DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De Alkmaarsche Rechtbank behouden.
Uil hel JUxclemml
J)xxqeÜ{ksch Ovec zicht
Ho. 291
Vrijdag 9 December 1932
134e Jaargang
De minister van Justitie heeft de voor
gestelde opheffing der Rechtbanken
te Alkmaar, Almelo en Roermond
terug genomen.
De voldoening in onze gemeente komt
in het vlagvertoon tot uiting.
De meening van vooraanstaande auto
riteiten.
ALKMAARSCHE
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
eu Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
fiancc door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
cont' '.en rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer besti.at ui» drie .bladen.
De minister van Justitie heeft in de Memo
rie van Antwoord betreffende het wetsont
werp tot opheffing van rechtbanken en kan
tongerechten medegedeeld, dat hij het voor
stel om de rechtbanken te Alkmaar, Almelo
en Roermond op te heffen thans wil terugne
men in de hoop, dat de financieele toestand
van 's lands middelen zich niet zoo on
gunstig ontwikkelt, dat spoedig toch weer
een voorstel zou moeten worden gedaan tot
opheffing van deze of andere rechtbanken.
De minister bleek tevens bereid ook af te
zien van de opheffing van de kantongerech
ten te Zevenbergen, Wageningen, Groenlo,
Harderwijk, Steenwijk, Alphen, Sommelsdijk,
Oostburg en Zaandam, waartegenover echter
de opheffing van het kanton Waalwijk alsnog
wordt voorgesteld.
De minister heeft geen bezwaar de moge
lijkheid te openen, dat ook de rechtbank, al
thans de enkelvoudige kamer, op bepaalde
schaal elders dan in de hoofdplaats van het
arrondissement zitting houdt.
Het was te voorzien dat de plannen om
niet minder dan 7 rechtbanken en 48 kanton
gerechten op te heffen op grooten tegen
stand zouden stuiten, want zeer vele kam-r-
leden hadden reeds te kennen gegeven ten
opzichte van de Alkmaarsche rechtbank niet
met de voorstellen van den minister accoord
te gaan.
Om dezen tegenstand te breken en althans
het grootste deel van zijn bezuinigingsplan
nen tot uitvoer te kunnen brengen, is de mi
nister tot de hierboven beschreven concessie
bereid gebleken in het vertrouwen, dat ook
de kamerleden, die de bezwaren uitten hun
nerzijds niet op een straf standpunt blijven
staan
Te dezen heeft mede gewicht in de schaal
geiegd, dat het niet geheel zeker is, dat niet,
in stede van de rechtbank te Roermond die te
Maastricht, instede van de rechtbank te Alk
maar die te Haarlem en instede van de recht
bank te Almelo, wellicht die van Zwolle zou
moeten vervallen.
Wat er verder met dit wetsontwerp ge
beuren moge en tot welke verdere concessies
de minister wellicht nog gedwongen moge
worden, vast staat, dat drie der ter dood ver
oordeelde Rechtbanken, waaronder die uit
Alkmaar, thans buiten gevaar zijn, daar de
minister het voorstel tot opheffing vrijwillig
teruggenomen heeft.
Dit heugelijk feit is ongetwijfeld voor een
zeer groot deel te danken aan de krachtige
actie welke men in Alkmaar en trouwens in
het geheele arrondissement tegen de plannen
van den minister heeft ontwikkeld.
Hier is inderdaad een éénheidsfront ge
vormd en mannen van alle partijen en rich
tingen hebben samengewerkt om dit resultaat
^0 L^rcikcn
Het gemeentebestuur heeft een goed gedo
cumenteerd adres aan de Tweede Kamer ge
zonden waarmede adhaesie door tal van ge
meentebesturen uit het arrondissement is be-
De Kamer van Koophandel, de advocaten,
landbouw- en middenstandsorganisaties hen-
ben allen in overtuigende adressen aan a<?
kamerleden hun meening uiteengezet, dat het
verdwijnen van de Alkmaarsche rechtbank
een ramp voor deze streek zou beteekenen.
Mr. Leesberg schijnt zich hierbij in het bij
zonder verdienstelijk te hebben gemaakt door
de Kamerfractie zijner partij persoonlijk
bezoeken en andere advocaten van een uitge
sproken po'itieke richting te verzoeken het
zelfde te doen.
