Hlkmaarsche Courant.
EEN LEVEN OM EEN LEVEN.
Jladtxwieuws
JxuiiCetw
Jkovutcuud Tlieuws
Honderd vier en dertigste Jaargang.
Vrljdas: 25 Maart.
Amerikaansche notities
No. 72 1932
Zaterdag 26 Maart.
Hilversum, 1875 M. (Uitsluitend V.A.R.A.)
10.V.P R O. 6.457.en 7.307.45 Gym
nastiekles 8.Gramofoonplaten. 9.Vara-
septet o.l.v. Is. Eyl. 10.Morgenwijding.
1015 Vara-septet o.l.v. Is. Eyl. Ad. Bouw
meester (voordracht), V.A.R.A.-tooneel o.l.v.
W. v. Cappellen. 12.1.45 Schrammelkwintet
o.l.v. W. Drukker en Gramofoonplaten. 2.
Instituut voor Arb. Ontwikkeling. 2.15 Joh.
Riedel (zang) en Joh. Jong (piano). 2.30
Causerie over Multatuli. 2.50 Vervolg zang
en piano. 3.Consuitatieschaakpartij. 4.
Haydn-Kwartet. (viool, 2de viool, alt cello).
4.45 Causerie ovei Arbeiderssport. 5.Be
oelening der Huismuziek o.l.v P. Tiggers.
5.45 Actueel Allerlei door het N.V.V. 6.
Haydn-concert door de „Wielewaal". 6.15 N.
Bloemendaal: Het Pinksterfeest van de A. J.
C. 6.20 Vervolg „De Wielewaal". 6.30 Lite
rair halfuurtje door A. M. de Jong. 7.
Gramofoonplaten. 7.15 Bestuursnieuws door
A- de Vries 7.30 V.A.R.A.-orkest o.l.v. Robert
Stolz. Werken van Stolz. 8.Henri Mar-
chand (conférencier). 8.15 Teun de Klepper
man. 8.30 Vervolg orkestconcert o.l.v. Stolz.
9.Feestavond van den Alg. Ned. Tygo-
grafenbond m.m.v. Arb koor „De Volks
stem" en Arb. Muziekvereemging „Door het
volk, voor het volk" o.l.v. J. M. Knijpinga.
9.30 Henri Marchand (vervolg). 9.45 Vara-
orkest o.l.v. H. de Groot O.a. Ouv. Si j'étais
roi, Adam. 10.30 Henri Marchand. 10.45 Vaz
Dias en V.AR.A.-Varia. 11.Ein Arbeiter-
leken, W. Zürn (Koor en orkest). 11.3012.
Gramofoonplaten.
Huizen, 298 M. (Uitsluitend K. R. O.)
8.9.15 Gramofoonplaten. 10.11.30 K.R.O.-
Trio. 11.30 Godsd. Halfuurtje 12.151.45
K.R.O.-sextet. 2.Gramofoonplaten. 2.30
Kinderuurtje. 4.Gramofoonplaten. 5.15
'Esperanto-nieuws. 5.30 Gramofoonplaten
6.Journ. Week-Overzicht door P. de
Waart. 6.20 Gramofoonplaten. 6.40 Espe-
ranto-cursus. 7.10 L. Fens: D'chters en kin
deren. 7 30 Politieberichten. 7.45 Sport-
praatje. 8.Concert KR.O.-Salon-Orkest
o.l.v. M. van 't Woud. O.a. „Der Kalif von
Bagdad", Boieldieu, c a. 9.15 Vaz Dias. Hier
na vervolg concert. 0.a. Festouverture, Leut-
ner en Wiener Praterleben. Translateur 11.
12.Gramofoonplaten.
Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
12.20 Northern Studio-orkest o.l.v. Bridge.
I,05 Orgelconcert Reginald New. 1.502.50
Het Commodore Grand-orkest o.l.v. J Mus-
cant. 3.50 Het Frank Walker Octet m.m.v.
mezzo-sopraan. 5.C5 Orgelconcert door Regi
nald Foort. 6.50 Concert Mi les (tenor) en
Pianist. 7.10 en 7.25 Lezing. 7.50 Music Hall
Programma. Dirigent: Woodgate. 8.50 Stu
dentenliederen door Cranmer en het Radio-
Mannenkoor. 9.20 Berichten en lezing. 10.
BBC-orkest o.l.v. Clarke. 0.a. Méditation de
Thais, Massenet, Egyptisch ballet Luigini.
