Allcnaarsche Courant.
De bruid van het Glomdal
In den Alkmaarder Hout.
Jiadumieums
ZeuiMeton
maandag u november.
?!szoodani8
WIJZIGING RADIO-REGLEMENT.
IV-
0 *269 1932
ttendeiD ftc? en dertigste Iaargan§.
een k Herwminpc de minister dat
kader van het algemeen
9.Radio-tooneel
10.— Omroeporkest
v. Fernando Zeppa-
Dias. 11.05—11.30
11.30—12.— Gra-
Dinsdag 15 November,
Hilversum, 296 M. (Uitsluitend AVRO),
e Qramofoonplaten. 9.AVRO-kamer
rkest o.lv. L. Schmidt. 10.Morgenwij
ding 10 15 Gramofoonplaten. 10.30 Cause
rie door mevr. Lucy M. Pierson. 11.—Orgel
concert door Egb. Vos. Han Heydenrijk,
rang 12 Omroeporkest o.l.v. N. Treep.
o 15 Pauze. 2.30 Gramofoonplaten. 3.—
WniDCursus. 4.— Aansluiting Carlton-Hotel,
Amsterdam. 4.30 Kinderuur. 5.30 VPRO.
ileiigdhalfuur. 6— Gramofoonplaten. 6.30
kVaJ. Ds. F. W. Drijver: De Volksbond
tegen drankmisbruik en de strijd tegen de
acohol. 7.Kovacs Lajos en zijn orkest.
7 30 Engelsche les Fred Fry. 8 Vaz Dias.
8 05 Kovacs Lajos en zijn orkest m. m. v
The Rhythm Brothers,
q 20 Gramofoonplaten.
ed.v. N. Treep, m m.
roni, viool. 11— Vaz
Vervolg Omroeporkest.
jnofoonmuziek.
Huizen, 1S75 M. (Uitsluitend KRO). 8
qi5 en 10-— Gramofoonpl. 11.30—12.—
Codsd halfuur. 12.151.45 Sextetconcert.
o_- Cursus. 2.35 Lezing. 3.— Modecursus.
4_HIRO. 5.10 Beethovenconcert. 6.30 Cur
«js 6.50 Gramofoonplaten 7.10 Lezing 7.45
faüserie. 8.— Orkestconcert. 8.45 Dec'ama-
tie 9.15 Vaz Dias. 9.30 Schlagermuziek.
jl __12 Gramofoonmuziek.
Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
1050 Berichten. 11 -05 Lezing. 12.20 Orgel
spel E. O'Henry. 1.05 Commodore Orand-
orkest o.l.v. J. Muscant. 2.20 Voor schelen
4 50 Réné Tapponnier en zijn orkest. 5.35
Kinderuur. 6 20 Berichten. 6.50 Italiaansche
liederen uit de 17de eeuw. 7.10 Lezing. 7.40
BBC-orkest o.l.v. S. Robinson, m. m. v. P.
Dawson, bas-bariton. 8.50 Lezing. 9.20
Vaudeville en toespraak door den Prins van
vv'aies 1035 Berichten. 10.55 Voordracht
door A. J A'an. 11.29—12.20 Maurice Win-
nick en zijn Band.
Parijs ,Jtadio-Paris", 1724 M. 8.05 Gra
mofoonplaten. 12.20 Concert door het
Krettly-orkest. 7.40 Concert' door het Om
roeporkest. 9.05 Radio-tooneel. 10.35
mofoonmuziek.
Kalundborg, 1153 M. 11.20—1.20
eert uit Hotel Angleterre. 2.20—4.20
Rydahl's orkest. 7.20 Strauss-concert
Fr Mahler, o.a. Wein, Weib und Gesang
wals 7.40 Oeh enschla^r-herdenking. 8.45
Viool-recital K. Ingemann Palmhöji o.a. La
Folia, CorelliijLeonard. 10.35—41.15 Mo
derne Oostenrijksche muziek door het Om
xoeporkest o.l.v. Fritz Mah'er.
Langenberg, 473 M. 6.25—7.20 Gramo
foonplaten. 11.20 Concert o.l.v. K Demmer
12.20 Concert o.l.v. Wolf. 1.50 Gramofoon
platen. 4.20—5.35 Concert o.l.v. Eysoldt
7 20 „Schlesische Symphonie", G. Haupt-
mann. Muziek van K. Sczuka. Dirigent: Dr
E Nick 8.40—9.30 Concert o.l.v. Kühn.
