t
Dit merk is de echte
medicinale
pepermunt.
Nieuw onderzoek gelast.
Ook de procureur-generaal bij' het gerechts
hof te 's-Hertogenbosch, waar de zaak tegen
j beide verdachten, de van der E.'s (vader
n zoon) op 22 en 23 Augustus a.s. in hooger
heroep zal dienen, is blijkbaar de meening
toegedaan, dat het vooronderzoek te wen-
schen heeft gelaten.
Althans bereikten het blad reeds spoedig,
nadat zoowel door het O.M., als door de bei
de verdachten hooger beroep tegen het Roer-
mondsche vonnis was aangeteekend, berich
ten dat door den procureur-generaal op ver
schillende punten een nieuw onderzoek was
bevolen.
Een oproep.
Tevens werd op instigatie van den procu
reur-generaal, door den officier van justitie
bij de rechtbank te Roermond een oproep ge
daan, waarbij een ieder, die eenige inlichting
over 'het drama in „het duister bosch" meen
de te kunnen verschaffen, alsnog uitgenoo-
digd werd zich met den officier, met den bri
gade-commandant der marechaussee te Echt
of met den brigadier-titulair der rijksveld-
wacht Paulssen te Posterholt in verbinding te
«tellen.
De eerste resultaten.
Geruchten, dat dit onderzoek tot belang
rijke resultaten zou hebben geleid, waren
oorzaak, dat de „Nwsbr." dezer dagen ter
plaats nogmaals een onderzoek heeft inge
steld.
Bij dit onderzoek bleek, dat inderdaad
ernstig met de mogelijkheid rekening wordt
gehouden, dat niet alleen de beide van der.
E.'s de schuldigen in deze zaak zouden zijn,
maar dat het zelfs mogelijk is, dat een van
beiden volkomen onschuldig is.
Hoe men precies tot c'cze vermoedens ge
komen is, wordt door de betrokken politie- en
justitie-ambtenaren strikt geheim gehouden
Vast staat echter, dat momenteel nog een
onderzoek gaande is, dat zich beweegt in een
ondere richting dan in dit van de beide door
de rechtbank veroordeelde verdachten,
i Welke deze richting precies is kon ook de
verdediger, mr. Paul Tripels, niet mededee-
len.
Waardeloos bewijsmiddel.
Naar het blad echter van andere, zeer be
trouwbare zijde vernam, zou het vinden van
de jachtgeweerhulzen op de plaats van het
misdrijf, door het nader onderzoek, als mid
del ter bewijsconstructie volkomen waardeloos
zijn geworden.
Gebleken toch is, dat de verdachte van den
E. Sr. op Dinsdag en Woensdag vóór den
dag van het misdrijf (Vrijdag) op vrijwe
dezelfde plaats konijnen heeft geschoten.
Weliswaar heeft de verdachte dit, althans
volgens zijn mededeeling, bij het vooronder
zoek aan den wachtmeester der marechaus
see verklaard, doch in de stukken is dit niet
opgenomen.
Thans is echter, na hernieuwd onderzoek
dus, deze verklaring door eenige getuigen be
vestigd en wel o.m. door een 16-jarige dochter
van den verdachte, die bij die .gelegenheid de
konijnen heeft opgedreven, en door den wild
'koopman Timmermans uit Echt, die de ge
schoten konijnen heeft opgekocht,
i Worden deze verklaringen voor het ge
rechtshof te 's-Hertogenbosch onder eede ge
handhaafd, dan komt daarmede vast te
staan, dat ter plaatse van het misdrijf jacht
patroonhulzen uit het jachtgeweer van ver
dachte van den E. Sr. kunnen zijn gevonden,
zonder dat deze gebruikt behoeven te zijn om
op de slachtoffers te schieten.
Daardoor wordt dan een veroordeeling van
den oudsten verdachte vrijwel onmogelijk,
tenzij men aanneemt, waarvoor nog geen en
kei bewijs is geleverd, dat deze met de para
bellum heeft geschoten. Neemt men dit even
wel aan, dan zou men den zoon moeten vrij
spreken.
