Alkmaarscite Courant. EEN LEVEN OM EEN LEVEN. Van mijn Palestijnsche reis. Jladiomeuws SeuMetw Qememtecadeu. Honderd vier en dertigste Jaargang. Donderdag1 31 blaart. HEILOO. No. 76 1932 Vrijdag 1 April. 'f Hilversum, 298 M. (6.4512.4.8. en 11.-12 uur V.A.R.A., 12.-4.- A.V. R.O. en de V.P.R.O. van 8.—11.—uur). 6.45—7.— en 7 30—7.45 Gymnastiekles. 8.— Gramofoonplaten. 10— Morgenwijding. 10.15 Voordracht door Minny Lrfmann. 10 30 V.A.R.A.-septet o.l.v. Is. Eyl 11.— Vrouwenkwartitrtje. 11.15 Vervolg V A.R.A.- septet en Gramofoonplaten. 12.Gramofoon platen. 12.30 A.V.R.O. Kamer-orkest o.l.v. L. Schmidt. 2.— J. H. Krayff Jr.: Wenken voor kampeerders. 2.30 A.V.R.O. Kiein-Orkest o.l.v. N- Treep en Gramofoonplaten. 4.Piano recital Joh. Jong. 4.30 Voor de kin-deren. 5. V.A.R.A.-orkest o.l.v. H. de Groot en Gra mofoonplaten. 6.45 L. H. Mansholt: Begin selprogram der S.D.A.P. 7.V.A.R.A.- orkest (Vervolg). 7.15 „Inneming van den Briel", hoorspel van Huib Wouters. V.A.R.A.- ♦ooneel o.l.v. W. van Cappelien. 7.45 Vara- orkest (Vervolg). 8.Religieuse voordracht. 8.30 Concert. A'damsch Vocaal kwartet (So- spraan, alt, tenor, bas en piano). Haydn- cyclus. O.a. Stabat Mater. 9.Beginselver klaring v. h. Vrijz Protestantisme. 9.30 Ver volg concert. 0.a. Die Harmonie in der Éhe, J. Haydn. 10.Vrijz. Godsd. Pers bureau. 10.05 Vaz Dias. 10.15 Herman Rui ters spreekt over Joseph Haydn. 10.45 Gra mofoonplaten. 11.-12.— Gramofoonplaten (V.A.R.A.) Huizen, 1875 M. (Algemeen programma, te verzorgen door de N.C.R.V.) 8 Schrift lezing. 8.159.30 Gramofoonplaten. 10.30 Ziekendienst. 11— Gramofoonplaten. 12.15 Concert. H. Hermann (viool), T. G. v. d. Haar (viool), H. v. d. Horst Jr. (cello) en mevr. R. A. v. d- Horst—Bleekrode (piano). 2.—2.30 Wenken omtrent Baby-verzorging. 3.Concert. Mej. A. Hermes (alt), B. Mis set (bas-bariton), G. Beths (viool) en P. Hal- sema (piano). 5.— Postzegelhalfuurtje. 5.30 Halfuurtje voor amateur-fotografen. 6.— Causerie door H. J. Steinvoort. 6.30 Radio dokter. 7.Causerie door A. J. Herwig. 7.45 Causerie over Reizen in Duitschland. 8. Concert door de H.O.V o.l.v F. Schuurman. Haydn-Programma. O.a. Symphonie d-dur, Nr. 104. 9.W. van Rijswijk: Smaragd, saf fier en robijn. 9.3010.30 Vervolg concert. Ó.a. Ochsenmenuet en Symphonie concer tante. Ca 10.Vaz Dias. 10.3011.30 Gra mofoonplaten. Daventry, 1554 Ai. 10.35 Morgenwijding. 10.50 Tijdsein, Berichten. 11.05 Lezing. 12.20 E Starkey en zijn orkest. 1.05 Orgelconcert H. Dawson. 1.502.50 Gramofoonplaten. 4.20 Moschetfo's orkest. 5.35 Kinderuur 6.20 Berichten. 6.50 Fr. Merrick speelt Haydn's Piano-sonates. 7.10, 7.25 en 7.50 Lezingen. 8.20 Operette-concert. Revue-koor, Theater orkest en solisten o.l.v. Woodgate. O.a. ope rettes van Sullivan en Jones. 9.20 Berichten en lezing 9.55 „To any Husbar.d", hoorspel van Anne Parlane. 10.35 Victor Olof sextet. O.a. Suite „Le roi s'amuse". Délibes en Menuet, Boccherini. 11.2012.20 Savoy Hotel Orpheans. Pariis „Radio-Paris", 1725 Ai. 8.05 en 12 50 Gramofoonplaten. 8.20 Haydn-concert. M.m.v. koor en orkest o.l.v. Eugène Bigot O.a. Oxford-Symphonie en „Die Jahres zeiten". Kalundborg, 1153 Ai. 2.504.20 Concert uit Rest. „Wivex". 7.209.20 Vanuit het Odd Fellow Huis: Radio-Symphonie-orkest o.l.v. Egisto Tango m.m.v. koor en solisten. „Re quiem" van Verdi. 9.4011.50 Moderne Dansmuziek vanuit Rest. „Ritz". Langenberg, 473 Ai. 6.257.20 en 10.40 tot 11.20 Gramofoonplaten. 