Alkmaarsche Courant.
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
NEDERLAND—HONGARIJE IK HEI STADION.
ALKM. BOYS I
M K. F. C.
Bij Pijn
Honderd vijl en dertigste Jaargang,
ZATERDAG 4 MAART.
Propaganda voor Het
llederlandsche product.
CASTRICUM.
Een moeilijke taak voor onze voorhoede.
Als Lagendaal nu eens op schot wasl
v. d. Meulen jubileert!
Zondag a.s. 2.30:
No. 54 t933
sa= 1===^^^»
Het juiste tijdstip voor een Roede
actie.
Onze oud-minister van Landbouw. Nij
verheid en Handel, dr. F. E. Posthuma
meende vooraf een opmerking te moeten
maken en wel deze:
Als wij in Nederland het gebruik van Ne
deriandsche fabrikaten propageeren. moeten
wij ook kunnen begrijpen, dat, èn waarom,
andere ianden hetzelfde doen. Wint in alle
landen de beweging: Koop je eigen fabri
kaat. veld, dan zal dat voor Nederland slecht
uitpakken. Wij moeten ons dus bij onze
actie voor „Nederlandsch fabrikaat"' in de
eerste plaats afvragen, of er goede gronden
aanwezig zijn om die actie op dit oogenblik
te beginnen. En naar mijn meening, voegde
dr. Posthuma hieraan toe, zijn deze goede
gronden zeker aanwezig.
„De toestand van ons bedrijfsleven" al
dus dr. Posthuma „is allengs zoo slecht
geworden, dat ik reeds daarom bet tijdstip
voor een goede propaganda gekomen acht.
Mijn titel volgend begin ik met onze land
bouwproductie en kunnen ons dan afvragen,
of het Nederiandsche volk méér dan tot nu
toe producten van eigen bodem zoo kunnen
koopen. De moeilijkheden, welke het buiten
land aan onzen export voor zuivelproducten
in den weg legt, zijn voldoende bekend. Ik
geloof niet, dat hierin spoedig verbetering
zal komen. Wij zullen dus onze binnenland-
eche markt voortaan zoo intensief mogelijk
moeten bewerken en zouden het publiek erop
moeten wijzen, dat bij het koopen van zui
velproducten men aan onze eigen boter en
kaas de voorkeur geeft.
Dat doet ons oubliek reeds, ook al omdat
het buitenlandsche product niet beter of
goedkooper is dan het Nederiandsche, en wij
zullen ons dus in dezen niet tot: Koop Neder
iandsche boter en kaas kunnen beperken. Wil
'hier hulp geboden worden, dan zal de pro
paganda gericht moeten worden op: meer
gebruiken dan tot nu toe! Naar mijn over
tuiging is dat mogelijk. Wat is bijvoorbeeld
onze kaas niet een goedkoop en heerlijk
voedsel! Voor de huisvrouw verdient het dan
ook alle overweging, om bij den sterk ge-
daalden kaasprijs reiatief meer voor kaas uit
te geven dan tot heden. Vergeleken met het
geen het buiktenland aan kaas consumeert,
maakt Nederland in dit opzicht stellig een
sober figuur. Wanneer ieder Nederlander,
laten wij zeggen van een leeftijd van 10 jaar
af, per week eens een half ons kaas meer
at, zou blijken welk een groot gedeelte van
onze kaasproductie in het binnenland kon
worden verbruikt. Onze kaasproducenten
moeten er natuurlijk voor zorgen, dat ze een
product maken, dat iedereen graag eet. Want
ons publiek moet uit geheel vrije beweging
ieder naar zijn koopvermogen, tot een groo-
tere consumptie bijdragen. Dan steunen wij,
zonder dat er iets kunstmatigs aan deze be
weging is, de Nederiandsche kaasproductie
in hooge mate.
