KIN6
Tuimeltje en Kruimeltje in het Kabouterkind.
PEPERMUNT
Romeinsche brieven.
C Voor zoover omtrent de bewerking
der opgegeven bouwstoffen niet alles vol
doende mocht zijn beschreven of daaromtrent
nog duisterheden mochten bestaan, blijft de
uitlegging aan de Directie, zijnde de aan
nemer verplicht de werken geheel op te leve
ren naar de beschrijving, de teekeningen en
voorschriften van de Directie, die de afmetin
gen en hoeveelheden van elk der omschreven
werken naarmate van de behoeften kan wijzi
gen.
Zie B., G. en H. Het zal duidelijk zijn, dat
aannemer heeft ter stond, toen deze feiten
werden geconstateerd, aan de d.rectie mede
gedeeld, dat hij een en ander wel wilde
trachten te verhelpen, maar dat hij dit nie»
onder de aanneemsom begrepen achtte, en
afzonderlijke betaling daarvoor zou verlan-
gen.
Ündergeteekende is van meening, dat hij de
te dezer zake gemaakte kosten boven en be
halve de aanneemsom van de gemeente mag
vorderen, daar een en ander extra-werk is ge
weest, in het belang der gemeente, en niet
onder Bestek 8, 1931 voorzien en begrepen.
Ondergeteekende brengt met nadruk onder
de andacht, dat het hem opgedragen werk
volgens bestek 8, dienst 1931, niet uitvoei-
baar zou zijn geweest, en wel geheel buiten
schuld van den aannemer, indien niet onder
geteekende de geconstateerde, buiten den
kring van het werk gelegen, gebreken haa
verholpen, wat dus in alle opzichten ttii het
belang der gemeente Alkmaar was, daar
stopzetting van het werk ten gevolge van de
gebreken in den kaaimuur en den z™.eT>
waartoe de aannemer volkomen gerechtigd
ware geweest, de gemeente op zeer groote
kosten zou zijn komen te staan.
Ondergeteekende wijst er nadrukkelijk op,
dat ook de Directie van het werk met deze
gebreken niet in t minst bekend was, en het
aanbesteedde werk in geen enkel opzien,
daarmee rekening had gehouden.
Ondergeteekende meende dan ook volko
men bevoegd te zijn het Gemeentebestuur de
desbetreffende rekening voor te leggen, ten
bedrage van totaal 4800 18. Toen het Col
lege van B. en W. antwoordde, dat het geen
termen aanwezig achtte iets te betalen, heeft
ondergeteekende door middel van zijn raads
man aan genoemd college doen aanzeggen,
dat hij van zijn recht tot arbitrage gebruik
wenschte te maken, als omschreven in 24
van het Bestek 8, met aanwijzing van de zij
nerzijds te benoemen deskundige. Daarop
heeft het College geantwoord, dat het geen
geschil aanwezig achtte, en dat het geen re
den vond een tweeden deskundige aan te wij
zen.
Ondergeteekende is van meening, dat het
zeer gemakkelijk is een arbitrage tegen te
houden, door zich op het standpunt te stel
len, dat er geen geschil zoude zijn. Helaas
voorziet het, van het gemeentebestuur af
komstige, bestek, niet in een dergelijke mo
gelijkheid, zoodat arbitrage thans feitelijk
onmogelijk is gemaakt, en ondergeteekende
zich dus noodgedwongen tot den bevoegden
rechter zal moeten wenden, ten einde naar
recht en billijkheid te worden schadeloos ge
steld.
Alvorens daartoe over te gaan, meent on
dergeteekende goed te doen dit verzoekschrift
tot Uwen Raad te richten, te meer daar hij
van het Bureau van Gemeentewerken on
langs bericht heeft ontvangen met een inge
sloten nota ten bedrage van 400.45, welk
bedrag gemeld College van de onderhouds
termijn van Bestek 8 voornemens is in te
houden, voor de Gemeentewerken, buiten
ondergeteekende om, verrichte werkzaamhe
den aan een ongeveer 3 maanden na de eerste
oplevering geconstateerde verzakking bij den
bewusten kaaimuur, welke korting onrecht
matig is, omdat die verzakking het gevolg is
van de gebreken aan dien kaaimuur, en niet
het gevolg is van het door ondergeteekende
aangenomen werk.