Een moeilijke taak.
Het Bossche Hof krijgt nu de moeilijke
taak, uit te maken, wie in den nacht van den
moord op de plaats van het misdrijf zijn ge
weest. Vrij zeker kan uit het vinden der pa
rabellum- en jachtgeweerhulzen worden op
gemaakt, dat dit althans een der verdachten
is geweest, echter in gezelschap van één
meer andere person, wier namen ons wel ge
noemd zijn, maar welke wij niet zullen publi
ceeren, alvorens althans dit tweede onderzoek
beëindigd is.
Feit is, dat hetgeen thans gepubliceerc
wordt, in Zuid-Limburg een publiek geheim
is. Van verschillende zijden werd het blac;
een en ander bevestigd.
Merkwaardige uitlatin
Merkwaardig is wel, dat het O. M. bij c.
Roermondsche rechtbank bij de behandeling
ter terechtzitting tegen één der getuigen d
opmerking maakte: „Ik heb je op het parket
al gezegd, dat je hier piet staat als verdachte,
hoewel er veel bezwarends tegen je is".
Ter zitting is hier niet verder op ingegaan
Thans echter wordt vernomen, dat bedoelde
getuige zoowel den Vrijdag van het drama
als den volgenden Zaterdag vrijwel den ge-
hielen dag in gezelschap van den jongen van
<ten E. is geweest.
Vrijdagsavonds (den avond van het mis
drijf), is deze getuige met de beide van den
'E.'s in twee café's te Posterholt geweest, ter
wijl hij 's Zaterdagsmorgens om 7 uur door
twee personen, zekere Reumers en Schrijne-
werkers, is gezien, komende van de woning
der beide van den E.'s te Annadaal.
Reumers en Schrijnewerkers hebben dit in
het vooronderzoek verklaard, doch werden
voor de rechtbank te Roermond niet als ge
tuigen gedagvaard, evenmin als een zekere
Cuypers, die, volgens zijn verklaring, op 20
December 1931, op verzoek van bovenbedoel
den getuige, naar Schrijnewerkers is gegaan,
°m dezen te waarschuwen, zijn verklaring
liet onder eede te handhaven.
Een nieuwe broek.
De meerbedoelde getuige is voorts 's Za
terdagsmorgens 9 uur met den jongen van
den E. naar Roermond gegaan en heeft daar
J*n nieuwe broek gekocht. Waar de oude
broek gebleven is, is niet bekend en daar is
door den officier van justitie geen onderzoek
naar ingesteld. x
Dok dit punt schijnt de aandacht van den
Procureur-generaal te hebben.
Alsof deze herhaalde ontmoetingen nog
met voldoende waren, is deze getuige denzelf-
e" Zaterdag, 's middags 5 uur, weer in ge-
«hap van den jongen van den E. gezien
woordelijk verklaart de getuige daarover
een proces-verbaal: „Ik zeide hem toen,
«t 4 ter kerke ging om te biechten, waarop
n den E. zeide. „Dan ga ik mee".
's Avonds om tien uur had tusschen beide
>ersonen opnieuw een ontmoeting plaats en
zouden zij samen naar den burgemeester van
'osterholt, op kasteel „Aarwinkel", gaan,
hetgeen echter niet gebeurde, omdat de jacht
opziener Hintzen den getuige van de ver
missing der drie slachtoffers in kennis kwam
stellen.
De jonge van den E., die jachtopziener was
in dienst van den burgemeester van Poster
holt, is daarop alleen naar het kasteel „Aar
winkel" gegaan.
Nieuwe getuigen.
De burgemeester is bij het vooronderzoek
over dit onderhoud niet gehoord, evenmin
als de bruggraaf van Aefferden, bij wien van
den E. Sr. jachtopziener was.
Ook een verhoor van deze beide heeren zou,
naar wordt medegedeeld, alsnog door den
procureur-generaal zijn bevolen.
