JUcfdszoAm
£and= en Juin&ouw
Wekelijksch Overzicht
t 2*
P
3
Haagsche brieven.
.jr Amsterdamsche Beurze genoteerde fondsen, verstrekt door
Noordhollandsch Landbouwcrediet N.V,
fc%
aSfc
ties, wier namen nog thans zóó fascineeren,
de Amsterdammers gepakt hebben. Iets, dat
van weinig andere tentoonstelling daarna
nog gezegd kon worden.
Vol verwachting klopt ons hart
VAN SIEGEN.
VOOR DEN KANTONRECHTER TE
ALKMAAR.
TERNAUWERNOOD AAN VERPLET
TERING ONTKOMEN.
De 36-jarige vrachtrijder Jan M. uit Ber
gen, die zich met zijn vrachtauto op 15 Oct.
op den onbewaakten tramoverweg aan den
Kanaaldijk bevond op het moment dat een
localatrein in aantocht was, ontkwam nog
juist bijtijds aan een dreigende vermorseling
door vol gas te geven, zoodat het ongeval
met eenige materieele schade aan den auto
Sfliep. Door den machinist echter werd tegen
Jan M. proces-verbaal opgemaakt wegens
overtreding van artikel 11 van het spoorweg
reglement en nu stond hij de vorige week te
recht. Het feit meest verdachte natuurlijk toe
geven, doch hij beweerde tevens, dat het uit
zicht ter plaatse destijds werd belemmerd
door eenige goederenwagens, die na het on
geval direct verwijderd waren. Den kanton
rechter was het ook opgevallen, dat de toe
stand bij dien overweg niet altijd voldeel aan
den eischen van veiligheid en hij achtte het
hooren van den verbalisant-machinist nood
zakelijk.
Bij "de Vrijdag voortgezette -behandeling
werd de machinist Teijken gehoord, die ver
klaarde alle middelen ter waarschuwing te
hebben aangewend. In verband evenwel met
de voor verdachte ongunstige omstandighe
den werd hij tot slechts 5 boete of 5 dagen
veroordeeld.
WAS ER TE VEEL STERKE DRANK
GEBRUIKT? J 60 BOETE EN EEN
JAAR INTREKKING RIJBEWIJS
GEREQUIREERD.
In ons aanvangsnummer van ons rechts-
terslag der vorige week werd de aandacht
gevestigd op den 25-jarigen heer Piet K., 'n
gefortuneerde stamhouder van een aan de
Noordervaart gemeente Oterleek woonachtig
landbouwer, welk jongmensch in de geluk
kige omstandigheid verkeert alle levens
vermakelijkheden geregeld te kunnen
bijwonen, waarbij een soliede motor,
door hem met bekwame hand gereden, hem
een niet te versmaden assistentie verleent.
En deze benijdenswaardige jonge man nu,
na zich in den avond van Zondag 13 Dec.
aangenaam verpoosd te hebben in de com
fortabele dancing der Alkmaarsche Harmo
nie, had zich omtrent het middernachtelijk
uur op zijn onafscheidelijke motor begeven
naar Stompetoren, alwaar in het café van
den heer Komsteen- annex bal- en tooneel-
zaal, ondanks het vergevorderde uur, dank
zij de al te soepele bepalingen der landelijke
politieverordeningen, dans- en drankgenot
nog ongehinderd konden worden genoten.
Na ook in deze inrichting van vermaak eeni-
gen tijd vertoefd te hebben, wilde K. zich op
zijn motor huiswaarts begeven, doch bleek
volgens de meening van den brigadier Tals-
ma, die hem dien nacht met zijn bijzondere
opmerkzaamheid had vereerd, niet in staat
deze motor behoorlijk te besturen, zooals de
brigadier had geconstateerd uit het feit, dat
K., na op onzekere wijze te zijn weggereden,
bij het nemen van een bocht kwam te vallen
en onder zijn motor terecht kwam.
Toen K. na zelf weer opgekrabbeld te zijn,
weer wenschte weg te rijden, werd hem
zulks door den brigadier belet en op diens
lastgeving werd de motor in een bewaar
plaats opgeslagen. De brigadier, bij wien
reeds gedurende geruimen tijd ernstige be
zwaren waren gerezen tegen de motor
uitstapjes van den heer K., meende thans
termen te hebben gevonden om tegen hem
proces-verbaal op te maken ter zake overtre
ding van artikel 22 B der motor- en rijwiel-
wet.
