DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. ARISTRIDE BRIAND f QaqeÜiksch Oveaicht föjuitmlcMd L'Binnenland ft». 57 DlftSDAG S JIA.iKT 134e Jaargang. Een apostel van den wereldvrede en een van Frankrijk's grootste staatsmannen heengegaan. De eeuwige minister. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rebat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voor dam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. mm l)it nummer bestaat uit drie bladrn. Juist na het ter perse gaan van ons num mer van gisteren bereikte ons de totaal onverwachte tijding, dat de oud-minister president en in vele .kabinetten minister van buitenlandsche zaken van Frankrijk, Aris- tride Briand om half twee in zijn woning aan de Avenue Filiberte te Parijs is overle den. Briand was de vorige week van zijn land goed naar Parijs teruggekeerd, om aaar de zer dagen in een ziekennuis te worden opge nomen. Hij was immers ziek en zijn genees- heeren oordeelden, dat opname in een zie kenhuis gewenscht was. Dadelijk na zijn aankomst in Parijs moest Briand zich te bed begeven. Toch was zijn toestand niet zoo, dat men voor het ergste vreesde, totdat Zon dagmiddag de ziekte een ernstig karakter be gon te krijgen. Weldra bleek, dat alle hoop tevergeefsch zou zijn en gistermiddag om half twee blies hij den laatsten adem uit. Een beroerte had een einde gemaakt aan een rijk leven. o Aristide Briand werd op 28 Maart 1862 te Nantes geboren en zou dus over eenige weken zijn 70sten verjaardag hebben ge vierd. Hij studeerde rechten en begon reeds vroegtijdig met het schrijvan van politieke artikelen, aanvankelijk in het toen nog bijna anarchistische blad „Le Peuple" en later in de „L'Anterne" van welk blad hij eenigen tijd redacteur was, waarna hij tezamen mei Jean Jauret het toenmaals socialistische, thans in handen der communisten zijnde dagblad „L'Humanité" stichtte. In 1894 be haalde hij op het Arbeiderscongres te Nan tes een overwinning op de aanhangers vau Jules Guesde en sedert dien was zijn positie als een der leiders van de Fransche socialis tische partij gevestigd. Na eenige vergeeïsche pogingen kwam hij in 1902 in de Kamer, waar hij direct üe aandacht op zich vestigde door zijn actie voor de scheiding van Kerk en Staat. Toen zijn wetsontwerp inzake scheiding van Kerk en Staat door de Kamer werd aangenomen kreeg hij gelegenheid om zelf de uitvoering ervan ter hand te nemen door het aanvaar den van de functie van Minister van Onder wijs en Eeredienst in het Kabinet-Sarrien in het jaar 1906. Hij aanvaardde^ deze porte feuille tegen den wil van de Socialistische Partij en werd dan ook in Maart van het zelfde jaar uit deze ipartij geroyeerd. Ook in het Kabinet-Clemenceau bleef Brl and zijn functie behouden en toen dit Kabi net in Juli 1909 viel, werd Briand voor de eerste maal Kabinets-formateur, doch tenge volge van de spoorwegstaking in 1910 kwam dit Kabinet eveneens spoedig ten val en een nieuw Kabinet-Briand kwam ten val in 1911. In Januari 1912 werd Aristide Bri and Minister van Justitie in het eerste Kabi- net-Poincaré en in 1913 bij Poincaré's pre sidentsverkiezing werd hij wederom Minis ter-President, totdat in Maart de kiesrecht- hervoming hem wederom zag verdwijnen. Toen in de eerste maand van den oorlog Viviani zijn op nationalen basis berustend oorlogskabinet vormde, werd Briand weder om Minister van Justitie en in October 1915 wederom Minister-President. Toen in Maart 1917 er een ernstig conflict tusschen Maar schalk Lyautey en de Kamer ontstond, trok Briand zich terug en hield zich eenige jaren, tot na den wapenstilstand, op den achter grond. Pas in Januari 1921, bij den val van het Kabinet-Leygues kreeg hij opnieuw een op dracht