Bij het gezbruik van boter vormt de prijs,
in vergelijking met dien van andere vetpro-
ducten, wel degelijk een factor. Vergeleken
met den toestand van vóór den oorlog, kun
nen wij wel zeggen, dat toen de boterpriis
in dezen tijd van het jaar zeker niet veel lager
was dan op het oogenblik. Alleen dienen wij
'hierbij te bedenken, dat de koopkracht van
de groote massa zeer sterk is gedaald en we
mogen dan ook wel aannemen, dat de boter-
prijs in de thans komende maanden alle ac
cijnzen ten spijt, een belangrijke verlaging
zal moeten ondergaan, wil men van den bin-
nenlandschen verbruiker mogen vragen, om
meer boter tc gebruiken dan tot nu toe. Doch
als die prijs dan ook eenmaal zal zijn ver
laagd, zal de consument door het koopen
van een zeer zuiver en gezond voedsel als
onze Nederiandsche natuurboter de zuivel
industrie op krachtige wijze kunnen steunen.
Ook van onze melk is de prijs op het oogen
blik zóó laag. dat men op meer gebruik
daarvan gerust kan aandringen
„Blijft in de groote steden de melkprijs
echter niet hoog?
„Dat is een fout in ons distributiestelsel.
Daarmede bedoel ik niet. dat de gemeen
schap die distributie ter hand moet nemen. In
tegendeel. daarvan ben ik een vierkant tegen-
tander. Maar er ligt nog heel wat tusschen
een gemeentelijke distributie en een verkoop
systeem als het thans geldende. Hier ligt
nog een vruchtbaar arbeidsveld braak oiïi
deze distributie op een meer rationeelea
grondslag te brengen".
üEn de eieren?
vWat de eierenmarkt betreft ben ik over-
tuigd, dat er in het binnenland ook op <r.i
gebied met een goede propaganda nog wel
iets te bereiken is Bovendien zou men daar
mede vooral den kleinen boer steunen, aan
gezien deze het de laatste jaren in toenemen
de mate van de eierenproductie moet hebben.
Geldt dit alles om aan het tweede deel
van Uw titel te denken, ook voor onze nij-
verheidsproducten?
„Het buitenland dwingt er ons eenvoudig
toe, dat wij er ons bij onze aankoopen nKer
en meer rekenschap van zullen moeten ge
ven. wat de Nederiandsche industrie ons kan
leveren. Dat vindt men trouwens in het bui
tenland zelf ook zeer begrijpelijk. Er hetrscht
in de meeste landen een zoodanige mentali
teit. dat men zich niet anders meer kan voor
stellen dan dat elk land zooveel mogelijk
aan producten van eigen bodem de voorkeur
geeft. Iets anders is natuurlijk, dat wij. zoo
als ik reeds opmericlt op die wijze niet
komen Die illusie heeft men in het buiten
land ook niet. Praat men met buitenlandsche
industrieelen. dan begrijpen zij heel goed,
dat de wereld aan het vastloopen is. Want
tenslotte zijn vrijwel alle industrieën in den
loop der tijden opgebouwd in exportindu
strieën, die in hun bestaan bedreigd worden,
indien alle landen hun grenzen gaan sluiten"'
waar gaan wij echter heen. indien men
toch overal de autarkie blijft nastreven?
„Eemnaal zal het gezond verstand weder-
m terugkeeren. Doch voorloopig zijn wij
daaraan blijkbaar nog niet toe. Zelfs tegen
over de uitkomsten van de economische we
reldconferentie mogen wij min of meer scep
tisch gestemd zijn Dit is echter zeker, dat als
niet ieder land zijn best doet, om op die con
ferentie mede te werken aan het herstel van
de voorwaarden voor een vrij internationaal
ruilverkeer, men zijn eigen graf graaft. Ge
lukkig begint men dat in te zien. Er kan ech
ter nog geruimen tijd verloopen. vóórdat er
op dit goede inzicht ook goede daden vol
gen. Bovendien moet men niet vergeten dat
er op de economische conferentie ook heel
veel vraagstuken op monetair gebied te rege
len zijn. Ik blijf dan ook bij mijn meening,
dat de lichtpunten vooralsnog niet te zien
zijn. Ook ten aanzien van het schuldenvraag-
stuk openen zich nog weinig rooskleurige
perspectieven. Misschien wordt men van
weerskanten iets toegevender, als de toe
stand nog slechter wordt dan hij reeds is".
Zal ook de handel, het derde deel van de
titel, voordeel van deze propaganda voor
Nederlandsch fabrikaat hebben?