De meerbedoelde getuige, die, zoowel Vrij
dags als 's Zaterdags, vrijwel den geheelen
dag in het gezelschap vas den verdachten
van den E. Jr. was, is op 13 Januari door
den rechter-commissaris mr. baron van
Hövell tot Westerflier, in de instructie ge
hoord. Hierbij was tegenwoordig de beëedig-
de klerk ter griffie M. Elfrink, die bij het ver
hoor den getuige toevoegde: „Dat alles is
toch wel zeer vreemd.
De getuige reageerde daar niet op, doch
voegde eenige dagen later den beëeaigenden
klerk, bij een toevallige ontmoeting toe: „Die
merking vergeef ik je nooit", waarop de
klerk antwoordde: „Ik heb niets met je te
maken".
Hij weet er meer van.
De getuige reageerde daarop woedend:
„Dat zullen wij eens zien. Ik weet meer van
de zaak, dan alle anderen samen".
Ook dit twistgesprek maakt thans opnieuw
een punt van onderzoek uit.
Tenslotte zou, naar werd medegedeeld,
nog onderzocht worden, hoe het mogelijk is,
dat Dinsdag na den moord de parabellum
hulzen werden gevonden op een plaats, die
's Zondags en 's Maandags reeds eenige
malen was afgezocht.
In bepaalde kringen is men van oordeel,
dat hier een mystificatie niet uitgesloten moet
worden geacht.
Uit alles blijkt niet alleen duidelijk, dat het
vooronderzoek verre van volledig is geweest,
maar tevens, dat bij de behandeling in hoogér
beroep verrassingen geenszins uitgesloten
moeten worden geacht.
N/v VAN SLOOTEN - LEEUWARDEN
HET MIDDENSTANDSCONGRES.
Aan den officieelen maaltijd ter gelegen
heid van het 29e congres van den Kon. Ned.
Middenstandsbond waren Woensdagavond
ruim twee honderd personen vereenigd. Tot
de gasten behoorden mr. D. Fock adviseur
van den Kon. Ned. Middenstandsbond, mr.
S. baron van Heemstra, commissaris der ko
ningin in Gelderland, mr. A. I. M. J. baron
van Wijnbergen voorzitter van den Midden-
standsraad en de heer J. J. R. Schmal, hoofd
commies bij het departement van Economi
sche Zaken en Arbeid.
De Bondspresident, de heer Ed. G.
Schürmann, die de tafel presideerde, stelde
bij het begin van den maaltijd een dronk in
op de koningin. Daarna werd staande het
Wilhelmus gezongen.
Mr. D. Fock hield een rede, waarin hij het
belang van een goede organisatie voor den
middenstand deed uitkomen. De maatschap
pij kan den middenstand niet missen, want
de middenstand is de kern van de maat-
Mr. S. baron van Heemstra wenschte den
bond geluk met het dertig-jarig bestaan en
wees er op, dat een congres in dezen tijd nut
tig kan werken, omdat men samen bespreekt
de moeilijkheden van den tijd.
M. baron van Wijnbergen, voorzitter van
den Middenstandsraad, hoopten dat de Mid
denstand zich meer bewust zal worden; wil
er iets van den middenstand terecht komen,
dan moet hij zich meer organiseeren. Ook de
middenstand doorleeft moeilijke tijden; dat
moet aanleiding geven tot veel werken, maar
het mag nimmer aanleiding zijn tot wan
hopen.
De heer Bos vertegenwoordiger van den
Chr. Middenstandsbond herdacht de grond
leggers van de Middenstandsbeweging in
19(K! en huldigde den voorzitter.
Derde dag.
Het Middenstandscongres is gistermorgen
voortgezet. Aanwezig was o.a. de commis
saris der koningin in Gelderland mr. S. ba
ron van Heemstra.
Aan de orde was de voordracht van den
heer J. van Eek, hoofddirecteur van de
N.V. Nederlandsche Middenstandsbank, over
de credietverleening aan den
middenstand.
