DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
jDagelijksch Ovevzicht
^Buitenland
L'Binnenland
No. 156
Dinsdag 5 Juli 1932
134e Jaargang
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar f 2.
hanco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
Directeur: C. KRAK.
m
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN»
Van 1—5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brievf.u franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit drie bladen
DE CONFERENTIE' TE LAUSANNE.
Een opzienbarende verklaring van
Grandi.
Schrapping van alle schulden!
De geheele conferentiewereld stond gister
avond volmaakt stom van verbazing, zegtae
corresp. van de N.R.Crt. te Lausanne. Wat
was er gebeurd? Ziehier, wat deze correspon
dent hoorde en zag:
Men bad in Lausanne het vooruitzicln, dat
de conferentie tegen het einde van de week op
behoorlijke wijze af zou loopen. En nu kwam
daar gisteravond juist als een bliksemstraal
uit helderen hemel een interview, dat Gran-
;di. de Italiaansche minister van buitenlana-
sche zaken, verleend heeft aan den cor
respondent van de Petit Parisien, maar dat
tegelijkertijd namens de Italiaansche delega
tie aan de geheele internationale pers weid
medegedeeld. Het interview is overbluffend,
omdat Italië zijn goedkeuring had gehecht
aan het accoord, dat tusschen de schuld-
eischers tegenover Duitschland tot stand ge
komen was.
o
In zijn interview zegt Grandi dan:
Na drie weken van conferentie ben ik meer
dan ooit overtuigd, dat de eenig mogelijke op
lossing te Lausanne in het belang van allen
de coup d'éponge is.
Op den openingsdag van de conferentie
hebben wij een belangrijke daad voltrokken,
toen wij de betalingen schorsten tusschen de
crediteuren en debiteuren in Europa voor de
herstel- en voor de oorlogsschulden. Dat was
inderdaad een goed begin. Wij moeten nu op
passen, dat wij door al onze onderhandeling
gen niet uit het oog verliezen, waarvoor wij
hier gekozen zijn. De conferentie van Lau
sanne was niet bijeengeroepen om ons toe
komstige onzekere betalingen te verschaffen,
die het abnormale karakter van den tegen-
woordigen onnatuurlijken toestand slechts
konden verlengen en daardoor verergeren, de
conferentie was bijeengeroepen voor de on
vermijdelijke slotformaliteit, die noodig was
voor het herleven van het vertrouwen en her
stel van den handel.
Ik geloof, dat wij moeten oppassen, dat de
geest, die de oude en nieuwe „plannen" ge-
inspireerd heeft, niet binnen sluipt in het
werk, dat wij nu bezig zijn te doen. Onze taak
is niet andere conferenties voor te bereiden.
Zou de tegenwoordige dubbelzinnige toe
stand voortbestaan, dan zou het herstel van
de wereld onmogelijk worden.
Het moratorium van 16 Juni, dat de beta
lingen voor herstel- en oorlogsschulden tus
schen de Europeesche staten schorste, wijst
ons den weg. Wij moeten, dien weg tot het
einde volgen. De overeenkomt, die wij te Lau
sanne zullen bereiken, moet definitief zijn en
moet de schrapping tengevolge hebben voor
alle Europeesche staten, crediteuren en schul
denaren zoowel voor de herstel- als voor de
oorlogsschulden. Alleen op deze manier kun
nen wij den weg banen voor een algemeen
accoord in overeenstemming met onze verkla
ring op 16 Juni. De tijd is voor ieder van ons
gekomen om tegenover de anderen het woord
van het Evangelie in practijk te brengen
„Vergeef ons onze schulden, gelijk wij ver
geven onze schuldenaren".
„Om dit te bereiken, moet ieder van de
regeeringen die vertegenwoordigd zijn, den
moed hebben en dat niet alleen in woorden,
om het volle deel van zijn verantwoordelijk
heid op zich te nemen van de offers en van
het risico, die de ernst van den toestand
ïischt.
Tot zoover de woorden van Grandi. Men
vraagt zich af wat nu? Duitschland heeft
reeds twee milliard aangeboden, maar dit
aanbod wordt nu door Grandi van de hand
gewezen. Het is een verbluffende positie voor
de Duitsehe delegatie, die nu tusschen Fran
schen, Belgen en Japanners aan den éénen
kant en Italianen aan den anderen kant staat.
