r 1 T r JhMicaties Jiidscficiftm NA DE VACANTIE TEEKENPLAATJE ONZE POES feit dat R. commandant van de burgerwacht L Muiden was, alle wapens van de burger- lacht uit het Muiderslot weggehaald. R dankte zijn benoeming tot conciërge van Muiderslot deze geschiedde in 1919 jjn bemiddeling van hoogerhand, hem ver leend omdat hij in zijn vorige positie van trambestuurder in Den Haag destijds in de parkstraat aldaar een ernstige botsing had weten te voorkomen tusschen den tramwagen waarop hij stond en een hofrijtuig, waarin de koningin gezeten was. Geneeskundige brieven DE ZIEKTE VAN WEIL. Raadsel hoekje V s L VOOR IDIEI KLEINTJES. r s. M X] J V ^^Toogen en begreep zij, dat zij was op- »afl 2? 7m dwong R. tot het teekenen van crhuldbekentenis voor het Reheele be- <t0 Hat hii zoogenaamd van de dame voor dragn'maconnerie ontvangen had. den! rechtskundige adviseurs van mej. K. VA l hierna bij den officier van justitie te d tprdam een aanklacht wegens oplichting t aen den conciërge. Het onderzoek wera 'n uooHen o-esteld van den burgemeester van uien, den heer De Raadt de conciërge, aehoord werd, ontkende aanvankelijk, j h viel door de mand toen hem de schuld- Sentenis getoond werd. Met dat al had het derzoek geruimen tijd gevorderd. Onmid- SÜiliik daarna volgde op last van den offi cier zijn arrestatie en opsluiting. Met de rijks- en gemeentepolitie heeft bur- eineester De Raadt daarna huiszoeking ver- cht in het Muiderslot en alle bescheiden, hitrekking hebbend op deze zaak, in beslag nemen. Voorts werden, in verband met het Verdachte bekende. Op een vraag van den president, mr. Huy- ginga, bekende verdachte de hem ten laste ge legde feiten. Ik heb verbazend veel spijt van hetgeen ik gedaan heb, aldus verd., en ik hoop in de ge legenheid te komen, om, na mijn straf te heb ben ondergaan, de dame het bedoelde geld weer terug te geven. Verd. deelde o m. nog mede, dat hij de da me verteld had had dat hij grootmeester van de orde der co-ma?onnerie was. Dit was we! niet heelemaal juist, maar wel zou er al dus beweerde verd. een nieuwe loge opge richt worden, waarvan hij aan het hoofd zou komen te staan. Ten tijde van het gebeurde vas verd. co-ma^on „in ruste". Van het van mej. K. ontvangen geld heeft hij gedurende een paar jaar zeer ruim met zijn gezin ge leefd. Verd. had voorts mej. K. nog verteld dat de co-ma?onnerie gevestigd was over het geheele oppervlak der aarde, met hoofdzetel te Parijs en zetel voor Nederland in het Mui derslot. De bedrogene gehoord. Hierna werd de bedrogen vrouw uitvoerig door den president gehoord. Zij maakte aller minst den indruk, dom te zijn. Eens per maand, van 1929 af aldus ver klaarde zij kwam verd. in haar woning te Soest om met haar over de beweging der vrij metselarij te praten. Zij ste'de daar buiten gewoon veel belang in. Verd. had haar ver teld dat ze wel lid van de orde zou kunnen worden De verschillende bedragen had zij geleend, meenende dat zij daaroor de orde "deunde. Het geld had volgens haar met het opnemen in de orde niets te maken. Toen ver dachte een schuldbekentenis werd voorge legd van het verstrekte geld, zeide hij: „Dan zal ik teekenen als grootmeester!" Getuige heeft geen oogenblik getwijfeld aan de moge lijkheid, dat verdachte met de co-magonnerie niets te maken had. Want verd. had eens tot