsel doet zich bij
h.t nemen van proeven zeer veel voor.
Ten opzichte van den groei kon men
opmerken, dat het met kalkstikstof be
handelde deel veelal beter stond dan het
met kalk behandelde en het onbehandel
de. Soms was men van meening, dat de
kalkgift remmend werkte op den groei.
T'alk. tikstof gaf in het algemeen betere
opbrengsten. In een geval (bij vroeg
gele) was, de kool op het met kalkstik
stof behandelde eerder oogstbaar.
Proef tegen knolvoet bij den heer
Dignum te Noordscharwoude. De opper
vlakte bedroeg een kleine bunder. Op de
plaats zelf is 4000 K G. ongebluschte kalk
geblu.icht, terstond uitgestrooid en goed
met eggen ingewerkt. Ongeveer 10 dagen
later zijn 12000 planten (zuurkoolwitte)
uitgeplant. Op twee plaatsen van het
terein is een gedeelte onbehandeld ge
bleven. Elk ter grootte van een kleine
snees.
De algemeene ndruk is, dat hier de
versch gebluschte kalk goed geholpen
heeft. Niet dat alle planten vrij bleven
van knop, daarvoor was de verdeeling
van de kalk in den grond onvoldoende.
Maar toch brachten 5/6 deel der planten
het tot een redelijk product Bij het
snijden zijn honderde planten over het
geheele veld opgetrokken waarbij bleek,
dat vele vrij waren van knobbels. Andere
hadden slechts kleine gezwellen. Langs
de greppels kwam aet meeste knpp voor
Op de onbehandelde gedeelten is geen
enkele plant vrij gebleven. 5/6 deel leed
in heel erge mate aan knolvoet en kool
is van deze deelen niet gesneden.
Het grondmonster dat van tevoren ge
nomen was bevatte absolut geen kool
zure kalk.
Proef tegen knolvoet bij den heer P.
Bekker te Noordscharwoude.
De te gebruiken planten waren geteeld
op een gezonde plantenbaan en den 9en
Juni '31, uitgeplant op de volgende
wijze:
A 7 regels werden ongeveer 1 week
voor het planten op den grond bespoten
tnet een oplossing van een „pasta" die
zwavelkoolstof bevatte. Hier werd dus
de grond bespoten.
B. 5 regels kregen 1/4 L. 1/4 Uspu-
lunoplossing in het plantgat. Verder
werden deze planten op de gewone
wijze geplant.
C. 5 regels. Het onderste deel der
stengels en de wortels der planten w er
den voor het planten gedoopt in een
mengsel van 1/3 klei, 1/3 koemest en 1/3
Uspulur,oplossing, 1/4 Daarna ge
woon geplant.
D. 5 regels. De planten worden na het
planten begoten met 1/4 L. Uspulunop-
lossing 1/4
E. 5 regels. De planten werden voor
het planten gedoopt als in C. en 14 dagen
daarna gegoten als bij D
F. 5 regels. Onbehandeld.
Deze proef is tweemaal herhaald.
Hoe vreemd het ook klinken moge,
toch kan met zekerheid worden medege
deeld, dat reeds 14 dagen na het uit-
planten verschillen waren op te merken.
Het met pasta bespoten deel stak zeer
gunstig af bij het overige deel van den
akker en die voorsprong heeft het be
houden tot het najaar toe.
De gedeelten, waar een begieting was
toegepast hadden aanvankelijk een heele
toer en ware,- achter bij de onbehandel
de en gedoopte. Vooral waar gegoten
was voor het planten kwam dit sterk
tot uiting. M. i. verdient het geen aan
beveling deze methode opnieuw toe te
passen.
Gedurende den zomer zijn de perceelen
geregeld geinspecteerd geworden. Knol-
voetverschijnselen deden zich niet voor.
Na het snijden der kool zijn de struiken
uitgetrokken en gecontroleerd, waarbij
op te merken viel, dat het pastagedeel
te rij was van knolvoet. De overige per
ceelen vertoonden verschijnselen van de
ziekte echter zeer onbeduidend. Wij
zouden niet durven beweren, dat het
onbehandelde deel sterker was aange
tast. De cijfers waren als volgt:
No. 1. 7 regels, behandeld mét pasta.