Spr. wees er op dat z.i. de fout van de
illiquiditeit der geldmiddelen niet zoozeer be
gaan is door de groote banken als door de
vele kleinere en middenstandsbanken in de
provincie,'hetgeen zeer tot verterking van
de monetaire crisis heeft bijgedragen. De
noodzakelijkheid van een goede bankpolitiek
wordt nog niet door iederen middenstander
voldoende ingezien. Hij wees erop dat cre-
dieten over den aankoop van onroerende goe
deren of machines bij de bank niet thuis
hooren. Zij moeten worden gefinancierd uit
eigen kapitaal of leening. Behalve aan den
eisch van liquiditeit moet het bankcrediet
ook aan deze voorwaarden voldoen, dat het
bedrag van het crediet in een gezonde ver
houding staat tot het eigen kapitaal van den
credietnemer en ook dat het bedrijf van den
credietnemer voldoende winstgevend moet
zijn. Alleen genoegzame dekking is niet vol
doende.
Spr. merkte voorts op dat cok een groote
behoefte bestaat aan zgn. „Ar.:age"-crediet
voor de financiering van onroerende goede
ren in den vorm van een vast voorschot met
periodieke aflossing. Voor dergelijke credie-
ten op langen termijn moet de bank beschik
ken over middelen op lange termijn, welke te
verkrijgen zijn door uitgifte van obligaties.
De middenstand dient offervaardigheid te
betoonen door zoodanige vaste schuldbrie
ven op te nemer* Spr. deed uitkomen dat de
bank niet in de eerste plaats vraagt, welke
dekking kan worden aangeboden, maar of
daar een goed geleide zaak is met gezonde
financieele verhoudingen. Dan pas komt de
vraag van dekking aan de orde.
Loonen en koopkracht.
Daarna was aan de orde het praeadvies
van den heer mr. A. N. Molenaar, algemeen
secrearis van het Verbond van Nederland
sche Werkgevers, over het vraagpunt.. „De
nationale koopkracht in verband met het
loonvraagstuk". Sprekers conclusie luidde:
Voorop stellen wij de erkenning, dat het
toekennen of handhaven van hooge geldloo-
nen, zelfs in crisistijden als wij thans bele
ven, de koopkracht van de individueele ar
beiders op peil houdt, hetgeen een tijdelijk
voordeel voor dat gedeelte van den midden
stand is, hetwelk een overheerschend deel
van zijn debiet onder de betrokken arbeiders
heeft.
Voor den middenstand als geheel be
schouwd kan er even wel geen twijfel aan be
staan, dat deze loonpolitiek een te werpen
middel is, wijl zij de productieve kracht van
de natie verzwakt, werkloosheid bevordert
of althans stabiliseert en daardoor het ver
mogen tot koopen op de binnenlandsche
markt waarvan de middenstand het moet
hebben verzwakt.
Dalen echter de loonen der hoogstbezol-
digde arbeiders, krimpt dientengevolge de
werkloosheid in en worden de lasten, die de
middenstanders als winkeliers moeten beta
len en die rechtstreeks op hun artikelen
drukken zoodanig verlicht, dat zij die arti
kelen tegen lager prijzen kunnen leveren, dan
zien zij hun omzet toenemen en is er voor
den middenstand reden de verdere ontwikke
ling met optimisme tegemoet te zien.
Verschillende heeren hielden beschou
wingen met het uitgebrachte prae-advies. Zij
werden door mr. Molenaar beantwoord.
Besloten werd het prae-advies van mr.
Molenaar en de verschillende discussies aan
de aangesloten vereenigingen in druk toe te
zenden, teneinde deze nader in studie te kun
nen nemen.
Merkartikel en zelfstandige win
kelier.
Vervolgens kwam aan de orde het prae-
advies van mr. dr. E. Tekenbroek, accoun
tant en belastingjurist te 's-Gravenhage,
over het merkartikel en de zelfstandige win
kelier.
De conclusie luidden:
Het merkartikel heeft aan de positie van
den zelfstandigen winkelier in het economi
sche verkeer ernstig afbreuk gedaan, doordat
de fabrikanten een belangrijke taak van den
zelfstandigen winkelier, te weten het be
werken van het publiek en in verband daar
mee het uitlokken van de vraag hebben over
genomen.