12.201.50 Con cert o.l.v. Eysoldt. 4.20—5.20 Concert uit Frankfurt. 7.35 Variété voor orkest. M.m.v. orkest van werklooze musici uit Dortmund o.l.v. P. van Kempen. Hierna tot 10.20 Con cert o.l.v. Wolf. 10.2011.20 Concert uit Café Schwerthof. Brussel, 508 en 338 Ai. 508 M.r 12.35— 2.05 Gramofoonplaten. 5.20 Concert o.l.v. Meulemans. 6.20 en 6.50 Gramofoonplaten. 8.20 Concert o.l.v. Kumps. O.a. Fant. „Mig non", Thomas; Les Erynnies, ballet, Masse- net. 338 M.: 12.352.05 Gramofoonplaten. Naar het Engelsch van Morice Gerard door Emma A. H. 64) Lucille viel bijna flauw, terwijl deze getuigenis werd afgelegd; ze had het wel willen uitschreeuwen bij die valsch- heid, maar haar tong kleefde haar tegen het verhemelte en ze begreep ook heel goed, hoe weinig nog zulk een protest zou gegeven hebben. De rechter liet zich een paar opmer kingen ontvallen, waaruit voldoende bleek, hoe hij meende dat het geval zou afloopen, zooals het hem ook zeker niet onwelgevallig zou zijn. Twee van de wacht werden vervol gens opgeroepen, die getuigden, dat, toen ze kreten hadden gehoord en later het gekletter van wapenen, ze er ijlings op afgegaan waren, maar te laat ten tooneele verschenen; ze hadden den be schuldigde gevonden met het meisje in zijn armen en daar ze geloof sloegen aan zijn verhaal en niet wisten, dat er moord was gepleegd, hadden ze hem la ten gaan, terwijl ze echter wel eerst de voorzorg hadden genomen om zijn naam en adres op te teekenen. Anne Pembery was hun bekend als de dochter van een handelsman, daar uit den omtrek. Master Sawyer had nog van hen wil len hooren, wat Robert Darcy had ge zegd, maar hij werd overstemd door de 5.20 Concert o.l.v. Kumps 6.20 en 6 50 Gra mofoonplaten. 8.20 Concert o.l.v. Fr André. 0.a. Fant. „Hansel und Gretef', Humper- dinck; Ccan d'Enfants, Debussy. Rome, 441 Ai. 7.10 Gramofoonpl. 8.05 Operette „11 paese dei campanelli" van Lom- bardo en Ranzato. Orkestleiding: Alberto Paoletti. Zeesen, 1635 Ai. 7.35 Opera „Rodelinda" van G. F. Handel. 8.20 „Das Bleiche Sterben", hoorspel van Gregor Jarcbo. 9.50 Berichten. 10.05 Ged. uitzending v. d. „Schlesier-Kund- gebung". Hierna Vroolijk uurtje. (Tooneel en zang)-. NB. Wij maken U attent op de driemaandelijk- sche golflengte-wisseling van Hilversum en Huizen, aanvangende 1 April. Huizen zendt vanaf dien datum op 1875 M., Hilversum op 298 M. RADIOMUZIEK VAN VRIJDAG. Des middags geeft de N.C.R.V. kamermu ziek (zang, viool en piano). De V.A.R.A. brengt een pianorecital met een Haydn-pro- gramma. In het begin van den avond komt over Kalundborg de Messa da Requiem van Verdi; meestal kortweg aangeduid als Re quiem; de componist schreef werk ter her denking von den sterfdag van zijn vriend, den dichter Manzoni, het is in muzikaal op zicht een meesterwerk, al kan men de com positie niet streng kerkelijk noemen en is vaak de ervaren opera-componist aan het woord, bijv. in de huiveringwekkend realisti sche schildering van het Dies Irae; nimmer echter wordt Verdi hier banaal, nergens vindt men slechts klank om der klank wille, steeds zijn de muzikale gedachten van een aangrijpende schoonheid, vanaf het eerste, fluisterende Requiem aeternam van het koor tot het grandiose slot Requiesat in Pace. Weenen zet de Havdn-herdenking voort met de uitzending van het oratorium Die Jahres- zeiten, het laatste groote werk van den mees ter, waarin de zesenzeventig-jarige uiting geeft aan zijn ongebroken levenskracht en levensblijheid. Boedapest