KIN6 Tuimeltje en Kruimeltje in het Kabouterkind. PEPERMUNT Romeinsche brieven. C Voor zoover omtrent de bewerking der opgegeven bouwstoffen niet alles vol doende mocht zijn beschreven of daaromtrent nog duisterheden mochten bestaan, blijft de uitlegging aan de Directie, zijnde de aan nemer verplicht de werken geheel op te leve ren naar de beschrijving, de teekeningen en voorschriften van de Directie, die de afmetin gen en hoeveelheden van elk der omschreven werken naarmate van de behoeften kan wijzi gen. Zie B., G. en H. Het zal duidelijk zijn, dat aannemer heeft ter stond, toen deze feiten werden geconstateerd, aan de d.rectie mede gedeeld, dat hij een en ander wel wilde trachten te verhelpen, maar dat hij dit nie» onder de aanneemsom begrepen achtte, en afzonderlijke betaling daarvoor zou verlan- gen. Ündergeteekende is van meening, dat hij de te dezer zake gemaakte kosten boven en be halve de aanneemsom van de gemeente mag vorderen, daar een en ander extra-werk is ge weest, in het belang der gemeente, en niet onder Bestek 8, 1931 voorzien en begrepen. Ondergeteekende brengt met nadruk onder de andacht, dat het hem opgedragen werk volgens bestek 8, dienst 1931, niet uitvoei- baar zou zijn geweest, en wel geheel buiten schuld van den aannemer, indien niet onder geteekende de geconstateerde, buiten den kring van het werk gelegen, gebreken haa verholpen, wat dus in alle opzichten ttii het belang der gemeente Alkmaar was, daar stopzetting van het werk ten gevolge van de gebreken in den kaaimuur en den z™.eT> waartoe de aannemer volkomen gerechtigd ware geweest, de gemeente op zeer groote kosten zou zijn komen te staan. Ondergeteekende wijst er nadrukkelijk op, dat ook de Directie van het werk met deze gebreken niet in t minst bekend was, en het aanbesteedde werk in geen enkel opzien, daarmee rekening had gehouden. Ondergeteekende meende dan ook volko men bevoegd te zijn het Gemeentebestuur de desbetreffende rekening voor te leggen, ten bedrage van totaal 4800 18. Toen het Col lege van B. en W. antwoordde, dat het geen termen aanwezig achtte iets te betalen, heeft ondergeteekende door middel van zijn raads man aan genoemd college doen aanzeggen, dat hij van zijn recht tot arbitrage gebruik wenschte te maken, als omschreven in 24 van het Bestek 8, met aanwijzing van de zij nerzijds te benoemen deskundige. Daarop heeft het College geantwoord, dat het geen geschil aanwezig achtte, en dat het geen re den vond een tweeden deskundige aan te wij zen. Ondergeteekende is van meening, dat het zeer gemakkelijk is een arbitrage tegen te houden, door zich op het standpunt te stel len, dat er geen geschil zoude zijn. Helaas voorziet het, van het gemeentebestuur af komstige, bestek, niet in een dergelijke mo gelijkheid, zoodat arbitrage thans feitelijk onmogelijk is gemaakt, en ondergeteekende zich dus noodgedwongen tot den bevoegden rechter zal moeten wenden, ten einde naar recht en billijkheid te worden schadeloos ge steld. Alvorens daartoe over te gaan, meent on dergeteekende goed te doen dit verzoekschrift tot Uwen Raad te richten, te meer daar hij van het Bureau van Gemeentewerken on langs bericht heeft ontvangen met een inge sloten nota ten bedrage van 400.45, welk bedrag gemeld College van de onderhouds termijn van Bestek 8 voornemens is in te houden, voor de Gemeentewerken, buiten ondergeteekende om, verrichte werkzaamhe den aan een ongeveer 3 maanden na de eerste oplevering geconstateerde verzakking bij den bewusten kaaimuur, welke korting onrecht matig is, omdat die verzakking het gevolg is van de gebreken aan dien kaaimuur, en niet het gevolg is van het door ondergeteekende aangenomen werk. Ondergeteekende meent dan ook volledig aanspraak te mogen maken op