Het merkartikel werkt de uitschakeling
van den zelfstandigen kleinhandel in de
hand, doordat het een onpersoonlijk ele
ment in den kleinhandel van het grootbe
drijf in den kleinhandel bevordert. In som
mige branches heeft, nadat het merkartikel
een zekere vlucht heeft genomen, de selec-
teerende functie van den kleinhandel weer
aan beteekenis gewonnen.
Door de prijsbindingscontracten verkeeren
tal van op zich zelf staande winkeliers ineen
rechtelooze positie en zijn ze voor een goed
deel afhankelijk van den goeden trouw der
fabrikanten; doch ook in het geval, dat de
fabrikanten te goeder trouw zijn en zij hun
vollen steun aan het handhaven der prijzen
verleenen, werkt de prijsbinding dikwijls
zeer onbevredigend, daar men tegen buiten
staanders prijsknoeiers, geen rechtsmiddelen,
maar slechts economische afweermiddelen
heeft, die dikwijls niet afdoende zijn.
Het aandringen op een wettelijke regeling
van de prijzen der merkartikelen heeft wei
nig kans op succes; ook van de recht
spraak verwachte men te dien opzichte niet
veel. Dit neemt echter niet weg, dat het in
het belang van den zelfstandiger winkelier is
al het mogelijke te doen om een meer gunsti
ge rechtspraak te verkrijgen. In verband
hiermede is het aanbevelenswaardig, dat
het bondsbestuur zich over de juridische zij
de van de prijst indingscontracten door des
kundigen laat voorlichten.
De meest aangewezen weg voor den zelf
standigen winkelier om zijn positie te ver
beteren is de aaneensluiting branche-gewij-
ze in vakorganisaties (ehvent.gezamenlijk
met de fabrikanten en de grossiers in die
branche). Men vormt zoodoende een aaneen
gesloten front tegenover de fabrikanten. Er
bestaat te dien opzichte een zekere analogie
met de arbeiders en de sterke positie, die zij
door middel van hun vakvereenigingen we
ten in te nemen. Op eigen kracht kan zoo
doende de zelfstandige winkelier de „plaag"
van de fabrikanten-merkarikelen bestrijden.
Het opent de mogelijkheid om een eigen
(handelaren-) merkartikel in den handel te
brengen, en om de voordeelen van het groot
bedrijf voor zich te verkrijgen.
Aaneensluitingen brengen gebondenheid, zij
het dan vrijwillige gebondenheid, met zich;
de enkele zelfstandige winkelier boet daar
bij aan zelfstandigheid in. Door onzen in-
dividualistischen volksaard en door de bij
zondere eischen, die zij stellen aan de lei
ders, hebben deze aaneensluitingen hun na
tuurlijke, soms zeer enge grenzen.
Een algeheel wegvallen der prijsbindinj
zal voor de zelfstandige winkeliers met ziel
brengen. De zelfstandige winkelier zou er
echter als koopman-ondernemer aan betee
kenis door winnen, waartegenover staat, dat
de ontbinding van de prijsbinding de ont
wikkeling van het grootbedrijf (warenhui
zen, filiaalbedrijven) zou bevorderen.
Op den derden dag van het 29e congres van
den Kon. Ned. Middenstandsbond opende
zich over het prae-advies van mr. dr. E
Tekenbroek een levendige discussie.
De sprekers werden door den prae-adviseur
beantwoord, daarna werd het prae-advies
aangenomen.
De heer J. J. R. Schmal, vertegenwoor
diger van den minister van Economische Za
ken en Arbeid, richtte daarna het woord tot
het congres. Er zijn in het economisch leven
vele bedreigde punten en men zou kunnen
zeggen, dat tot de meest bedreigde punten de
middenstand nog niet behoort. Spr. meent,
dat bij de vraagmet of zonder hulp van de
overheid, de middenstand zal antwoorden,
dat hij liefst uit de moeilijkheden wil komen
zonder hulp van de overheid, gedachtig aan
het woord van Van Hogendorp: „God helpt,
die zich zelf helpen".