Voor de anderen is het onaangenaam om al
dus een por in den rug uit het eigen kamp te
krijgen, maar de positie van von Papen is wel
allerpijnlijkste, nu bij blijkt meer te hebben
willen doen, dan Italië noodig vindt Men
zou haast kunnen spreken van een nieuw
front, waarin de mogendheden, die voor be
taling zijn, met Duitschland in hun midden
in het gelid staan tegenover de tegen be
taling gekante Italianen. Het is een merk
waardige paradoxale toestand.
Moet nu de conferentie weer van nieuw af
aan beginnen?
o
Van Italiaansche zijde kreeg de correspon
dent nog de volgende opheldering over de
verklaring van Grandi:
Italië heeft deelgenomen aan de beraadsla
gingen der vijf schuldeischers en aan hun ge
meenschappelijke eischen, en het heeft het
antwoord van Duitschland gekregen. Italië is
van meening, dat dit in werkelijkheid de
coup d'éponge, die niet als zoodanig wordt
Riet meer aan, dan hetgeen het schuldig is
aan achterstallige betalingen uit de periode
van het moratorium van Hoover. Dit bedrag
betaalt het in obligaties, die van zeer twijfel
achtige waarde zijn. Dit zou beteekenen, een
coup d' éponge die niet als zoodanig wordt
erkend.
De gevolgen zullen zijn, dat Duitschland
dan achteraf als belooning voor zijn z.g.
slotbetaling zal willen gaan praten over ver
mindering van de particuliere schulden. Dal
wil Italië in ieder geval zien te vermijden.
Er is echter nog een andere reden voor het
voorstel van Grandi.
Een coup d' éponge, die niet als zoodanig
erkend wordt, laat alle oorlogsschulden tus
schen de geallieerden voortbestaan. Italië
moet dan betalen zonder te ontvangen. Een
officieele coup d' éponge omvat echter ook
voor Italië kwijtschelding van de lasten.
Ziedaar, waarom Grandi gisteravond zijn
verklaring heeft afgelegd. Hij was slechts
schijnbaar inconsequent ten opzichte van zijn
houding uit de laatste weken; zijn verklaring
is integendeel het trekken van de juiste conse
quentie uit het tegenvoorstel van de Duit-
schers.
DE KLEINE BURGEROORLOG
IN DUITSCHLAND.
Nazis en communisten slaags
in Berlijn.
Tegen 9 uur vond een gevecht plaats
tusschen communisten en een nat. soc.
Een agent van politie greep in. Hij werd
op zijn beurt aangevallen en tegen den
grond geslagen. Hij greep zijn revolver
en loste verscheidene schoten. Een 58-
jarig arbeider werd gedood. De agent
zelf is met ernstige verwondingen in
het ziekenhuis opgenomen.
BLOEDIGE GEVECHTEN TUSSCHEN
NATIONAAL SOCIALISTEN
EN COMMUNISTEN.
Te Feuerbach is het in den afgeloopen
nacht tot ernstige botsingen gekomen
tusschen communisten en nationaal so
cialisten. Aan beide zijden werd een
groot aantal personen door schoten ge
troffen en min of meer ernstig gewond.
Het Uberfallcommando uit Stuttgart
dat de orde wilde herstellen, heeft van
de vuurwapenen moeten gebruik maken.
EEN REDEVOERING VAN
STEGERWALD.
In een vergadering van het Centrum
te Herzen heeft de voormalige minister
van arbeid Stegerwald een redevoering
uitgesproken waarin hij o.a. het volgen
de naar voren bracht.
Er wordt tegenwoordig een hoog poli
tiek spel gespeeld, waarvan de breedste
kringen des volks geen idee hebben. Wij
bevinden ons midden in een groote re
volutie. Dat, wat wij in 1918 beleefd
hebben, is geen revolutie in het Duitsehe
geestesleben, maar in hoofdzaak de in
eenstorting van een overleefd regee-
ringssysteem geweest. Thans eerst too-
nen zich de reacties van een verkeerd
uitgeloopen geesterhouding. De negen
tiende eeuw is door de burgers gevormd,
de twintigste eeuw echter zal door het
arbeidende volk, niet tegen de arbeiders
worden gevormd.