Zij allen behoefden niet naar argumenten
te zoeken want zelfs vele rechtskundigen
van naam hebben in juridische en andere
tijdschriften hun meening kenbaar gemaakt,
dat het nog verstandiger en billijker zou zijn
de Haarlemsche dan de Alkmaarsche recht
bank op te offeren.
Een der sterkste argumenten is zeer zeker
geweest dat het verdwijnen van de Alk
maarsche rechtbank tot gevolg zou hebber,
dat rechtzoekenden zelfs vanuit Texel vooi
fan naar Haarlem zouden moeten gaan en
dat deze afstandsvergrooting in het alge
meen veel tijd en veel geld zou kosten waar
door de voorgenomen bezuiniging practisch
n'et tot haar recht zou komen en voor een
groot deel op onbillijke wijze op de justici».
be'en zou worden afgewenteld.
De minister heeft thans wel veridaard, dat
de afstand tusschen rechter en rechtzoekende
niet bepaald wordt door het aanta! kïlorrie-
ters, doch naar de mate van bereikbaarheid,
waarbij de verkeersmiddelen van overwegen
den invloed zouden zijn, maar is desondanks
blijkbaar niet doof gebleven voor de argu
menten van adressanten, die betoogd hebben,
dat deze afstanden in Noordholland boven
het IJ, waar de verkeersmiddelen zeker niet
buitengewoon goed zijn, toch wat al te groot
en te tijdroovend zouden worden.
Ook de argumenten dat men een rechtbank
waar men door langdurige ervaring op een
bepaalde volksmentaliteit is ingesteld niet
moet verplaatsen, hebben zeker niet nagela
ten den noodigen indruk te maken.
Al met al is men er in geslaagd de kamer
leden ervan te overtuigen, dat oe opheffing
der Alkmaarsche rechtbank een ramp voor
deze streek zou zijn en de minister is ten slot
te voor den aandrang der Kamer gezwicht.
Het „gerechtelijk" zwaard van Damocles,
dat zoovele maanden boven onze gemeent0
heeft gehangen is weggenomen en het is te
verwachten, dat, hoe 's lands financiën zich
ook zullen ontwikkelen, een dergelijk voorstel
het volgend jaar niet meer gedaan zal wor
den.
De moeite welke de burgemeester, rechter
lijke autoriteiten, vereenigingen en particu
lieren zich te dezen opzichte getroost hebben
is niet te vergeefs geweest.
Alkmaar, dat in den loop der laatste jaren
reeds zoovele Rijksinstellingen zag verdwij
nen en daarmede ook in haar inwonertal een
cultureele verarming moest constateeren
heeft thans alle reden de vlag uit te steken.
Van Alkmaar is voor de tweede maal de
Victorie uitgegaan en het is begrijpelijk, dat,
toen 's ministers beslissing gisteravond hier
bekend werd, zoowel bij het gemeentebestuur
en in rechterlijke kringen als bij organisaties
en particulieren groote vreugde geheerscht
heeft.
De vlaggen uit.
Van de torens en het Stadhuis wapperden
hedenmorgen de vlaggen als symbool van de
algemeene voldoening en de blijdschap der
Alkmaarsche ingezetenen.
Weldra werd dit goede voorbeeld door
particulieren gevolgd. De Vereeniging van
Langestraat-winkeliers nam het initiatief,
vele officiëele en half-officiëele instellingen en
tal van partculieren heschen, onder de vroo
lijke k'anken van het carillon, de driekleur
naar buiten en een vreemdeling, die toevallig
onze stad bezocht zal zich verwonderd afge
vraagd hebben welk nationaal of Alkmaars
feest hier gevierd werd.
We hebben den burgemeester, den presi
dent van de rechtbank, den deken van advo
caten en mr. Leesberg als de advocaat, die
zich in deze zaak bijzonder verdienstelijk
heeft gemaakt, gevraagd, in onze courant
met een kort woord hun indruk van 's minis
ters beslissing te wil'en geven.
Wij laten, wat zij ons mededeelden, hier
onder volgen:
De opinie van den burgemeester
De burgemeester, dien wij over het vreugde
volle feit om een onderhoud verzochten, was
daartoe onmiddellijk bereid.
Zooals men zich kan voorstellen troffen wij
hem in een vroolijke stemming.