Rome, 441 M. 8.05 „Un bal'o
Maschera", opera van Verdi. Dirigent: R
Santarelli. Koorleiding: E. Casolari.
Brussel, 508 M. en 338 M. 508 M.: 12.20
Gramofoonplaten. 1.30 Omroepkleinorkest
o.l.v. Leemans. 5.20 Concert door strijkkwar
tet. 8.20 Concert door het Omroeporkest o. 1
v Sir Hamilton Hart)', o.a. Enigma variaties,
E gar. 10.30 Max Alexy's orkest. 338 M.
12.20 Omroepklein-orkest o.l.v. P. Leemans
1.30 Gramofoonplaten. 5.20 Omroeprkest o
1 v. Fr. André. 6.40 Gramofoonplaten. 8 20
Bonte Avond. CoCnferencier: Henri Mar
chand 10.30 Gramofoonplaten.
Zeesen, 1635 M. 7.20 Zie Langenberg
8 40 Vroolijk uurtje. 9.50 Laatste halfuur
van de Berlijnsche Zesdaagsche. Hierna tot
U.20 Concert uit Hamburg.
gaat°op iV No'vga s^hethet ^10'reSlemen'
VPg geen vergunning werd
hefwV'°rdttaanbeVOlen de bedelde ont
b JzSP8 re„spT°iSo,aSJ:?ahoo,d'
te vragen. s-Gravenhage aan
Gra-
Con-
Car
o.l.v
GEEN STRAF TOEGEPAST OP DE
N. C. R. V-
De N.C.R.V. heeft thans de beslissing ont
Tangen van den minister van waterstaat in
zake de afbreking van de Hervormings-her-
denking op 31 October van het vorig jaar.
Zooa s bekend, w erd de vereeniging we
gens die uitzending door de Algemeen Pro
gram Commissie voor den tijd van zes we>
ken (drie maal) uitgesloten van de verzor
ging van het algemeen programma.
De minister geeft geen beslissing over de
vraag, of de Commissie volgens de desbetre:
fende bepalingen het recht had, de uitzen
ding af te breken De minister keurt af, dat
dp N.C.R.V. met de uitzending een aanvang
maakte, doch zal zich, gezien de omstandig
heden, van het opleggen van sancties ont
houden, zoodat de opgelegde „straf" is inge
Wie rijn kinderjaren in een groote stad heeft
doorgebracht, herinnert zich de vreugde van de
Zondagen, wanneer je per trein of later per
iiets aan de stad ontvluchtte naar buiten en
een heelen dag leven mocht te midden van de
bosschen
in zon en regen, met de bekende en
in
onbekende bloemen van buiten en met de ver
rassende ontmoetingen met de dieren des
velds. Mijn eersten egel vond ik in Bloemen-
daal bij de ruïne van Brederode; in een zak-
oek mede naar huis genomen, zou hij in een
stadstuintje zijn levensdagen vervolgen; wat er
aan de verzorging ontbroken heeft, weet ik
niet meer, maar de egel stierf en zijn graf werd
versierd met een plankje met ingebrande let
ters: „Hier rust de Ridder van Brederode". Dat
plankje behield jarenlang het onzegbare ge
heim van buiten.
alles, wat weidsche uitzichten geeft en den he-
geluksgevoelens van buiten, waar de wereld
schooner is dan in onze woonplaats, waar wij
onze kleine dagelijksche zorgen kunnen verge
ten te midden van wat wij dan de natuur
zijn gaan noemen, de heide en de bosschen, de
duinen en de zee, de rivieren en de meeren,
groote wit-en-zwarte vogels, die zich zoo maar
mei toont, maar tenslotte toch zeker ook
ieder dorp in Vinkenland.
Musschenland is de stad en buiten is Vinken
land!
En zoo zal wel duidelijk zijn wat ik bedoel,
als ik hier zeg, dat de Alkmaarderhout tot
Vinkenland behoort.
Wie aan zijn stoffelijk lichaam hei genot van
zwemmen weet te ervaren, zal daarin een ver
gelijking vinden voor het geestelijk geluk, dat
een verblijf in Vinkenland den mensch aandoet.