haar gezegd: „Ik heb de volmacht u den eed voor de orde af te nemen!'' En dat is dan ook geschied, aldus get. in mijn woning te Soest. In mijn eigen huis heeft hij me den eed afgenomen. De woorden weet ik niet pre cies meer, maar die zijn trouwens geheim. Verdachte: Ik heb bij getuige alleen den in druk willen wekken, hoe of het ging. Getuige: Ik meende te mogen vertrouwen op het woord van een vrijmetselaar, ik heb nog een onbeperkt vertrouwen in de co-ma- 9onnerie. Requisitoir. Het O.M., mr. Van Dullei^n. meende dat aan het bewijs in deze zaak, mede door de bekentenis van verdachte, niet te toren valt. Spr. geloofde, dat het feit, dat verd. jaren geleden in Den Haag het rijtuig, waarin de koningin was gezeten, voor een aanrijding behoedde, hem naar het hoofd is gestegen. Hij werd daarvoor beloond met zijn positie van conciërge en met het ridderschap in de Orde van Oranje Nassau. Verdachte genoot van de eer, die hem betoond werd en daar naast vond hij het wel aangenaam, ruim over geld te kunnen beschikken. Door deze impulsen gedreven, is hij tot zijn daden ge komen. Het feit van de oplichting vond het O.M. zeer ernstig, ofschoon er verzachtende omstandigheden zijn. Met alles rekening hou dende, eisch de officier één jaar gevangenis straf, waarvan vier maanden voorwaardelijk en met een proeftijd van drie jaren voor het voorwaardelijk gedeelte. Gezien toch verd.'s geestesgesteldheid, is het niet onmogelijk dat hij in herhaling van de gepleegde feiten ver valt. Uitspraak 23 Sept. VERDUISTERING DOOR EEN BANKDIRECTEUR. Voor de rechtbank te Zwolle heeft gister terecht gestaan de ex-directeur van de N.V. Middenstands-credietbank voor Nijkerk en omstreken, wien ten laste gelegd was verduis tering van eenige effecten en van pandbrie ven, toebehoorende aan inwoners van Nij kerk. Verd. ontkende de verduistering. De effec ten waren, in leendepöt gegeven en de vier pandbrieven waren aan de bank ter verzilve ring aangeboden. In zijn requisitoir sprak het O.M. van tal- looze verduisteringen en bedriegerijen door verd. gepleegd, waardoor zeer velen zijn ge dupeerd. Hij achtte geen termen vdor clemen tie aanwezig en eischt drie jaar gevangenis straf. De verdediger, mr. Willinge Gratama, er kende, dat de handelingen van verd. moreel beneden critiek zijn, civiel-rechterlijk mis schien evenmin door den beugel kunnen, maar pl. bestreed dat de handelingen straf rechterlijke overtredingen opleveren. Uitspraak Donderdag 22 September. In mijn vorigen brief over besmetting 'èn ontsmetting wees ik er op, dat som mige ziekten overgebracht worden door dieren. Een van die ziekten heeft in den laatsten tijd bijzondere belangstelling getrokken. Dat is de ziekte van Weil. Zoolang de mensch bestaat, leeft hij op voet van vijandschap met velerlei diersoorten. Die vijandschap war van verschillenden aard. Sommige dieren, zooals leeuw qp tijger, waren direct ge vaarlijk en zoolang de mensch niet over doelmatige wapens beschikte, kon slechts een gelukte vlucht hem redden indien de wegen van mensch er, dier elkaar kruisten. Andere dieren waren roovers van het verzamelde voedsel of van huisdieren (muizen en ratten, vos sen, roofvogels), nog andere vernielden woningen, huisraad en kleeren (mieren, paalworm, motten), enkele werden al leen als lastig, hinderlijk, als plaag