Het feit, dat de minister, aldus mr. Wende-
laar, de opheffing van de Alkmaarsche
rechtbank heeft teruggenomen, lijkt mij een
triomf van de argumenten. Er zijn inderdaad
door zoo velen, die bij de zaak betrokken
waren, zoo krachtige argumenten naar voren
gebracht, welke pleiten voor het behoud van
de Alkmaarsche rechtbank, dat» zelfs de
grootste bezuinigingen het daartegen zouden
hebben moeten afleggen.
Men heeft van Alkmaar uit steeds de op
heffing bestreden met argumenten ontleend
aan het be'ang van een goede justitie voor de
bewoners van deze streek, maar nu het pleit
beslecht is mogen wij er gerust voor uit
komen, dat wij tot het houden van die rede
neeringen in de eerste plaats gebracht zijn
door de liefde voor onze stad, want de ophef
fing van de rechtbank zou hebben beteekend
een aanslag op het leven der stad zelf.
Het spreekt dan ook vanzelf, dat heden de
vlag van onze torens waait, ten teeken van
de vreugde van de gansche burgerij, over
het behoud van onze rechtbank. Maar het is
niet alleen een groot belang voor óe stad
A kmaar, doch ook voor de geheele streek in
de omgeving van Alkmaar, zooals nu een
maal de belangen van Alkmaar en omstreken
steeds weer onverbrekelijk aan elkander ver
bonden zijn en onze vreugde uier in de stad
wordt dus wel degelijk ook mede veroorzaakt
door onze vreugde voor de g rnsche omge
ving.
In de eerste plaats verheugons het behoud
voor allen wier werkzaamheden aan de recht
bank verbonden zijn Voor de rechterlijke
macht dus, voor de advocaten en het verdere
personeel van de rechtbank, maar vervolgens
ook voor allen in de burgerij die wel eens met
de rechtbank in aanraking komen. En laat
men niet te gauw zeggen: „dat is alleen mijn
buurman". Gij weet nog niet of gij morgen
ook niet zelf op de een of andere manier met
den rechter in aanraking zult komen. Het
Hodie mihi cras tibi, heden ik morgen gij.
kan evengoed het opschrift voor een recht
bank als voor een begraafplaats rijn.
Vreugde in het gebouw van
Justitie.
De vreugde over het behoud van de Alk
maarsche rechtbank kwam, eveneens door het
uitstekend van de driekleur, in het gerechts
gebouw tot uiting
De leden van de rechterlijke macht, alsmede
het personeel van de rechtbank, verkeerden in
feeststemming, over het feit, dat ten tweede
male in onze historie een aanslag op de
Alkmaarsche rechttrnk is afgeslagen.
De president, mr. Holstein, dien wij hier
over spraken, volstond met de verklaring,
dat ook hem dit regeeringrbes'uit groote vol
doening verschaft en te wijzen op de drie
kleur uit het pebouw. waardoor deze voldoe
ning tot uiting is gekomen.
Ook voor de justitiabelen in onze streek
achtte mr. Holstein de intrekking van van het
voorstel tot opheffing van de Alkmaarsche
rechtbank van groote beteekenis.
Een woord van den deken van
de orde van advocaten.
De deken van de orde van advocaten, mr.
W. C Bosman, schrijft ons:
Wij wenschen Alkmaar met dit wijs besluit
van de regeering geluk. De opheffing van de
rechtbank hier zou een fout geweest zijn;
een fout, die zoo duidelijk is aangetoond in
het verslag der Tweede Kamer, dat de re
geering gezwicht is en zich tot „concessies"
bereid heeft verklaard. Het voorstel tot op
heffing van de rechtbanken te Alkmaar, Al
melo en Roermond heeft de minister terugge
nomen. Gewicht in de schaal heeft gelegd,
zegt de minister, dat het niet geheel zeker is
dat niet de rechtbank te Haarlem zou worden
opgeheven in stede van die te Alkmaar wan
neer financieele overwegingen de opheffing
van een van beide rechtbanken noodzakelijk
zouden maken.
Dit alles is betoogd in de verschillende
adressen, die van hier uit door het stedelijk
béstuur, de Orde van Advocaten, de Kamer
van Koophandel, den Industrieelen en Han
deldrijvenden Middenstand en anderen tot
de regeering en leden van de Staten Generaal
zijn gericht. In het voorloopig verslag der
Tweede Kamer zijn deze argumenten over
genomen en is de doeltreffendheid daarvan
erkend.
Wij mogen hierop de aandacht vestigen,
omdat de strijd, die gestreden is, naar onze
meening de positie van de Alkmaarsche recht
bank als onmisbaar centrum van het noorden
van Noordholland heeft versterkt.
