Bij Ruwe Handen Puroi i m m e JL I WAT KIKKER KAREL EN TUIMELTJE BELEEFDEN Qxunuéüeh Pm w§ m i 'Zr#// 2 vim wm. wm '/m m. JtPiaakcuAciek R 'W'A Financieel Overzicht. Moor küeine tuinen. ons door de belangrijkste gebouwen en zalen van het gansche instituut geleidt. Hij maakt mij bijzonder opmerkazam op het gebouw, hetfelk tot laboratorium was bestemd voor prol. Ornstein, wanneer deze naar Jerusalem ware gekomen. Nu is het in gebruik tên minste tijdelijk voor den planten- en bloe- menverzamelaar, die ons tegenkomt met nieu we vondsten, maar dien ik 'uit den weg ga, omdat ik weet, dat hij ons anders den heelen dag niet loslaat. Alles wat er in Bijbel en Talmoed van bloemen en planten voorkomt, is in zijn hoofd gevaren en hier vindt hij zijn speciaal wetenschappelijk arbeidsveld. Zooals deze zco zijn er verschillende on derzoekers op andere en op nevengebieden bezig. We zien werkplaatsen en methoden. Wij zijn niet bevoegd tot oordeelen op al deze speciale gebieden maar begrijpen, dat hier met liefde wordt gewerkt. En met het gevoel, dat de wetenschap niet zonder verwachting ook uitziet naar den Scopusberg. De Bibliotheek staat afzonderlijk aan de andere zijde van den weg. Een mooi gebouw En de inrichting lijkt in allen deele geheel op de hoogte van den tijd te staan Hoe groot de boekerij reeds is, kan ik niet bij benadering zeggen. Ik heb verbluffende cijfers gehoord, maar heb ze verzuimd aan te teekenen. Zij groeit trouwens met den dag door toezendin gen uit alle wereldstreken. Alles staat brand- vrij in ijzeren stellingen op glazen vloeren Men kan er uren en dagen doorbrengen, maar ik meet ook hier volstaan met een vluchtigen rondgang. Ook met een rondgang over het terrein dezer tweeling-stichtingen met de schitterende vergezichten: over de Doode Zee tegen het Moabietische gebergte aan; noordwaarts tot waar men Mitspah vermoedt met den overal zichtbaren toren, alwaar de Arabier het graf van den ook door hem vereerden profeet Samuel Nebi Samwil zoekt; en over den Olijfberg, den Ouden Muur, de Tempelplaats met Aska en Moskee en over gansch Jerusalem. Nog een maal staan we op de historische plek, het na tuurlijke amphitheater met de tribune, waar Lord Balfour de openingsrede hield. En dan gaan we bergafwaarts en stijgen weer, optrekkende naar Jerusalem. Naar het nieuwe gebouw van het Joodsch- Nationaal Fonds (J. N. F.) K'ran Kajémeth Lejisraël (K. K. L.) in de nieuwe wijk Rechawjah. Daar is o. a. de Herzl-kamer. Struck is ge reed met zijn werk. Hier is alles samenge bracht en Struck heeft het met zijnen artisrie- ken smaak geordend, alles wat men over heeft van Herzl en zijn werkkamer: Zijn schrijf bureau; zijn stoel; de eenvoudige lessenaar, waaraan hij te Parijs tijdens het Dreyfus- proces „der Judenstaat" heeft geschreven, dit het Zionisme, de beweging en de organisatie heeft doen ontstaan; de geschenken, die hem zijn geworden, zcoals de Séfer-Torah, waar mede het Pooische Jodendom hem tegemoet is gekomen en als een koning heeft inge haald!