Ter zake dezer overtreding was de heer
K. dan de vorige week als verdachte voor
den kantonrechter gedagvaard. Hij verscheen
met zijn juridischen vertrouwensman mr. C.
A. de Groot als verdediger.
Door verdachte werd ontkend in zoodani-
gen alcoholhoudenden toestand te hebben
verkeerd, dat hij onmachtig zou zijn geweest
zijn motor te besturen.
De oorzaak van zijn val moest worden
gezocht in den glibberigen toestand van den
weg, waardoor het moterrijwiel bij het ne
men van een bocht was geslipt.
Voorts werd door verdachte geïnsinueerd,
dat vermoedelijk door kwaadwilligen de
stuurpen was vastgezet, waardoor natuurlijk
het nemen van een bocht onmogelijk was ge
maakt.
Door den brigadier werd de mogelijkheid
van slippen ontkend en evenmin had verba
lisant, zelf ook motorrijder, bemerkt, dat de
stuurpen vaststond. Verdachte had na den
val, zonder zelfs zijn motor, die was blijven
doorloopen af te zetten, willen doorrijden.
De brigadier was toen tusschenbeide geko
men en had het voortrijden belet. De wijze,
waarop verdachte had gereden, was door
den brigadier door een schetskaart aangege
ven.
Een viertal getuigen a décharge waaron
der een jonge dame uit Beemster, die met
den heer K. te voren hadden geconverseerd,
beweerden geen alcoholischen invloed aan
hem te hebben bespeurd, ook niet na den val
van de motor, toen hij later met hen was
ïpgewandeld. Verdachte beweerde voorts
telt de motor in den stal te hebben gezet.
Een knecht van den ouden heer K., vader van
verdachte, de Zeeuwsch-Vlaamsche Vital de
Koek, verklaarde, gehoord te hebben, dat de
brigadier, toen deze den zoon van zijn pa
troon, de „Citaosie" (dagvaarding) beteeken-
de, had gezegd, dat hij Piet K. net zoo lang
zou zoeken, dat zijn rijbewijs werd ingetrok
ken.
De brigadier, onmiddellijk van repliek
dienende, verklaarde niet te hebben gezegd
Piet K. te zullen zoeken, maar hem wel ge
waarschuwd te hebben het noodig te*achten,
indien Piet K. doorging onder den invloed
van genoten biertjes motor te rijden, dat
h*™ zijn rijbevoegdheid werd ontnomen.
Dverigens verklaarde de brigadier nimmer
te hebben opgemerkt, dat verdachte gebruik
maakte van sterken drank en hij voorts in
normalen toestand geacht kon worden een
zeer bekwaam motorrijder te zijn.
Na het verhoor der gedagvaarde getuigen,
werd het door ambtenaar en kantonrechter
wenschelijk geacht alsnog twee door den
brigadier Talsma genoemde personen, die
het gebeurde hadden bijgewoond, de rijwiel
bewaarder Leegwater en zekeren H. Volstra,
als getuigen te dagvaarden en daarom werd
de verdere behandeling der zaak uitgesteld
tot heden.
Nu werden beiden nog gehoord en hun ge
tuigenis was niet in het voordeel van ver
dachte.
E>e ambtenaar beschouwde verdachte,
voornamelijk op grond van diens overmatig
biergebruik als een gevaarlijk rijder en vor
derde 60 boete of 60 dagen en ontzegging
rijbevoegdheid voor den tijd van 1 jaar.
Mr. C. A. de Groot leverde een uitvoerig
pleidooi, concludeerende tot vrijspraak, subs.
een straf in verhouding tot de geringheid
der overtreding. Door den kantonrechter
werd de uitspraak bepaald op 5 Febr.
DE VRIENDELIJK WUIVENDE
VERKEERSAGENT.