Voor onze stad is deze beslissing van
groot belang, en niet ten onrechte wapperde
vandaag de driekleur van de officieele ge
bouwen en van de woningen van vele advo
caten.
De rechtspraak is het symbool van gezag
bij uitnemendheid. Hier vindt Noordhollands
Noorderkwartier zijn forum. Het zou eene
degradatie van de stad onzer inwonin» ge
weest zijn, als dat forum was weggenomen
Nu dat gevaar voorbij is past het ons
uiting te geven aan ons gevoel van groote
voldoening. Ook om hulde te brengen aan de
mannen, die zich hebben ingespannen om dit
doel te bereiken.
Gelukkig is de Victorie ook ditmaal van
Alkmaar begonnen.
Het oordeel van mr. Leesberg
M r. Leesberg, die in den strijd voor
het behoud van de rechtbank uitnemend werk
heeft verricht, verklaarde ons eveneens in
hooge mate verheugd te zijn over dit regec-
ringsbesluit.
Niet minder dan 30 advocaten, staan als
leden bij de Alkmaarsche balie, aldus Mr.
Leesberg, ingeschreven. De meesten hiervan
wonen in Alkmaar, waardoor reeds vast
staat, dat door de opheffing van de recht
bank het economische leven van Alkmaar in
hooge mate zou worden benadeeld.
Van groote beteekenis oordeelde Mr. Lees
berg het feit, dat de minister het voorstel tol
opheffing mede intrekt, omdat niet duidelijk
was gebleken, dat de opheffing van de Alk
maarsche rechtbank boven die van de Haar
lemsche de voorkeur verdient.
Voor hem was dit een waarborg, dat de
regeering. wanneer ze een volgend maal, ge
drongen door den financieelen toestand des
lands, toch nog met voorstellen zal komen
om nog eenige rechtbanken op te heffen,
zal begrijpen, dat dit met het oog op het
eigen karakter van den kop van Noordhol
land en de ligging van t 'kmaar in het een
trum daarvan, niet de Alkmaarsche recht
bank moet zijn.
Den Haag, 8 December 1932
De 1 weede Kamer is Leden eindelijk gereed
gekomen met de behandeling van de Begrt o-
ting voor Binnenlandsche Zaken 1933. zij het
ook op zulk een laat namiddaguur, dat de
voorzitter zich genoouzaakt zag het aan-
vangsoogenblik voor de avondvergadering,
waarop de begrooting van Arbeid verder zal
worden behandeld, op half negen te stellen.
Het grootste deel van de middagvergade-
ring is gewijd geweest aan de verdere be
handeling van de afdeeling Volksgezondheid,
waaronder zoowel de subsidies voor kinder
verzorging en bestrijding van ziekten vallen
als de zorg voor de Volkshuisvesting, de
Drankwet en de Drinkwatervoorziening.
Bij het eerstgenoemde punt waren in de
vorige vergadering twee moties ingediend:
een van mevr. De Vries—Bruins (s. d.
a- P-) gericht tegen een vermindering van het
voorgestelde bedrag der subsidiën tot be
strijding der tuberculose (in dien geest ver
anderde zij de oorspronkelijk eenigszins an
ders luidende redactie van haar motie), en
een van dr. Vos (lib.) om het vroegere sub
sidie van 3500 voor de malariabestrijding
in Noord-Holland wedei op de begrooting te
brengen.
Het aantal sprekers bij deze afdeeling is
weder eerbiedwaardig groot geweest, zoo
dat het niet te verwonderen valt, dat er wel
eens herhalingen werden vernomen. Van vele
zijden is geprotesteerd tegen de algemeene
verlaging met 25 pCt. van de subsidies voor
kinderhygiëne, tuberculosebestrijding en be
strijding van geslachtsziekten. Wat dit laatste
punt betreft maakte een uitzondering de heer
Zandt (st. ger.) die, wanneer we hem goed
hebben verstaan, ondanks zijn doffe stem en
het rumoer in de Kamer, meende dat het niet
aanging aldus de zonde in bescherming te
nemen
Met nadruk heeft in het bijzonder de heer
Ketelaar (v. d.) verzet aangeteekend te
gen de verlaging van de subsidies voor kin-
deruitzending en wij meenden goed te hoo-
ren, dat hij een motie indiende, waarbij ver
zocht werd alsnog bij suppletoire begroo
ting de noodige gelden voor de kinderuit
zending aan te vragen. Wat er met deze motie
is gebeuid, is ons niet duidelijk geworden
de Kamer was trouwens tamelijk onrustig vn
stemming we hebben haar niet hooren
terug nemen, ze is niet aangehouden, maar
van een stemming er over heboen we ook
niets bespeurd.