Ondergeteekende meent dan ook volledig
aanspraak te mogen maken op uitbetaling
van den geheelen onderhoudstermijn, alsme
de op voldoening van zijn rekening voor her
stelwerkzaamheden aan den kaaimuur en de
daartoe behoorende gebreken buiten het Be
stek staande.
Ondergeteekende heeft daarom de eer
Uwen Raad eerbiedig te verzoeken te willen
besluiten, dat aan hem zal worden uitbe
taald, de volledige onderhoudstermijn van
bestek 8 dienst 1931, alsmede zijn rekening
voor de omschreven extra-werkzaamheden
ten bedrage van 4800.18.
Subsidiair: dat Uwe Raad zal besluiten
tot het benoemen van een Commissie uit den
Rad of tot het aanwijzen van onpartijdige
deskundigen, ten einde na onderzoek het be
drag te bepalen, dat naar recht en billijkheid
k dezer zake aan ondergeteekende toekomt.
Met de meeste hoogachting,
Uw d. dienaar D. WOUD.
3 December 1932.
DE BESTEKSVOORWAARDEN.
Bestek 8 der gemeente Alkmaar. Maken
nieuwe onderbouw Bokkebrug over de Kaar
senmakersgracht. Dienst 1931, luidt als
volgt:
Aschrift van 24. Geschillen.
Wanneer tusschen den aannemer en de Di
rectie een geschil rijst over de uitlegging of
toepassing van de onderwerpelijke overeen
komst van aanneming en aanbesteding, waar
onder begrepen wordt een geschil omtrent het
werk, het bestek of de A.V. voor zoover het
bestek deze op het werk van toepassing heeft
verklaard, wordt dit geschil in eerste in
stantie beslist door Burgemeester en Wet
houders.
A Wanneer de aannemer geen genoegen
neemt met de door B. en W. genomen beslis
sing, heeft hij het recht om binnen 14 dagen,
nadat deze beslissing te zijner kennis is ge
bracht, te vorderen, dat het advies eener
Commissie van deskundigen worde ingeroe
pen Partijen doen ten deze afstand van hun
recht tot inroepen der tusschenkomst van
den gewonen rechter.
Noch thans bestaat het recht om te vorderen,
dat het advies eener Commissie van deskun-
digenworde ingeroepen, niet, indien het ge
schil betreft6
a. het bedrag der aanneemsom
b. het weren van een gemachtigde, om
schreven in de 4e alinea van par. 454 der
A.V.
c. het verwijderen van ongeschikte werk
lieden, omschreven in par 458 der A.V.
Vordert de aannemer, dat het advies eener
commissie van deskundigen worde ingeroe
pen, dan doet hij gelijktijdig mededeeling van
naam, beroep en woonplaats van den door
hem benoemden deskundige.
Burgemeester en Wethouders zijn ver
plicht binnen 14 dagen na ontvangst dezer
mededeeling der aannemer, naam, beroep en
woonplaats van den door hen bencemden
deskundige mede te deelen en tegelijkertijd
met den aannemer in overleg te treden over
de benoeming door beide partijen gezamen
lijk van den derde deskundige.
Zoo dit overleg niet binnen 14 dagen tot
overeenstemnvng leidt, is de meest gereede
partij bevoegd de benoeming van den derden
deskundige aan den bevoegden rechter te
verzoeken.
De drie benoemden vormen te zamen de
Commissie van deskundigen, bedoeld in het
2e lid van deze paragraaf. De commissie
kiest uit haar miaden een voorzitter.
Gedurende de voorbereidende maatrege
len tot benoeming deskundigen en gedurende
de behandeling van het geschil door de Com
missie zal de aannemer de werkzaamheden
inmiddels voortzetten bij gebreke waarvan
door of vanwege de gemeente na aanmaning,
voor rekening van den aannemer zal kunnen
worden voorzien, behoudens de verrekening,
welke eventueel van het advies het gevolg zal
zijn.
De commissie oordeelt als goede mannen
naar billijkheid met inachtneming van de
onderwerpelijke overeenkomst en van den
aard en de bestemming van het werk. Zij is
aan geen bepaalden vorm van behandeling
gebonden.