„De groothandel, welke goeddeels op het
buitenland georiënteerd is, zal er uiteraard
niet bij gebaat zijn, evenmin als de scheep
vaart. Wel echter de tusschen handel en de
deailhandel, welke toch altijd nog zeer be-
'angrijke groepen in ons volksbestaan vor
men. Het is thans evenwel geen tijd om alle
belangen nauwkeurig tegen elkaar af te
wegen. Het hemd is nu eenmaal nader dan
de rok en we moeten vooral het hoofd zoo
veel mogelijk boven waier houden".
Van boycotbewegingen bent U natuurlijk
een tegenstander?"
Dat is een middel, hetwek men slechts in
uitersten nood mag toepassen. Toen
Duitschland indertijd hét Duitsch-Finsche
handelsverdrag op verkeerde wijze uitlegde,
zoodat Nederland daardoor in het gedrang
kwam, ja toen waren wij gedwongen een
forschen tegenzet te doen. En Jat heeft toen
ook inderdaad geholpen. Maar als gewoon
verweermiddel is het ondeugdelijk. In een
land als Duitschland zal men eenmaal van
zelf inzien, dat men op den duur niet onge
straft onze landbouwproducten kan blijven
weren. Nederland is tot nu toe altijd één der
belangrijkste afnemers van Duitsche industrie
producten geweest, wat vanzelf ophoudt als
men het ons onmogelijk maakt, naar dat land
uit te voeren.
Doch hoe zal men in Duitschland de pro
ducten van eigen bodem, waarbij ik niet in
de eerste plaats denk aan de zoogenaamde
veredelde landbouwproducten, zooals boter,
kaas en dergelijke op prijs houden, indien
men ter zelfder tijd het koopvermogen van
den Duitschen industriearbeider ondermijnt?
Doch laten wij ons tot onze eigen toestanden
bepalen als wij over de propaganda voor
Nederlandsch Fabrikaat spreken. In ieder ge
val zouden wij er verkeerd aan doen, gedul
dig te blijven wachten, tot onze buitenland
sche afnemers begrijpen, dat alle landen el
kander noodig hebben. Meer dan ooit, dat is
mijn vaste overtuiging, is de tijd rijp om met
een goede kans van slagen met een krachtige
propaganda voor „Nederlandsch Fabrikaat"
van wal te steken. U zult daarbij het geheele
Nederiandsche publiek achter U vinden.
'ficouinciaai 'flieuws
BERGEN.
Woensdagavond hield de afdeeling Ber
gen der Noordhollandsche Vereeniging „Het
Witte Kruis" in het Oranje-hótel haar alge-
meene ledenvergadering.
De voorzitter, de heer Taapken opende om
ruim acht uur, en heette in 't bijzonder wel
kom, Mevr Baretta, die voor 't eerst aan de
bestuurstafel had plaats genomen.
Naar aanleiding der notulen, deelde de
voorzitter mede, dat in verband met de inge
komen rekening van de vereeniging voor
huL- en kraamverzorging, volgens welke een
winst was gemaakt, het bestuur geen uitbeta
ling van de subsidie over 1932 wilde doen,
alvorens de vergadering hieraan haar goed
keuring had gehecht! De voorzitter stelde
voor de geldelijke bijdrage van 50 te ver
kenen. De vergadering kon zich hiermede
verecnigen. De badhuis-kwestie had de aan
dacht van het bestuur, en voor het onder
zoek was een bedrag op de begrooting uitge
trokken, evenals voor het geven van een pro-
paganda-film, waarvoor een afzonderlijke
avond noodig zal zijn.
Hierna bracht de secretaris het jaarver
slag over 1932 uit, waaruit bleek, dat het
aantal leden was toegenomen met 20 en op
31 December 1932 bedroeg 814. Het saldo
over 1931 bedroeg 1727,32; aan contribu
ties werd ontvangen 1712,50; de totale
ontvangsten waren 3517,05. Aan nieuw
verplegingsmateriaa! werd besteed 678.
Aangekocht werd o.a. één ligtent, een groote
lichtboog en een waterbed; voor uitzending
van 4 kinderen naar vacantie-kolonies voor
251 verpleegdagen 243.80. Aan de R K.