De elementen van dat geluk zijn niet zoo ge
makkelijk te herkennen, maar zeker behooren
ook daarbij de natuurhistorische ontmoetingen,
die in Vinkenland elk oogenblik te verwachten
zijn. Wie herinnert zich niet de vreugde van
het zien van een paar werkelijke eksters, die
groote wit en zwarte vogels, die zich zoo maar
laten bewonderen? Of de ontmoeting met den
bonten specht, die op een tak zit te beitelen?
Of wel de lijster met zijn gevlekte borst, die
wormen loopt te pikken en 's avonds hoog in
den boomtop schallende liederen uitzendt zóó
mooi, dat eenvoudige geesten meenen, dat de
nachtegaal zingt? De vreugde van alle waarne
ming in de natuur, de spanning van de ontdek
king van iets, dat alleen uit boeken ons bekend
was, het geluk van medeleven met den levens
rijkdom in de natuur, dat alles behoort bij Vin
kenland en tot Vinkenland behoort de Alk
maarderhout!
Het schijnt in den tegenwoordigen tijd niet
meer noodig, de groote beteekenis van wat met
een aardig woord „natuurmonument" geheeten
wordt, in het licht te stellen en te verdedigen
tegen de practische eischen van modern ver
keer, stedengroei en industrialisatie van het
land. Zoowel de landsregeering als het plaat
selijk gezag zijn actief in den belangenstrijd
tusschen geestelijk en economisch leven; wi
vergeten allerminst, hoe ook de gemeente Alk
maar door een belangrijk geldelijk offer heeft
medegewerkt aan het behoud van hei bosch in
Heiloo, en mede daardoor voorkomen is de
ondergang van een stuk Vinkenland tot vrien
delijk villapark.
Maar aan onzen Alkmaarderhout wordt
geknabbeld.
Ik geloof niet, dat zij gelijk hebben, die oor-
deelen, dat het huis „Westerlicht" den Hout
ontsiert, ook al is het wijde uitzicht op de
stadskweekerij nu grootendeels verloren. Het
„Westerlicht" is een monumentaal gebouw en
herbergt rustige, oude menschen, die meer nog
dan jongeren van Vinkenland weten te genie
ten. Zij doen zeker geen kwaad aan de vogel
bevolking van den Hout en zijn daar welkome
gasten!
Maar aan de andere zijde, in het weinig door
wandelaars bezochte en waarschijnlijk daarom
thans nog zoo vogelrijke deel van den Hout
tusschen Muziektuin en Zuiderhoutlaan, daar
dreigen gevaren! Daar staat de vijand al op de
wallen!
Men weet, dat een breede nieuwe verkeers
weg is ontworpen tusschen de Zuiderhoutlaan
dwars door bloemkweekerijen naar het Sport
park, die beter dan de Nieuwpoortslaan toe
gang tot de sportterreinen zal moeten geven
aan de honderden en duizenden, die des Zon
dags te voet, per fiets, per motorfiets of per
auto hun geneugten aldaar gaan zoeken. Dat de
uiterst smalle Zuiderhoutlaan dit Zondagsver-
keer kan gaan opnemen, zal geen vroede vader
veronderstellen. Waarschijnlijk hebben de ge-
meenteteekenaars op papier al oude boomen
geveld en met een verbreede Zuiderhoutlaan
een gat geslagen in het geboomte! Wij weten
daarvan niets, kunnen slechts hopen, dat zoo
weinig mogelijk natuurbezit zal worden vernie
tigd.
Maar op één punt mag en moet hier met na
druk gewezen worden, n.L op het gevaar voor
den vogelstand in den Hout ten gevolge van
het verkeer op dezen nieuwen verbindingsweg,
op de onvermijdelijke rustverstoring in de om
geving van de verbreede en voor modern ver
keer opengelegde Zuiderhoutlaan. Het gat, dat
daardoor in ons kostbaar Vinkenland geslagen
wordt, is véél grooter dan de gemeentelijke
houthakkers in den Hout zullen slaan!