De uitspraak der Commissie heeft de
kracht van een voor beide partijen bindend
advies en geldt a!s tusschen hen gesloten
overeenkomst, ook wat de kosten betreft. Deze
kosten komen ten laste der partij of van de
partijen die de Commissie daartoe aanwijst
en worden door haar bij hare beslissing be
paald
30. Wijze van verrekening.
Alleen de onderstreepte totaalhoeveelhe-
den, uitgedrukt in M., M2, M3. en K.G. of
in geldsommen, zullen volgens de eenheids
prijzen genoemd in par. 31 worden verre
kend.
Voor leveringen, waarvoor een bepaa'de
geldsom genoemd staat, wordt het minder
verrekend zonder aftrek van procenten.
De Directie behoudt zich het recht voor
om voor de onder verrekenbare posten val
lende leveringen zich rechtstreeks met de le
veranciers in verbinding te stellen en deze
rechtstreeks leveringen op te dragen, zullen
de betaling geschieden door den aannemer
tegen door de Directie mede te deelen prij
zen.
B. Geen rekeningen van meer of minder
werk zijn geldig dan voor die werkzaamhe
den of leveringen, waartoe de Directie schrif
telijk orders geeft, terwijl die eventueel te ge
ven schriftelijke orders bij de rekeningen
moeten worden overgelegd.
D- Indien er tegenstrijdigheden mochten
zijn. tusschen bestek en teekeningen. beslist de
Directie, op welke wijze het werk dient opge
vat te worden.
E. Indien vergeten mocht zijn iets te
noemen in dit bestek, of te teekenen op de
teekeningen, dat klaarblijkelijk tot de bedoe
ling van het werk behoort en voor een vol
ledige oplevering vereischt wordt, is de aan
nemer gehouden zulks op te leveren en uit te
voeren, als ware zulks duidelijk aangegeven,
zonder hiervoor bijbetaling te kunnen vorde
ren.
F. Voor den 10e van elke maand wordt
door de Directie, in overleg met den aan
nemer in het verrekenboek opgeteekend, het
geen door dezen in de afgeloopen maand op
de verrekenbare posten is verwerktdeze ver
rekening wordt door de Directie en den aan
nemer voor accoord onderteekend. Bij ver
schil van meening omtrent de verwerkte hoe
veelheden verrekenbaar werk, of indien de
aannemer meent recht te hebben op vorderin
gen van anderen aard, dient hij, gelijktijdig
met de onderteekening der maande!ijksche
aanteekening, eene rekening betreffende het
vermeende hem toekomende in.
G. Indien hij zoodanige rekening niet
indient, ziet hij tot op den eersten dier maand
af van verdere vorderingen en erkent hij de
jui«theid der verwerkte hoeveelheden.
H. Bij de eindverrekening van het werk
worden de maandelijksche aanteekeningen,
samengevoegd tot een eindverrekenstaat,
welke door de Directie en den aannemer voor
accoord moet worden onderteekend, de Direc
tie neemt alsdan een beslissing aangaande
de verdere door den aannemer ingediende
rekeningen, zoo zij dit niet reeds eerder
heeft gedaan.
HET OORDEEL VAN EEN
ONPARTIJDIG DESKUNDIGE.
Een onpartijdige deskundige schrijft ons
over het adres en besteksvoorwaarden het
volgende:
De bestekken van Alkmaar nemen een uit
zonderingspositie in, in onze tegenwoordige
samenleving, wat de bouwwerken betreft.
Door een commissie uit de leden van de Ver-
eeniging van Delftsche Ingenieurs, de Maat
schappij tot bevordering van Bouwkunst, de
Bond van Nederlandsche Architecten en de
Nederlandsehe Aannemersbond zijn herzien
de Algemeene Administratie voorschriften
voor de uitvoering en het onderhoud van
bouwkundige en waterbouwkundige werken
(A.A.V.) van 1915 en is in 1931 een in onzen
tijd passend reglement samengesteld, waarin
vrijwel alle partijen bij het bouwen kunnen
vinden, wat hen te doen en te laten staat.
tn Alkmaar zijn deze regelingen niet van
krachtomdat men het hier beter acht zei*
regelingen te maken. Een aannemer is h!j
zoon ixstek vrijwel van alle rechten be-
ro°fd {Z\t het adres.) B. en W. acht"» geen
geschil aanwezig en daarom is geen 'atre
mogelijk. De aannemer acht wel een eschil
en. 0o erond van de afwijzing van
n Ults'uitend op den rechter aan<*e-
ali"ea 5 2b (zie A) is dus wn
doode letter. Deze heele paragraaf bestaat
dus alleen voor de Directie, niet voor den
aannemer, zooals de practijk thans uitwijst
Bezien we 30. dan blijkt daaruit, dat de
Directie beproeft, alle verantwoordelijkheid
en elke risico op den aannemer af te schui
ven lk zoude haast geneigd zi'tn te zeggen,
dat zulk een in strijd is met de goede zeden.