brengt Haydn's oratorium Die Schcpfung, waaruit het vro me gemoed van den componist spreekt, maar dat tevens een bewijs is van het groote kun nen van Haydn bij het weergeven van stem mingen en bij de orkestbehandeling. Over Frankfurt Mühlacker komt een mooi orkest programma met o.m. Haydn's Symphonie Mi litaire (Nr. 100, G-dur) en Brahms' orkestva riaties op een thema uit een Divertimento van Haydn (de z.g. Haydn-variaties). München brengt strijkkwartetten van Haydn. Hamburg geeft een reeks vocale en instrumentale frag menten uit opera's van Rossini, o.a. uit Bar bier van Sevilla en Wilhelm Teil. Over Heils berg komt een pianotrio van Schubert (op 99, Bes-dur). Voor de microfoon van Beromün- ster is de Spaansche violist Juan Manen so list. Het Haydn-concert van Motala brengt o.m. de symphonie nr. 49 in f-moll eenige so praan-aria's uit Die Jahreszeiten en het be kende cello-concert in D.dur. Over Warschau komen o.m. Webers prachtige Euryanthe- ouverture, een schitterend symphonisch or kestwerk, verder Mahler's Lieder einer fah- renden Gesellen en de vierde symphonie e- moll) van Brahms. Des avonds vervolgt de V.P.R.O. haar Haydn-cyclus met liederen en pianowerken. Ook de N.C.R.V. heeft haar or kestprogramma aan Haydn gewijd, o.m. het symphonie nr. 104 (D-dur, Londoner of Du- delsack-symphonie) en een vioolconcert. Het Haydn-concert van Radio Paris brengt de Oxford-symphonieën (nr. 92, G-dur) en twee deel en (Frühling en Winter) uit het orato rium Die Jahreszeiten. De Eiffeltoren brengt een programma met werken van Spaansche componisten. Later op den avond komt over Oslo kamermuziek van Haydn, het strijkkwartet g-moll. op. 74 nr. 3 (Reiterquar- tett), een viool-sonate (D-dur) en het piano trio in G-dur (Rondo all'Angarese). Opero. Over Berlijn en Breslau gaat een opera van Handel, Rosalinde. Door Rabbijn S. Ph. de Vries Mzn. OM HAIFA HEEN. We zijn nu mede door den tegenvaller te Afoelé één dag vroeger te Haifa terug. Vroeger namelijk dan bij de Strucksche in structiën voor ons was vastgesteld. En toen ik mij kort na aankomst telefonisch bij Prof. Struck meldde, bleek hij even verwonderd als verheugd te zijn en vonden hij en mevrouw heel gauw gelegenheid om de drukke voofbe- verklaring van den rechter, dat dit geen aannemelijke getuigenis was. De laatste getuige was Anne Pembery zelve. Zij had naast miss Darcy gezeten en had moeten ondersteund worden toen ze naar de getuigenbank werd ge leid, waar zij mocht gaan zitten. Haar jeugd en haar buitengewone bleekheid wekten groote sympathie in de rechts zaal en veler blikken, voornamelijk van de vrouwen, werden tegen kapitein Dar cy gericht, die dit droeg met mannelijke waardigheid, wat, zooals later bekend werd, bij enkelen de vraag deed rijzen of hij, alles wel beschouwd, het recht nog niet op zijn zijde had. De procureur-generaal stond op, wendde zich tot den rechter en zei: Mylord, met het oog op den toe stand van deze jeugdige persoon wil ik haar niet langer ophouden, dan den tijd, die noodig is om drie vragen te stellen, zoo kort mogelijk. De rechter keek den procureur veelbe- teekenend aan. Haar getuigenis is haast niet nood zakelijk, zei hij met langzamen nadruk. Toen keek zijn lordschap naar de jury, die het daarmee eens scheen te zijn. Weet u, madam, wie u wegvoerde? Een nauw hoorbaar: Neen, sir, was het antwoord. Zoudt u iemand herkennen, dien u op dien avond heeft gezien? Neen, sir, ik was