fBuitmicutd
ZOMERPRACHT.
JtechtszoAen
r ^'aa^d zal worden.
ZIT U IN GE GREEP VAN
AGVERTEERT
en'T BEvr^yivru van qie. last.
Heyden" kwam langszij de „Dempo" liggen,
doch behoefde niet in werking te worden ge-
St Thans zijn veertig koolzuurcylinders, ieder
van een capaciteit van 250 atmosfeer, in het
luik. Het luik zal om twaalf uur worden ge
opend, waarna het nog minstens twaalf uur
zal duren voor het luik gasvrij en het ruim
gelost is en men zich kan overtuigen dat het
vuur is gebluscht., In het bagageruim, aan
luik 4 grenzende, is de bagage gloeiend heet
geworden, doch niet in brand geraakt. Van
rookmaskers voorziene leden der bemanning
trachten door opening van de waterdichte
deuren den vuurhaard in het onderruim te
bereiken.
Tijdstip van vertrek nog onzeker.
Broeiing, niet alleen van tabak, doch
ook van copra en koffie.
Aneta meldde gisteren uit Batavia aan de
N R. Crt.:
Nader is gebleken dat lang niet alle pas
sagiers tijdig gewaarschuwd konden worden,
zoodat tijdens het nemen van voorzorgsmaat
regelen en het spuiten met koolzuur voortdu
rend bloemstukken, telegrammen en af-
scheidbrieven bleven toestroomen, terwijl ver
schillende personen vergeefs poogden te em-
barkeeren, hetgeen verboden was.
De toestand ontwikkelt zich zoo rustig, dat
men in den laten middag van heden zal
trachten een der luiken te openen, opdat
eventueel de wegzuiging van het gas gedu
rende den loop van den nacht kan plaats
vinden. De heer Bouman, die sedert heden
morgen vier uur de bestrijding van de gevol
gen der broeiing in de tabakslading leidt,
voegde hieraan toe: „Elk uur is winst, ik zou
graag morgenmiddag vijf uur de Dempo
willen laten vertrekken, doch dat is alles af
hankelijk van de temperatuur en de koolzuur-
situatie
De Dempo arriveerde Maandagmiddag te
Tandjong-Priok, terwijl tot Dindagavond
laat nog goederen werden ingeladen, zoodat
de verrassing van de wacht, die om halfvier
een verstikkende rook in de nabijheid van d3
derde klasse bemerkte, te grooter was. MA
Koortsachtige haast werd het bagageruim
der tweede klasse ontruimd, aangezien dit
vlak boven de gevaarsplek gelegen is, terwijl
water tot 10 c.M. hoogte werd toegevoerd om
de stalen platen tegen krom trekken te be
schermen. Publiek werd tot de Lloydkade niet
toegelaten. Aan boord heerschte, nadat het
eerste moeilijke werk achter den rug was, de
grootste kalmte.
In de derde klas was om 9 uur de brand
lucht nog niet geweken. In d? salons lagen
haastig weggesleepte koffers, terwijl het wa
ter in het bagageruim gloeiend heet was ge
worden en het cement op de stalen platen ge
barsten.
De Dempo moet na blussching een nieuw
attest van zeewaardigheid krijgen waartoe
alle ruimen moeten worden ontladen, onder
zocht en opnieuw geladen, waarmede gerui-
men tijd gemoeid zal zijn.
Niet alleen broeiing in de tabak, doch ook
van copra en koffie, worden als oorzaak ge
noemd.
De ambtenaren-passagiers, wier stand
plaats niet Batavia is, krijgen recht op dag
geld, varieerend van 6 tot 15.
OOK DUITSCHLAND GAAT
CONTIGENTEEREN
Het begint met vroege aard
appelen.
De Duitsche regeering heeft besloten, in
terband met den grooten invoer van vroege
aardappelen, die den verkoop van Duitsche
vroege aardappelen bemoeilijkt, oen invoer
van vroege aardappelen te contingentèeren.
Dit is het eerste contingenteeringsbesluit der
Duitsche regeering.
