DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Generaal Von Schleicher
voor de microfoon,
Ho. 175
Woensdag 27 Juli 1932
134e Jaargang
SugeÜiksch Oveczicht
Duitschland kan veiligheid verkrijgen óf door
vermindering der bewapening der andere
mogendheden tot het Duitsche niveau, óf door
ombouwen der Duitsche rijksweer.
GEEN VRIEND DER DICTATUUR.
uitenland
ALKMAARSCHE
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar f 2.
hanco door het geheele Rijk 2.50.
L,osse oummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v b. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
MOMM
Oil uuaunei bestaat uit 2 bladen.
De Duitsche rijksminister van rijksweer,
generaal von Schleicher, heeft gisteravond
een radioredevoering gehouden.
In deze vrij lange redevoering heeft hij
het een en ander verteld van 't doel van den
rijksweer t.a.v. het binnenland, maar ter
loops werd ook eventjes de buitenlandsche
politiek er bij gehaald.
Generaal von Schleicher begon met eenige
opmerkingen, die, naar hij zeide: „een
deel der houders" een zekere teleurstelling
zouden baten. „Ik ben" aldus von Schlei
cher geen vriend van militairen uitzonde
ringstoestand en ik ben heelemaal geen
vriend van militaire dictatuur en dat mis
schien wel niet, omdat ik minister van weer
baarheid ben.
Twee dingen zijn den soldaat bizonder
antipathiek: Als politieagent te worden ge
bruikt en in de politiek te worden betrokken.
Geen van beide is te vermijden bij den mili
tairen uitzonderingstoestand. Daarom heb rk
er ook naar gestreefd dat den voor een ze
ker doel over Berlijn en Brandenburg afge
kondigde uitzonderingstoestand zoo spoedig
mogelijk zou worden opgeheven.
De minister citeerde vervolgens zijn korte
verklaring welke hij tot 't leger gericht heeft
ter gelegenheid van zijn ambtsaanvaarding,
waarin de verwijzing naar de toekomst hem
door een deel der linkerzijde kwalijk is geno
men, aangezien in de afgeloopen jaren alles
is gebeurd om het doel, Duitschland's gren
zen te beschermen en de nationale veiligheid
te garandeeren, te bereiken. Dat heeft mij
verbaasd. Het heeft mij opnieuw getoond
hoe graag en hoe gemakkelijk de Duitscher
zich illusies maakt, vooral wanneer hem
zulks bij zijn partijpolitiek past. De waar
heid is immers dat geen enkel ander Euro-
peesch land in zoo geringe mate de veilig
heid bezit waarom het klinkt als een para
dox juist de sterkste militaire macht der
wereld onophoudelijk roept.
Deze houding van onze Westelijke nabu
ren heeft minister Stresemann, wien men
toch werkelijk voor ingenomenheid kan ont
zeggen. indertijd huichelarij genoemd en ik
geloof, aldus von Schleicher dat er in
Duitschland slechts weinig menschen zijn
die het hiermede niet een zullen zijn.
Hoe kan Duitschland veiligheid verkrij
gen? Theoretisch volgens twee wegen: 1
Doordat de mogendheden de bewapeningen
verminderen tot ons niveau, waartoe zij mo
reel en juridisch verplicht zijn.
Wanneer is tactiek een verdedigingswapen
werd eens gevraagd
Indien het de Britsche of Amerikaansche
vlag voert, luidde het antwoord.
Ik geloof dat deze spottende woorden
meer zeggen dan de mooiste diplomatieke
vormen, waarmede men het catastrophale
exhec der Ontwapeningsconferentie wii
verdoezelen.
Wij kunnen ten tweede de veiligheid be
reiken doordat wij onze weermacht zooda
nig ombouwen, niet uitbouwen, dat zij ons
ten minste een zekere mate van veiligheid
geeft en ik zou er in aansluiting op de
Duitsche verklaring te Geneve geen twijfel
over willen laten, dat wij dezen tweeden weg
zullen begaan, al stelt men ons ook voor de
toekomst volledige veiligheid en rechtsgelijk
heid in het vooruitzicht. Ik kan critici ver
zekeren dat een moderne aan het doel ten
minste eenigszins beantwoordende weer
macht niet duurder is dan de weermacht van
het verdrag van Versailles, dat door zijn ten
deele direct zinlooze bepalingen ons geheel
overbodige, nuttelooze en onproductieve
extra kosten oplegt.