zoo van streek. Waar bevondt u zich toen u weer tot bewustzijn kwam? In het huis van kapitein Robert Darcy. reidingen voor hun vrij langdurige Euro- peesche reis af te breken en bij ons te komen. Struck examinator. Maar ik slaagde en kreeg een vrij goed rapport, ongeveer aldus ik kon niet weten, dat ze mij blijkbaar om trent uwen leeftijd hebben voorgejokt. Daar om heb ik het werk in dit jaargetijde niet over minder tijd durven verdeelen. Inder daad, het jaargetijde! En toch leek mij de vriendelijke voorzorg wel ietwat overdreven. Want al is de hitte groot, de Palestijnsche zon schijnt een andere werking te hebben dan de zomerhitte hier, waar we ons al gauw nauwelijks weten te bergen als zij in de verte naar een hittegolf dreigt te zweemen. We hebben ginds echter het groote geluk gehad, dat de hitte geen enkelen dag tot den zooge- naamden Chamsin is overgeslagen. Dat moet verschrikkelijk zijn. Als een voortdu rende bedreiging om te stikken. Mijn reisgezel Dr. Fries had er niettemin genoeg van. Vooral ook, omdat hij nog zulk een groote reis naar huis, naar Texas dus, voor de borst had. Hij dacht op die terugreis ook Holland nog aan te doen. Van Joodsch- reformistische gedragingen heeft deze Ame- rikaansche reform-rabbijn mij gedurende al den tijd van ons samenzijn niets laten blij ken. Hij heeft zich ritueel en ceremonieel ge heel aan mijn gezelschap aangesloten. Wij reisden prettig samen en namen hartelijk af scheid van elkander. Verzadigd was ik nog niet. En gelukkig was mijn weerstand nog niet uitgeput. Ik moet het hier even met innige dankbaarheid gedenken, hoe jong en frisch en veerkrach tig ik me steeds in Palestina heb gevoeld. Hoe geen enkele dag me ook maar ven, in al de hitte, met een beetje hoofdpijn heeft ge plaagd. Hce ik al die weken slechts hoogst zelden een korte ingewandenstoornis ginds overigens vrij gewoon bij den toerist heb bespeurd. En hoe ik iederen morgen de vermoeidheid van dn igen dag weer volkomen overwonnen bleek te hebben. Zoo kon ik het er dus op wagen van uit Haifa reeds den volgenden ochtend met Schmidt weer op het pad te gaan. We gaan nu zuidwaarts door de kuststreek, die eens tot de vruchtbaarste en schoonste van Ke- naan behoorde en verderop naar beneden tot aan het oude land der Philistijnen reikte. Daar bevinden zich een aantal oudere kolo nies, en nieuwe zijn er in opkomst. Hier gaat ook een spoorlijn naar Tel-Aviv en vandaar verder zuidwaarts over Gaza naar Egypte. Een oud vriend uit Frankfurt a. M., dien ik met zijn gade in Hadar-Hacarmel trof. en die nu in lêl-Aviv woont, wilde juist den zelfden ochtend den trein naar huis nemen. Zij houden mij nu gezelschap op dezen tocht, totdat wij hen later op den dag te Benja- mina, een tusschenstation, aan een binnen komenden trein afstaan. Zichron-Jacob, of eenvoudig Zichron, zul len we zeker niet overslaan. Het dateert reeds uit 1882 en behoort tot de allereerste kolonies, die tengevolge van de uitdrijvin gen en de vlucht uit Rusland in de vreeselij- ke tachtiger-jaren zijn gesticht onder den be zielenden drang der oudste Zionsvrienden, der Chovevé-Zion, die onwillekeurig den weg voor de moderne Zionistische bewe ging hebben bereid. Zichron is een stad. Niet groot, maar vriendelijk, mooi; met het volkomen aanzien van een stad. Het ligt heerlijk in schoone omgeving en ziet de blau we zee op een afstand van ongeveer een half uur gaans. Hier zijn de groote wijnkelders, niet zoo