Een garagehouder uit Burgerbrug, de
heer J. G. N., werd in den avond van 1 Nov.
te Alkmaar tweemaal op de bon gezet, ten
eerste omdat hij de Koorstraat met zijn luxe
wagen bereed, zonder dat dit rijtuig van
twee brandende koplampen was voorzien en
secundo, om dat hij niet had gereageerd op
het door den politie-agent gegeven stopsein.
De heer N., de vorige week beleefdelijk op
de morgenaudiëntie van den kantonrechter
genoodigd, kon toen het lichtgebrek niet te
genspreken, maar wel ontkende hij opzette
lijk nagelaten te hebben zijn wagen te doen
stoppen. In de opgestoken politiehand had
hij niet gezien een ambtelijk gebaar, maar
slechts een beleefdheidsgeste. De verbalisant
ontbrak, dus kon deze definitie, waarop het
bekende Italiaansche spreekwoord: „Si non
vero, bene trovato" misschien kon wor
den toegepast, niet met redenen van weten
schap worden weersproken, zoodat tot aan
houding en verhoor van den verbalisant
werd besloten.
Gedurende de voortgezette behandeling
werd echter wel de indruk gevestigd, dat de
heer N., die bezig was een leerling-chauffeur
te instrueeren, niet opzettelijk had doen door
rijden, ten einde een bekeuring te ontduiken.
Hij kwam er dus tamelijk goedkoop af met
een boete van 4 of 4 dagen en een dito-dito
van 6 boete of 6 dagen.
DE „INGEBAKERDE" VERTEGEN-
WOORDIGER VAN DE STUDE-
BAKER.
Het moge zoo oppervlakkig beschouwd
een aangename en voordeelige taak zijn, te
mogen optreden als representant van de be
kende automobielfabriek der Studebaker, het
blijkt echter, dat ook deze roos niet van
scherpe doornen is verstoken. Althans de
heer O. J. R., die de eer heeft te Amsterdam
de „Studebaker" te vertegenwoordigen,
kwam in den kouden avond van 2 Nov. uit
Den Helder, waar ook geen orchideekastem-
peratuur heerschte, gezeten op een open
truck, dat is een chassis zonder carosserie,
met bestemming naar Amsterdam, wat lang
geen plezierritje kan worden genoemd In
een Noordhollandschen Novemberavond.
De heer R. was dus terdege ingepakt tegen
de koude, wat de scherpte van zijn gehoor
organen niet bevorderde. Hij kon dus niet
waarnemen dat op den Kennemerstraatweg
te Alkmaar een agent hem met stem en ge
baar animeerde om te stoppen, omdat een
gedoofd achterlicht belette achternummer en
letter waar te nemen. Hij zag in het duister
wel iemand staan, die een hand opstak, doch
vermeenende, dat dit misschien 'n aspirant
gratis passagier was, die de genoegens van
de open truck met hem wilde deelen, was hij
onbekommerd doorgereden. Te Heiloo werd
door hem het lichtgebrek ontdekt en verhol
pen en zijn nalatigheid met betrekking tot't
stopsein werd hem te Amsterdam door een
rechercheur ter kennisse gebracht. De vorige
week terechtstaande, bracht de heer R. al zijn
grieven naar voren en daarop werd de zaak-
tot heden uitgesteld. De thans niet versche
nen heer R. werd na verhoor van agent v. d.
Brink nogal niet soetsappig behandeld en
veroordeeld tot 5 en 20 boete of 5 en 20
dagen hechtenis.
HET ZOEKLICHT NAAR E WAAR
HEID ONTSTOKEN.
De vorige week verscheen voor den kan-
tonrechterszetel een tweetal veelebeloveride
jongelieden uit Egmond-Binnen, de 21-jarige
j. J. T. en zijn juridisch nog tot de kinder
kamer behoorden makker, de 17-jarige A. C.
Z., om zich te verantwoorden wegens een
door hen op 2 December gepleegd delict in
de duinen van den heer V. v. d. Vliet aldaar.
Zij zouden zich toen hebben schuldig ge
maakt aan het delven naar konijnen, een op
windende en veelal loonende sport, indien
zij niet door een jachtopziener ontijdig ge
stoord wordt.
