Alkmaarsche Courant.
JladionieuiüS
ieuiUetcui
Stad en Omgeving.
Honderd rfl en dertigste Jaargang.
MAANDAG 20 MAART.
DE PHOHI-UITZENDINGEN.
Het mysterie van het
diamanten kruis.
•- t Wordt 1 -
N*. 67 1933
■^^S==^======B=9B9B
Dinsdag 21 Maart
Hilversum, 1875 M. (Uitsluitend AVRO).
6Gramofoonplaten. 10.Morgen wij;
ding. 10.15 Gramofoonplaten. 10.30 Orgel
concert door P. van Egmond Jr„ m. m. v. n.
Visscher van Gaasbeek, tenor en Bons
Lenskv, viool. 11— Kook- en bakpraatje
door mevr. R. Lotgering—Hillebrand. 11.30
Vervolg concert. 12.-2.- Concert door een
Ensemble o.l.v. O. Hendriks en gramofoonpl.
2.15 Piano quatre mains door Jacques
Hamel en Egb. Veen. 3. Knipcursus. 4.
Viool-recital Boris Lensky. 4.30 Radio-Kin-
derkoorzang. 5.Verhalen voor kleine kin
deren door mevr. Ant. van Dijk. 5.30 Jeugd-
halfuur v. d. VPRO. 6.Dr. I. H. J. Y*s:
De as. Emmabloem-Collecte. 6.15 Gramo
foonplaten en Hamaiïanmuziek door de ,,Pa-
radise Garden Hawaiians" o.l.v. H. Ruijters.
7.30 Engelsche les Fred. Fry. 8.Vaz Dias.
8 05 Omroeporkest o.l.v. N. Treep. Inter
mezzo: Uit het gebouw voor K. en W. te
Den Haag: De Harmony Kings. 9.30 Op
voering van de 1ste acte van „Justitie"
Justice) van J. Galsworthy o.l.v. Kommer
Kleyn. 10.Vervolg concert. 11.— Vaz
Dias. 11.1012.Dansmuziek door de Pa-
lermo Minstrels o.l.v. I. Joslet.
Huizen, 296 M. (Uitsluitend KRO). 8.
9.15 en 10.Gramofoonplaten 11.30
12.Godsd. halfuur. 12.15 Schlagermuziek
en gramofoonplaten. 2 Cursus. 2.35 Voor
de vrouw. 3.Cursus. 4— HIRO. 5.10
Sextetconcert. 5.10 Lezing. 6.10 Sextetcon-
cert 6.30 Cursus. 6.50 Sextetconcert. 7.10
Gramofoonplaten. 7.45 Causerie. 8.— Lij
densmeditatie. 9.30 Vaz Dias. 9.35 Orkest
en koorconcert. Ca. 11.11.05 Vaz Dias.
11.3012.— Gramofoonmuziek.
Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
10.50 Tijdsein, berichten. 11.05—11.20 Le
zing. 12 20 Orgelspel S. Custard. 1.05 Com
modore Grand-orkest o.l.v. J. Muscant. 2.20
Voor de scholen. 4.45 R. Tapponnier en zijn
orkest. 5.35 Kinderuur. 6 20 Berichten. 6.50
Chopin's pianomuziek door L. England. 7 10
Italiaansche conversatie. 7.40 Gershom Par-
kington-kwintet m. m. v. G Reynolds, so
praan. 8.50 Lezing. 9.20 Berichten. 0.40
Emilio Colombo en zijn orkest. 10.25 Zang
door het koor „The New English Singers"
10.55 Declamatie. 11.—12.20 Dansmuziek
door Lew Stone en zijn Band uit „Monseig
neur".
Parijs „Radio-Paris"1724 M. 8.05 Gra
mofoonplaten. 12.20 Concert door het
Krettly-orkest. 7 40 Djto. 8 20 Gramofoon
platen. 9.05 Kamermuziek.
Kalundborg, 1153 M. 11.20—1.20 Con
eert uit het Bellevue-Strandhotel. 2.204.20
Omroeporkest o.l.v. F. Reesen. 7.20 Oude
Deensche Dansmuziek o.l.v. L. Gröndahl.
8.10 Radiotooneel. 8.40 Piano-soli door F
Jensen. 9.45—10.20 Kamermuziek door
kwartet. 10.20—11.50 Dansmuziek uit rest.
„Lodberg".