Wat het nationaal socialisme betreft
verklaarde Stegerwald, dat deze bewe
ging het burgerdom het geloof gaf, dat
zijn nood te wijten was aan de verande
ring van de staatsheeren en het regee-
ringssysteem. Hitier noemt zijn partij
arbeiderspartij, ofschoon 80 tot 90 geen
loon-arbeiders zijn, aangezien hij wel
weet, dat de nieuwe tijd zonder de ar
beiders niet gevormd kan worden. Daar
bij wordt met de arbeiders een onver
antwoordelijk spel gespeeld. Nog in geen
noodverordening zijn de arbeiders zoo
hard getroffen als in de noodverorde
ning van de regeering von Papen. Des
ondanks tolereert Hitier de regeering
von Papen, aangezien deze hem zijn
Sa-leger toestand en van wie hij ver
wacht, dat zij hem de Pruisische staat
in handen zal spjelen. Slechts voor dit
doel moeten de werkeloozen, etc. betalen.
BRUENING IN DEN VER
KIEZINGSSTRIJD.
De vorige rijkskanselier dr. Bruening,
die Zondag den verkiezingsstrijd in het
Rijnland heeft geopend, heeft gister het
woord gevoerd in Neuss, Krefeld en
Munchen-Gladbach.
In Neuss sprak hij op een groote ver
gadering van de Centrumpartij, voor een
gehoor van ongeveer 800 personen. In
Krefeld voerde hij het woord in een
openluchtvergadering eveneens voor
vele duizenden toehoorders. 31 Juli, al
dus spr., is de noodlotsdag der beslis
sing, een dag, zooals Duitschland sedert
de revolutie niet meer gezien heeft. De
nieuwe egeering is thans reeds zoo ver,
dat zij meer offers eischt, dan de oude
reaeerinsr"het volk zou hebben opgelegd.
Des avonds heeft Bruening ten slotte
in Munchen-Gladbach in de Volksgas-
tenhalle het woord gevoerd.
DE WONDERBAARLIJKE REDDING
VAN BERTRAM EN
KLAUSMANN.
Omtrent de wonderbaarlijke redding der
sinds 17 Mei vermiste Duitsehe vliegers Ber-
tram en Klausmann kan nog worden gemeld,
dat na een omzwerving door de wildernis ge
durende zes weken bij kaap Bernier, 250
mijlen ten W. van Port Darwin zij den 26
Juni door twee Australische boschnegers
werden opgemerkt. Een der boschnegers
alarmeerde een door de Australische regee
ring uitgezonden expeditie, welke vervolgens
per motorboot arriveerde met levensmiddelen,
kleeding en medicamenten. De beide vliegers
waren evenwel volkomen uitgeput en konden
nog slechts „brood", „brood" verzoeken. Hun
kleedingstukken waren geheel vernield. Hun
'laatste proviand was reeds sedert weken op
gebruikt.
Den geheelen tijd waren zij binnen een
omtrek van ongeveer 18 K.M. van hun
vliegtuig gebleven. Naar Klausmann voorts
vertelde waren beiden sinds 22 Juni niet
capable zich te bewegen. Zij hadden zich
neergelegd achter een steenmassa om daar
hun dood af te wachten.
De vliegers waren bij het overvliegen van
de Timorzee wegens gebrek aan benzine ge
dwongen te landen. Drie dagen lang zochten
zij eerst een menschelijke vestiging. Toen
stonden zij plotseling weer voor hun toestel.
Zij verwijderden hiervan een der drijvers. Na
gedurende vijf dagen op het water te hebben
rondgezwalkt, zagen zij in hun onmiddellijke
nabijheid een stoomboot. Al hun geroep en
alle signalen bleven onbeantwoord. Op een
afstand van nauwelijks een K.M. voer de
boot voorbij. Het bootje der vliegers werd
ten slotte aan land gedreven en de vliegers
gingen opnieuw op weg. Na dagen van ont
bering, ondervonden de beide Duitsehe pilo
ten een nieuwe teleurstelling. Een helle vuur
gloed deed in hun nabijheid een menschelijke
vestiging vermoeden, het was evenwel een
boschbrand. Niettemin zetten de piloten hun
omzwerving voort. Zij voelden en zagen ten
slotte niets meer, zelfs weigerden onze reuk
organen hun dienst. Zij hadden reeds alle
hoop opgegeven toen zij door de boschnegers
werden gered.