tot Kabinets-formatie en reeds dade lijk had de toepassing van het Verdrag van Versailles zijn groote belangstelling. In het najaar van 1921 ging hij als Fransch verte genwoordiger naar de Vlootconferentie te Washington en reeds toen begon de actie der Fransche Nationalisten, die Briand verwe ten de nationale belangen van Frankrijk te verwaarlooz°n en hersenschimmen van inter nationale toenadering na te jagen. Na de intergeallieerde conferentie te Cannes nam deze actie een zoodanigen omvang aan, dat een telegram van President Millerand hem ertoe deed besluiten in Januari 1922 af te treden. In April 1925 werd hem de portefeuille voor Buitenlandsche Zaken in het Kabinet- Painlevé aangeboden. Onder zijn invloed kwam in October 1925 het verdrag van Lo carno tot stand, waardoor zijn invloed zoo wel in Frankrijk zelf als in het buitenland, geweldig steeg. Toen in November Painlevé aftrad, kwam Briand aan het hoofd der nieuwe regeering te staan* Het is niet doenlijk de verschillende kabi netten te schetsen waarin Briand sedert dien zitting had, nog eenige malen als Minister- President, doch bijna zonder onderbreking als Minister van Buitenlandsche Zaken, waarbij hij al zijn krachten gaf aan de ver sterking van de Volkenbonds-gedachte en de Eurcipeesche samenwerking, zonder het Fransche standpunt van handhaving der be staande verdragen los te laten. Briand was een der meest geziene sprekers te Genève en het was vooral zijn samenwerking met den toenmaligen Duitschen Minister van Buiten landsche Zaken Dr. Gustav Stresemann, die de ergste scherpte in de verhouding tusschen Frankrijk en Duitschland na den oorlog deed slijten en waardoor de eerste grondsla gen voor een blijvende samenwerking tus schen Frankrijk en Duitschland zijn gelegd. Tegelijk met Stresemann en Chamberlain werd hem den Nobelprijs voor den vrede toe gekend. In de laatste jaren vestigde hij nogmaals de internationale aandacht op zich door zijn Memorandum inzake de vorming van een Pan-Europeesche Unie, een denkbeeld dat hij nader uitwerkte en dat leidde tot de in stelling van een Pan-Europeesche Commis sie te Genève, die verleden jaar haar werk zaamheden begon onder auspiciën van het Secretariaat van den Volkenbond. Bij het einde van de presidents-periode van President Doumergue, liet Briand zich ertoe overhalen een candidatuur voor het Presidentschap te aanvaarden. De felle actie, die van Nationalistische zijde tegen hem ge voerd werd, was mede oorzaak van zijn ne derlaag. De Senaatsvoorzitter Doumer werd met een aanzienlijke meerderheid tot Presi dent der Republiek gekozen. Hoewel men aanvankelijk verwachtte dat Briand zich na deze teleurstelling voorgoed uit het politieke leven zou terugtrekken, aan vaardde hij nogmaals de portefeuille van buitenlandsche zaken in 't kabinet-Laval. De tegenstellingen tusschen hem en de zich steeds verder naar rechts orienteerende poli tiek van Laval, leidde echter tot een breuk bij de kabinetscrisis in het begin van dit jaar. Toen Laval op 13 Januari jl. een nieuw kabinet formeerde, aanvaardde hij zelf de portefeuille van buitenlandsche zaken en trok Briand zich terug op zijn landgoed Cocherel. Hiermede nam hij voorgoed afscheid van het politieke en het openbare leven. Eenige weken geleden meldden de dagbladen, dat hij eenige malen onwel was geweest, waf zijn doktoren aan zijn hartkwaal toeschreven. Desniettemin is zijn doodsbericht heden zeer onverwacht gekomen en het zal niet nalaten, behalve in Frankrijk, ook in geheel Europa en ver daarbuiten, en vooral te Genève, waar de Volkenbond in buitengewone plenaire ver gadering bijeen is*, evenals de Ontwapenings conferentie, aan welker voorbereidingen Briand een zoo groot aandeel heeft