II.0512.20 Dansmuziek door Ambrose en
zijn orkest vanuit het May Fair Hotel.
Parijs „Radio-Paris"1725 M. 8.05, 12.50
en 7.50 Gramofoonplaten. 9.05 Gramofoon
platen. O a. Grock in zijn Music-Hall-schets.
9.50 Bela Rex en zijn Weensch orkest.
Kalundborg1153 M. 11.20—120 Con
cert vanuit Rest. „Wivex". 1.502.20 Gramo
foonplaten. 2.50—4.50 Radio-orkest o.l.v.
Gröndahi. 7.20—8.10 Operettemuziek o.l.v.
Reeseh. P. Hansen (zang) V. Fischer (piano).
8.10 Zang en voordracht. 8.55 Deensche lie
deren. 9.25—10.20 Concert door Mandoline
orkest o.l.v. A. Bracony.
Langenberg, 473 M. 6.257.20 Concert
uit Hamburg. 10.40—12.10 Concert uit Ber
lijn. 12.20—2.15 Concert o.i.v. Wolf 2.15
2.45 Week-End concert. 4.205.20 Mando-
lineconcert o.l.v. T. Ritter. 7.20 Concert m.
in.v. Strijkkwartet en solisten.
Rome, 441 M. t.25 Gramofoonplaten.
8.05 Uitzending van een opera.
Brussel, 508 en 338 M. 508 M.: 12.35
2.05 Carmen-Selectie, Bizet (Gramofoon
platen) 5 20 Dansmuziek uit Hotel Atlanta.
6.20 Gramofoonplaten. 8.20 Beethoven-concert
o.l.v. Meulemans. O.a. Ouverture Prometheus
en symphonie pastorale. 338 M.: 12.352.05
Gramotoonplaten. 3 20 Matthaus-Passion,
Bach (Caecilia-koor en sa'isten) o.l.v.^ Louis
De Vocht. 6.20 Gramofoonplaten. 6.50 dito.
8.20 Opera „La Bohème" van Leoncavallo.
Naar het Engelsch vau Morice Gerard
door Emma A H
50)
Een half uur verliep. Lucille veelde zich
verkleumd, hoe warm zij ook gekleed was Ze
liep op en neer, stampende met de voeten,
om den bloedsomloop te herstellen.
Eindelijk! Er kwam een geluid, dat door
den wind tot haar gevoerd werd. Paardenge
trappel kwam haar kant uit over den groo-
ten weg; niet snel, maar zooals een voorzich
tig man zou rijden als het donker was.
De bulhond sloeg aan; hij had ook het
geluid gehoord.
Lucille voelde lust om verder te loopen en
den ruiter te begroeten, maar het gevaar be
stond, dat hij in het donker dan tegen haar
zou rijden. Bovendien kon het wel eens niet
haar echtgenoot zijn, want het was de open
bare, die naar een landingsplaats aan de
Theems leidde, een paar honderd meter ver
derop.
De ruiter kwam in zicht; Lucille uitte een
kreet van vreugde. Ze herkende de witte
pooten van het paard het eerst. Haar echtge
noot kwam aangereden; hij scheen zeer mor,
zat niet kaarsrecht, zooals hij dit gewoonlijk
deed, maar juist voorover gebogen Toen zag
zij, dat hij iets in de armen had Hij reed tot
vlak naast haar, maar liet geen uitroep van
Zeesen, 1635 M. 7 20 Concert uit Mün-
chen, m.m.v. koor en orkest o.l.v K. List.
9.55 Hans Brennert leest eigen Paaschge-
dichten. 10.20 Tweede Symphonie in c-moll,
Mahler (met slotkoor). Koor, orkest en solis
ten o.l.v. Oskar Fried.
(Van onzen eigen correspondent).
New-York bezit heel veel bezienswaardig
heden, waarmee ik bedoel, wat men in de
Baedeker pleegt aan te treffen en waar de
„rubbernecks" langs geleid worden. Voor
lezers, die dit americanisme niet begrijpen,
de uitlegging, dat de in sightseeing cars
rondgesleurde toeristen zoover hun nekken
moeten strekken om alles te kunnen zien, dat
die op rubber gaan gelijken. Er is zóóveel te
bekijken, dat een heele week van 's morgens
vroeg tot 's avonds laat maar net genoeg
is om het voornaamste te zien. In de eerste
plaats komt dat, omdat de afstanden zoo
kolossaal zijn en men van het eene allerbe
langrijkste een heel eind heeft af te leggen
naar het andere en ten tweede dat hetgeen
men te zien krijgt, zoo enorm van omvang of
opperv'akte is. Volendam is een wereld
attractie, maar men is het gauw doorgewan
deld een toclitje de honderd en twee ver
diepingen van de Empire State Building op
of per boot naar het Vrijheidsbeeld vergt
meer tijd.