Ofschoon over deze 30 nog veel meer te
zeggen zoude zijn, heb ik voor het geval
Woud, alleen datgene aangehaald, wat daai
op betrekking kan hebben.
Met de heerlijke, opwekkende
eigenschappen van het edele
natuurproduct en onder controle
van het laboratorium: Dr. van
Hamel Roos Harmens, A'dam.
die bepalingen elkaar opheffen. Nu heeft G
betrekking op F. Maar in G. staat ook aan
gegeven, dat de aannemer kan meenen nog
een andere vordering te kunnen hebben,
buiten de verwerkte hoeveelheden.
G. maakt echter wel betrekking op het niet
indiening van eene rekening, maar koppelt
dit onverbrekelijk aan de verwerkte hoeveel
heden vast. Eindelijk bij den laatsten zin van
H. komt men tot de conclusie, dat de aanne
mer toch nog rekeningen kan indienen. Bij
B. wordt echter elke geldigheid van rekenin
gen aangetoond. Een aannemer kan nooit
recht verkrijgen, wanneer een Directie zich
op zulke onzuiverheden beroept.
Met C., D. en E. is het nog veel erger ge
steld. Dit is geen werk van bekwame vak-
menschen. Een niet technische deskundige zal
hieruit reeds lezen, dat door deze alinea's elke
fout, door de Directie gemaakt, door den aan
nemer ingelost moet worden.
(Wanneer wij bedenken, dat een techni
sche en administratiestaf aan Gemeente
werken beschikbaar is en zulk een werk
zorgvuldig tot in de puntjes kan voorbe
reiden en verder, dat een aannemer na
aankondiging tot aanbesteding en den
tijd tot die aanbesteding gewoonlijk 14
dagen gegeven worden, en zich wat het
technische betreft, de ultvoerings-moge-
lijkheden, de marktprijs van de bouw
stoffen, geaardheid van het bouwterrein,
toepassing van A.V. en sociale wet
geving, door een berg van gegevens moet
werken, om tot vaststelling van een prijs
te komen, dan mogen wij bedenken, dat
van een aannemer, heel wat meer gevor
derd wordt, dan zoo oogenschijnlijk wel
lijkt.)
Moet echter een aannemer naar werkelijk
heid rekening houden met het aangehaalde
C., D. en E., dan is het eigenliik niet mogelijk
op zulks een werk in te schrijven. Het bij C.,
D. en E. bepaalde voorziet in een uitzonde
ringspositie van de Directie, welke m.i. niet
oirbaar is. In het geval Woud gaat het hoofd
zakelijk, om het onderloops zijn van den kade
muur. Óp 35 meter uit het werk zit'een leb
ding door het kanaal, die onder den muur
doorloopt en ook door den damwand, wat in
het water tegen den onderkant en buitenkant
van den muur aanwezig is en was. Dit be
hoort een waterdichte doorlaat te zijn, n.1. die
leiding (zinker) en bedoelde damwand. Dit
bleek evenwel fout te zijn.
De druk van het kanaalwater was zoo
sterk, dat de ontgraven put (werkput Bokke
brug) vol water liep.
Nu kan in dit geval door de Directie ge
makkelijk beweerd worden, dat indien iets
enz. zie E.
Maar in het geval Woud wist men aan Ge
meentewerken niet, dat die zinker aanwezig
was. Men heeft dus met de voorbereiding en
het gereed maken van het bestek en teekenin
gen niet die walmuur tot 35 meter buiten het
werk van de Bokkebrug onderzocht.
Het bestek voorziet in zulke gevallen zie D.
De Directie zal wel zeggen, dat die zinkei
vergeten is op teekening te zetten en dan be
slist in deze tegenstrijdigheid de Directie.
B- en W. achten geen geschil aanwezig;
dit zijn geen technische heeren en zij basee
ren hun besluit natuurlijk op de uitgebrachte
rapporten. De Gemeentewerken kunnen zich
op grond van het bestek op vrijwel elk voor
komend geval beroepen, maar de aannemer
blijft gespeend van elk recht en billijkheids-
gronden.