Vereeniging voor Wijk-, Kraam- en Huisver-
pleging werd een subsidie van 50 gegeven.
De totale uitgaven bedroegen 1316,67 De
winst was 473.06. en de rekening over
1932 sloot met een batig saldo van 473 06
en 1727,32 of 2200.38, waarvan feitelijk
in mindering moet worden gebracht een be
drag van 251,10 wegens nog te betalen
huur over 1932 en de bijdrage aan de Ver
eeniging voor Huis- en Kraamverzorging.
Van het verplegingsmateriaal werd een
ruim gebruik gemaakt, voor de verzorging
hiervan komt de wijkzuster een woord van
lof toe. Het bestuur onderging verandering;
in de plaats van mevr. Bastert en de heer
Blank, die als bestuursleden bedankten, wer
den gekozen Mevr. Baretta en de heer den
Broeder, de laatste als penningmeester, ter
wijl de heer Taapken als voorzitter werd
herkozen.
Voor de tuberculose-bestrijding werden
door Rijk, Provincie en Gemeente bijdragen
verleend tot een totaal bedrag van 928 De
Emmabloemcollecte bracht netto op 126.60
Naar sanatoria werden 3 patiënten op advies
van het Consultatie-bureau te Alkmaar uit
gezonden, elk voor ongeveer 6 maanden; de
verpleeggelden bedroegen 957,50 Aan één
patiënt werd wederom een toeslag op de
huishuur gegeven, terwijl de kosten van het
aanbrengen van een openslaand venster,
waardoor meer ventilatie in de slaapkamer
werd verkregen, voor rekening der vereeni
ging werd genomen. De totale ontvangsten
van de t. b. c.-bestrijding bedroegen
1127,21; de uitgaven ƒ1112,81; alzoo
sloot deze rekening met een batig saldo van
14.40.
De heer den Broeder werd bij acclamatie
als bestuurslid herkozen.
De heer den Das bracht als afgevaardig
de vervolgens verslag uit van de Algemee-
ne Vergadering der Noordhollandsche Ver
eeniging „Het Witte Kruis", welk verslag
een zakelijk doch goed beeld gaf van de be
handelde onderwerpen.
Geadviseerd werd tot goedkeuring der re
keningen, waartoe werd besloten onaer dank
zegging aan den penningmeester.
Besloten werd degenen, die tengevolge
der tijdsomstandigheden de contributie moei
lijk konden betalen, de gelegenheid te geven
de contributie over 1932 alsnog bij gedeel
ten te voldoen.
De heer Blok deelde mede, dat zij, die we
gens niet-voldoening der contributie als lid
worden geschrapt, bij eventueele opnieuw
aanmelding als lid, eerst worden aangeno
men, indien de contributies over twee voor
gaande jaren worden voldaan.
Naar aanleiding van de opmerking van
den heer Bergman, dat hij de kosten van het
innen van contributies hoog vond, deelde de
voorzitter mede, dat 10 cent per geinde kwi
tantie door het bestuur niet te hoog werd
geacht, daar er rekening mede werd gehou
den, dat verscheidene kwitanties meerdere
malen moeten worden aangeboden en wegens
vertrek en bedanken kwitanties terugkwamen,
waarvoor geen vergoeding werd gegeven.
De begrooting 1933 van het „Witte Kruis"
werd door den voorzitter voorgelezen. In ver
band met de pro memorie uitgetrokken posten
voor moeder- en verbandcursus, stelde de
heer Jimmink voor, dit jaar een moeder
en/of een cursus voor 1ste hulp bij ongeluk
ken te doen geven. Goedgevonden werd het
bestuur uit te noodigen te trachten een dezer
cursussen te doen houden. De begrooting
van de afdeeling het „Witte Kruiswerd
hierna goedgekeurd- Deze wijst aan: ont
vangsten 3629.38; uitgaven 1829.38 met
een saldo-winst van 1800 (vorig jaar
2200.38).
De begrooting 1933 voor de t.b c.-bestrij
ding gaf aanleiding tot een bespreking over
het bezwaar van het bestuur, dat de ge
meente geen bijdrage in de kosten van uit
zending van t.b.c.-patiënten naar sanatoria
geeft, alvorens de uitgaven zijn gedaan en
voor prophylaxe-doeleinden geen subsidie
wordt gegeven, terwijl deze afdeeling zich
niet kan bedruipen.