De Nieuwpoortslaan is inderdaad slechts een
smalle toegangsweg, en haar rustlievenden be
woners moeten wij gaarne gunnen, dat zij in de
toekomst verlost zullen zijn van de mensche-
lijke drommen op Zondag, en dat zij in den
volgenden zomer in waarachtige Zondagsrust en
niet meer gehinderd door motorlawaai zich on
gestoord kunnen wijden aan de voorbereiding
tot een nieuwe arbeidsweek. Maar laat men
toch niet vergeten, dat voor de vogels de men-
schelijke Zondagsdrukte en dan vooral het
lawijt der motorfietsen veel ergerlijker is dan
voor de menschelijke bewoners van de Nieuw
poortslaanl Voor den mensch is de mensch
zelfs op een knallende motorfiets een broeder,
wiens zorgen en vreugden zijn eigen zorgen en
vreugden zijn, dien hij begrijpen kan, dien hij
niet vreest, al is de luidruchtigheid van een
open knalpot hem hoogst antipathiek; maar de
vogel, omdat hij nu eenmaal vogel is, zegt an
ders dan Terentius: „Omne humane a me
alienum puto", of in het Nederlandsch: de
mensch is mij een verschrikking, en dan
vooral het menschelijk lawijt. De vogel, be
halve musch, mees en merel, mijdt menschen-
land, en het allermeest de menschelijke ver-
keersslagaderen, waar de knalpotten der mo
toren op die Noord-Hollandsche hoogtijden van
vreugde de Alkmaarsche motorrennen
de lucht vervullen van hun mitrailleursmuziek
en in hun welluidendheid den ban openen voor
dat groote festijn op het Sportpark, waar ge
broken beenen en stukgeslagen schedels de of
fers zijn op het altaar van de sensat'e.
In deze eeuw van techniek, waarin de auto
leeft als een veredeld paard, een instrument
van menschelijk vernuft, waarin vele paarden
krachten zijn gecondenseerd, is het hopeloos
conservatief, om tegen het houden van motor-
rennen op daartoe ongeschikt terrein te pro
testeeren. In Adenau bestaan een ziekenhuis
en meerdere chirurgen uitsluitend van de on
gevallen, op den Nürburgerring bereikt. „Ein
herrliches Selbstmordapparat" werd het eens
genoemd. Zoover zijn wij nog niet. Al zit er
de spanning in de lucht als in een circus, waar
de trapeze-akrobaten zonder reddend net hun
griezelkusten vertoonen, niet bij eiken wed
strijd vindt het menschenoffer plaats; en te
recht wordt de durf en doodsverachting be
wonderd van de motorrenners, die hun leven
inzetten voor de overwinning. Laten wij niet
voorbijzien de ontwikkeling van den modernen
tijd, die zulke sensatie heeft mogelijk gemaakt.
Laten wij die achterlijke Spanjaarden misprij
zen, die zich verlustigen in den strijd van stier
en ruiter. Laten wij niet vergeten, dat Alk
maar een centrum van cultuur is, dat op de
hoogte van zijn tijd dient te blijven op straffe
van de voordeelen van het wedstrijdbezoek te
moeten missen, en laten wij niet vergeten,
dat het al of niet bestaan van motorrennen den
Alkmaarschen Hout niets aangaat, en dus
hier buiten in orde is.
Deskundigen in de kennis van het vogelleven
hebben mij verzekerd, dat mijn vrees over den
voorbereiden inval van het motorverkeer bin
nen de perken van Vinkenland niet overdreven
is. Van onzen kleinen Hout kan niets meer ge
mist worden, wil niet het einde zijn een stads
parkje als er in de groote steden zoo vele zijn
als surrogaat van buiten, vreemd aan de
werkelijke natuur, musschenland.
Over den rijkdom aan vogelleven juist daar
in den bedreigden Zuiderhoutzoom hoop ik U
in een volgenden brief te mogen vertellen.
November 1932.