THOMAS' OPVOLGER.
Levensloop van Butler.
Het Hbld. geeft de volgende levensbe
schrijving van Harold Beresford Butler, die
door den beheersraad van het Intern.
Arbeidsbureau is benoemd tot opvolger van
wijlen Albert Tomas als directeur van dat
bureau werd gekozen.
Na te Eton onderwijs te hebben genoten
zette hij zijn studies aan de universiteit in
zijn geboorteplaats voort, waarna hij in
1907 in Britschen staatsdienst kwam en in
1908 ambtenaar werd aan het ministerie
van binnenl. zaken.
Butlers eerste contact met internationale
kringen dateerde van 1910: hij werd toen
secretaris van de Britsche delegatie naar de
internationale luchtvaartconferentie te Pa
rijs. Na gedurende den oorlog ettelijke be
langrijke functies bij het dept. van binnen!,
zaken te hebben bekleed, werd hij in 1917
met twee andere hoofdambtenaren aangewe
zen om het nieuw ingestelde ministerie van
arbeid te organiseeren, waarvan hij in 1919
ondersecretaris werd.
Op de vredesconferenties te Parijs was hij
adjunct-secretaris-generaal van de commissie
voor de internationale arbeidswetgeving,
aan welke de opstelling van deel XIII van
het vredesverdrag was opgedragen.
Het was Butler, die het eerst in groote
lijnen het plan concipeerde, dat door de
Britsche regeering te Parijs werd ingediend,
inzake internationale samenwerking op eco
nomisch gebied, hetwelk een essentieel ge
deelte vormde van het geheele plan, opge
steld door de geallieerden, voor het tot stand
komen van de wereldvrede.
Toen de eerste internationale arbeidscon-
ferentie in October 1919 te Washington bij
eenkwam, werd Butler tot secretaris-gene
raal van de conferentie benoemd.
Het volgend jaar benoemde Albert Tho
mas hem tot adjunct-directeur van het
Intern. Arbeidsbureau. In deze hoedanigheid
bezocht Butler de meeste landen van Europa
In 1926 deed hij een reis door de Ver. Staten
en Canada, waarover hij een zeer interes
sant rapport uitbracht. In 1927 deed hij op
uitnoodiging van de regeering der Zuid-
Afrikaansche Unie een reis door ZuidlAfri-
ka en Rhodesië; bij zijn terugkeer bracht hij
den beheersraad verslag uit over den toe
stand in deze landen.
In 1930 deed Butler een ^.veede reis naar
Noord-Amerika, die hem in staat stelde tot
het publiceeren eener zeer goed gedocumen
teerde studie over „de werkloosheidsproble
men in de Ver. Staten."
Op uitnoodiging van de regeering van
Egypte begaf hij zich in Februari 1.1. daar
heen om ter plaatse den toestand der indu
strie te bestudeeren en voor de regeering een
rapport op te stellen nopens de beste wiizen
van organisatie van het departement van
arbeid.
BRAND IN DE VROUWENKLINIEK
TE MARBURG.
Door tot nu toe onbekende oorzaak is
hedennacht brand uitgebroken in de
vrouwenkliniek te Marburg. Alle pa
tiënten en het personeel hebben het ge
bouw verlaten. Bij het verzenden van
dit bericht stond het bovenste gedeelte
van het gebouw in lichterlaaie.
De brand gebluscht.
De brand is naar men nader mede
deelt na een uur gebluscht. Alleen het
bovengedeelte van het gebouw heeft ge
leden. Niemand heeft bij den brand let
sel bekomen.
TWEE VALSCHE MUNTERS
GEARRESTEERD.
De 30-jarige slotenmaker Emil Kleist
en de 23-jarige Wichert Aud zijn in
Dramburg gearresteerd, toen zij valsche
5 Markstukken uitgaven. Na een opwin
dende jacht door de straten der stad,
waarbij door de politie ook is gescho
ten slaagde men er in hen te arresteeren.