Toen ik destijds mijn eerste twee weken in
New-York beleefde, heb ik ook koortsachtig
„gerubberneckt", niet vermoedend, dat ik
later voor veel langer termijn naar Amerika
zou terugkeeren en toen heb ik het nog vele
malen overgedaan, vooral ten pleziere van
bezoekende landgenooten. Sinds lang bestaat
dat pretje voor mij alleen uit het gadeslaan
der gezichten en het luisteren naar de op
merkingen van zulke gasten, omdat ik zelf
zoo aan alles gewend ben geraakt en er het
wonderlijke niet zóó scherp meer van zie als
iemand, die hier pas aan wal is gestapt.
„Nee maar, kijk dat eens!" en dan kom ik
weer tot de ontdekking, dat het ook eigenlijk
heel wonderlijk is.
Terwijl ik dit schrijf, zie ik aan den over
kant van de straat glazenwasschers bezig de
ruiten schoon te maken van mijt overbuur.
Glazenwasschen kennen wij ook in Holland,
op hooge ladders of in het vensterkozijn zit
tend bij gebrek aan een ladder. Maar aan den
buitenkant op het kozijn staande! En bijvoor
beeld op de 26ste of de 49ste verdieping! Dat
is toch wel iets anders en de mannen, die ik
nu bezig zie, hangen als torren voor de
ramen van de 23ste verdieping. Hoe ze dat
doen? Heel eenvoudig: zij haken zich vast.
Alle ramen van alle wolkenkrabbers hebben
aan weerskanten twee ijzeren pennen in den
muur zitten; de glazenwasscher draagt een
sterken leeren gordel om zijn middel, waar
van links en rechts twee riemen, eindigend in
een metaien ring, afhangen. Wanneer hij nu
buiten het raam stapt, haakt hij die twee rin
gen in de muurpennen en wordt zoo ge
steund; een helper Iaat het raam van binnen
neer en de man staat, met zijn voeten buiten
waarts gericht, op een smal kozijn met ge
woonlijk een gapenden afgrond onder zich en
loeiende rukwinden, die aan zijn kleeren trek
ken, om zich heen.
Nu ik toch aan het naar boven kijken ben,
wil ik meteen iets vertellen van een ander
individu, dat zijn werk volbracht op groote
hoogte met niets onder zich dan een paar
planken: de reclameschilder. Amerikaansche
reclameborden zijn, wat de grootte betreft,
eenigszins overdreven te noemen in verge
lijking met de onzen; wat bij ons met ettelijke
vierkante meters gebeurt, gaat hier met ette
lijke tientallen, hoog tegen huizen aan of op
daken en 's avonds fel verlicht. Ook worden
zij meer geschilderd en maar zelden met pa
pier beplakt en het is voor niet-ingewijden
een raadsel, hoe zoo'n verf-virtuoos bijv. een
ananas of het gezicht van Douglas Fairbanks
ter grootte van een- of twee manslengten
schildert, terwijl hij er zelf vlak tegen aan
hangt en zijn steigertje door middel van twee
touwen hooger of lager verplaatst. Hoe het
mogelijk is, dat de ananas niet als een peer
uitvalt of Doug niet scheel kijkt weet ik
niet: geheim van het vak! Maar het is onge
twijfeld een New-Yorksche bezienswaardig
heid, die niet in de Baedeker staat.
Twee uitersten: Times Square 's nachts om
twee uur en Wall Street op een Zondagmor
gen. Ik beken, dat ik in de laatste paar jaar
niet midden in den nacht op dit plein, waar
zich de heele amusementswereld concentreert,
geweest was en de vorige keer was het er
vrij rustig. Eenige dagen geleden kwam ik er
langs en vond er de trottoirs dicht bezet, de
straat vol auto's, de theaters in volle verlich-
ting en aan den gang, zelfs veel winkels open.
verassing of voldoening hooren, dat hij haar
zag.
Zonder een woord te zeggen liet hij Lucille
zijn last zien.