groot als in Rischon-k-Zion bij Tel- Aviv en niet zóó modern-technisch ingericht, maar toch nog groot genoeg en beroemd eveneens. Wij dwalen lang door de duistere gangen, die in de rotsen zijn gehakt en ge boord, onder het geleide van een opzichter bij het licht van kaarsen, die wij in tangen geknepen in onze hand voor ons uit dragen. Een romantische wandeltocht voorbij lange rijen kolossale vaten, die de verschillende oude wijnen bevatten, welke Europeesche en Amerikaansche tafels alle eer aandoen en die hun weg reeds naar alle kanten van de wereld hebben gevonden. De campagne van het nieuwe jaar was nog niet begonnen, maar in drukke voorbereiding. Nog slechts een goede week en de eerste vrachten druiven zouden er worden afgeleverd. We zien behal ve deze onderaardsche gangen ook Zichron zelf met zijn goedverzorgde straten, die met flinke huizen zijn omzoomd. Vele groote hui zen met meer dan een verdieping, zooals het een stad betaamt. In één der rijen ook het groote, ruime, solied gebouwde bedehuis. En evenzeer de school. Hier heeft de hulp van den Baron, dat is de oude Baron Edmond de Rotschild uit Parijs, toch het hare gedaan Hij heeft reeds vroeg de zorg voor deze, eens door Roemeensche Joden gestichte, kolonie op zich genomen. Oók voor deze. We zijn tot nu toe voortdurend op de De procureur-generaal ging zitten. Toen stond master Sawyer op en zei: Ik ben evenzeer geneigd, mylord, om deze jeugdige persoon te ontzien als mijnheer de procureur, maar in het be lang van mijn cliënt ben ik verplicht nog wat verder te vragen. En zich'toen tot miss Anne wendend: Hebt gij den gevangene in de bank der beschuldigden al eerder gezien? Het jonge meisje keek naar Robert, aarzelde en zei: Ik geloof van niet, sir. Toen voegde ze er bij: Maar ik weet het niet zeker. Er komen zoovele heeren bij mijn vader om zaken te doen. De procureur keerde zich om, knikte bij dit antwoord den rechtskundige toe, die naast hem zat, en scheen er zee mee ingenomen. Master Sawyer probeerde weer: Op den bewusten avond, madam, waren er toen geen drie, die u trachtten te ontvoeren? Er volgde een ademlooze stilte; de heele rechtszaal wachtte op het ant woord, waarvan zooveel afhing. Miss Anne bracht de hand naar het voor hoofd en scheen op het punt te bezwij men. Eindelijk zei ze en de deurwaar der van het gerecht moest de woorden herhalen, zoo zacht werden die gespro ken: Ik hoorde iemand loopen, ik gilde en viel er was iets op den weg, meer herinner ik mij niet. Master Sawyer ging zitten, als iemand, die zich verslagen voelt. De procureur groote wegen, die goed zijn en waarop men voorwaarts komen kan. Maar we komen van daag ook in de nog nieuwe kolonies, waar wel flinke breede wegen zijn geprojecteerd, maar nog slechts aangelegd in het zand. En dan krijgt de motor werk en onze wagen het hard te verantwoorden. We blijven eenige keeren steken. En als Schmidt niet weer een paar speciale vrinden had ontdekt, die wel zoo vriendelijk wilden zijn een eindweegs met ons mee te gaan, om, waar noodig, met vereende mannenkracht de auto over de moeilijkste punten heen te hel pen, dan hadden we het dien dag al spoedig moeten opgeven. Natuurlijk vonden we overi gens overal de vriendelijkste hulp. En toen we ergens in het mulle zand vast zaten, kwa men er ook vrouwen toeloopen om ons met schoppen te helpen uitgaven. De mannen zijn op het werk, dat niet altijd aan de ver keerswegen ligt. En er zijn gewoonlijk