Bij een huiszoeking vond de politie nog
talrijke 5 Markstukken, die in de werk
plaats van den slotenmaker waren ver
vaardigd.
CHINEESCHE STAD DOOR
ONTPLOFFING GETEISTERD.
Naar gemeld wordt, is door de explo
sie van een munitiedepot de stad Tunebi
aan de Hocha-spoorlijn volkomen ver
woest. Het aantal slachtoffers is vol
gens dit bericht zeer groot.
DE ONLUSTEN TE BOMBAY
DUREN VOORT.
Weer dooden en gewonden.
Ondanks het feit dat Britsche troepen
zijn gerequireerd kon ook Maandag de
strijd tusschen de Hindoes en de Mo
hammedanen niet worden onderdrukt.
Het is opnieuw tot ernstige botsingen
gekomen. In totaal werden 5 personen
gedood en 50 gewond.
EEN UITSTAP IE MET TRAGISCHEN
AFLOOP.
In den golf van Tillamook (Staat Oregon)
is een visscherboot, waarmede vacantiegan-
gers een uitstapje maakten, vergaan. Negen
personen zijn om het leven gekomen.
ONTPLOFFING AAN BOORD VAN
GRIEKSCHE TORPEDOBOOT.
Ten gevolge van een ontploffing aan boord
van een Grieksche torpedaboot werd een ma
troos gedood, terwijl vier anderen werden ge
kwetst. De aangerichte schade is van weinig
beteekenis.
ONAFHANKELIJKHEIDSDAG IN
AMERIKA.
135 dooden.
Independance Day heeft in Amerika 135
personen het leven gekost. Bij auto- en boot
ongelukken, zoomede bij het afsteken van
vuurwerk en prijsschieten kwamen hiervan
125 personen om het leven, terwijl in de ber
gen van Kentucky eenige veeten werden uit
gevochten, waarbij tien personen werden ge
dood en acht gewond.
INTERNATIONAAL CONGRES VOOR
PHONETISCHE WETENSCHAPPEN.
Tijdens het Internationaal Congres
voor Phonetische Wetenschappen, dat
gehouden wordt te Amsterdam, zijn gis
termiddag reeds eenige belangrijke
voordrachten gehouden.
Professor Prins Trubetzkov uit Wee-
nen gaf een inleiding over de door hem
gegronde leer in de phonologie. Het is
zeer verblijdend te zien, hoezeer deze
richting, die toch van linguïstische zijde
uitgaat, aansluiting zoekt bij en zelfs
berust op exacte wetenschappen en b.v.
de statistiek toepast.
Vervolgens sprak professor Jones uit
Londen. Hij gaf een zeer klare uiteen
zetting van wat hij verstaat onder phol
neem, wat onder diophone en variphone.
Hierna sprak prof. Schrijnen uit Nijme
gen, die een bezadigde critiek liet hoo-
ren en professor Havranek uit Brno
over phonoligische geographie waarbij
een stelselmatig overzicht van taalver
schijnselen in verschillende gebieden
werd gegeven. Daarna werd een aan
vang gemaakt met de algemeene dis
cussie, die gedurende de volgende dagen
zal worden voortgezet.
Om vier uur begaf men zich te voet
naar de Kamer van Koophandel, waar
het congres door den burgemeester werd
ontvangen.
Het verheugde den burgemeester, dat
men Nederland voor dit congres heeft
geko:.en, het land, waar Lambert ten
Kate heeft gewerkt. De arbeid van het
congres staat, naar spr. geloofde op prac-
tischen grondslag. Velen spreken, maar
weinigen weten hoe gesproken moet
worden. Het congres is niet alleen be
langrijk voor de taal zelf, maar ook
voor hen, die veel met de taal omgaan
als tooneelspelers, zangers, politici.
Voorts herinnerde spr. er aan, dat aan
de Amsterdamsche Universiteit een
lectoraat is gevestigd voor de phoneti
sche wetenschap.
Spr. weet, dat aan dit congres veel
voorbereidend werk is geweest en
hoopt, dat het goede resultaten zal
brengen.
Door prof. van Ginneken, voorzittel
van het congres, werd gedankt voor d«
ontvangst en hij sprak de beste wen-
schen uit voor Amsterdam, waaraan de
wetenschap zooveel te danken heeft.