geesten beschouwd (vloo, vlieg, mug). Sedert geruimen tijd heeft men een nieuwe categorie aan de genoemde kun nen toevoegen, een categorie, welke steeds grooter geworden is naarmate bet onderzoek in die richting grootere vorderingen heeft gemaakt. Bepaalde ziekten kunen direct van bet dier op den mensch worden overge bracht, zooals varkensziekte, miltvuur v&n het rund, kwade droes van het Paard. Maar ook kan het dier alleen als °verbrenger fungeeren. Dit laatste op twee manieren. Eerstens door eenvou dig transport, waarvan de vlieg een voorbeeld oplevert, die eerst op smet stoffen neerstrijkt en dan ueze stoffen aan zijn pooten meevoert. Als liet beest dan op onze voedingsmiddelen gaat -.Jt- ten, laat hij daar allicht wat van die smetstof achter. Maar ook kan het dier bemiddelaar zijn, door in zijn lichaam een bepaalde groeiperiode van een smetstof te laten voltrekken, zooaN de een levensvorm van het maiaria- gif herbergt en zoodoende door haar steek den mensch besmet. Op dezelfde ^ijze worden gele koorts en de slaap- z'ektei overgebracht. Op overeenkomsti ge wijze is de beet van een vloo besmet- *e'ijk, wanneer deze geleefd heeft op een raL lijdende aan bubonenp9>t, pe rat, die bij voorkeur huist iu de «Hervuilste plekjes der samenleving, is aarom reeds lange een vijard, welke de '-"H-sch gaarne zou willen uitroeien. aarbij is thans een nieuwe reden geko- .Iieri, sedert de ziekte van Weil bekend ^worden cn men heeft gevonden, dat epK- de rat dc overbrenge is. Dit ««oeurt echter op een eigenaardige zieuf' De rat zelf wordt niet door d® dor aan?etast maar verspreidt haar gialv.?6 geloosde urine. Slooten en ije- ten, met ratten bevolkt, kunnen op Ver» k^2e Besmet worden. Het eerste hij s?hljns6i, wat hierop wees, was, dat de »i eerst« gevallen, welke men van «üioo 8 c°nstateerde, zich steeds de 8iandieheid voordeed, dat de lijders eenigen tijd te voren in het water waren ge. allen of geregelde zwemmers in bui tenwater waren. Het aantal zieken is niet groot. Dit laat zich verklaren doordat het open zwemwater de smetstof in ieder geval in een uiterst verdunden toestand zal be vatten en hier wel als bii iedere be smetting, toch altijd een bepaalde hoe veelheid noodig is om de ziekte gele genheid te geven, uit te breken. Van een echte epidemie, zooals bij mazelen bijv. kan dan ook in den regel niet gesproken worden. De meeste gevallen komen in den zomer voor als er veel gezwommen wordt. Welsprekend is de mededeeling uit Rotterdam, dat daar in het afgeloo- pen winterseizoen slechts 5 gevallen zijn voorgekomen, van wie kort te vo ren in het water waren gevallen. Geheel in overeenstemming hiermee is het feit, dat juist in dezen warmen zomer een bijzonder groot aantal zieken is waar genomen. Het is dus wel de moeite waard, eens na te gaan, of geen mogelijk heid bestaat, een beteren toestand in het leven te roepen. Want de ziekte, waar van de hoofdverschijnselen koorts en geelzucht zijn, is niet geheel ongevaar lijk. Meestal valt een zeker percentage sterfgevallen te betreuren. Het meest afdoende middel zou zon der twijfel zijn de vernietiging tan alle ratten. Als dat mogelijk was, zou daar- mie, ook in andere opzichten, een goed werk gedaan worden. Maar dit zal wel een vrome wensch blijken. Het is na tuurlijk mogelijk, een aantal ratten te