ook maar weinig vrouwen thuis. Alles moet aan den opbouw, de ontsluiting van het land werken. We zien nog Pardes Channah, heel jong en ingericht naar de kolonisatorisch-economi- sche plannen van de Pica. Dat is de Pale- stine-Jewish-Colonisation-Association, die door Baron Rothschild is in' het geroepen en aan welke hij zijn groot werk heeft overge dragen. Zijn werk, dat enkel maar een philan- tropisch karakter droeg en waaraan de ge volgen, die aan alle uitsluitend philantro- pisch werk vastzitten, zoodanig begonnen te knagen, dat het niet vol te houden was. Het groote euvel n.1., dat 't verhevene gevoel van op eigen krachten te zijn aangewezen bij de kolonisten ging verslappen en verdwijnen zcodat zij al hun zorgen den Baron begon nen over te laten, dat euvel tracht de Pica op te heffen en te voorkomen door het systeem van landverschaffing en huizenbouw en ver zorging van den nocdigen inventaris voor het bedrijf. Op de wijze van voorschot en deelname. Zoodanig, dat de kolonisten door eigen kracht en vlijt ten slotte alles in eigen dom verwerven kunnen. En moeten. Het schijnt in de goede richting te gaan. We moeten er tot mijn spijt van afzien ook nog het oude Chedéra te bezoeken, hetwelk eigenlijk het einddeel van onzen tocht was ge weest. En als we van onzen weg in het rond te Benjamina terugkeeren, ben ik blij, dat Schmidt in het Hebreeuwsch van eenen Jood- schen man het Hongaarsche dialect herkent! En zoo vinden we vanzelf een behoorlijke ge legenheid, om wat op verhaal te komen en daarna reeds betrekkelijk vroegtijdig in Haifa te zijn. Morgen zullen de Strucks vertrekken. Het wordt nog een prettig samenzijn in kleinen kring; een met geestelijk genot gekruid teza men zitten. En dan neemt de Carnero, het schip, waarmede ik gekomen ben, hen mede naar Europa. De groote vastendag van Ab Tisch'ah-be Ab 1staat voor de deur. Er volgt dan nog een Saböath. En ik heb nog slechts een week. De tijd der tochten is voorbij. Schmict kan naar Jerusalem terugkeeren. En hij laat mij als een dankbaar toerist achter. Eigenlijk verlang ik, nóg eens Jeruzalem te zien. Want het trekt me sterk en geheimzinnig. En ach teraf verwijt ik me, dat ik dit heb nagelaten Het is evenwel het eenige zelfverwijt uit deze dagen. En ik durfde mijn krachten niet verder op een grooteren próef stellen dan strikt noo dig. Haifa zelf biedt nog werk genoeg. Ik doe het langzaam rustig af. Scholen, instituten, bezoeken bij prominente personen, een en ander levert geen gezichtspunten meer op, die ik niet reeds verwerkt heb. Ik controleer mijn opteekeningen, maak de som mijner ervarin gen en indrukken op en vergelijk ze en onder zoek ze in nadere gesprekken met andere rei zigers, die ik vanzelf tref, en met tot oordee- len bevoegden, die ik opzoek. Dat zal mijn slotbeschouwing worden. 1) Riten en Symbolen I 2e druk Hoofd stuk 44. In de gisteravond gehouden raadsvergade ring waren alle leden aanwezig. Ingekomen was een besluit van Ged. Sta ten tot goedkeuring van de verbreeding van den Nic. Beetsweg, alsmede het procesver- baal van kasopname bij den gemeente-ontvan* ger, thans voor het eerst verricht door de Ver- eeniging van Ned. Gemeenten. Beide stukken werden voor kennisgeving aangenomen. Vervoer van leerplichtige kinderen. Ten aanzien van het verzoek van den heer D. Blokker om een tegemoetkoming in de kos- stond op, met een glimlach van voldoe ning: Ik hoef deze jonge dame niet langer lastig