gehad, diepen indruk te maken. o Het bericht van het plotseling overlijden van Briand heeft overal groote verslagenheid te weeg gebracht. Hoewel men wist, dat de toestand van Bnand de laatste dagen ern stig was achteruit gegaan, kwam de dood toch onverwacht. Toen de dood tijdens een zitting van de Fransche Kamer bekend werd, verhief de president zich van zijn zeiel en sprak hij eenige korte woorden Hij verklaar de dat hij Dinsdag (vandaag dus) gelegen heid zou hebben de gevoelens der Kamer bij het verscheiden van Briand ook plechtig uit te spreken. Hierna nam Tardieu het woord. Hij zeide o.m.: De verpletterende gebeurtenis welke de president ons zoo juist aankondigt, treft ons. allen zeer zwaar. De roem, waarmede Briand de Fransche driekleur heeft bedekt, het aan deel, dat hij heeft genomen aan de moeilijke taak bij de organisatie van de wereld na de vreeslijke oorlogsjaren, moeten allen, zelfs zijn tegenstanders, hooge achting afdwingen. Ik sluit mij van ganscher harte aan bij de gevoelens welke de Kamervoorzitter zoo juist heeft uitgesproken". Ten teeken van rouw werd de zitting ge schorst tot des avonds acht uur. De ministerraad heeft gisternamiddag be sloten de bijzetting van Briand te doen ge schieden als nationale plechtigheid en op staatskosten. De familie Briand heeft het aanbod geaccepteerd en tegelijkertijd mede gedeeld, dat Briand den wensch heeft te kennen gegeven, op eenvoudige wijze op zijn landgoed Cocherel te worden bijgezet. Volgens het besluit van den ministerraad zullen de rouwplechtigheden plaats vinden in het ministerie van Buitenlandsche Zaken. Naar verluidt zal deze rouwplechtigheid Vrijdag of Zaterdag worden gehouden. o Het bericht van het overlijden van Briand werd te Geneve des middags bekend tijdens een zitting der plenaire vergadering van den Volkenbond en onverwijld medegedeeld aan president Hymans en Paul Boncour. De plenaire zitting van den Volkenbond, waarin de aigemeene beschouwingen over het JapanschChineesche conflict reeds in vollen gang waren, werd door Hymans di rect geschorst. Er had vervolgens een korte indrukwekkende rouwplechtigheid plaats ter eere van Briand. Hymans herdacht als president der As semblee Briand en legde er den nadruk op, dat het geheele streven van Briand de vriend schap en den vrede der volkeren heeft gegol den. Hij heeft krachtig medegewerkt aan den opbouw van den Volkenbond. E>e Volken- bondsvergadering spreekt de Fransche re geering en het Fransche volk haar innig leed wezen uit. Paul Boncour dankte den president en be treurde het onvervangbare verlies dat Frank rijk heeft geleden door den dood van Briand. Ten teeken van rouw werd de zitting ge durende een kwartier geschorst. Onderwijl heeft de Britsche minister van buitenlandsche zaken Sir John Simon voor de te Geneve verzamelde journalisten een korte verklaring afgelegd in verband met het overlijden van Briand. Sir John Simon verklaarde o.m., dat slechts weinig politici van den laatsten tijd zich een zoo belangrijke plaats in de geschie denis hebben verworven als Briand door zijn dienst in het belang van zijn land en door zijn opofferend werk voor de zaak des vredes en der internationale vriendschap. Op dit moeilijke oogenblik der geschiedenis van den Volkenbond kan men het aandenken van Briand niet beter eeren dan door deze groote instelling te handhaven en te consoli- deeren. In het bizonder het Engelsche volk, aldus besloot Simon, heeft in Briand een wijzen, loyalen en grootmoedigen vriend verloren. o De deelneming van verschillende kanten is groot. Uit schier elk land komen dergelij ke telegrammen. En steeds weer blijkt uit deze berichten, hoe Briand beschouwd werd als de man, die een apostel van den wereld vrede