Wanneer de Directie er zoo gunstig voor
staat, en de aannemer meent, dat een ge
schil aanwezig is (Woud heeft 5300 uitge
geven voor het waterdicht maken van zijn
werkput vanwege het gebrek aan zinker en
kademuur, maar Woud kan uit zijn beschei
den niet meer terecht brengen dan 4800 gul
den ongeveer) dan is het toch een eisch van
menschelijkheid, dat zulk een geschil op kos
ten van ongelijk aan de in 24 beschreven
commissie ter beoordeeling wordt voorgelegd
Indien de zienswijze van de Directie eens
juist zoude zijn, dat zou dat de Gemeentekas
niets kosten en de aannemer alles moeten be
talen
De Directie drijft aan op een proces. Nu
zijn er in ons land maar weinig advocaten,
die de technische gronden van eene vordering
kunnen nagaan. Hier komen altijd (vrijwel
altijd) deskundigen aan te pas, we ke des
kundigen niet allen de gave bezitten, hun be
vindingen juridisch te rangschikken, zoodat
bii een"dergelijk proces de zaak heel gemak
kelijk vertroebeld wordt en het den rechter
moeilijk is, een vonnis te wijzen.
O meeste Directies weten dat en dit is d'
grootste oorzaak van de macht, waarmede zii
zich bekleed gevoelen. Misbruik te maken
van zoo'n macht is slecht en behoort in onze
samenleving tegenwoordig niet thuis.
De juiste verhouding op een werk tusschen
aannemer en Directie wordt direct en recht
streeks aangeven door de bekwaamheid van
beide. Men mag van een Directie verlangen,
dat zij zelfs een overmaat van bekwaamheid
bezit. Doch niet uitsluitend bekwaamheid. Het
gezag van zulk een Directie wordt verhoogd
door houding en beschaving van de personen
en bovendien van wege het gezag, dat zulk
een Directie vertegenwoordigt. Elk ander ge
zag is fout. En wat vooral in onzen tijd een
factor van beteekenis is, dat is de mentaliteit
en geestesgesteldheid van de werklieden. Bo
ven en buiten de reeds genoemde kwaliteiten
van een aannemer, moet deze de tact bezitten
om met zijn menschen zoodanig om te gaan,
dat het werk in de eerste plaats goed gemaakt
weidt en in de tweede plaats, dat de aan
nemer zijn nriisberekening in het oog houdt.
ien einde deze in evenredikheid met het werk
te houden. Waarschi'nlijkheids-berekeningen
behooren in het land der utopiën en daarnaar
mogen ook geacht worden aanwezig te zijn,
de punten A., BC, D., E., F., G. en H.
Het was een mooie Juni-avond, die een
warmen dag voorspelde. Onze valiezen wa
ren gepakt, want wie blijft 's zomers in de
heete Urbs, als hij haar even ontvluchten
kan! We hadden ons voorgesteld nog eens
om het kapitcol en „Piazza Venezia" te do
len, het stukje van het oude Rome, dat met
zoo'n haastigen spoed tegen den grond werd
gegooid omdat hier in October een Imperiaal
Rome zou verrijzen met breede straten en een
boulevard, die in rechte lijn op het Colosseum
zou uitloopen. Het leek ons een sprookje, dat
deze plannen binnen zoo korten tijd uitge
voerd konden worden; heel het plein lag vol
afbraak en ze'fgenoegzaam stak onbewogen
het banale monument, waaronder de Onbe
kende Soldaat rust, als een reclame voor een
kaarsenfabriek, zijn botte witte pilaren in de
lucht. Zóó dichte schuttingen versperden ons
overal den weg, dat we al spoedig ons voor
nemen moesten laten varen om eens pools
hoogte te nemen van de werkzaamheden en
te zien wat er in deze wijk overeind was blij
ven staan en wat met den bodem gelijk was
gemaakt. Voor een k'eine restauratie in de
schaduw van de S. Marco stonden nog een
paar tafeltjes buitenbinnen een paar dagen
zou ook deze gesloten zijn en de opperlui, die
ginds met houweel en spade aan het werk
waren, loerden zijdelings naar haar, zooals
een roofdier begeerige blikken werpt op een
slachtoffer, dat hem niet meer ontgaan kan
Terwijl de waard ons een flesch Frascati
bracht, schudde hij lachend zijn vuist tegen
de gewe'denaars, die op zoo'korten afstand
aan hun vernielenden arbeid waren, maar er
lag een onmiskenbare trek van droefheid ee-
mengd met bitterheid op zijn anders zoo
goedig gezicht zóóveel jaren had hij hier een
goed beklante zaak gehad en of het zoo voor-
deelig zou wezen aan de overzijde van den
Tiber? „Chi lo sa!"