Langenberg, 473 M. 6.25 en 10.40 Gra
mofoonplaten. 11 20 Concert. 12.20 Concert
eert o.l.v. Wolf. 1.50 Gramofoonplaten. 4.20
Werag-orkest o.l.v. Kflhn m. m. v. Th. Pott
en E. Grape, piano. 7.20 „Frühling laast
sein blaues Band", muzikaal-literair pro
gramma. 7 459.30 „Liebe leicht ko
misch", gevarieerd piogramma.
Rome, 441 M. 8.05 Gevarieerd concert m
m. v. orkest, koor en sol sten. In de pauze:
Radio-tooneel. 10.15 Berichten.
Brussel, 508 en 338 M. 508 M 12.20
Gramofoonplaten. 1.Piano-recital. 1.30
Omroepkleinorkest o.l.v. P. Leemans. 5.20
Omroeporkest o.l.v. Walpot 6.35 Gramo
foonplaten. 8.20 Concert uit Malmedy door
orkest en koor o.l.v. M. Michel. 10 30
11.20 Gramofoonplaten. 338 M.: 12.20 Om
roepkleinorkest o.l.v. Leemans. 1.30 Gramo
foonplaten. 5.20 Dito. 6.50 Omroepklein
orkest o.l.v. Leemans. 8 20 Beethoven—
Liszt-concert door het Omroeporkest o.l v. J.
Kumps m. m. v. A. Ardenois, piano. 10.30—
11.20 Gramofoonmuziek.
Zeesen, 1635 M. 7.20 „Elektra", tragedie
van Hugo von Hofmannsthal. Muziek van
R Strauss 9.20 Berichten. 10.20—11.20
Avondconcert uit Hamburg o.l.v. A. Secker
Binnenkort zal de Phohi-zender, die sedert
de proefuitzendingen van eenige weken gele
den enkele technische veranderingen heeft
ondergaan, de uitzendingen hervatten. De
zender kan thans werken op twee golfleng
ten, welke, al naar de omstandigheden zulks
noodig maken, zullen worden gebruikt.
Op 22, 23 en 24 Maart a.s. wordt tusschen
15 en 17 uur GMT een programma gegeven
op golflengte 25.47 meter, terwijl op 27
Maart van 1315 uur GMT een begin
wordt gemaakt met de geregelde uitzendin
gen op golflengte 16.88 meter, welke golf
lengte gedurende de zomermaanden zal wor
den aangehouden.
uit het Engelsch van Chester K. S. Steele
door A. W. v. E.—v. R.
o)
„Pak je weg! Ga wat wandelen!" raadde
Mulligan aan, terwijl hij eenige mannen en
jongens, die binnen waren gedrongen, naar
buiten schoof.
fruitJullie kunt alles in de kranten
zen! De verslaggevers zullen hier gauw ge
noeg zijn voegde hij er bij met een knipoog
je tegen Darcy.
»'"c zfl de deur op slot doen en het
tlirpn hn«/4AM rx i
volk
te
agent,
be-
WU1 up sl0l uoen en
nuiten houden. De rechercheurs kunnen
f zf™ zii hier komen. Waar is uw
lefoon. Ik moet het bureau opbellen!"
Darcy wees op de telefoon en de <_0
f ,,et voorbijgaan slechts geringe be
langstelling voor het lijk toonde, waarnaar
belde zijn af deeling op en
rs,a§.u.lt» waarna hem bevolen
e wac,e blijven houden, tot hij af
gelost zou worden.
„Hoe is het gebeurd?" vroeg hij, toen hij
SS3"1 V" S* toestel en een uit-
zdvïfi J3" i' ^tarin veel Klinstrrcnd
«Wie deed het wanneer
tr bet flauwste vermoeden
-f. J_ f °°?4de Dtuy, ach afwendend,
•1» «n da gttWiten aiat te zien, die nu zee
DE VRIJZINNIG-DEMOCRATEN EN
DE VERKIEZINGEN.
Het landbouwprogram uiteen
gezet door mr. P. J. Oud.
Geen beloften, het verleden der
vrijz. Kamerleden zegt genoeg.
Nadat Maandag j.I. mr. Marchant de al-
gemeene lijnen van den vrijz.-dem. bond had
uiteengezet, trad den Iaatsten dag dierzelfde
week in de Harmonie mr. P. J. Oud op, om
speciaal het landbouwprogram van dier.
bond toe te lichten. Om het den marktbezoe
ken, uiteraard grootendeels landbouwers, ge
makkelijk te maken, was de vergadering uit
geschreven tegen half 12 des voormiddags,
maar desondanks bleef het bezoek gering.