was. Zijn laatste dagen Zooals eerst thans uit den vriendenkring van Briand bekend wordt, waren de genees- heeren van Briand reeds de laatste week van zijn hopeloozen toestand bewust en ver wachtten zij eiken dag het overlijden van den grijzen minister. Er was echter een streng voorschrift om naar buiten niets te laten blijken van den ernst van den gezond heidstoestand van Briand, aangezien hij tot den laatsten dag zelf de kranten las en men niet wilde, dat hij in de pers zou lezen, hoe ernstig zijn toestand wel was. Dientengevol ge kwam het overlijdensbericht gistermiddag geheel onverwachts. Toen Briand op 29 Februari j.1. uit Coche- relle naar Parijs terugkeerde, kostte het hem veel moeite om zijn op de tweede verdieping gelegen woning van het flatgebouw aan Avenue Filibert te bereiken. Wat hem de laatste dagen het meest hin derde was het rookverbod, dat hem door zijn behandelenden geneesheer was voorgeschre ven. Gistermorgen raakte hij echter buiten bewustzijn en slechts even is hij weer tot bewustzijn gekomen. Tegen half elf begon de doodstrijd, die ongeveer drie uur duurde. Het stoffelijk overschot van Briand wordt heden naar de Quai d' Orsay overgebracht en in het ministerie van buitenlandsche za ken opgebaard. Als hoogtepunt van de plech tigheid zal minister-president Tardieu een herdenkingsrede houden, waarna de voorloo- pige bijzetting zal geschieden op het kerkhof van Patsy. Later zal het stoffelijk overschot naar Cocherel worden overgebracht. Op ver zoek van Briand's fami/e en van den overle dene zelf zal de lijkdienst worden gehouden in de Nótre Dame. Briand als mensch. Enkele jaren geleden heeft Ignotus (de schuilnaam van een diplomaat) in de „Revue de Paris" een karakterschets van Briand ge geven, waarin hij volgens het Hbld. o.a. schreef: „Aanvankelijk krijgt men van Briand den indruk van kalmte, zelfs van een zekere indolentie, gemoedelijkheid en gui- heidmaar plotseling doet een gebaar, een blik, een stembuiging geheel andere moge lijkheden vermoeuen: flinkheid, gezag, kop pigheid misschien, in elk geval meer kracht, dan men bij het eerste onderzoek verwachtte. Toen Briand in het parlement verscheen, kwam hij niet onder begunstiging van een traditie; hij was, wat de ouden noemden, een nieuwe man. Toen hij in het parlement was heeft hij zich niet overgegeven aan een groep of een partij, hij is zichzelf gebleven en het is reeds origineel in zekere mate een eenza me te zijn. Het is hem bovendien overkomen, dat hij zich zoo goed als alleen bevond onder de afgevaardigden, wier beteekenis in de Kamer van 1902 uitkwam. Al deze mannen hebben gedebuteerd tusschen 1885 en 1889. Millerand, Poincaré, Deschanel, Jonnart, Barthou en Viviani zijn allemaal op hetzelfde tijdstip begonnen zich 'n reputatie te verwer ven. Eigenaardig feit; na dezen bloei van po litieke mannen, zijn de volgende Kamers uiterst -bescheiden geweest. Slechts zeer zel den hebben zij een persoonlijkheid opgele verd. In 1902 verrijst Briand geheel alleen Hij is dan veertig jaar oud; hij treedt heel wat later in het parlement dan diegenen van zijn tijdgenooten, die parlementslid zijn; maar terstond speelt hij een rol en in de laat ste twintig jaar is er geen politiek man ge weest, die vaker minister en voorzitter van den ministeraad is geweest. Alleen in zijn generatie, zal Briand ook alleen staan in zijn meeningen. Het parlement en de open bare meening waren, vooral op het oogen blik, waarop Briand in de Kamer is geko men, gewend aan een bepaalde classificatie: men was socialist, men was radicaal, men was progressief. Het was niet het goede tijd stip om geen etiket te hebben van sprekende en eenvoudige kleur. Briand speelde dit toch klaar. Gekomen van de uiterste