VAN SPIONNEN EN SPIONNOGE
VOOR DE KLEINTJES
SCHOONMAAK
REBUS.
ZWITSERSCHE
EM
Raadselhoekge
BIJ ONGELUK.
v
T,nr! u" gewaarschuwd, dat twee '..ans-
nmohepen ..dienzelfden avond Southampton
uur zouden verlaten. De ambtenaar
zprtf,, den groots'en ernst deze uiteen-
ng aan, en noemde het ffeval zeer bc-
gekkend Wat den aSr-jaTer op
sP'Orwenun groote verrukking bracht; die
deelrif' anjbtenaar hem kalm mede-
hoort
1, M(jn geheel vormt een bekend
tijd'
derkwartier was een voorstel tot wijziging
van de overeenkomst tot overdracht van de
weg ai deLNollen ingekomen.
Op voorstel van B. en W. besloot de raad
deze wijziging te aanvaarden.
Y?n den heer S. Breeuwsma was 'n»6"
komen een verzoek om vergoeoing voor zijn
drie kieren, die de Christelijke school te
Alkmaar bezoeken.
De raad besloot 30 per jaar per kind te
vergoeden.
Op verzoek van het P K schoolbestuur om
een voorschot van 4000 over 1033 werd be
sloten dit bedrag in 4 termijnen te ver-
Een schrijven van Heemschut, inhoudende
het verzoek een kleine subsidie te verleenen,
werd voor kennisgeving aangenomen.
De voorzitter deelde mede, dat de heeren
C. Klerk en J. Blom die achtereenvolgens tot
raadslid waren benoemd in de vacature-
Schardam. voor de benoeming hebben be
dankt. Thans is nenoemd de heer E Scher-
merhorn. van wien nog geen beslissing is
orttvangen.
In behandeling kwam een srhrijven van
Gebr. de Boer, met het verzoek om onthef
fing van de verniicht'ng tot hel betalen van
f 300 wegens nieuwbouw van een woning
aan der. Frieschen weg.
B. en W. stelden voor. dit bedrag te hand
haven. ter compensatie voor aan te leggen
rloleering. het geld wordt dan tot het tijd
stip," dat het noodig is, rentegevend belegd
op de boerenleenbank.
De beer Leering en Jongebloed wenschten
aan het verzoek van adressanten te voldoen.
De heer de Boer meende, dit te moeten
ontraden, omdat er nog plannen bestaan tot
bouw van eenige panden aan den Frieschen
weg, waarvoor dan eveneens ontheffing zou
verleend moeten worden.
Het voorstel van B. en W. fot niet-inwilli-
iging van het verzoek werd aangenomen.
Een voorstel van B en W. tot verlenging
met 1 jaar van den termijn fot ontruiming
van een onbewoonbaar verklaarde woning,
werd aangenomen.
Van het Provinciaal Electrisch Bedrijf was
een schrijven ontvangen met de met de mede-
deeling, dat de maximale belasting van
120 tot 100 per K W. is verlaagd.
Naar aanleiding van dit besluit stelden B.
en W voor. den stroomprijs van de eerste
60 K W U. met 2 ct. te verlagen
Dit werd aangenomen.
B. en W. stelden voor. het berijden van
den Achterweg bij politieverordening te ver
bieden daar de weg door zandauto's wordt
vermeld.
De heer Leering was van meening, dat het
zandrijden wel spoedig gedaan zal zijn. Hij
stelde voor. het voorloopig toe te laten en den
weg te verbeteren, als het zandrijden gedaan
is.
Aldus besloten.
Daarna werden de leden van het stem
bureau en hun plaatsvervangers gekozen
Hierna sluiting.
(Tweede serie)
Tegenwoordigheid van geest in de
spionnage.
Hij of zij, die zenuwachtig is aangelegd,
moet nooit bij den Spionnagedienst gaan.
Want, al gaat het daarbij geenszins toe, zoo
als romans van Oppenheim, van Wallace en
anderen ons willen doen gelooven, het on
verwachte gebeurt toch bij voorkeur en wat
men verwacht gebeurt zelden of nooit. Een
groote tegenwoordigheid van geest is noodig
om aan alle, ook de meest onverwachte ge
beurtenissen het hoofd te bieden; een bij
kans onverstoorbaar gelaat is noodig ten
einde datgene wat innerlijk in den spion om
gaat, niet naar buiten te doen vermoeden.