N.B. Over de wijzigingen, die in de Zuider
houtlaan zullen ontstaan is ons bekend (uit de
Bijlage tot het verslag der handelingen van den
Gemeenteraad nr. 141 d.d. 10 September 1932)
een voorstel tot uitvoering van verschillende
werken ter bestrijding van de werkloosheid,
onder meer:
B. 5. Het maken van een toegangspad
aan de Noordzijde van het Sportpark,
het aansluitend maken daaraan van de
Zuiderhoutlaan, het aanleggen van de
noodige parkeerterreinen, zoomede van
een aantal tennisbanen, het veranderen
van het beloop der paden in den Hout
in verband met de wijziging van het tra
cé van de Zuiderhoutlaan etc. (blz. 2).
toelichting: het maken van een toe
gangsweg van de Zuiderhoutlaan naar
het Sportpark zal in een lang gevoelde
behoefte voorzien, terwijl het daardoor
tevens mogelijk is de noodige parkeer
plaatsen te verkrijgen, (blz. 3).
In het verslag der handelingen van den Ge
meenteraad in zijn vergadering van 15 Septem
ber 1932, waar het betreffende voorstel onge
wijzigd werd aangenomen, zijn eenige mededee-
lingen gedaan, waaruit blijkt, dat de Sport
parkcommissie ernstige bezwaren tegen deze
plannen heeft geuit.
De heer R i n g e r s: „Wat het omleggen
van de Zuiderhoutlaan betreft, wenscht
„hij, zooals hij ook in de Commissie heeft ge
zegd, het stuk van de Harddraverslaan tot
het Sportpark niet om te leggen", (blz. 427).
De heer S i e t s m a: „Ook over de
omlegging van de Zuiderhoutlaan is in de
„Sportparkcommissie gesproken. Dat werk is
„daar eenigszins facultatief gesteld en niet be
paald in het plan opgenomen. Spr. wil aan de
„uitvoerders overlaten om het natuurschoon
„minder te schaden dan in het overgelegde plan
„zou geschieden", (blz. 429).
De wethouder Klaver heeft daarop dit
antwoord gegeven: „Ten aanzien van de
„Zuiderhoutlaan wil men niet verder gaan dan
„het rechtleggen van de Zuiderhoutlaan vanaf
„den Kennemerstraatweg tot den ingang van
„den nieuwen weg, die hier bedoeld wordt.
„Het westelijk gedeelte van den weg, dat men
„een aardig kronkelweggetje vindt, blijft zooals
„het is. Dat is misschien ook goed, omdat men
„dan niet het verkeer van de andere zijde van
„de Zuiderhoutlaan aantrekt", (blz. 4?3).
Intusschen zij opgemerkt, dat in den Zuider
houtzoom op 5 November een lijnrecht India-
nenpad is gehakt, dat doorloopt van den Ken
nemerstraatweg tot aan het café bij het begin
van de Zandersloot. Hoe klopt dat met de toe
gezegde matiging in den Gemeenteraad?
Indien dit slechts geschied is, om flink te
kunnen waterpassen, waarom dan zoo'n breed
Indianenpad?
Blieven uit de Hoofdstod
(Van onzen eigen correspondent).
Langens den weg, die van Tegnstaden
naar het veer leidde, kwam een man vlug
aanstappen. Hij had een bijl over den schou
der en een knapzak Op den rug. Hij zag er
n -i L i Al J.l uit, alsof hij op weg was naar de bergweide.
weg, die door het bosch voerde, inges agen
Nu liep hij snel voort door de duisternis
Bij het veer gekomen, daar, waar de wegalt-
boog naar de rivier, bleef hi] staan. Hij nam
uit het Noorsch van Jacob B. Buil.
£8
Het was de dag vóór de bruiloft.
Tore Braaten en allen, die op Braaten
woonden, bleven tehuis, zooals het gebruik
eischte. De bruidegom mocht de bruid niet
zien, voordat men op weg was naar de kerk.
En de afspraak was, dat de bruigom, die den
grooten Bruine zou berijden, bij het veer zou
wachten op de bruid en haar gevolg.
De avond brak aan. Op de Glomgaard
was het vol met bruiloftsgasten uit het Elve-
dal, die mijlen ver langs het rijpad boven
waren gekomen.
Bij het veer lag Glomgaard s boot en aan
de overzijde de Braatenboot, de eenige twee
booten van vele mijlen in den omtrek. Met <x
Braatenboot moesten de bruigom, Tore, en
zijn ouders den volgenden morgen overs eken
naar den oostlijken oever, daar zou de jong
ste knecht van de Glomga^d ben wach
met den grooten Bruine, eer de bruidstoet in
aantocht was.