In de landsverdediging ligt de hooge en
ideale taak van den soldaat. Het is natuur
lijk dat de weermacht ook de ultima ratio
•van den staat beteekent en dat in zeer kor
ten tijd door haar toedoen orde en rust moe
ten kunnen worden hersteld en de staatsau-
toriteit moet kunnen worden verzekerd. Dat
de weermacht daartoe in staat is, zal na dc-
gebeurtenissen der laatste dagen wel nie
mand meer ernstige kunnen bestrijden. Het
is zeer zeker eveneens juist dat bij interventie
van de weermacht scherpe maatregelen niet
kunnen worden voorkomen. Doch dergelijke
harde maatregelen zijn meestal de mildste
omdat zij het snelste resultaat hebben
Zeer zeker ben ik van meening dat het voor
handen zijn van een gesloten en boven de
partijen staande weermacht alleen reeds
voldoende moet zijn om de autoriteiten van
het Rijk te behoeden voor iederen schok. Dat
land heeft de hoogste staatsautoriteit waar
een enkele gendarme in een geheel district de
orde kan bewaren. Mij heeft in de laatste
waken niets zoo zeer geergerd en ik er
ger mij niet gemakkelijk als de bewering
dat ik de Rijksweer in den politieken mee-
ningsstrijd geworpen had. Dat is het meest
onrechtvaardige verwijt dat een man kan
treffen dien sedert de revolutie, die de Rijks
weer volledig politiek doorziekt had, op alle
wegen en met alle middelen een taaien strijd
heeft gevoerd om de depolitiseering van de
weermacht en die in dezen strijd dikwijls
juist die kringen tot tegenstander had die
op het oogenblik met groot geschreeuw
waarschuwen voor de politiseering van de
weermacht, nadat het hun, tot zegen van ons
vaderland, niet gelukt was uit de Rijksweer
een partijgroep te maken.
De leuze „jonkers en generaals hebben de
regeering-Bruening ten val gebracht" is een
volstrekte leugen. Zoolang ik op deze plaats
sta, hiervan kunnen alle partijen zeker zijn,
zal ik nooit toelaten, dat de weermacht haar
boven de partijen staande houding zal veran
deren of zelfs opgeven. En ik kan nog een
tweede verzekering geven aan de heeren, die
op het oogenblik met Cassandra-kreten hun
verkiezingsagitatie voeren: Ik zal niet dulden
dat de weermacht de haar in den staat toege
wezen positie met iemand, wie dan ook zal
deelen en dat particuliere organisaties zich de
wettelijke functies van de weermacht zullen
aanmatigen. Ik begroet derhalve vooral de
uiteenzettingen van den leider de nationaal-
socialisten in Berchtesgaden voor zijn S.A.-
leiders, welke volkomen overeenstemmen met
hetgeen ik zooeven gezegd heb over de positie
van de weermacht in den staat. In dit ver
band eenige woorden over de organisaties. Ik
zou een slechte Rijksweerminister zijn, wan
neer ik mij niet verheugde over iederen jon
gen Duitscher die door lichaamsoefeningen
en vooral ook door vrijwillige discipline zijn
karakter staalt. Menschen die daarvoor geen
begrip hebben begrijpen niet de vreugde van
jonge knapen die lichamelijk iets bizonders
hebben gepresteerd en die voor het eerst de
minderwaardige elementen in hen geheel heb
ben overwonnen. Nu weet ik natuurlijk heel
goed, dat in de organisaties ook velerlei dom
heden en overdrijvingen voorgekomen zijn en
nog voorkomen. Hierop critiek uit te oefenen
en er aanstoot aan te nemen, daartoe hebben
echter diegenen het minste recht die ons de
algemeene weerplicht hebben ontnomen en
die door herstelbetalingen en andere economi
sche dictaten de ontzaglijke werkloosheid te
voorschijn hebben geroepen. Zonder werk
loosheid en met een algemeene weerplicht
zouden wij niet in die inflatie der organisaties
hebben wier volledige onbruikbaarheid bij
oorlogsverwikkelingen thans zelfs behalve
natuurlijk in Frankrijk door leidende per
soonlijkheden der voormalige vijandelijke ge
allieerden erkend wordt.