Dokter Blok bepleitte een voorstel om aan
het gemeentebestuur een subsidie in afreke
ning te vragen.
Óp voorstel van den heer den Das werd
besloten het bestuur uit te noodigen te onder
zoeken of voor deze doeleinden ook Provin
ciale subsidie wordt gegeven en in de vóór
Juli te houden vergadering rapport uit ts
brengen, eventuëel met een voorstel te komen
aan de gemeente te vragen ook voor prophy-
laxe een bijdrage te verleenen. De begrootipg
voor de t.b.c.-afdeeling werd hierna goed
gekeurd. in ontvang 1800, in uitgaaf
1694.40 met een nadeelig saldo van
105 60.
Vervolgens deelde de voorzitter mede, dat
begin December het bestuur een brief ont
ving van het bestuur van de opgerichte af
deeling van het Wit-Gele Kruis, waarin
werd medegedeeld, dat per 1 Januari deze
afdeeling haar werkkring zou aanvangen
Daar de werkzaamheden dezer vereeniging
dikwijls zoo parallel loopen met de afdeeling
van het Witte Kruis, werd tevens verzocht
om een conferentie teneinde een onderlinge
samenwerking te regelen. Na deze bespre
king, waarbij het Wit-Gele Kruis werd ver
tegenwoordigd door den pastoor Zurlohe,
dokter Poot en den heer Haakman, kwam een
schrijven in:
„Het bestuur van de R.K. vereeniging
„Het Wit-Gele Kruis", verbindt zich al haar
leden lid te doen worden of te doen blijven
van „Het Witte Kruis" tegen een vergoeding
van 1 per jaar per lid. Het Wit-Gele
Kruis verbindt zich, deze contributie te ver-
hoogen tot het normale peil is bereikt, wan
neer door subsidie van de gemeente onze
lasten worden verminderd. Wij meenen dat
het in het belang van beide vereenigingen is,
dat wij naar het voorbeeld van andere plaat
sen, als twee groote organisaties op het ge
meenschappelijk gebied kunnen samenwer
ken".
De heeren Krans en Jimmink oordeelden
het onbillijk, dat de eigen leden 2 contri
butie zouden moeten betalen, terwijl voor de
leden van het Wit-Gele Kruis slechts 1 zou
worden betaald.
Mevrouw Brunner achtte het gevaar
groot, dat, indien het Wit-Gele Kruis met
steun van het Witte Kruis eenmaal te paard
zat, die vereeniging zich geheel zou afschei
den en het Witte Kruis dan de dupe zou wor
den. Spreekster gaf in overweging geen
enkele concessie te doen.
De heer den Das betoogde, dat een decen
tralisatie zou strekken tot schade van dege
nen, die hulp behoefden
Dokter Poot verdedigde het voorstel van
het Wit-Gele Kruis
De voorzitter merkte op, dat de contribu
tie was 2 en dat de statistieken hadden
uitgewezen, dat dit als minimum gold. On
logisch zou het zijn, de eigen leden 2 te
laten betalen en voor de leden van een
andere vereeniging met een contributie van
1 genoegen te nemen. Hij meende, dat het
doel van het Wit-Gele Kruis niet anders was,
dan over gelden te kunnen beschikken voor
bekostiging van de verpleegster, en het niet
op den weg van het Witte Kruis lag. hieraan
tegemoet te komen, terwijl zijzelf niet over
een verpleegster beschikt. Destijds heeft de
gemeente een wijkverpleegster aangesteld,
omdat het Witte Kruis dit niet kon bekosti
gen Deze wijkzuster heeft als taak ieder in
gezetene te helpen, en dit geschiedt geheel
kosteloos. Nimmer is aangetoond, dat zij
overbelast was. Mocht dit het geval worden,
dan zou het misschien op den weg van het
Wit-Gele Kruis ligg«n, aan het gemeente
bestuur om aanstelling van een 2e wijkzuster
te verzoeken.