Het Hbld. teekent bij dit bericht aan, dat
Duitschland onze grootste afnemer is van
vroege aardappelen.
In 1926 en 1927 gingen resp. 90 en 80
roillioen K.G. naar Duitschland van de 130
en 105 millioen K G. totaal, dus 70 a 80
pCt En in 1928 en 1929 gingen naar
Duitschland 59 en 54 van de 94 en 93 mil
lioen K.G., dus 60 a 65 pCt. van het totaal.
Omtrent dt maatregelen van de Duitsche
rijksregeering tot steun aan den landbouw
kan wat de invoerrechten betreft, nog het
volgende gemeld worden: Het invoerrecht op
Tarwe zal van 11.50 Mark per ICO K.G. ge
bracht worden op 16 Mark, terwijl tegelijk
het invoerquantum voor de meelfabrieken in
verhouding tot haar invoer van het vorige
Behalve de reeds voorgenomen maatrege
len zal het recht van 1.50 mark per 100 K G
voor voerrijst op 2.50 mark gebracht worden.
De nog in het bezit zijnde'buitenlandsche
rogge zal gemend met Duitsche gerst tot een
middenprijs van 160 rijksmark per ton
vrachtvrij aan de mesteriien worden afge
geven.
In het belang van d; pluimveehouders zal
mai.f, in bepaalde hoeveelheden worden be
schikbaar gesteld, d.w.z. voor elke 100 vol
gens de eier-verordening gestandaardiseerde
eieren, 20 K.u. mats tegen cif-prijs 25 mark
aan rechten en o mark toeslag per ton.
EEN GELADEN GRANAAT GEVONDEN
Men schrijft aan de N. R. Crt. uit Roosen
daal:
Te St. Willebrord (N. Br.) is bij het uitdie
pen van een sloot een granaat gevonden die
bij nader onderzoek geladen bleek te zijn
Het projectiel heeft een lengte van 64 c.M en
een middellijn van 15 c.M. Van welke natio
naliteit de granaat is. kon nog niet worden
vastgesteld.
PLANNEN VAN JOZEF SCHWEITZER.
In een onderhoud met een vertegenwoordi-
pr van ,,The Christian World" te Londen
beeft dr. Alb. Schweitzer zich over zijn plan
nen voor de naaste toekomst uitgelaten. Wan
eer zijn reis door Engeland en Schotland ge
ëindigd is en de concerten te München en
Heidelberg achter den rug liggen, hoopt d
Schw. nog een korte rustperiode door te
brengen te Günsbach, het plaatsje van zijn
Nugd, omdat hij tegen het einde van het
jaar weer naar Lambarene vertrekt. In het
oude kerkje hoopt hij. ter herinnering aan
zijn vader, die eens predikant te Günsbach
was, een nieuw orgel in te wijden, dat ge
heel overeenkomstig zijn opvattingen van
orgelbouw werd ingericht.
Prof. Schweitzer hoopt voorts, bij zijn
terugkeer te Lambarene niet opnieuw te be
hoeven uitbreiden. „Ik wil nu eens heelemaal
dokter zijn en niet tegelijk bouwmeester.
Lambarene wil ik meer en meer tot een cen
trum van chirurgie maken. Graag zag ik een
door en door deskundig chirug aan mijn staf
van medehelpers toegevoegd, die zelfstandig
op verren afstand van het hospitaal kan ope»
reeren".
Een der idealen, die prof. Schw. nog hoopt
te vervullen, is de oprichting van een hospi
taal-complex op Britsch territoir, in Kame
roen bv. „Ik vindt het zoo jammer dat be
kwame artsen mij hun diensten aanbieden en
dat ik her, niet aan het werk kan zetten. Als
de tijden beter worden, hoop ik een soortge
lijk experiment als dat, wat ik twintig jaar
geleden te Lambarene begon, op Engelsch
grondgebied te probeeren met een jongen,
ondernemenden arts".
BRIAND EN VICTOR HUGO.
Een jeugdontmoeting.