De voorzitter, den heer Schmal dank zeg
gend voor zijn woorden, sprak de hoop uit,
dat de middenstand later niét zou behoeven te
zeggen: „Wij zijn uit de crisis gekomen on
danks de overheid".
'Het congres werd, nadat men de eerste
twee coupletten van het Wilhelmus had ge
zongen, gesloten.
Er werd daarna een autotocht gemaakt in
de omstreken.
DE SCHIETPARTIJ IN EEN CAFE IN
DEN HAAG.
De dader slikt een lepelsteel in om
uit het Huis van Bewaring te blij
ven.
Gistermiddag heeft V., een der personen,
die in verband met de schietpartij van Dins
dagavond j.1. in een café aan de stille Veer
kade, aangehouden was, een poging onder
nomen om voorloopig uit het Huis van Be
waring te blijven een poging, welke, al
thans voor de eerste dagen, met succes be
kroond is.
V., die bekend heeft het schot te hebben ge
lost, zou vandaag naar het Huis van Bewa
ring worden overgebract, maar had daar
blijkbaar weinig lust in. Hij slikte dan ook
een steel van een lepel in en verzocht toen
dringend naar het ziekenhuis te worden
overgebracht. De politie kon dit niet weige
ren en transporteerde den arrestant naar het
ziekenhuis aan den Zuidwal, waar een rönt
genfoto van hem genomen werd.
Op de foto das duidelijk de lepelsteel te
zien, maar tevens zag de dokter, dat V.
reeds eerder 2 manchetknoopen had in
slikt, welke zich eveneens in zijn maag
vonden.
Opneming in het ziekenhuis was noodza
kelijk en binnen enkele dagen zal V. geope
reerd moeten worden.
Zijn toeleg om nog eenige dagen uit het
Huis van Bewaring te blijven, is gelukt.
Maar de politie heeft maatregelen getroffen
om te zorgen, dat van dit uitstel géén afstel
komt.
HAAR DOCHTER VERMOORD?
De politie te Kerkrade heeft gistermiddag
aangehouden een Joegoslavische vrouw al
daar, in verband met den dood onder ver
dachte omstandigheden van haar 15-jarige
dochter.
Volgens de verklaringen van getuigen
moet de moeder steeds zeer bruut tegen haar
dochter zijn opgetreden.
RUMOERIGE AVOND IN UTRECHT.
Gisteravond had in hotel de L' Europa
een vergadering van den Fascistenbond
plaats, waar de Baars als spreker optrad.
De vergadering zelf had een rustig verloop,
daar door de fascisten een zeer scherpe se
lectie van publiek was toegepast. Op het
Vreeburg hadden zich echter den geheelen
avond honderden nieuwsgierigen verzameld,
die vele rijen dik stond, alsof het een optocht
goud. Vermoedelijk was deze belangstelling
te danken aan het feit, dat men een commu
nistische revanche verwachtte voor de ver
stoorde vergadering, die eenigen tijd geleden
in het N.V. huis is gehouden. Toen de ver
gadering beëindigd was, werd het publiek
eenigszins rumoerig, hetgeen de politie aan
leiding gaf in te grijpen. Ongeveer 12 uur
heeft men op uitgebreide schaal gechar
geerd, waarbij rake klappen werden uitge
deeld. In de Viestraat is een groot spiegel
ruit bij deze relletjes vermoedelijk ingegooid.
De politie hoefde niet tot arrestaties over te
gaan.
DE LOONEN IN HET
KOOPVAARDIJBEDRIJF
De organisaties van officieren en scheeps
gezellen vertegenwoordigd in de contract
commissie van organisaties van zeevaren
den hebben naar aanleiding van de opzeg
ging van het collectiefcontract door den
bond van werkgevers in de koopvaardij
zich tot dien bond gewend met een brief,
waarin o.a. er op wordt gewezen, dat de
grens van verhoudingen bij een nieuwe gage
verlaging langzamerhand geheel uit het oog
wordt verloren. Niettegestaande reeds vóór
dien ten aanzien van de loonverhoudingen
in ons land de zeevarenden in een slechtere
positie waren geraakt, werden de officieren
half November van het vorige jaar en
scheepsgezellen in Februari van dit jaar
niettemin toch gedwongen een gageverla-
ging van resp. 10 en 9 te aanvaarden.