Bij ons zat een vriend, die al dertig jaar
in Rome leeft, en zich hoewel vreemdeling,
een „Romano di Roma" noemt. Hij moet niets
van al die veranderingen hebben. Zijn Rome-
moet b'ijven zooals het is! Hij werpt vijan
dige blikken op de geweldenaars die er een
steen van durven aanraken, en hij kan niet
laten met den eigenaar van de restauratie een
boom op te zetten over den dwang, dien ze
nu moeten verdragen, over het gebrek aan
vrijheid en de schending van Rome's schilder
achtig aspect, dat zoovele vreemdelingen
boeide en naar de hoofdstad lokte. De waard,
voor wien alleen de vraag van belang is of
zijn beurs goed of slecht vaart onder het
nieuwe régime en wiens métier meebrengt,
a'tijd met zijn cliënten mee te praten, weet
hem nu fluisterend te vertellen op welke zon
derlinge wijze de groote huizen onteigend
worden; het „Governatoraat" begint met den
eigenaar een paar jaren de rente van de
koopsom uit te betalen, daarna houdt die uit
keering geleidelijk op, want het ge'd is noo-
dig om de duizenden werklieden tevreden te
stellen. -Ja", zoo besluit hij, ,.er zijn hier
ontevredenen genoeg, maar zij durven den
mond niet open te doen". Karakteristiek was
de uitspraak van een vrouwtje dat naast me
in de tram zat, toen we langs de Porta Pia
reden. De bronzen Bersagliere, die ze daar
op zoo'n hoog voetstuk hebben gezet, was
nog niet onthuld. „Wat wordt dat nu weer?"
vrceg ze en toen het haar gezegd werd, klonk
het schamper: „Ze moesten er üever een ezel
bovenop zetten met het onderschrift: „II po-
polo paziente!" M'n vriend groeide in dit
humoristische verhaal.
De klok van de S. Marco luidde het An
gelu, terwijl de sloopers hun werk onaf»ehrn
ken voortzetten; als doffe kanonschot™
klonken de neerploffende brokken steen I™
witte stofregen warrelde omhoog en wit'
den het veiliger dit hoekje, wa^r we V*
ons goed opgeborgen voelden, te verlaten
Maar toen we het vernielingswerk voort!
gingen, konden we toch niet nalaten even ,1
blijven stilstaan om een blik te werpen
dat huis, waarvan de gevel al was afpPhr°p
ken, nu met al zijn kamers prijs gegeven wl*
aan de nieuwsgierige blikken van vonrhr
gangers en aan'hun onkiesche opmerkingJ"
Het behangsel, dat eens wellicht de trJR,"'
de bewoners was, hing in flarden; tegen h
muur zag men waar eens een meubel .L.J1
een kast, een bed, zooals de edele deelen!"
het menschelijk lichaam op de snijtafel hu
liggen voor het mes van den anatoom
lag daar nu die woning waarin welijch 0
veel blijde en droeve uren doorleefd werd!°"
wreed opengescheurd.
Gebeurde dat alles uit willekeur «n z
tot machtsvertoon zooals onze sceptiju.
vriend ons wilde laten gelooven. Het wat
een feit, dat we ditmaal met een beklemd
moed van Rome scheidden; waren ze er niet
bezig alles af te breken wat ons lief is? vroe-
gen we ons af. Als alles hier binnenkort
breed, heel modern en nuchter wordt, dan
zullen we metr echt mogen nazeggen wat
Veuillot al voor jaren schreef: „Dans les
grandes rues larges et droites point d'abri
pour les Madonnes, point de retraite pour
les olseaux"!
Toen in October regenvlagen Nederland
onder water begonnen te zetten, straalde
Rcme nog in zomersche pracht. Konden wij
waarlijk beducht wezen dat de Eeuwjge Stad
iets van haar bekoring voor ons kon verlie
zen? Is het niet ju'st haar geheim dat zij tel
kens als verjongd oprijst? Geeft de opbloei
van 'n nieuw, krachtig leven niet ook nieuwe
schoonheid af? Zou dan, onder het nieuwe
Italië niet een Rome gecreeërd worden waar-
op het v/oord van den dichter toepasselijk zou
ziin: .Es blühet neues leben auf den Ruï
nen'5?