Ook niet, wanneer het humoristisch is.
Wanneer Bywather en Ferrabv uit eigen
ervaring spreken over hun herinneringen aan
den geheimen dienst van de Britsche Admi
raliteit, brengen zij zich het geval te binnen
van den amateur-jager op spionnen, die bij
voorkeur de z.g.n. kleine advertenties in de
groote Engelsche bladen bestudeerde. En nu
staat wel vast, dat verschillende advertentie
rubrieken niet alleen bij den misdaad, maar
ook bij de spionnage dikwerf van dienst zijn
geweest. Het is natuurlijk niet zoo moeilijk
om een enkelen keer in den vorm eener ad
vertentie een boodschap over te brengen, die
in geheime taal is vervat en dus slechts voor
den ontvanger de juiste beteekenis heeft. Zou
dit echter veelal gebeuren, dan zou de code
allicht worden doorzien, en dan zou boven
dien eenzelfde persoon zich te veel bij de bu
reau* van dezelfde bladen dienen aan te
melden. Vandaar, dat de geheime dienst van
de Admiraliteit dan ook eenigszins sceptisch
stond tegenover de brieven, die men geregeld
ontving van den amateurjager op spionnen,
oie met een nimmer ophoudende woede de
f X^ent'erubrieken doorworstelde. Aanvan-
,e 'J* werden deze brieven stuk voor stus,
larf/?3- *>ij een aantal tegelijk en op het
■rf.a V!] €t geheel niet meer beantwoord
'.f f, stroom zoo groot werd, dat de bs-
tretiende ambtenaar toch niet anders kon
besluiten dan om den schrijver dezer brie-
-L5611 onderhoud uit te noodigen. Dat
g c edde, en l°en toonde deze een adver
tentie, aldus luidende: Marie, ik ben bedroefd
fen" m if. den e^enboom te hebben gekof-
Martha. De amateur-jager cp soionnen
a bef geheimschrift reeds uitgevonden,
r'i ,y'st- d.at deze advertentie beteeken-
na'ai ^uitsche onderzeeër in het Ka-
pr efknnr aCZe advertent'e als een soort
Daaron «"a zelf vvas geplaatst.
bSSK de man' d'e ,n elke advertentie het
en vermf "aff-'i°'j*b°os weggeloopen
nog dTt J hf heden ten
AtIirh1tnambte,"a5en van den geheimen
''Chtzinnige lieden waren.
Fa« ncucii waren.
beuSe nlf va,adat dpnzelfden dienst ge-
Du iErL i fmmder vermakelijk. Aan de
ren dar ite XVashlr'gton, die in de ja-
a^Z?ia °nziidi^ -in den oorlog
van zich heeft doen spreken
op het gebied van spionnage en vernietiging
van fabrieken, die ten bate van de geallieer
den werkten, werd een nieuw persoon ver
bonden. Men volgde zijn gangen gelijk die
van anderen, doch merkte op, dat de man
veel sprak, doch weinig deed, dus ook weinig
gevaarlijk was. Op een gegeven oogenblik
echter was hij verdwenen, en hij was een
voudig niet meer terug te vinden. Korten tijd
daarna landde in een der Engelsche havens
een onzijdig koopvaardijschip. De passagiers
werden op de gebruikelijke wijze onder
vraagd, en onder hen ook de Amerikaan,
wiens papieren even Amerikaansch waren
als zijn kleeding en aan wiens uiterlijk niets
bijzonders op te merken viel. Toch meende de
dienstdoende officier te bemerken, dat de
man, getooid met een groote uilenbril, moeite
had met de glazen van die bril. Gedeeltelijk
uit wantrouwen, gedeeltelijk ook uit gewone
beleefdheid, begon hij een praatje over 's
mans oogen, over de scherpte van zijn bril
en wat dies meer zij, hetgeen den reiziger al
meer en meer in verwarring bracht. Er was
toen aanleiding om hem mede naar het bu
reau van den chef te nemen, en daar kwam,
na een kort onderzoek, uit, dat hij de gezoch
te Duitsche ambtenaar van het Gezantschap
te VI ashington was. Spionnage kon hem niet
ten laste worden gelegd, want hij had nau