Dat het Witte Kruis op het gebied van
verplegingsartikelen goed geoutilleerd is, is
een verdienste; kan iedereen daarvan profi-
teeren tegen een luttel bedrag van 2 per
jaar, alle ingezetenen, ook de R.K. ingeze
tenen.
De heer Brugman wees er nog op, dat de
R.K. Wijk-, Kraam- en Huisverzorging al
eenige jaren werkte. De doktoren, die het
werk aan de gemeente-wijkzuster opdragen,
hebben nooit geklaagd, dat de zuster over
belast zou zijn.
Na eenige discussie stelde de voorzitter
voor in afwijzende zin aan het bestuur van
het Wit-Gele Kruis te berichten.
Dit voorstel werd aangenomen.
Ziekenhuisverzekering Castricam
ln het jaar 1932 werd aan verplegings-
kosten betaald 5148 tegen 4120 50 in
1931, terwijl aan operatiekosten werd betaald
942.50 tegen in 1931 f 927. Ook aan ver
voerkosten werd meer betaald dan in 1931 en
wel 162.55 tegen 121.75. De met ingang
van 1 April 1932 ingevoerde contributiever-
hooging van 1 cent per lid dat ingeschreven
was voor de ziekenhuisverzekering is dus wel
noodig geweest, want thans is het reserve
fonds toegenomen met f 233.86, terwijl in
dien de vorige contributie was gehandhaafd
ongeveer 1200 minder zou zijn ontvangen,
zoodat het reservefonds dan nog slechts
1500 zou hebben bedragen.
Het aantal leden voor de ziekenhuisver
zekering bedroeg op 1 Januari 1932 3381,
waarvan contribueerden 2816, terwijl deze
getallen zijn per 1 Januari 1933 3601 en
2961. Voor de operatieverzekering was het
aantal leden per 1 Jan. 1932 1453, waaraan
in hoofd en ledematen, alsook bij Kiespijn
en gevatte Koude, Rheumatische pijnen. Griep,
Influenza en vastzittende Hoest, zullen
Mijnhardt's Poeders
U spoedig helpen. Prijs per poeder 8 ct.
Doos 45 ct. Verkrijgbaar bij Uw Drogist.
betalende leden 1225 terwijl deze thans zijn
1465 en 1201.
Aan contributie werd per 1 Januari 1932.
dat ontvangen zou worden 5253.50, terwijl
in werkelijkheid ontvangen werd in 1932 aan
contributie 6535.86. Berekend naar het
aantal betalende leden per 1 Januari 1933
zal in het thans begonnen jaar aan contri
butie ontvange moete worden 6950.32.
Aan verpleeggelden werd in 1932 be
taald 5148, waarvoor 1825 verpleegdagen
werden betaald of gemiddel 2.82 ner ver-
pleegdag. Deze ziin als volgt te verdeelen
1465 dagen voor 3; 42 dagen tegen
an verpleeggelden werd in 1932 betaald
5148, waarvoor 1825 verpleegdagen wer
den betaald of gemiddeld 2.82 per ver
pleeg. Deze zijn als volgt te verdeelen 1465
dagen voor 3; 42 dagen tegen 2.75; 3
tegen 2.50 en 315 dagen tegen 2 per
dag. Voor de operatieuitgaven werden be
taald 25 operaties, 21 maal operatiekamer-
kosten, 6 röntgenfoto's en 2 maal bestra-
lingskosten. De onkosten zijn belangrijk min
der dan vorig jaar, omdat drukwerk zoo goed
als niet noodig was geweest
Wanneer we enkele voorbeschouwingen
geven over den tweeden internationalen wfd-
strijd in dit seizoen, dan mogen we wel be
ginnen met te herinneren aan een jubileum,
aat onze populaire doelverdediger v. d. Meu
len morgen viert.
Immers, de wedstrijd tegen Hongarije toch
zal zijn 50ste interlandwedstrijd zijn. Feite
lijk is dat niet zoo, want naar onzen smaak
heeft „Gejus" het nationale doel al meer dan
50 keer verdedigd. Doch de K.N.V.B. rekent
alleen de officieele wedstrijden en daaraan
moeten wij ons houden.