De bekende publicist Raymond Eschoüer
heeft een biografie van Aristide Briand ge
schreven, „Souvenirs parlés de Briand" ge
titeld, waarin hij volgen het Hbld. o.a. heeft
opgeteekend wat Briand hem een vertelde
over een ontmoeting, welke deze in zijn jeugd
met Victor Hugo had gehad. En weinigen
zijn bevoegder dan Escholier om over Briand
zoowel als over Hugo te schrijven, daar hij
Briands kabinetschef en Hugo's biograaf is
geweest.
In 1921 vertelde Briand aan Escholier dat
hij, toen hij een jongeeling van nog geen
twintig jaar was en te Parijs studeerde, maar
tegelijkertijd, om aan den kost te komen, bij
een natoris werkte, op een goeden dag op de
imperiaal van de paardenbus PassyBourse
was gezeten. Bij de halte Eylau klom een
grijsaard naar boven, niet groot, niet klein,
stevig gebouwd, met witten baard. De con
ducteur zeide tot Briand: „Let op, die oude
heer is Victor Hugo. Eiken dag maakt hij
boven op de bus een rit door Parijs. U zit op
zijn plaats". Briand vervolgde: „Als er een
bom naast mij was ontploft, zou ik niet ver
baasder hebben kunnen zijn. U kunt niet
weten wat Victor Hugo voor ons, jongeren,
op dat tijdstip beteekende. Een priester, een
profeet, een god Ik draalde niet en maakte
plaats. Hoe vriendelijk was toen de oude heer.
Men voelde dat hij werkelijk van de jeugd
hield, een echte grootvader. En daarbij een
eenvoudige beleefdheid, zooals men thans niet
meer ziet. Hij begon met mij te bedanken,
doch daar bleef het net bij. Hij scheen zich
voor mij te interesseeren, voor mijn studies
en mijn toekomst. Hij vroeg vanwaar ik
kwam
Na wat te hebben gepraat over Nantes,
waar Briand was geboren en waar Hugo nog
veel familie had, stapten beiden op de Place
de la Bourse uit en bij het afscheid reikte
Hugo den jongen Briand de hand met de
woorden „Bonne chance
GROOTE BRAND IN DE GOLF
VAN RIO.
Volgens een bericht uit Rio de Janeiro is
de opleidingschool voor de marine op het
eiland Enchadas in de golf van Rio tenge
volge van een grooten brand vernietigd.
Vergeefs trachtte de brandweer van Rio de
Janeiro, welke met al het beschikbare mate
riaal aanwezig was, het vuur te bestrijden.
De oorzaak van den brand is onbekend
Byzonderheden ontbreken nog.
MOORD UIT JALOEZIE.
In het Poolsche dorp Bryna in de buurt
van Lodz zag een arbeider, die van zijn werk
kwam, een veemdeling met zijn vrouw spre
ken, zegt de N.R.Crt. De man, die zeer
jaloersch was, maakte daarop een waanzin
nige scène. Hij greep een bijl en doodde daar
mede zijn zoontje van 7 jaar; een dochtertje
van 5 hieuw hij de armen af daarna doodde
hij zijn vrouw. Vervolgens ging hij kalm zit
ten eten. Toen de politie verscheen, verzette
hij zich krachtig; men moest hem de boeien
aandoen.
Het dochtertje is in hopeloozen toestand
naar het ziekenhuis gebracht.'
SCHAT OP DE COCOSEILANDEN
GEVONDEN.
Met behulp van een electrisch
apparaat.
Wij lezen in het Hbld.:
In den Stillen Oceaan, halverwege tus-
schen den Galapagos-archipel en den Ameri-
kaanschen staat Costarica, waartce zij bchoo-
ren, liggen, eenzaam en verlaten, de Cocos-
eilanden. Van deze werd verteld, dat er er
gens een goudschat lag, die er meer dan hon
derd jaar geleden door een Engelschen zee-
roover zou zijn verborgen.