Maar dergelijke primitieve jachtbeoefe-
naars zijn ver van populair bij duinbezitters
en koddebeijers en behoeven, indien zij op
heeterdaad betrapt worden, op geenerlei
consideratie te hopen, zoodat ook deze jon
gelieden er inliepen, toen zij door jachtopzie
ner Blokker werden gesnapt. Toen zij even
wel de vorige week terecht stonden, vertoon
de geen hunner eenige verschijnselen van
berouw of neiging tot het afleggen
van een rouwmoedige bekentenis, integen
deel werd door hen unaniem grauwerig te
kennen gegeven, dat er „niks van waar" was.
Het gevolg was, dat de verbalisant zou
moeten verschijnen om deze ontkentenis te
ontzenuwen. Heden werd dan deze jacht
scène voortgezet. Jachtopziener Blokker
werd gehoord en het resultaat was voor de
konijntjesgravers niet gunstig; 20 boete
of 20 dagen voor T. en 14 dagen tuchtschool
voor Z.
VAN DE NOG VERBODEN VRUCHT
GESNOEPT.
De op 1 Decemeber nog 17-jarige C. J. K.
te Bergen, die zich had bekwaamd in het
autorijden, was zoo vol brandend verlangen
om zijn verworven vaardigheid in practijk te
brengen, dat hij zijn 18en verjaardag (19
December) niet kon afwachten en het er
maar op waagde zijn kunsten te vertoonen.
De chef-veldwachter Vermeulen liep echter
ook niet te dutten en had het voorbarig
jongmensch spoedig te pakken, een activiteit
die den overtreder 16 boete kostte. Hij
kwam echter in verzet, hopende op conside
ratie, indien de heeren volledig op de hoogte
waren gebracht. Want „tout savoir est tout
pardonner", alles weten is alles vergeven en
zijn vertrouwen werd niet beschaamd, want
de straf werd heden gereduceerd tot 10
boete of 10 dagen.
RECHTS GAAT VOOR.
De heer A. S. P. E-D., een provinciaal
ambtenaar uit Beverwijk, was op 8 Decem
ber te Alkmaar op den hoek Kennemerstraat
wegNieuwlandersingel in een door hem
bestuurden auto vóór een paar rechtsrijdende
fietsers, die de Heilooërbrug wenschten op te
rijden, den Nieuwlandersingel opgereden,
zoodat 't maar weinig scheelde of deze hee
ren waren in 't gedrang geraakt. Ten einde
den bestuurder duidelijk te maken, dat het
van rechtskomende verkeer voorrang heeft,
werd aangifte gedaan. De heer D., thans te
rechtstaande, kon het feit niet spontaan toe
geven en het werd dus wenschelijk geacht,
de zaak aan te houden tot a.s. week om nog
eenige nieuwe getuigen te hooren.
NIET VERSCHENEN GETUIGEN
VOOR DEN POLITIERECHTER TER
VERANTWOORDING GEROEPEN.
Voortdurend blijven ter terechtzitting ge
dagvaarde getuigen wederrechtelijk weg,
welke absentie dikwerf een ongewenschte
stagnatie in de behandeling der strafzaken
veroorzaakt. Het strafwetboek geeft echter
wel twee artikelen aan om dergelijke nala-
tigen te straffen en zoo stonden heden suc
cessievelijk een viertal personen terzake
overtreding van artikel 444 terecht.
Artikel 192, dat een misdrijf is en waarop
alleen gevangenisstraf is gesteld, had men
maar buiten beschouwing gelaten In de eer
ste plaats dan was het een kellner, de heer
H. J. B., die had moeten verschijnen op
12 Oct. in een zaak betreffende verduiste
ring uit Bergen. Deze heer werd veroordeeld
tot 4 boete of 4 dagen.
Vervolgens verscheen een Duitsche dame,
mevr. G. W. V., geboren K., uit Haarlem,
die eveneens getuigenis had moeten afleg
gen in dezelfde strafzaak contra den kellner,
Hendr. A., ook haar werd 4 boete subs
4 dagen opgelegd.
De Amsterdamsche koopman J. K., die
had moeten verschijnen als getuige in een
strafzaak tegen een caféhouder uit Anna-
Paulowna en van geen belangstelling had
blijk gegeven, werd eveneens met 4 boete
of 4 dagen gestraft.