dooden. De schepen, waarin deze dieren doordringen, kunnen in hun geheel van ratten bevrijd worden door middel van voor de dieren doodelijke gassen. Met vallen, knippen, honden (met name fox- terriers) worden talrijke beesten gevan gen. Maar de voortplanting gaat zoo ver bazend snel, dat op deze wijze wel inm- mer een totale uitroeiing mogelijk zal zijn. Daaruit volgt dat aan het zwem men in open water altijd een zeker risi co verbonden zal blijven. De groote vrag is derhalve of alle open zwemgelegenheden verboden moe ten worden de zee natuurlijk uitgezon derd. Als tusschenmiddel zou men kun nen der.ken aan het voor ratten ontoe gankelijk maken van zweminrichtin gen. Dit is evenwel een uiterst moeilijk vraagstuk. Ratten zijn zoo slim en we ten zoo overal te komen waar ze willen zijn, dat er niet veel kans op slagen be staat. En al gelukte het, dan was men er nog niet, zoolang het water dier in richtingen in verband bleef met het open water daarbuiten, hetgeen toch in de meeste zweminrichtingen het geval is. Een middel om te verhinderen, dat ee j zwemmer niet wat zwemwater naar binnen krijgt, schijnt wel onbereikbaar t e zijna. En zoo komen wij tot de over tuiging, dat een volkomen betrouwbaar geneesmiddel niet te vinden is. Hoe dan te handelen? Sedert jaar en dag hebben wij geroepen om meer en betere zwemgelegen heden en aangespoord om toch vooral zwem men te leeren. Is diat nu alles anders gewor den en moet het zwemmen beperkt blijven tot hen, die zich de weelde kunnen veroorlo- ven, in zee oi overdekte inrichtingen te baden en te zwemmen? Laten wij de zaak nuchter bekeken en be denken, dat niets ter wereld volmaakt is. Wat doen wij al niet in ons dagelijksch leven, waaraan eenig levensgevaar verbon den is? Wij gaan in een trein zitten. Regel matig komt een bepaald percentage treinen reet aan het bestemde doel doch verongelukt en bij zulk een ongeluk verliezen gewoonlijk eenige menschen het leven. Voor het rijden per auto of fiets geldt hetzelfde. Ja, den voet ganger in de groote stad en zelfs op buiten wegen kan het overkomen dat een snelheids maniak of een ongelukkige toeval hem ver wondingen bezorgt, welke met den dood ein digen. In verschillende beroepen zoowel als in het huiselijk verkeer komen ernstige onge vallen voor. Het is eenvoudig onmogelijk, zich tegen alle mogelijk gebeurlijkheden af doende te beveiligen. En men leeft voort met de wetenschap, dat aan al die dingen eenig gevaar verbonden is. Wie bang is, op straat overrede-.; te worden, mag evenwel gerust thuis blijven. Als hij daar dan maar niet van de trappen valt! De voorgestelde maatregel, om zwemin richtingen te sluiten, schijnt mij dan ook overdreven. Wel is het nuttig, om attent tc maken op de mogelijkheid van infectie. Maar iedert dient voor zich zelf uit te maken of hij die kans wil loopen. Alleen voor minderjari gen zou toestemming van de ouders geëischt kunnen worden. Ook aan het zeebad zijn gevaren verbon den De ervaring van dezen zomer heeft het voldoende aangetoond. Toch zal niemand er aan denken, daarom de zeebaden op te hef fen. Ik weet wel, dat er eenig verschil is en dat het gevaar aan zee al zeer gering is voor wie alle voorschriften nauwkeurig opvolgt. Maar eenig gevaar blijft toch ook dan nog bestaan. Intusschen blijft het zeer wenschelijk, den