Het was een donkere Augustusavond.
lang-
mane-
de bijl van zijn schouder en ging nu
zaam naar beneden, naar de boot.
Er lag een schemer van wazige
schiin over den stroom. De maan stond ach
ter wolken, zoodat men zijn bleeke schijf ter
nauwernood gewaar werd tuurde
Nu was de man bij de boot. Hij tuurde
rond in de duisternis. Toen nam hij de bij.
en hakte met zachte slagen den paal, waar
aan de boot vast lag stuk. Daarna schoof hij
de boot van wal, nam den boom en boom
de zich over naar den anderen oever. Het
ging moeilijk en langzaam temidden der
duisternis. Rondom ruige woudeenzaamheid
Het ruischen van den stroom drong gelijk
matig en krachtig door de stilte.
Nu legde hij aan bij de kleine Vik, waar
de Braatenboot lag, en trok de Glomgaards-
boot aan wal. Toen keek hij weer rond, ging
naar de Braatenboot en hakte den ketting
ONRUST IN HET OLYMPISCH KAMP!
ENDELIJK DAN STAAT
„DE NOTARIS" TERECHT.
Het laattste bedrijf der Olympische
Spelen te Los Angeles, tenminste voor
zoover daarbij ons land betrokken is ge
weest, „ging" van de week in Krasna-
polski, waar het Nederlandsch Olym
pisch Comité zijn jaarvergadering hield
en waar tevens de Neder'andsche deel
neming in extenso werd besproken.
Doch eigenaardig genoeg is daarbij over
de verrichtingen der verschillende
athleten vrijwel niet gepraat. Wij kre
gen een officieel dementi van den voor
zitter over het geruchtmakende „injec-
tiebericht" van Zus Braun en dan ver
der veel debat over de leiding van onze
ploeg, waaraan volgens sommigen wel
het een en ander heeft ontbroken. Wij
kennen allen de voorgeschiedenis: een
der Nederlandsche Wieler-Unie-officials
verwerkte zijn grieven in .en dagboek,
dat al spoedig Holland had bereikt ja
nog vóór de spelen eigenlijk goed en wel
aan den gang waren. En inderdaad zal
dit niet hebben bijgedragen tot het hoog
houden van den goeden geest onder de
deelnemers. Hier nu, op deze vergade
ring van hypersportautoriteilen, zou de
zaak worden uitgevochten en zoo kwam
het zeker, dat er van sportieve opvattin
gen bij die gelegenheid al heel weinig te
bespeuren viel. Het ging er soms fel toe
en de meneer van het dagboek, die toch
tegen het N O C.-bestuur niet op kon,
kwam er feitelijk niet al te best af. Nu
was de manier van protest niet bar
loyaal, zoo hier bleek, hoewel van den
a .deren kant weer een lijvige voorge
schiedenis weru opgehangen. Hoe het
ook zij: er is hier weer eens duidelijk ge-
L eken, dat het leiden van een Olympi
sche ploeg en dan nog wel naar een zoo
ver afgelegen bestemming, geen sinecu
re is en dat daarbij, met zooveel, ele
menten verschillend van opvatting, Ka
rakter en afkomst niet te vergeten, een
groote dosis tact en inzicht, mitsgaders
een sterke hand van integreerend belang
is. Natuurlijk; dit nakaarten geeft eigen
lijk weinig. Toch mogen de, inderdaad
dan weinig gelukkig, gegeven wenken,
die zooveel stof hebben doen opwaaien
in het Olympische kamp, wellicht tot de
overweging lijden, om in het vervolg,
zooals door velen wordt voorgesteld, niet
één centralen leider te belasten met zulk
een veelzijdige missie doch dan maar te
decentraliseeren en aan eiken sportbond
afzonderlijk de uitzending hunner eigen
deelnemers over te laten. Over enkele
ondergeschikte punten van belang bij de
algeheele organisatie zal ongetwijfeld
het noodige overleg dan wel gevoerd
kunnen worden Immers vast staat wel,
los Daarna schoof hij de boot den stroom
in met den achtersteven vooruit, gaf haar
met den boom een geweldigen stoot en stond
dan in het donker over de rivier heen uit te
staren.
De Braatenboot was in de strooming ge
komen. Ze draaide een paar keer rond,
schoot vooruit en danste toen wiegelend en
schommelend temidden van den stroom de ri
vier af. De man stond haar na te kijken, tot
ze in de duisternis van den nacht was ver
dwenen.