uitbetaling van den geheelen onderhoudstermijn, alsme de op voldoening van zijn rekening voor her stelwerkzaamheden aan den kaaimuur en de daartoe behoorende gebreken buiten het Be stek staande. Ondergeteekende heeft daarom de eer Uwen Raad eerbiedig te verzoeken te willen besluiten, dat aan hem zal worden uitbe taald, de volledige onderhoudstermijn van bestek 8 dienst 1931, alsmede zijn rekening voor de omschreven extra-werkzaamheden ten bedrage van 4800.18. Subsidiair: dat Uwe Raad zal besluiten tot het benoemen van een Commissie uit den Rad of tot het aanwijzen van onpartijdige deskundigen, ten einde na onderzoek het be drag te bepalen, dat naar recht en billijkheid k dezer zake aan ondergeteekende toekomt. Met de meeste hoogachting, Uw d. dienaar D. WOUD. 3 December 1932. DE BESTEKSVOORWAARDEN. Bestek 8 der gemeente Alkmaar. Maken nieuwe onderbouw Bokkebrug over de Kaar senmakersgracht. Dienst 1931, luidt als volgt: Aschrift van 24. Geschillen. Wanneer tusschen den aannemer en de Di rectie een geschil rijst over de uitlegging of toepassing van de onderwerpelijke overeen komst van aanneming en aanbesteding, waar onder begrepen wordt een geschil omtrent het werk, het bestek of de A.V. voor zoover het bestek deze op het werk van toepassing heeft verklaard, wordt dit geschil in eerste in stantie beslist door Burgemeester en Wet houders. A Wanneer de aannemer geen genoegen neemt met de door B. en W. genomen beslis sing, heeft hij het recht om binnen 14 dagen, nadat deze beslissing te zijner kennis is ge bracht, te vorderen, dat het advies eener Commissie van deskundigen worde ingeroe pen Partijen doen ten deze afstand van hun recht tot inroepen der tusschenkomst van den gewonen rechter. Noch thans bestaat het recht om te vorderen, dat het advies eener Commissie van deskun- digenworde ingeroepen, niet, indien het ge schil betreft6 a. het bedrag der aanneemsom b. het weren van een gemachtigde, om schreven in de 4e alinea van par. 454 der A.V. c. het verwijderen van ongeschikte werk lieden, omschreven in par 458 der A.V. Vordert de aannemer, dat het advies eener commissie van deskundigen worde ingeroe pen, dan doet hij gelijktijdig mededeeling van naam, beroep en woonplaats van den door hem benoemden deskundige. Burgemeester en Wethouders zijn ver plicht binnen 14 dagen na ontvangst dezer mededeeling der aannemer, naam, beroep en woonplaats van den door hen bencemden deskundige mede te deelen en tegelijkertijd met den aannemer in overleg te treden over de benoeming door beide partijen gezamen lijk van den derde deskundige. Zoo dit overleg niet binnen 14 dagen tot overeenstemnvng leidt, is de meest gereede partij bevoegd de benoeming van den derden deskundige aan den bevoegden rechter te verzoeken. De drie benoemden vormen te zamen de Commissie van deskundigen, bedoeld in het 2e lid van deze paragraaf. De commissie kiest uit haar miaden een voorzitter. Gedurende de voorbereidende maatrege len tot benoeming deskundigen en gedurende de behandeling van het geschil door de Com missie zal de aannemer de werkzaamheden inmiddels voortzetten bij gebreke waarvan door of vanwege de gemeente na aanmaning, voor rekening van den aannemer zal kunnen worden voorzien, behoudens de verrekening, welke eventueel van het advies het gevolg zal zijn. De commissie oordeelt als goede mannen naar billijkheid met inachtneming van de onderwerpelijke overeenkomst en van den aard en de bestemming van het werk. Zij is aan geen bepaalden vorm van behandeling gebonden. De uitspraak der Commissie heeft de kracht van een voor beide partijen bindend advies en geldt a!s tusschen hen gesloten overeenkomst, ook wat de kosten betreft. Deze kosten komen ten laste der partij of van de partijen die de