Een vreemd gevoel kwam over haar; ver
schillend van al, wat zij ooit te voren had er
varen. Bij haar echtgenoot in de armen lag
een jong meisje, blijkbaar in slaap of be
zwijmd
HOOFDSTUK VIL
In arrest.
Lucille stond als verplet van verbazing,
waaronder ook een gevóel van afkeer en een
opwelling van jalouzie, die zij niet verklaren
of beschrijven kon.
Wie heb je daar Robert? vroeg zij. Ze
was zelve verrast door den toon van haar
stem; die klonk scherp, haast schril; de lan
ge tijd van spanning en angst van dien mid
dag, de nieuwe gewaarwording, toen zij den
last zag, dien haar echtgenoot tegen zijn
borst hield, deze dingen waren zoozeer van
invloed geweest op den klank van haar stem,
dat dit er heel anders van was geworden.
Ten antwoord boog Robert zich voorover
en legde het jonge meisje bij zijn vrouw in
de armen, die zij, gehoorzamend aan de op
dracht in zijn blik, omhoog hield maar
andermaal met een gevoel van weerzin. Tege
lijkertijd trof het haar, hoe bleek haar echt
genoot zag en dat hij zich met moeite be
woog, of hij pijn had. Sultan liet ook den kop
hangen en raakte met zijn bek bijna de stee-
"»n, of hij moe was van den dubbelen last.
Het uit electrische lichten bestaande schom
melende meisje en de pijprookende meneer
twee fameuze reclameborden gaven nog
onvermoeid hun voorstelling sinds zóns
ondergang, arme stakkers boden de ochtend
bladen van den komenden morgen aan en het
gerommel van trams boven en de subways
onder den grond herinnerde er aan, dat het
leven in New-York nooit rust neemt. Toeval
lig was het een Zaterdagavond en had ik mij
niet bij de pretmakende gemeente aangesloten
om na een ommegang van dancings en spea-
keasies den Zondagmorgen te beginnen met
een ontbijt van roereieren, koffie en toast, dan
had ik op mijn gemak naar de benedenstad
kunnengaan om daar een der merkwaardigste
New-Yorksche schouwspelen te zien. Precies
het tegenovergestelde! Straat na straat, een
heele wijk totaal uitgestorven.
Er bestaat misschien geen stad op de we
reld, die zoo verdeeld is in kleine of groote
stukken buitenland als New-York. Uit den
aard der zaak kunnen alle wereldsteden
plaatsen aanwijzen, waar bewoners van an
dere landen of rassen bij elkaar wonen, maar
ik vraag me af of het buiten New-York ook
in die getale en uitgestrektheid is. Daar heb
ben we om te beginnen de negerwijk te Har-
lem, een petekind van onze stad Haarlem,
maar een zwarte bevolking, ter grootte van
Amsterdam, woont met al hun raseigenaar
digheden, hun verwesterde Congo-leven,
waar een bezoek aan de restaurants en thea
ters iemand in een gloednieuwe atmosfeer
voert. Vlak daarbij, ten noorden van het Cen
tral Park, ligt de snel toenemende Spaansche
wijk, waar Mexikanen, Cubanen en andere
Zuid-Amerikanen een groote kolonie aan het
vormen zijn en waar voortdurend wrijving
met hun negerburen heerscht. Vergeet de
Duitsche kolonie niet aan de East Side ter
hoogte van de 68ste Street en ga dan lang
zaam zuidelijker, waar Grieken, Arabieren,
Russen en wie meer hun eigen stratencom-
plexen hebben, om eindelijk aan het puntje
van Manhattan aan te landen in de kolossale
Jiddische wijk, die een Chineezenstad tot na
buur heeft. En ga daar overal op onderzoek
en avontuur uit: probeer de restaurants en
de schouwburgen, want ge zult maar weinig
„rubbernecks" tegenkomen, tenzij in China-
town, dat zich nu eenmaal verkocht heeft aan
de pachters van autobussen. En wilt ge heele-
maal van het betreden pad af, gaat dan bij
het Heilsleger en dergelijke inrichtingen zien,
welk een kolossale hoeveelheid menschelijk
wrakhout het rijke en door onwetende bui
tenlanders zoo vurig begeerde Amerika bezit.