*, en tal van grootere en kleinere dingen uit zijn dagelijksch leven, zijn werken zijn historie. Het geeft een treffend beeld en een treffenden indruk. Hier heeft ook het Gouden Boek een eigen vertrek. Het origineele, waarin de namen ver eeuwigd worden van hen, die uit waardee ring voor hun arbeid in dienst der Zionisti sche gedachte door dankbare medestanders en medewerkers en soms ook met bijdragen van anderen vereerd worden met c-en inschrij ving, waarvan zijzelf dan een oorkonde ont vangen. Het bedrag voor zulke inschrijvin gen vormt een bron van inkomsten voor het Fonds, dat dient tot aankoop van grond, welke het onvervreemdbaar nationale grond bezit van het Joodsche volk blijft. Reeds in drie banden ligt daar het Gouden Boek in zijn vitrine. Vitrine en banden en alles wat er bijbehoort kunstwerken. Alles Joodsch werk van Palestina zelf. Op de eerste bladzijde van den eersten bana ontdek ik den naam van wijlen mijnen vriend Aron Vecht, die eenigen tij<J te Haar lem woonde en dezen tijd mede tot den mooi- sten van mijn leven hielp maken. De man, die haast in alle werelddeelen woonde, en uit Australië de reis maakte naar het eerste door Herzl bijeengeroepen Congres te Bazel in 1897. Hij stierf te Antwerpen en ik heb zijn laatste rustplaats in Tel-Aviv bezocht. Gewis, we zullen niet verzuimen ook nog eens naar het Scaaré Zédek-hospitaal te gaan en afscheid te nemen van dr. Wallach Als ge indertijd ook reeds met mr. Jacob Israël de Haan in Jerusalem zijt geweest, dan weet ge ook wel een en ander van dit groote zie kenhuis, dat den naam voert van: de Poor ten der Gerechtigheid. En dan kent ge ook min of meer den even vriendelijken als onver- moeiden directeur Dr Wallach. Natuurlijk zijn we door hem door heel zijn stichting rondgeleid. Hij is trotsch op alles. Alleszins met reden. Trotsch op het medische deel; trotch ook op de keuken; trotsch ook niet weinig op de Synagoge; en trotsch ook niet weinig op de Synagoge; en trotsch ook op den grooten Hollandschen stal, met bijna uitslui tend Hollandsch vee. Dat is voornamelijk het werk van wijlen zijn vriend Jacob Israël, die na een bezoek in het ziekenhuis, vlak daarbij, door onbekend gebleven hand werd doodge schoten. Daar staat een jonge dekstier, nrach- tig exemplaar, Hollandsche ras, in Palestina geboren. Wij kunnen dr. Wallach bij ons afscheid tevreden tellen: wij hebben ook zijn diep-ver- eerden suden Meester Rabbie Josef Chajiem Sonnenfeld bezocht. In het Diskinsche Weeshuis hebben wij Rav Sonnenfeld aangetroffen. Hij woont anders in de oude stad op de „Deutsche Platz", heel bescheiden Maar het Diskinsche Weeshuis heeft in het bijzonder zijn protectie en hij geniet er nu een soort kleine vacantie- rust. Een gebouw als een kasteel. Hoog, mooi gelegen ver buiten de Oude Muren in het nieuwe Jerusalem. Een paar honderd jon gens worden hier opgevoed. Alle onderricht ontvangen zij in huis School- en ook am- bachtsonderwijs Schoollokalen en werkplaat sen zijn onder dit dak. Werkplaatsen voor den timmerman, den kleermaker, den schoen maker Het schoolonderwijs bestrijkt voor namelijk de Rabbijnsche en Talmoedische wetenschap, maar dit dan ook geheel. Van de profane vakken wordt alleen gegeven dat, wat hoognoodig wordt geacht, voornamelijk rekenen. Er wordt geen Hebreeuwsch ge sproken. Jiddisch is de omgangstaal en bij het onderwijs. Zoo is de richting van Rav Sonnenfeld en van de Agoedah. den ortho doxen anti-Zionistischen