Hierna bleven de aanwezigen nog
eenigen tijd bijeen en werden verver-
schingen rondgediend.
Om half zes begaf men zich naar den
Dam, waar een viertal autobussen ge
reed stond, waarmee de congresleden
de door de gemeente Amsterdam aange
boden tocht aanvaardden. Het was dui
delijk merkbaar hoezeer vreemdeling
en landgenoot van dezen tocht genoten.
De nieuwe buurten trokken wel het
meest de aandacht. De tallooze stijlvolle
villa's en kleinere behuizingen, waar
van velen bedekt met rozen, -de talrijke
grasvelden en heestergroepen, alles be
schenen door den reeds dalenden Juli-
zon gaven wel een zeer schoon beeld
van onze stad.
Dinsdag heeft uitsluitend een werk
programma, behalve dan voor de dames,
die een eigen programma volgen en naar
Aalsmeer trekken.
NEDERLANDSCHE BOND VAN
OVERHEIDSPERSONEEL.
27ste Congres te Arnhem
In het gebouw „Musis Sacrum" te Arnhem
is gister het 24ste driedaagsch Congres aan
gevangen van den Ned. Bond van Personeel
in Overheidsdienst.
In zijn openingsrede wees de voorzitter
van den Bond, de heer F. van Meurs uit
Amsterdam erop, dat dit congres te beslissen
heeft over een belangrijke kwestie: samen
smelting met den C. N. A. B. (Centrale
Ned. Ambtenaarsbond). Hij heette voorts
welkom den secretaris van de Internationale
Federatie van Personeel in Openbare Dien
sten en Bedrijven, den heer Fritz Müntner
uit Berlijn en de vertegenwoordigers van
den Franschen, Duitschen, Belgischen, Zwit-
serschen en Noorschen Bond van Overheids
personeel.
De vergadering werd daarna o.a. toege
sproken door den heer L. M Hermans, na
mens de soc. dem. Eerste Kamerfractie, door
den heer H. J. van Braambeek namens de
Tweede Kamerfractie, door den heer Fritz
Müntner en door den heer J. Oudegeest,
voorzitter der S. D. A. P.
Deze laatste zeide o.a., dat zoolang onze
regeering doorgaat met haar catastrophe-po-
litiek en de lasten der crisis op de arbeiders
en niet op de bezittende klasse allereerst .vil
afwentelen, hij niet aan salarisverlaging
voor het overheidspersoneel wilde meewer
ken.
In de middagvergadering werd breedvoe
rig gediscussieerd over een aantal ingedien
de voorstellen!
OPCENTEN GEMEENTEFONDS
BELASTING TE AMSTERDAM.
In de Raadszitting van Amsterdam van 25
Mei werden B. en W. uitgenoodigd met de
regeering overleg te plegen teneinde haar
goedkeuring te verkrijgen met een verlaging
der opcenten op de gemeentefondsbelasting
over het belastingjaar 1932/'33 tot een to
taal van 64 opcenten.
B. en W. hebben zoowel mondeling als
schriftelijk met de r«geering onderhandeld.
Bij K. B. van 14 Juni echter is goedgekeurd,
dat ten behoeve van de gemeente Amsterdam
voor het belastingjaar 1932/'33 op de hoofd
som der gemeentefondsbelasting 74 opcenten
worden geheven, terwijl bij schrijven van den
Minister van 2 Juli j.1. wordt medegedeeld,
dat door hem dee goedkeuring van de veror
dening tot heffing van 74 opcenten op de
hoofdsom der gemeentefondsbelasting was
bevorderd uit overweging, eenerzijds, dat in
de naaste toekomst aan het budget der ge
meente Amsterdam bijzonder zware eischen
zullen worden gesteld, anderzijds, dat naar
te verwachten valt, de opbrengst der belas
tingheffing aanzienlijk lager zal zijn, dan
aanvankelijk geraamd was. B. en W. zijn van
oordeel, dat de gevoerde besprekingen en de
daarop gevolgde beslissing geen uitzicht
biedt, dat aan een besluit tot vaststelling van
een aantal opcenten op de hoofdsom der ge
meentefondsbelasting voor het belastingjaar
1932/'33 lager dan 74 goedkeuring worden
verleend.