Ze ziet er geen paar honderd hongerigen ge
voed worden, maar duizenden en nog eens
duizenden! Ik zou u naar een eethuis kunnen
brengen, maar de schotels, een boterham, een
kop koffie maar ééne hee'e cent kosten en men
dus voor een stuiver vijf gangen kan krijgen
goed eten, boonen, soep, brood, koffie, koek.
Zoodat men met zelfrecpect zich voor het
minste geld kan staande houden, precies als
men in het algemeen vurig gekant is tegen de
uitkeering van iederen steun, zonder dat er
een tegenprestatie in den vorm van arbeid
voor geleverd wordt. Ik zei zooeven, dat het
verkeer hier dag en nacht doorgaat; toen ik
dien Zaterdagnacht met den ondergrondsche
naar den buitenkant der stad reed, zag ik in
alle stations op banken, op kisten voor ge
reedschap, zelfs op stapels kranten plat op
den grond honderden dakloozen in hun jas
sen gedoken zitten en liggen slapen. Iets ge
heel nieuws in Amerika en terwijl ik van het
eene station-slaaplokaal naar het andere
voortzoemde, bedacht ik bij mezelf, dat het
toch maar 'heel goed is, dat geen immigran
ten uit ons land mogen overkomen dezer da
gen om die bezienswaardigheden mee te
maken, misschien in dubbele beteekenis.
SCHOORL.
De Rijwielpadplannen.
Woensdagavond vergaderde in het lo
kaal van den heer Schuijt, de afd. Schoorl
van de Rijwielpadvereeniging „Noord-Ken-
nemerland" De opkomst was zeer miniem,
slechts een 15-tal menschen waren aanwezig.
Waar de voorzitter nog niet aanwezig was,
opende mr. J. P. Bosman uit Alkmaar, die
als gast aanwezig was, de bijeenkomst.
Hierna deed de secretaris voorlezing van
een verslag dat diverse punten en gebeurte
nissen weergaf uit een aantal jaren van het
leven van de Rijwielpadvereeniging. We stip
pen daaruit aan, dat in 1Q28 medewerking
van 't Schoorlsche gemeentebestuur werd toe
gezegd, dat verschillende subsidie aanvragen
aan buitengemeenten werden afgewezen, dat
naderhand bij de hoofdvereeniging werd
aangesloten en een vastomlijnd plan in over-
Een groote nieuwsgierigheid maakte zich
van Lucille meester, om het gezicht van het
jonge meisje te zien, dat zich nu voldoende
nad opgericht, om met eenige hulp te staan,
maar blijkbaar nog niet wetend wat zij deed.
Met een lichte beweging sloeg zij den man
tel weg, die gedeeltelijk het gelaat omhulde.
Het was het gezicht van een meisje van nog
geen twintig, niet bepaald mooi, maar van
een innemende lieftalligheid door haar jeugd
en zedigheid, en die onder andere omstandig
heden zeker nog treffender zou zijn, door de
levendigheid die zij nu miste. Haar kleeding
was die van den middenstand, eenvoudig,
maar niet goedkoop .terwijl er geen zweem
was van nood of armoede.
Lucille richtte zich op, met een zucht van ver
lichting, waarvoor ze zich schaamde. Robert,
dat wist zij, had nooit naar een andere
vrouw met "liefde of zelfs met bewondering
gekeken en dit jonge ding hoefde haar toch
geen oogenblik het vertrouwen in hem te be
nemen, dat jaren van kameraadschap onder
de beste verstandhouding haar geschonken
had.
De last werd nog gedragen door haar ar
men, daar zij de schouders van het jonge
meisje hield omvat; maar van haar hart was
de last afgenomen; in plaats daarvan was
wroeging getreden, dat zij ooit een gevoelen
had gekoesterd, dat haar en Robert onwaai-
dig was. Misschien was ook de herinnering
aan het beeld, dat haar spiegel haar te zien
gaf, op dat oogenblik niet bij Lucille uit het
geheugen.
Robert steeg langzaam af en wierp de teu
gels toe aan een van de stalknechten, die na-
eenstemming met het Staatsboschbeheer werd
vastgesteld.
Aanvankelijk bestonden over het gedeelte
langs den Duinweg ook bij 't Staatsbosch
beheer sterke bezwaren, doch tenslotte was
ook voor dit gedeelte vergunning gekregen.
Tevens werd gememoreerd dat bij de Oude
Z andvaart te Hargen technische bezwaren
naar voren kwamen, en men besloot om het
pad te Hargen bij de Provincialen spoorlijn
te doen eindigen. De uitslag van de subsidie
aanvrage bij het gemeentebestuur van
Schoorl was voor de afdeeling een groote
ontnuchtering.