In de tweede plaats is lang en breed ge
sproken over den woningbouw en den steun
door de overheid daaraan verleend. De heer
L a n g m a n (c. h.) vroeg ontlasting van de
gemeenten van de kosten van woningbouw.
De heer Kupers (s. d. a. p.) klaagde over
te hooge huren van arbeiderswoningen, zoo
dat hij zelfs aandrong op wederinvoering
van de Huurwetten Ook keurde hij af. dat de
regeering invloed heeft geoefend op de ver
laging van de loonen der bouwvakarbeiders.
Daartegenover zette piot. Van der Bilt
(lib.) uiteen, dat de regeering groot gelijk
heeft gehad te bevorderen, dat bedoelde loo
nen verlaagd werden, daar zij abnormaal
hoog waren. Nu nog wordt door Haagsche
stucadoors een weekloon gemaakt van f 70
De heer S m e e n k (a rdrong er in het
bijzonder op aan, dat de regeering niet lan
ger zou vasthouden aan de vergoeding van
6 rente voor de zoogenaamde oude wo-
ningbouwvoorschotten. terwijl zij zelve tegen
lager rente geld kan krijgen
Minister R u y s heeft tot toelichting van
zijn beleid een uitvoerige rede gehouden,
waarbij hij uit den aard der zaak nadruk
legde op den nood der tijden, welke hem oa
dwong om geen verdere subsidie te verkenen
aan de malariabestrijding Indien evenwel op
de uitgetrokken subsidies een batig saldo zou
overblijven, dan verklaarde hij zich bereid aan
de malariabestrijding te denken Wat den steun
aan kinderuitzending Detreft, de minister
had daarop bezuinigd ter wille van de zorg
vooi de kinderhygiëne, welke z.i. harder be
hoefte had aan hulp. Gelukkig is alles goed-
kooper geworden, zooiat de kosten van uit
zending allicht zullen medevallen Intusschen
wanneer er gunstige keer in de zaken mocht
komen, was de bewindsman bereid nog met
een suppletoire begiooting te komen, zoodat
hij de motie van den heer Ketelaar overbodig
vond.
Var. huurwetten wilde de minister niets
weten, de tijden zijn ook geheel anders dan
toen zij destijds wèl noodig waren. De regee
ring blijft bereid, waar noodig, voorschotten
voor den bouw van goedkoope woningen toe
te kennen en den bouw van woningen voor
groote gezinnen in samenwerking met de ge
nieenten te bevorderen Nu de bouwkosten
dalen ook door de veri^ging van loonen in
de bouwvakken, valt daar weder aan te den
ken. Jammer alleen, dat hier en daar de bouw
vakarbeiders trachten de tarieven boven de
contractloonen op te voeren.
De rente voor de oude bouwvoorschotten
kan niet beneden de 6 dalen De regeering
verdient er niets aan en legt er veeleer op toe
Huurverlaging zou er toch niet het gevolg
van zijn. De thans verstrekte voorschotten
van 5 hebben wel dat goede gevolg. Aan
den heer V a n d e n B e r g h (s. d. a. p.), die
op een wijziging van de Woningwet had aan
gedrongen zoodat de gemeenten de bevoegd
heid zouden krijgen de publiekrechtelijke be
palingen der wet nadei aan te vullen met
privaatrechtelijke voorwaarden, antwoordde
de minister met een uitvoerige uiteenzetting,
dat zulks in strijd zou zijn met den aard der
wet en dat de regeering zorgvuldig wenscht
te zorgen, dat aan dit karakter niet wordt
getornd.