In 1813, tijdens de Zuid-Amerikaansche
vrijheidsoorlogen, toen Simon Bolivar op
Caracas in Venezuela aanrukte, vluchtten de
Spaansche inwoners van eenige steden met
hun kostbaarheden, gouden munten, vaat
werk, kunstvoorwerpen, juweelen, enz alles
te zamen een waarde van meer dan 100 mil
lioen gulden vertegenwoordigende, op een
Engelsch schip, de Mary Dyer. Toen alles
aan boord was, besloot de kapitein, Thomson,
zich er van meester te maken: hij liet de pas
sagiers vermoorden zeilde naar de Cocos-
eilanden en verborg alles in een grot Van
eerzaam kapitein was hii piraat geworden en
hij is dit ook gebleven. Zijn medeplichtigen
werden later gevat, hij zelf vluchtte naar
Canada, waar hij vóór zijn dood aan een
vriend mededeeling deed van zijn gehe;m.
Deze vriend stelde ter plaatse een onderzoek
in, vond enkele baren goud, die hij in Ameri
ka verkocht, keerde naar de Cocoseilanden
terug, maar kon de grot niet terugvinden,
daar het terrein tengevolge van een bergstor-
ting een geheel ander aanzien had gekregen.
Nadien zijn ettelijke exeodities uitgerust Oin
de schatten te vinden, in deze eeuw reeds meer
dan twintig. De voorlaatste was die van sir
Malcolm Campbell, de bekende Engelsche
autorenner, die van ziin avonturen en ver-
geefsche poging een- levendige beschrijving
heeft gegeven in zijn boek „Mijn grootste
avontuur".
Thans is, zooals wij kort hebben gemeld
een expeditie uit de Ver. Staten er in geslaagd
de schat te vinden. Zij stond onder leiding
van den ingenieur Clayton, uitvinder van de
metallofoon, een soort electrische wichelroede,
met behulp van dit instrument moet de opspo
ring zijn gelukt.
Clayton deelde mede, dat een door Camp
bell gegraven schacht slechts tien meter van
de schat verwijderd was.
Voor het vervoer der schatten is militaire
hulp beschikbaar gesteld.
IERSCHE SWEEPSTAKES.
Wat de organisatoren er mee ver
dienden.
De zes menschen, die twee jaar geleden op
het denkbeeld kwamen de sweepstakes voor de
Iersche ziekenhuizen te organiseeren en er
4000 in staken, hebben sedert nog onge
rekend de baten uit de onlangs gehouden
sweepstake op de Derby 370.000 in de
wacht gesleept, naar de „Daily Herald" ver
telt. Deze zes gelukkigen zijn de aandeelhou
ders in de Hospitals Trusts Ltd. te Dublin.
De grootste aandeelhouder is een bekend
Iersch bookmaker. Directeur is de oud-mi
nister van handel en nijverheid van den Vrij
staat McGrath. De overige aandeelhouders
zijn diens vrouw, een handelsagent, een pro
cureur en een accountant.
Van de Manchester November Handicap
van verleden jaar ontving de trust 2.24
van de totale opbrengst van den verkoop der
tickets en van de Grand National van dit
jaar 2.21. Rekent men dat de trust 2 krijgt
van de ruim 4 millioen voor de Derby,
waarvan de balans nog niet gepubliceerd is,
dan zal dit nog een dikke 80.000 opleveren
'TNOOCLOT VAST
„Nu is de maat van 's aardrijks lust ge
vuld!" zegt Frederik van Eeden, de kortgele
den gestorven dichter, in een zomerlied. En
ja, dit is inderdaad de tijd der volheid van
aards genot. In de groene velden is de hooi
oogst verzameld en als geurige last geborgen
in de schuren. Het lied van den arbeid heeft
geklonken in den zonnigen zomerdag. De
aarde, onvermoeid van geven, zendt opnieuw
op de gemaaide landen de grasscheuten naar
boven en overdekt met een frisch groen ta
pijt, wellend uit diepten van vruchtbaarheid,
het aangezicht der velden. Op de bouwakkers
is het alles volle bloei en groei;bloei en groei,
die bij 't voortgaan der weken en maanden
stilaan tot volle rijpheid gedijt.