te vallen. Lucille hoorde haast geen lettergreep meer van wat er volgde; zij had een gonzend geluid in de ooren, de stemmen schenen van verre te komen, elkaar te ki uisen of het draden waren van een nebbe; ze kon niet de verbeelding van de werkelijkheid scheiden, wat waan w as, van wat in waarheid gebeurde. Zij vermeende dat de rechter in het kort den loop van de zaak herhaalde, voor de jury tot haar uitspraak overging; wat hij niet laten kon, ofschoon het resultaat \v aarschijnlijk hetzelfde zou zijn ge weest, als de getuigenissen juist het te genovergestelde hadden bevat, daar de meeste rechters omkoopbaar waren, veil voor argumenten van invloed of beurs. Zijn Genade, de hertog van Buckingham, kon over beide beschik ken. De jury hoefde niet de zaal te verlaten om te raadplegen; het woord „schuldig" werd zoo helder en duidelijk uitgespro ken, dat het als een dolksteek trof het hart van haar, wiens echtgenoot daar mee werd bedoeld. De klank van dat „schuldig" vervolgde Lucille nog dagen en nachten lang. Kapitein Darcy aanvaardde de uit spraak als één, die er door verplet wordt; zijn mond vertrok. Hij kromp in een onder den kouden toon, waarmee de voorman van de jury dit door de recht zaal riep. Toen richtte hij zich op om het vonnis te hooren, deed geen enkel ten van vervoer naar school voor zijn leer» plichtige kinderen, adviseerden B. en W. 50 pet. der werkelijk gemaakte kosten te vergoe den. De school, is meer dan 4 K.M. van de woning van adressant gelegen. Het vervoe* geschiedt per rijwiel. Werd goedgekeurd. Plaatsing lantaarn. Een verzoek was ingekomen van den heer L. J. Bijl e.a. om plaatsing van een lantaarn aan het rijwielpad. Overeenkomstig het ad» vies der commissie van bijstand voor het elee» trisch bedrijf werd het adres aangehouden* daar reeds vroeger is besloten tot verplaat sing van een lantaarn van den Westerweg naar het rijwielpad en het net gewijzigd zal moeten worden. Rooien van een boom aan den Straatweg. De heer S. Biersteker en S. van der Deure verzochten toestemming tot het rooien van een boom aan den Rijksstraatweg, omdat die last veroorzaakt bij het in- en uitrijden met een auto. B. en W. merkte op, dat de bedoelde boom staat niet vóór, doch juist ter zijde van den uitweg van hunne nieuw gebouwde perceelen: Die boom behoefde in het geheel geen hinder op te leveren, wanneer bij het maken van den uitweg daarmede rekening was gehouden en die uitweg iets was omgelegd. Doch ook zoo als die uitweg thans is gemaakt, staat de boom niet in den weg. Adressanten spreken alleen van hinder in zuidelijke richting, doch naar het oordeel van B. en W. is de weg ter plaatse breed genoeg om ook van de zuidzijde de garage te kunnen bereiken. Het wegnemen van een boom uit een bestaande rij heeft in vloed op de naast-staande boomen; bovendien moeten er h.i. zeer ernstige redenen zijn om het opruimen van boomen toe te staan met het oog op een te scheppen precedent, en die klemmende redenen zijn hier niet aanwezig, weshalve het college voorstelde afwijzend op het verzoek te beschikken. Devoorzitter merkte bovendien nog op, dat in den loop van dit jaar de weg ver» legd wordt, zoodat het bezwaar, dat adres- santen zeggen te ondervinden, toch maar en kele maanden duurt. De heer K o s t e 1 ij k vond het niet steek houdend, dat adressanten hun uitgang had? den moeten omleggen. Zij kunnen wel op hun terrein komen. Dat ieder, die een auto heeft, een boom zou moeten