Opbrengst 300 K.G.
No. 2. 5 regels, 1/4 L. Uspulun voor
het platen, 145 K.G.
No. 3. 5 regels, gedoopt in Uspulun
en klei en mest, 155 K.G.
No. 4. 5 regels, 1/4 L. Uspulun na het
planten, 150 K.G.
No. 5. 5 regels, gedoopt als in 3.14 da
gen later 1/4 Uspulun, 140 K.G.
No. 6. 5 regels. Onbehandeld.
No. 7. 5 regels, 1/4 Uspulun voor het
planten, 150 KG.
No. 8. 5 regels, gedoopt in Uspulun,
klei en mest, 130 K.G.
No. 9. 5 regels, 1/4 L. Uspulun na het
planten, 158 K.G.
No. 10. 5 regels, gedoopt als 3.14 dagen
later 1/4 L. Uspulun, 205 K.G.
No. 11. 5 regels, onbehandeld.
De volgende proef, waarvan we het
schema laten volgen is genomen op den
proeftuin „Kennemerland" en stond on
der toezicht van den heer Hazeloop.
Behandeling Aantal Aantal Percen-
plan- knol- tage
ten voeten knolvoet
Usplun in de plant-
gaten 120 11 9.1
Gedoopt in Uspulun 180 35 19.4
Gedoopt en begoten 180 28 14.4
Begoten direct na
na het planten 180 30 16.6
Onbehandeld 130 55 30
Voor het doopen der wortels in Usplun
werd gebruikt een soort brei, bestaande
uit 1/3 deel koemest, 1/3 deel klei en 1/3
deel Uspulun-oplossing van 1/4 procent.
Voor het begieten werd alleen een
scheutje van deze oplossing toegediend
na het planten.
Als de platen gedoopt werden en bego
ten had de begieting plaats omstreeks
veertien dagen na het planten.
Uspulun in de plantgaten beteekent,
dat de oplossing van 1/4 procent Uspulun
in de plantgleuf werd gegoten voor dat
de plant werd gepoot.
Zooals men ziet, heeft men hier weer
zeer goede resultaten door het gebruik
van Uspulun. Dit is echten- wel meer
voorgekomen. Zie daarvoor de verslagen
van de commissie van het jaar 1929.
Proeven van de commissie van
correspondenten van d- Plan-
tenziektenkundigen dienst
„Kring Langendijk" tegen de
draaihartigheid in de kool.
Proe.ven met bespuitingen met
zeepspi.ritu8.
Deze proeven werden genomen in ver
band met de gunstige resultaten die ir.
Spithorst gedurende een zomer met dit
zelfde middel verkregen beeft tusschen
Hoorn en Enkhuizen. Gebleken is toen,
dat in dat jaar een wekelijksche behan
deling met dit middel geschikt was, om
de draaihartigheid behoorlijk te be
strijden.
Onze proeven zijn nu, om te onderzoe
ken, of in andere jaren gelijke resultaten
zouden worden verkregen. (Ook vorige
jaren zijn deze proeven genomen, veelal
met minder gunstig resultaat).
Ook was het de bedoelint, te zien, of
dezelfde resuLaten aan den Langendijk
te krijgen waren en ook, of misschien
een 2 of 3 wekelijksche bespuiting met
hetzelfde middel nog voldoende voordee-
len zou opleveren.
De proeven werden genomen te St.
Pancras bij den heer A. Schuur, te Broek
op Langendijk bij den heer P. Glas, te
Zuidscharwoude bij den heer P. Berk
hout (onder toezicht van den heer L.
Mallekote) en te Obdam bij den heer P.
Groenland.
Volgens het proefplan zou de proef
reeds beginnen op de plantenbaan, waar
op het eind van Mei een deel met zeep-
spiritus -zou worden besproeid, een an
der gedeelte echter niet, De planten van
dit andere deel zouden ook verder onbe
handeld blijven voor controle.
Bij het uitplanten zouden a'le planten
behalve deze laatstbedoelde controle
planten, voor het uitpoten in de zeep-
spiritusoplossing bestaande uit 2 K.G.
groene zeep, en 1 Liter spiritus, worden
gedoopt. De uitplanting zou plaats heb
ben in regels dwars over de akkers en
wel 10 regels voor elk perceel. De kop-
einden zouden buiten de proef vallen,
maar toch elke week een bespuiting
krijgen, omdat die kopeinden dikwijls
sterk door de kwaal worden aangetast.