wereldbond, welks felste en extreemste vertegenwoordiging zich te leruzalem bevindt, geschaard om Rabbie laten gelden. In een groot, zeer eenvoudig aangekleed vertrek zagen wij Struck en ik den Meester zitten op een lagen stoel voor een kleine tafel dicht aan het venster Oud man Het is hem aan te zien. dat hij zijn zeven-en- taefctig jaren draagt. Hij is blijkbaar cok moe. We kunnen geen lange gesprekken met hem voeren oi diepere vragen behandelen. Hij heeft geen andere pretenties, dan te zijn „eind alter Jid", die meer dan een halve eeuw in Jeruzalem heeft gewoond en er in eerlijke overtuiging met al zijn krachten voor het Jodendom heeft gewerkt en die ons ieder zijnen, naar het schijnt stereotypen, zegen- wensch en nu in het Hebreeuwsch medegeeft: „gelijk gij Jeruzalem in zijn ruïne hebt gezien, zoo moogt gij het geluk hebben, het in zijn herbouwing te aanschou wen". Ray Qoeq zag ik in zijn woning, waar tevens zjjn Jeschiewah zijn Talmoed-Hoo- geschool gevestigd is. Hij zat te werken aan zijn boek. Een boek van grooten om vang op abbijnsch-Talmoedisch gebied, aan welks verschijning algemeen groote en blijde verwachtingen worden vastgeknoopt Hij ge niet den naam van een groot en veelzijdig Joodsch geleerde. En van een geniaal denker In heel Palestina. Ik geloof zelfs, in heel de Joodsche wereld. En hij geniet veelzijdige vereering. Om zijn persoonlijkheid en om zijn menschelijkheid. Hij heeft de zestig nog niet bereikt. Maar hij leek op het eerste gezicht wel oud en moe. Doch zijn oogen werden jong, toen hij in liet 5esprek was gekomen. Hij vertelt van zijn eschiewah en is kinderlijk blij, dat het hem gelukt is, uit Sowjet-Rusland eenige tiental len jonge menschen vrij gekregen te hebben, die nu bij hem studeeren. Winst voor de wetenschap met tevens redding van men schen uit gevangenschap, redding van Jood sche zielen. Zorgen ook hiervoor oneindig Ook gewone alledaagsche broodzorgen Dankbaar vermeldt een niet onbelangrijke soms gelds, die Dr. Van Raalte hem kort ge leden voor dit doel uit Holland heeft meege bracht. Ook ik heb er een kleinigheid voor kunnen zameletj. Groot zijn ook de zorgen en veelzijdig, aan het Opperrabbinaat ver bonden. Het rooft bovendien zooveel tijd van de Torahstudie. Maar het werk is noodzake lijk en kon ook belangrijk zijn. Groot zijn ook de zorgen voor den opbouw, en onder al deze afzonderlijk de zorgen voor den religieu zen opbouw. We lijden veel verdriet, zegt hij. Van buiten en van binnen. Van buiten: dat is Engeland en de Arabieren. Van binnen: dat is de ontwijding der heiligdommen van het historisch overgeleverde Jodendom. Maar met dit al, is hij niet pessimistisch gestemd: „Ik ben tevreden, want Erets-Israël geeft mij zóó veel, dat alles er bij in het niet verzinkt En ik heb de innerlijke, onwankelbare ver zekerdheid. dat we op den goeden weg zijn. En dat alles eenmaal langs den weg terecht zal komen". En nu ziek ik er van af, U nog verder mede te nemen naar meer ziekenhuizen en andere stichtingen en andere menschen en persoon lijkheden. We moeten het Land verder in. Ik ga Jeru salem verlaten. 