welijks den Engelschen bodem betreden, en
zelfs spionnage in Amerika viel tegen hen
niet te bewijzen, dus werd hij in een concen
tratiekamp gebracht tot aan het einde van
den oorlog. Maar reeds lang voor dien tijd
waren de Engelsche autoriteiten er achter
gekomen, toen papieren van Graaf Bernstorff
in hun handen vielen, dat deze man daarom
op de terugreis was. wijl hij als ongeschikt
voor zijn dienst door de legatie zelve was te
ruggezonden
En vermakelijk om de psychologie van het
geval is zeker de wijze, waarop een zoo ge
zegd neutraal in de Engelsche val liep. Het
was een persoon, die zich neutraal noemde,
maar tegen wien, zonder dat men het bewij
zen kon, het vermoeden bestond, dat hij van
Duitschen oorsprong en wellicht van Duit
sche nationaliteit was. Hij had zich in een
neutraal land gevestigd, oefende daar voor
het uiterlijk een zeer onschuldige broodwin
ning uit, doch liet zich tal van malen in met
lieden, die men niet nader kon indentificee-
ren, maar waartegen ook alweer verdenking
bestond. Dat deed alles weinig ter zake, tot
dat men op een goeden dag vernam, dat de
man het voornemen had Engeland te bezoe
ken. Hii meldde zich bij het Engelsch consu
laat met een paspoort aan dat in orde was;
hij verkreeg zijn visum, en de inlichtingen
van den geheimen dienst stelden den chef in
staat om precies te vernemen wanneer en
met welken trein hij zou aankomen. De chef
posteerde zich in 'n wachtkamer in het sta
tion, en alle reizigers moesten langzaam
gaan om een, anders niet vereischte, maar
voor ditmaal ingestelde controle op hun pas
poorten te ondergaan. Ook de zoogezegde
neutraal kwam binnen. Terwijl de onderge
schikten van den chef zijn paspoort nazagen,
stond de neutraal er met de handen in de
zakken bij. Dit bracht den chef eensklaps op
den psychologischen inval om dezen zooge
zegden neutraal in het Duitsch toe te snau
wen, of hij niet, wanneer hij voor zijn meer
dere stond, de houding kon aannemen! En
toen was er de ongewilde reflex, die door het
onverwachte kon worden opgewekt; de man
nam de handen uit de zakken, stond een on
deelbaar oogenblik in de houding om toen te
begrijpen hoezeer hij zich in de kaart had
laten zien. Maar het was te laat, want daar
na was het onderzoek tegen hem gemakkelijk.
Hij mocht van geluk spreken, dat geen enkel
bezwarend papier op hem werd gevonden;
dat hij gesnapt was reeds bij het betreden
van het grondgebied, want daardoor kon hij
niet als spion, doch slechts als ongewenscht
vreemdeling worden behandeld en bracht hij
den verderen tijd van den oorlog in een con
centratiekamp door.
Het Zwitsersch grondgebied was in den
oorlogstijd bewoond door velen, wier werk
zaamheden van twijfelachtigen aard waren.
Er hielden zich in Zwitserland tal van spion
nen van .de verschillende oorlogvoerende lan
den op; in den regel waren zij bekend bij de
leden van de contra-spionnage van de andere
zijde; hun gangen werden wederzijds nage
gaan, en er behoorde groote geslepenheid en
listigheid toe om iets te volbrengen wat aan
de andere zijde niet reeds werd geweten. Er
waren er ook in Zwitserland, die de pacifis
tische gedachte waren toegedaan, en aie zien
daar hadden gevestigd teneinde in verbin
ding te kunnen treden met de beide partijen,
rechtstreeks vanuit het Zwitsersch grondge
bied te bereiken. Maar er waren ook vreem
delingen, die men niet thuis kon brengen, en
dat waren in den regel de meest verdachte.