In den nacht van 28 October werden alle
schuttingen om het Kapitool en „Piazza Ve-
nez;a" weggeru md en den ochtend van dien
herinneringsdag knipte Mussolini het zijden
koord door, dat over de breede boulevard ge
spannen was en reed hij met zijn staf over de
zonnige „Via del Imperum" naar het Colos
seum.
Vele zijn de huizen, die weggeruimd wer
den om een weg door het hart van het oude
Rome aan te leggen, die eenig in zijn soort
van imponeerende schoonhe d is. Links en
rechts kleine parken, daarachter grandiose
brokstukken van de Urbs We gaan hier
twintig minuten door een wereld, die geheel
nieuw voor ons is en zien steeds het gewel
dige theater der Flaviers voor ons, waarbo
ven even Monte Cavo zichtbaar wordt, de
bergtop die de Castelli Romani domineert.
Vroeger stonden we onverwachts na wat on
aanzienlijke straatjes doorgeloopen te heb
ben voor dit geweldige bouwwerk; nu roept
het ons al van verre tot zich en allerlei op
gravingen, waar we voo[heen zoo dicht op
stonden, dat het niet veel meer dan brokken
oude steen voor ons waren, zien we nu van
een afstand in al hun picturale schoonheid.
Even een paar trappen op en we staan onver-
wacht in de basiliek van Constantijn, het ge-
heek Forum ligt daar voor ons aan den voet
van den Pa'atijn
Teen de Duce den keizerlijken weg tot aan
het Colosseum had afgelegd, defileerden de
troepen voor hem; het laatst kwamen de in
den oorlog verminkten, aan hun hoofd de al
tijd geestdriftige Delacroix, die blind ge
schoten werd. Zij juichten den Duce toe, die
met hen leed en streed én wien het gegeven
was, dank hun aller opoffering, Italië en
Rome te vernieuwen. Maar Mussolini wilde
niet deze plechtige inwijding van het nieuwe
Rome sluiten met een huldebetoon aan de
he'den van gisteren; hij ziet vooruit en ver
trouwt op de toekomst, op het jonge geslacht
dat hij opvcedt in gehoorzaamheid en vader
landsliefde en op zijn wenk scharen zich de
„Avanguardisti" en kleine zwarthemden in
lange rijen en marcheeren langs den Duce,
hun jonge gezichten stralen van trots en le-
vens'ust. Zii svmboliseeren waarlijk het nieu
we leven, dat de ruïnen uit het verleden met
frisch groen bekranst, het is of een jong,
veelbelovend gewas tusschen die eeuwen
oude steenen omhoog schoot.
Wie er nu treurt om het feit, dat in de
Urbs oude hoeken, die verstoken van licht en
zon waren, werden opgeruimd, die past bij
de menschen, die vastgeroest in hun oude
woning zich afkeeren van den komenden
dag; hij leeft niet het leven van zijn tijd me
de, hij voelt niet hoe sterk dat leven in de
hoofdstad van Italië pulseert!
ETHA FLES.
KORTE BERICHTEN.
In de Vrijdag gehouden vergadering
van den raad der gemeente Hummelo en
Keppel (Geld.) werd met algemeene stemmen
besloten Ged. Staten te verzoeken de salaris
sen van burgemeester, secretaris enz. op
nieuw te verlagen.
293. Je blijft net zoo leng op die kist
goed weggesmolten is, had de kabouterha j snoeP"
Karel vond dat allesb.haWe^ R"
Tuimeltje hem van tijd tot tijd van een stukie i maar'
stiekum wegsmeet, ander, had hij er zijn heele le\«!, we"™
nen staan. Kun*
294. De kabouterbaas had tenslotte medelijden met kikker
Karei gekregen en had hem vrijgelaten. Nu gingen de bengels
weer opnieuw aan het wandelen en kikker Karei stelde voor
een beetje te gaan roeien. Spoedig hadden ze een kokosnoo-
tendop gevonden en lieten ze zich lustig over het water glijden,
aar kikker Karei liet het scheepje zoo heen en weer gaan,
at de kabouters hun hart vasthielden»