1) Jes. 21, 16. Aan de Dammers! In onze vorige rubriek gaven wij ter oplossing probleem 1209. Stand. Zw. 12 ach. op: 3, 5, 7, 8, 9, 10, 15, 16, 17, 21, 22, 27. W. 15 sch. op: 14, 19, 23, 26, 29, 30, 32, 34, 36, 38, 41, 43, 44, 48, 50. O p 1 ooa s i n g. 1. 36—31 1. 27 47 2. 32—27 2. 47 49 3. 27 18 3. 49 39 4. 50—44 4. 10 28 5. 44 4! Partij gedeelte. Het volgende spel is een gedeelte uit een correspondentiepartij gespeeld door den heer H. J. Toepoel alhier tegen den heer O. G. Veen te den Haag. '■M MM Hf .Mi op fi „Wk Jmi tH W4 Wk f# ZM Zw. 8 sch. op: 3, 9, 18/23. W. 8 sch. op: 29, 34/38, 42, 48. Wit speelde 38—33, zwart 19—24. Nu wit 37—31! a. op 23—28 volgt 31—27, 2716 en 35 15 met voordeel voor wit. b. op 2127 wint wit door 34—30, 33—28 en 31 4. c. op 20—25 en 25 14 volgt 3127, (zw. gedw. 21:32), 33-28, 42-38 en 48 10. Zw art zag dit en speelde 2126, waar door wit kon antwoorden 33—28 (23 32), 42—38 en 48 17. De partij werd remise door: 1 1. 26 37 2. 17—11 2. 37—42 3. 11— 7 3. 42—47 4 7— 2 4. 20—25 5. 2—16 5. 47—33 6 16—43 6. 18-23 7. 34—30 7. 25 34 8. 43 30 8. 23—29 9. 30—43 9. 33—28 10. 36—31 IC. 9—14 11. 35—30 11. 29—33 12. 30—25 12. 28—23 13. 31—27 13. 23—28 14. 27—21 14 28—23 15 21—17 15. •23-28 16. 17—11 16. 28: 6 De volgende mooie combinatie is van Pierre Broyer. Zw. 9 ach. op: 3, 8, 10, 11» 13. 18, 19, 20. 26. W. 9 sch. op: 28, 32, 33, 35, 37/40. 48. Wit speelt: 1. 28—23!! 1. 19:28 (gedw.) 2. 32 12 2. 8 17 8 37—31 3. 26 37 4. 38—32 4. 37 28 5. 33 22 5. 17 28 6. 39—33 6. 28 3? 7. 40—34 7. 39:30 8. 35:4!! Ter oplossing voor deze week: Probleem 1210 van D. K'een te Haarlem. PU |2§ pp Zw. 10 sch. op: 1, 6, 8, 9, 10, 12, 14, 25, 31. 36 en dam op 45. W. 13 sch. op: 16, 22, 24, 26, 29, 33, 34, 37, 39, 40, 42. 48, 49. In onze volgende rubriek geven wij de oplossing. Oplossing eindspel 517. 1. Ke8! (zie a en b) Ko6 2. Kd8 Kd6 3. Kc8 Kc6 4 Kb8 Kb5 5. Kb7 Ka5 6. Kc6 Iva6 7. Kdö Kb6 8. Ke4 Kc6 9. Keó Kd7 10 Kf6 en wint. a. 1. Ke8 Kc6 2. Ke7 Kc5 3. Ke6 Kc4 4. Ke5 Kb5 (of Kd3 5. Kd5 enz. of Kc5 5 Kc4 enz.) 5. Kf6 (niet 5. Ke4 Ka5 6. f4 Kb6! enz.) 5Ka5 6. Kg7 b5 7. Kh7 b4 8. Kg7! b3 9 h7 b2.10. h8D blD 11. Da8f en 12. Db8f met winst), b. 1. Ke8 Ke5 2. Kd7! Kf4 3. Kd6! Kg4 (of Kg5 4. Kc7! enz. of Kf3 4. Ke5! enz.) 4 Keö! Kg5 5. Ke4 Kh6 6. Kf5 Kg7 7. Ke6! h6 8. f3 h5 9. Kfo Kh6 10. f4 en wint. Oplossing eindspel 518. 1. h4 Kei 2. h5 gh5 3. gh5 Kfó 4. Kd2 c6 5. Kd3 f6 (gedwongen), 6. h6 Kg6 7. f5f Kh6 (naef5 8. e6) 8. fe6 Kg7 9. e7 Kf7 10. ef6 Ke8 11. Kc4 Kd7 (of Kf7) 12. aG ba6 13. a5 Ke8 (gedwongen), 14. Kc5! d3 15. Kd6 d2 16. Ke6 dlD 17. f7 mat. Oplossing probleem 375. 1. Th8 h7! dwingt zwart tot zetten met paard of K.) 1. Kc8 2. Ta8 mat. 1. Ke8 2. Tg8 mat. 1. Pc8 2. Tg8 mat. 1. Pe8 2. Ta8 mat. 1. P. anders 2. Ta8 (g8) mat. Na een zet met de witte K. als sleutel- zet speelt zwart 1Pf7 en mat is niet in den tweeden zet te bereiken! Uit Weenink's boek: Het Schaak probleem). Eindspel 519. (N Griqoriew). a li c ii e Wit speelt en wint. Probleem 378. Uit Weenink's boek (Bibliotheek Dresden). 8 7 5 4 1 2 1 abc Tweezet. Probleem 377. (W. Grimskaw.) VVs/Ss/ S h i jfj Hf w m taocdelgn Tweezet. De volgende partij heeft Euwe met verbazend geluk tot remise gebracht. Hij ging op de 22e zet op avontuur uit want alleen verdediging zou stellig verlies met zich brengen. Zwart verkijkt zich enEuwe krijgt zijn eenige kans in deze partij die hij geenszins onbenut laat. Wit: S. Flohr. Zw. Dr. M Euwe. Damegambiet. 