Opening.
De heer F. J. A u k e s uit Castricum sprak
namens de Federatie van vrijz.-dem. kiesver-
eenigingen in den kieskring Den Helder een
kort welkomstwoord, waarin hij zijn teleur
stelling over de geringe opkomst niet ver
heelde.
De nood der land- en tuinbouwers en vee
houders. tot groote hoogte gestegen, moet
bezien woredn vanuit den gezichtshoek var.
de crisis over het heele land. De nood over
het heele land blijkt uit verschillende dingen,
o.a. nu weer uit het feit, dat 53 partijen en
groenen deelnemen aan de Kamerverkiezin
gen. Hun aller candidaten zullen gouden be
loften afleggen tot verbetering, maar de vrijz.
dem. maken zich daaraan niet schuldig. Zij
verspreiden slechts een manifest als voor elke
verkiezing en de afgevaardigden houden zich
daaraan strikt, zooals in de nu afgeloopen
periode wel is gebleken.
Het woord aan mr. P. I. Oud.
Vrijhandel noodzakelijk.
Hierop was het wroord aan mr. Oud, die
voorop stelde, dat men zich, om een oordeel
te kunnen vellen over de middelen ter ver
betering in de crisis, eerst hare oorzaken
meet kennen. Deze nu liggen op internario
naai terrein: de oorlog van 19i41918 en
de daarop gevolgde politiek, die in bijna alle
landen ging tegen den vrijen ruilhandel. De
invoertarieven stegen, invoerverboden kwa
men, enz., enz. De vrijz.-dem. staan scherp
tegenover dit alles. Hun standpunt is: als
men de belangen voor het bedrijfsleven goed
wil behartigen, moet men de handhaving van
den vrijen handel voorstaan. Daardoor be
reikt men, dat elk land en elke landstreek
zich speciaal zal kunnen toeleggen op het
geen, waarvoor zij bijzonder geëigend is
Voor Noordholland is dit b.v. de veehoude
rij met den zuivelhandel en de tuinderij. Op
dit terrein heeft Nederland producten voort
gebracht als nergens anders. Nu hebben wij
veel meer van die producten dan wij zelf kun
nen consumeeren, zoodat uitvoer noodig is
en dus ook andere landen daarvan kunnen
profiteeren. In andere landen heeft men weer
andere artikelen, die men daar weer beter of
goedkooper kan produceeren. Daaruit kan
volgen een goede ruilhandel in het belang
van allen, maar die is alleen mogelijk bij
handhaving van den vrijhandel. Dat begin
sel is zoo eenvoudig, dat we niet kunnen be
grijpen dat groote staatslieden het nog niet
beseffen. In het dagelijksch leven hebben we
immers hetzelfde: niemand maakt toch de
door hem benoodigde artikelen alle zelf!
En toch heeft men in de laatste jaren in
vrijwel alle landen tegen het goede beginsel
van vrijhandel gezondigd en zich zooveel
mogelijk toegelegd op het zelf produceeren
van alles wat men noodig heeft.
Moet Nederland onder die omstandig
heden den vrijhandel blijven voorstaan? Een
belangrijke vraag, voor welker beantwoor
ding men moet nagaan of in de landen met
beschermende rechten de toestand beter is
dan bij ons. Indien dit het geval is, zou
Nederland wel verplicht zijn liet vrijhandels
beginsel prijs te geven.
Spr. richtte allereerst het oog naar
I ii.ii i i
wel tegen de voor- als tegen de zijdeur wer
den gedrukt, die van binnen gesloten waren.
„Ik vond haar precies zooals zij nu ligt,
en riep de melkboeren naar binnen, die juist
voorbij kwamen. Ik kwam vroeg beneden in
den winkel om een kleien reparatie te doen,
en het eerste wat ik zag was zij 1"
„Hoe laat is het gebeurd?"
„Dat weet ik ook niet! Alle klokken staan
stil. Ik wind gewoonlijk de horloges, die hier
ter reparatie zijn achtergelaten, niet op, be
halve als ik ze moet reguleeren, en ik heb er
Al OMV
op het oogenblik geen. Het eenige ding, dar
*"Opt, is aat eene horloge".
„Welk eene horloge? Ik hoor iets tikken",
en de agent keek Darcy aan.