Wat v. d. Meulen geweest is (en nog is), we
kunnen het beste hier overnemen, wat de
Sportkroniek er over schrijft:
Een grootsch jubileum van een groot
sportman, die daarmee bereikt heeft wat
slechts heel weinig voetballers gegeven is. In
ons land is slechts Harry Dénis er in ge
slaagd en overigens meenen wij, dat in
Europa het aantal 50-malige internationals
van wie wij Swartenbroeks en Ramseyer
nog kunne noemen wel onder de tien ge
bleven zal zijn. Slechts zij, die zich geduren
de een decennium in de „extra-klasse" kun
nen handhaven, zijn er toe in staat.
Deze kwalificatie geldt in alle opzichten
voor Gejus v. d. Meulen. Op 27 April 1924
debuteerde hij in den wedstrijd te Antwerpen
tegen België, vrij onverwacht feitelijk,
want wij hadden toentertijd in Jan de Boer
een uitstekend doelman. Maar de Elftalcom
missie deed wat zij altijd moet doen: zij
koos den h.i. beteren ende daarop vol
gende voetbalcarrière van den nieuwen doel
man heeft duidelijk bewezen, dat zij goed ge
zien had. Sindsdien toch heeft v. d. Meulen
zich onbetwist als primus inter pares onder
de Hollandsche keepers gehandhaafd. Slechts
bij hooge uitzondering heeft hij in de afge-
loopen negen jaren niet meegespeeld; een
maal moest hij verstek laten gaan wegens
studie-redenen, en voorts een paar maal we
gens ziekte (1926) en wegens een blessure
(1932). Niet zoodra was de H.F.C.-er weer
beschikbaar of hij werd weer gekozen, thans
dus in totaal 50 maal voor internationale
wedstrijden, en voorts in tientallen officieu
ze oefen-, proef- en andere wedstrijden,
waarin hij zijn uitnemende diensten bewe
zen heeft aan het Nederiandsche voetbal.
Het ware uilen naar Athene dragen die
verdiensten hier uitvoerig te schetsen. Wie
onzer lezers zal nooit genoten hebben van
het schitterende doelmanswerk, dat v. d.
Meulen te aanschouwen heeft gegeven? Er
zijn wedstrijden geweest tegen sterke tegen
standers, die dank zij zijn prestaties gewon
nen werden en waarin hij spel liet zien. dat
door niemand ter wereld overtroffen had
kunnen worden. Het is, vooral bij het klim
men van de jaren, technisch sterk en tactisch
berekend spel geweest. Zijn stijl, rustig en
lenig, beheerscht en actief, was altijd een
lust voor het oog.
Die eigenschappen heeft v. d. Meulen in de
eerste plaats te danken aan zijn aanleg, wel
ke hem reeds op het eerste plan bracht vrij
kort nadat hij met het beoefenen der voetbal
sport een aanvang had gemaakt. Maar in de
tweede plaats ook aan de opofferingen, die
hij zich bij zijn verdere ontwikkeling en
voorbereiding getroost heeft. Hij is het goede
voorbeeld van den rasechten amateur, die te
recht veel van zijn vrijen tijd heeft gebruikt
om het hoogste in zijn liefhebberij-sport te
kunnen bereiken. Een rasecht amateur en een
fair, fijn sportsman is v. d. Meulen in zijn
voetballoopbaan steeds geweest. Zijn studie
voor geneesheer was nagenoeg geen beletsel
voor zijn ontwikkeling als voetballer, majir
omgekeerd heeft de voetbalsport zijn acade
mische opleiding niet in den weg gestaan.
Sinds enkele jaren reeds is hij arts en ook
op dit gebied is hem een goede toekomst te
wachten.
En dan zal v. d. Meulen gekenschetst moe
ten worden als de clubman bij uitnemend
heid, als H.F.C.-er. die alle ups and downs
van zijn club in de achter ons liggende pe
riode heeft meegemaakt. Eenige malen had
hij een belangrijk aandeel in het verdrijven
van het degradatiegevaar en toen tenslotte
het noodlot niet te keeren was. heeft v. d.
Meulen ook in de lagere klasje zijn plaats
onder de lat bewaard om te pogen zijn ge
liefde club in de eerste klasse terug te bren
gen. Hij zou het ongetwijfeld als een waar
dige afsluiting van zijn voetbal-carrière be
schouwen als dat inderdaad zou gebeuren.