strijd tegen de ratten zoo intensief mogelijk te voeren en ieder die er toe in staat is, moge het als zijn dure plicht beschouwen, daartoe mede te werken. H. A. S. INSCHRIJVING VAN LEERLINGEN VOOR DE GEMEENTELIJKE AVONDSCHOOL VOOR LAGER NIJVERHEIDS ONDERWIJS MET VOORTGEZETTE KLASSEN TE ALKMAAR. De inschrijving van leerlingen zal plaats hebben van Maandag 12 tot en met Zaterdag 17 September, des voorm. van 912, 's nam van 2—4 en 's avonds van 6H—9 uur in het gebouw der Ambachtsschool. De leerlingen moeten minstens 12 jaar oud zijn en voldoende lager onderwijs hebben genoten. Leerlingen die een dagschool bezoe ken worden niet toegelaten. Laatste rapportcijfers moeten voor nieuwe leerlingen worden medegebracht. Leerlingen met einddiploma Ambachts school kunnen tot de 5e klasse worden toege laten. Lee,rlingen met einddiploma Gem. Avondschool voor lager Nijverheidsonderwijs kunnen toegelaten worden tot de voortgezette klassen. De school duurt 5 jaar. De voortgezette klassen duren 2 jaar. Het schoolgeld, gere geld naar financiëele draagkracht der ouders engrootte van het gezin, is zeer laag gesteld De leermiddelen worden door de school verstrekt. De cursus vangt aan MAANDAG, 3 October, 's avond 6uur. Inlichtingen bij den directeur A. FIEDDERUS. Alle leerlingen moeten zich opnieuw laten inschrijven Kie-ke-boe het kleuterweekblad, dat bij W. de Haan te Utrecht wordt uitgegeven brengt het vervolg van het verhaal over Pie- dewiet, dat de redactrice, mevrouw Cramer- Schaap zoo aardig weet te vertellen. Do Heyting verhaalt wat er met tante Bep's boeket gebeurde en er zijn versjes van de redactrice, van mevr. B. J van Oorschot- Staring en van R. Corthauts, waarbij men voortaan beter geen lichtgele inkt voor de plaatjes moet gebruiKen. Mevrouw C. M. Dusoswade Bruijn leert den kleuters een raffia poppenhoed maken. UITSLAG VEILING gehouden bij opbod te Alkmaar, op Woens dag 7 Sept. 1932 ten overstaan van den no taris Mr. C. de Lange, van de volgende per- ceelen te Alkmaar: 1. Heerenhuis met voor en achtertuin aan den Kennemerstraatweg no. 77, groot 2 A. 71 c.A. f 6040 2. Heerenhuis met erf, aan de Spoorstraat no. 56, groot 1 A. 32 c.A. 6500 3 Heerenhuis met tuin aan het Verdron- kenoord no. 38, hoek St. Annastraat, groot 4 A. 36 c.A. f 7oOO 4. Huis en erf aan de Runstraat no. 7, groot 44 c.A. 660 5. Huis en erf aan het Baanpad no. 27, groot 76 c.A. 930 De afslag en eindtoewijzing blijft bepaald op Woensdag 14 Sept. 1932, des avonds 6 uur, in het hotel Het Gulden Vlies aan de Koorstraat te Alkmaar. 1. Oplossingen der raadsels nit bet vorige nummer. Voor grooteren. A K L A M A A M E R K A R N door C E. DE LILLE HOGERWAARD. RO.TR. t Is September. De vacantie Is voorbij. Met nieuwen moed Gaat nu Janneman weer schoolwaarts Maar wie volgt hem op den voet? Hektor, Jantje's beste vriendje. Nooit toch was er trouwer hond: Steeds loopt Hektor echter Jan aan Vroolijk kwispelstaartend rond De vacantie was voor beiden Eiken dag opnieuw weer feest. Jammer, maar die goede dagen Zijn er nu toch heusch geweest! En vandaag moet Hek naar huis toe. Moeder roept hem: Hektor, kom! Blijf maar bij de vrouw stil wachten. Óch, zoo'n morgen is ga uw om! Janneman moet weer naar scSoöï ,:uv Anders blijft hij altijd dom! Doch wat kan dat Hektor schelen? Wat geeft h ij om taal