Eindelijk was de reiziger Corn. T. uit
Heerhugowaard opgeroepen, omdat hij op 5
October niet present was in een mishande
lingszaak tegen Piet G. Aangezien deze spij
belaar al bijzonder veel pech kon aantoonen,
werd hij met extra consideratie behandeld
en veroordeeld tot 3 boete of 3 dagen.
Als men echter maar wil onthouden dat
de kantonrechter ook zestig gulden boete op
kan leggen!
Wordt vervolgd.
(Mondelinge uitspraak 22 Januari 1932).
D. D. te Schoon, overtreding IJkwet, 3
boete of 3 dagen hechtenis.
C. E- te Alkmaar, M. R. te Noordschar-
woude, dronkenschap, de 1ste 8 boete of 8
dagen hechtenis, de 2e 3 boete of 3 dagen
hechtenis.
W. J. B. te Bergen, overtreding Wapen
wet, 6 boete of 6 dagen hechtenis.
J. M. te Bergen, J. D. te Heiloo, overtre
ding Spoorwegwet, de Ie 5 boete of 5 da
gen hechtenis, de 2e geen straf toegepast.
J. G. Sz. te Egmond aan Zee, J. J. T. en
A C. S. te Egmondbinnen, overtreding
Jachtwet, de le 20 boete of 20 dagen hech
tenis, de 2e 20 boete of 10 dagen hechtenis,
de 3e 20 boete of 2 weken tuchtschool.
L. v. V., G. M., P. B., J. C., J. H., A. C,
T W„ J. K. te Castricum, overtreding Pro
vinciaal Reglement, ieder 3 boete of 3 da
gen hechtenis.
G. W K. te Haarlem, S. Th. H. te Egmond
aan Zee, S. H. te Alkmaar, C. T. te Hugo-
waard, J. K. en H. J. B. te Amsterdam, over
treding Art. 444 W. v. Str., de le en 6e ieder
4 boete of 4 dagen hechtenis, de 2e en 3e
ieder 8 boete of 8 dagen hechtenis, de 4e
3 boete of 3 dagen hechtenis, de 5e 6
boete of 6 dagen hechtenis.
T. J. S. en J. W. te Bergen, C. J. E., A.
W., S. G. en T. J. v. B. te Alkmaar, C. C. te
Delft, overtreding Politieverordening, de le
en 2e ieder 5 boete of 5 dagen hechtenis, de
3e 3 boete of 1 week tuchtschool, de 4e, 5e
en 7e ieder 3 boete of 3 dagen hechtenis, de
6e 1 boete of 1 dag hechtenis.
J. K, te Egmond a/d Hoef, J. H. te Heiloo,
A D. te Limmen, G. G. en T. G, te Bever
wijk, M. K., C. J. K. en P. D. P. te Bergen,
5 K. te Schermerhorn, O. J. R. te Amster
dam, J. G. N. en L. v. d. O. te Zijpe, A. V.
te Ju'ianadorp, N. H. te Akersloot, C. P. E.
te Twisk, P. B. te Zuidseharwoude, C. Th
W. te Hugowaard, P. de H. en M. v. d. M.
te Broek op Langendijk, T. H. te Bennebroek,
G. F., J. B., J. J. K., K. S. en J. M. te Alk
maar, overtreding Motor- en Rijwielwet. de
le en 16e ieder 7 boete of 2 dagen hechte
nis, de 2e, 3e, 8ste, 9e, 13e, 14e, 15e, 17e,
19e, 20e. 23e en 25e, ieder 4 boete of 4 da
gen hechtenis, de 4e, 12 boete of 12 dagen
hechtenis, de 5e, 7e, 12e en 24e, ieder 10
boete of 10 dagen hechtenis en de 6e 3 boete
of 3 dagen hechtenis, de 1 Oe 5 en 20 boe
te of 5 en 20 dagen hechtenis, de 11e 4 en
6 boete of 4 en 6 dagen hechtenis, de 18e
7 boete of 7 dagen hechtenis, de 21ste 6
boete of 6 dagen hechtenis, de 22ste 5 boete
of 5 dagen hechtenis.
Schriftelijk vonnis.
G. A. te Egmond aan Zee, overtreding
Jachtwet, f 20 boete of 10 dagen hechtenis.
DE OVERVAL OP EEN POSTAUTO TE
DEN HAAG.