Commissie daartoe aanwijst en worden door haar bij hare beslissing be paald 30. Wijze van verrekening. Alleen de onderstreepte totaalhoeveelhe- den, uitgedrukt in M., M2, M3. en K.G. of in geldsommen, zullen volgens de eenheids prijzen genoemd in par. 31 worden verre kend. Voor leveringen, waarvoor een bepaa'de geldsom genoemd staat, wordt het minder verrekend zonder aftrek van procenten. De Directie behoudt zich het recht voor om voor de onder verrekenbare posten val lende leveringen zich rechtstreeks met de le veranciers in verbinding te stellen en deze rechtstreeks leveringen op te dragen, zullen de betaling geschieden door den aannemer tegen door de Directie mede te deelen prij zen. B. Geen rekeningen van meer of minder werk zijn geldig dan voor die werkzaamhe den of leveringen, waartoe de Directie schrif telijk orders geeft, terwijl die eventueel te ge ven schriftelijke orders bij de rekeningen moeten worden overgelegd. D- Indien er tegenstrijdigheden mochten zijn. tusschen bestek en teekeningen. beslist de Directie, op welke wijze het werk dient opge vat te worden. E. Indien vergeten mocht zijn iets te noemen in dit bestek, of te teekenen op de teekeningen, dat klaarblijkelijk tot de bedoe ling van het werk behoort en voor een vol ledige oplevering vereischt wordt, is de aan nemer gehouden zulks op te leveren en uit te voeren, als ware zulks duidelijk aangegeven, zonder hiervoor bijbetaling te kunnen vorde ren. F. Voor den 10e van elke maand wordt door de Directie, in overleg met den aan nemer in het verrekenboek opgeteekend, het geen door dezen in de afgeloopen maand op de verrekenbare posten is verwerktdeze ver rekening wordt door de Directie en den aan nemer voor accoord onderteekend. Bij ver schil van meening omtrent de verwerkte hoe veelheden verrekenbaar werk, of indien de aannemer meent recht te hebben op vorderin gen van anderen aard, dient hij, gelijktijdig met de onderteekening der maande!ijksche aanteekening, eene rekening betreffende het vermeende hem toekomende in. G. Indien hij zoodanige rekening niet indient, ziet hij tot op den eersten dier maand af van verdere vorderingen en erkent hij de jui«theid der verwerkte hoeveelheden. H. Bij de eindverrekening van het werk worden de maandelijksche aanteekeningen, samengevoegd tot een eindverrekenstaat, welke door de Directie en den aannemer voor accoord moet worden onderteekend, de Direc tie neemt alsdan een beslissing aangaande de verdere door den aannemer ingediende rekeningen, zoo zij dit niet reeds eerder heeft gedaan. HET OORDEEL VAN EEN ONPARTIJDIG DESKUNDIGE. Een onpartijdige deskundige schrijft ons over het adres en besteksvoorwaarden het volgende: De bestekken van Alkmaar nemen een uit zonderingspositie in, in onze tegenwoordige samenleving, wat de bouwwerken betreft. Door een commissie uit de leden van de Ver- eeniging van Delftsche Ingenieurs, de Maat schappij tot bevordering van Bouwkunst, de Bond van Nederlandsche Architecten en de Nederlandsehe Aannemersbond zijn herzien de Algemeene Administratie voorschriften voor de uitvoering en het onderhoud van bouwkundige en waterbouwkundige werken (A.A.V.) van 1915 en is in 1931 een in onzen tijd passend reglement samengesteld, waarin vrijwel alle partijen bij het bouwen kunnen vinden, wat hen te doen en te laten staat. tn Alkmaar zijn deze regelingen niet van krachtomdat men het hier beter acht zei* regelingen te maken. Een aannemer is h!j zoon ixstek vrijwel van alle rechten be- ro°fd {Z\t het adres.) B. en W. acht"» geen geschil aanwezig en daarom is geen 'atre mogelijk. De aannemer acht wel een eschil en. 0o erond van de afwijzing van n Ults'uitend op den rechter aan<*e- ali"ea 5 2b (zie A) is dus wn doode letter. Deze heele paragraaf