linkerzijde scheen hij te gematigd aan de geavanceer- den en te vooruitstrevend aan de gematig den. Jarenlang had hij in de stormachtige kringen van het syndicalisme geleefd; hij had in hun bladen geschreven; hij boezemde de partijen van het centrum eenig wantrouwen in. Maar hij aanvaardde de onveranderlijke tucht van het socialisme niet en werd de partij uitgezet. Van dien onafhankelijkheids zin, die zwakheid zou hebben kunnen zijn, maakte Briand een kracht. Daar hij tot geen enkele categorie behoorde, stond hij weldra buiten alle groepeeringen en daardoor was hij in staat de verspreide krachten te verza melen. DE TOESTAND IN HET VERRE OOSTEN. De Japanners zetten hun offensief voort. Men meldt uit Sjanghai, dat de Japanners hun offensief voortzetten en Hoeantoe hebben bezet, waarna zij Anting attaqueerden. Zij zijn bezig een autoweg aan te leggen tus schen Tassang en Tsiating voor het vervoer van hun tanks en hun zware artillerie. 50 Japansche schepen liggen tusschen Woesoeng en Nanking. Japansche vliegtuigen bombardeeren da- gelijksch Soetsjau. 14000 Japansche soldaten, deel uitmakende van een nieuwe Japansche devisie, zijn te Shanghai gearriveerd. In Tsjapei organiseeren de Japanners onder leiding van hun officieren de politie. Groote Chineesche troepen transporten naar Shanghai. Van Japansche zijde wordt gemeld, dat groote Chineesche troepentransporten uit het Noorden van het Jangtse-gebied en uit de provincie Kiangtsi zich bewegen in de rich ting van Sjanghai. De houding van maarschalk Tsjang Kai Sjek. Uit Nanking komen verschillende tegen strijdige berichten over de houding van maar schalk Tsjang Kai Sjek. Eenerzijds wordt ge meld, dat Tsjang Kai Sjek voornemens is zich naar het Chineesche front te Sjanghai te begeven, teneinde de strijd tegen de Japan ners te hervatten, anderzijds, dat hij zijn be trekkingen met de Chineesche regeering ge heel wil verbreken. DRIEVOUDIGE MOORD. Von Sydow, die vroeger gedurende lange jaren directeur is geweest van de werkgevers- vereeniging, is gisteravond te Stockholm vermood. Zijn in huis vertoevende beide dienstmeisjes werden eveneens vermoord. De motieven van dezen daad zijn nog niet be kend. DE SPANNING TE CALCUTTA. Te dezer stede heerscht nog steeds een toe stand van groote spanning, hangende de exe cutie van twee Moslems, die wegens moord op een Hindoe ter dood zijn veroordeeld. Het resultaat van de ver gaande propaganda, die onder de Mohammedanen wordt gemaakt, wordt met ongerustheid verwacht. TWEE HUIZEN BIJ TUNIS INGESTORT. Elf dooden. Te Kalaa in de omgeving van Tunis zijn gister twee huizen van inboorlingen inge stort. De fundamenten der huizen waren door den voortdurenden regenval onderspoeid. Uit het puin werden de lijken van 11 bewoners geborgen. BOTSINGEN TUSSCHEN POLITIE EN WERKLOOZEN IN DETROIT. Talrijke gewonden. Te Detroit hebben de werkeloozen gister een „hongeroptccht" naar de Ford-fabrieken georganiseerd. Hierbij is het tot botsingen gekomen met de politie, die de werkeloozen met traangasbommen uit elkaar dreef. 6 Per sonen werden zwaar gewond, waaronder 4 politieagenten. Een groot aantal anderen werd licht gewond. DE ONTVOERDE BABY VAN LINDBERGH. Nog niet gevonden. Het kind van Lindbergh is nog steeds niet gevonden. De twee gangsters, die zijn aange nomen als bemiddelaars, stellen een krachtig onderzoek in de onderwereld in. Leden van verschillende organisaties hebben de ge dachte aan de hand gedaan de kerken te be nutten als heiligdommen, waar de ontvoer ders het kind kunnen overdragen en het los geld in ontvangst nemen, zonder gevaar te loopen. Hedenmorgen nog niets definitief bekend. Ook hedenmorgen vroeg was er nog niets definitiefs bekend van het ontvoerde