Vervolgens zou het eerste perceel on
behandeld blijven, het tweed1 elke week,
het derde elke twee weken en het 4e
elke drie weken worden bespoten. Deze
behandeling zou in gelijke volgorde zoo
dikwijls worden herhaeld, als de lengte
va. den akker zou toelaten. Kortheid-
halve zullen we alleen de behaalde re
sultaten opgeven, anders lou ons ver
slag te lang worden.
Op het perceel van den heer P. Berk
hout te Zuidscharwoude waren de eind
cijfers als volgt:
Behandeling der planten:
Onbehandeld. Totaal aantal behandel
de planten 878, aantal draaiers 120, per
centage draaiers 13.6
Elke week gesproeid. Totaal aantal
behandelde planten 643, aantal draaiers
23, percentage draaiers 3.6
Elke twee weken gesproeid, totaal
aantal behandelde planten 588, aantal
draaiers 42, percentage 7.1
Elke drie weken gesproeid, totaal aan
tal behandelde planten 543, aantal
draaiers 56, percentage draaiers 10.3
Kopeinde elke week gesproeid, totaal
aantal behandlde planten 223, aantal
draaiers 17, percentage draaiers 7.6
Hier waren de uitkomsten van de be
spuitingen dus tamelijk goed te noemen.
Ook op het volgende proefve,d, name
lijk bij den lieer Schuur te Sint-Pancras
zijn, hoewel wat onregelmatiger toch
in hoofdzaak te vergelijken bij de hier
boven gegeven cijfers. Opgemerkt moet
hierbij nog worden, dat op dit veld vele
draaihartige planten later vergroeiden
en daarom zijn ook twee tellingen uitge
voerd. Hier zal echter alleen rekening
gehouden worden met de eerste telling
Behandeling totaal aantal percen-
der planten aantal draaiers tage
planten draaiers
elke week
gesproeid 840 47 5.6
elke 2 weken
gesproeid 860 69 8
Elke 3 weken
gesproeid 860 81 9.4
Onbehandeld 840 84 10
Zooais men ziet, is ook hier weer het
voordeel van een wekelijksche bespui
ting waar te nemen. Hetzelfde kan onge
veer ook gezegd worden van het laatste,
nu volgende proefveld, waar het welis
waar een onregelmatigheid is, dat de on
behandelde perceelen tezamen een zeer
gering aantal draaiers opleverden. Het
verschil tusschen een wekelijksche, een
twee-wekelijksche en een drie-wekelijk-
sche bespuiting komt echter toch nog
naar voren.
Dit perceel was gelegen ln Opdam bij
den heer Groenland.
Behandeling totaal aantal percen-
der plantei. aantal draaiers tage
planten draaiers
Elke week
gesproeid 10ÉO 82 5
Elke 2 weken
gesproeid 1620 103 6.3
Elke 3 weken
gesproeid 1620 117 7.1
Onbehandeld 1620 100 6.1
De verslagen van deze proeven tegen
de draaihartigheid zijn zeer verkort
weergegeven, wie er meer van zou willen
weten, kan zich te allen tijde wenden
tot den secretaris of tot een van de leden
der commissie.
Ten slotte rest ons nog te vertellen,
dat evenals vorige jaren, ook nu weer
spuitproeven genomen zijn door de
Lijm- en Gelatinefabriek te Delft. Het is
wel jammer, dat deze instelling, die zich
nu eenige jaren moeite noch kosten heeft
ontzien om een goed middel tegen de
draaihartigheid te vinden, evenmin als
wij >eel veel verder is gekomen. Het
zou toch voor den tuinbouw in onze con
treien een uitkomst zijn, als een goed
middel tegen deze kwaal gevonden werd.
Vorige jaren werd door deze fabriek
gespoten met drie verschillende midde
len. Dit jaar is echter slechts met een
van die middelen gespoten De cijfers
van een paar dier proeven laten we hier
volgen.
Proefveld van den heer Biersteker te
St Pancras.