bestaat dus alleen voor de Directie, niet voor den aannemer, zooals de practijk thans uitwijst Bezien we 30. dan blijkt daaruit, dat de Directie beproeft, alle verantwoordelijkheid en elke risico op den aannemer af te schui ven lk zoude haast geneigd zi'tn te zeggen, dat zulk een in strijd is met de goede zeden. Ofschoon over deze 30 nog veel meer te zeggen zoude zijn, heb ik voor het geval Woud, alleen datgene aangehaald, wat daai op betrekking kan hebben. Met de heerlijke, opwekkende eigenschappen van het edele natuurproduct en onder controle van het laboratorium: Dr. van Hamel Roos Harmens, A'dam. die bepalingen elkaar opheffen. Nu heeft G betrekking op F. Maar in G. staat ook aan gegeven, dat de aannemer kan meenen nog een andere vordering te kunnen hebben, buiten de verwerkte hoeveelheden. G. maakt echter wel betrekking op het niet indiening van eene rekening, maar koppelt dit onverbrekelijk aan de verwerkte hoeveel heden vast. Eindelijk bij den laatsten zin van H. komt men tot de conclusie, dat de aanne mer toch nog rekeningen kan indienen. Bij B. wordt echter elke geldigheid van rekenin gen aangetoond. Een aannemer kan nooit recht verkrijgen, wanneer een Directie zich op zulke onzuiverheden beroept. Met C., D. en E. is het nog veel erger ge steld. Dit is geen werk van bekwame vak- menschen. Een niet technische deskundige zal hieruit reeds lezen, dat door deze alinea's elke fout, door de Directie gemaakt, door den aan nemer ingelost moet worden. (Wanneer wij bedenken, dat een techni sche en administratiestaf aan Gemeente werken beschikbaar is en zulk een werk zorgvuldig tot in de puntjes kan voorbe reiden en verder, dat een aannemer na aankondiging tot aanbesteding en den tijd tot die aanbesteding gewoonlijk 14 dagen gegeven worden, en zich wat het technische betreft, de ultvoerings-moge- lijkheden, de marktprijs van de bouw stoffen, geaardheid van het bouwterrein, toepassing van A.V. en sociale wet geving, door een berg van gegevens moet werken, om tot vaststelling van een prijs te komen, dan mogen wij bedenken, dat van een aannemer, heel wat meer gevor derd wordt, dan zoo oogenschijnlijk wel lijkt.) Moet echter een aannemer naar werkelijk heid rekening houden met het aangehaalde C., D. en E., dan is het eigenliik niet mogelijk op zulks een werk in te schrijven. Het bij C., D. en E. bepaalde voorziet in een uitzonde ringspositie van de Directie, welke m.i. niet oirbaar is. In het geval Woud gaat het hoofd zakelijk, om het onderloops zijn van den kade muur. Óp 35 meter uit het werk zit'een leb ding door het kanaal, die onder den muur doorloopt en ook door den damwand, wat in het water tegen den onderkant en buitenkant van den muur aanwezig is en was. Dit be hoort een waterdichte doorlaat te zijn, n.1. die leiding (zinker) en bedoelde damwand. Dit bleek evenwel fout te zijn. De druk van het kanaalwater was zoo sterk, dat de ontgraven put (werkput Bokke brug) vol water liep. Nu kan in dit geval door de Directie ge makkelijk beweerd worden, dat indien iets enz. zie E. Maar in het geval Woud wist men aan Ge meentewerken niet, dat die zinker aanwezig was. Men heeft dus met de voorbereiding en het gereed maken van het bestek en teekenin gen niet die walmuur tot 35 meter buiten het werk van de Bokkebrug onderzocht. Het bestek voorziet in zulke gevallen zie D. De Directie zal wel zeggen, dat die zinkei vergeten is op teekening te zetten en dan be slist in deze tegenstrijdigheid de Directie. B- en W. achten geen geschil aanwezig; dit zijn geen technische heeren en zij basee ren hun besluit natuurlijk op de uitgebrachte rapporten. De Gemeentewerken kunnen zich op grond van het bestek op vrijwel elk voor komend geval beroepen, maar de aannemer blijft gespeend