Zelfs, en wellicht in de eerste plaats verdacht
voor de Zwitsersche politie. Niet ieder was
zoo openhartig als een Engelschman, die op
een vraag van zijn buurdame aan de table
d'hóte in een hotel te Luzern, kalm opmerk
te: Maar ik ben een spion. Velen daarente
gen waren er, die naar verschillende zijden
hun diensten verleenden. Er waren z.g.n. va-
derlandsloozen, zij die tengevolge van poli
tieke omstandigheden geen eigenlijk va
derland hadden. Dat had in normale tijden
weinig te beteekenen, maar toen de oorlog
kwam en toen paspoorten e.d. papieren moes
ten worden verleend, kwamen deze lieden
in moeilijke gevallen te verkeeren. Reeds uit
dien hoofde gaven zij er menigmaal de voor
keur aan om in dienst van een der oorlog
voerende partijen te treden, die zij dan zoo
goed mogelijk dieHden, om intusschen, zon
der eenig gewetensbezwaar, den volgenden
keer de andere zijde op gelijke wijze van
dienst te zijn. Tragisch is het geval van het
schijnbaar vredige echtpaar, dat te Luzern
in een klein hotel vertoefde. De man was En
gelschman van geboorte; de vrouw Duitsche,
en haar wil zegevierde in alle gevallen,
waarin het echtpaar het niet volkomen eens
was. Zoo had de man zich er toe laten
brengen om agent te worden in dienst van
de Duitschers. Van voormalige vrienden ui»
Engeland kreeg hij dikwerf belangrijke be
richten, die hij op kundige wijze naar
Duitschland overbracht, zonder dat geallieer
de contra-spionnage erin kon slagen te we
ten op welke wijze. Totdat een bijzondere
agent vanuit Londen werd gezonden om het
vertrouwen van het echtpaar te winnen en
zoodoende te bereiken wat totdusver niet be
reikt had kunnen worden. Deze slaagde;
lange wandelingen maakte hij met het echt
zocht e en
gave honden
paar in de omstreken van Luzern, en onge
wild was hi, er oorzaak van, dat de man de
noodzakelijkheid gevoelde zich naar Enge
land te begeven. Dat was zijn laatste reis,
want daar was men gewaarschuwd, en on
middellijk na zijn aankomst werd hij in hech
tenis genomen. E>e beschrijving van de vrouw
die eiken dag ging naar het postkantoor om
nieuws van naar man te vernemen, nieuws
dat uitbleef en dat uitblijven moest, is een
stukje oorlogstragiek op zichzelf.
Merkwaardig is het ook te vernemen hoe
somwijlen de diensten van eenzelfde land el
kander tegenwerkten. Er was geen al te
groote overeenstemming tusschen den gehei
men dienst van het Engelsche leger en van
de Engelsche vloot. Nu gebeurde het op een
tijdstip, dat de geheime maritieme dienst er
voordeel in zag om in Duitschland op ge
schikte wijze het bericht te verspreiden, dat
een aanval van de Engelsche vloot op de
Duitsche kusten in het voornemen la^. De
Engelsche spionnen in neutrale en vi'ande-
lijke landen werden belast met de taak om
dit bericht z.g.n. tegen te spreken, terwijl te-
zelfder tijd in Portsmouth, Dover en andere
maritieme basis z.g.n. oefeningen werden ge
houden, die het bericht bevestigden. In deze
omstandigheden valt het niet te verwonde
ren, dat de goed georganiseerde Duitsche
spionnagedienst in den val liep, en dat, ten
einde de Duitsche kusten te beschermen, aan
het Vlaamsche front troepen werden ont
trokken, die men daar eigenlijk hard noodig
had. Zoodoende bereikte de geheime dienst
der Admiraliteit zijn doel, maar hoe groot
was niet de verwondering toen men vernam,
dat dit aan de Engelsche troepenmacht wei
nig tot voordeel was gekomen, wijl deze te-
zelfder tijd was verzwakt. De geheime dienst
van het Engelsche leger toch, die zijn eigen
agenten in Duitschland had, was evenals de
Ehiitsche spionnagedienst in de val geloo-
pen. De agenten hadden de Duitsche voorbe
reidingen in de havens en elders gezien, en
waren op de gedachte gekomen, die van
Duitsche zijde niet werd tegengesproken, om
dat daarvoor geen reden was, dat wellicht
de Duitsche vloot, hoezeer ook in de minder
heid. een wanhoopspoging zou wagen tegen
de Engelsche kusten Daardoor werden En
gelsche contingenten naar Engeland terug
geroepen, waardoor vanzelfsprekend ae
Duitschers zich weer In handen konden wrij
ven. Zoo kostte deze, door gebrek aan samen
werking slecht uitgewerkte mystificatie
slechts aan de belastingbetalers een deel
hunner goede penningen.