Den heer P. Kos herinnerde er aan dat ook
de V. V. V. Groet—Kamperduin subsidie had
gegeven. De secretaris beaamde dit. Ook de
V V. V. Schoorl subsidieerde.
Den heer Meedendorp vroeg of het plan
waaraan de Raad indertijd zijn medewerking
verleende, hetzelfde plan was als 't huidige.
De heer Selhorst en de voorzitter zeiden,
dat in groote trekken het oude plan is
gevolgd.
Den heer Meedendorp vroeg of de toestem
ming van het Staatboschbeheer er inderdaad
is.
De voorzitter bevestigde dit. Uitvoerig
deelde hij mede, dat ten raadhuize te Schoorl
met B. en W., de menschen van den A. N.
W. B., Staatsboschbeheer enz., de lijnen zijn
getrokken.
Den heer Schermer deelde mede dat het
p'an, in 1928 in den Raad behandeld, nogal
afweek van het jongste plan De Duinweg en
de bosschen achter de Brouwerskom waren
er van uitgesloten, terwijl van Hargen tot
Camperduin het pad werd doorgetrokken. De
raad oordeelde dus ever heel iets anders.
Den heer Detie deed 't genoegen tc hooren
dat het Staatsboschbeheer de plannen heeft
geaccepteerd. In Groet gaan leelijke praatjes,
't Wordt een leugen genoemd dat het Staats
boschbeheer de plannen heeft aangenomen
Er is gesproken van verdacht maken en mis
leiden. Spreker deed uitkomen dat er hier
twee boschwachters zijn in Schoorl. Het deed
hem genoegen dat de praatjes werden weer
legd door die bijeenkomst ten raadhuize,
waardoor menschen worden gerehabiliteerd
die zooveel onbaatzuchtig werk doen voor
het Schoorlsche belang.
Den heer Kos had waardeering voor het
werk van de Rijwielpadvereeniging. Dit kan
men hebben, en daarnaast kan men het toch
niet eens ziin met de plannen.
Bestuursleden noch leden waren bekend
met de plannen, toen ze op den filmavond
bekend werden gemaald. Spr. vond het ver
keerd dat de opzet bij de grens van Bergen
begon. Waarom niet te Kamoerduin? Voor
Kamperduin zat er o.a. dit gevaar aan vast,
dat, wanneer daar niet werd begonnen, doch
op de grens van Bergen, de gelden wel eens
verwerkt konden zijn eer men tot de grens
van Groet was genaderd. Op dien filmavond
heeft spreker zijn spijt uitgedrukt dat die
plannen niet van te voren in een ledenverga
dering onder de oogen waren gezien, 't Was
dan misschien anders geloopen.
De voorzitter, de heer C. Kriller, inmiddels
ter vergadering gekomen, antwoordde hier
uitvoerig op. In verband met subsidies moest
het een pad zijn dat af was. Van Kamper
duin begonnen, zou het een dorpsbelang zijn,
terwijl het pad in het algemeene kader van
de districtsplannen moest blijven aanpassen.
De straatweg is we! wat breeder geworden,
doch een rijwielpad blijft een eerste eisch
Spreker vond een vergadering van leden,
vóór de indiening van het plan indertijd niet
noodig, aangezien niets meer was gedaan
dan het uitvoeren van een opdracht indertijd
aan het bestuur gegeven.
Den heer Dehé deed nog eens uittkomen,
dat, waar door een der boschwachters was
gezegd dat het Staatsboschbeheer niets wist
van de jongste gebeurtenissen, dit door de
feiten van hedenavond ten schande was ge
maakt.
De voorzitter deelde mede dat hij het een
beleediging vond dat we door den Raad zoo
bij den nek zijn genomen. Wij zijn door den
Raad misleid!
Den heer Schermer was het met den heer
Kos eens, dat een ledenvergadering vooraf,
veel zou hebben bijgedragen tot een beter
begrijpen, doch vooral was het wenschelijk
geweest dat de voorzitter van den gemeente
raad indertijd in comité den leden van den
raad de. plannen vo'ledig had voorgelegd. Bij
zulke dingen is een goede voorbereiding
alles; een beleediging kan 't afwijzen van de
subsidie niet zijn geweest, alleen kan een on
voorbereid indienen van plannen het risico
medebrengen dat de zaak misloopt, en is dat
eigen'schuld.