of som? Hefckie, ja, het mag je lijken, Dat het heel onnoodig is Voor je baasje om te leeren, Maarje hebt het leelijk mis! Janneman wil dokter worden Net als Vader en 'k weet vast, Dat hij daarom graag naar school gaat (Om te leerenOpgepastl Blüjf jij hier voor 't raam maar zitten Wachten als een trouwe hond. Als het twaalf heeft geslagen, Spring je vroelFk in het rond! Want dan komt het kleine baasje Weer uit school. Dus opgelet! In zijn vrije uren maakt hij Stellig met je dubbel pret! (Nadruk verboden). A 1 L N p« Y y\. -zv*q (Nadruk verboden). 2. Een robijn, (rob, IJ, n) 3. k a d e t Dahlia. staaf S c h i e halma prins krans 4. Regenton. Tor, regent, groente. Voor kleineren. 1. Oom Henk was te moe om mij te vergezellen. (kwast). Moeder liet Piet heele verhalen doen over zijn reis. (thee). Zij brachten in Arabië ruim een half jaar door. (bier). Hadden Vader en Oom Bram elkaar in zes jaar niet gezien? (melk). 2. Gram, Bram, tram, kram. 3. Hoorn. 4. Rood, vonk; roodvonk. OM OP TE LOSSEN. Voor grooteren. 1. Mijn geheel wordt met 10 letters ge schreven en noemt een plaats in het Noorden van ons land. 9, 8, 1, 10 is een jongensnaam. Een 3, 1, 6, 7 is een edelknaap. 4, 8, 1 is een meisjesnaam. Een 2, 9, 8 is een dier, dat goed sprin gen kan. Een 1, 9, 2 is een grappig dier. 7, 8, 1, 10 is een plaats in Noord- Holland. Een 3, 9, 5 wordt in de keuken ge bruikt. 2. Verborgen plaatsen in ons land. Leert Jan orgelspelen van zijn Oom? Wij kregen het heel warm onder de dikke dekens (3) Wees toch niet zoo bang! "ïr loopen hier altijd menschen. Wij hebben met Dom Ru in enkele uren den omtrek doorgefietst. (3) 3. Kruisraadsel. Op de beide kruicjeslijnen komt de naam van een soms heel mooi diertje. X X X XXXXXXX X X X lo rij een medeklinker. 2o een getal. 3o een bloeiende struik. 4o 't gevraagde woord. 5o een giftslangetje. 6o een lichaamsdeel van een dier 7o een medeklinker. Ons poesje was op zeek'ren dag Heel ongemerkt verdwenen. Ik zocht haar door het heele huis. Waar ging zij toch wel henen? Op zolder vond ik haar zelfs niet, En nergens in een hoekje. Minetje! riep ik steeds maar weer. Minetje, poes! ik zoek je! Ook in den kelder was zij niet. Waar was zij toch gebleven? Het laatst had 'k haar den voor'gen dag Gezien om 'n uur of zeven. Maar plots'ling keek in in een kast En zag 'khaar met drie katjes, Haar kindertjes, grijs, wit en zwart Wat waren het een schatjes! Zij wilde ons verrassen en Zij lag van trots te snorren. Zeg zelf, hoe kon ik op Minet Eén cogenblik maar knorren? CARLA HOOG. (Nadruk verboden). 4 Vijf letters noemen samen Een diAg, dat draaien kan. Ons landje was er rijk aan. Wie noemt den naam ervan? Voor kleineren. 1. Met ee ben ik een jongensnaam, met oo zoowel een jongens- als een meisjesnaam, met aa zul je mij wel eten en met Ie in je mond heb ben, terwijl je mij met on dragen kunt. 2. 'k Heb vaak roode wangen, Maar soms geel of groen. Je kunt in me bijten! Wacht met het te doen, Tot ik rijp ben, anders Geeft het vast verdriet En wordt je zelfs ziek, hoor! Toe, vergeet 't maar niet! 3. Maak een metaal van: K R en een vogel van: Rie Ka 4. Een klein, zelfs heel klein plantje, Keer je dat netjes om, Dan krijg je iets, dat moeilijk Soms wezen kan, een (Nadruk verboden).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 7