Zal inderdaad het thans loopende sei
zoen het laatste van v. d. Meulen zijn? Wij
meenen, gezien de maatschappelijke plichten
die hem roepen, dat zulks verwacht kan wor
den. Zonder twijfel zou het een groot verlies
voor 't Nederiandsche voetbal beteekenen,
want v. d. Meulen, die de dertig jaar nog
niet bereikt heeft, zou stellig nog eenige jaren
„mee" kunnen. Maar als zijn besluit in deze
richting valt, zal het in alle opzichten te bil
lijken zijn. Voor den K.N.V.B. is dit jubileum
een belangrijk feit. Juist spelers als v. d.
Meulen hebben er zooveel toe bijgedragen
om het aanzien van de sport te doen stijgen
en dat het Nederiandsche voetbal alom zoo
gunstig staat aangeschreven, is niet het
minst aan het optreden van onzen sympa
thieken doelman te danken geweest. Daaren
boven heeft hij de laatste jaren getoond
over karaktereigenschappen te beschikken,
die hem geknipt maakten voor de moeilijke
functie van aanvoerder. Ondanks het feit, dai
de combinatie doelman-aanvoerder in het al
gemeen geen aanbeveling verdient, heeft het
bezielende optreden van v. d. Meuien veel tof
de successen van den laatsten tijd bijgedra
gen.
Een van de allergrootsten in onze sportwe
reld viert een zeldzaam jubileum en aan het
officieele diner na den wedstrijd Nederland
Hongarije zal v. d. Meulen gehuldigd wor
den. Ook wij wenschen dezen Nederlander
en H.F.C.-er van harte geluk bij het bereiken
van dezen unieken mijlpaal.
De wedstrijd van morgen.
Wanneer er ooit een wedstrijd, georgani
seerd is, waarvan men bij voorbaat reeds
zegt, dat onze kansen slecht staan, dan is
het wel deze! De Hongaren toch worden be
schouwd als een der sterkste ploegen van
Europa en zeker als de sterkste ploeg, waar
tegen Nederland den laatsten tijd gespeeld
heeft.
Als we dan herinneren, hoe we van Zwit
serland verloren, dan is het begrijpelijk, dat
er weinig reden tot optimisme is. En nog
minder reden is er, nu Adam verhinderd is
uit te komen. Dat beteekent niet alleen een
verzwakking van de voorhoede, maar ook
een verzwakking van de half linie!
Een sterke tegenpartij komt dus in 't veld.
Trouwens, de Hongaren hebben zich voor
een moeilijke taak gesteld: ze willen in den
kortst mogelijken tijd de sterksten van
Europa zijn en moeten dan t.z.t. Italië eu
Oostenrijk achter zich laten. En om te begin
nen, moeten ze van Nederland winnen. Qua
spel zijn alle Hongaren, een paar misschien
uitgezonderd, beter dan de Oranjemannen
en wanneer het spelpeil dus den doorslag
zal geven, is er weinig hoop voor Nederland.
Maar ons land heeft nog een ander wapen,
wat zoo dikwijls voor een overwinning ge
zorgd heeft: het enthousiasme.
Wanneer er morgen een enkele kans is om
te winnen, dan moet die gezocht worden in
een ongekend enthousiasme. Dat beteekent in
de allereerste plaats, dat de Hongaren dan
niet hun gewone spel zullen kunnen spelen
en daarnaast beteekent het, dat het mooie
element „verrassingen" sterk op den voor
grond zal komen.
Onze verdediging krijgt het heel zwaar.
Doch zij is tegen moeilijk werk ook bestand
en zal dus diverse aanvallen afslaan. Ge
lukkig kan en moet zij gesteund worden door
een middenlinie en ook deze boezemt vertrou
wen in. Rest dan nog de voorhoede In Wels
en v. Nellen hebben we twee snelle vleugel
spelers. in Bonsema een goede verbindings
schakel en wat de twee overige spelers be
treft, we hopen, dat zij beiden in extra con
ditie zijn. Dan zou er waarlijk nog wel eens
een verrassing kunnen komen 1