1. d4 d5 2. c4 c6 3. Pf6 Pf6 4. Pc3 e6 5. Lg5 Pbd7 6. cd5 edó 7. e3 Le7 8. Ld3 Pf8 Beter was eerst 0—0 9. Dc2 Le6 10. O—0 Pgö 11. Pe2! Pg4 12. Le7 Na 12 Pf4 volgt Lc8! en niet 12Lg5 wegens 13. Pe6 fe6 14. Lg6f enz. 1 2De7 13. Pf4! dreigt 14. Pe6! piet de gevol gen van dien b.v. 14. Pe6 De6 15. Lfo enz. of 14feö 15. LgG hgö 16. Dg6f en wint ook 't paard. Afruilen op f4 is ook ongunstig voor zwart wegens de open e-lijn. 1 3Ph4 14. Ph4 Dh4 15. h3 Pf6 16. Pe6 fe6 En de aanval is afgesla gen. Maar nu volgt er een op de ontbloote dame-vleugel. 17. Db3! Zwart is nu wel haast ge dwongen tot de korte rochade, want na 17Tb8 volgt 18. La6 b6 19 Da4 bó 20. Da6 en over de open c-lijn volgt verdubbeling der Torens. 170—0—0 18. Tacl Pe8 Na 18Pe4 volgt 19. La6! ba6 20. Tc6f Kd7 21. Db7f Ke8 22. Te6f Kf8 23. g3 Dg5 24. h4 en wint 19. a4 Pcc7 20. a5 a6 21. Db6. Td6 Om doodelijker offers te voorkomen. 22. Da7 g5 Va banquespel en zoo waar wit is schaakblind! 23. TcS beter g3 23g4 24. Tb3 Kd7 25. Tb7 Tc8 26. La6?? Een blunder. Eerst had behooren te geschieden 25. hg4. Speelt zwart dan e5 dan volgt 26. Lf5+ Ke8 27. Tc7 Tc7 28 Dc7 Th6 29. f3 en wint 26gh3 dreigend Dg4 28. g3 Df3 27. g3 De4 28 f3 De3f 29. Khl! Na 29. Kh2 volgt Dd2f 30 Kh3 e5! en zwart wint. 2 9Dd2 30. Tgl Df2 31. Db6 Df3f Remise wegens eeuwig schaak. Vroege groenten in koudt bakken. In onze koude bakken, welke dus niel door brceimateriaal worden verwarmd, zaaien en planten we nu de groentensoorten welke we reeds in warme bakken een plaats gaven. Deze bakken worden even als de volle frond, flink bemest en omgespit, waarbij we ak en ramen zoonoodig goed reinigen. Daarna kunnen we hierin ook zomerpeen, radijs, spinazie en raapstelen zaaien. De teelt van zomerpeen en radijs kunnen we des- gewenscht met elkaar combineeren; we zaaien dan door de peen een weinig radijs. Ook om deze bakken kunnen we een aarden wal of dubbele kisting maken om de koude te weren, en des nachts dekken we de ramen af om de zonnewarmte zooveel mogelijk va6t te houden. In deze bakken zaaien we nu ook kropsla en bloemkool opdat we straks plan- tenmateriaal voor den vollen grond hebben. De jonge plantjes worden dan vooraf onder glas verspeend en naderhand met kluit uitge* plant. In deze bakken kunnen we ook de in het najaar gezaaide weeuwenplanten van kropsla en bloemkool uitplanten. Bij de teelt van bloemkool zorgen we voor voldoende af. stand tusschen grondoppervlakte en glas. We planten ze op een afstand van 50 tot 60 c.M. en de kropsla op 25 c.M. afstand. De bakken waarin de weeuwenplanten nu staan moeten bij deze zachten winter dage lijks flink worden gelucht, en vooral daar waar de planten straks in Maart zullen wor den uitgeplant. In de koude bakken leggen we nu ook de zaden van vroege erwten, peu len en tuinboonen te kiemen om de jonge Elanten in aart, nadat ze flink zijn afge- ard, buiten uit te planten. We leggen de zaden, dicht bijeen, maar geven toch zooveel ruimte, dat de jonge plantjes afzonderlijk met kluitje kunnen worden opgenomen. Denk vooral om de muizen en beveilig de zaden tegen deze ongenoode