Jou ellendeling! zei hij zacht in zich
zelf, ging toen met den boom in de hand te
rug langs het strand naar de Glomgaards-
boot, stiet van wal en boomde voorzichtig
de rievier over terug naar het veer aan den
oostelijken oever. Aan wal gekomen stiet hij
met een krachtigen stoot van den boom de
boot uit alle macht midden in de strooming
Zij nam denzelfden weg als de Braaten
boot, sneed dwars door de rivier in het
diepst der strooming en schokte wippend,
met den stroom mee, in vliegende vaart de
rivier af.
Bij de Enggjaerd, een paar duizend el
verder naar beneden, was een waterval, daar
zouden de booten verbrijzeld worden Dat
wist hij van het houtvlotten.
Nu slingerde bij den boom achterna, lach
te en keerde om. Hij wierp den bijl over de
dat allo geharrewar tusschen leiding en
deelnemers of tusschen deelnemers on
derling, fnuikend voor de resultaten
moet zijn. En zeker is het, dat de man
van de oppositie, de official der wiel
renners, met de zijnen niet het slechtste
figuur heeft geslagen door een Olympi-
schen kampioen mee naar huis t© bren
gen.
Het zal nu alles worden overwo
gen. Een gevaarlijk woord dat „over
wegen". Men hoort het ongaarne bezi
gen. wijl men de consequentie uit er
varing helaas kern Overwegen wil toch
in de meeste gevallen zeggen, dat andere
plannen eigenlijk, niettearenstaande ver
schil vaa meening, worden doorgezet en
men om der wille van Ie vergaderings-
vrede dan maar een mondelinge, lang
niet de moeilijkste, concessie doet. Dit
is den heer Schimmelpenninck van der
Oye, den Olvmpischen oorzitter. in aiie
opzichten toevertrouwd en wanneer ooit
als Olympische sport het leiden van
vergaderingen in het programma zou
worden opgenomen, wij konden zeker
van de Olympische overwinning.
Men moet bewondering henben voor do
unieke manier, waarop deze voorzitter
met de stemming weet te goochelen, ho©
hij van een geladen vergadering van min
of meer opgewonden sportbonóen-be-
stu rders, een verzameling goedmoedige
lachers weet te maken door een kwink
slag. zoo zuiver en zoo juist geplaatst
op het moment, waarop niemand daar
aan had durven denken En het ware ie
wenschen dat men aan deze kwaliteiten
van den voorzitter in het Comité zou
kunnen verbinden de commerciee.e kun
digheden. om in d» komende vier jaren
de benoodigde gelden voor de volgende
Nederlandsche uitzéndine. nu naar Ber
lijn. bijeen te brengen. Daarin is hot
Comité niet sterk geweest en het is al
tijd nog een beetje pijnlijk om de drwe
geschiedenis van de loterij veer naar
voren te halen. Men zal andere middelen
moeten beramen. Uit de verandering
kwamen veie en nuttige denkbeelden
naar vorer. en indien nu maar de gele
eenheid bestaat om in verder uitge-
werkten vorm de verschillende ideeën
nader te beschouwen, dan komen voor
al, waar de afstand hier nu zooveel klei
ner is voor uitzending, de gelden best
bij elkaar.
De gevluchte Amsterdamsche notaris
is de sensatie van de week geweest en
geen wonder was het, dat er geen enke.e
plaats onbezet bleef, toen de man na
zijn arrestatie van Zondag, 's Maandags
morgens voor zijn rechters werd geleid.
In de omgeving van de groene tafelo -n
de zware toga's, van deurwaarders en
blinkende veldwachthelmen, is vrijwel
elke verdachte als verdachte gelijk en
doen de omstandigheden even tragisch
aan Toch was de verschijning van den
notaris in de beklaagdenbank na al het
geen er te voren over deze zaak te doen
was geweest: het niet verschenen, het
speuren der recherche en ten slotte zijn
ontdekking in Wassenaar, een gebeur
tenis in het Amsterdamsche Paleis van
Justitie, die weer geheel nieuwe en zeer
bijzonder© indrukken achterliet Hier
was de man, wien het bevreemde, dat
men hem had meegevoerd en hem al de
formaliteiten had doen ondergaan, die
nu eenmaal voor elke verdachte opnieuw
weer en zonder aanzien des persoons in
het justitie-apparaat gebruikelijk zijn.