Bedroevend en beschamend is het slechts
dat Frankrijk zijn argumenten voor het
grootste gedeelte zelf uit die kringen betrekt
wien ter bestrijding hunner politieke tegen
standers ieder middel zelfs dat van land
verraad goed is. Dat ik als weerminister
de kolonisatiegedachte ten zeerste begroet,
ligt voor de hand. Voor de landsverdediging
is het een levenskwestie, dat aan de Oost
grens een met haar grondverwortelde bevol
king staat, die voor zoover het in dergelijke
tijden van nood mogelijk is tegen crisis is be
schermt en talrijke menschen als zelfstan
dige existenties op het platte land vast
houdt.
In dit verband nog eenige woorden over de
sociale gedachte. Een der schoonste soldaten
deugden is de kameraadschap en wat is
dat anders dit elkander bijstaan in vreugd
en leed, overwinning en dood als de uitdruk
king van het sociale denken en voelen? Deze
gedachte der kameraadschap omvat de natio
nale en sociale taak van de weermacht. Even
min als de Rijksweer een partijgroep is, even
min is hij de beschermmacht van welke klasse
of belangen ook en evenmin wil zij overleefde
economische vormen of onhoudbare bezitsver
houdingen dekken en in dezen zin van het
sociale denken zal ik mijn functie als Rijks
minister en in het bizonder als weerminister
vervullen door het leger er steeds weer aan te
herinneren, dat het er toe moet bijdragen den
nood juist in de armste bevolkingslagen te
verminderen en vriend en helper te zijn van
alle lagen der bevolking.
Ten slotte sprak de minister nogmaals ovei
een z.g. militaire dictatuur.
Een dictatoriale regeering der weermacht
zou in Duitschland volkomen uitgesloten
zijn aangezien de weermacht nooit iets an
ders zal doen dan de bevelen op te volgen
van haar opperbevelhebber, den door een
overweldigende meerderheid van het Duit
sche Volk gekozen Rijkspresident von Hin
denburg.
Maar ook een regeering die slechts steunt
op de bajonetten van de Rijksweer zou een
regeering in het luchtledige zijn, zou snel
haar krachten verbruiken en tot een misluk
king leiden. In Duitschland misschien nog
meer dan in vele andere landen moet de re
geering gedragen worden door een breede
volksstrooming. Ik geloof te mogen zeggen,
dat ik in dit opzicht juist in dit opzicht hel
der heb gezien en minder militairistisch ben
geweest dan menig politicus die zich dikwijls
en gaarne voor de democratie uitspreekt maar
die onmiddellijk bereid is tot de dictatuur van
de bajonet, wanneer zijn machtspositie of die
van zijn partij het noodjg maakt.
Daarom ben ik geen vriend der militaire
dictatuur, maar ik wensch voor Duitschland
juist in den huidigen moeilijken tijd een re
geering, die de groote soldatendeugden nezit
moed, kracht tot besluiten en bereidheid tot
het dragen van verantwoordelijkheid.
SCHOOLSCH1P DER DUITSCHE
RIJKSMARINE GEKAPSEISD.
Tot nu toe veertig geredden.
Dinsdagmiddag om half drie is het Duit
sche schoolschip „Niobe" bij het lichtschip
Fehmarn tijdens een onweerbui gekapseisd.
De booten van het lichtschip hebben zich
direct naar de plaats der onheils begeven.
Ook het stoomschip „Therese Russ" meldt,
dat het op de plaats des onheils is aangeko
men. Dit schip heeft 40 geredden aan boord.
De marine-autoriteiten hebben assistentie ge
zonden.
De „Niobe" was Maandagmiddag met
meer dan 100 manschappen aan boord (adel
borsten en scheepsjongens) uitgevaren.
Nader wordt gemeld:
Ter assistentie zijn direct uitgezonden de
kruisers „Koeningsberg" en Koeln".
De kruiser „Koenigsberg", aan boord
waarvan zich de inspecteur der opleidings
scholen schout bij nacht Kolbe bevindt, zal
om 7 uur bij de Fehmarn aankomes.
Voorts is een vliegtuig vertrokken.
Er zijn eveneens vier booten van het half-
flottille Kiel onderweg.
De bemanning van de „Niebe" bestaat uit
precies 105 koppen, waarvan 50 adelborsten.
Commandant van het zeilschoolschip is kor-
vettenkapitein, Ruhfus.
De kruiser „Koeln" bij de „Niebe".