Wie in deze dagen een tocht maakt door de
landen, wie niet alleen het algemeen gezochte
en bewonderde natuurschoon der bosschen
zoekt, maar ook over akkers en velden zijn
oog laat gaan, die ziet nu zomerpracht in
volle uitbundige heerlijkheid. Die ziet statige
hoeven te midden van welige velden, rappe
molens, die hun wieken wentelen op den
wind, drukbevaren kanalen, waar de schepen
varen af en aan, 't bonte vee, dat graast in
vette weiden, korenakkers, waar het wui
vend groen straks rijpt tot welkend geel,
aardappelvelden, die weer rijkelijk voedsel
zullen brengen, torens die zich heffen uit
dichtgeboomte van stad en dorp in 't rond,
en wijde hemel, blauw op zonnige dagen met
witte wolkenstoeten getooid. En het is alles
een beeld van schoonheid, het schijnt alles 'n
tafereel van rijkdom en welvaart volop.
Wij weten dat schijn ook hier, zooals zoo
vaak, menig keer bedriegt. Dat dit uiterlijke
beeld niet altijd harmonieert met innerlijke
gesteldheden. Dat er wel voor velen nog ar
beid is, maar dat vaak de vraag gesteld moet
worden, waarvoor gewerkt wordt, tot winst of
tot verlies? Dat anderen geen arbeid vinden
voor de kracht hunner handen en de gaven
van hun geest.
Neen, er is een schrijnend contrast in onze
dagen en over heel de wereld min of meer
tusschen aardeluister in zomerdagen en
zorg in zoovele harten en aanwezige of drei
gende nood in zoovele huizen.
Hoe schijnt daarbuiten in de landen alles
vol harmonie en hoe lijkt het in de wereld en
in vele harten vol dissonanten, vol wanklan
ken te zijn.
Moge de hoop niet sterven en het vertrou
wen niet wijken. Er is een aarde en een Heer
der aarde. Er 13 een aarde, die niet moe wordt
van geven, die brood en and-r voedsel altijd
weer in volheid van gevensdrang bieden wil
aan allen. De gang der seizoenen blijft on-
verbroken, de tooi der getijden siert altijd
weer opnieuw de aarde in koningskleed
Moge dan een arme dwalende menschheid
daaruit, ook daaruit iets van troost petten.
En moge zij wegen vinden, waarlangs haar
voet wat blijmoediger, wat rustiger, wat moe
diger en vaster kan gaan.
Er klinkt een klacht op, er klinken veel
k'achten op over de bloeiende, rijpende aarde
Mocht de zomerluister, die van arbeid ge
tuigt, van rust'loos werken, vroeg en laat als
heilige wet van 't leven, ook ons bereid ma
ken en moedig tot het werk, ondanks alles,
onversaagd.
Mochten wij het met den gestorven dichter,
die zelf zulk een groot bewonderaar van de
natuur en zulk een rusteloos strevende was,
ondanks alles kunnen zeggen:
In kracht van liefde en door smart gewijd,
Zal ik mijn werk volbrengen, vastberaan
A. L. B
ARROND1SSEMENS-RECHTBANK TE
ALKMAAR.
Onze medewerker bij bovengen, rechtbank
schrijft ons:
Het is duidelijk, dat de publicatie van het
„bezuigingsrapport"-Welter ons hart van ver
wachting doet kloppen.
Het gerucht gaat toch rond, dat op de lijst
der voorgestelde bezuinigingen ook zou zijn
genoemd ontbinding der Arrondissement-
te Alkmaar.
Een bezuinigingsexperiment, dat voor Alk
maar een degradatie, maar wat veel erger is,
een ontwrichting zou beteekenen van het ge-
heele arrondissement.
En daarom achten wij het een gebiedende
plicht, om reeds bij voorbaat tegen een der
gelijk heilloos voornemen krachtdadig front
te maken.
Onpractisch en hinderlijk zou de ontbin
ding zijn, omdat daardoor een uitgestrekt
rechtsgebied zou worden ontbloot van een
college, dat geheel op de hoogte is van de
mentaliteit der Sevolking en zóó moeilijk be
reikbaar, dat daardoor een groot deel der be
woners van dit arrondissement gedupeerd
zouden zijn.