Iedere week bespoten 288 planten, 9
diaaiers, 3
Iedere 2 weken bespoten 288 planten,
4 draaiers, 2
Iedere 3 weken bespoten 288 planten,
11 draaiers, 4
Controle 288 planten, 26 draaiers, 9
Proefveld bij den heer Groen te Sint-
Pancras.
Iedere week 140 planten, 1 draaier, 1
Iedere 2 weken 140 planten, 3 draaiers,
2
Iedere 3 weken 140 planten, 6 draaiers,
4
Controle 140 planten, 14 draaiers, 10
Nu zullen we nog een proef laten vol
gen, waar eens veel draaiers voorkwa
men nl. bij den heer de Geus te Sint-
Pancras.
Iedere week 154 planten, 70 draaiers,
45
Iedere 2 weken 143 planten, 64 draaiers,
45
Iedere 3 weken 154 planten, 71 draaiers,
46
Controle 276 planten, 166 draaiers, 60
Hoewel er ook hier wel een winst is
ten voordeele van de wekelijksche be
spuiting zijn de getallen toch zeer gril
lig, in sommige gevallen is er niet veel
verschil tusschen een wekelijksche en
een driewekelijksche bespuiting. Dit kan
wel zijn oorzaak vinden in het feit, dat
Irer met een kleefstof gespoten wordt
(waarvan c^e samenstelling natuurlijk
nog geheim is).
We hopen, dat het ons nog eens geluk
ken zal een goed middel tegen de draai
hartigheid te vinden. De proeven in deze
richting worden "door onze commissie
voortgezet.
De Secretaris,
Sint-Pancras. VAN HERWIJNEN.
PROTESTVERGADERING VAN
L ANDPACHTERS.
Te Groningen is gister in de Harmonie een
groote crisis- en protestvergadering gehou
den van den Bond van Lanapachters.
Als sprekers traden op de heeren F. E. H.
Ebels, lid der Tweede Kamer, te Nieuw
Beerta, W. van der Sluis, lid der Tweede
Kamer te Goor en H. S. van Houten, alge
meen secretaris van den Bond van Land-
pachters.
r WARMENHUIZEN.
Overzicht „C. V. V." van 28 Dec.
1931 t. m. 2 Jan. 1932.
Evena's de vorige week kenmerkt deze
week zich ook door een geringen aanvoer
van producten. De kort na Kerstmis ingetre
den winter bracht meer leven in de brouwe
rij. Dat men hier thans weder treurt over het
heengaan van koning winter, behoeft geen
betoog.
Roode kool. Ontegenzeggelijk heeft
het winterweer op de prijzen van de roode
kool gewerkt. In de vorige week werd voor
eerste kwaliteit ten hoogste 2.70 betaald.
In deze week liepen de prijzen voor de eer
ste kwaliteit (kleine soort) op tot 3.60 per
100 Kg. De groote roode kool eerste kwali-
teit ging van de hand voor 1.60 tot
1.80 per 100 Kg. Ook de prijzen van de
tweede kwaliteit ondergingen eene verhoo
ging van eenige beteekenis. De minimum
prijs van 0.60 ging men steeds te boven.
De groote roode kool (doorschot) is in deze
week verkocht voor 0.80 tot'1.30 en de
kleine roode kool (doorschot) voor 1.80 to*
39. Samen gingen ze naar huis. Toen kikker Karei
en Tuimeltje in het paleis kwamen, moesten de kik
kers verschrikkelijk lachen. Wat zag Tuimeltje er nu
toch leelijk uit, vonden ze allemaal. „Dat geeft niets"
antwoordde Tuimel, „want morgen vroeg zullen jullie
me met meer uitlachen." De kikkers begrepen niets
van dat geheimzinnig antwoord, en plaagden hem net
zoo lang, tot ze naar bed moesten.
40. Gelukkig was den volgenden dag de baard van
tuimeltje weer heel lang, want die groeien bij de ka
boutertjes in een nacht weer heelemaal bij. Ze zouden
samen gaan wandelen, doch toen kikker Karei en
tuimelt je in de straten kwamen, zagen ze een heele-
boel spinnen, torretjes, kevertjes en kikkers hard
rennen. Er was brand in de stacL