Xcovmcloal Tlieiuos
GRAFT.
In het tijdvak van 29 Januari tot en met
25 Febr. 1933 werd te Graft aan geldelijken
steun aan werkloozen uitgekeerd een bedrag
van 319.79.
URSEM.
Het aantal kiezers op de kiezerslijst
voor 1933—1934 bedraagt voor de Kamer
645, Staten 642 en gemeente 626.
Dank zij de medewerking van het ge
meentebestuur van Ursem zijn wederom een
10-tal gehuwde werkloozen tewerkgesteld.
In samenwerking met het waterschap De
Beemster zal een gedeelte van de Ringvaart
uitgediept worden ter verbetering van de
vaargeul.
De dezer dagen gehouden verkoop van
bloemetjes ten bate van het plaatselijk crisis
comité heeft /18.20 opgebracht.
HEILOO.
Ingekomen personen.
J. C. Borst en gezin, RK., van Alkmaar.
Wed R. LekLeegwater, N.H., van
Amsterdam. Mej G. Schiefelbein, H A.
van Weesp. T. Hoekstra, NHvan
Delft. M. van Veen, R Kvan Aker
sloot Mej. E Loos, R K, van Heer-
hugowaard. Mej. J- Doolaard, N H
van Bloemendaal. R. Roos en gezin,
door
C. E. DE LILLE HOGERWAARD
Schoonmaak ls 't in Poesenland
En geen poes blijft in haar mand!
Ieder poesje, groot en klein,
Wil nu ijv'rfg bezig zijn.
Of er werk is? Nu, genoeg!
Was daar één zoo dom, die vroeg?
Schrobben, vegen, boenen, fijn!
Alles moet toch netjes zijn!
't Heele huis wordt opgeknapt
Zelfs de kleinste ruit gelapt
En het einde van de pret?
Moeder heeft iets klaar gezet:
'n Groote kom inet melk. Hoezee!
Ieder poesje smult graag mee,
Denkt: Lang leev' de schoonmaak',
Als Moes zóó trakteert er voor!
(Nadruk verboden).
(Nadruk verbrden).
N.H., van Texel. J. C. de Waard, R K
van Oterleek. Mej. C. A. Stoutjesdijk,
NH., van Alkmaar. T. de Vlugt en ge
zin, N.H., van Nieuwer-Amstel. M J.
Roggeveen en gezin, geen, van Alkmaar.
A. H Musen, R K, van Berge.' (N,.-H
H. G. F. Rode en gezin, geen, van
Alkmaar.
Vertrokken personen.
Mej. G Mantel naar Enkhuizen. C.
Dodeman en gezin naar Amsterdam.
Mej. A. Kabel naar Alkmaar. F Da-
men naar 's-Gravenhage. P Floris
naar Alkmaar. Wed. M. Takken—
Perrey en dr. naar Avenhorn Wed. C.
A. van BeekStorm naar 's-Gravenhage.
L. van Veen naar Castricum. Mej.
G. Ruiter naar Hoorn. Mej. A. M Mar-
tens naar Arasterdam. Mej M. A. Sen-
gers naar Alkmaar. J. A. Sengers
naar Alkmaar. Mej. A. Kirderf naar
Duitschland. Mej. A. Feeke r.aar As
sendelft. C. H L. Pollé naar Amster
dam. Mej. T P. Bakker naar Koog
a. d. Zaan. G. Wolvers naar Eergen
(N-H.) Mej. C. van ^Zandwijk naar I en
Helder. J. Levering naar Egmondbin-
nen. P Veerman naar Avenhorn.
Mej. G. J. Bakker naar Castricum.
Mej. A. Meder naar 's-Gravenhage.
A. C. Gottschalk en gezin naa- Alk
maar. Mej. M J. Ursem naar Heer-
hugowaard. Mej. M. Koning naar
Westwoud.