Door deze verlaging zijn sinds 1932, toen de
gages van de zeevarenden werden vastge
steld in evenredigheid tot de overige loon-
normen in ons land, de gages bijna 40
gedaald, terwijl door vermindering van pre
mie en andere emolumenten voor een groot
deel der officieren het inkomen ongeveer to
de helft van vroeger is teruggebracht, ter
wijl door de verlagingen, toegepast op de
overwerkgelden voor de mindere schepee-
lingen, deze overwerkgelden beneden het peil
van het gewone uurloon zijn gekomen en
waardoor deze categorieën ook ernstig in
hun inkomen zijn getroffen.
De maatstaf door de reeders thans aange
legd en waarbij de gageverlaging wordt af
gemeten naar de monetaire inzinking in de
voornaamste zeevaartlanden, leidt tot con
sequenties, welke de organisaties meenen te
moeten verwerpen. Wanneer van werkgevers
zijde dit standpunt wordt gehandhaafd, dan
zou dit voor velen een gageverlaging van
nog een 20 beteekenen. De betrokken or-
ganisatiebesturen achten de beoogde verla
ging voor het tegenwoordige, gezien dat
eerst onlangs de boven gememoreerde kor
ting heeft plaats gehad, onaanvaardbaar en
zullen dienovereenkomstig aan de leden ad-
viseeren.
HET VERDWENEN HAAGSCHE
MEISJE.
Hoe haar moeder over den ge»
arresteerden jongen man denkt.
In verband met het verzoek om op
sporing van het vermiste meisje de 18-
arige Jacoba H. J. Balster, had de N.
H. Ct. een onderhoud met de moeder
van het meisje. Het volgende is daar-
aan ontleend:
Mijn dochter had, zoo vertelde mej.
Balster, sedert drie maanden omgang
met den 19-jarigen slagersknecht G.,
wiens ouders in Rotterdam wone -.
Reeds vanaf zijn derde jaar was hij bij
z'n grootmoeder, die hier ter stede
woonachtig is en den laatsten tijd bij
een oom, eveneens in den Haag Hij was
blijkbaar een jongen, waarmee niet veel
te beginnen was, want toen hij 14 jaar
werd, kwam hij onder voogdij te staan
van den heer Tics uit de Stortenbeker
straat; zulks naar aanleiding van een
vechtpartij met een mes.
Zocdra de heer T. dan ook van de ver
keering hoorde, heeft hij ons gewaar
schuwd, wat voor ons aanleid'ng was,
verderen omgang te verbieden. Dit hielp
echter niet, ook al door het feit, dat G
die groot en sterk is voor zijn leeftijd,
voortdurend pressie op haar uitoefende.
Wanneer we hem gadesloegen, durfde
hij ons nooit in de oogen kijken. Hij
maakte een indruk van iemand, die tot
alles in staat is.
Mijn dochter was al een paar maan
den door den omgang erg moedeloos ge
worden. Voorheen was het een vroolijke
meid, die overdag een lichte betrekking
waarnam en me 's middags en 's avonds
steeds ijverig in de huishouding hielp.
Langzamerhand werd ze stil en terug
getrokken.
Op Maandagmorgen 11 Juli ging ze
voor het eerst in betrekking bij een
familie aan de Laan van N. O. I., waar
het haar, naar ze me 's middags vertel
de, heel goed beviel, 's Avonds is ze met
G. op stap gegaan en niet meer terug
gekeerd.
Dienzelfden avond is ze met G.
de familie S. gegaan woonachtig
den Zuid-Binnensingel, waar hij
haar onderdak gevraagd heeft. S
gerde echter en deelde later mede, te
hebben gehoord, dat G. tegen haar bij
het naderen van een politie-agent i
zeide: „Verberg je achter de deur".