Ondankbaar ten overstaan van een rechts
college, dat tegen een minimum belooning,
steeds een maximum werkkracht en toewij
ding heeft betoond.
Daar weet vermoedelijk een bezuinigings
commissie als deze 'n bedroefd beetje van,
doch wij, op grond van een 36 jarenlange er
varing, kunnen daarvan met respect voor de
prestaties van dit rechtscollege, getuigenis
afleggen.
Om zulks meer bijzonderlijk aan te toonen,
laten wij hier eenige officieele gegevens vol
gen.
Bij Koninklijk besluit van 9 April 1877 werd
de arrondissements-rechtbank te Hoorn ont
bonden en dit rechtsgebied, geheel of althans
grootendeels (de kantons Eda men Purme-
rend werden aan Haarlem toegevoegd) inge
deeld bij de rechtbank te Alkmaar, wier op
heffing door de Tweede Kamer bij meerder
heid van stemmen, was afgestemd.
Aan deze rechtbank werden als toen toege
wezen de kantons Hoorn en Medemblik. Het
kanton Enkhuizen werd getijktijdig opge
heven.
Alkmaar bestaat dus feitelijk uit twee
arrondissementen en het behoeft geen betoog,
dat de inwoners van Hoorn destijds zeer ont
stemd waren, omdat deze opheffing voor
Hoorn en omstreken ook beteekende meerdere
moeilijkheden en kosten voor allen die iets
met de gerechtigheid hadden te vereffenen
Een ieder begrijpt, dat deze onaangenaam
heden nog belangrijk zouden vermeerderen,
indien ook Alkmaar aan „ontbinding" zou
worden prijsgegeven.
Hoewel slechts behoorende tot de 2e klasse,
ressorteeren onder Alkmaar 5 kantons. Alk
maarSchagenHelderHoornMedem
blik met in totaal 78 plaatsen, nagenoeg het
hoogste getal van de 21 nog vigeerende ar
rondissementsrechtbanken van diverse klas
sen in Nederland!
Haarlem b.v., een eerste klas rechtbank,
onder den rook van Amsterdam (19 Kilo
meter, iets meer dan AlkmaarUitgeest!) al
waar zich bevindt een eerste klas rechtbank-
met zes meervoudige strafkamers, heeft ju-
ridictie over slechts 46 gemeenten.
Bovendien zal Alkmaar nog heel wat ver
meerderd rechtsgebied toebedeeld krijgen bij
eventueele d.ooglegging der Zuiderzee. De
nieuwe Wieringerpoider met zijn tegenwoor
dige en toekomstige bevolking valt alreeds
onder de bemoeiingen van het Alkmaarsche
rechtscollege.
En dat deze rechtbank waarlijk geen sine
cure mag worden genoemd, kan worden ge
constateerd uit het feit, dat alleen in het afge-
loopen kwartaal door de meervoudige straf
kamer werden berecht 52 meer-ernstige strat
en hooger beroepszaken, terwijl de politie
rechter voor zijn rekening had niet minder
dan 152 strafzaken.
Zou men denken, dat deze werkzaamheden
zonder uitbreiding en meerdere kosten kon
den worden overgedragen aan een anaer
rechtscollege?
De zittingen der meervoudige strafkamer
kunnen gemiddeld worden berekend op een
duur van 5 a 6 uur, die van den politierech
ter op 3 a 4 uur. Gemiddeld bevat de straf-
rol 10 tot 15, soms 17 zaken.
Zaken, die niet alleen voorbereiding noo-
dig hadden, doch waarvan bij de behandeling
ter zitting in vele gevallen bleek, dat, met het
oog op eventueele reclasseering, rapportage
als andersinds noodig was en dat vonnis-
wijzing nog niet mogelijk en aanhouding
gewenscht was. Commentaar overbodig!
Het is natuurlijk onzinnig te denken, dat
een overdracht van zooveel serieus werk aan
e^n andere rechtbank geen meerdere kosten
zou medebrengen.