IVas verdachte dien avond niet
bij de Witte brug?
In verband met de rechtszaak tegen den
verdachte van den overval op een postauto
nabij de Wittebrug te 's-Gravenhage meldt
het Corr.-bureau, dat van de zijde van den
verdediger vier getuigen en één deskundige
k décharge zullen worden opgeroepen. Twee
van deze vier getuigen zullen een alibi ver
strekken omtrent verdachtes aanwezigheid op
den bedoelden avond elders dan in de om
geving van de Witte brug.
Den vorigen Zaterdag is in de kunstzalen
Kleykamp de tentoonstelling geopend van
teekeningen en schilderijen door de Koningin
vervaardigd en dit is een groote gebeurte
nis geworden in het Haagsche leven De
zeer sympathieke gedachte van de Koningin
om op deze wijze indirect haar gaven ten
dienste te stellen van een deel van het volk,
dat dringend hulp behoeft, heeft weerklank
gevonden in aller harten. Daarbij komt na
tuurlijk ook nog wel, dat zeer velen, die van
tijd tot tijd gehoord hebben over het schil
dertalent van onze vorstin, graag van de ge
legenheid gebruik maken om haar werk te
zien.
De tentoonstelling in Kleykamp is een van
de gebeurtenissen, die niemand onverschillig
voorbij gaat; ieder moet er geweest zijn,
ieder moet ze gezien hebben, ieder moet er
over mee kunnen praten.
Zoo komt het, dat het de eerste twee da
gen eenvoudig storm geloopen heeft van be
langstellenden, die zich verdrongen in en
voor de villa op den Ouden Scheveningschen
weg. De mooie zalen van dezen koninklijken
kunsthandel vormen wel een bij uitstek ge
schikt kader voor het werk der koninklijke
kunstenares en de expositie ademt een in alle
opzichten voornaam cachet.
Lange files auto's reden Zaterdag en Zon
dag af en aan en bij oogenblikken was hei
zoo vol, dat de toegang tot de zalen tijdelijk
stop gezet moest worden. Die eerste twee
dagen kwamen er reeds ver over de vierdui
zend bezoekers en nu moet eigenlijk de gan-
sche tentoonstelling haar verloop cog heb
ben. Men behoeft niet helderziend te wezen
en niet bedeeld met verborgen gaven om te
voorspellen, dat de opbrengst, die bestemd
is voor de noodlijdende kunstenaars, groot
zal zijn. Maandag was het uiteraard niet
zoo overvol. De Maandag is nu eenmaal een
stille dag, maar in de zalen waren telkens
toch zooveel kijkers, dat men voor enkele
stukken drie en vier rijen dicht stond en dat
door wie het laatste binnen kwamen, gewacht
moest worden tot er wat ruimte kwam, die
een bezichtiging, welke wat meer wilde zijn
dan een oppervlakkig langs loopen, mogelijk
maakte.
Nu moet ik er bij zeggen, dat een groot
percentage van het publiek niet was wat ik
tentoonstellingspubliek zou willen noemen
en daardoor niet geheel op de hoogte van de
regels, welke men bij het bezoeken van een
schilderijen-expositie in acht behoort te ne
men. Trouwens, dat doet men bij de vernis
sage van de groote tentoonstellingen in Pa
rijs evenmin, dat moet erkend worden.
De dames waren verreweg in de meerder
heid en telkens zag je clubjes van vier of
meer voor een gemoedelijk en waarschijnlijk
huiselijk praatje bijeen schuilen vlak voor
een schilderij of een groep teekeningen en
zoo op zeer afdoende wijze den weg versper
ren voor anderen, die graag hun rondgang
min of meer regelmatig wilden maken. Wat
dan natuurlijk niet mogelijk bleek. Het eeni
ge wat ze in zoo'n geval doen konden, was
een omtrekkende beweging maken langs de
levendig pratende dames en aan een der an
dere wanden beginnen.
Er zijn in het geheel zesentachtig teeke
ningen en schilderstukken door de Koningin
ter expositie afgestaan, die door den schilder
van Konijnenburg werden uitgezocht en ge
ordend. Sommige dragen een onderschrift
van de Koninklijke hand, met de karakteris
tieke, groote, puntige letters, die een studie
op zichzelf waard zouden zijn.