De kruiser „Koeln" is nog vóór de „Koe
nigsberg" op de plaats waar de „Niobe" te
gekapseisd aangekomen.
Het Duitsche stoomschip „Therese Russ"
zou Maandagavond met 40 geredden van
het opleidingschip te ongeveer tien uur te
Kiel aankomen.
Het ongeluk heeft plaats gehad op een zee
mijl ten Oosten van het Fehmarn-vuurschip
Hoe het ongeluk geschiedde, is den marine-
autoriteiten te Kiel niet goed duidelijk. Er be
staat slechts de mogelijkheid, dat een onver
wachts van de landzijde gekomen onweers
bui de „Niobe" heeft gegrepen en neerge
drukt, voor het gelukt was het geheel opge
tuigde zeil neer te halen. Slechts op deze
wijze is het ongeluk denkbaar.
Het schoolschip Niobe is een driemast
schoener van 650 ton. In 1899 is het op de
Weserwerf te Bremen gebouwd en in 1922/23
door de Rijksmarine omgebouwd tot school
schip voor de marine. Het schip is 46 M
lang, 9.2 M. breed en 4.8 M. diepgang.
Geredden.
Tot de geredden van het opleidingsschip
Niobe, die zijn opgepikt door het stoomschip
„Therese Russ" behooren Ook kapiteinluite
nant Ruhfuss en Oberleutnant Lott.
69 vermisten.
De geredden van den Niobe zijn door het
s.s. Therese Russ aan boord gebracht van
den kruiser Koeln. Eenigen der verongeluk
ten bevinden zich op een schip, dat op weg
is naar Kiel. In totaal zijn 19 kadetten gered.
Volgens berichten van den kruiser Koeln zijn
er 69 vermisten. Een zwakke hoop bestaat
nog door hetgerucht, dat op Fehmarn de
ronde doet, volgens hetwelk Deensche vis-
schersbooten eenige drenkelingen zouden
hebben gered en in Rudby op Lolland aan
wal hebben gezet. Daar echter slechts één
visschersboot in Rudby is binnengeloopen,
heeftmen nog maar weinig hoop, dat het ge
rucht waarheid zal bevatten.
Volgens observaties van vliegers ligt op
de plaats waar het schip is vergaan alleen
maar een olievlek. Ook steekt geen mast bo
ven het water. Waarschijnlijk bevond het
grootste deel der vermisten zich op het
oogenblik van den ïamp in het schip.
In enkeie minuten gezonken.
De Niobe bevond zich op weg van Warne-
munde ten O. van het Fehmarn-Beltvuur-
schip. Naar het vuurschip mededeelt, is het
schip in 3 tot 4 minuten ondergegaan. De
„Niobe" had reeds veel zwaar weer door
staan en de ondergang is dan ook alleen te
verklaren, wanneer men aanneemt, dat de
wind plotseling uit een anderen hoek is gaan
waaien.
Geredden in Kiel aangekomen.
Gisternacht tegen half een is de kruiser
Koenigsberg met de 40 geredden van de
„Niobe", die hij had overgenomen van den
kruiser „Koeln" in den haven van Kiel aan
gekomen. De geredden zijn in de kazerne in
de Wik ondergebracht.
Wat er gebeurde op het schip.
Omtrent het vergaan van het opleidings
schip „Niobe" van de Duitsche rijksmarine
deelt het Oostzeestation Kiel mede, dat de
„Niobe" gistermiddag om twee uur het See-
marnbelt lichtschip op een afstand van onge
veer een halve zeemijl passeerde met koers in
Zuid-Oostelijke richting en bij een wind
sterkte van 2 a 3°. Aangezien zich in het
Zuiden boven Seemarn onweerswolken
samentrokken, liet de commandant door een
wacht de bovenzeilen bergen, terwijl een
andere wacht op het benedendek instructie
kreeg. Na het bergen van de bovenzeilen
stak om ongeveer 5 minuten voor half drie
plotseling een windvlaag, waardoor het schip
sterk naar een zijde begon over te hellen en
in zeer korten tijd omsloeg om binnen eenige
minuten te zinken. Toen het schip plotseling
begon te hellen, was het voor de leden der be
manning die zich beneden deks bevonden niet
meer mogelijk aan dek te komen. Zij moeten
met het schip in de diepte zijn gezonken. De
plaats van het ongeval ligt een zeemijl ten
Oosten van het Seemarnbelt lichtschip. Ge
lukkig kon men van boord van het lichtschip
en van het juist passeerende Duitsche s.s
„Theresia Rust" uit Hamburg de ramp waar
nemen.