„Dat in haar hand".
„O, ik zie het! Hm! Wel, we zullen dat
laten rusten, tot de lijkschouwer er is. Hij
zal er wel gauw zijn, denk ik. Zij zullen hem
van mijn afdeeling uitzenden. En nu van
nacht! Was er eenig lawaai? Hebt U iets ge
hoord?"
„Ik heb niets bijzonders gehoord. Er is hier
altijd veel lawaai in de buurt tot na midder
nacht de theaters en bioscopen gaan om
streeks half twaalf uit. Ik ben vannacht één
keer wakker geworden. Maar ik denk dat dat
er niets toe doet!"
„Is er nog iemand anders in huis dan U
en de agent gaapte want hij had de hon
denwacht gehad en keek naar de natte
glimmende, verregende straat
„Alleen Sallie Page, de keukenmeid. Ik za'
haar roepen. Dan woont hier ook Mrs
Dfcrey's oeid Jwe Metson. Maar die is
gister Biddag uitgegaan en komt niet terug
vóór den middag, sfilie is te la** voor het
duitschland, dat het eerst en het meest den
vrijhandel prijs gaf. Echter, de toestand is
daar zeker niet beter dan hier te lande, neen,
veel slechter. De moeilijkheden in handel en
industrie en van den landbouw zijn stellig
niet verminderd door de politiek van bescher
ming.
En als men Duitschland wil beschouwen
als te verkeeren in een uitzonderingspositie
als gevolg van den verloren oorlog, zou spr.
willen zien op de Vereenigde Staten, welke
republiek niet met schulden is belast door
den oorlog, maar zelfs groot-schuldeischer is
geworden en zeer groote bedragen uit Euro
pa heeft ontvangen na den oorlog. Men heeft
daar ook beschermende politiek gevoerd, en
het gevolg is geweest, dat de toestand er vee!
slechter is dan in Nederland. Boerderijen
worden verlaten, omdat de pacht niet is op te
brengen, de werkloosheid stijgt in de in
dustrie en overal. Het blijkt hier dus wel, dat
de bescherming averechts werkt en dat
autarkie een verkeerd standpunt is.
Als wij in Nederland die stelling (zelf in de
behoeften voorzien) zouden volgen, zouden
wij allereerst den tuinbouw zeer sterk moeten
inkrimpen en den grond meer moeten gebrui
ken voor akkerbouw; een groot deel der vee
houderij moest eveneens plaats maken voor
landbouw, het grasland gescheurd, koeien
afgeslacht, enz.
Spr. herinnerde aan de bezwaren, gehoord
in de oorlogsjaren, tegen het scheuren van
grasland en waarschuwde sterk tegen het
lichtvaardig besluiten tot zelfvoorziening
Men moet niet vergeten, dat de tuinbouw en
de veehouderij veel meer menschen werk en
brood kunnen geven dan de landbouw dit
vermag.
In Noordholland begrijpt men een en an
der wel, zei spr., maar in het noorden des
lands zijn boerenbonden, die als program
punt voeren: het afstand doen van den vrij
handel. Zij meenen, dat, zelfs al zou interna
tionaal de vrije handel worden hersteld, voor
ons land de vrijhandel nog onbruikbaar is.
Met deze zienswijze zijn wij het absoluut
niet eens, zei spr., al erkennen wij gaarne,
dat een behoorlijk loon in het bedrijf nood
zakelijk is. Wil men bereiken, dat land- en
tuinbouw op peil blijven met al de goede ge
volgen daarvan voor het heele volk, dan moet
men juist willen meewerken tot herstel van
den internationalen vrijhandel.
Bijna alle partijen zijn het hiermee eens,
maar nu is het verwonderlijk, dat de Vrij
heidsbond, die den vrijhandel wil steunen,
landbouwcandidaten heeft gesteld, die het be
ginsel van afschaffing van vrijhandel steu
nen. Hoe is het nu mogelijk tegelijkertijd vóór
en tegen vrijhandel te zijn? De boeren be
schikken toch wel over zooveel goed inzicht en
politiek fatsoen, om dergelijke partij hun ver
trouwen niet te geven?!