De voorzitter vond dat we niets te maken
hebben met dien ra^d. Die had iets anders in
de mars volgens zijn idee, en de heer Scher
mer was er een van het gezelschap, thans ge-
derbij betreden was.
Wrijf hem zorgvuldig in, luidden zijn
orders, en geef hij een warme korenpap.
Ja, sir.
Toen nam Darcy Lucille's arm in zijn hand
en hield dien vast, deels uit genegenheid, deels
om zichzelven een steun te verschaffen. Ge
zamenlijk liepen ze naar de deur, terwijl Lu
cille het jonge meisje hielp, of het een ver
moeid kind was.
Ze traden naast elkaar voort, zij op een
verklaring wachtend en hij blijkbaar naar
woorden zoeken, om die te geven, terwijl het
hem duizelde.
Onder het langzaam voortloopen haalde
het meisje een twee a drie keer zwaar adem,
of zij ontwaakte.
Je zult haar de verzorging van een
vrouw moeten geven, Lucille, zei Robert. Ze
heeft een ruwe behandeling ondergaan. Ik
heb haar bij jou gebracht, niet wetend, wat
ik anders moest doen.
De klank van zijn stem was zijn vrouw
een bewijs, dat hij op de een of andere ma
nier beleedigd was; en, of hij zich alleen
geestelijk verslagen voelde, of ook lichame
lijk, dit kon zij niet uitmaken.
Wat scheelt er aan, beste man? vroeg
zij.
Een lichte schram; niets van belang;
Longstaffe zal mij helpen. Je komt toch te
rug, zoodra je voor het meisje hebt gezorgd?
Ja, natuurlijk; onmiddellijk!
Ze gingen de gang door, die naar den voor
hall leidde.
Tegen dien tijd was het jonge meisje nog
meer bijgekomen. Lucille riep haar kamer-
komen om zijn slachtoffers te begraven.
De heer Meedendorp (heftig) zeide, dat
wanneer er fouten waren, de raad die weg
had moeten nemen. Thans kunnen wij d#
fouten opeten.
De heer Jansen bracht het gesprokene van
den heer D. Duin Wz. in de jongste raads
vergadering naar voren. Deze had gezegd1,
dat 't een leugen was dat het Staatsbosch
beheer hulp had toegezegd. Spr. wilde wel
verklaren dat voorzoover het zijn ressort als
boschwachter betrof, de toestemming er
was, en in details de richting is gevolgd!,;
door 't Staatsboschbeheer aangewezen. Ik
heb gezegd, aldus spreker, dat als de chef
't goedvindt, ik mee zal helpen, voorzoover
't pad op mijn gebied ligt. Spr. twijfelde er
intusschen niet aan, of zijn collega, bosch-:
wachter Greup, zou ook op zijn gebied gaar
ne medewerken, aangezien er anders nogal
kans was op strubbelingen, b.v. met een an
deren opzichter. De bewering van het raads
lid Duin is onwaar, althans voor 't gedeelte
Schoorl, ten zuiden van den Munnikenweg.
De heer Dehé: 't Gaat er hier om, niet wat
de boschwachters zeggen of gezegd hebben,
doch of 't Staatsboschbeheer zelve de plan-,
nen heeft geaccepteerd.
De heer Jansen: De houtvester heeft zelve
de verklaring afgelegd.
De heer Minkema, penningmeester, deed
hierna verslag. In 19"0 was er met een ont
vang van 48.21 en een uitgave van 48.50
een verlies van 0.29. In 1931 een ontvang
van 88.43 en een uitgave van 68.89. Een
batig saldo is er thans van 19.54.
De penningmeester kreeg den dank van den
voorzitter voor zijn goed beheer. Een voor
stel tot opheffing van de financieele commis
sie werd aanvaard.
Bij de bestuursverkiezing achtte de voor
zitter het beter dat er een nieuw bestuur
werd benoemd. We zijn op 't doode punt.
Wat nu te doen? Menschen zoeken die voor
7000 garant zijn, en dus buiten den raad
van Schoorl om doorwerken? Wachten tot
een nieuwe Raad de dingen helderder in
gaat zien? Anderen raden aan om op te
houden, doch dit acht spr. ook niet raad
zaam. In elk geval zou een nieuw bestuur
misschien meer kunnen bereiken.