En in felle bewoordingen hekelde hij al
deze methoden, beklaagde zich in vele
gevallen volkomen ten onrechte over ie
ondergane behandelingen en eischte,
zooals veinige beklaagden hier durven
eischen, zijn onmiddellijke invrijheid
stelling Het klonk utopisch, maar toch
voor hen, die niet zoo verstard zijn in
deze wereld van recht en onrecht
soms getuigden zijn woorden van een
heilige illusie en in zekeren zin van
recht. En deze man was een gebroken
mensch voor het verdere gedeelte van
den dag nadat verscheidene malen da
rechtbank in raadkamer moest gaan
om over zijn veelvuldige verzoeken t©
ocrdeelen
Oh, ja, hier stond een verdachte in d©
oogen van den feilen officier van justi
tie. een als andere misdadigers, dagelijks
door hem beschuldigde en niemand zal
willen beweren, dat niet het recht, ook
hier in dit geval van een welgestelden
functionaris, zijn loop moet hebben.
Toch voelt de leek op dit terrein maar
al te zeer het groote verschil van krach
ten tusschen aanklager en beklaagd©.
Hier de spitsvondige vertegenwoordiger
van het Openbaar Ministerie die in het
bijzonder in alle voor hem belangrijke
détails de zaak grondig kent en zijn 'u-
ridisch betoog feitelijk van stond af aan
hecht construeert, terwijl daar, op twe©
schouder, evenals te voren en ging heen.
Bij Tegnstaden gekomen boog hij langs
het boschpad af, kwam voorbij het Tegnstad
huis weer op den rijweg uit en ging nu
langs het bergpad verder.
Het Glomdal sliep in de duisternis van de
nacht onder de maansikkel, met de zwarte,
met dennewoud bedekte helling van den
bergrug boven zich, diep in de mijlen ver
zich uitstrekkende hoogvlakte.
In de verte, uit het Kivdal, weerklonk het
gekrijsch van een nachtuil. De kettinghon
den op de Glomgaard lagen met den kop tus
schen de uitgestrekte geelgrauwe pooten en
de oogen vast gesloten. Alleen het dof ge-
ruisch der Glom werd gehoord, terwijl ze
daar breed en blank in voortdurende wendin
gen door de wouden en de eenzaamheid
voortgleed. De trotsche wil van het dal, die
van geen wijken wist.
De bruiloftsmorgen brak aan.
De lui van Braaten waren tijdig opge
staan. De bruigom, in zijn splinternieuwe
kleeren, was het eerst klaar. Nu liepen ze
vlug voort naar het veer Tore voorop, de
beide oudjes achteraan. Bij de plaats geko
men, waar de boot werd vastgelegd, bleven
ze alle drie verwonderd staan. Er lag geen
boot. Ze tuurden naar het veer aan de over
zijde.
Mijn hemel, wat is dat! riep Tor» uit-
De Glomgaardsboot was ook verdwenen.
Aan den overkant stond de jongen van de
Glomgaard radeloos te kijken met den opge
tuigden grooten Bruine.
Tore keerde zich om naar Takob Braaten.
De booten zijn weg, zei hij.
De drie menschen stonden elkaar aan te
kijken.
dat heer Gjermund gedaan, zei Jakob
Braaten.
Tore stond even te denken. Daarna liep hij
rechtstreeks naar het strand.
Zet over! riep hij.
De jongen aan de andere zijde kwam naar
omlaag.
De boot is wegriep hij terug.
Tore riep weer.
Wat beteekent dat nu!
Ik weet het niet werd er van verre ge
antwoord.
Daar stonden ze alle drie.
Nu is het je betaald gezet! zei Jakob
Braaten boos.
Tore zweeg.
Daarginds daalde nu de bruidstoet den
weg af naar het veer. Berit aan het hoofd op
den ouden Grauwe. Ola Glomgaarden en de
gasten uit het Elvedal in groot getal daar
achter. Ze hielden stil. Er werd gepraat en
gevraagd- Berit verbleekte.
(Slat valaiL