Als het program van den Boerenbond zou
worden doorgevoerd, zou natuurlijk ook het
veevoeder weer duurder worden en zouden de
moeilijkheden voor de veehouders nog grooter
worden dan ze nu reeds zijn. Daarom waar
schuwen de vrijz.-dem. tegen bedoeld pro
grampunt en willen zij zoo lang mogelijk
met hand en tand blijven strijden voor terug
keer van den internationalen vrijhandel. Dat
zal zeker niet in éénmaal gebeuren, maar men
zal toch ook in het buitenland wel ééns tot
beter inzicht komen?! In dit verband wees
spr. op de plannen van den nieuwen Ameri-
kaanschen jvresident Roosevelt
Maai als dat niet het geval wordt? Ja,
dan zou men noodgedwongen de bedrijven
moeten veranderen, maar toch daarmee zoo
lang mogelijk moeten wachten, om niet ter.
achter te komen, als de toestanden weer beter
worden.
Steunmaatregelen noodig. Een
verkeerde methode van den heer
Duijs.
Steunmaatregelen kunnen intusschen niet
uitblijven en tot dusver hebben de vrijz.-de-
mocraten in de Tweede Kamer daaraan
steeds hun steun gegeven al hadden de
steunmaatregelen niet altijd hun onverdeel
de instemming
De credietregeling bijvoorbeeld had spreker
al aanstonds onvoldoende geacht, omd<> hij
daarnaast een steunregeling wenschte, die
de regeering later ook (veel te laat en tot een
te laag bedrag) indiende en waarzij zij wil
vasthouden aan een maximum van vijf mil
lioen. Een veel grooter bedrag was wenschc
lijk, maar men moet zich bij vraagstukken
als dit afvragen of dat meerdere wel beschik
baar is; 27 millioen, zooals noodig geoor
deeld werd, was niet aanwezig en spr. keur
de af de houding van den heer Duys, die in
de Kamer erkende, dat dat geld er niet was
en daarom tegen het amendement-Wijnkoop
stemde om 25 millioen te geven, maar die nu
op zijn verkiezingstournee zegt, alleen tegen
die motie te hebben gestemd, omdat de regee
ring haar toch niet zou uitvoeren. Maar, zei
ontbijt. Ik zal haar roepen!"
Darcy maakte een beweging naar den ach
terkant van den winkel, vanwaar een zijdeur
naar de trap voerde, die naar de kamers
boven leidde
„Ik ga met U mee!" zei agent Mulligan en
hij kwam recht overeind, door zijn ellebogen
met kracht tegen de uitstalkast te duwen,
waartegen hij had geleund, om zich zooveel
mogelijk rust te bezorgen zonder te gaan zit
ten dat had hij geleerd op zijn lange rond.
gangen door de straten der stad.
„Gaat gaat U mee?" stortterde Darcy
„Ja, om de keukenmeid te roepen. Zij zal
niet wegloopen", en hij knikte naar den kant
van de dooce vrouw.
„O!" er lag een wereld van beteekenis
in Darcy's uitroep. „U meent, dat ik
„Ik meen niets", viel Muligon hem in de
rede, „dat laat ik aan de detectives over!
Vooruit, als U die hoe heet ze ook weer
wilt roepen!"
Het nam eenigen tijd in beslag, het roepen
en bonzen op haar deur, om de doove Sallie
Page te wekken, en nog langer, om haar aan
het verstand te brengen, dat men haar noo
dig had. Toen zij hoorde, dat haar meesteres
dood was, begon ze te schreien en te jamme
ren, juist zooals Darcy verwacht had, en wei
gerde haar kamer te verlaten. Zij had de eige
nares van den juwelierswinkel meer dan
twintig jaar gediend.
„Luitster! riep Mulligan uit, toen hij en
Darcy beneden kwamen, nadat zij Sallie
'age hadden gewekt. „Wat is dat?"
„Er wordt geklopt", merkte zijn metge-
el ow
1 „Misschien z!ja het de van het
spr., dat is niet eerlijk, want als de heer
>uys wel overtuigd was geweest dat de 25
millioen moest en kon worden gegeven, had
hij vóór moeten stemmen, om de regeering
daarmee een vingerwijzing te geven want dat
is immers het doel van elke motie. Tegen de
methode van den heer Duys protesteerde spr.,
hij noemde haar onjuist en een verkeerde
voorlichting van het volk.
Spr. stelde vast, dat de vrijzinnig-democra
ten alles doen wat mogelijk is om de gevol
gen van de crisis te verminderen en hij wees
hierbij op de afschaffing van de crisis-opcen-
ten op de ongebouwde eigendommen, waar
toe spr. bij een mdtie zelf het initiatief had
genomen.