Uitvoerig werd alsnu nog gediscussieerd
over de toekomstplannen. De heer Jansen zou
't van de 4 raadsleden die 'n plan langs den
Omloop prefereerden, een moreelen plicht
vinden, om zelve met een plan te komen, ter
wijl hij in 't idee van het raadslid Schermer
om vanaf den Munnikenweg tot Schoorldam
te gaan, ook moeilijkheden zag.
De voorzitter bedankte om als knecht van
den Raad nog verdere plannen te maken.
Na eenig heen en weer praten bleef het
bestuur toch weer aan. Voor den heer G.
Duinmeijer, die had bedankt, noodigde de
voorzitter den heer Meedendorp uit als be
stuurslid zitting te nemen. Dit geschiedde.
Nog deelde de heer Bosman mede, dat,
nadat de mededeeling van het gemeente
bestuur was binnengekomen, dat er geen
subsidie zou worden verstrekt, na ernstig be
raad door het hoofdbestuur was besloten om
geen uitvoering te geven aan 't verzoek van
den Raad om een nieuw plan te maken voor
den Omloop. Niet omdat het hoofdbestuur
boos is of iets dergeajks. doch omdat de
uitspraak van den Raad tegenstrijdig is Men
vraagt een nieuw plan, voteert er geld voor,
en tegelijkertijd stemt men een plan af. door
dat de gemeente het financieel niet aandurft.
Uitvoerig stond spreker nog stil bij dit
tweede ontwerp. De Grindweg langs den
Omloop is reeds goed te berijden voor rij
wielen. Men behoeft daar geen fietspad te
maken. Men moet echter rekening houden
met wat het pubiek vraagt, en dat publiek
wenscht een fietspad, zooals het thans gepro
jecteerd was.
De rondvraag leverde niets op.
De voorzitter sloot met een woord van
dank voor de aanwezighekt van den bonds
voorzitter. We zullen in de toekomst ons best
doen om te bereiken, wat te bereiken is, doch
men houde er rekening mede, dat er niet te
spoedig tastbare resultaten zullen komen.
HEEMSKERK.
Jaarvergadering „Het Witte Kruis*.
De leden onzer afd. N Holl. Witte Kruis
kwamen Donderdagavond in het lokaal
„Flora" in jaarvergadering bijeen.
Tijdens de opening sprak de voorzitter, de
heer P. de Vries Thz., eenigszins zijne teleur
stelling uit over de geringe opkomst.
Het jaarverslag toonde aan dat deze afd.
die slechts enkele jaren hter bestaat, ook in
het afgeloopen jaar wederom getoond heeft
in een gevoelde behoefte voorzien te hebben,
hebben.
De afd. is met 4 leden vooruitgegaan, ter
nier; samen hielpen ze haar de trap op en
brachten haar naar een van de logeerka
mers. Madam Darcy, liet een drank klaar ma
ken van warme melk met geronnen wijn en
kreeg er de vreemdelinge wat van binnen, na
dat zij eerst ontkleed en te bed gebracht was
Lucille spoedde zich terug naar haar echt
genoot. Ze vond hem in het vertrek, dat hij
gebruikte als een soort kantoortje, om er de
zaken in te behandelen en dat uitzag op de
riiever Hij zat achterover geleund, met het
hoofd tegen het leer van den stoel, terwijl de
bleekheid van zijn gelaat nog eens zoozeer
uitkwam door zijn donkere haar.
Madam Darcy vreesde, zij wist wat. Zij
ging naar hem toe en knielde naast hem.
Wat is er, liefste? vroeg zij. Er is iets
heel ergs gebeurd en dat houd je voor mij
verborgen.
Hij glimlachte, maar die lach was droevi
ger dan tranen.
Wel, vrouwtje, ik heb nog geen gele
genheid gehad, je iets te vertellen; van mijn
leven niet, gehad, wij één waren, heb ik iets
voor je verborgen gehouden van de dingen,
die ik zelf wist.
Lucille keek hem in de oogen, terwijl zij
geestelijk overwoog, wat hij had gezegd en
dit vergeleek met de ervaring, die zij achter
den rug had. Het was waar: zij hadden niets
verborgen gehouden voor elkaar; hadden
geen geheimen; vreugde en verdriet had hen
verbonden; zij hadden te zamen gedragen,
naast elkaar staand, als trouwe kameraden.
Z'J 'egde haar hand op zijn schouder; hn
kromp ineen onder die aanraking.
(Wordt vervolgd.)