Van beide zijden werd op voorbeeldige
wijze het reddingswerk ter hand genomen.
De kruiser Köln en eenige mijnenzoekers be
waken de plaats van de ramp en zoeken de
nabij gelegen wateren af.
Een der geredden vertelt.
Het „Hamburger Fremdenblatt" bevat het
verslag van een onderhoud met een der ge
redden van de „Niobe", die omtrent de oor
zaak van den ramp het volgende mededeelde:
„De eerste officier zag de bui, die de
„Niobe" noodlottig zou worden, aankomen.
Vrij plotseling commandeerde hij: „Stuur
hard naar stuurboord". Nauwelijks was dit
commando gegeven, of de „Niobe" begon
naar een zijde over te hellen en was eenige
minuten later gezonken.
De overlevenden hebben zich slechts kun
nen redden, doordat zij nog zwemvesten en
reddingsgordels konden grijpen of zich aan
drijvend hout hebben kunnen vastklemmen
Gewond is slechts de kok, die bij het ongeluk
door kokend water ernstige brandwonden
opliep. Niettemin had hij nog de energie om
in het water te springen en zich zwemmende
boven te houden".
Het gerucht dat eenige overlevenden door
een visschersboot zijn gered en naar Laalab
zijn overgebracht, schijnt niet bevestigd te
kunnen worden. De Niobe ligt 20 M diep en
zal spoedig mogelijk worden gelicht Reeds
zijn bergingsvaartuigen naar de plaats van
de ramp vertrokken.
De kapiteu. van de „Therese"
vertelt.
De kapitein van de „Therese", L.M. Rust,
het schip, dat de meeste geredden van de
N.I.O.B. aan boord heeft genomen, rappor
teert omtrent de ramp van het opleidings
zeilschip:
Wij zagen bij gunstig weer om 2.30 uur
bij Seemarnbelt aan bakboordzijde een don
keren wolk, die er onheilspellend uitzag.
Nadat de reuzen vliegboot DO-X ons voor
bij was gevlogen zag het op 1800 M. af
stand het opleidingsschip N.I.O.B.E. Het
lag onder zeil doch had de bramzeilen vast-
femaakt. Het schip zeilde over den den bak-
oordsboeg, zooals het trouwens over bak
boord kenterde. Ik zag, dat aan boord van.
de „Niobe" het signaal werd gegeven „waar
komt ge vandaan; waarheen gaat ge?" doch
het was slechts eenige seconden zichtbaar.
Op hetzelfde oogenblik was de windhoos met
een windsterkte 9 de „Niobe" genaderd. Ik
zag hoe de wind in de zeilen van het schip
viel en hoe het schip kapseisde.
Met volle kracht voer ik naar de plaats
van het ongeval. Terwijl onze machine het
volle toerental maakte, werden aan dek de
reddingsbooten klaargemaakt. Alle mannen,
die ik beschikbaar had, gingen in de booten,
zoodat alleen de kok als roerganger en ik als
kapitein op de commandobrug bleven. De
reddingbooten gingen met den grootsten
spoed te water en begonnen de ronddrijvende
menschen op te pikken.
Ook van boord van het lichtschip „See-
mernbelt" was een reddingsboot uitgezet,
die aan het reddingswerk deelnam. Tusschen
het kapseisen van de „Niobe" en het zinken,
verliepen twee, hoogstens drie minuten. Alle
officieren met uitzondering van den comman
dant en den eersten officier zijn verdron
ken. De in het water drijvende drenkelingen
waren goede zwemmers. Sommigen van hen
hebben door zich vast te klampen aan rie
men en wrakstukken zich langer dan een uur
boven water gehouden. De kok, die even
eens werd gered, stond op het moment, dat
het schip kapseisde in de keuken en kreeg
een ketel kokend water over zich heen.
Schreeuwend van pijn liep hij naar buiten op
het moment, dat het schip zonk, en dit werd
zijn geluk, want in de kombuis zou hij zeker
zijn verdronken. Slechts man die tusschen-
deks waren, zagen eveneens kans zich te red
den. Op het tusschendek werd juist theorie
les gegeven, zoodat de banken en bakken wa
ren neergeslagen. Wij hebben vier uur op de
plaats van het ongeval gekruist, doch niets
meer gezien dan opstijgende luchtbellen en
een olievlek.