Vóór bijdragen voor de tertiaire
wegen.
Met den wegenaanleg, vooral de kleinere
wegen op het platteland, worden vele lasten
op de schouders gelegd van de bewoners
ipolderlasten, enz.) Spreker's partijgenoot
Ebels had daarom sterk aangedrongen op be
tere en eerlijker verdeeling van de gelden uit
bet rijkswegenfonds, opdat ook deze wegen
daarvan zouden kunnen profiteeren. Nog
steeds is de meerderheid der Kamer daarte
gen en ook de sociaal-democraten.
Een pachtwet noodig.
Steun voor de landbouwbedrijven wordt
door vele tegenstanders (ook de soc.-dem)
genoemd niet anders dan steun voor den hy
potheekhouder en den grondeigenaar, maar
als men niet steunt, zouden toch duizenden
land- en tuinbouwers te gronde gaan. Daar
om moet naast die steunmaatregelen gesteld
worden een crisis-pachtwet, die dat bezwaar
ondervangt en gelegenheid biedt, loopende
pachten, die afgesloten zijn tegen te hooge
bedragen, te doen annuleeren. Dat die pacht
wet er gekomen is, is te danken aan de vrijz.-
democraten.
Geen annuleering van hypotheken.
De steun aan den hypotheekboer is van
soc.-dem. kant voorgesteld alsof hij zou
strekken alleen ten voordeele van de hypo
theekhouders, zoodat het wel goed zou zijn
een streep te halen door de hypotheken.
Maar, zei spr., zoo eenvoudig is de zaak
niet. Immers 't zijn juist de pandbriefhouders
(en dat zijn de kleinere bezitters) die de
eigenlijke geldschieters zijn van de hypo
theekbanken. En die pandbrieven zijn steeds
beschouwd als veilige belegging en daarom
veelal gekocht door spaarbanken e.d., waar
ook al weer de kleine bezitters de inbrengers
zijn. Als men nu een streep haalde door de
hypotheken, zou men sterk die kleine bezitters
treffen. Spr. geloofde, dat het N.V.V. een
groot deel van zijn bezit zal hebben belegd in
pandbrieven en als men nu dat bezit als
uitbuiting beschouwt, valt het N.V.V. er zelf
ook onder.
Maatregelen waren noodig om tegelijk
den hypotheekboer en den kleinen bezitter te
beschermen, en daarom had spr. in de Kamer
daartoe een credietregeling bepleit.
De vrijz.-dem. pogen voor alle vraagstuk
ken van dezen tijd een oplossing te vinden,
waarbij het heele volk gebaat zal zijn
De vrijz.-dem. meenen, dat er geen belof
ten op de toekomst tot uitredding uit de crisis
mogen worden gedaan. Zij willen geen
stemmen pogen te krijgen met beloften die zij
allicht toch niet kunnen nakomen. Zij vragen
alleen vertrouwen én wijzen dan op het ver
leden, dat uitwijst hoe zij hebben gewerkt.
Zij willen blijven pleiten voor democratie,
d.w.z. vrijheid, die eenerzijds wordt bedreigd
door communisten en anderzijds door natio-
niaal-socialisten of fascisten, die, hoewel on
derling tegenstanders, toch hierin overeen
stemmen, dat zij tegenstanders zijn van de
democratie, in wezen tegen vrije meenings-
uiting en vóór de dictatuur. Op dit oogenblik
is geen van deze partijen nog erg groot,
maar zij hebben meeloopers en daartegen
wilde spr. waarschuwen. De soc.-dem., met
wie de vrijz.-dem. graag hadden samenge
werkt, gaan te veel in communistische rich
ting. De libera'en klagen over zwakheid van
de tegenwoordige regeering en de voorzitter
van den Vrijheidsbond smeekt a!s het ware
de liberalen te stemmen, omdat de regeering
te zwak is, hoewel zij die jaren lang hebben
gesteund Zij vragen „een sterk man".
De vrijz.-dem. willen een krachtige regee
ring, niet boven, maar uit het volk, die re
geert krachtens den uitslag der verkiezingen.
Hun leuze is nog steeds: „Houdt koers" en
spr. had vast vertrouwen in het gezond lo.
zicht van zeer velen en wekte krachtig op te
stemmen op de lijst der vrijz.-demoeraten.