zoontje van Lindbergh. Lindbergh hield gisteren nog eenige besprekingen met vertegenwoordigers van de New-Yorksche onderwereld. De New- Yorksche gangster Spitali verklaarde gister avond laat, geen hoop te hebben dat hij bin nen 24 uur erin slagen contact te krijgen met de onvoerders van het kind. Spitali zelf gaf als zijn meening te kennen, dat het kind vermoedelijk in het bezit is van personen die er graag weer van af wilden doch bang zijn voor ontdekking, indien het kind wordt te ruggebracht. Vermoedelijk vreezen zij dat ook Spitali in contact staat met politie autoriteiten, wanneer zij een onderhoud met hem arrangeeren. EEN OOSTENRIJKSCHE PETER KUERTEN GEARRESTEERD. De Linzer poiitie heeft onder verdenking van roofmoord een misdadiger gearresteerd, die in den loop van gister uit zijn bekente nissen bleek een der grootste misdadigers te zijn in de Oostenrijksche crimineele geschie denis, een tweede Peter Kuerten. Voor onge veer 2 weken was te Linz de echtgenoote van een bouwkundige vermoord geworden. De verdenking viel op een man, Lethgoeb ge naamd, die vier dagen na zijn arrestatie in den nacht op Maandag toegaf de daad te hebben gepleegd, fntusschen heeft het inge stelde onderzoek reeds bewijzen geleverd, dat ook andere moorden op precies dezelfde wijze zijn gepleegd. In den loop van vandaag bekende de gearresteerde nu i:i 9 gevallen, die tot dusverre onopgehelderd waren, en die deels zelfs niet als moord waren opgevat, de moordenaar te zijn geweest. Deze moorden heeft de thans 53-}arige man. gepleegd in een tijdsverloop van 20 jaar, van welken tijd hij 10 jaar wegens het plegen van een roof moord in de gevangenis heeft doorge bracht. Reeds bij zijn veroordeeling toen had hij echter een veroordeeling wegens roof moord achter den rug, zoodat de man in to taal 11 moorden op zijn geweten heeft. DE AANSLAG OP TWARDOWSKI. De Gepuoe deelt mede: Stern, die, zooals bekend, geschoten heeft op den Duitschen gezantschapsraad Twatdowski, heeft ten deele bekend. Hij verklaarde tot een terroris tische groep te behooren, welke zich, in op dracht van het buitenland tot taak heeft ge steld, den internationalen politieken toe stand der Sovjet Unie te verslechteren en een crisis te weeg te brengen, door een aanslag, in de betrekkingen tusschen het Duitsche Rijk en de Sovjet Unie. De verdere bizon- derheden over de bekentenis van Stern zullen in de eerstvolgende dagen worden bekend ge maakt. Ook het onderzoek tegen Stern zal dezer dagen worden beëindigd. VAN DIEFSTAL AFKOMSTIG? T wee mannen met morphine. Beiden gevlucht. Zaterdagavond om half acht bemerkte een rechercheur van de Rotterdamsche rivierpo litie, die surveilleerde aan de Maashaven- Zuidzijde, in de omgeving van de graansilo, dat een heer op een motorfiets kwam aange reden en afstapte bij twee mannen, die daar blijkbaar op hem stonden te wachten. Een van deze mannen had een tasch onder den arm. De rechercheur hield de mannen een oogenblik in het oog en omdat hij bemerkte, dat ze buitengewoon schuchter en zenuwach tig waren, ging hij er heen en sprak de mannen aan. Toen hij zich bekend maakte, wierp de man, die de tasch bij zich had, deze tasch in de Maashaven. Uit de tasch vielen een paar doosjes op den wal, die de recher cheur opraapte en onmiddellijk daarop trachtte hij den man vast te houden. Zijn kameraad was inmiddels reeds gevlucht en bij de worsteling, die ontstond, wist de an der ook te ontkomen. De man met de motor fiets kon zoo gauw niet wegkomen en werd gearresteerd. Bij de worsteling heeft de re chercheur eenige schoten in de lucht gelost om zijn collega's opmerkzaam te maken. De j^dere politieroenschen hebben inderdaad de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 1