De nummers 23 tot en met 47 dragen den
verzameltitel: Studies in olieverf. Heel sug
gestieve doekjes zijn daaronder, bijvoorbeeld
een paar kijkjes op de Hoog-Soerensche hei,
een stukje bosch in herfstkleuren en een,
waaronder geschreven staat „Nederland", en
dat den indruk maakt jeugdwerk te zijn, zoo
wel door de eenvoudige, haast kinderlijke be
handeling (van het paard bijvoorbeeld) als
om het schrift en de keuze van den naam
Nederland. Een weitje met bocmen op den
achtergrond en een grazend paard te mid
den van het groen, zooals we dagelijks bui
ten kunnen zien; het heeft een wonderlijke
bekoring, ook om de wat melancholieke,
droomerige sfeer, die er over ligt.
Een groot doek, sterk van kleur en een der
meest forsche van de expositie is een Wol
kenstoet boven een Fjord in Noorwegen,
waar de mtens-blauwe lucht-m?t groote witte
wolken weerspiegelt in het water van de
fjord met haar donkere groene oevers
Het hooge Noorden heeft de Koninklijke
schilderes tot tal van doeken, grootere en
kleinere, en teekeningen geïnspireerd. Maar
ook van andere plaatsen in het buitenland
zijn allerlei herinneringen. Zoo zijn er weiden
en fjorden en bosschen, maar ook schilder
achtige straatjes, zooals dat op de teekening,
die in het bezit is van Prinses Juliana, een
straatje in een dorp van den Elzas.
Maar ook ons eigen land heeft de Koningin
blijkbaar veelvuldig getroffen en naar pen
seel of teekenpotlood doen grijpen. Daar zijn
een paar heel mooie teekeningen van de om
geving van Gortel, in een stillen zilverig-
grijzen toon, van groote voornaamheid. Daar
is een oude den, waar een dichter een sprook
je bij zou willen zingen en daar is een duin
landschap, eigendom van de Koningin-
Moeder, dat sterk tot den bezoeker spreekt.
Dat het Loo met zijn prachtige oude hoo
rnen, met zijn heerlijke doorkijkjes ook meer
dan eens op doek en papier werd gebracht,
spreekt vanzelf. De vijvers in zoiner en herfst,
de slotgracht pralende in herfsttooi, boom
groepen en kijkjes uit het park, ze zijn er in
allerlei toon en stemming. Eén daarvan zou
ik nog in het bijzonder willen noemen, de
Spreng bij Maneschijn, zoo suggestief van
stemming, zoo romantisch, zoo droomerig,
dat de brik er telkens opnieuw naar getrokken
wordt.
Wie het voorrecht heeft gehad de Koningin
te zien tijdens haar onvermoeide wandelin
gen langs het strand, door de duinen, over de
hei, in het bosch, weet dat zij de natuur lief
heeft, beseft, dat zij die heeft leeren kennen
als de groote troosteres bij alle menschelijk
leed en menschelijke zorgen. Wie het nog niet
weten mocht, komt onvermijdelijk tot deze
gevolgtrekking bij het aandachtig bezien
dezer expositie.
Met het afstaan van deze keuze uit haar
werk heeft Koningin Wilhelraina méér ge
daan dan belangstelling toonen voor de nood-
lijnende kunstenaars, ze is méér geweest dan
een gelukkige gedachte bij de overpeinzing
van de vraag hoe leniging te brengen in den
nood. Zij heeft ons iets doen zien van wat er
innerlijk in haar leeft, zij heeft ons, haar volk,
iets gegeven van zich zelf, ons een blik doen
slaan in haar gemoed en het kan niet andera
of dat moet ons nader brengen tot haar en
haar nader tot ons. Hier, op deze expositie, is
de mogelijkheid, dat wij haar meer en beter
leeren kennen dan door lange redevoeringen
en officieele gestes. Velen blijken dat begrepen
te hebben En dat is zoo heel veel waard.
W. P.
DE CRISIS IN DEN LANDBOUW.
Ontevredenheid over de organi
saties.