Debat,
De heer L h r s was het eens met de uit
eenzetting over de nadee'en van het terzijde
stellen van den vrijhandel, maar ontkende
dat alles weer goed zou worden bij terugkeer
van het vrije ruilverkeer De crisis is eens
hoofdbureau!"
Zij waren het. Carroll en Thong, die
altijd op uit gingen, als er een zaak van vol
doende belang was, zooals deze er een scheen
te zijn. Zij klopten zonder ophouden op de
zijdeur, nadat zij zich met moeite een weg ge
baand hadden door het volk, dat, nog talrij
ker dan eerst, er nog steeds stond, in weerwil
van den neerdruppelenden, voortdurenden
motregen.
„Vermoord, niet?" mompelde Carroll, ter
wijl hij zich over het lijk boog.
„Een schot?" vroeg Thong, die de heei<
plaats vlug in oogenschouw nam.
„Neen, het schijnt van niet. Het heeft ei
meer van, of haar schedel is ingeslagen Een
slag met het een of ander. Dokter Warren
moet dat uitzoeken. Laten we nu eens tot d<
zaak komen. Wie vond haar zoo?"
„Ik", antwoordde Darcy.
„En wie bent U?"
„Haar achterneef. Haar naam was mrs
Amelia Darcy, en haar echtgenoot en mijn
vader waren neven. Ik heb ongeveer zeven
jaar bij haar gewerkt juist zoolang
haar echtgenoot dood is. Zij zette zijn zaak
voort. Het is een van de oudste zaken in
stad en
„Ja, dat weet ik allemaal! Er was
vroeger eens een inbraak vóór uw tijd.
kregen wat van het gestolene terug voor
oudé dame. Zij behandelde ons zeer goed
Wanneer heeft U haar zoo gevonden?"
„Ongeveer een half uur geleden Ik stond
iets voor zessen op om een kleine reparatie
aan iemands horloge te doen, die den vroeg-
le oude dagje ze* lig-
er
de
hiei
W
la ao«t ha.e*
„JinstrOrf? vi
deels het gevolg van den oorlog, maar groo
tendeels veroorzaakt door het kapitalistische
stelsel, waaronder wij leven. Onjuist is het
te meenen, dat land- en tuinbouw slechts af
hankelijk zouden van het al of niet sluiten
van de grenzen.
Een eenheidsfront van de burgers (niet op
de wijze als de communisten hier te lande
willen) is noodig tegen het heerschende stel
sel. De tijd is voorbij, dat we genoeg hadden
aan een weinig democratie tegenover de re
geering, die optreedt als fascisten.
Spr. betoogde, dat er bij de Zuiderzeewer-
ten ontzettend gestolen is, zoodat thans de
werkloozen daarvan nadeel ondervinden in
de steunverleening, waarbij de regeering
ïaar eigen inzicht volgt, zonder acht te
slaan op een democratische strooming. Het
zal niet lang meer duren, zei spr., of de
Tweede Kamer wordt naar huis gestuurd en
de regeering zal alleen het bewind voeren.
Krachtig optreden van alle tegenstander»
tegen dit fascistische streven is noodig.
De heer Brommer vroeg naar het
standpunt van den heer Oud ten aanzien
van uitwisseling van producten met Rusland.
De heer Zeeman van Heiloo, die zich
geen vrijz.-dem. wilde noemen, prees den
risschen geest, die spreekt uit de verschillen
de redevoeringen van den heer Oud, zoowel
in als buite de Tweede Kamer en dankte
hem voor zijn opkomen voor afschaffing van
de crisis-opcenten op de ongebouwde eigen
dommen.
Spr. wees op de verschillende wegen, door
het hoogheemraadschap in deze omgeving
aangelegd of verbeterd en vroeg of hef nu
wel op den weg dier corporatie ligt om de
gelden, die zij overhoudt van de aoor haar
geheven belasting, te besteden voor het op
knappen van wegen.
Antwoord van den beer Oud.
De heer Oud beantwoordde allereerst den
heer Brommer. Als wij een overeenkomst zou
den kunnen vinden met Rusland, zou het ze
ker goed zijn om het handelsverkeer met dat
land te herstellen. Vóór alles moet echter ze
kerheid bestaan voor richtige betaling.
De vraag van den heer Zeeman vond spr.
minder een zaak van de politiek dan wel van
he heemraadschap zelve en de provincie.
Spr. zou daar geen afdoend antwoord op
kunnen geven.