van elk recht en billijkheids- gronden. Wanneer de Directie er zoo gunstig voor staat, en de aannemer meent, dat een ge schil aanwezig is (Woud heeft 5300 uitge geven voor het waterdicht maken van zijn werkput vanwege het gebrek aan zinker en kademuur, maar Woud kan uit zijn beschei den niet meer terecht brengen dan 4800 gul den ongeveer) dan is het toch een eisch van menschelijkheid, dat zulk een geschil op kos ten van ongelijk aan de in 24 beschreven commissie ter beoordeeling wordt voorgelegd Indien de zienswijze van de Directie eens juist zoude zijn, dat zou dat de Gemeentekas niets kosten en de aannemer alles moeten be talen De Directie drijft aan op een proces. Nu zijn er in ons land maar weinig advocaten, die de technische gronden van eene vordering kunnen nagaan. Hier komen altijd (vrijwel altijd) deskundigen aan te pas, we ke des kundigen niet allen de gave bezitten, hun be vindingen juridisch te rangschikken, zoodat bii een"dergelijk proces de zaak heel gemak kelijk vertroebeld wordt en het den rechter moeilijk is, een vonnis te wijzen. O meeste Directies weten dat en dit is d' grootste oorzaak van de macht, waarmede zii zich bekleed gevoelen. Misbruik te maken van zoo'n macht is slecht en behoort in onze samenleving tegenwoordig niet thuis. De juiste verhouding op een werk tusschen aannemer en Directie wordt direct en recht streeks aangeven door de bekwaamheid van beide. Men mag van een Directie verlangen, dat zij zelfs een overmaat van bekwaamheid bezit. Doch niet uitsluitend bekwaamheid. Het gezag van zulk een Directie wordt verhoogd door houding en beschaving van de personen en bovendien van wege het gezag, dat zulk een Directie vertegenwoordigt. Elk ander ge zag is fout. En wat vooral in onzen tijd een factor van beteekenis is, dat is de mentaliteit en geestesgesteldheid van de werklieden. Bo ven en buiten de reeds genoemde kwaliteiten van een aannemer, moet deze de tact bezitten om met zijn menschen zoodanig om te gaan, dat het werk in de eerste plaats goed gemaakt weidt en in de tweede plaats, dat de aan nemer zijn nriisberekening in het oog houdt. ien einde deze in evenredikheid met het werk te houden. Waarschi'nlijkheids-berekeningen behooren in het land der utopiën en daarnaar mogen ook geacht worden aanwezig te zijn, de punten A., BC, D., E., F., G. en H. Het was een mooie Juni-avond, die een warmen dag voorspelde. Onze valiezen wa ren gepakt, want wie blijft 's zomers in de heete Urbs, als hij haar even ontvluchten kan! We hadden ons voorgesteld nog eens om het kapitcol en „Piazza Venezia" te do len, het stukje van het oude Rome, dat met zoo'n haastigen spoed tegen den grond werd gegooid omdat hier in October een Imperiaal Rome zou verrijzen met breede straten en een boulevard, die in rechte lijn op het Colosseum zou uitloopen. Het leek ons een sprookje, dat deze plannen binnen zoo korten tijd uitge voerd konden worden; heel het plein lag vol afbraak en ze'fgenoegzaam stak onbewogen het banale monument, waaronder de Onbe kende Soldaat rust, als een reclame voor een kaarsenfabriek, zijn botte witte pilaren in de lucht. Zóó dichte schuttingen versperden ons overal den weg, dat we al spoedig ons voor nemen moesten laten varen om eens pools hoogte te nemen van de werkzaamheden en te zien wat er in deze wijk overeind was blij ven staan en wat met den bodem gelijk was gemaakt. Voor een k'eine restauratie in de schaduw van de S. Marco stonden nog een paar tafeltjes buitenbinnen een paar dagen zou ook deze gesloten zijn en de opperlui, die ginds met houweel en spade aan het werk waren, loerden zijdelings naar haar, zooals een roofdier begeerige blikken werpt op een slachtoffer, dat hem niet meer ontgaan kan Terwijl de waard ons een flesch