Minister R u y s heeft aan het slot van zijn
rede een uitvoerige uiteenzetting gegeven ten
betooge, hoe goed het gesteld is met onze
algemeene volksgezondheid Op de verzor
ging er van is met een bloedend hart be
snoeid moeten worden tei wille van de hand
having van de koopkracht van ons geld maar
we mogen met voldoening constateeren dat
in geen land van Europa de volksgezondheid
zoo goed is als in Nederland. In navolging
van dr. Vos sprak de minister van een epi
demie van volksgezondheid en met een gan
sche reeks van cijfers zette hij uiteen, dat ver
geleken met vroeger jaren de hygiënische toe
stand ten onzent nog nooit zoo gunstig is
geweest. En wanneer er dan op de zorg voor
de handhaving van dien gunstigen toestand
is bezuinigd moeten worden, dan verlieze
men niet uit het oog, dat we ook thans nog
meer er aan te koste leggen dan luttele jaren
geleden en dat de inkrimping der uitgaven
van slechts tijdelijken aard is.
Bij de na enkele replieken gehouden stem
ming zijn vervolgens verworpen de motie-De
VriesBruins met 40 tegen 39 stemmen, de
motie-Vos met 47 tegen 37 stemmen. Wat er
verder verhandeld is, vermelden we slechts
met een enkel woord. Tegenover den heer
Braat (plattel.) heeft de minister de subsi-
dieering van den destructor te Overschie ver
dedigd. De heer Kersten (st. ger) h^eft
geprotesteerd tegen de verplichte aansluiting
ten plattelande aan de waterleiding, de heer
Boon (lib.) heeft gewezen op misbruiken
bij de uitvoering van de Drankwet enz
De begrooting is ten slotte zonder stem
ming aangenomen.
DE VIJFMOGENDHEDEN-
CONFERENTIE.
Duitschland's eisch inzake
gelijkgerechtigdheid.
Wat is gelijkgerechtigdheid?
De vijfmogendheden-conferentie duurt
voort. Gisteren heeft men zich bezig kunnen
houden met de bestudeerin°; van twee punten,
die de Duitsche gedelegeerde ter tafel had ge
bracht. Deze gedelegeerde verlangde ophelde
ring van de twee volgende punten:
1. Zal het beginsel van de gelijkgerechtigd
heid in de komende ontwapeningsovereen
komst in ieder opzicht practische toepassing
vinden en zal het in overeenstemming daar
mee het uitgangspunt vormen voor de onder
handelingen ter ontwapeningsconferentie ten
opzichte van de ontwapende staten?
2. Sluit de clausule in de Fransche formu
leering, „het systeem, dat veiligheid voor
alle naties zou brengen", ook dat element
van veiligheid in, dat in een algemeene ont
wapening ligt, zooals dat op een vroegere
vergadering van de Assemblée is erkend?
Deze beide vragen waren schriftelijk ge
formuleerd en zijn door von Neurath'in het
Engelsch voorgelezen. Er volgde geen debat.
De vertegenwoordigers der andere mogend
heden verklaarden, de Duitsche vragen thans
aan een uitgebreid onderzoek te moeten on
derwerpen en dat zij vermoedelijk in de zit
ting van Vrijdag hun standpunt zouden be
kend maken. Paul Boncour verklaarde boven
dien, dat Herriot de gelijkgerechtigdheids-
formule persoonlijk had opgesteld en dat hij
derhalve het bepalen van een standpunt no
pens de Duitsche vragen aan den minister
president moest overlaten.
Daarna lichtte von Neurath de vragen
mondeling toe. In verband met de eerste
vraag zeide hij, dat de uiting in de Fransche
formule, dat de gelijkgerechtigdheid een der
doelen der ontwapeningsconferentie moest
zijn, tot misverstand aanleiding kon geven.
Daarmede wordt alleen een grondregel opge
steld, maar geen garantie voor een volledige
uitwerking van deze grondregels in alle pro
blemen van ontwapening. Het is voor hem
van groot belang, duidelijk te weten, dat de
ontwapeningsconverentie in deze practische
toepassing voorziet. Daarom is het noodzake
lijk, dat bij de besprekingen de gelijkgerech
tigdheid tot uitgangspunt wordt genomen.
Zoolang deze vraag niet positief is beant
woord, heeft het deelnemen van Duitschland
aan de conferentie geenerlei waarde en doel.
Want de Duitsche gedelegeerden zouden
nooit weten, of de ter conferentie bereikte
oplossingen ook voor Duitschland zouden
gelden.
Ten opzichte van de tweede vraag verklaar
de von Neutrath. dat zij niet verkeerd kon
worden uitgelegd. Hij neemt aan. dat de in
de verklaring van Herriot vermelde veil'g-
heid ook die veiligheid omvat, die dpor een
algemeene ontwapening zou worden be
werkt, maar hij wil een uitdr,<u:e]ij|ten be-