Waar zij den nacht hebben doorge
bracht, weet ik niet, aldus mej. Balster,
maar mij is verteld, dat ze zich Dinsdag
morgen om 10 min. voor 7 bij een vrien
din van mijn dochter hebben vervoegd
op de Hooftskade. Ook daar heeft G. om
onderdak voor haar verzocht, doch het
meisje, wier moeder dood is, wilde
daarop niet ingaan.
G. heeft mijn dochter toen bij haar
gelaten, en is haar D'nsriairmidriag om
1 uur komen halen. „Trek vlug je man
tel aan" zou hij haar hebben bevolen.
Samen zijn ze toen vertrokken. Haar
vriendin heeft me direct gewaarschuwd,
waarop ik me met de politie in verbin
ding heb gesteld; tot heden echter zon
der resultaat.
Naar ik vernomen heb, heeft een
meisje van een bakker aan de Laan van
N. O. I., waar ze brood had gehaald,
haar het laatst gezien op Donderdag
avond j.1. in Spoorwijk.
Ze zag er erg armoedig en vermagerd
uit.
Of dit waar is, weet ik niet. Ik ver
moed het ergste, want G. is zeer onbe
trouwbaar. Ik heb, zoo besloot de moe
der, nog niets dan ellende van hem be
leefd.
naar
aan
voor
wei-
BEZUINIGING BIJ DE SPOOR
WEGEN.
Het lid van de Tweede Kamer, de heet
Hermans, heeft den minister van van water
staat gevraagd:
Is het juist, dat de hoofdingenieur, chef
van den dienst van tractie, bij de Nederland
sche Spoorwegen, wegens het bereiken van
den 65-jarigen leeftijd volgens reglementair
voorschrift den dienst met pensioen moet ver
laten?
Is het juist, dat deze ambtenaar op zijn
verzoek voorloopig nog een jaar in diepst
mag blijven en dat de afdeeling, waarvan hij
chef is, daarna zal worden opgeheven?
Is het juist dat bedoelde ambtenaar een
jaarwedde geniet, die ver boven de 10.000
uitgaat?
Indien op deze vragen bevestigend wordt
geantwoord, wil de minister dan aan de di
rectie der Spoorwegen verzoeken mede te
deelen, op welke gronden in dat geval wè!
een uitzondering kan worden gemaakt en niet
bijv. te opzichte van een stationschef, die 49
jaren en elf maanden diende, maar wien geen
maand uitstel werd verleend, wegens nood'
zakelijkheid van bezuiniging?
ONFORTUINLIJKE INBREKERS.
Gestolen brandkast op een autb
teruggevonden.
Donderdagavond zag de rijksveldwachter
van Heel op een landweg onder de gemeente
AbcoudeBaambrugge een auto staan en
bij onderzoek bleek hem dat daarin een met
een kleed overdekte brandkast geborgen lag.
Toen hij den auto met inhoud vorderde, werd
hij door twee mannen bedreigd, die bij het
voertuig behoorden, waarna hij zijn revolver,
trok. De veldwachter slaagde erin den
chauffeur met den auto en de brandkast aan
te houden. Bovendien bleek later, dat zich in
den auto nog een tasch met inbrekerewerktui
gen bevond. De tweede man, die in gezel
schap was van een vrouw, kon ontkomen. De
aangehouden chauffeur bleek te zijn de 2ó<
jarige Amsterdammer van C. Uit het onder
zoek kwam vast te staan dat de brandkast te
Nieuwer-Amstel tijdens de afwezigheid van
de familie van Klaveren, aan de van Borse-
laan 74 te Nieuwer-Amstel Donderdag op
den dag was gesloten. -Toen de auto met de
kast in beslag waren ogenomen, bleek dat
reeds pogingen waren aangewend de kast te
openen. De chauffeur van C. is ter beschik
king van de politie van Nieuwer-Amstel ge-
I steld. De politie meent ook den tweeden dader
op het spoor te zijn. T