DE KLEINE BURGEROORLOG IN
DUITSCHLAND.
Huiszoeking bij communisfen ft
Breslau.
De politie deelt mede, dat bij tien leden
der communistische partij te Breslau huis
zoekingen zijn verricht, in het bizonder in het
Oostelijk deel der stad. In beslag genomen
werden 1 karabijn met 102 patronen, een
pistool met tien patronen, een zware artille
riesabel, zoomede eenige brochures en docu
menten der K.P.D.
Ook huiszoeking te Eschwege.
Beambten der Landjaegerei hebben te
Eschwege communist Zimmermann een huis
zoeking gedaan. Er werden gevonden: 750
scherpe patronen, enkele revolvers en drie ge
weren met toebehoeren. Zimmerman is in
arrest gesteld.
Nationaal-Socialistische aan
klacht tegen het ministerie van
Hessen.
Het jsersbureaux der N.S.D.A.P. deelt
mede: De indertijd door de publicatie van de
„Boxheimer documenten" bekend geworden
Hessische nationaal-socialisten hebben tegen
het geheele ministerie van den staat Hessen,
dat in den zomer 1931 in functie was, een
aanklacht ingediend wegens begunstiging
van hoog- en landverraad door de K.P.D
AUTOBUS VERONGELUKT.
Tien gewonden,
Een autobus uit Dusseldorp waarmede 25
leden van een sportvereeniging een uitstapje
maakten, is Dinsdag op den straatweg Ellen-
serdamm-Steinhausen een boom gereden. Tien
personen werden gewond.
MUNITIETRANSPORT IN
DUITSCHLAND.
Wat beteekent dat?
Gisteravond viel van een open blauwen
Mercedes, die in de richting Brunswijk reed,
een bruin paket, dat bij den val openbarstte.
In het paket bleken zich 70 patronen infan-
terie-munitie te bevinden, die door de politie
in beslag zijn genomen.
Door de snelheid, waarmede de wagen
reed, heeft men het nummer niet kunnen op
nemen. Wel werd waargenomen, dat er vier
personen in zaten, die als hoofdbedekking
blauwe petten met insignes droegen, die ech
ter niet werden herkend. Tevens is waarge
nomen, dat de wagen een groot aantal ge
lijke paketten vervoerde.
DE GEARRESTEERDE DUITSCHE
SPIONNE.
Nader wordt uit Parijs gemeld in verband
met het arresteeren van een Duitsche spion
ne, dat het hier de 32-jarige Helene Kahn be
treft. Zij was in het bezit van twee koffers,
die gevuld waren met talrijke documenten.
Deze zullen eerst allen vertaald worden,
waarna men eerst nadere mededeelingen zal
kunnen doen.
ALGEMEENE MOBILISATIE IN
BOLIVIA.
Uit La Paz wordt gemeld, dat in Bolivia
de algemeene mobilisatie is afgekondigd. Al
le strijdkrachten, met uitzondering van twee
regimenten en de reserves zijn naar de grens
vertrokken.
Naar te La Paz verluidt, zou Paraguay,
op 6 Augustus den oorlog verklaren, aange
zien het leger voor dien tijd niet gemobi!i«
seerd kan zijn. Uit Asuncion wordt gemeld,
dat zich in Paraguay 10.000 vrijwilligers als
reservisten hebben gemeld. Vele vrouwen heb
ben haar sieraden beschikbaar gesteld om de
kosten der verdediging te dekken. De autori
teiten verklaren, dat zij slechts in geval van
nood zullen mobiliseeren.
DE KATOENSTAKING IN ENGELAND
BREIDT ZICH UIT.
De staking in de katoenindustrie te Burn-
ley heeft zich gisteren nog uitgebreid. Ver
scheidene fabrieken, die Maandag nog heb
ben gewerkt, moesten gisteren worden geslo
ten. De conferentie van werkgevers- en ar
beidersvertegenwoordigers, die Maandag is
begonnen om te trachten door onderhande
lingen tot overeenstemming te komen inzake
de loonregeling, is gisteren voortgezet, doch
niet tot eenig resultaat gekomen, zoodat men
Vrijdag opnieuw zal bijeenkomen.