Tegenover den heer Lührs betoogde spr.,
dat het onvruchtbaar is te debatteeren over
het kapitalisme. Men zal het zoo gauw niet
wegkrijgen en het is zaak te zorgen hoe we
thans zoo spoedig mogelijk en zoo goed mo
gelijk uit de crisis komen. Men kan de crisis
nu wel een gevolg noemen van het kapitalis
me, maar men vergete niet dat er altijd al sto
ringen op handelsgebied plaats hadden als
gevolgen van oorlogen, ook toen er nog geen
sprake was van kapitalisme. Spr. wees hier
op de gevolgen in Duitschland na den 30-ja-
rigen oorlog en na de Napoleontische oorlo
gen. Een crisisperiode schijnt nu eenmaal te
behooren bij den ontwikkelingsgang der
maatschappij. De voorspelling van Sam. de
Wolf is niet uitgekomen, maar zegt dat nu,
dat de huidige crisis niet voorbij zal gaan?
Zeker zal zij verdwijnen, maar even zeker is,
dat er dan ook andere toestanden zullen ont-
staan, zooals na elke vorige crisis is gezien.
Deze crisistijd is een buitengewoon abnor
male tijd, maar vergeet niet, dat ook in de
kapitalistische maatschappij vóór deze cri
sis de welvaart is toegenomen.
En, zoo zei spr., nu wekken wij op, om
niet al te somber zijn, waarbij wij er op wij
zen dat ondanks alle donkerheid toch de
toestand beter wordt. Wij weten niet hoe het
dan zal zijn, alleen staat vast, dat de
menschheid gestadig vooruit gaat, ondanks
tegenslagen. Verlies daarom den moed niet,
wij hopen da ge zult volhouden langs de lij
nen door den vrijz.-dem. bond uitgestippeld
Repliek.
De heer Zeeman repliceerde en merkte
op, dat de gemeenten vaak niet genoeg aan
de wegen doen, zoodat het hoogheemraad
schap thans moet bijspringen. Dit college nu
is ingesteld om de dijken in orde te houden,
maar Amsterdam en Haarlem betalen er
niet aan mee.
Duoliek.
De heer Oud, dupliceerend, wees op de
onbillijkheid, dat de kleine polders enz. al
leen belast worden met de kosten van onder
houd van de Wegen, die stuk gereden worden
door het toenemend verkeer. Het rijkswegen
fonds dient daartoe ook bij te dragen.
De kwestie van het hoogheemraadschap is
meer een provinciale zaak, waaraan spr. ais
Kamerlid niets kan veranderen.
De heer A u k-e s meende, dat de vraag van
den heer Zeeman meer thuis behoort op een
misschien nog eens te houden openbare ver
gadering speciaal met het doel om kwesties
gen?" vroeg Carroll.
„Precies zoo ja. Toen riep ik de melk
boeren binnen
„Die hebt ik gezien", viel Mulligan in. „Ik
ken ze. Zij staan goed bekend, dus liet ik ze
gaan. Wij kunnen hen laten komen, als zij
hun klanten hebben bediend!"
„Hm! stemde Thong toe. „Is er iets weg
uit den winkel?" vroeg hij Darcy.
„Ik heb nog niet gekeken
„Kijk dan eens rond. Het is waarschijnlijk
een roofmoord. U weet wat er moet zijn, niet
waar?"
„Evengoed als zijzelf dat wist. Ik was den
Iaatsten tijd met den inkoop belast".
„Nu, kijk eens rond. Wie is daar aan de
deur?'vroeg hij op scherpen toon, want een
gebiedend kloppen weerklonk verschillend
van het doellooze, ongeduldige getik van de
natgeregende menigte buiten.
„Het is Daley van de Times", sprak Mul
ligan, naar buiten glurend. „Het is in orde.
Zal ik hem binnen laten?"
„Ja, mij goed", stemde Carroll toe, met een
blik naar Thong, die de woorden van zijn
makker met een knik bevestigde. Hij zal ons
recht laten wedervaren. Laat hem binnen!"
De verslaggever trad binnen, knikte de
detectives toe, wierp een korten blik op het lijk
en een langeren op Darcy. porde Mulligan in
zijn ribben, stak een cigarette op en liet die
van zijn lip hangen, waar ze in grillige cir
kels ronddraaide, terwijl hij mompelde:
„Wat is er gebeurd?"
„Wat weten wij nog niet", antwoordde
Dar»' en zijn stem kionk als een schor ge
fluister.