Te Hoofddorp is een druk bezochte ver
gadering gehouden, v. aar zes sprekers het
woord hebben gevoerd over de vraag wat de
organisaties bereikt hebben en wat nog te
doen staat.
De eerste spreker, de heer A. Fikse te
Achterveld, voorzitter van het Nat. Boeren-
crisiscomité, zei, dat de landbouwcrisis af
metingen zal aannemen van een nationale
catastrofe. De oorzaak van de crisis noemde
hij het vrijhandelstelsel. De organisaties heb
ben z.i. nog te weinig bereikt De politieke
partijen hebben niets gedaan voor verbete
ring; alleen de heer Braat heeft gevoeld, dat
den boeren onrecht is gedaan. Het is tijd ge
worden voor een massa-betooging.
Ook de heer G. H. Verheul uit Maartens
dijk veroordeelde het vrijhandelsstelsel.
De heer Rozenboom uit Harmeien be
pleitte, in een gedicht, de eenheid der boeren;
waarna de heer G. van Herwaarden uit
Utrecht uiteen zette, dat de boer niet meer
moet vechten voor zijn inkomen, maar voor
van
FONDSEN.
16 Jan. 18 Jan. 19 Jan. 20 Jan.
21 Jan.
22 Jan.
6
4H
4
6
6
5 X
5
4H
1000
1000
1000
obl Nederl. 1000
idem 1000
idem 1000
O-lnd 1000
idem i 100
idem
idem
idem
Koloniale Bank
Ned Ind Hand Bank
Ned Handel Mij Cert. v.
Alg. Kunstzijde Unie
v Berkels Patent.
Küchenm Acc.
Calvé Delft Cert.
Nedeil. Ford
Ned Kabelfabr.
Philips Gem. Bezit
Unilever
Anaconda
Beth Steel
Cities Service
Studebaker
U. S Steel
U. S Leather
Cult Mij Vorstenl.
Handelsver. A'dam
Javascbe Cult,
Algem Explor. Mij.
Boeten
Redjang Lebong
Dordtsche Petr. gew.
Koninklijke 1000
Shell Union
A'dam Rubber
Serbadjadi
Hol! Am lijn
Java China Jap. Lijn
Ned. Scbeepv. Unie
Stoomvaart Mij Nederland
Deli Batavia Tab..
Deli Maatij
Oostkust
Senembah
Soutb. Pacific
Union Pacific
Prolongatie
''Ex-dividend.
1922
17
31
22
23
21 D
17
30 II
1000
a
l°aiAo
v/
91*
86
61*
SD/u
84*
l'i
61
75*
44
27*
61
1^/w
18/*
268
t8*
112
21 f
2^/16
13*
46?
41
182*
127
73*
35
68*
113
127*
21 j
33*
68*
72*
149*
188
28
213*
38
855
2*
100*
9/*
VI*
e59/i»
6'*
81*
84*
77*
58*
60*
75
4' f
26
59
,12V16
18-1
259
8-*
106*
23*
2
12*
42*
176
125
70
33*
68*
110*
121*
3%
48*
20
63*
70
147
180
27
2C5
16*
82*
2*
HOf
9/*
»JVlS
84*
61
81*
84*
3'i
5o
61
74
41*
25*
5n*
U*
180*
252
86*
106*
231%,
6f
12*
44*
2*
41*
17/*
126*
73*
32*
119*
3*
48
19f
32*
63
69
130*
170*
25*
198*
33%
78*
100*
9'5/16
91*
841
61*
80
84*
56*
60*
74
5b
11%
181*
250
89*
10?*
2 Wis
22%
ri
14
4
2j
40
179*
125*
75
35
67
112
124*
.7%
48f
19*
4*
32*
63
71
145*
174*
26
199
34%
797ifi
2-
160*
97*
91%
83*
61*
79
84*
76
55*
59
75
42
26}
59
14
180
258
8/*
105*
23%
22*
12*
46}
40
1/9*
124*
811
34*
68
110
123*
4
33*
63*
69
147*
178*
26
27*
81}
I H
160%
9'%
91%
82*
62
58
27
Üf
178
259*
85*
104*
2'%
22%
é'/is
I
4
40
l'Ö*
124*
77
20*
122
4Vw
3?
62
m
141
'2f
190
37%
82*
1