Frascati bracht, schudde hij lachend zijn vuist tegen de gewe'denaars, die op zoo'korten afstand aan hun vernielenden arbeid waren, maar er lag een onmiskenbare trek van droefheid ee- mengd met bitterheid op zijn anders zoo goedig gezicht zóóveel jaren had hij hier een goed beklante zaak gehad en of het zoo voor- deelig zou wezen aan de overzijde van den Tiber? „Chi lo sa!" Bij ons zat een vriend, die al dertig jaar in Rome leeft, en zich hoewel vreemdeling, een „Romano di Roma" noemt. Hij moet niets van al die veranderingen hebben. Zijn Rome- moet b'ijven zooals het is! Hij werpt vijan dige blikken op de geweldenaars die er een steen van durven aanraken, en hij kan niet laten met den eigenaar van de restauratie een boom op te zetten over den dwang, dien ze nu moeten verdragen, over het gebrek aan vrijheid en de schending van Rome's schilder achtig aspect, dat zoovele vreemdelingen boeide en naar de hoofdstad lokte. De waard, voor wien alleen de vraag van belang is of zijn beurs goed of slecht vaart onder het nieuwe régime en wiens métier meebrengt, a'tijd met zijn cliënten mee te praten, weet hem nu fluisterend te vertellen op welke zon derlinge wijze de groote huizen onteigend worden; het „Governatoraat" begint met den eigenaar een paar jaren de rente van de koopsom uit te betalen, daarna houdt die uit keering geleidelijk op, want het ge'd is noo- dig om de duizenden werklieden tevreden te stellen. -Ja", zoo besluit hij, ,.er zijn hier ontevredenen genoeg, maar zij durven den mond niet open te doen". Karakteristiek was de uitspraak van een vrouwtje dat naast me in de tram zat, toen we langs de Porta Pia reden. De bronzen Bersagliere, die ze daar op zoo'n hoog voetstuk hebben gezet, was nog niet onthuld. „Wat wordt dat nu weer?" vrceg ze en toen het haar gezegd werd, klonk het schamper: „Ze moesten er üever een ezel bovenop zetten met het onderschrift: „II po- polo paziente!" M'n vriend groeide in dit humoristische verhaal. De klok van de S. Marco luidde het An gelu, terwijl de sloopers hun werk onaf»ehrn ken voortzetten; als doffe kanonschot™ klonken de neerploffende brokken steen I™ witte stofregen warrelde omhoog en wit' den het veiliger dit hoekje, wa^r we V* ons goed opgeborgen voelden, te verlaten Maar toen we het vernielingswerk voort! gingen, konden we toch niet nalaten even ,1 blijven stilstaan om een blik te werpen dat huis, waarvan de gevel al was afpPhr°p ken, nu met al zijn kamers prijs gegeven wl* aan de nieuwsgierige blikken van vonrhr gangers en aan'hun onkiesche opmerkingJ" Het behangsel, dat eens wellicht de trJR,"' de bewoners was, hing in flarden; tegen h muur zag men waar eens een meubel .L.J1 een kast, een bed, zooals de edele deelen!" het menschelijk lichaam op de snijtafel hu liggen voor het mes van den anatoom lag daar nu die woning waarin welijch 0 veel blijde en droeve uren doorleefd werd!°" wreed opengescheurd. Gebeurde dat alles uit willekeur «n z tot machtsvertoon zooals onze sceptiju. vriend ons wilde laten gelooven. Het wat een feit, dat we ditmaal met een beklemd moed van Rome scheidden; waren ze er niet bezig alles af te breken wat ons lief is? vroe- gen we ons af. Als alles hier binnenkort breed, heel modern en nuchter wordt, dan zullen we metr echt mogen nazeggen wat Veuillot al voor jaren schreef: „Dans les grandes rues larges et droites point d'abri pour les Madonnes, point de retraite pour les olseaux"! Toen in October regenvlagen Nederland onder water begonnen te zetten, straalde Rcme nog in zomersche pracht. Konden wij waarlijk beducht wezen dat de Eeuwjge Stad iets van haar bekoring voor ons kon verlie zen? Is het niet ju'st haar geheim dat zij tel kens als verjongd oprijst? Geeft de opbloei van 'n nieuw, krachtig