gasten. Wie geen bak ken bezit en toch graag vroeg wil oogsten kan buiten al beginnen met het zaaien van spinazie. Daarvoor kiezen we dan liefst een hoog gelegen rabat wat we rijk bemesten met rotte stalmest. Wanneer zoo'n rabat aan de noordzijde nog wordt beschut door een muur of schutting zal daardoor een vroege oogst nog worden bevordert. Het zaad laten we eerst voorkiemen. Daarvoor weeken we het gedurende een nacht waarna we het ge durende een paar dagen op een warme plaats stellen. Om opdrogen te voorkomen kan men het zaad dan met aarde of iets an ders afdekken. Het gekiemde zaad moet voorzichtig met aarde worden onder ge strooid. De stopzetting der Duitsche betalingen en de Fransche schulden aan Amerika. Te rugtrekking van Fransch te goed uit de Ver. Staten. Verlichting der moeilijkheden van het Amerikaansche be drijfsleven door ruimere cre- dietvcstrekking. Moeilijke positie der Amerikaansche spoorwegen. Ongunstige kwartaalstaat der U. S. Steel Corporation. Verdere ver plaatsing der fabricage van Philips-artikelen naar het bui tenland. Het definitieve besluit tot verdaging van de Conferentie te Lausanne voor onbepaal- den tijd heeft de beurs niet aanzienlijk beïn vloed, en ondanks nog andere factoren van ongunstigen aard heeft de vaste grond stemming, die op verschillende fondsen- markten viel waar te nemen, zich toch nog kunnen handhaven. Van directe practische beteekenis is het uitstel der Conferentie dan ook feitelijk niet. Voor dengene, die den wercidtoestand na de publicatie van het rap port der Commissie van Deskundigen zoo zag, als deze in werkelijkheid was, was het maar al te duidelijk, dat de besprekingen toch geen onmiddellijk resultaat zouden kunnen hebben. Van den aanvang af zag het er naar uit, dat de moeilijkheden, die aan een oplossing van het herstelvraagstuk in den weg staan, hun oorsprong vonden in de houding van Frankrijk en de Ver Staten. De vaststelling van de Commissie van Deskundigen, dat Duitschland thans en binnen afzienbaren tijd niets kan betalen heeft vooral :n Frankrijk heel wat beroering verwekt. Nu moge het waar zijn, dat de weinig tegemoetkomende houding van Frankrijk tegenover Duitsch land een van de ernstigste belemmeringen voor een oplossing der moeilijkheden vormt, aan den anderen kant mag men wel oog 81. Toen kikker Karei en Tuimeltje eens wilden zien waar ze naar toe werden gebracht, ontdekten ze plot seling dat er in de verte een heele rij kikkers aan kwamen, die allemaal emmertjes water droegen. En het duurde niet lang of ze waren bij de steenen potten en Tuimeltje kroop zoo diep mogelijk naar beneden, want telkens gooiden de kikkers heel koud water op het hoofd van Tuimeltje en kikker Karei. 82. Eindelijk waren de vazen vol water gedaan en Tuimeltje kreeg het verschrikkelijk benauwd. Hij snakte naar lucht en teneinde raad besloot hij uit de vaas te klauteren. „Karei", riep hij tegen den kikker, ..ik kan het niet meer uithouden. Ik ril van de kou." Doch voor dat kikker Karei kon antwoorden kwamen er bedienden, d'e bloemen in de varen zetten en toen werden deze naar de troonzaal gebracht, waar de koning met twee secretarissen een bespreking bad,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 6