Laat ons eens aannemeen, dat men daar
mede Haarlem zou willen bedenken, dan zou
men eerst wel eens mogen beginnen met een
nieuw rechtspaleis te bouwen. Men zegt, dat
reeds nu de ruimte in het bestaande gebouw
zoo onvoldoende is, dat zelfs de corridors
werden gebezigd voor de administratie en
daar de schrijfmachines ratelen!
Brachten wij in den aanvang van ons be
toog reeds direct hulde aan de werkkracht
van het college, speciaal aan den fung. presi
dent der meervoudige strafkamer en den sub
sistuut-officier van Justitie voor hun groote
werkkracht en mateloozen ijver, we zullen
thans door eenige nadere toelichting aantoo-
nen, dat deze waardeering niet op fantasie
berust.
De Alkmaarsche rechtbank, aie tot de twee
de en minst gesalarieerde klasse behoort, be
schikt slechts over een president en vier rech
ters, een officier van justitie, een subs-offi
cier, een griffier en een subs-griffier.
De rechters genieten een jaarwedde van
f 5500, de subs-officier van justitie eveneens
5500.
Indien men bedenkt, dat b.v. mr. Ledeboer
als rechter ook permanent presideert de meer
voudige strafkamer en bovendien nog waar
neemt de functie van politierechter en kinder
rechter. terwijl jaarlijks door de handen van
mr. v. d. Feen de Lille. zoo ODDervlakki? be
rekend, p.m. 750 strafzaken gaan en zooals
onze lezers bekend is, meermalen strafaken
van grooten omvang en beteekenis, dan zal
men toch zeker wel moeten beamen dat een
woord van lof hier zeker niet misplaatst is.
Zonder aan de verdiensten van president en
andere leden van het college allerminst iets
te kort te doen, mag men toch zeker wel aan
nemen dat, sit venia verbo, hier het spreek
woord van de paarden en de haver zeer toe
passelijk is. Indien we nu vergelijkend gaan
becijferen, dan krijgen wij voor de le klasse
rechtbank te Haarlem een uitgaaf van trac-
tementen ten bedrage van 59.700 en te Alk
maar 48.200.
Het woord is nu aan de bezuinigingscom
missie!
Ten slotte nog een enkel woord met be
trekking tot den last en moeite, die aan getui
gen en verdachten worden opgelegd, wan
neer de zetel van de arrondissementsrecht
bank met nog 30 tot 40 K.M. verder zou wor
den verlegd.
Dat zou voor opgeroepenen uit Texel, Urk
c.s., beteekenen, dat zij in geen geval op den
zelfden dag hun woonplaats zouden kunnen
bereiken en het Rijk dus verplicht zou zijn,
de kosten van het logies voor de getuigen te
voldoen. De verdachte natuurlijk, die de ver
plichting niet heeft te verschijnen, mag die
kosten zelf dragen.
Wat nu eindelijk de preventieve kracht be
treft, die uitgaat van een strafrechtbank, ge
plaatst in het milieu der strafschuldigen,
daarover zullen we, begrijpend, dat een be
zuinigingscommissie daaraan geen aandacht
kan schenken, geen woorden verspillen.
Maar wel verwachten we, dat zoowel de
pers als de juristen zich krachtig zullen ver
zetten tegen een beperking van rechtscolle
ges, die, mede met het oog op de steeds toe
nemende criminaliteit, voor het toepassen
van een bezadigde, wel overwogen justitie
ongetwijfeld van groot nadeel zal zijn.
Alkmaar, 6 Juli '32.
ONTROUW ADMINISTRATEUR
De rechtbank te Zutphen deed gister uil»
spraak in de zaak tegen den administrateur
van de Spaarbankvereeniging te Zutphen, die
verdacht van verduistering van f 54.000 te
recht had gestaan. De rechtbank veroor
deelde verdachte tot een gevangenisstraf van
één jaar en zes maanden met aftrek van voor
arrest. De eisch luidde twee jaar en zes
maanden.
AANRANDER VEROORDEELD.