leven niet ook nieuwe schoonheid af? Zou dan, onder het nieuwe Italië niet een Rome gecreeërd worden waar- op het v/oord van den dichter toepasselijk zou ziin: .Es blühet neues leben auf den Ruï nen'5? In den nacht van 28 October werden alle schuttingen om het Kapitool en „Piazza Ve- nez;a" weggeru md en den ochtend van dien herinneringsdag knipte Mussolini het zijden koord door, dat over de breede boulevard ge spannen was en reed hij met zijn staf over de zonnige „Via del Imperum" naar het Colos seum. Vele zijn de huizen, die weggeruimd wer den om een weg door het hart van het oude Rome aan te leggen, die eenig in zijn soort van imponeerende schoonhe d is. Links en rechts kleine parken, daarachter grandiose brokstukken van de Urbs We gaan hier twintig minuten door een wereld, die geheel nieuw voor ons is en zien steeds het gewel dige theater der Flaviers voor ons, waarbo ven even Monte Cavo zichtbaar wordt, de bergtop die de Castelli Romani domineert. Vroeger stonden we onverwachts na wat on aanzienlijke straatjes doorgeloopen te heb ben voor dit geweldige bouwwerk; nu roept het ons al van verre tot zich en allerlei op gravingen, waar we voo[heen zoo dicht op stonden, dat het niet veel meer dan brokken oude steen voor ons waren, zien we nu van een afstand in al hun picturale schoonheid. Even een paar trappen op en we staan onver- wacht in de basiliek van Constantijn, het ge- heek Forum ligt daar voor ons aan den voet van den Pa'atijn Teen de Duce den keizerlijken weg tot aan het Colosseum had afgelegd, defileerden de troepen voor hem; het laatst kwamen de in den oorlog verminkten, aan hun hoofd de al tijd geestdriftige Delacroix, die blind ge schoten werd. Zij juichten den Duce toe, die met hen leed en streed én wien het gegeven was, dank hun aller opoffering, Italië en Rome te vernieuwen. Maar Mussolini wilde niet deze plechtige inwijding van het nieuwe Rome sluiten met een huldebetoon aan de he'den van gisteren; hij ziet vooruit en ver trouwt op de toekomst, op het jonge geslacht dat hij opvcedt in gehoorzaamheid en vader landsliefde en op zijn wenk scharen zich de „Avanguardisti" en kleine zwarthemden in lange rijen en marcheeren langs den Duce, hun jonge gezichten stralen van trots en le- vens'ust. Zii svmboliseeren waarlijk het nieu we leven, dat de ruïnen uit het verleden met frisch groen bekranst, het is of een jong, veelbelovend gewas tusschen die eeuwen oude steenen omhoog schoot. Wie er nu treurt om het feit, dat in de Urbs oude hoeken, die verstoken van licht en zon waren, werden opgeruimd, die past bij de menschen, die vastgeroest in hun oude woning zich afkeeren van den komenden dag; hij leeft niet het leven van zijn tijd me de, hij voelt niet hoe sterk dat leven in de hoofdstad van Italië pulseert! ETHA FLES. KORTE BERICHTEN. In de Vrijdag gehouden vergadering van den raad der gemeente Hummelo en Keppel (Geld.) werd met algemeene stemmen besloten Ged. Staten te verzoeken de salaris sen van burgemeester, secretaris enz. op nieuw te verlagen. 293. Je blijft net zoo leng op die kist goed weggesmolten is, had de kabouterha j snoeP" Karel vond dat allesb.haWe^ R" Tuimeltje hem van tijd tot tijd van een stukie i maar' stiekum wegsmeet, ander, had hij er zijn heele le\«!, we"™ nen staan. Kun* 294. De kabouterbaas had tenslotte medelijden met kikker Karei gekregen en had hem vrijgelaten. Nu gingen de bengels weer opnieuw aan het wandelen en kikker Karei stelde voor een beetje te gaan roeien. Spoedig hadden ze een kokosnoo- tendop gevonden en lieten ze zich lustig over het water glijden, aar kikker Karei liet het scheepje zoo heen en weer gaan, at de kabouters hun hart vasthielden»

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1932 | | pagina 6