Oplossingen der raedsels uit het
vorige nummer.
Voor grooteren.
1. T Toovenaar.
b o 1
s t o rm
vetvlek
Toovenaar
vlinder
baars
kam
r
2. Karbonade. Boor, den, kar, Baarn,
dok.
3. Tante wilde graag rammelaars op
zicht hebben. (Agram).
Och, Piet, heb één oogenblik geduld!
(Thebe).
Hij laat hen een kwartier aan hun
lot over. (Athene).
Ik kwam ln den laatsten wagen toch
nog mee. (Minden en Gent)
4. Rat, elratel.
Voor kleineren.
1. Mug, vlug.
3. Mantel,
h am e r
kraai
lente
me ter
Breda
atlas
4. Dom oor domoor.
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
spreekwoord, dat met 22 letters ol
7 woorden geschreven wordt.
13, 4, 14, 1, 2, 14 is een groote stad in
Engeland.
Een 13, 19, 20, 21, 7 wordt aan den
voet gedragen.
Een 5, 20, 19, 21, 8 is een mooi vier
voetig dier.
17, 15, 16, 14 is een getal.
Dikwijls ziet men 18, 4, 13, 10, 2, 14
aan de .acht.
Een 1, 6, 3, 17, 9, 13 is een stekelige
plant.
In een 22, 11, 12, 3 kan men wat be
waren of opbergen.
14, 19, 5, 2, 13, 7 is een stad in Italië
2. Op de beide kruisjeslijnen komt de
naam van een bekeud veldheer.
XXXXXXXX
X i i
X i i
X
X
X
X
X
lo rij 't gevraagde woord.
2o een vruchtje.
3o een dorp in ZuidHolland.
4o een groot muziekinstrument.
5o een metaal.
6o een getal.
7o een voorzetsel.
8o een medeklinker.
3. Vul deze 16 vakjes in mot:
6 E II 1B 1D 2 K 2 L 2R 1Z
maar doe het zoo, dat je van links
naar recht en van boven naar be
neden te lezen krijgt;
Hansje kreeg een mooien spoortrein
Met een lichtpaal er ook bij,
Waaraan vier ballonnen hingen,
O, wat was ons Hansje blij!
Maar wat schrik! den eersten dag al
Trekt broer Hans bij ongeluk
Een ballon af! Is 't niet jammer?
Nu is het op éénmaal stuk!
Hanseman kijkt heel bedremn<eld,
Lcopt naar Moeder op een draf,
En zegt: Moeder, 'k trok bij ong-luk
Van het paaltje 'n lichtje af!
Als een oogenblikje later
Hij weer speelt met zusje Toos,
Komt op eens het kleine meisje
Nu bij Moeder en zegt boos:
Moeder, Moeder! nou mag i k niet
Een ballon bij ongeluk
Van het paaltje trekken, Moeder!
Verontwaardigd is de „uk".
CARLA HOOG
(Nadruk verboden).
lo een boom.
2o een viervoetig dier.
3o een ander woord voor toespraak.
4o een grondsoort.
4. Wie kan van een poel en een hemïl-
lichaam iets maken, dat men in
eik huis aantreft?
Voor kleineren.
1. Begraven plaatsen in ons land.
Het kleed is oranje met zwart en
Annie vindt het niet mooi.
Leert Toon orgel spelen?
Tante zal koekjes voor ons mede
brengen.
Ik zag die dame en heer meloen koo-
pen. (2)
De nieuwe bal is sedert eenige dagen
onvindbaar, Nicol (3)
2. Een insect en nog twee letters
Geeft een 'ongen veel vermaak.
In het najaar, als er wind is,
Ziè je mijn geheel heusch vaak!
3. Mijn eerste is een uitroep, mijn
tweede vindt men in ons land langs
sommige rivieren en mijn geheel
is een dorp in de prov. Utiecht.
4. Vul de rijmwoorden in:
Als Lente voor de deur weer staat
Eu alles buiten bloeien
Dan dulden wij geen Winter meer,
Maar hebben lever voorjaars
We zijn zoo blij! De Lente komt
En Winters barsch gebrom ver—
Hij gaat straks heen. Het wordt zijn
'k Geloof niet, dat het iemand I
(Nadruk, verboden,)