De dader van de aanranding bij Tubber»
gen, waarvan een 22-jarig meisje het slacht
offer is geworden, is door de rechtbank te
Almelo veroordeeld tot acht maanden ge
vangenisstraf, met aftrek der voorloopige
hechtenis, bijna drie maanden. Daarna zal de
dader ter beschikking van de regeering wor
den gesteld.
De eisch luidde zes maanden gevangenis
straf met aftrek en terbeschikkingstelling.
DE ONREGELMATIGHEDEN BIJ
DEN PENSIOENRAAD.
De vacantiekamer van het Haagsche ge
rechtshof behandelde gister het hooger be
roep van de drie vroegere schrijvers bij den
Pensioenraad, die wegens valschheid in ge
schrifte door de rechtbank, alhier, veroor
deeld werden tot twee jaar en zes maanden,
twee jaar en zes maanden en twee jaar ge
vangenisstraf, ieder onder aftrek van voor
arrest. Er werden geen getuigen meer ge
hoord, daar de verklaringen in eersten aan
leg afgelegd, niet betwist worden.
De advocaat-generaal mr. De Visser
eischte in alle drie. zaken bevestiging van het
vonnis der rechtbank, daar hij, hoewel de
straffen zwaar achtend, deze in overeenstem
ming oordeelde mei den ernst der feiten, daar
de drie verdachten te zamen den Pensioen
raad voor 37.000 hebben benadeeld. He'
Hof zal op 13 Juli a.s. uitspraak doen.
EEN KUNSTGEBIT INGESLIKT.
Een magazijnmeester in dienst van een
biscuitfabrikant te Amsterdam, die gewoon
was des avonds in zijn woning ten behoeve
van zijn werkgever eenige administratieve
werkzaamheden te verrichten, was tijdens
dien arbeid in slaap gevallen, met het nood
lottige gevolg,, dat hij zijn kunstgebit inslikte
en dientengevolge was komen te overlijden.
Te dezer zake had het bestuur der Rijks
verzekeringsbank aan de weduwe krachtens
de Ongevallenwet-1921 schadeloosstelling
toegekend, omdat naar de meening van dat
bestuur in casu de dood een gevolg is te ach
ten van een ongeval in den zin van genoem
de wet, nu het ongeval het inslikken van
het kunstgebit was ontstaan tijdens de
uitoefening van hem door zijn werkgever op
gedragen arbeid en als gevolg van overver
moeidheid door dien arbeid.
Tegen deze beslissing was de Centrale
Werkgevers Risicobank, als risicodraagster,
in beroep gekomen bij den Raad van Beroep
te Arnhem. Volgens de Risicobank lag de
oorzaak van het ongeval in het dragen van
een kunstgebit, hetwelk tot het particuliere
leven van den magazijnmeester behoorde,
zoodat het ongeval niet gezegd kan worden
hem in verband met zijn dienstbetrekking te
zijn overkomen. Ook de Raad van Beroep kon
zich met de genomen beslissing geenszins
vereenigen In betrekking tot het ontstaan van
het ongeval achtte de Raad n.1. tegenover de
verschillende mogelijkheden betreffende oor
zaken van particulieren aard niet een over
wegende waarschijnlijkheid aanwezig, dat oo
de door het bankbestuur veronderstelde wij
ze het ongeval zóó zou zijn tot stand geko
men, dat het zou moeten worden beschouwd
als den betroffene te zijn overkomen in ver
band met zijn dienstbetrekking in den zin der
Ongevallenwet.
Naar 's Raads oordeel bestond in dezen
dan ook geen recht op schadeloosstelling,
weshalve de beslissing werd vernietigd.
Nadat zoowel de weduwe als het bestuur
der R.V.B. in hooger beroep was gegaan,
heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 Juli
de uitspraak van den Raad van Beroep ver
nietigd en de oorspronkelijke beslissing van
het bankbestuur gehandhaafd, daar ook naar
het oordeel van den Centralen Raad het on
derhavige ongeval in verband stond met de
dienstbetrekking van den getroffene in den
zin der wet