rooien, zooals de voor zitter had gezegd, is onjuist. Het gaat hier om een uitzonderingsgeval, immers lang niet elke poort is gelegen tegenover een boom. Ook is het niet juist, dat de boomen elkaar steunen bij storm, zoodat zij eerder gevaar zouden loopen voor vallen, als de buur-boom zou worden gerooid. Spr. adviseerde het prae- advies niet aan te nemen. De heer V a h 1 was er vóór het wèl aan te nemen. Het advies werd hierna goedgekeurd onder aanteekening, dat de heer Kostelijk als tegen stemmer wenscht te werden beschouwd. Belasting op biljarts. Een verzoek van den heer J. Admiraal oni vrijstelling van personeele belasting voor bil jarts werd afgewezen op advies van B. en W., die er aan herinnerden, dat nog onlangs een dergelijk verzoek is behandeld, waarop was besloten dit nader onder de oogen te zien, zoodra de belastingheffing in het algemeen aan een nadere beschouwing wordt onder worpen. Naar hunne meening gaf het boven bedoelde adres geen aanleiding om van dat standpunt af te wijken. Voorschot r.-k. scholen. Door het bestuur der r.k. meisjesschool en jongensschool werd een voorschot gevraagd., overeenkomstig art. 103 der L. O. Wet 1920 op de uitkeering, bedoeld in art. 101 dier wet, voor 't dienstjaar 1932, welk voorschot b« hoort te werden vastgesteld volgens de laatst door de Ged. Staten gesloten rekening, alzoa de rekening over 1929. Het bedrag, dat in dat jaar als kosten, bedoeld in art. 101, 5e lid der L. O. Wet is uitgegeven, bedraagt 12.24 per leerling. Het voorschot bedraagt hoog stens 80 van de uitkeering. Het voorschot'zal derhalve kunnen bedra- fen: voor de meisjesschool 2034,28 en voor e jongensschool 1853,13. B. en W. stelden voor het voorschot te be palen op die bedragen. Goedgekeurd. Kohier hondenbelasting. Goedgekeurd werd het kohier der honden belasting, door B. en W. ingediend tot een bedrag van 398. Verzwaring van een deel van het eledrisch net. De voorzitter deelde mede, dat de administrateur van het electrisch bedrijf voor stelt om, nu het net in verband met de weg- beroep, uitte geen andere tegenwerping dan ie eenvoudige woorden: Ik trad tusschenbeide om een kwaad te verhoeden; ik ben onschuldig aan al wat een smet zou kunnen werpen op de eer van een man. HOOFDSTUK IX. Een vruchtelooze gang. Robert Darcy was teruggevoerd naaf den Tower, nadat het vonnis -naar den vorm was uitgesproken. Lucille werd meer dood dan levend weggeleid en in haar eigen praam naar Kingston ge bracht. Het was bijna avond, toen zij er aan kwam; een kille lucht steeg op uit de ri vier en drong door haar langen mantel heen om gezamenlijk met de vrees, die in haar hart school, haar het bloed koud door de aderen te voeren. Dr. Ambrosius Fletcher was steeds aan haar zijde geweest bij het verhoor en hij was het, die haar aan wal hielp en haar den arm bood langs de grashelling, die naar de balkondeur leidde, waar door zij binnentrad. Zijn eigen moed be gaf hem, terwijl hij nog trachtte haar troost in te spreken, met de verzekering, dat zulk een parodie op rechtspraak in Engeland niet kon voorkomen. Hij bracht haar in herinnering het lot van den edelen sir Harry Vane, die op Tower Hill gestorven was, plechtig betuigend zijn geloof in God en zijn trouw aan den koning; anderen ook, die misschien even voornaam als goed waren geweest, hadden hiervoor moeten boeten met de zwaarste straf. (Wordt vervolgd). x

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 5